-Door mijn schuld, door mijn grote schuld Mensen in armoede zitten

-Door mijn schuld, door mijn grote schuld
Mensen in armoede zitten vaak met schulden. Soms kunnen ze niet anders dan schulden maken
omdat hun inkomen veel te laag is om te voorzien in de meest elementaire noden.
Het gaat dan niet enkel over een woonlening maar om een schuldenprobleem dat zich steeds verder
opbouwt en waardoor mensen diep in de problemen komen : overmatige schuldenlast.
Schulden vermijden kan enkel door mensen een menswaardig inkomen te geven en waar nodig
begeleiding om het huishoudbudget te beheren. Het loopt echter fout op beide vlakken. Zo kunnen
mensen hun rechten niet uitoefenen en geraken zelf alle controle over hun leven kwijt. Zelden of
nooit zorgt dit voor duurzame oplossingen.
‘Gek toch hoe we geneigd zijn solidariteit te vertalen in ‘materiële goederen geven’.
Als we met solidariteit iets beogen, dan is het wel dat we alle mensen een waardige plaats willen
geven in onze samenleving!
Een levensecht verhaal :
Leven in armoede is leven met constante psychologische druk. De druk die voortkomt uit de altijd
aanwezige vraag hoe de dag, de week, de maand rondkomen. Maar leven in armoede is tegelijk veel
meer dan je plan moeten trekken met weinig geld. Het is die voortdurende strijd met jezelf en met
de plek die je graag wil innemen in de samenleving, zonder dat je dat ooit maar enigszins lijkt te
lukken. Het is onder meer dat, en een onnoemelijk groot verlangen naar rust. Danny’s verhaal zal nog
lang blijven hangen. De boodschap is niet mis te verstaan.
Waar je geboren wordt, bepaalt wie je wordt
Om het in hedendaagse taal te vatten, gebruikt Danny de vergelijking met een computer. ‘Als je
geboren wordt, ben je eigenlijk nog een lege database. En vooraleer die kan gevuld worden en gaan
werken, is er een stuurprogramma nodig. Als dat stuurprogramma niet aangepast is, werkt de boel
niet. Voor kinderen is dat hetzelfde. Hun stuurprogramma wordt gemaakt door de ervaring van graag
gezien worden, van aandacht krijgen, je erkend te voelen, eten te krijgen. Die fundamenten hebben
we nodig om later sterk in onze schoenen te staan.’
Met scheef haar en plastic zakje aan de zijlijn, observerend
‘Ik heb een Spartaanse opvoeding gehad. Wie niet horen wil, moet voelen’, vertelt Danny. ‘Als oudste
zoon moest ik de vader in huis zijn. Mijn moeder is tot haar 14de in een klooster opgevoed, en
daarna kreeg ze zes kinderen, een schuldenberg, een krot om met al die apen in te leven. Voor ons
wat dat normaal, tot je naar school begint te gaan. Met kleren die op niks trekken, je haar scheef
geknipt en een plastic zakske in plaats van een boekentas. Dat krot vond ik niet erg, ik was daar
graag, ik kon me op mijn kamer terugtrekken. Maar als je dan in de wereld komt, dan zie je al die
kinderen met schone kleren, die in groepjes bijeen staan en over van alles praten waar je zelf niks
van kent. Je voelt je stom, je kent niks, je mag nergens aan meedoen. Je wordt als mens wordt
uitgesloten. En dus sta je aan de zijlijn en kijkt toe. Je kunt niet anders dan observeren, je hoort hier
en daar een stukje en je maakt daar je eigen verhaal van. En op een keer denk je dat je ’t snapt en ga
je doen alsof je er ook iets van kent, van waar die andere kinderen mee bezig zijn en over praten. Dat
slaat dan nergens op en dan sta je nog maar eens voor aap. Dan word je weer uitgelachen en gepest,
en dat doet dan opnieuw afbreuk aan je motivatie, je participatie en zoveel meer.’
Frustratie, kortsluiting
‘Je probeert van alles te doen, je laadt die harde schijf maar overvol, je processor raakt oververhit, je
ventilator werkt niet meer. Je zoekt naar antwoorden. Zeg me dan iets, geef me dan een hint hoe ik
het wel kan doen, straf me niet omdat ik het niet weet, dacht ik. Ik leerde niet wat ik nodig had om
deftig om te gaan met de dingen, om te verstaan hoe ik me moest gedragen, om vol te houden. Als
kind ben je daarin sterk afhankelijk van volwassenen, en die wisten het blijkbaar ook niet. En met al
die emoties kon ik thuis ook al niet afkomen. Want ik was niet in orde met mijn werk, ik had toch die
andere gast geslagen. En op school wist ik het ook niet. Ik heb niet leren communiceren, dus kwam
mijn frustratie, mijn onmacht, verdriet, kwaadheid, teleurstelling, geloof, wantrouwen eruit op een
manier die alleen maar kortsluiting opleverde. En uiteindelijk heb je dan je eigen normen en
overtuigingen opgebouwd. Niemand begreep mij, de anderen zag ik als mijn vijanden. En ik werd
gezien als een agressieve zot. Maar wat ze niet zagen was dat ik op mijn manier voor
rechtvaardigheid opkwam.’
En dan je eigen kroost, het beter willen doen
‘Op mijn 18de had ik al mijn eerste kind. Dat zijn er in totaal acht geworden. Ik heb die natuurlijk
overladen met alles wat ik niet had gehad. Maar de vaardigheden die ze nodig hebben - kunnen
plannen, je weg uitstippelen, volhouden, stilstaan bij jezelf, omgaan met emoties - die heb ik ze niet
kunnen geven. Waar ik in feite altijd naar op zoek ben geweest in mijn leven is rust. Een beetje
ontspanning. Ik had daar geen recht op, maar ik weet: mensen hebben dat nodig. Eens die hele
bazaar van deurwaarders en gedoe achterlaten. En daar is vakantie voor nodig. Een plaatsje waar je
eens naartoe kunt. Maar ik wist niet hoe dat werkte, ik kende dat gewoon niet. En soms moet je daar
bij het OCMW voor bidden en smeken, maar als het dan lukt kan je er naar beginnen uitkijken. Dat
uitkijken alleen al is de moeite waard. Dat heb ik ook aan mijn kinderen proberen te geven.’
Vertrouwen en open communiceren
Dat laatste, in gesprek gaan met de mensen, vindt Danny enorm belangrijk. ‘Want dat doen we te
weinig, spreken met mensen in armoede, omdat we daar een drempel voor over moeten stappen.
We weten niet altijd wat we aan reacties terug kunnen verwachten. Maar je mag het niet laten, want
dan neem je mensen het recht af om zich van dingen bewust te worden. Het is heel belangrijk dat je
hen die spiegel geeft, op een manier dat mensen het kunnen horen. Mensen in armoede willen het
meestal echt goed doen. Ze willen zich aanpassen.’
Als we begrijpen wat er speelt
Je moet achter het gedrag leren kijken. Want wat je ziet is meestal niet wat er echt speelt. Uitgaven
die in de ogen van gewone mensen soms heel dom overkomen, zijn vaak ingegeven door de wens
gewoon te mogen zijn, erbij te kunnen horen. Zoals die smartphone, die auto, of de flatscreen
televisie in de woonkamer. Danny: ‘Ja, reken zelf maar uit. Als ik met mijn acht kinderen een dag naar
Walibi zou trekken, kom ik met 400 euro niet toe. Want ja, we zijn al met veel en je wilt de kinderen
toch ook een frietje en een ijsje gunnen. Waarom niet, want iedereen doet dat toch? Dus denken
veel gezinnen dat op reis gaan echt niet betaalbaar is. En wordt zo’n flatscreen tv een vervanging van
alles wat ze voor de rest moeten missen.’
Leven in armoede is fundamenteel anders. ‘Het is een andere cultuur in dezelfde maatschappij. Het
verdeelt de maatschappij’, zegt Danny.
Het ergste van leven in armoede is niet het gebrek aan geld. Het gevoel er niet bij te horen
is veel erger. Wat kan jij daar aan doen ?
Ben jij...
- 18 jaar of ouder
- sociaal geëngageerd?
- gemotiveerd en geïnteresseerd om aan de slag te gaan binnen een kader van
schuldenproblematiek?
- hulpvaardig?
En ben jij...
- bereid je voor minimaal drie maand als vrijwilliger te engageren voor dit project?
- bereid je, afhankelijk van de nood van de deelnemer, een bepaalde tijd vrij te makenl
- in de mogelijkheid huisbezoeken te doen in Halle?
Dan zijn wij op zoek naar jou
Lijkt dit iets voor jou?
wordt jij mijn buggetbuddy ?
Hier kan je terecht voor meer info:
Kristien Bauduin
coördinator vrijwi lligerswerking
( 02/363.68.58 )
[email protected]
Algemene sociale dienst: Leen Borremans
02/361.16.16
OCMW Halle
August Demaeghtlaan 30
1500 Halle
Telefoon: (02) 361.16.16
Fax: (02) 361.23.60
E-mail:info.onthaal@omwhalle be
Kansen en participatie
in een sfeer van wederzijds respect.
Bron : folder OCMW Halle
Ook tijdens de viering dit weekend kom je nog heel wat te weten over dit project.
Op school leerde je misschien al over kinder-en jongerenrechten. Kinderen
hebben bijvoorbeeld recht op een huis, verzorging, een eigen mening,.. België ondertekende een
verklaring dat ze voor die rechten zal zorgen. Maar dat lukt niet altijd. Beeld je in dat je ziek bent en
naar de dokter moet. Stel dat je ouders het bezoek aan de dokter moeten uitstellen omdat het
doktersbezoek te duur is. Dan kunnen ze je niet geven waar je recht op hebt : verzorging. Dat
noemen we onrecht.
Dag dagboek,
Mijn tenen doen pijn. Mijn schoenen zijn weer te klein. Als ik naar mama’s gezicht kijk, ziet het er
niet goed uit voor mijn tenen. Een paar nieuwe schoenen kan ze echt niet betalen nu. Misschien
volgende maand,….
Samen staan we sterk. Zoek enkele voorbeelden van dingen die je alleen niet kan, maar wel
als je samenwerkt.