Protocol Zindelijkheidstraining

Protocol Zindelijkheidstraining
Te hanteren bij de start met zindelijkheidstraining
Wanneer begin ik met de zindelijkheidstraining?
Wanneer een kind twee jaar is geworden, wil ik het kind laten kennismaken met het
potje. Ik dwing niet, maar probeer te motiveren om op het potje te plassen. Dit doe ik
door het kind te laten zien dat er meerdere kinderen op het potje gaan. Ik begin ook
met op het potje plassen als ouders dit zelf eerder aangeven.
Werkwijze
- Tijdens de verschoonmomenten gaan de kinderen vanaf 2 jaar kennismaken met
het potje. Ik stimuleer de kinderen dan om op het potje te gaan zitten. Ik vraag ook af
en toe aan de kinderen of ze op de wc willen plassen. Als kinderen dit willen, ga ik
met hen naar de wc.
- Wanneer de kinderen tijdens de verschoonmomenten op het potje gaan krijgen ze
een luierbroekje aan. Ook dit is voor de kinderen stimulerend. Waardoor ze zien dat
andere kinderen ook een luierbroekje dragen willen ze vaak zelf ook een luierbroekje
dragen. Luierbroekjes worden aangeschaft door de vraagouder, wanneer dit niet
mogelijk is word het luierbroekje overgeslagen.
- Als het potje plassen goed gaat zal ik in overleg met de ouders over gaan naar het
oefenen zonder luierbroekje, zodat we kunnen oefenen zonder luier. Op die manier
kunnen ze het loslaten van de plas beter voelen. In deze oefenperiode zal er veel
gebruik gemaakt worden van reservekleding.
-Tijdens het oefenen benoem ik alles wat ik doe en wat het kind gaat doen:
Bijvoorbeeld: maak je riem maar los, ga maar op het potje zitten, nu mag je een
plas doen. Billen afvegen word nog niet door het kind zelf gedaan, de gastouder zorgt
hiervoor. Wanneer de behoefte gedaan is word het kind geleerd (de wc) door te
trekken en vervolgens handen te wassen. Het kind word vervolgens beloond met een
sticker voor op zijn/haar stickerkaart.
- Ik zet het kind in het begin wat vaker op de wc. Het liefst ieder half uur en daarna
opbouwend tot een langere tijd. Jongens plassen over het algemeen vaker dan
meisjes.
- Ik stimuleer door het kind met woorden te belonen met stickers en woorden.
Bijvoorbeeld “wat knap van jou, dat jij kunt plassen op de wc’
- Ik wil er wel voor zorgen dat het niet te zwaar beladen wordt voor het kind. Het
kind moet er plezier in blijven houden. We maken er vooral geen “strijd” van.
Beloning
Voor ieder kind dat 2 jaar is, hang ik een stickerkaart op de wc waar het kind de
stickers zelf op kan plakken. Kinderen verdienen een sticker na het zitten op het
potje of wc, als het goed gaat met de zindelijkheidstraining, ze zonder luier oefenen
en wanneer ze de hele dag een droge broek hebben gehad. Afhankelijk van de
ontwikkeling van het kind word dit ontwikkelingsgericht gemaakt.