Inspectierapport - CKO

Inspectierapport
CBSO Kleurrijk (BSO)
Pretoriusstraat 7
3851 ZK ERMELO
Registratienummer 174545551
Toezichthouder:
In opdracht van gemeente:
Datum inspectie:
Type onderzoek:
Status:
Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Noord en Oost Gelderland
ERMELO
11-09-2014
Regulier onderzoek
Definitief
29-09-2014
Inhoudsopgave
Het onderzoek ................................................................................................................. 3
Observaties en bevindingen ............................................................................................... 4
Pedagogisch klimaat ..................................................................................................... 4
Personeel en groepen .................................................................................................... 5
Accommodatie en inrichting ........................................................................................... 6
Inspectie-items................................................................................................................ 7
Gegevens voorziening ..................................................................................................... 10
Gegevens toezicht .......................................................................................................... 10
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 11
2 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en
kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek.
Op 11september 2014 is CBSO Kleurrijk van CKO De Herberg in opdracht van de
gemeente Ermelo bezocht voor een jaarlijks onderzoek op basis van risico-gestuurd toezicht. Het
onderzoek heeft zich met name gericht op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk.
Beschouwing
CBSO Kleurrijk maakt onderdeel van de organisatie CKO De Herberg.
BSO Kleurrijk is gehuisvest in de Sterrenschool te Ermelo. Naast de BSO zit ook het KDV van de
CKO De Herberg, op deze manier zijn de beroepskrachten elkaar .
Het betreft een kleinschalige buitenschoolse opvang.
Tijdens de observatie is een ontspannen en geborgen pedagogisch klimaat waargenomen. De
beroepskracht is betrokken bij de kinderen.
In het rapport zijn een aantal overtredingen geconstateerd die zijn beschreven.
Advies aan College van B&W
De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid.
3 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO
Observaties en bevindingen
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch beleid
CBSO Kleurrijk heeft een pedagogisch beleid op de website staan.
De houder heeft het ook aan de toezichthouder gestuurd.
Het beleidsplan voldoet aan de meeste eisen van de wet kinderopvang.
Het punt ten aanzien van het gebruik van extra dagdelen was niet terug te vinden in het
pedagogisch beleidsplan.
Hiermee wordt niet volledig voldaan aan de eisen van de wet kinderopvang ten aanzien van het
pedagogisch beleid.
Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan:
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten
aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Pedagogische praktijk
Bij aanvang van de inspectie zijn al twee kinderen aanwezig. Deze mogen in de speelzaal spelen
omdat zij een verrassing aan het voorbereiden zijn. Bij het kijken hiernaar bleken de kinderen al bij
het KDV te zitten knutselen, wachtend op de overige bso kinderen.
De beroepskracht gaat kinderen halen.
Als de kinderen binnen komen gaan zij aan tafel zitten.
Tijdens het eten en drinken blijft een meisje met haar tablet zitten spelen. Als men klaar is met
eten en drinken en een liedje gaan zingen moet het meisje deze tablet weg leggen.
Er wordt na het eten en drinken een christelijk liedje gezongen en bijna alle kinderen kennen het
lied en zingen vrolijk mee. De beroepskracht verteld over het lied en heeft het liedje , de tekst, ook
opgehangen. De kinderen die het liedje niet kennen kunnen zo mee lezen.
Na het zingen wordt uitgelegd welke activiteit er gedaan gaat worden. Elk kind mag zijn eigen
gieter maken. Dit gebeurt met o.a. een hamer en een spijker. De activiteit wordt goed uitgelegd en
de jonge kinderen worden begeleidt met de activiteit.
Na deze activiteit gaat de het groepje met de beroepskracht buiten spelen. Er wordt een spelletje
gedaan en in het begin doet iedereen mee. Een jongen die het spel wat moeilijk vindt gaat zelf
spelen om het klim toestel.
De beroepskracht geeft elk kind aandacht en betrekt ook alle kinderen bij het spel of de activiteit.
Gebruikte bronnen:
Vragenlijst houder en/of locatieverantwoordelijke (mail contact betreffende het pedagogisch
•
beleidsplan)
•
Interview anderen (beroepskracht)
•
Pedagogisch beleidsplan
4 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De beroepskracht heeft een VOG onderwijs.
Deze voldoet ook voor de kinderopvang omdat deze eveneens getoetst wordt op functieaspect 84
(het zorgdragen voor minderjarigen) waardoor ook deze VOG volstaat.
Passende beroepskwalificatie
De beroepskracht beschikt over een passende beroepskwalificatie.
Opvang in groepen
Er is sprake van één groep.
De groep komt geen elke dag van de week boven de 10 kinderen uit.
Beroepskracht-kindratio
De groep is niet volledig bezet.
Maandag 8 kinderen
dinsdag 7 kinderen
woensdag gesloten
donderdag 6 kinderen
vrijdag 4 kinderen.
Hierbij is altijd één beroepskracht aanwezig.
Gebruikte bronnen:
•
Interview anderen (beroepskracht)
•
Observaties
•
Verklaringen omtrent het gedrag
•
Diploma's beroepskrachten
•
Presentielijsten
5 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO
Accommodatie en inrichting
Binnenruimte
De ruimte van de BSO wordt gedeeld met een kinderdagverblijf / peuterspeelzaal. Dit komt
duidelijk terug in de aankleding en speelmaterialen.
Het aanwezige spelmateriaal is ongeschikt voor alle leeftijden van de kinderen in de groep. Het
sluit niet aan op hun leeftijd of interesseniveau.
Voor de jongste kinderen is het speelgoed nog redelijk geschikt, maar vanaf de leeftijd van 6 jaar
is het meeste speelgoed ongeschikt.
In één ruimte moeten zowel drukke als rustige activiteiten plaatsvinden. Hiermee is bij de
inrichting of indeling niet of onvoldoende rekening gehouden. Kinderen hebben tijdens het spel
hinder van elkaars activiteiten; het verstoort hun spelconcentratie en –plezier.
De ruimte biedt kinderen geen ontspanning en comfort. Er is geen zachte meubilering voor
kinderen.
Er zijn geen speelhoeken gedefinieerd.
Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan:
De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van
de op te vangen kinderen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Buitenspeelruimte
De buitenruimte is niet direct grenzend aan het BSO lokaal.
De kinderen moeten een gang en een halletje door om buiten te komen.
Deze ruimte wordt ook door het KDV gebruikt.
De afspraak op de groep is of allemaal naar buiten of allemaal binnen spelen. Dit gebeurt dan wel
in overleg met elkaar. Als het ene kind buiten wil en een ander kind binnen, wordt er een
compromis gezocht.
Kinderen kunnen niet zomaar buiten spelen als zij hier behoefte aan hebben maar moeten dit eerst
met de beroepskracht en de groep overleggen.
De buitenruimte beschikt over een zandbak, klimtoestel en schommel.
Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan:
De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gebruikte bronnen:
•
Observaties
6 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO
Inspectie-items
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch beleid
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de
maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke
(spel)activiteiten kinderen hun basisgroep verlaten.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Bij activiteiten in groepen groter dan dertig kinderen besteedt de houder in het pedagogisch
beleidsplan aantoonbaar extra aandacht aan de omgang met de basisgroep.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 en art 5 lid 2, 3 en 4
Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 7 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten
bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is
vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten
aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van
persoonlijke competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van
sociale competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
7 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang
van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang
van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee
jaar.
(art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie
zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen
Ieder kind behoort bij een basisgroep.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop
het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF
De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop
het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige
kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar.
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten
berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige
kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8
jaar.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Accommodatie en inrichting
Binnenruimte
Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte
beschikbaar.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO
De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op
te vangen kinderen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Buitenspeelruimte
De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is in de directe nabijheid van het kindercentrum.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening
Website
Aantal kindplaatsen
: CBSO Kleurrijk
: http://www.cbso.nl
: 10
Gegevens houder
Naam houder
Adres houder
Postcode en plaats
Website
KvK nummer
:
:
:
:
:
mevr. T. van Pijkeren-Meerveld
Kroonpark 18
6831 GV ARNHEM
www.cgob-deherberg.nl
09217108
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD
Adres
Postcode en plaats
Telefoonnummer
Onderzoek uitgevoerd door
:
:
:
:
:
GGD Noord en Oost Gelderland
Postbus 51
7300 AB APELDOORN
088-4433000
D. Terlien
Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente
Adres
Postcode en plaats
: ERMELO
: Postbus 500
: 3850 AM ERMELO
Gegevens toezicht
Planning
Datum inspectie
Opstellen concept inspectierapport
Zienswijze houder
Vaststelling inspectierapport
Verzenden inspectierapport naar houder
en oudercommissie
Verzenden inspectierapport naar
gemeente
Openbaar maken inspectierapport
:
:
:
:
:
11-09-2014
19-09-2014
29-09-2014
29-09-2014
30-09-2014
: 30-09-2014
: 03-10-2014
10 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
Zienswijze:
Zoals beschreven is tijdens de observatie een ontspannen en geborgen pedagogisch klimaat
waargenomen. Binnen onze organisatie wordt veel aandacht gegeven aan een goede
pedagogische omgeving, zowel in de omgang met de kinderen als in het aanbod van activiteiten
en inrichting. Het verbaasde ons dan ook erg dat we bij de inspectie een negatieve beoordeling
hebben gekregen t.a.v. de pedagogische geschiktheid van de binnen- en buitenruimte en zijn het
hier zeker niet mee eens.
De binnenruimte van de BSO wordt inderdaad gedeeld met de peutergroep en daardoor is er wat
meer speelgoed zichtbaar aanwezig voor kleine kinderen. Dit betekent alleen niet dat er
onvoldoende speelmateriaal is voor oudere kinderen. Er wordt regelmatig geobserveerd of de
kinderen nog genoeg speel- en ontwikkelingsmateriaal hebben en dit wordt ook met kinderen
besproken. Voor pedagogisch medewerkers is een handleiding spel waarin per leeftijdsgroep
aangegeven wordt welke spelbehoefte kinderen hebben en hoe daaraan kan worden tegemoet
gekomen. Omdat wij op dit moment in onze groepssamenstelling op de BSO grotendeels kinderen
onder de 8 jaar opvangen is het ook logisch dat wij vooral spelmateriaal voor de leeftijdsgroep van
4-8 jaar aanwezig hebben. Op de dagen dat er kinderen boven de 8 jaar aanwezig zijn hebben we
altijd gelegenheid tot spelmateriaal wat wij delen met het onderwijsteam van de Sterrenschool en
bieden wij gerichte activiteiten aan specifiek voor de leeftijd van 8 jaar en ouder.Omdat we gericht
zijn op buitenspelen en veel werken met kosteloos knutselmateriaal is er misschien wat minder
zichtbaar speelgoed aanwezig. Dit is dus geen gebrek aan investering maar een bewuste
pedagogische keuze.Om tegemoet te komen aan de behoefte van oudere kinderen om uitgedaagd
te worden maken we gebruik van het open deuren beleid. Zo kan er gebruik gemaakt worden van
de gymzaal en van een relaxruimte boven in het schoolgebouw. Daarnaast wordt er binnen de
organisatie vier keer per jaar speelgoed uitgewisseld tussen de verschillende BSO’s zodat het
spelaanbod vernieuwend blijft. De binnenruimte is qua grootte geschikt voor 20 kinderen. Er
worden nu maximaal 8 kinderen per middag opgevangen. Er is dus veel eigen ruimte per kind.
Daarnaast is er een zithoek aanwezig waar kinderen even rustig kunnen zitten en een boekje
lezen. Wij delen de conclusie dan ook niet dat de ruimte niet geschikt is voor zowel drukke- als
rustige activiteiten.
De conclusie m.b.t. de buitenruimte vinden we erg kort door de bocht en onterecht. Ten eerste is
de wettelijke eis dat ‘de buitenruimte bij voorkeur aangrenzend is, maar hij mag ook in de directe
nabijheid liggen, mits goed en veilig bereikbaar’. De buitenruimte is bijna direct aangrenzend. Het
halletje is overzichtelijk en ruim. Bij de intake wordt aan ouders gevraagd of hun kind zonder
direct toezicht buiten mag spelen. Hier kunnen ouders een toestemmingsformulier voor tekenen.
Oudere kinderen met toestemming mogen dus een gedeelte van de middag alleen buiten spelen.
Jongere kinderen gaan inderdaad met de hele groep naar buiten. Vanwege de positieve werking
van natuurervaringen op de ontwikkeling van kinderen hebben we in ons beleid opgenomen dat
we kinderen veel mogelijkheden willen bieden om natuurervaringen op te doen. Ons beleid is dan
ook dat we elke middag met de kinderen naar buiten gaan. Op Kleurrijk is een pedagogisch
medewerker in samenwerking met een aantal enthousiaste vrijwilligers en de kinderen ook aan de
slag gegaan met het creëren van een groenere buitenruimte. Deze grenst aan de betegelde
buitenruimte en hier mogen de BSO-kinderen dus ook spelen. Omdat dit direct achter de BSO is
zijn kinderen zichtbaar voor de pedagogisch medewerker en kan er dus tegelijk buiten en binnen
gespeeld worden op dat moment.
Wanneer een kind graag buiten wil blijven spelen en een ander kind naar binnen wil wordt
inderdaad meestal gekeken naar een compromis. Onderdeel uitmaken van een groep levert naar
onze mening op deze manier ook mogelijkheden om sociale competenties te oefenen, kinderen
leren rekening te houden met elkaar maar ook aan te geven wat ze zelf willen en hier een
compromis in te zoeken. De pedagogisch medewerker begeleid hierin.
11 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO
In het rapport wordt hiernaast nog genoemd dat het punt ten aanzien van het gebruik van extra
dagdelen niet terug was te vinden in het pedagogisch beleidsplan.
In het pedagogisch beleidsplan is wel opgenomen dat wanneer ouders een extra dagdeel willen
afnemen en er geen plek is op de vaste stamgroep dat zij dan een toestemmingsformulier moeten
ondertekenen. De verdere meer zakelijke regels rondom het afnemen van een extra dagdeel staan
genoemd in de tarievenlijst en worden aan ouders bij het pedagogisch beleid meegegeven. We
hebben het pedagogisch beleid wat aangepast zodat er ook in het beleid meer genoemd staat over
het afnemen van extra dagdelen.
Miranda Louwerse
Locatiemanager KLEURRIJK / Sterrenschool Ermelo
12 van 12
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 11-09-2014
CBSO Kleurrijk te ERMELO