RENN4 schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 2/45 Inhoud Voorwoord 5 1 Inleiding 6 1.1 Wat is RENN4 ............................................................................................................ 6 1.2 Hoe RENN4 is opgebouwd ......................................................................................... 6 1.3 Cluster 4 ................................................................................................................... 7 1.4 Scholen en afdelingen van RENN4 ............................................................................. 7 1.5 Medezeggenschapsraden ........................................................................................... 7 1.6 Visie op goed onderwijs ............................................................................................. 8 1.7 Meer weten? .............................................................................................................. 8 2 3 SO De Zwaai 9 Ketenpartners ........................................................................................................................ 10 Onderwijslocaties en aansturing 11 4 Missie en uitgangspunten 12 4.1 Missie....................................................................................................................... 12 4.2 Uitgangspunten........................................................................................................ 12 5 Passend onderwijs 13 5.1 Samenwerkingsverbanden ....................................................................................... 13 5.2 Toelaatbaarheidsverklaring ...................................................................................... 13 5.3 Leerlingen die al in het spec iaal onderwijs zitten ...................................................... 13 5.4 Schoolondersteuningsprofiel .................................................................................... 14 6 De organisatie van de school 15 6.1 Schoolorganisatie ..................................................................................................... 15 6.2 De samenstelling van het team ................................................................................ 15 6.3 Commissie voor de Begeleiding ................................................................................ 15 6.4 Plaatsing MOD ......................................................................................................... 16 6.5 De opvang van nieuwe leerlingen ............................................................................ 16 6.6 Leerroutes ............................................................................................................... 16 7 Doelen van het onderwijs 18 7.1 Wat en hoe .............................................................................................................. 18 7.2 Onderwijsaanbod ..................................................................................................... 18 8 Resultaten van het onderwijs 24 8.1 Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) ......................................................................... 24 8.2 Groepsplannen en indiv iduele handelingsplannen .................................................... 24 8.3 Het volgen van de ontwikkeling van de leerling........................................................ 24 8.4 Naar een andere school ........................................................................................... 25 8.5 Cijfers over de doorstroming van leerlingen ............................................................. 26 8.6 Schoolontwikkeling................................................................................................... 26 8.7 Onderwijsinspectie ................................................................................................... 29 Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 3/45 9 Ouders 31 9.1 Samenwerken met ouders........................................................................................ 31 9.2 Het belang van de betrokkenheid ............................................................................. 31 9.3 Informatievoorziening .............................................................................................. 32 9.4 Medezeggenschapsraad ........................................................................................... 33 10 Geldzaken 34 10.1 Verzekering .............................................................................................................. 34 10.2 Vrijwillige Ouderbijdrage .......................................................................................... 34 11 Regelzaken en verplichtingen 35 11.1 Schorsing ................................................................................................................. 35 11.2 Verwijdering ............................................................................................................ 35 11.3 Lesuitval .................................................................................................................. 36 11.4 Leerplicht en verlofregeling ...................................................................................... 36 11.4.1 Leerplicht 36 11.4.2 Verlof 36 11.4.3 Afwezigheid 37 11.4.4 Ongeoorloofd schoolverzuim 37 11.4.5 Slechtweerprotocol 37 11.4.6 Ontheffingen 37 11.5 Dossiers ................................................................................................................... 37 11.6 Klachtenregeling ...................................................................................................... 38 11.7 Veiligheid ................................................................................................................. 40 11.7.1 Agressieprotocol/Pestprotocol 40 11.7.2 Vermoedens van kindermishandeling en seksueel misbruik 40 11.8 Schoolregels ........................................................................................................... 40 11.9 Traktaties................................................................................................................ 40 11.10 Reizen van en naar school ...................................................................................... 41 11.11 Onderwijsnummer .................................................................................................. 41 11.12 Sponsoring .............................................................................................................. 41 12 Schooltijden en vakanties 42 12.1 Schooltijden SO De Zwaai ........................................................................................ 42 12.2 Schooltijden MOD-groepen ...................................................................................... 42 12.3 Pauzes en overblijven .............................................................................................. 42 12.4 Vakanties ................................................................................................................. 42 13 Contact 43 Ketenpartners ........................................................................................................................ 44 Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 4/45 Voorwoord Voor u ligt de schoolgids van SO De Zwaai voor het schooljaar 2014-2015. De schoolgids is bedoeld voor ouders van leerlingen die al op onze school zitten of hier binnenkort naartoe zullen gaan.1 Deze schoolgids is, in samenwerking met de medezeggenschapsraad en onder verantwoordelijkheid van het bestuur, samengesteld door medewerkers van de school. In de gids staat allerlei nuttige informatie; naast praktische informatie zoals schooltijden, vakanties, vrije dagen, etcetera kunt u ook lezen over de inhoud van het onderwijs, over wat we vorig schooljaar hebben bereikt en de wijze waarop het team inhoud geeft aan het onderwijs. De leerlingen die SO De Zwaai bezoeken, krijgen allemaal extra ondersteuning en begeleiding. De leerlingen verkeren in bijzondere omstandigheden en het is de primaire taak van de school om daar rekening mee te houden. De mogelijkheden en onmogelijkheden van elke leerling worden zorgvuldig in kaart gebracht, zodat we verantwoorde keuzes kunnen maken in ons aanbod en onze aanpak. Speciaal onderwijs is schakelonderwijs. Dit betekent dat leerlingen op alle momenten geschakeld kunnen worden naar een andere vorm van onderwijs. Dit kan terug naar het reguliere onderwijs zijn, naar een andere vorm van speciaal onderwijs of naar het voortgezet (speciaal) ond erwijs. Deze schoolgids geeft u een beeld van wat u van SO De Zwaai mag verwachten. Namens het team, Marcel Andringa Provinciedirecteur RENN4 Friesland 1 Wanneer gesproken wordt over ouders worden hiermee de ouder(s), verzorger(s) of opvoeder(s) bedoeld. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 5/45 1 Inleiding SO De Zwaai valt onder het bestuur van RENN4. In deze inleiding leggen we uit wat RENN4 is, wat zij doet en hoe de organisatie is opgebouwd. 1.1 Wat is RENN4 RENN4 is een schoolbestuur voor scholen in het (voortgezet) speciaal onderwijs in Noord Nederland. RENN4 biedt onderwijs aan leerlingen met beperkingen in gedrag en/of psychiatrische problematiek. Daarnaast ondersteunt RENN4 (voorheen RENN4-SENSOR) leerlingen in het regulier onderwijs door middel van Ambulante Begeleiding (ambulant begeleiders, leerkrachtondersteuners en onderwijsassistenten) bij scholen die niet onder het bevoegd gezag van RENN4 vallen. In het schooljaar 2014-2015 vallen in totaal tien scholen onder het bevoegd gezag van RENN4. De scholen van RENN4 hebben in totaal meer dan dertig locaties die verspreid liggen over de provincies Groningen, Friesland en Drenthe. 1.2 Hoe RENN4 is opgebouwd De opbouw van de organisatie is in de figuur hieronder weergegeven. RENN4 als geheel staat onder leiding van het College van Bestuur. De dagelijkse leiding van de scholen en de ambulante medewerkers ligt in handen van de directeuren. Zij worden daarbij ondersteund door hun teamleiders. RENN4 heeft een College van Bestuur met een Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht houdt toezicht op het bestuur. Raad van Toezicht GMR College van Bestuur Bedrijfsbureau Bestuurssecretaris Ambulante Begeleiding Controller RENN4-scholen Friesland RENN4-scholen Groningen RENN4-scholen Drenthe Tabel 1.1: organogram per 1 augustus 2014 Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 6/45 1.3 Cluster 4 De scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs zijn ingedeeld in clusters. Cluster 4 is bedoeld voor leerlingen met gedragsproblemen en/of psychiatrische problematiek. Voorheen waren dit de scholen voor zeer moeilijke opvoedbare kinderen (ZMOK), de pedologische instituten (PI) en de scholen voor langdurig zieke kinderen (LZK). Deze benamingen worden soms nog gebruikt, hoewel we nu eigenlijk moeten spreken van cluster 4. Daarnaast bestaan er nog andere clusters: cluster 1: voor kinderen met een visuele handicap; cluster 2: voor kinderen met een communicatieve handicap (gehoor-, taal- en/of spraakproblemen); cluster 3: voor kinderen met een lichamelijke en/of verstandelijke handicap. Op 1 augustus 2014 is er nieuwe wetgeving ingevoerd onder de naam Passend Onderwijs; verderop in deze schoolgids vindt u hierover meer informatie. De wetswijzigingen Passend Onderwijs zullen op termijn tot gevolg hebben dat het verschil tussen cluster 3 en cluster 4 verdwijnt. 1.4 Scholen en afdelingen van RENN4 RENN4 heeft scholen voor speciaal onderwijs (SO) voor leerlingen van 4 tot 12 jaar, scholen voor voortgezet speciaal onderwijs (VSO) voor leerlingen van 13 tot 20 jaar en een school v oor speciaal basisonderwijs (SBO) voor leerlingen van 4 tot 12 jaar. In onderstaande tabel worden de tot de RENN4 behorende scholen en hoofdlocaties per provincie genoemd. Scholen De Witakker De Caleidoscoop VSO De Monoliet De Zwaai Diamant College Prof. Bladergroenschool SBO De Delta De Atlas De Aventurijn Locaties Rijs, Sneek, Bolsward Leeuwarden, Dokkum Leeuwarden Drachten Groningen Groningen, Haren, Winschoten, Appingedam Appingedam Assen, Emmen, Hoogeveen Smilde, Hoogeveen Afdeling SO en VSO SO VSO SO en VSO VSO Provincie Friesland Friesland Friesland Friesland Groningen SO Groningen SBO VSO SO en VSO Groningen Drenthe Drenthe Tabel 1.2: overzicht scholen RENN4 per 1 september 2014 1.5 Medezeggenschapsraden Elke school of afdeling heeft een medezeggenschapsraad (MR) die de gesprekspartner is voor de directeur van de school. Voor de ambulante medewerkers is een deelraad ingericht. RENN4 heeft tevens een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) die is samengesteld uit Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 7/45 afgevaardigden van de afzonderlijke medezeggenschapsraden en de deelraad. De GMR is de gesprekspartner voor het College van Bestuur. 1.6 Visie op goed onderwijs Bij onze visie op goed onderwijs is ons uitgangspunt dat elk kind recht op onderwijs heeft en zich wil ontwikkelen/wil leren. RENN4 wil haar leerlingen gepaste onderwijsondersteuning bieden. We willen onze leerlingen helpen bij het realiseren van hun toekomstperspectief. We willen zorgen voor een optimale plaats in de samenleving. Hoe we dit willen bereiken, kunt u lezen in onze folder ‘goed onderwijs, goede zorg’. Elke RENN4-school werkt vanuit deze visie. De folder kunt u op school opvragen of downloaden van de website. 1.7 Meer weten? Mocht u meer willen weten over RENN4 dan kunt u terecht bij uw school of op de website www.renn4.nl. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 8/45 2 SO De Zwaai Geschiedenis van de school Op 5 september 2005 is in Drachten een nieuwe VSO-afdeling gestart voor leerlingen van 12 tot 18 jaar: VSO De Zwaai. De leerlingen die naar deze school gaan hebben een cluster4 -indicatie. VSO De Zwaai is gehuisvest aan de Splitting 17 (9202 LC) te Drachten. In augustus 2006 is er in Drachten gestart met een SO-afdeling: SO De Zwaai. Ook deze leerlingen hebben een cluster4-indicatie. De school is gehuisvest aan De Weeme 1 (9201 JR) te Drachten. SO De Zwaai biedt onderwijs aan leerlingen uit de volgende postcodegebieden: Smallingerland, Ooststellingwerf, Weststellingwerf, Opsterland, Heerenveen, Achtkarspelen, Tytsjerksteradiel, Boarnsterhim, Marum, Leek, Grootegast. Veranderende scholen- en directiestructuur Vanaf 1 augustus 2011 zijn SO en VSO De Zwaai twee aparte scholen. Beide scholen hebben dezelfde directeur: Marcel Andringa. Marcel Andringa is de directeur voor de RENN4 SO- en VSOscholen in Friesland. SO De Zwaai SO De Zwaai is een school met rond de 110 leerlingen en twee interne kleutergroepen op het Medisch Orthopedagogisch Dagverblijf (MOD) waar aan zo’n 20 leerlingen onderwijs wordt gegeven. SO De Zwaai is in 2006 gestart met vier groepen. Op dit moment zijn er acht groepen. De afgelopen jaren is SO De Zwaai in oppervlakte gegroeid. Er zijn noodvoorzieningen aangebouwd. Hierdoor is er in het schoolgebouw van SO De Zwaai nu ruimte voor acht klassen en een multifunctionele ruimte. SO De Zwaai heeft nu geen ruimte meer om verder uit te bouwen. SO De Zwaai is formeel een nevenvestiging van VSO Leeuwarden. De school functioneert echter als een zelfstandige school. Om de eigenheid nog nadrukkelijker naar voren te laten komen , is er toestemming vanuit het bestuur gegeven om een eigen Medezeggenschapsraad te starten. Deze MR is in augustus 2007 geïnstalleerd. Voor SO De Zwaai wordt ingezet op nieuwbouw met als doel realisatie nieuwbouw 2015/2016. Op SO De Zwaai is er, naast de reguliere klaslokalen, een kooklokaal en een multifunctionele ruimte met een digibord. De multifunctionele ruimte wordt gebruikt voor instructie voor taal en rekenen, techniek, handvaardigheid en dient tevens als bibliotheek. Naast de school liggen schooltuintjes en er staat een kas. Voor de lessen bewegingsonderwijs wordt gebruik gemaakt van het eigen speellokaal en van een gymlokaal aan de Splitting en De Brekken in Drachten. De gemeente Smallingerland regelt het busvervoer naar het gymlokaal en weer terug. Op deze manier is het gegarandeerd dat uw kind op een veilige manier bij het gymlokaal komt. Op SO De Zwaai krijgen de leerlingen in de leeftijd tot en met acht jaar één keer per week zwemles in zwembad De Welle in Drachten. De leerlingen krijgen er les van bevoegde zweminstructeurs. Op het MOD verzorgt SO De Zwaai voor de twee interne kleutergroepen het onderwijs, uitgangspunt is dat elk kind recht op onderwijs heeft. Het MOD heeft twee kleuterklassen van Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 9/45 tien leerlingen, deze leerlingen volgen deeltijdonderwijs. Zij bezoeken op maandag t/m donderdag de ochtend- of de middaggroep. Het behandelteam van het MOD bepaalt of het wenselijk is of een kind de klas bezoekt. Het kind moet dit aan kunnen en het moet in de behandeling passen. Ketenpartners Op SO De Zwaai is aandacht voor de zorgleerlingen. De groepsleerkracht zal in eerste instantie de leerling zorg bieden en de ouders hierin betrekken. Soms is het nodig dat een leerling extra aandacht en zorg krijgt. Naast de gedragsdeskundige, de IB’er en de teamleider van SO De Zwaai zijn de volgende gespecialiseerde organisaties aanwezig om over de zorgleerlingen te praten en informatie uit te wisselen, te weten: - Accare Bureau Jeugdzorg Friesland GGD Fryslân jeugdgezondheidszorg/schoolarts Jeugdhulp Friesland Leerplichtambtenaar MEE Friesland Mentaal Beter Politie Schoolarts Reik CJG Smallingerland Indien SO De Zwaai tot de conclusie komt dat er nog andere ervaringsdeskundigen nodig zijn om tot de juiste begeleiding te komen dan zal de school alle moeite doen om samenwerking te zoeken in het belang van de desbetreffende leerling. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 10/45 3 Onderwijslocaties en aansturing De SO- en VSO-scholen in Friesland hebben één directeur, deze wordt ondersteund door meerdere teamleiders. Locatie SO De Zwaai en de MOD-kleuterklassen worden aangestuurd door één teamleider. Op locatie SO De Zwaai zijn acht klassen met een groepsgrootte van gemiddeld 14 leerlingen. Op MOD De Lytse W âlden zitten twee kleuterklassen met een groepsgrootte van gemiddeld 10 leerlingen. Situering van de locaties: Interne kleuterklas MOD De Lytse Wâlden De Lanen 98 9204 WC Drachten t. 0512-542600 Voor leerlingen van 4 t/m 7 jaar in behandelsetting. Hier zijn twee groepen van 10 leerlingen. SO De Zwaai De Weeme 1 9201 JR Drachten t. 0512-543 638 Voor leerlingen van 4 t/m 12 jaar. Er zijn acht groepen van 14-15 leerlingen. Directeur is de heer M.R. Andringa. Teamleider is mevrouw M. van der Sluis. Gedragsdeskundige is mevrouw L. Drenth. Intern begeleider is mevrouw M.M. Westenbroek. Schoolmaatschappelijk werk: E. van der Heijden. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 11/45 4 Missie en uitgangspunten 4.1 Missie Zoals eerder in deze gids genoemd, streven wij naar goed onderwijs en goede zorg voor ieder kind. Ieder kind heeft recht op onderwijs en ieder kind kan zich ontwikkelen en wil leren. Daarom willen de scholen van RENN4 de leerlingen gepaste onderwijsondersteuning bieden, gericht op het realiseren van een toekomstperspectief en daarmee op een optimale plaats in de samenleving. 4.2 Uitgangspunten De volgende uitgangspunten staan centraal, de volgorde is willekeurig: werken aan de ontwikkeling van competenties, sociale vermogens, autonomie en motivatie van kinderen; de wisselwerking benadrukken tussen wetenschapsbeoefening, onderwijs en ondersteuning; werken richting schakelen zodra een overdraagbare aanpak is gevonden; samenwerking tussen ouders, kinderen, leerkrachten, begeleidingsstaf en hulpverleningsinstellingen; vraaggericht werken volgens het model van de consultatieve leerlingbegeleiding en verrichten van handelingsgerichte diagnostiek wanneer zich tijdens de schoolloopbaan van de leerling vragen voordoen; op de fundamentele behoefte aan veiligheid en duidelijkheid wordt ingespeeld door voorspelbaar gedrag van de leerkracht en het vastleggen en hanteren van regels en afspraken; werken aan Ontwikkelingsperspectieven; het aanbieden van onderwijs en ondersteuning in overeenstemming met het Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP); het stimuleren van de ontwikkelingspotenties van kinderen en het wegwerken van onderwijsbelemmeringen; leren door reproductie en constructie volgens het model van de directe instructie, met de stappen: terugblik, oriëntatie, uitleg, begeleide inoefening, zelfstandige verwerking, evaluatie, terug- en vooruitblik en feedback; elk kind is onderdeel van een groep en in de groep wordt samenwerken gestimuleerd. Iedereen die bij het kind betrokken is, levert een bijdrage aan het opvoedingsproces. Onderwijs is een specifiek onderdeel van de opvoeding, dat zich in nauwe samenwerking met de gezinssituatie afspeelt. Samenwerking met de ouders achten we dan ook van groot belang. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 12/45 5 Passend onderwijs Op 1 augustus 2014 worden de wetswijzigingen Passend Onderwijs ingevoerd. Hieronder wordt kort ingegaan op de belangrijkste wijzigingen. Voor uitgebreide informatie kunt u contact opnemen met de school. U kunt ook uitgebreide informatie vinden op de website over Passend Onderwijs: www.passendonderwijs.nl. 5.1 Samenwerkingsverbanden Alle scholen van RENN4 maken deel uit van een samenwerkingsverband Passend Onderwijs. In welk samenwerkingsverband de school zit, is vastgesteld door de minister van Onderwijs. SO De Zwaai maakt deel uit van het samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO 2 1.01. In een samenwerkingsverband moeten de verschillende schoolbesturen een aantal zaken met elkaar afspreken en regelen. U kunt daarbij denken aan de inzet van deskundigen, de manier waarop een toelaatbaarheidsverklaring moet worden aangevraagd en hoe de beschikbare middelen worden verdeeld. Meer informatie over dit samenwerkingsverband vindt u op http://swv.passendonderwijs.nl/PO2101/. Ieder schoolbestuur heeft ook zorgplicht. Dit betekent dat de sc hool waar u uw kind aanmeldt, moet zorgen voor een passende plaats. Als het schoolbestuur dat passend aanbod niet zelf kan organiseren, zullen ze u begeleiden naar een school die wel voor een passende plaats kan zorgen. 5.2 Toelaatbaarheidsverklaring Zonder toelaatbaarheidsverklaring mogen de scholen voor speciaal (basis)onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs uw kind niet inschrijven. Een toelaatbaarheidsverklaring vraagt de school waar uw kind nu op zit aan bij de Commissie van Advies2. Deze commissie beoordeelt de aanvraag en geeft een advies aan het bestuur van het samenwerkingsverband. Als het bestuur het advies van de commissie overneemt, krijgt u een toelaatbaarheidsverklaring waarmee uw kind ingeschreven kan worden. Een toelaatbaarheidsverklaring kent een bepaalde geldigheidsduur; de Commissie van Advies doet op basis van het dossier een uitspraak over de termijn. Als de termijn afloopt en uw kind kan nog niet terug naar het regulier onderwijs dan moet opnieuw een toelaatbaarheidsverklaring worden aangevraagd. Voor leerlingen die zijn geplaatst in een zogenaamde residentiële setting, bijvoorbeeld in een kliniek voor jeugdpsychiatrie, is geen toelaatbaarheidsverklaring nodig. 5.3 Leerlingen die al in het speciaal onderwijs zitten Leerlingen die nu al in het voortgezet speciaal onderwijs zitten, en in het bezit zijn van een geldige cluster4-beschikking, mogen nog maximaal twee jaar op de school blijven. Als na die twee jaar blijkt dat ze langer zijn aangewezen op speciale ondersteuning moet, n et als voor nieuwe leerlingen, een toelaatbaarheidsverklaring worden aangevraagd. 2 In sommige samenwerkingsverbanden wordt deze commissie de Commissie van Toewijzing genoemd. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 13/45 5.4 Schoolondersteuningsprofiel In het regionaal ondersteuningsplan legt elk samenwerkingsverband vast hoe het passend onderwijs voor elk kind wil realiseren. Dit ondersteuningsplan wordt ten minste één keer per vier jaar opgesteld en kan tussentijds worden gewijzigd. In het ondersteuningsplan zijn de schoolondersteuningsprofielen van de deelnemende scholen opgenomen. Ook staat er in het ondersteuningsplan welk niveau van basisondersteuning de scholen in het samenwerkingsverband ten minste moeten bieden. U kunt het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband waar uw school onder valt, vinden op de volgende website: http://swv.passendonderwijs.nl/ Op deze site is ook meer informatie te vinden over de samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs. Wat de school kan bieden, staat uitgebreider beschreven in het schoolondersteuningsprofiel. In dit profiel vindt u onder andere informatie over de basisondersteuning en de extra vormen van ondersteuning die onze school kan bieden. Omdat het schoolondersteuningsprofiel een nogal uitgebreid document is, hebben we het niet volledig opgenomen in deze schoolgids. U kunt het profiel inkijken op onze website. Op de startpagina (www.renn4.nl) gaat u naar de keuzemogelijkheid Scholen en vervolgens kunt u het schoolondersteuningsprofiel van de school van uw keuze aanklikken. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 14/45 6 De organisatie van de school 6.1 Schoolorganisatie De teamleiders van SO De Zwaai sturen elk een deel van het team aan. De SO- en VSO- scholen in Friesland hebben één directeur, deze wordt ondersteund door meerdere teamleiders. Op locatie SO De Zwaai zit één teamleider. De teamleider vormt samen met de intern begeleider, gedragsdeskundige en school maatschappelijk werker de Commissie voor de Begeleiding, ook wel afgekort CvB genoemd. De CvB is verantwoordelijk voor het onderwijszorgaanbod binnen SO De Zwaai. Samen met de leerkrachten, onderwijsassistenten, leerkrachtondersteuner, logopedist en fysiotherapeut geven zij dit vorm en zetten dit neer in SO De Zwaai. Naast het interne aanbod, bestaat de mogelijkheid voor overleg met externe partners. Ter ondersteuning van de dagelijkse gang van zaken op school is er een ondersteunende dienst, die bestaat uit de administratie en de conciërge. Om op de hoogte te blijven van de laatste ontwikkelingen worden medewerkers of teams in de gelegenheid gesteld o m trainingen, workshops, scholingsdagen, symposia en/of cursussen bij te wonen. Ieder jaar wordt hiervoor een scholingsplan opgesteld. Er werken diverse medewerkers met verschillende achtergronden en taken, met uw kind. 6.2 De samenstelling van het team Het dagelijkse onderwijs wordt verzorgd door de leerkrachten. Ze werken met elkaar samen en worden voor een deel van de tijd geassisteerd door onderwijsassistenten en/of leerkrachtondersteuners. In de groepen met de jongste leerlingen worden er meer uren onderwijsassistentie ingezet dan in de groepen met de oudere leerlingen; leerkrachtondersteuners daarentegen worden meer ingezet in de groepen met oudere leerlingen. De leerkrachten worden ondersteund door een team van intern begeleiders, gedragsdeskundigen en andere disciplines; we noemen dat de Commissie voor de Begeleiding. Om de organisatie verder zo soepel mogelijk te laten verlopen, beschikt de school nog over enkele medewerkers op facilitair en administratief gebied. De school beschikt over een aantal oproepbare invalleerkrachten, onderwijsassistenten en leerkrachtondersteuners maar soms lukt het vinden van invallers niet. Als er geen vervangende leerkracht is, worden de leerlingen over de andere groepen verdeeld. In uitzonderlijke gevallen wordt met de ouders overlegd of het verstandiger is om de leerling thuis te houden. Iedere groep heeft een klassenmap waarin klassenregels, roosters, medicijngebruik en korte aanwijzingen per kind staan. Voor de invalleerkracht is dit belangrijke informatie; hij/zij kan op deze manier zoveel mogelijk dezelfde structuur bieden als de groepsleerkracht. 6.3 Commissie voor de Begeleiding De Commissie voor de Begeleiding (CvB), bestaande uit gedragsdeskundigen, intern begeleiders, schoolmaatschappelijk werkende, schoolarts en de teamleiders van de school, doet voorstellen Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 15/45 voor het Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP), adviseert over het schakelen van de leerling en stelt het Ontwikkelingsperspectiefplan vast. Gedragsdeskundigen, intern begeleiders, logopedist, schoolmaatschappelijk werk, leerkrachten en ouders werken samen bij de opstelling en uitvoering van het Ontwikkelingsperspectiefplan. Zo nodig wordt een multidisciplinair overleg gevormd om specifieke ondersteuningsvragen in kaart te brengen en de activiteiten voor de realisering richting het doel te bepalen en uit te voeren. 6.4 Plaatsing MOD De plaatsing in MOD-onderwijs verloopt in overleg met medewerkers van het MOD. Voor de leerlingen die op deze afdeling onderwijs volgen, is geen toelaatbaarheidsverklaring nodig. Het betreft hier de zogenaamde residentiële leerlingen. 6.5 De opvang van nieuwe leerlingen Nadat de Commissie van Advies (CvA) positief heeft geadviseerd over de aanvraag van een toelaatbaarheidsverklaring en het bestuur van het samenwerkingsverband de verklaring heeft afgegeven, wordt het dossier naar onze school gestuurd. Daarna wordt u gebeld voor een intakegesprek. Onderdeel van de procedure is dat de gedragsdeskundige een afspraak maakt met de leerling en ouders. Na het gesprek met de gedragsdeskundige en/of intern begeleider op school, maakt de gedragsdeskundige het eerste Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP). In het OPP staan naast de algemene gegevens van de leerlingen: De onderwijsrelevante beginsituatie (interne en externe onderzoeksgegevens, centrale hulpvraag, sociaal emotionele ontwikkeling, speel-/werkhouding en taakaanpak, leerontwikkeling) Het onderwijsaanbod: o uitstroomprofiel o uitstroombestemming o de beoogde uitstroomdatum o de leerroute o het onderwijstraject o het vakkenpakket Het integratief beeld van de leerling waarin de keuze van de uitstroombestemming en leerroute is onderbouwd. Het OPP wordt met u besproken. Als u akkoord gaat met de inhoud van het OPP (u heeft instemmingsrecht op het doelendeel van het OPP), wordt u gevraagd het document te ondertekenen. Leerlingen die daarvoor de leeftijd hebben (ouder dan 16 jaar) worden actief betrokken bij de inhoud van het OPP en mogen daar ook zelf voor tekenen. Nieuwe leerlingen krijgen de gelegenheid om van tevoren een kijkje te nemen op school en kennis te maken met de leerkracht. 6.6 Leerroutes De leerlingen worden ingedeeld op basis van leeftijd, niveau en leerroute. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 16/45 Binnen RENN4 kennen we tot drie leerroutes. De leerroutes zijn gekoppeld aan drie uitstroomprofielen. Hieronder staat per leerroute een korte omschrijving. Leerroute 1 is voor leerlingen met weinig tot geen beperkingen bij het leren. Deze leerroute bereidt de leerlingen voor op een uitstroombestemming naar het regulier basisen voortgezet onderwijs (de gemengde en theoretische leerwegen van het vmbo, havo en vwo) en het voortgezet speciaal onderwijs. Het uitstroomprofiel binnen deze leerroute is vervolgonderwijs. Leerroute 2 is voor leerlingen met enige onderwijsachterstand en beperking bij het leren. Deze leerroute bereidt de leerlingen voor op een uitstroombestemming naar het speciaal basisonderwijs, de basisberoepsgerichte leerweg van het vmbo en het VSO cluster 4. Het uitstroomprofiel binnen deze leerroute is of uitstroomprofiel vervolgonderwijs (niveau vmbo BB), of uitstroomprofiel Arbeid. Leerroute 3 is voor leerlingen met grote onderwijsachterstanden. Deze leerroute bereidt de leerlingen voor op een uitstroombestemming naar het praktijkonderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs cluster 3. Het uitstroomprofiel binnen deze leerroute is Arbeid en cluster 3. Leerroute Jonge kind (tot 7 jaar): Het onderwijsaanbod aan leerlingen tot 7 jaar heeft als doel een brede ontwikkeling te bevorderen zodat de leerling voldoende basisvaardigheden ontwikkelt om te kunnen lezen, schrijven en rekenen en met succes het basisonderwijs verder te volgen. De school stelt voor alle leerlingen tot 7 jaar het ontwikkelingsperspectief “Vervolgonderwijs” en leerroute 1 (regulier) vast, tenzij onderbouwd kan worden dat dit perspectief niet realistisch is. Dit is met name voor de leerlingen in de klassen van het MOD en MKD van belang. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 17/45 7 Doelen van het onderwijs 7.1 Wat en hoe Op SO De Zwaai wordt in alle groepen gewerkt met reguliere basisschoolmethoden. Daarnaast worden waar nodig extra materialen ingezet. We werken volgens de doelen uit de methode en we ambiëren de overkoepelende reken- en taaldoelen van het SLO (nationale experticecentrum leerplanontwikkeling) na te streven die passen bij de drie leerroutes (profielen) en toewerken naar de referentieniveaus. De vorderingen van de leerlingen worden getoetst door middel van methodegebonden en methode-onafhankelijke toetsen. 7.2 Onderwijsaanbod Profiel 1, regulier onderwijs: Regulier onderwijs voor leerlingen met weinig tot geen beperkingen bij het leren: uitstroom naar regulier basisonderwijs, regulier voortgezet onderwijs (van vmbo tot en met vwo). RENN4 selectiecriteria: o Leerlingen met een IQ hoger dan 90 (rekening houdend met de standaardafwijking); o In vergelijking met het regulier onderwijs een onderwijsachterstand van maximaal een jaar bij de meeste vakgebieden; o Een achterstand die kan worden ingehaald. Specifieke pedagogische en didactische uitgangspunten Binnen dit profiel is een cognitief en algemeen vormend onderwijsaanbod voor de leerling van belang. Het niveau van de leerling en de leerachterstanden van leerlingen zijn verschillend bij plaatsing. Er wordt zo goed mogelijk aangesloten bij het niveau van binnenkomst. Er wordt veel aandacht besteed aan het vergroten van de zelfstandigheid, de zelfredzaamheid en het leren plannen. Leerstofaanbod Binnen dit profiel krijgen de leerlingen onderwijs in de algemene cognitieve vakken zoals rekenen, technisch lezen, begrijpend lezen, spelling, taal, aardrijkskunde, geschiedenis, biologie en Engels. Naast de cognitieve vakken wordt ook aandacht besteed aan vakken als gymnastiek, handenarbeid, techniek, muziek, koken en sociale emotionele ontwikkeling (leefstijl). Het niveau waarop de leerling werkt, kan per leerling en per vak verschillen. De leerlingen werken in lesmethoden voor het regulier basisonderwijs. Onderwijszorgprofiel 1 werkt de methoden door zoals in de handleidingen beschreven staat. Daarnaast wordt er gewerkt aan zaken als spreekbeurten, omgaan met de computer, werkstukken maken, zelfstandigheid, uitgestelde aandacht en zelfredzaamheid. Profiel 2, semi-regulier onderwijs: Semi-regulier onderwijs voor leerlingen met enige onderwijsachterstanden en beperkingen bij het leren: uitstroom naar speciaal basisonderwijs, vmbo met leerwegondersteuning. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 18/45 RENN4 selectiecriteria: o Leerlingen met een IQ tussen 80 en 90 (rekening houdend met de standaardafwijking ); o Een onderwijsachterstand van ongeveer een jaar (tot maximaal twee jaar); o Een leerachterstand die kan worden verminderd. Specifieke pedagogische en didactische uitgangspunten In deze groep is een algemeen vormend onderwijsaanbod voor de leerling van belang. Het niveau van de leerling en de leerachterstanden van leerlingen zijn erg verschillend bij plaatsing. Er wordt zo goed mogelijk aangesloten bij het niveau van binnenkomst. Er wordt veel aandacht besteed aan het vergroten van de zelfstandigheid en de zelfredzaamheid. Het leerproces zal voor deze leerlingen wat vertraagd verlopen. Een leerling moet aan het einde van de basisschoolcarrière minimaal voldoen aan de einddoelen groep 6. De leerstof gerelateerd aan de einddoelen groep zes mogen verdeeld worden over 8 leerjaren. Extra aandacht zal besteed worden aan herhaling en aangepast lestempo. Leerstofaanbod Binnen dit profiel krijgen de leerlingen onderwijs in de algemene cognitieve vakken zoals rekenen, technisch lezen, begrijpend lezen, spelling, taal, aardrijkskunde, geschiedenis, biologie en Engels. Naast de cognitieve vakken wordt ook aandacht besteed aan vakken als gymnastiek, handenarbeid, techniek, muziek, koken en sociale emotionele ontwikkeling (leefstijl). Het niveau waarop de leerling werkt kan per leerling en per vak verschillen. De leerlingen werken in lesmethoden voor het regulier basisonderwijs. Waar nodig wordt extra remediërend materiaal gebruikt. Daarnaast wordt er gewerkt aan zaken zoals spreekbeurten, omgaan met computer en werkstukken maken, zelfstandigheid, uitgestelde aandacht en zelfredzaamheid. Profiel 3, praktijkgericht onderwijs: Praktijkgericht onderwijs voor leerlingen met grote onderwijsachterstanden en verstandelijke beperkingen; uitstroom naar cluster 3, praktijkonderwijs. RENN4 selectiecriteria: o Leerlingen met een IQ tot 80 (rekening houdend met de standaardafwijking); o Een leerachterstand van meer dan twee jaar ten opzichte van leeftijdgenoten; o Een achterstand die niet/nauwelijks verminderd kan worden. Specifieke pedagogische en didactische uitgangspunten Binnen onderwijszorgprofiel 3 vallen leerlingen die naast sociaal emotionele problemen op een laag cognitief niveau functioneren. Het IQ valt tussen 65 en 80. Het is erg belangrijk voor deze leerlingen dat het pedagogisch en didactisch klimaat met deze factoren rekening houdt. Het werktempo van de activiteiten is lager. De werkmomenten zijn kort. Er kunnen geen twee opdrachten tegelijk gegeven worden. Er is veel visualisatie en structuur in het dagprogramma. Leerlingen hebben behoefte aan een korte maar heldere opdracht een aansp reektoon. Op individueel niveau wordt het aanbod aangepast. Het bevorderen van de zelfstandigheid en zelfredzaamheid neemt een centrale plaats in. Er wordt gewerkt naar een uitstroomniveau eind groep 5. Leerstofaanbod Voor leerlingen uit onderwijszorgprofiel 3 worden delen uit de reguliere lesmethoden gebruikt. Aanvullend wordt hierbij gebruik gemaakt van remediërende methoden (bijv oorbeeld Maatwerk). De verwerking van instructie vindt plaats in zogenaamde maatschriften. Deze methoden zijn bedoeld voor leerlingen met een leerachterstand die extra zorg en aandacht nodig hebben. Er zijn veel praktische opdrachten in de lesstof en het doet een groot beroep op de zelfstandigheid Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 19/45 van de leerling. Het accent ligt in deze groep op praktisch handelend bezig zijn. Het huidige aanbod dient verder uitgebreid te worden met mogelijkheden voor praktijkgericht werken. Vakken als koken, handenarbeid, techniek en praktische opdrachten ter vergroting van de zelfredzaamheid staan centraal. Activiteiten met betrekking tot groen, maatschappelijke vorming, bibliotheekbezoek en boodschappen doen krijgen een plek in het onderwijsprogramma. 7.2.1 Specifieke activiteiten in de onderbouw Op het MOD en in groep Rood wordt vanaf schooljaar 2011-2012 thematisch gewerkt aan de hand van de methode Schatkist. Daarnaast wordt er gebruik gemaakt van Leeslijn, Schrijfdans, Wat zeg je?, De Wereld in Getallen en diverse ontwikkelingsmaterialen. Vanaf schooljaar 2011-2012 wordt op SO De Zwaai de methode Veilig Leren Lezen voor de leerlingen die op leerniveau groep 3 functioneren ingezet. Als aanvulling op deze methode gebruiken we Veilig stap voor stap. 7.2.2 Nederlandse taal Lezen is de sleutel tot de wereld om je heen. Door de wereld te begrijpen en jezelf te kunnen uitdrukken, kun je jezelf redden in de wereld om ons heen. Sinds het schooljaar 2010 -2011 lezen we schoolbreed elke ochtend van 08.40 tot 09.00 uur. Dit moment wordt Leeskanjers genoemd. Daarnaast heeft elke klas op andere momenten lezen op het rooster staan. In 2010 is er begonnen met de aanleg van een schoolbibliotheek. Daarnaast heeft elke klas een lidmaatschap bij de bibliotheek in Drachten. 7.2.3 Rekenen/wiskunde Op basis van een vernieuwde visie op rekenen/wiskunde is gekozen voor een nieuwe rekenmethode: “Alles telt.” Deze methode wordt dit jaar ingevoerd en er zal worden gewerkt volgens de leerlijnen van deze rekenmethode. Deze methode gaat uit van een basis- en een plusgroep, zodat onze leerlingen meer onderwijs op maat krijgen aangeboden. 7.2.4. Oriëntatie op mens en maatschappij, natuur en techniek Bij de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuuronderwijs gaat het om het overbrengen van kennis waardoor het kind beter in staat is de hem omringende wereld te begrijpen. Er wordt gestreefd naar het ontwikkelen van belangstelling voor deze vakken. Het aanbieden van de leerstof geschiedt hoofdzakelijk per groep. Het niveau van kennen en kunnen is per kind dat de school verlaat, zeer verschillend. Voor de oriëntatie op mens en maatschappij gebruiken wij de lijnen zoals die beschreven staan in de methodes. Daarnaast maken we gebruik van de uitzendingen van Koekeloere, Huisje Boompje Beestje en Nieuws uit de natuur. Voor het vak techniek hebben we als team een techniekwagen ontwikkeld die per groep ingezet wordt. 7.2.5 Godsdienstonderwijs en/of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs De school biedt onderwijs gebaseerd op de visie dat allerlei verschillende maatschappelijke stromingen, godsdiensten en levensbeschouwingen gelijkwaardig zijn aan elkaar en gewaardeerd en gerespecteerd worden. Respect voor elkaar is belangrijk op school. Dit houdt in dat we iedereen in zijn waarde laten; iedereen is gelijkwaardig. “IEDEREEN IS ANDERS, IEDEREEN IS GELIJKWAARDIG” Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 20/45 In alle klassen wordt aandacht besteed aan verschillende geestelijke en maatschappelijke stromingen. SO De Zwaai is een school voor alle leerlingen ongeacht afkomst, godsdienst of culturele achtergrond. Op SO De Zwaai maken onze leerlingen kennis met diverse godsdiensten en levensovertuigingen en de waarden en normen die daaruit voortvloeien. 7.2.6. Kunstzinnige oriëntatie Onder kunstzinnige oriëntatie verstaan we de vakken tekenen, handenarbeid, textiele werkvormen, muziek en dramatische expressie. Aan deze activiteiten wordt op de school aandacht geschonken. De vakken worden of afzonderlijk of geïntegreerd in een ander vakgebied aangeboden. Het ontwikkelen van de mogelijkheden van ieder kind staat centraal. 7.2.7 Bewegingsonderwijs en spel In elke groep wordt twee keer per week les in bewegingsonderwijs gegeven. Deze lessen worden verzorgd door een vakdocent. Bewegingsonderwijs als verplicht vak is belangrijk voor de algehele ontwikkeling van het kind. Het bewegingsonderwijs moet aansluiten bij en inspelen op de ontwikkelingsmogelijkheden van de leerlingen. Op de dagen dat er gym wordt gegeven , nemen de leerlingen een sportbroek, een t-shirt, sportschoenen, een handdoek en schone onderkleding mee, bij voorkeur voorzien van de naam. Zwemmen op SO De Zwaai Op SO De Zwaai zwemmen de leerlingen die nog geen A-diploma hebben. Dit brengt veel kosten met zich mee. De leerlingen gaan elke week van en naar het zwembad met een bus. Ouders waarvan hun kind zwemt, vragen wij om één keer per jaar een tegemoetkoming in deze kosten te betalen van € 22,50. U kunt dit bedrag overmaken op rekeningnummer 13.11.53.609 ten name van SO De Zwaai te Drachten, onder vermelding van ‘schoolzwemmen’, de naam van uw kind en de groep. 7.2.8 Methoden In onderstaande tabel staat aangegeven welke methoden de rode draad vormen door de school. Vak Ontluikende geletterdheid en ontluikende gecijferdheid Technisch lezen Begrijpend lezen Rekenen Taal Spellen Schrijven Aardrijkskunde Geschiedenis Kennis der natuur Sociale vaardigheden Burgerschapskunde Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 Gebruikte methode Leeskanjers en Leeslijn Tekstverwerken en Leesbegrip Alles telt Taalverhaal Taalverhaal spelling Schrijfdans, Schrijven in de basisschool en schrijven leer je zo! Wijzer door de wereld Wijzer door de tijd Nieuws uit de natuur Leefstijl Binnen onze school worden de volgende activiteiten binnen het thema “sociale vaardigheid, actief burgerschap en sociale 21/45 integratie” uitgevoerd: - Omgangsprotocol in de vorm van zes basisregels. - Een internetprotocol. - Methode “PAD” voor sociaalemotionele ontwikkeling voor gr. 1 t/m 8. - Schooltv weekjournaal en gesprekken n.a.v. programma en krant. - In de aanloop naar 4/5 mei wordt er een gastspreker uitgenodigd op de school. - In december wordt een voorlichter van bureau Halt uitgenodigd in de aanloop naar Oud en Nieuw. 7.2.9 Actief Burgerschap en Sociale Integratie Leerlingen leren op school meer dan taal en rekenen alleen. Toerusting van leerlingen om op zinvolle wijze aan de samenleving bij te dragen is een taak die het onderwijs sinds lange tijd vervult. De laatste jaren zien we een toename in aandacht voor dit onderwerp. Bezorgdheid over verruwing en geweld, over onverdraagzaamheid en over het afbrokkelen van maatschappelijke samenhang spelen daarbij een rol. Wij achten het van belang dat onze scholen een positieve bijdrage leveren aan het bevorderen van actief burgerschap en de sociale integratie van leerlingen. Vanaf 1 februari 2006 zijn scholen verplicht om in hun onderwijs aandacht te besteden aan actief burgerschap en sociale integratie. Actief burgerschap verwijst naar de bereidheid en het vermogen deel uit te maken van een gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren. Sociale integratie verwijst naar deelname van burgers (ongeacht hun etnische of culturele achtergrond) aan de samenleving, in de vorm van sociale participatie, deelname aan de maatschappij en haar instituties en bekendheid met en betrokkenheid bij uitingen van de Nederlandse cultuur. De opdracht aan scholen om actief burgerschap en sociale integratie te bevorderen , is vastgelegd in een aantal wetsartikelen en luidt: Het onderwijs: a. Gaat er mede vanuit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving; b. Is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie; c. Is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten. Binnen onze school worden de volgende activiteiten binnen het thema ‘sociale veiligheid, actief burgerschap en sociale integratie’ aangeboden: - Omgangsprotocol in de vorm van zes basisregels. Een internetprotocol. Methode “PAD” voor sociaal-emotionele ontwikkeling voor groep 1 t/m 8. Schooltv weekjournaal en gesprekken naar aanleiding van programma’s en de krant. In de aanloop naar 4/5 mei wordt er een gastspreker uitgenodigd op school. In december wordt een voorlichter van bureau Halt uitgenodigd in de aanloop naar Oud en Nieuw. Nieuwsbegrip; Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 22/45 - Methode Leefstijl; Project Special Heroes. 7.2.10 Excursies en schoolreizen Onderdeel van het onderwijsaanbod zijn activiteiten die gericht zijn op uitbreiding van de belevingswereld van de leerlingen. Enerzijds heeft dit de functie van het opdoen van informatie, anderzijds is het heel belangrijk om met je klasgenoten en je leerkrachten nieuwe, spannende en uitdagende dingen mee te maken. Deze onderdelen horen bij het schoolprogramma. Aan deze activiteiten zijn soms kosten verbonden. De bijdrage die aan de ouders wordt gevraagd, is vrijwillig en deze mogen geen belemmering zijn voor deelname. U kunt altijd contact opnemen met de school als de gevraagde bijdrage een probleem vormt. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 23/45 8 Resultaten van het onderwijs 8.1 Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) In het ontwikkelingsperspectiefplan maakt de school een inschatting van de doelen die een leerling kan behalen. Het ontwikkelingsperspectief bestaat uit een leerrendementsverwachting en een uitstroombestemming. Een uitstroombestemming stelt de school vast door het combineren van de leerrendementsverwachting van alle leergebieden samen. Het biedt handvatten waarmee de leerkracht het onderwijs kan afstemmen op de behoefte van een leerling. En het laat de school, de leerling en de ouders duidelijk zien waar de school samen met een leerling naartoe werkt en aan welke instroomeisen een leerling moet voldoen om succesvol te zijn in het vervolgonderwijs. Vanaf het schooljaar 2013-2014 is het via de kwaliteitswet in Nederland verplicht om voor alle leerlingen een ontwikkelingsperspectiefplan op te stellen. Binnen zes weken na plaatsing van een leerling wordt een OPP opgesteld. Dit plan wordt met u besproken en door u ondertekend. Het OPP vormt het uitgangspunt voor het handelen. Aan het einde van het schooljaar wordt de evaluatie van het OPP met u besproken. 8.2 Groepsplannen en individuele handelingsplannen Vanaf het schooljaar 2013 – 2014 wordt in klassen gewerkt met een pedagogisch- en een didactisch groepsplan. Waar nodig zal er voor leerlingen een individueel handelingsplan worden opgesteld. Bij iedere leerling wordt planmatig gewerkt via een plan. Getracht wordt om de inhoud van het plan zoveel mogelijk te vertalen naar de dagelijkse praktijk. Het streven is dat de leerling eigenaar is van de inhoud van zijn eigen plan. Dit kan door samen met leerling een aantal werkdoelen op te stellen. De doelen die gesteld worden, worden meerdere malen per jaar geëvalueerd en bijgesteld. Dit kan ook in groepsverband gebeuren wanneer een aantal leerlingen werkt aan eenzelfde doel. De groeps- en handelingsplannen worden besproken en vastgesteld in het multidisciplinaire team bestaande uit de leerkracht(en), (eventuele) leerkrachtondersteuners, (eventuele) onderwijsassistent, inhoudelijk begeleider, gedragsdeskundige, vakleerkrachten, logopedist, fysiotherapeut (op aanvraag) en de teamleider. Het handelingsplan/groepsplan wordt met ouders besproken aan de hand van de kopjes op het handelingsplan/groepsplan en vervolgens ondertekend. Dit vindt plaats bij de start van het schooljaar, halverwege het schooljaar en aan het eind van het schooljaar. 8.3 Het volgen van de ontwikkeling van de leerling De resultaten van het onderwijs worden gevolgd door middel van het leerlingvolgsysteem. Het leerlingvolgsysteem is een middel om de leerling te volgen in zijn/haar ontwikkeling. Het helpt ons in kaart te brengen met welke problemen de leerlingen te maken hebben en op welk gebied extra hulp moet worden ingezet. Op deze wijze kan per leerling in beeld gebracht worden of hij/zij zich naar verwachting ontwikkelt. Er wordt gebruik gemaakt van allerlei toets- en testmateriaal. We gebruiken methode-gebonden en methode-onafhankelijke toetsen. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 24/45 Methode-gebonden toetsen Deze toetsen hebben als doel de voortgang van de dagelijkse leerstof op gezette tijden te toetsen. De toetsen geven details aan en helpen de leerkracht de leerstof in een korte periode goed aan te passen aan het individuele kind. De toetsing vindt regelmatig plaats. Methode-onafhankelijke toetsen (CITO) Deze toetsen gaan niet uit van het dagelijks werk. De toetsen bewaken meer de algemene voortgang van het kind. De toetsen staan niet in relatie tot de leermethodes die dagelijks worden gebruikt. De resultaten worden gekoppeld aan een niveau-indicatie. De ouders mogen van de school verwachten dat zij alles in het werk stelt om tot maximale resultaten te komen. 8.4 Naar een andere school 8.4.1 Naar het voortgezet (speciaal) onderwijs In februari van het schooljaar bespreken we het advies met ouders. Ter ondersteuning van ons advies wordt, bij leerlingen die 12 jaar worden, een Schoolvragenlijst voor kinderen (sociaalemotionele ontwikkeling), het Vraag Profiel Instrument (VPI), de Plaatsingswijzer, het NIO en een uitgebreide vragenlijst voor de leerkracht afgenomen. De leerkracht, eventueel samen met de intern begeleider of gedragsdeskundige, voert het adviesgesprek met de ouders. Ouders en leerlingen bezoeken open dagen en maken uiteindelijk een keuze. Leerkrachten vullen de onderwijskundige eindrapporten in en zij kunnen, als u dat wilt, ook ondersteunen bij het invullen van het aanmeldingsformulieren. Als ouders er toestemming voor geven, verstrekken wij het laatste OPP aan de vervolgschool. Wij verzorgen de overdracht naar de vervolgschool. Als een leerling de overstap maakt naar een andere school voor speciaal onderwijs of naar het voortgezet speciaal onderwijs moet een nieuwe toelaatbaarheidsverklaring worden aangevraagd. 8.4.2 Tussentijds schakelen Zoals gezegd zijn wij schakelonderwijs. Dit betekent dat kinderen op alle momenten geschakeld kunnen worden naar een andere vorm van onderwijs. Dit kan terug naar het reguliere basisonderwijs zijn, of naar een andere vorm van speciaal onderwijs. De Commissie voor de Begeleiding geeft hierover een advies. 8.4.3 Onderwijskundig Rapport (OKR) Als de leerling de school verlaat, krijgt de leerling een onderwijskundig rapport (OKR). Dit rapport gaat eveneens naar de vervolgschool. In het rapport staat informatie over de leerprestaties, de werkhouding en het gedrag van de leerling. 8.4.4 Doubleren Doubleren betekent een schooljaar overdoen. Doubleren wordt op SO De Zwaai over het algemeen niet als zinvol ervaren. Toch zijn er uitzonderingen mogelijk die de Commissie voor de Begeleiding kunnen doen besluiten om een leerling te laten doubleren. Dit kan bijvoorbeeld als een leerling een bijzonder heftige periode heeft meegemaakt waardoor de ontwikkeling is komen stil te staan. De leerling kan ook, om welke reden dan ook, een periode hebben gehad waarin het minder de school bezocht. De Commissie voor de Begeleiding zal dan Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 25/45 een afweging maken op basis van de volgende factoren: cognitieve-, sociaal-emotionele en motorische ontwikkeling, werkhouding en thuissituatie. 8.5 Cijfers over de doorstroming van leerlingen Het afgelopen schooljaar hebben 18 leerlingen de school verlaten. Ze zijn weer terug naar het basisonderwijs of ze vervolgen hun schoolcarrière op het voortgezet onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs. In onderstaande tabel staat aangegeven om hoeveel leerlingen het gaat en waar ze naar toe zijn gegaan. In de tabel staat ook of het uitstroomniveau van de leerlingen overeenkomt met wat we bij plaatsing op SO De Zwaai hadden ingeschat. Schoolverlaters schooljaar 2013 - 2014 Type onderwijs Aantal leerlingen In overeenstemming met uitstroomperspectief Basisonderwijs % Praktijkonderwijs 2 100% Vmbo - kaderberoeps en % basisberoepsgerichte leerweg Vmbo - theoretische leerweg % Havo/vwo % Voortgezet speciaal onderwijs, cluster 3 2 100% Voortgezet speciaal onderwijs, cluster 4 14 100% Van de leerlingen die in het schooljaar 2012 – 2013 zijn uitgestroomd hebben we geïnformeerd hoeveel van hen nog op de vervolgopleiding zitten waar ze in september 2012 naar toe zijn gegaan. In onderstaande tabel ziet u het resultaat. Schoolverlaters schooljaar 2012 - 2013 Type onderwijs Aantal leerlingen Percentage leerlingen dat nog op de vervolgopleiding zit Basisonderwijs % Praktijkonderwijs 3 100 % VMBO - kaderberoeps en 4 100 % basisberoepsgerichte leerweg VMBO - theoretische leerweg % HAVO/VWO 2 50 % Voortgezet speciaal onderwijs, cluster 4 10 100 % 8.6 Schoolontwikkeling 8.6.1 Het afgelopen jaar 2013 - 2014 Het afgelopen schooljaar hebben we op verschillende terreinen verbetertrajecten ingezet, geëvalueerd en/of afgerond. Hieronder een niet volledige opsomming: Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 26/45 Resultaten van het SO en MOD 2013-2014 Zorg voor kwaliteit, beleid en organisatie Voor schooljaar 2013 – 2014 is de basis het jaarplan en het jaarrooster geweest. De doelen voor afgelopen schooljaar stonden in het jaarplan, de acties welke nodig waren stonden wanneer nodig ingepland in ons jaarrooster en zijn ook uitgevoerd. Tijdens het afgelopen schooljaar zijn op alle scholen van RENN4 meerdere interne Audits afgenomen. Op alle scholen wordt er hard aan gewerkt om te voldoen aan de HKZ-certificering. Deze kwaliteitsnorm geeft een ondergrens aan waaraan een “goede school” naar maatstaven vanuit de branche dient te voldoen. Ook op SO De Zwaai is en wordt hard gewerkt om de school een school te laten blijven waar kwalitatief goed onderwijs wordt geboden. Op alle RENN4-scholen is in het afgelopen schooljaar een nieuw RI&E-onderzoek (risico-inventarisatie en -evaluatie) gedaan. Dit is voor SO De Zwaai in maart gerealiseerd. De protocollen ten behoeve van de Veilige school zijn verspreid en ook in het laatste deel van dit schooljaar op SO De Zwaai ingezet. SO De Zwaai beschikt nu over o nder andere een pestprotocol. Het team heeft dit schooljaar de jaarlijkse update van de agressieregulatietraining (ABC), Leefstijltraining en de training seksualiserend en grensoverschrijdend gedrag gevolgd. Het verzuim is het afgelopen jaar vier keer onderwerp van gesprek geweest op de teamvergadering. Het afgelopen halfjaar lag het ziekteverzuim tussen de 5% en 8,49%. Ten opzichte van schooljaar 2013-2014 (ziekteverzuim tussen de 7% en 12%) is er sprake van een zichtbare daling. In dit schooljaar is er een aantal studiedagen geweest voor de medewerkers. Zij hebben trainingen gevolgd ten behoeve van opbrengstgericht werken en teamsamenwerking. Het team heeft er aan gewerkt de teamsamenwerking te versterken en (nog) meer te handelen vanuit een gezamenlijke basis passend binnen de kaders van RENN4. Ten behoeve van de didactische en pedagogische leerontwikkeling van de leerlingen is nu per individu en voor de groep meer inzichtelijk hoe de leerling en de groep zich hebben ontwikkeld. Ook hebben Accare en SO De Zwaai dit schooljaar een pilot gedraaid. Meerdere leerlingen hebben in samenwerking met de ouders ondersteuning kunnen krijgen van medewerkers van Accare. De ervaringen zijn zeer positief. De POP-/voortgangsgesprekken zijn voor de zomervakantie afgerond. De normjaartaakgesprekken zijn nog niet met alle medewerkers gevoerd; deze zullen in september worden afgerond. Voor SO De Zwaai zijn dit schooljaar de voorbereidingsstappen gezet om in schooljaar 2014 – 2015 een eigen website te realiseren. In mei 2014 is de werkgroep Huisvesting gestart met het opstellen van een gezamenlijke visie op de nieuwbouw voor de campus. In juni 2014 is de gezamenlijke visie voor Cluster 4, Cluster 3, Cluster 2 en het SBO-onderwijs in Drachten tot stand gekomen. Communicatie met ouders Dit schooljaar zijn we in september gestart met een kennismakingsavond. Rond de kerst is er een kerstmarkt gehouden. Tijdens de themaweek zijn alle ouders uitgenodigd om de week samen Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 27/45 met hun kind af te sluiten in de klas. Een ook dit schooljaar is er een thema-ouderavond georganiseerd. Tijdens de avond konden ouders, familie en medewerkers van SO De Zwaai informatie krijgen betreffende gezonde leefstijl, sport en verantwoord digitaal (internetgebruik). Bijna alle OPP’s, pedagogische en didactische groepsplannen en CITO-resultaten zijn met de ouders besproken. Er is op meerdere momenten in het schooljaar voor de leerlingen een schoolkrant en voor de ouders een nieuwsbrief verspreid. Ook dit schooljaar heeft de oudercommissie ons weer gesteund bij verschillende activiteiten, de themaweek en excursies. Daarbij heeft de oudercommissie vanaf dit schooljaar de luizencontrole na iedere vakantie gedaan. Onderwijs en leren Bij de start van dit schooljaar hadden alle zittende leerlingen een OPP (ontwikkelingsperspectiefplan). De leerkrachten werkten vanaf het begin van dit schooljaar met een pedagogisch- en didactisch groepsplan. Daarnaast is aanvullend op de SCOL (sociale competentie-observatielijst), de LVT( leerlingvragentest) afgenomen. Deze twee vragenlijsten geven informatie voor het pedagogisch groepsplan. Ten behoeve van ons rekenonderwijs heeft het team SO De Zwaai het afgelopen schooljaar de visie op het rekenonderwijs opnieuw bekeken en aangepast. De rekenmethode “Alles Telt” is op basis van deze visie geselecteerd. De rekenmethode voldoet aan de nieuwe referentieniveaus. Vanaf de start van aankomend schooljaar wordt de methode ingezet. Het hele team heeft de cursus “Met Sprongen Vooruit “ gedaan en is gecertificeerd. “Met Sprongen Vooruit” kan aanvullend op de rekenmethode worden gebruikt. De leerlingen hebben tijdens de gymlessen meerdere keren in dit schooljaar sportlessen kunnen volgen die georganiseerd werden in samenwerking met collega’s van het sportstimuleringsproject Special Heroes. Zo konden de leerlingen verschillende sporten uitproberen. Het doel van Special Heroes en SO De Zwaai is de deelname van leerlingen bij sportclubs in de buurt te stimuleren. 8.6.2 Het huidige jaar 2014 - 2015 Bedrijfsvoering Naar aanleiding van de Risico-inventarisatie en -evaluatie( RI&E) wordt een plan van aanpak opgesteld en uitgevoerd. Plan van aanpak Veilige School invoeren en evalueren. Er wordt gewerkt aan de actiepunten voortvloeiende uit de nulmeting voor HKZ-certificering. Werkgroep PR & Imago zorgt dat de website van SO De Zwaai wordt gerealiseerd om SO De Zwaai toegankelijker te laten zijn in haar omgeving. Concretiseren nieuwbouwplannen SO De Zwaai. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 28/45 Opstellen van een jaarverslag over 2014-2015. Er wordt in november 2014 een begroting opgesteld voor 2015. Ouderbetrokkenheid – de samenwerking met de oudercommissie SO De Zwaai wordt meer uitgebouwd. Uitbouwen samenwerking met Accare. Personeel en Organisatie Er wordt met alle medewerkers een persoonlijk ontwikkelingsplan opgesteld of een voortgangsgesprek gevoerd conform de nieuwe gesprekkencyclus van RENN4. Het ziekteverzuim van het personeel is maximaal 6,5% met daarbij een meldingsfrequentie van maximaal twee. Medewerkers herkennen signalen van seksueel misbruik en weten hoe te handelen bij signalen van seksueel misbruik en seksueel grensoverschrijdend gedrag. Alle medewerkers wordt de update Leefstijl, update Seksualiserend en Grensoverschrijdend Gedrag (SGG) en de update Agressieregulatie (ABC) aangeboden. Alle medewerkers wordt scholing aangeboden voor teamontwikkeling, pedagogische en didactische verdieping. Alle medewerkers wordt scholing aangeboden voor opbrengstgericht werken. SO De Zwaai voldoet aan de kwaliteitswet SO en realiseert de voorbereiding ten behoeve van het behalen van de HKZ-certificering. Domein Onderwijs en Leerlingen De nieuwe rekenmethode en cursus “Met Sprongen Vooruit” wordt geïmplementeerd en geborgd. Er wordt een nieuwe taal-/spellingmethode aangeschaft. Alle leerlingen weten aan welke doelen zij werken. Voor leerlingen wordt een nieuw rapport opgesteld. 8.7 Onderwijsinspectie De Onderwijsinspectie heeft tot taak om toezicht te houden op het onderwijs. Per 1 september 2002 is de nieuwe Wet op het onderwijstoezicht (WOT) ingegaan. Binnen het inspectietoezicht staat de vraag centraal: “Hoe is de kwaliteit van de school?”. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 29/45 Van de bevindingen wordt een rapport gemaakt. Dit rapport maakt de inspectie openbaar op haar website www.onderwijsinspectie.nl. RENN4 maakt de inspectierapporten ook zelf openbaar door publicatie op de website. Als u op de startpagina (www.renn4.nl) bij de keuzemogelijkheid Scholen de school kiest waarin u geïnteresseerd bent, kunt u daar het laatste inspectierapport inzien. SO De Zwaai valt onder de Inspectie van het Onderwijs kantoor Zwolle, Postbus 10048, 8000 GA Zwolle. Voor vragen over het onderwijs in het algemeen of de Inspectie in het bijzonder kunt u bellen met telefoonnummer 088-669 60 60 of mailen naar [email protected]. Informatie over de Onderwijsinspectie vindt u op www.onderwijsinspectie.nl Vertrouwensinspectie Binnen de Inspectie van het Onderwijs heeft een klein team van inspecteurs naast hun toezichthoudende taak een bijzondere taak: zij zijn vertrouwensinspecteur (VI). De vertrouwensinspectie is telefonisch bereikbaar op 0900-1113111. U kunt contact opnemen met de vertrouwensinspectie als er sprake is van fysiek geweld, pesten, discriminatie of seksueel grensoverschrijdend gedrag. Meer informatie vindt u op: http://www.onderwijsinspectie.nl/onderwerpen/Vertrouwensinspecteurs Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 30/45 9 Ouders 9.1 Samenwerken met ouders Als uw kind bij ons aangemeld wordt, betekent het dat er problemen zijn met betrekking tot het gedrag van uw kind. Deze problemen kunnen zich op school, thuis en in de v rije tijd voordoen. Samenwerking met u en andere instanties vinden wij daarom van groot belang. Als ouder bent u verantwoordelijk voor de opvoeding van uw kind. Aan het onderwijs voor uw kind kunt u een belangrijke bijdrage leveren als ervaringsdeskundige. Immers, u bent degene die uw kind vanuit de thuissituatie het beste en het langste kent. De leerkracht kan van u dan ook belangrijke informatie krijgen over het functioneren en de behoeften van uw kind. Bovendien hebt u wellicht al ervaring met verschillende vormen van aanpak en de effecten daarvan. Wij spreken van educatief partnerschap. Samen wordt de verantwoordelijkheid gedragen voor het onderwijs. Dit wordt ondersteund door het ondertekenen van het document gezamenlijke verantwoordelijkheid en het agressiedocument. Leerkrachten kijken vanuit hun eigen specifieke deskundigheid naar uw kind. U mag van hen verwachten dat zij u regelmatig en objectief informeren over het functioneren van uw kind op school, dat zij actief luisteren naar u en dat zij betrokken zijn bij het welzijn van uw kind. U en de leerkracht zijn gelijkwaardige gesprekspartners bij de samenwerking voor uw kind. Dat betekent dat u beiden elkaars deskundigheid en mening respecteert. Het opbouwen van een vertrouwensband is belangrijk voor een goede samenwerking. De school heeft echter ook een eigen verantwoordelijkheid met betrekking tot de ondersteuning van uw kind. Deze ontstaat wanneer uw kind naar de mening van de school wordt bedreigd in zijn of haar ontwikkeling en niet de hulp krijgt die het nodig heeft. In overleg met u zullen dan externe hulpverleningsinstanties ingeschakeld kunnen worden of de school zal zelf contact opnemen met de aangewezen hulpverlenende instanties. Samen bereiken we meer. U als ouder en wij als school hebben immers dezelfde opdracht: uw kind voorbereiden op en begeleiden naar de volwassenheid. 9.2 Het belang van de betrokkenheid Om het doel, dat we ons samen met u gesteld hebben, zo goed en snel mogelijk te bereiken, vinden wij het van groot belang dat school en ouders de verantwoordelijkheid voor de begeleiding delen. We verwachten van ouders een constructieve opstelling. Dat houdt ook in dat we ouders voor OPP-besprekingen op school verwachten, dat de leerkrachten welkom zijn op een eventueel huisbezoek maar ook dat u bij ziekte of ander verzuim tijdig (tussen 8.00 en 8.30 uur ‘s morgens) contact met ons opneemt. Wij nemen contact met u op als dat nodig is (bijvoorbeeld bij onverwachte gebeurtenissen of ontwikkelingen). Wij moeten hiervoor kunnen beschikken over de juiste gegevens zoals uw adres, telefoonnummer en e-mailadres. Het is uw taak de gegevens en eventuele wijzigingen door te geven aan de leerkracht en de administratie. De ouders van nieuwe leerlingen vragen wij een formulier in te vullen met vragen over onder andere het sofinummer van de leerling, adresgegevens van de ouders en adresgegevens van iemand die in geval van nood, als u niet bereikbaar bent, benaderd kan worden. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 31/45 9.3 Informatievoorziening 9.3.1 Schoolgids Aan het begin van het schooljaar is voor iedereen de schoolgids beschikbaar via de website van RENN4: www.renn4.nl Onder de knop Scholen kunt u de schoolgids van de betreffende school aanklikken. In principe geven we geen “papieren” schoolgids meer uit. U kunt aangeven dat u toch een papieren schoolgids wilt ontvangen; wij zullen daar dan voor zorgen. 9.3.2 Nieuwsbrief Gedurende het schooljaar verschijnt enkele malen een nieuwsbrief voor ouders met nieuws en wetenswaardigheden van de school of een groep. 9.3.3 Websites Op de website van RENN4 www.renn4.nl, vindt u onder andere de algemene informatie over RENN4 en haar scholen. U kunt daarbij denken aan contactgegevens, de schoolgids en de vakantieregeling. 9.3.4 Schoolkrant SO De Zwaai heeft een schoolkrant met leerlingenwerk en een nieuwsbrief met informatie voor ouders. De schoolkrant en de nieuwsbrief worden voor iedere schoolvakantie op de website geplaatst. 9.3.5 Oudercontacten en ouderparticipatie De school kent verschillende momenten waarop u als ouder in de gelegenheid wordt gesteld over uw kind te praten of om meer van de werkwijze van de school te weten te komen. Als ouders gescheiden zijn, gaat de informatie van school doorgaans naar het woonadres van het kind, tenzij anders is afgesproken. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat de ouder bij wie het kind woont, zorgdraagt voor het verstrekken van de nodige informatie van de school aan de andere, niet verzorgende of gedeeltelijk verzorgende ouder. Mocht dit problemen geven, dan kan de niet verzorgende of gedeeltelijk verzorgende ouder zelf contact opnemen met ons voor de desbetreffende informatie. SO De Zwaai hecht veel waarde aan het contact met u en aan uw betrokkenheid bij het onderwijs. We organiseren de volgende contactmogelijkheden. 9.3.5.1 Bespreking Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) 9.3.5.2 Rapportbespreking Aan het einde van het schooljaar worden de OPP’s geëvalueerd. U krijgt het OPP van tevoren opgestuurd. Tijdens de bespreking wordt het plan dan geëvalueerd en tegelijk worden de doelen voor het nieuwe schooljaar besproken en vastgesteld. Het nieuwe OPP wordt dan ondertekend. De leerlingen krijgen twee maal per jaar een rapport mee. Het eerste rapport, in januari/februari wordt met de ouders besproken. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 32/45 9.3.5.3 Groepsouderavond 9.3.5.4 Huisbezoek 9.3.5.5 Telefonisch contact Aan het begin van het schooljaar wordt er een groepsouderavond georganiseerd. U wordt dan geïnformeerd over de gang van zaken in de groep van uw kind en ouders kunnen kennismaken met elkaar. Het is tijdens deze avond niet de bedoeling om over individuele kinderen te spreken. De schoolmaatschappelijk werker of de mentor kan op huisbezoek komen. Een huisbezoek kan wenselijk zijn in verschillende gevallen: kennismaking, bespreking van problemen, ondersteuning , etcetera. Van tevoren wordt er contact met u opgenomen om een afspraak te maken. Ouders kunnen elke werkdag tussen 08.10 en 08.30 uur en tussen 15.00 en 16.15 uur telefonisch contact met de school opnemen voor het maken van een afspraak met de leerkracht. Het telefoonnummer van de school is: 0512-543638. 9.4 Medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad (MR) behartigt de belangen van leerlingen, personeel, ouders en school. De MR bestaat uit 6 leden: drie ouders en drie personeelsleden. De provinciedirecteur is alleen op uitnodiging bij de vergadering aanwezig. De MR vergadert 6 keer per jaar. Deze vergaderingen zijn openbaar. De MR houdt zich vooral bezig met beleidsmatige zaken rond de school. Tijdens de vergaderingen van de MR kunnen de volgende zaken besproken worden: Vaststellen van het schoolplan; Vaststellen van het formatieplan; Ondersteuningsstructuur; Begroting; Fusies/reorganisaties; Nieuwbouw en ingrijpende organisatorische veranderingen. Ook levert de MR een lid voor de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) van RENN4. De MR onderhoudt, via de GMR, contacten met het College van Bestuur van RENN4. De leden van de MR hebben een zittingsduur van drie jaar en kunnen daarna herkozen worden. Zolang hun kinderen op school zitten, kunnen ouders zich beschikbaar stellen voor de MR. Wanneer er nieuwe leden nodig zijn voor de MR krijgt u hiervan schriftelijk bericht. Ouders hebben dan tien dagen de gelegenheid om zich aan te melden als kandidaat. Bij meerdere kandidaten volgt er een schriftelijke stemming. Bij evenveel kandidaten als zetels worden de aangemelde kandidaten automatisch gekozen, indien er bij de ouders geen bezwaren tegen de kandidaten zijn. De MR onderhoudt contact met de ouders via de schoolkrant, de nieuwsbrief en de website. De notulen van de vergadering liggen ter inzage op school en worden gepubliceerd op de website. De MR van SO De Zwaai bestaat in het schooljaar 2014 - 2015 uit de volgende leden: Oudergeleding SO: Minke Wiersma en Rob Bosch SO: 2 vacatures VSO: Fokje Bouwer, Klazien Riemersma Oudergeleding VSO: Tineke Boomsma en Sjoukje van der Singel Myra Boer zit namens SO & VSO in de GMR. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 33/45 10 Geldzaken 10.1 Verzekering Ieder jaar wordt voor alle leerlingen een collectieve ongevallenverzekering afgesloten. Een scholenongevallenverzekering dekt een deel van de kosten die niet door de gewone ziektekostenverzekering wordt gedekt, bijvoorbeeld eigen risico. U moet zelf een aansprakelijkheidsverzekering afsluiten. 10.2 Vrijwillige Ouderbijdrage De ouderbijdrage wordt per schooljaar, in overleg met de Medezeggenschapsraad, vastgesteld. Voor leerlingen die slechts een deel van het jaar de school bezoeken, wordt een bijdrage naar evenredigheid gevraagd. De bijdrage is vrijwillig, maar wij rekenen op uw bereidwilligheid om bij te dragen. Pas dan kunnen we een aantal voorzieningen voor de leerlingen in stand houden. De bijdrage voor de schoolreisjes is vastgesteld op €35,00. Daarnaast wordt er voor vieringen en andere bijzondere activiteiten, zoals Sinterklaas, Kerst- en Paasontbijt en excursies een bijdrage gevraagd van €27,50. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 34/45 11 Regelzaken en verplichtingen 11.1 Schorsing In de praktijk kan het in voorkomende gevallen nodig zijn dat een leerling tijdelijk niet op school aanwezig is. De provinciedirecteur van de school is bevoegd tot het schorsen van leerlingen; hij kan de teamleider mandateren om namens hem een schorsing uit te spreken. Het schorsen van leerlingen is gebonden aan regels en procedures die zorgvuldig moeten worden gevolgd. Het gaat daarbij om het volgende: de schorsing van de leerling wordt telefonisch aan ouders meegedeeld en daarna schriftelijk bevestigd. bij zowel de telefonische mededeling als de schriftelijke bevestiging, is het van belang aan te geven waarom de leerling wordt geschorst en voor hoelang (maximaal vijf dagen). de provinciedirecteur kan het noodzakelijk vinden dat, voordat de leerling terug ko mt op school, eerst een gesprek met de leerling en zijn ouders plaatsvindt. Dit wordt in het telefonisch contact en in de brief aangekondigd. Gedurende de periode van schorsing houdt de school een inspanningsverplichting naar de leerling. Dit betekent dat gezorgd moet worden voor huiswerk en dat een afspraak gemaakt wordt over het nakijken ervan. De schorsingsbrief bevat ook informatie over de bezwaarmogelijkheid. Ouders kunnen bij het bevoegd gezag schriftelijk bezwaar aantekenen tegen de beslissing van de provinciedirecteur van de school. Het indienen van een bezwaar heeft geen opschortende werking. De schorsingsbrief gaat in afschrift naar het College van Bestuur van RENN4, de leerplichtambtenaar en de toezichthoudend inspecteur (bij schorsing voor meer dan één dag). 11.2 Verwijdering In uitzonderlijke gevallen kan besloten worden tot verwijdering van de leerling. Dit is het geval als het gedrag van de leerling een veiligheidsrisico vormt voor de andere leerlingen en/of de medewerkers van de school. Definitieve verwijdering van een leerling waarop de Leerplichtwet 1969 van toepassing is, vindt niet eerder plaats dan nadat het bevoegd gezag ervoor heeft zorggedragen dat een basisschool, een speciale school voor basisonderwijs, een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs, een instelling voor (voortgezet) speciaal onderwijs dan wel een instelling voor educatie en beroepsonderwijs bereid is de leerling toe te laten. Van een verwijdering krijgt u schriftelijk bericht. In de brief wordt tevens gewezen op de bezwaarmogelijkheden die u hebt. Het bevoegd gezag deelt een verwijdering voorafgaand aan een verwijdering aan ouders mee. Binnen zes weken na de mededeling van verwijdering kunt u bij het bevoegd gezag schriftelijk uw bezwaren kenbaar maken. Het bevoegd gezag beslist binnen vier weken na ontvangst van de bezwaren. De bevoegdheid tot het verwijderen van leerlingen is niet overgedragen aan de provinciedirecteur van de school. Verwijdering van leerlingen kan alleen plaatsvinden door het College van Bestuur. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 35/45 Net als bij schorsing houdt de school gedurende de periode van acht weken een inspanningsverplichting naar de leerling. In beginsel is de leerling gedurende deze acht weken gewoon op school. Indien de aanwezigheid van de leerling leidt tot een ernstig onveilige situatie voor medeleerlingen of teamleden kan de leerling gedurende de periode van acht weken de toegang tot de school worden ontzegd. Hiertoe moet het bevoegd gezag een apart besluit nemen. De inspanningsverplichting blijft ook dan bestaan (huiswerk, afspraken over uitleg en nakijken). 11.3 Lesuitval Als een leerkracht ziek is, of om een andere reden niet aanwezig is, wordt er zo goed mogelijk voor gezorgd dat de lessen (in aangepaste) vorm doorgaan. Het streven is ervoor te zorgen dat de groep een vervanger heeft. Lukt dit niet, dan kan besloten worden om de leerlingen te verdelen over andere groepen. Voor een aantal leerlingen, bijvoorbeeld die vanuit hu n problematiek sterk gehecht zijn aan een vaste leerkracht, maar ook voor de vervangende leerkracht, is het soms een moeilijke situatie. Begrip voor beiden is dan ook op zijn plaats. Als er geen vervanging of alternatief voorhanden is, kan als uiterste maatregel besloten worden om leerlingen thuis te laten blijven. In verband met vervoer maken wij dit waar mogelijk een dag van te voren bij u bekend. Wanneer een ouder niet wordt bereikt, wordt de boodschap ingesproken. Wanneer dit niet mogelijk is, wordt de leerling de volgende ochtend opgevangen en wordt er opnieuw geprobeerd contact te krijgen met u. 11.4 Leerplicht en verlofregeling 11.4.1 Leerplicht In Nederland kan elk kind naar school. Het belang van onderwijs voor het kind zelf en de samenleving is zo groot dat hiervoor de leerplicht is ingesteld. Iedereen is vanaf de leeftijd van vijf jaar tot en met het schooljaar waarin hij of zij zestien jaar wordt geheel leerplichtig (zie ook de website: www.rijksoverheid.nl/leerplicht). 11.4.2 Verlof Verlof buiten de officiële schoolvakanties kan, eventueel, verleend worden in verband met de specifieke aard van het beroep van één van de ouders van het kind. Dit verlof mag één keer per jaar voor maximaal tien schooldagen worden gegeven. Dit moet schriftelijk worden aangevraagd bij de provinciedirecteur. Dit verlof mag niet in de eerste twee lesweken van het schooljaar vallen. Soms kan er verlof noodzakelijk zijn op grond van, zoals de leerplichtwet het noemt, “gewichtige omstandigheden”. Bij minder dan tien schooldagen kan de provinciedirecteur dit verlof verlenen. Indien er voor meer dan tien dagen verlof wordt aangevraagd, is er toestemming van de leerplichtambtenaar nodig. Voorbeelden van gewichtige omstandigheden: - Het voldoen aan wettelijke verplichtingen wanneer dit niet buiten lesuren kan geschieden; Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 36/45 - Verhuizing; Huwelijk, ziekte, overlijden en jubileum van bloed- en aanverwanten tot en met de vierde graad. Bevalling van moeder of verzorgster; Indien de werkgever de werknemer verplicht buiten de schoolvakanties vakantie te nemen. Er dient dan een werkgeversverklaring te worden overlegd. Per situatie zal door de provinciedirecteur van de school (tot en met de eerste tien dagen verlof) of door de leerplichtambtenaar (wanneer het gaat om meer dan tien dagen verlof) bekeken worden of het verlof wordt toegewezen. 11.4.3 Afwezigheid Afwezigheid van een leerling moet voor de start van de lessen worden gemeld. De afwezigheid wordt vervolgens geregistreerd. Bezoeken aan arts, tandarts of specialist dienen zo veel mogelijk buiten de lesuren plaats te vinden. Indien dit niet mogelijk is, worden deze bezoeken op school gemeld. Vergeet u niet, in geval van taxivervoer, de afwezigheid ook tijdig te melden bij het taxibedrijf. 11.4.4 Ongeoorloofd schoolverzuim Ongeoorloofd schoolverzuim kan leiden tot een geldboete. De provinciedirecteur heeft de wettelijke verplichting dit verzuim te melden bij de leerplichtambtenaar van de woongemeente van de leerling. Indien kinderen, door omstandigheden, buiten de schoolvakanties afwezig moeten zijn, dan dient u dit, in verband met wettelijke bepaling, vooraf schriftelijk bij de school aan te vragen. Slechts in zeer uitzonderlijke gevallen kan hiervoor toestemming gegeven worden. De aanwijzingen van de leerplichtwet worden gevolgd. Indien u vergeet het schoolverzuim te melden, of als wij vermoeden dat het schoolverzuim niet geoorloofd is, zullen wij contact met u opnemen om een en ander te bespreken. 11.4.5 Slechtweerprotocol In de wintermaanden kan het voorkomen dat het erg slecht weer is. Voor leerlingen die met de taxi naar school komen, kan dit betekenen dat ze niet naar school kunnen komen omdat de taxibedrijven niet rijden. Leerlingen die dicht genoeg bij school wonen om veilig naar school te komen, worden op deze dagen gewoon op school verwacht. Als vanwege naderend slecht weer het openbaar vervoer besluit om vanaf een bepaald tijdstip niet langer te rijden, kan de school besluiten de leerlingen eerder naar huis te sturen. Er wordt dan wel eerst nagevraagd of er thuis iemand aanwezig is. 11.4.6 Ontheffingen Voor de leerlingen die ten gevolge van de problematiek of in verband met het behandelaanbod niet de vereiste onderwijstijd halen, wordt in overleg met de ouders bij de Inspectie ontheffing voor een deel van de onderwijstijd aangevraagd. 11.5 Dossiers Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 37/45 Afspraken over het omgaan met dossiers zijn wettelijk vastgelegd. Van alle leerlingen bestaat een dossier. Tot het dossier rekenen we alles wat over een leerling schriftelijk wordt vastgelegd. Gemaakt werk, zoals schriften, rekenen we niet tot het dossier. Aan dossiers stellen we de volgende eisen: Onderzoeken en testen ouder dan twee jaar worden niet meer gebruikt voor de beeldvorming van de leerling; Als een leerling van school gaat, wordt het dossier nog vijf jaar bewaard; Na vijf jaar wordt het dossier vernietigd; Ouders hebben inzagerecht in het dossier van hun kind; Jongeren tot 16 jaar mogen, met toestemming van hun ouders, zelf hun dossier inzien; Jongeren vanaf 16 jaar mogen zelfstandig hun dossier inzien; Inzage gaat altijd in overleg met diegene die verantwoordelijk is voor de dossiers; Dossiers worden bewaard op school en mogen niet worden meegenomen; Verstrekking van informatie aan derden kan alleen met schriftelijke toestemming van de ouders. 11.6 Klachtenregeling Alle scholen van RENN4 hanteren dezelfde klachtenregeling. Op school kunt u de klachtenregeling inzien of een exemplaar opvragen. U kunt de regeling ook downloaden van de pagina Over RENN4 - klachtenregeling op www.renn4.nl. Voor wie is de regeling bedoeld De klachtenregeling is bedoeld voor (ex -)leerlingen, ouders/voogden/verzorgers van minderjarige (ex-)leerlingen, (leden van) het personeel, stagiairs, (leden van) de directie, (leden van) het bevoegd gezag, vrijwilligers die werkzaamheden verrichten voor de school/afdeling en personen die anderszins deel uitmaken van de schoolgemeenschap. Deze personen kunnen zowel klager als aangeklaagde zijn. Gaat het om een voorval dat met een gesprek is op te lossen? Als er iets is voorgevallen, kunt u eerst proberen of dit met een gesprek is op te lossen: bespreek een voorval dat één of meerdere medeleerlingen betreft met de leerkracht; bespreek een voorval dat een leerkracht of andere medewerkers van de school betreft met de provinciedirecteur; bespreek een voorval dat de directeur of een andere medewerker van RENN4 betreft, met het College van Bestuur van RENN4. Binnen tien werkdagen wordt een oplossing geboden. Bent u tevreden dan is daarmee het voorval afgehandeld. Bent u niet tevreden, dan kunt u alsnog een officiële klacht indienen. Een klacht indienen U kunt een klacht indienen als het gaat om ongewenst gedrag in de breedste zin van het woord. Het kan gaan om bijvoorbeeld seksuele intimidatie, discriminatie, pesten, agressie of geweld. Meer informatie van de GGD over ongewenste omgangsvormen vindt u op de pagina Over RENN4 onder klachtenregeling op www.renn4.nl. Wilt u een klacht indienen, neem dan contact op met de contactpersoon van de school/afdeling. De contactpersoon verwijst u door naar de vertrouwenspersoon. Mogelijk kan de vertrouwenspersoon uw klacht via bemiddeling oplossen. Lukt dit niet, dien dan binnen tien werkdagen een schriftelijke klacht in bij het bevoegd gezag of de klachtencommissie. De Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 38/45 benodigde contactgegevens vindt u onderaan dit hoofdstuk en op de laatste pagina van de klachtenregeling. Afhandeling van uw klacht door het bevoegd gezag Hebt u een klacht ingediend bij het bevoegd gezag dan is de procedure als volgt: 1. Binnen vijf werkdagen na ontvangst van de klacht deelt het bevoegd gezag de klager en de aangeklaagde schriftelijk mee dat zij de klacht onderzoekt. 2. Binnen vier weken na ontvangst van de klacht volgt hoor en wederhoor. 3. Binnen vier weken na hoor en wederhoor neemt het bevoegd gezag een besluit en deelt dit mee aan de klager en aangeklaagde. Afhandeling van uw klacht door de klachtencommissie Hebt u een klacht ingediend bij de klachtencommissie dan is de procedure als volgt: 1. Binnen vijf werkdagen na ontvangst van de klacht deelt de klachtencommissie het bevoegd gezag, de klager en de aangeklaagde schriftelijk mee dat zij de klacht onderzoekt. 2. Binnen vier weken na ontvangst van de klacht volgt een hoorzitting. 3. Binnen vier weken na de hoorzitting brengt de klachtencommissie een advies uit aan het bevoegd gezag. 4. Binnen vier weken na ontvangst van het advies neemt het bevoegd gezag een besluit en deelt dit mee aan de klager, de aangeklaagde, de klachtencommissie en de directie van de school. Contactgegevens Contactpersoon van de school SO De Zwaai en interne kleutergroep MOD De Lytse Wâlden Mevrouw L. Drenth en de heer R. Elsinga t. 0512-543638 Vertrouwenspersoon voor leerlingen en ouders GGD Vertrouwenspersoon GGD Friesland Mevrouw A. Tadema Postbus 612, 8901 BK Leeuwarden t. 088-2299222 [email protected] Landelijke klachtencommissie Onderwijsgeschillen Postbus 85191 3508 AD UTRECHT t. 030-2809590 [email protected] Bevoegd gezag/College van Bestuur RENN4 Drs. L. de Boom of J. Jonker MSc Postbus 8091 9702 KB Groningen t. 050-3098893 Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 39/45 11.7 Veiligheid Een veilig schoolklimaat vinden wij erg belangrijk. Wij geven met elkaar inhoud aan de “Veilige School” door o.a. Gedragsregels en afspraken; Het ontruimingsplan; Bijhouden van risico’s en ongelukken; Inspectie van het plein, de lokalen en andere ruimtes. Een aantal leden van het team is opgeleid tot bedrijfshulpverlener en volgt herhalingscursussen. 11.7.1 Agressieprotocol/Pestprotocol Het komt voor dat we te maken hebben met agressie van leerlingen. Deze agressie kan gericht zijn tegen zichzelf, tegen andere leerlingen of tegen leerkrachten. Helaas komt het voor dat leerlingen met opzet spullen van school en/of anderen vernielen. Deze schade wordt niet door de verzekering gedekt. Opzettelijk veroorzaakte schade moet door de veroorzaker zelf worden vergoed. Gelet op de wetgeving ten aanzien van aansprakelijkheid, is het gewenst dat u een aansprakelijkheidsverzekering afsluit. Wanneer er sprake is van verbaal en/of fysiek agressief gedrag tegen medeleerlingen en/of personeel van onze school, kan in het uiterste geval de politie worden ingeschakeld. De school heeft een agressieprotocol waarin aangegeven is hoe er in bovenstaande situaties wordt gehandeld. Ouders van nieuwe leerlingen worden bij de toelating gevraagd dit protocol te ondertekenen. SO De Zwaai heeft behalve het agressieprotocol ook een pestprotocol. Dit is op aanvraag te verkrijgen. 11.7.2 Vermoedens van kindermishandeling en seksueel misbruik Op SO De Zwaai zijn de teamleden geschoold in het signaleren van kindermishandeling en/of seksueel misbruik. Bij vermoedens hiervan treedt ons protocol in werking. Dit protocol ligt ter inzage bij de administratie van onze school. 11.8 Schoolregels Per groep is een dag afgesproken waarop speelgoed (of mp3 of gamepad) mee naar school genomen mag worden. Oorlogsspeelgoed en gevaarlijk speelgoed mag niet mee naar school. Ongewenst ‘speelgoed’ wordt in beslag genomen. De school is niet verantwoordelijk voor beschadiging of verlies van privéspullen van leerlingen. 11.9 Traktaties In de klas wordt aandacht besteed aan de verjaardag van uw kind. Natuurlijk is het leuk voor de kinderen om op hun verjaardag te trakteren. Overleg eventueel vooraf even met de leerkracht. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 40/45 11.10 Reizen van en naar school U bent zelf verantwoordelijk voor het vervoer van uw kind naar school. In eerste instantie komt uw kind in aanmerking voor openbaar vervoer, eventueel met uw begeleiding. In uitzonderingsgevallen wordt hiervan afgeweken en wordt speciaal vervoer (per taxi) vergoed. U kunt aangepast vervoer aanvragen op het gemeentehuis van uw woongemeente bij de afdeling Leerlingenzaken. U kunt in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in de kosten van het vervoer als de afstand van huis naar school meer dan 3 kilometer bedraagt. Hiervoor moet u bij uw eigen woongemeente zijn. Klachten over het vervoer kunt u doorgeven aan het taxibedrijf of aan de woongemeente. Het openbaar vervoer en het vervoer in busjes en taxi’s levert regelmatig klachten op. Wangedrag in busjes of taxi’s komt helaas regelmatig voor. Het valt voor onze leerlingen niet altijd mee om samen in een busje te moeten reizen. Samenwerking tussen medewerkers van de school, chauffeurs en ouders kan hen helpen om ‘goed reisgedrag’ te leren. Structuur bieden door een vaste plaats in de taxi kan al helpen. 11.11 Onderwijsnummer Door het ministerie worden scholen verplicht om van elke leerling door te geven wat zijn of haar Burgerservicenummer is. Dit nummer vormt de basis voor het toe te kennen onderwijsnummer. 11.12 Sponsoring Alle scholen zijn verplicht om in hun schoolplan aan te geven welk beleid ze voeren met betrekking tot sponsoring. De besturenorganisaties en VNG hebben een convenant ondertekend dat handelt over sponsoring in het primair en voortgezet onderwijs. De belangrijkste uitgangspunten van het convenant zijn: - Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige doelstellingen van de school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en fatsoen; - Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen; - Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. Het primaire onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen; - De medezeggenschapsraad heeft instemmingsrecht op beslissingen van het bevoegd gezag over sponsoring. RENN4 onderschrijft de uitgangspunten van het convenant. SO De Zwaai maakt incidenteel gebruik van sponsoring. Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 41/45 12 Schooltijden en vakanties 12.1 Schooltijden SO De Zwaai Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag 8.30 8.30 8.30 8.30 8.30 – – – – – 14.30 uur 14.30 uur 12.30 uur 14.30 uur 12.30 uur Op de dagen dat de kinderen ook ’s middags naar school gaan is er een middagpauze van 30 minuten. 12.2 Schooltijden MOD-groepen Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag 08.45 08.45 08.45 08.45 – – – – 15.00 uur 15.00 uur 15.00 uur 15.00 uur De kinderen die in de MOD-groepen zitten hebben verkorte lestijden. Zij gaan of op maandag en dinsdag of op woensdag en donderdag naar school. Bij plaatsing in een MOD -groep wordt bekend gemaakt welke dagen voor het betreffende kind gelden. De leerlingen hebben op de schooldagen een pauze van 15 minuten. 12.3 Pauzes en overblijven De leerlingen blijven tijdens de pauzes en tussen de middag op school. Alle leerlingen nemen voor de ochtendpauze fruit of een gezonde koek en drinken mee. Voor de middagpauze brood en drinken. Eten en drinken wordt in het lokaal genuttigd. In de middagpauze eten de leerlingen onder begeleiding van de leerkracht in de klas. Op SO De Zwaai wordt dagelijks in de klas geluncht, ook op woensdag en vrijdag. 12.4 Vakanties Soort vakantie Vakantieperiode Herfstvakantie Kerstvakantie 11 oktober t/m 19 oktober 2014 20 december 2014 t/m 4 januari 2015 Voorjaarsvakantie Meivakantie 21 februari t/m 1 maart 2015 2 mei t/m 10 mei 2015 Zomervakantie Pasen Hemelvaartsdag Pinksteren 4 juli t/m 16 augustus 2015 3 t/m 6 april 2015 14 en 15 mei 2015 25 mei 2015 Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 42/45 13 Contact Contactgegevens van de school SO De Zwaai De Weeme 1 9201 JR DRACHTEN t. 0512-543638 [email protected] Directeur Teamleider Gedragsdeskundige Schoolmaatschappelijk werk Intern begeleider : M.R. Andringa : mevrouw M. van der Sluis : mevrouw L. Drenth : E. van der Heijden : mevrouw M.M. Westenbroek Contactgegevens van de MOD-groepen Interne kleutergroep MOD De Lytse Wâlden De Lanen 98 9204 WC DRACHTEN t. 0512-542600 Postadres voor alle locaties SO De Zwaai De Weeme 1 9201 JR DRACHTEN t. 0512-543638 [email protected] Onderwijsgeschillen/klachtencommissie Postbus 85191 3508 AD Utrecht t. 030-2809590 www.onderwijsgeschillen.nl [email protected] Vertrouwensinspecteur Meldpunt vertrouwensinspecteurs: 0900-1113111 (lokaal tarief). Onderwijsinspectie [email protected] www.onderwijsinspectie.nl Voor vragen over onderwijs: telefoon 0800-8051 (gratis) College van Bestuur RENN4 De heer drs. L. de Boom, voorzitter De heer J. Jonker MSc, lid Postbus 8091 9702 KB Groningen t. 050-309 8888 Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 43/45 Ketenpartners Accare Polikliniek Universitair Centrum Kinderen en Jeugdpsychiatrie locatie Drachten Berglaan 12 9203 EG DRACHTEN t. 050-0507320 ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------Accare Groningen Verlengde Hereweg 191 9721 AS Groningen t. 050-8507300 ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------Bureau Jeugdzorg Van Knobelsdorffplein 14 9203 DJ DRACHTEN t. 0512-582999 ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------GGD Fryslân Jeugdgezondsheidszorg/schoolarts GGD Fryslân GGD – steunpunt Drachten Van Knobelsdorffplein 12 9203 DJ DRACHTEN t. 088-2299444 ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------GGD Fryslân Jeugdgezondsheidszorg Postbus 612 8901 BK LEEUWARDEN Bezoekadres Harlingertrekweg 58 8913 HR LEEUWARDEN ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------GGZ-jeugd/Kinnik Compagnonsplein 1 9202 NN DRACHTEN t. 0512 – 532211 [email protected] ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------Jeugdhulp Friesland Noordvliet 439 8921 HH LEEUWARDEN ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------Leerplicht Er zit een vertegenwoordiger vanuit het overleg Leerplicht Provincie Friesland bij het CvBzorgteamoverleg. ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------MEE Friesland Regiobureau Drachten Tramlaan 5 9201 HW DRACHTEN t. 058-2844911 www.meefriesland.nl ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------Mentaal Beter Locatie Drachten Gauke Boelenstraat 4 9203 RM DRACHTEN t. 088-0104480 ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 44/45 Politie In het kader van een veilige leer- en werkomgeving werkt de school nauw samen met Politie Friesland. ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------CJG Smallingerland Moleneind ZZ 95 9203 ZX Drachten t. 0900-2541254 ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------Reik Sixmastraat 3 8932 PA LEEUWARDEN t. 058-2860100 Schoolgids SO De Zwaai 2014 - 2015 45/45
© Copyright 2024 ExpyDoc