TT beleid van de FEB

Tenure track
ingangsdatum 1 september 2008
herziene versie september 2014
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
Inhoud
1
2
2.1
2.2
2.3
2.4
2.5
3
3.1
3.2
3.3
3.4
4
5
5.1
5.1.1
5.1.2
5.1.3
5.1.4
5.2
5.2.1
5.2.2
5.2.3
5.2.4
6
6.1
6.1.1
6.1.2
6.1.3
6.1.4
6.2
6.2.1
6.2.2
6.2.3
6.2.4
6.3
Inleiding
Carrièrelijn Tenure track
Universitair Docent (UD)
Universitair Hoofddocent /Adjunct hoogleraar (UHD)
Hoogleraar
Overzicht bevorderingslijn
Benoeming en bevordering
De Commissie voor Interne promotie (CIP)
Doelstelling, taken en samenstelling
Werkwijze
Specifieke bepalingen voor de bevordering tot UHD
Specifieke bepalingen voor de bevordering tot Hoogleraar
Criteria voor aanstelling als Universitair Docent (UD)
Criteria voor de aanstelling als Universitair Hoofddocent (UHD)
Resultaatgebieden Onderzoek
Onderzoeksuitvoering
Begeleiden promovendi
Acquisitie 2e en 3e geldstroom middelen
Publicaties
Resultaatgebieden Onderwijs
Onderwijsuitvoering
Onderwijsontwikkeling
Onderwijsorganisatie
Professionalisering
Criteria voor de aanstelling als Hoogleraar
Resultaatgebieden onderzoek
Onderzoeksuitvoering en coördinatie
Begeleiden promovendi
Acquisitie 2e en 3e geldstroom middelen
Publicaties
Resultaatgebieden onderwijs
Onderwijsuitvoering
Onderwijsontwikkeling
Onderwijsorganisatie
Professionalisering
Personeel- en organisatiebeleid
Bijlage 1
Bijlage 2
Bijlage 3
Bijlage 4
Bijlage 5
Bijlage 6
Bijlage 7
Overzicht criteria
De benoemingsadviescommissie (BAC)
Competentieoverzicht
Afspraken met Tenure Trackers; verdeling onderwijs en onderzoek
Onderzoekssabbatical ingeval van zwangerschaps-& bevallingsverlof
Reisbudget voor Tenure trackers FEB
Aanpassingen van het Tenure Track beleid sinds 2012
[2]
3
4
4
4
5
5
6
7
7
7
8
8
9
10
10
10
10
11
11
12
12
12
13
13
14
14
14
15
15
15
16
16
16
17
17
18
20
24
25
28
29
30
31
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
1
Inleiding
Tenure track is het loopbaantraject voor wetenschappelijke medewerkers dat, indien succesvol
doorlopen, leidt tot een hoogleraarschap. De Tenure track wordt gekenmerkt door een zorgvuldig
en streng selectiebeleid, gericht op het binnenhalen van zeer getalenteerde wetenschappers. Later
in het traject wordt op vastgestelde momenten, aan de hand van al vastgestelde criteria, door de
Commissie Interne Promotie (CIP) vastgesteld of de medewerker de carrièrelijn van Universitair
Docent (UD) via Universitair Hoofddocent (UHD) naar gewoon hoogleraar kan voortzetten. Gedurende het hele traject wordt er veel aandacht besteed aan de begeleiding van de medewerker en het
bevorderen van onderwijs- en managementvaardigheden. Alle vacatures waarbij doorgroei tot de
functie van hoogleraar gewenst is, vallen onder het Tenure track systeem. Hiervan kan afgeweken
worden als de aard van het vakgebied, de begroting of de arbeidsmarkt hiertoe aanleiding geven.
Om carrièreperspectief te kunnen bieden aan jonge talentvolle wetenschappers kiest de faculteit er
voor om, waar mogelijk, stafleden aan te trekken op het niveau van UD. Afhankelijk van ervaring
en prestaties is ook aanstelling mogelijk op het niveau van UHD. Er worden dan maatwerk afspraken gemaakt. Een eerste aanstelling is op tijdelijke basis voor een periode van maximaal zes jaar.
De werving en selectie van een UD geschiedt op bijna dezelfde wijze als die van een gewoon hoogleraar, om de kans op een goede afloop van het Tenure track-traject zo groot mogelijk te maken. De
zusterfaculteiten worden echter niet ingeschakeld bij de benoemingsprocedure. Als de beoordeling
van een UD binnen maximaal zes jaar als uitkomst heeft dat de prestaties doorgroei rechtvaardigen, wordt de UD bevorderd tot UHD- in vaste dienst. Voldoet de UD binnen maximaal zes jaar
niet aan de gestelde criteria voor de functie van UHD, dan loopt de tijdelijke aanstelling af en zullen aan de kandidaat faciliteiten worden geboden in de vorm van outplacement om de carrière buiten de faculteit te kunnen voortzetten. Na de bevordering tot UHD kan na maximaal zes jaar
Tenure track afgerond worden met een bevordering tot gewoon hoogleraar, mits prestaties dit
rechtvaardigen. In overleg met de Decaan is het mogelijk dat een UHD als Adjunct Hoogleraar
(met IUS promovendi/promotierecht) wordt benoemd.
Het beleid is gericht op een flexibel en persoonsgericht personeelsmanagement waarbij geleverde
prestaties richtinggevend zijn voor het doorlopen van de wetenschappelijke carrière en waarbij
eventuele organisatorische belemmeringen zoveel mogelijk worden weggenomen. Excellente prestaties maken een versneld doorlopen van de carrièrelijn mogelijk. De perioden (zie paragraaf 2.4)
die gelden voor Tenure track gelden als maximale termijnen.
De voordelen van een Tenure track systeem zijn voor de medewerker dat men het vooruitzicht
heeft op een meerjarig tijdelijk dienstverband, waarin volgens een afgesproken route doorgroei van
de functie van UD naar UHD en tot Hoogleraar kan plaatsvinden. De criteria en wijze van beoordeling liggen vooraf vast. Dit schept een transparant beeld van de wederzijdse verwachtingen. De
voordelen voor de organisatie zijn dat men getalenteerde wetenschappers kan aanstellen die hun
ontwikkeling binnen de faculteit doormaken, zodat er optimaal geprofiteerd wordt van het toenemende wetenschappelijke niveau. Een tweede voordeel is dat men wetenschappelijke vacatures die
op termijn gaan ontstaan alvast kan invullen. Dit biedt in het bijzonder voordelen bij zgn. dakpanconstructies voor hoogleraren die binnen een termijn van ca. vijf jaar met emeritaat gaan.
Het systeem heeft uiteraard ook nadelen. Voor de medewerker is het een nadeel dat het systeem
uitgaat van "up or out". Dat wil zeggen dat als de wetenschappelijke ontwikkeling minder snel of
minder goed verloopt dan verwacht, de medewerker in het eerste deel van de Tenure track naar een
functie elders moet uitzien. In het tweede deel van de Tenure track blijft bij tegenvallende prestaties de beoogde promotie naar de hoogleraarsfunctie dan uit. Verder zijn de criteria voor de vervolgstappen in het Tenure track vrij streng en de eisen zijn hoog. Het systeem is vooral geschikt
voor echte "high potentials".
[3]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
2
Carrièrelijn Tenure track
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de functies in Tenure track door middel van een korte omschrijving van de carrièrelijn en aanstellingskenmerken van UD, UHD en Hoogleraar.
Bijbehorende formele functiebeschrijvingen (UFO profielen) zijn beschikbaar op de RuG-website.
Voor de functies van UD, UHD2 en H2 zijn expliciete Tenure track criteria vastgesteld (zie hoofdstuk 4,5,6). Deze Tenure track criteria zijn voor een groot deel van deze profielen afgeleid. Bij bevordering dient een medewerker te voldoen aan de UFO-profielen én Tenure track criteria.
In 2.4 is de bevorderingslijn van Tenure track in een schema samengevat.
2.1
Universitair Docent (UD)
De UD voert vernieuwend onderzoek uit dat past binnen het wetenschappelijke programma van de
faculteit. Essentieel voor de profilering van de eigen onderzoekslijn is dat hierover in een vroeg
stadium specifieke afspraken worden gemaakt. Naast de direct leidinggevende zijn de onderzoeksprogramma directeur(en) bij de aanstelling betrokken. Op onderwijsgebied geldt dat de medewerker een enthousiast en effectief docent is, beschikt over vakdidactische kennis, overzicht in werken toetsvormen en inzicht in de gebruiksmogelijkheden, onder meer blijkend uit een behaalde Basis Kwalificatie Onderwijs. Eén van de functie-eisen is dat de aanstaande medewerker beschikt over
een relevant internationaal netwerk, bij voorkeur blijkend uit een verblijf aan een academische instelling buiten Nederland
De aanstelling geschiedt op tijdelijke basis (CAO artikel 3.6, lid 1) voor een periode van maximaal
zes jaar. De medewerker wordt in principe aangesteld als UD2. Na maximaal drie jaar wordt, bij
een positief oordeel van de CIP en een akkoord van het FB, de UD2 bevorderd tot UD1. Het UFOprofiel van UD1 (zie RuG-website) is hiervoor leidend. Daarnaast dient de medewerker de Basiskwalificatie Onderwijs met succes te hebben afgerond.
Bij een negatief oordeel zal het (tijdelijke) dienstverband worden beëindigd en wordt hij/zij met
behulp van een outplacement traject begeleid bij het vinden van een functie buiten de RUG.
Als de medewerker goed presteert volgt na maximaal zes jaar een vaste aanstelling als UHD.
Bij een aanstelling als UHD in vaste dienst zal een gesprek tussen de kandidaat en het faculteitsbestuur, waarin wordt besproken hoe de kandidaat het Tenure track loopbaanpad wil vervolgen. Indien de kandidaat het betreffende loopbaanpad niet verder wil vervolgen (wat schriftelijk wordt
vastgelegd) is een eventuele (latere) bevordering tot hoogleraar alleen mogelijk indien de formatie
dat toelaat.
2.2
Universitair Hoofddocent /Adjunct hoogleraar (UHD)
Na (maximaal) zes jaar aangesteld te zijn geweest als UD, wordt de medewerker, na een goede beoordeling door de CIP, benoemd tot UHD2 in vaste dienst. Na een periode van twee tot drie jaar
volgt bij goed functioneren een bevordering tot UHD1 (op basis van het functieprofiel van UHD1,
zie RuG-website).
Tijdens het UHD-traject (UHD1) en voorafgaande aan een benoeming tot hoogleraar bespreekt de
decaan met betrokkene de mogelijkheid om Adjunct Hoogleraar (UHD met ius promovendi) te
worden. Dit is conform Hooglerarenbeleid mogelijk voor een maximale periode van zeven jaar.
Voldoet de UHD/adjunct hoogleraar binnen die periode van zeven jaar niet aan de eisen voor de
functie van full professor, dan volgt “terugval” in de functie van UHD1, met nog vijf jaar ius promovendi ten behoeve van lopende promotietrajecten. In die situatie zal het faculteitsbestuur in gesprek gaan met de betrokken medewerker over het vervolg van zijn/haar loopbaan.
[4]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
Verwacht wordt dat de UHD de profilering van een eigen onderzoek- en onderwijslijn binnen de
faculteit verder ontwikkelt. Binnen een periode van maximaal zes jaar wordt de UHD 1, indien positief beoordeeld door de CIP) benoemd in de functie van hoogleraar 2. Voldoet een UHD binnen
zes jaar niet aan de benoemingseisen voor hoogleraar 2 dan blijft de functie van UHD1 van toepassing en zal het faculteitsbestuur in gesprek gaan met de betrokken medewerker over het vervolg
van zijn/haar loopbaan. Indien de medewerker zelf kiest om het Tenure track loopbaanpad niet te
vervolgen (wat schriftelijk wordt vastgelegd) is een eventuele (latere) bevordering tot hoogleraar
alleen mogelijk indien de formatie dat toelaat.
2.3
Hoogleraar
Behalve de adjunct hoogleraren is binnen een faculteit een aantal hoogleraren werkzaam. Deze
worden geacht een substantiële bijdrage te leveren aan het succesvol voortzetten van de werving
van Tenure trackers en de coaching en begeleiding van de medewerkers.
2.4
Overzicht bevorderingslijn
In het onderstaande overzicht is per functie schematisch aangegeven wat de bevorderingsprocedure inhoudt. Daarbij zijn ook de consequenties van onvoldoende functioneren aangegeven.
Het traject start met een benoeming als UD 2.
Bevordering
Beoogde
Schaal
Advies
van
Procedure
Duur
UD2
→
UD1
12
LG en
CIP
Totaal max. 6 jaar
UD1
→
UHD2
13
CIP
Afhankelijk van het functioneren wordt de
UD2 na ongeveer drie jaar, bij positief
advies van de CIP en akkoord van het faculteitsbestuur (FB), bevordert tot UD1.
Indien de medewerker na drie jaar niet
positief wordt beoordeeld, dan zal het (tijdelijke) dienstverband worden beëindigd
en wordt de medewerker door een outplacement traject begeleid bij het vinden van
een functie buiten de RUG.
Bij een positief advies van de CIP en akkoord van het FB volgt na maximaal 6
jaar een vaste aanstelling als UHD2. Indien de medewerker niet aan de TT criteria voor de functie UHD2 voldoet, loopt,
in geval van een tijdelijk dienstverband,
het dienstverband af en wordt hij/zij met
behulp van een outplacement traject begeleid naar een functie buiten de RUG.
UHD2
→ UHD1
14
LG
Bij een positief oordeel volgt na twee tot
drie jaar de bevordering tot UHD1.
UHD1
→
Adjunct
HGL
14
CIP
Indien gewenst start het FB de benoemingsprocedure tot adjunct hoogleraar bij
het College van Bestuur (alleen mogelijk
bij een vast dienstverband).
Totaal max. 6 jaar, evt. verlenging mogelijk bij aanstelling als UHD/Adjunct Hoogleraar
UHD/
Adjunct
HGL
→
HGL.2
H2
CIP
Bij een positief oordeel van de CIP en akkoord van het FB, start het FB de bevorderingsprocedure tot HGL2. Bij een negatief oordeel van CIP gaat het FB in gesprek met de medewerker over het vervolg van de loopbaan.
[5]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
Indien de Adjunct hoogleraar na 7 jaar
niet is bevorderd tot HGL2, behoudt
hij/zij maximaal 5 jaar het ius promovendi voor lopende promotiebegeleiding,
waarna hij/zij terugvalt tot UHD1 zonder
ius promovendi. Ook hier gaat het FB met
medewerker in gesprek over het vervolg
van de loopbaan
2.5
Benoeming en bevordering
In het vervolg van deze notitie worden in paragraaf 3 de taken, verantwoordelijkheden en werkwijze van de Commissie Interne Promotie (CIP) beschreven. De CIP is de vaste adviescommissie van
het faculteitsbestuur die adviseert over bevorderingen binnen Tenure track en de voordracht voor
benoeming tot (adjunct)hoogleraar door het College van Bestuur. Het faculteitsbestuur beslist in
alle gevallen over de benoeming, bevordering of voordracht.
In hoofdstuk 5 en 6 worden de wetenschappelijke functies per resultaatgebied beschreven. Daarnaast wordt aangegeven op welke criteria de voor bevordering in aanmerking komende medewerkers voor de belangrijkste carrièrestappen beoordeeld worden. Deze resultaatgebieden zijn vastgelegd in functieprofielen (ufo-profielen), waarin de feitelijke taakstelling en de functionele verantwoordelijkheden zijn beschreven. Op basis van het functieprofiel en de in deze nota gestelde
Tenure track criteria vindt jaarlijks een Resultaat- en Ontwikkelingsgesprek tussen de leidinggevende hoogleraar en de medewerker plaats. Daarbij komt het functioneren van de medewerker aan
de orde en worden afspraken gemaakt over te behalen resultaten en te ontwikkelen competenties
en vaardigheden. De criteria hebben betrekking op aspecten in het functioneren van wetenschappers, die deels kwantificeerbaar zijn. In gevallen waar zulke kwantitatieve eisen gesteld worden,
betreft het minimum eisen.
[6]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
3
De Commissie voor Interne promotie (CIP)
3.1
Doelstelling, taken en samenstelling
De CIP is de vaste adviescommissie van het faculteitsbestuur ter beoordeling van bevorderingen
van UD’s, UHD’s en (Adjunct) Hoogleraren (binnen en buiten Tenure track) en de voordracht voor
benoeming tot (adjunct)hoogleraar door het College van Bestuur.
Het faculteitsbestuur beslist in alle gevallen over de benoeming, bevordering of voordracht.
De taken van de CIP zijn het adviseren van het faculteitsbestuur over de volgende onderwerpen:
De interne bevorderingen tot UD1, UHD2, Adjunct Hoogleraar, H2 (en H1) en eventuele aandachtspunten voor het vervolgtraject;
2. de voortzetting van het dienstverband van UD2 medewerkers (Tenure track) na drie jaar en
eventuele aandachtspunten voor het vervolgtraject;
3. het verlenen van een vaste aanstelling aan UD’s en UHD’s (zowel binnen als buiten Tenure
track);
4. de toelating van zogenaamde pre-Tenure trakcers tot Tenure track.
1.
De CIP is ingesteld door het faculteitsbestuur, en heeft een vaste samenstelling, aangevuld met een
tweetal deskundigen op een bepaald vakgebied. De samenstelling is als volgt:
1.
Een vaste (externe) voorzitter
2.
De decaan van de faculteit (adviseur)
3.
De directeur van SOM
4.
Een HR adviseur (adviseur)
5.
Aan de commissie worden per vergadering twee hoogleraren door het bestuur geselecteerd
en toegevoegd om over de dossiers te adviseren.
In de CIP hebben de direct leidinggevende van de medewerker, de betrokken vakgroep voorzitter,
de betrokken opleidingsdirecteur en de betrokken onderzoekdirecteur geen zitting. Wel worden zij
als informanten geraadpleegd.
De commissie komt per jaar maximaal vier maal bijeen. De data van de vergaderingen van de CIP
worden publiek gemaakt, zodat leidinggevenden op de hoogte zijn van de mogelijkheden om medewerkers voor te dragen voor bevordering. Buiten de gepubliceerde data neemt het faculteitsbestuur alleen in uitzonderingsgevallen verzoeken om bevordering in behandeling.
3.2
Werkwijze
Het stafbureau van het faculteitsbestuur zorgt voor aanlevering van een volledig dossier:
een schriftelijk advies van de leidinggevende;
een schriftelijk advies van de vakgroep voorzitter;
het CV van de kandidaat, inclusief 3 Pdf-files van recente kernpublicaties;
een overzicht van de onderwijsevaluaties van de laatste jaren (maximaal 5 jaar);
het door het faculteitsbestuur opgevraagde schriftelijke advies van een opleidingsdirecteur;
het door het faculteitsbestuur opgevraagde schriftelijke advies van een onderzoekdirecteur;
indien relevant: het betreffende structuurrapport.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Ter toelichting van de kandidatuur van een medewerker kan tussen CIP en medewerker een gesprek plaatsvinden, indien één van beiden dit wenst.
Voordat een medewerker voor bevordering wordt doorgeleid naar de CIP, vindt een marginale
toetsing plaats door het faculteitsbestuur. Het faculteitsbestuur voert deze toetsing uit op basis van
een brief van de leidinggevende met gemotiveerd advies aan de decaan en een cv (incl. publicatielijst van de kandidaat). Het faculteitsbestuur bepaalt of een verzoek om bevordering al dan niet
[7]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
wordt doorgeleid naar de CIP. Het feit dat het faculteitsbestuur een dossier ter advies aan de CIP
voorlegt, kan niet worden geïnterpreteerd als een positief oordeel van het faculteitsbestuur over de
gevraagde bevordering.
De CIP gebruikt de bij de aanstelling gemaakte afspraken als uitgangspunt voor de beoordeling.
De CIP informeert bij de door de medewerker begeleide promovendi naar de kwaliteit van de ontvangen begeleiding.
De CIP heeft de beschikking over de relevante studentevaluaties en de beoordelingen op het terrein
van onderwijs, onderzoek en het functioneren van de medewerker binnen vakgroep en faculteit.
De CIP verplicht zich over alle van toepassing zijnde criteria en competenties aan het faculteitsbestuur te rapporteren.
Het staat de CIP vrij om aan een kandidaat hogere eisen te stellen, bijvoorbeeld in sub disciplines
waar een grotere productie aan publicaties gebruikelijk is dan gemiddeld. Voorwaarde is dan uiteraard wel dat de aan te stellen medewerker tevoren van deze vereisten op de hoogte is gesteld. Het
faculteitsbestuur beslist in alle gevallen of de aangedragen argumenten om van een bepaald criterium af te wijken acceptabel zijn.
3.3
Specifieke bepalingen voor de bevordering tot UHD
Bij benoeming van UHD en een positief advies van de CIP zullen door het faculteitsbestuur (externe) referenties van deskundigen op het vakgebied worden ingewonnen, betreffende de kwaliteiten
van de medewerker.
Bij een bevordering tot UHD zal het faculteitsbestuur de CIP expliciet verzoeken om advies te geven over een bevordering naar UHD2 en naar adjunct-hoogleraar. De kandidaat wordt ook zelf gevraagd of deze een aanstelling als adjunct-hoogleraar op prijs stelt. In dit geval adviseert CIP het
faculteitsbestuur over drie alternatieven:
1. De UD1 wordt tot UHD2 in vaste dienst benoemd
2. De UHD 1 wordt voorgedragen bij het College van Bestuur voor benoeming tot adjunct
hoogleraar.
3. De aanstelling wordt niet verlengd. De kandidaat wordt indien gewenst begeleid bij de
voortzetting van zijn carrière buiten de faculteit.
3.4
Specifieke bepalingen voor de bevordering tot Hoogleraar
Bij de bevordering tot Hoogleraar 2 adviseert CIP het faculteitsbestuur over twee alternatieven:
1.
Voordracht bij het College van Bestuur voor benoeming tot hoogleraar 2; waarbij de procedure vermeld in de “Benoemingsprocedure hoogleraren” gevolgd dient te worden.
2.
Afwijzing voor de benoeming tot hoogleraar.
Het faculteitsbestuur is gehouden aan de procedure ‘benoemingsprocedure hoogleraren’ waarbij de
definitieve besluitvorming voor de benoeming van hoogleraren de verantwoordelijkheid is van het
College van Bestuur.
Bij een afwijzing voor benoeming tot hoogleraar 2 zal het faculteitsbestuur in gesprek gaan met de
betrokken medewerker over het vervolg van zijn/haar loopbaan. In het geval er een afwijzing voor
de benoeming tot hoogleraar plaatsvindt, behoudt betrokkene gedurende vijf jaar het recht om als
promotor op te treden van promovendi die hij al begeleidde als promotor, dan wel ter afronding
van al lopende promoties.
[8]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
4
Criteria voor aanstelling als Universitair Docent (UD)
De volgende criteria zijn vastgesteld:
1. De kandidaat is gepromoveerd.
2. De kandidaat beschikt over de kwaliteiten nodig voor excellent wetenschappelijk onderzoek, bij
3.
4.
5.
6.
voorkeur blijkend uit een of meerdere publicaties in gerenommeerde, internationale tijdschriften (3- of 5-puntscategorie in de SOM normen) in het betreffende vakgebied.
De kandidaat beschikt over een relevant internationaal netwerk, bijvoorbeeld blijkend uit een
verblijf aan een academische instelling buiten Nederland. Indien de kandidaat geen tijd in het
buitenland heeft doorgebracht, worden afspraken gemaakt zodat deze enkele malen een periode van 2 tot 6 maanden in het buitenland verblijft, met als doel om een relevant internationaal
netwerk op te bouwen.
De kandidaat beschikt over relevante onderwijscompetenties, blijkend uit goede beoordelingen
of in ieder geval over een afgeronde docenttraining voor het hoger onderwijs (Basis Kwalificatie
Onderwijs). Bij het ontbreken van een BKO behaalt de kandidaat deze binnen drie jaar na aanvang van de Tenure track.
De kandidaat beschikt over aantoonbare organisatorische kwaliteiten en uitstekende communicatieve eigenschappen.
De kandidaat is in staat om een voor de faculteit belangrijke deeldiscipline te ontwikkelen.
Bij gelijke geschiktheid verdienen vrouwelijke sollicitanten de voorkeur.
[9]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
5
Criteria voor de aanstelling als Universitair Hoofddocent (UHD)
5.1
Resultaatgebieden Onderzoek
Algemeen
In dit stadium van beoordeling wordt beoordeeld of de kandidaat de potentie heeft zich als een
richtinggevend en inspirerend leider te ontwikkelen. Van doorslaggevend belang is of de kandidaat
een zelfstandig onderzoeksveld tot ontwikkeling heeft gebracht.
5.1.1. Onderzoeksuitvoering
Werkzaamheden
Verzamelen, analyseren en interpreteren van onderzoekgegevens, evenals aansturing van wetenschappelijk personeel, teneinde de probleemstelling van het onderzoek te beantwoorden. Bewaken
van de samenhang tussen het eigen onderzoek en dat van anderen en bewaken van voortgang van
het eigen onderzoek.
Kernactiviteiten: Opstellen van onderzoekplan: formuleren van probleemstelling, werkhypothese
en concretiseren van benodigde onderzoekgegevens-, methodiek en doelgroepen; kennis uitwisselen met collega-onderzoekers en materiedeskundigen. Aansturing en coördinatie van werkzaamheden van ondersteunend en (tijdelijk) wetenschappelijk personeel.
Criteria
1. De medewerker heeft een hoogwaardige, duidelijke en productieve eigen onderzoekslijn ontwikkeld binnen het onderzoekprogramma van de faculteit, die potentie heeft voor een uitstekende beoordeling.
2. De medewerker functioneert goed in de faculteit en levert een significante bijdrage aan de uitvoering en coherentie van het onderzoeksprogramma en de organisatorische taken van de faculteit.
3. De medewerker beschikt over internationale ervaring, blijkend uit minimaal een half jaar succesvol (blijkend uit publicaties) verblijf aan een buitenlandse academische instelling.
Competenties
1. Creatief vermogen: De medewerker is in staat met oorspronkelijke oplossingen voor (wetenschappelijke) problemen te komen en combineert verschillende invalshoeken/inzichten tot iets
nieuws
2. Communicatieve eigenschappen: de medewerker ontvangt en geeft feedback aan collega's, ondersteunend en wetenschappelijk personeel en studenten. Evalueert eigen gedrag en standpunten kritisch en staat open voor anderen
5.1.2. Begeleiden promovendi
Werkzaamheden
Inhoudelijk begeleiden van promovendi bij de uitvoering en voortgang van het promotieonderzoek,
teneinde een bijdrage te leveren aan kwalitatief hoogwaardig onderzoek en het tijdig kunnen afronden van de dissertatie.
Kernactiviteiten: Voorlichten van promovendi over mogelijke promotieonderwerpen en bespreken
van de voortgang van het onderzoek met promovendi. Mede beoordelen van de dissertatie van de
promovendus. Begeleiden van promovendi of postdocs bij het voorbereiden en verzorgen van een
(samen te geven) onderwijsonderdeel en het geven van feedback hierop.
[10]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
Criterium
1. De medewerker begeleidt ten minste twee promovendi als co-promotor, of heeft deze in de reviewperiode begeleid tot aan de afronding van hun promotie.
5.1.3 Acquisitie 2e en 3e geldstroom middelen
Werkzaamheden
Het leveren van significante inspanningen inzake de verwerving van externe fondsen ten behoeve
van onderzoek passend binnen het onderzoeksprogramma van de faculteit.
Kernactiviteiten: Het schrijven van onderzoeksvoorstellen en het ontwikkelen en onderhouden van
contacten met subsidiërende instanties.
Criterium
1. De medewerker heeft in de periode van UD (binnen of buiten Tenure track) ten minste eenmaal
een substantiële onderzoek subsidie (bijvoorbeeld voor een promovendus- of postdocplaats) uit
de 2e of 3e geldstroom verworven. Het gaat hierbij om een zelfstandig geschreven aanvraag,
waarbij de medewerker als “principal investigator” (PI) optreedt.
5.1.4 Publicaties
Werkzaamheden
Openbaar maken van onderzoeksresultaten, in overleg met medeauteurs, teneinde vakgenoten
deelgenoot te maken van de verworven kennis en inzichten alsmede feedback daarop te ontvangen
en de positionering van het kennisgebied te verbeteren. Uitdragen van kennis in verschillende media, teneinde wetenschappelijke kennis inzichtelijk en begrijpelijk te maken voor een breed publiek
en een bijdrage te leveren aan de positie van het onderzoekprogramma.
Kernactiviteiten: Opstellen van publicaties voor internationale wetenschappelijke tijdschriften en
conferentiepapers. Houden van voordrachten op conferenties, congressen, externe organisaties etc.
Toegankelijk maken van de wetenschappelijke resultaten voor een breder publiek. Geven van lezingen en interviews voor verschillende media. Deelnemen aan seminars en congressen. Ontvangen
en geven van feedback van en aan collega’s. Onderhouden van een internationaal netwerk op het
eigen onderzoeksgebied.
Criteria
1. De medewerker heeft een hoogwaardige publicatielijst, die moet voldoen aan de criteria voor
SOM fellow. Gemeten over de hele loopbaan heeft de medewerker twee vijfpunts- en twee driepublicaties en/of één vijfpunts publicatie (single-authored) en vier driepunts publicaties behaald. Hiervan dienen in ieder geval één vijfpunts en twee driepunts publicaties in de laatste
zes jaren gepubliceerd of geaccepteerd te zijn.
2. Het belang van het onderzoek van de medewerker wordt door zijn/haar vakgenoten erkend,
blijkend uit bijvoorbeeld: prijzen, onderscheidingen, lidmaatschap redactie internationale wetenschappelijke tijdschriften, uitnodigingen als gastspreker, deelname aan internationale
commissies.
[11]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
5.2
Resultaatgebieden Onderwijs
5.2.1 Onderwijsuitvoering
Werkzaamheden
Voorbereiden en uitvoeren van de toegewezen curriculumonderdelen van de betreffende opleiding(en) teneinde te zorgen dat de gestelde leerdoelen inzake kennis, inzichten, competenties en
vaardigheden van studenten worden gerealiseerd.
Kernactiviteiten: Het zich eigen maken van vakinhoudelijke-, didactische- en organisatorische bekwaamheden die nodig zijn voor de voorbereiding en uitvoering van de onderwijsactiviteiten. Begeleiden en beoordelen van studenten bij cursorische onderwijsvormen (projecten, colleges, zelfstudie), afstudeeronderzoek en mondelinge en schriftelijke rapportages. In staat zijn te toetsen of de
gewenste leerdoelen op voldoende niveau door de studenten bereikt zijn.
Criteria
1. De medewerker heeft het zelf ontwikkelde onderzoeksveld vertaald naar het onderwijs, bijvoorbeeld aan de hand van een vak in een (research-) master of een (keuze-) vak in de bachelor fase,
passend binnen de omvang en inhoud van het vakkenaanbod van de faculteit, dit ter beoordeling van de opleidingsdirecteur.
2. De medewerker besteedt een substantieel deel van de werktijd aan onderwijs, te bepalen op
grond van de vigerende standaard van de faculteit.
3. De uitvoering van de onderwijsactiviteiten is goed, zoals blijkt uit zowel studentevaluaties alsook de beoordelingen door de betreffende opleidingsdirecteur.
4. De medewerker is een enthousiast en effectief docent; heeft vakdidactische kennis, overzicht in
werk- en toetsvormen en inzicht in de gebruiksmogelijkheden, onder meer blijkend uit een behaalde Basis Kwalificatie Onderwijs.
5. De medewerker beheerst de Engelse taal in voldoende mate om goed te kunnen doceren.
5.2.2 Onderwijsontwikkeling
Werkzaamheden
Het up-to-date houden en verbeteren van de toegewezen curriculumonderdelen van de betreffende
opleiding(en) waarbij de veranderingen in het niveau van de studenten, de ontwikkelingen van het
vakgebied, de behoeften van de maatschappij en de samenhang met andere onderwijsonderdelen
belangrijke richtinggevende factoren zijn.
Kernactiviteiten: Bijhouden van relevante ontwikkelingen binnen het eigen vakgebied, het hoger
onderwijs en zicht hebben op het door het werkveld gevraagde profiel van afgestudeerden. Introduceren van recente vak ontwikkelingen (onderzoek) in het onderwijs. Ontwerpen en toepassen
van effectieve, efficiënte en motiverende werkvormen en bijpassend studiemateriaal.
Criterium:
1. De medewerker heeft - indien wenselijk- aantoonbare verbeteringen aangebracht in bijvoorbeeld het leermateriaal of de werkvormen.
[12]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
5.2.3 Onderwijsorganisatie
Werkzaamheden
Bijdragen aan het goed laten verlopen van de curricula van de faculteit, zowel wat betreft de samenhang tussen de op zichzelf staande curriculumonderdelen alsook in relatie tot administratieve
en personele aspecten.
Kernactiviteiten: In teamverband (bijvoorbeeld in opleidingscommissies) met collega's afstemmen
van activiteiten en samenwerken. Student-assistenten en/of promovendi bij hun onderwijstaak begeleiden. Logistiek plannen van onderwijsmateriaal, tentamens, administratieve inbedding en afwerking van onderwijsactiviteiten. Inzicht verkrijgen in voor het onderwijs relevante facultaire regelingen, zoals de rol van de examencommissie, opleidingscommissie, opleidingsdirecteur, bestuur
en van de Onderwijs- en Examenregeling.
Criteria
1. De medewerker heeft een goed inzicht in de onderwijsorganisatie en regelgeving van de faculteit.
2. De medewerker draagt efficiënt en effectief bij aan het goed laten verlopen van de onderwijsprocessen waarbij hij/zij betrokken is.
3. De medewerker laat zien over organisatorische kwaliteiten te beschikken. Hij/zij vervult bijvoorbeeld de rol van onderwijscoördinator, opleidingsdirecteur of maakt deel uit van een opleidingscommissie.
5.2.4 Professionalisering
Werkzaamheden
Zich ontwikkelen tot een breed inzetbare, competente wetenschappelijk docent, passend bij het opleidingsbeleid van de faculteit.
Kernactiviteiten: Bijhouden van de wetenschappelijke ontwikkelingen in het desbetreffende vakgebied en aanpalende vakgebieden, zodat de inhoud van het onderwijs op de juiste wetenschappelijke
waarde geschat kan worden. Bijhouden van ontwikkelingen in de didactiek van het hoger onderwijs, zodat de gebruikte methoden passen bij de gestelde leerdoelen. Uitwisselen van kennis met
vakgenoten, uitgaande van de methodologie en didactiek van het hoger onderwijs. Betrekken van
maatschappelijke ontwikkelingen (arbeidsmarkt, wetgeving, ethiek) van het vakgebied in de context van het te verzorgen onderwijs.
Criteria
1. De medewerker gebruikt, of is in staat om state-of-the-art en gevarieerd leermateriaal dat het
vakgebied expliciet in zijn wetenschappelijke en maatschappelijke context plaatst.
2. De medewerker heeft weloverwogen (in overleg met de opleidingsdirecteur) deelgenomen aan
professionaliseringsactiviteiten, zoals workshops, seminars, facultaire onderwijsdagen e.d., met
een omvang van gemiddeld twee dagen per jaar.
3. De medewerker vraagt, ontvangt en geeft feedback aan collega's, ondersteunend en wetenschappelijk personeel en studenten.
4. De medewerker heeft laten zien effectief bij te kunnen dragen aan het goed laten verlopen van
de onderwijsprocessen waarbij hij/zij is betrokken.
[13]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
6
Criteria voor de aanstelling als Hoogleraar
6.1
Resultaatgebieden onderzoek
Algemeen
Bij de beoordeling voor benoeming tot hoogleraar 2 moet de medewerker in zijn/ haar vakgebied
internationaal gezichtsbepalend zijn. De overtuiging van hoge wetenschappelijke kwaliteit is doorslaggevend. Er worden hoge eisen gesteld aan de competenties waarbij met name de competentie
"richtinggevend en inspirerend leiderschap" veel gewicht krijgt.
6.1.1 Onderzoeksuitvoering en coördinatie
Werkzaamheden
Zorgdragen voor de uitvoering en kwaliteit van onderzoek binnen de eigen leerstoel. Verzamelen,
analyseren en interpreteren van onderzoekgegevens, alsmede aansturing van ondersteunend- en
wetenschappelijk personeel. Bewaken van samenhang tussen het eigen onderzoek en dat van anderen en bewaken van voortgang van het eigen onderzoek. Bijhouden van interne en externe ontwikkelingen, alsmede verzamelen en vastleggen van ideeën en prioriteiten vanuit de leerstoel, teneinde
strategische voorstellen inzake het onderzoekprogramma te doen.
Kernactiviteiten: Opstellen van onderzoekplan: formuleren van probleemstelling, werkhypothese
en concretiseren van benodigde onderzoekgegevens-, methodiek en doelgroepen; kennis uitwisselen met collega-onderzoekers en materiedeskundigen. Bijhouden van vakliteratuur, bezoeken van
congressen en onderhouden contacten met collega-onderzoekers. Aan- en bijsturen van wetenschappelijk- en onderzoek ondersteunend personeel. Overleg voeren met de voorzitter van de vakgroep inzake voortgang van het onderzoek binnen de leerstoel. Afstemming met de directeur van
het onderzoekprogramma en de vakgroep voorzitter over de formatie.
Criteria
1. De medewerker heeft een hoogwaardige, duidelijke en productieve eigen onderzoekslijn ontwikkeld binnen het onderzoeksprogramma van het onderzoekinstituut, dit blijkend uit externe
beoordelingen (zoals onderzoekvisitaties).
2. De medewerker is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en uitvoering van een gezichtsbepalend onderzoeksprogramma. Buiten dat functioneert hij/zij goed in het onderzoekinstituut, en
levert hij/zij een significante bijdrage aan de uitvoering en coherentie van het onderzoeksprogramma en de organisatorische taken van de faculteit.
3. De medewerker onderhoudt internationale contacten en samenwerkingsverbanden, o.a. blijkend uit gezamenlijke publicaties en uit werkbezoeken.
Competenties
1. Creatief vermogen: De medewerker is in staat met oorspronkelijke oplossingen voor (wetenschappelijke) problemen te komen en combineert verschillende invalshoeken/inzichten tot iets
nieuws.
2. Communicatieve eigenschappen: De medewerker vraagt, ontvangt en geeft feedback aan collega's, ondersteunend en wetenschappelijk personeel en studenten. Evalueert eigen gedrag en
standpunten kritisch en staat open voor anderen.
3. Richtinggevend en inspirerend leiderschap: De medewerker geeft sturing aan individuele medewerkers, onder meer door het stellen van doelen. De medewerker stimuleert en instrueert
anderen om deze taken en verantwoordelijkheden goed te vervullen.
4. Strategisch handelen: De medewerker vertaalt de langetermijnvisie naar concrete doelen en
realiseert deze door de organisatie richting en sturing te geven.
[14]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
6.1.2 Begeleiden promovendi
Werkzaamheden
Selecteren, begeleiden en beoordelen van promovendi als promotor bij de uitvoering en voortgang
van het promotieonderzoek, teneinde een bijdrage te leveren aan kwalitatief hoogwaardig onderzoek en het tijdig kunnen afronden van de dissertatie
Kernactiviteiten: Voorlichten van promovendi over mogelijke promotieonderwerpen; bespreken
van de voortgang van het onderzoek met promovendi, mede beoordelen van de dissertatie van de
promovendus.
Begeleiden van promovendus of postdocs bij het voorbereiden en verzorgen van een (samen te geven) onderwijsonderdeel en het geven van feedback hierop.
Criterium
1. De medewerker heeft in de vijf tot zeven jaar voorafgaand aan de beoordeling ten minste vier
promovendi begeleid, als promotor of co-promotor. Ten minste twee van de vier promovendi
zijn daadwerkelijk gepromoveerd, de overige(n) werken nog aan hun proefschrift.
6.1.3 Acquisitie 2e en 3e geldstroom middelen
Werkzaamheden
Het leveren van significante inspanningen inzake de verwerving van externe fondsen ten behoeve
van onderzoek passend binnen het onderzoeksprogramma van de faculteit.
Kernactiviteiten: Het schrijven van onderzoeksvoorstellen en het ontwikkelen en onderhouden van
contacten met subsidiërende instanties. Verkennen van de externe markt voor financiering en eisen van externe potentiële partners of financiers van onderzoek. Onderhandelen met externe partijen over de eisen aan 2e en 3e geldstroomonderzoek. Verantwoording afleggen aan de opdrachtgever omtrent uitvoering en resultaten. Bespreken van de voortgang (eventueel a.d.h.v. rapportages)
met uitvoerders van contractonderwijs en 2e en 3e geldstroomonderzoek. Ontwikkelen en onderhouden van contacten met richting bepalende onderzoekers en instanties. Stimuleren van medewerkers tot aanvragen externe financiering.
Criterium
1. De medewerker heeft in de afgelopen tien jaar ten minste tweemaal een substantiële onderzoek
subsidie (bijvoorbeeld voor een promovendus- of postdocplaats), uit de 2e of 3e geldstroom
verworven. Het gaat hierbij om een zelfstandig geschreven aanvraag, waarbij de medewerker
als “principal investigator” (PI) optreedt.
6.1.4 Publicaties
Werkzaamheden
Openbaar maken van onderzoekresultaten, in overleg met medeauteurs, teneinde vakgenoten deelgenoot te maken van de verworven kennis en inzichten alsmede feedback daarop te ontvangen en
de positionering van het kennisgebied te verbeteren. Uitdragen van kennis in verschillende media,
teneinde wetenschappelijke kennis inzichtelijk en begrijpelijk te maken voor een breed publiek en
een bijdrage te leveren aan de positie van de faculteit.
Kernactiviteiten: Opstellen van publicaties voor erkende wetenschappelijke tijdschriften. Opstellen
van conferentiepapers en houden van voordrachten op conferenties, congressen, externe organisaties etc. Toegankelijk maken van de wetenschappelijke resultaten voor een breder publiek. Geven
van lezingen en interviews voor verschillende media. Deelnemen aan seminars en congressen. Vra[15]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
gen, ontvangen en geven van feedback van en aan collega’s. Onderhouden van internationaal netwerk op het eigen onderzoeksgebied.
Criteria
1. De medewerker heeft in de afgelopen reviewperiode van zes jaar ten minste twee vijfpuntspublicaties of vier driepunts publicaties behaald.
2. De medewerker voldoet aan de criteria voor SOM fellow.
3. Het belang van het onderzoek van de medewerker wordt door zijn/haar vakgenoten erkend,
blijkend uit bijvoorbeeld: prijzen, onderscheidingen, lidmaatschap redactie internationale wetenschappelijke tijdschriften, uitnodigingen als gastspreker, deelname aan internationale
commissies.
6.2
Resultaatgebieden onderwijs
6.2.1 Onderwijsuitvoering
Werkzaamheden
Voorbereiden en uitvoeren van de toegewezen curriculumonderdelen van de betreffende opleiding(en), teneinde te zorgen dat de gestelde leerdoelen inzake kennis, inzichten, competenties en
vaardigheden van studenten worden gerealiseerd.
Kernactiviteiten: Het zich eigen maken van vakinhoudelijke-, didactische- en organisatorische bekwaamheden die nodig zijn voor de voorbereiding en uitvoering van de onderwijsactiviteiten. Begeleiden en beoordelen van studenten bij cursorische onderwijsvormen (projecten, colleges, zelfstudie), afstudeeronderzoek, en mondelinge en schriftelijke rapportages. In staat zijn te toetsen of de
gewenste leerdoelen op voldoende niveau door de studenten bereikt zijn.
Criteria
1. De medewerker heeft het zelf ontwikkelde onderzoeksveld vertaald naar het onderwijs, bijvoorbeeld aan de hand van een vak in een (research-) master of een (keuze-) vak in de bachelor fase,
passend binnen de omvang en inhoud van het vakkenaanbod van de faculteit, dit ter beoordeling van de opleidingsdirecteur.
2. De medewerker besteedt een substantieel deel van de werktijd aan onderwijs, te bepalen op
grond van de vigerende standaard van de faculteit.
3. De uitvoering van de onderwijsactiviteiten is goed, zoals blijkt uit zowel studentevaluaties alsook de beoordelingen door de betreffende opleidingsdirecteur.
4. De medewerker is een enthousiast en effectief docent; heeft vakdidactische kennis overzicht in
werk- en toetsvormen en inzicht in de gebruiksmogelijkheden, onder meer blijkend uit een behaalde Basis Kwalificatie Onderwijs.
5. De medewerker beheerst de Engelse taal in voldoende mate om goed te kunnen doceren.
6. Van de medewerker, die voor een periode langer dan vijf jaar in Nederland verblijft, wordt verwacht dat deze ook in de Nederlandse taal kan communiceren.
6.2.2 Onderwijsontwikkeling
Werkzaamheden
Het up-to-date houden en verbeteren van de toegewezen curriculumonderdelen van de betreffende
opleiding(en), waarbij de veranderingen in het niveau van de studenten, de ontwikkelingen van het
vakgebied, de behoeften van de maatschappij belangrijke richtinggevende factoren zijn. Bijdragen
aan versterking van de samenhang in een curriculum. Initiëren van onderwijsvernieuwing op cursus overstijgend niveau.
[16]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
Kernactiviteiten: Bijhouden van relevante ontwikkelingen op het eigen vakgebied, hoger onderwijs
en arbeidsmarkt. Introduceren van recente vak ontwikkelingen (onderzoek) in het onderwijs. Ontwerpen en toepassen van effectieve, efficiënte en motiverende werkvormen en bijpassend studiemateriaal.
Criteria
1. De medewerker heeft - indien wenselijk- aantoonbare verbeteringen aangebracht in bijvoorbeeld het leermateriaal of de werkvormen.
2. De medewerker heeft aantoonbare bijdragen geleverd aan cursus overstijgende activiteiten op
programma-niveau (leerlijn of variant), zoals bijvoorbeeld in onderwijsvernieuwingsprojecten.
6.2.3 Onderwijsorganisatie
Werkzaamheden
Bijdragen aan het goed laten verlopen van de curricula van de faculteit, zowel wat betreft de samenhang tussen de op zich zelf staande curriculumonderdelen alsook in relatie tot administratieve
en personele aspecten.
Kernactiviteiten: student-assistenten en/of promovendi bij hun onderwijstaak begeleiden. Logistiek plannen van onderwijsmateriaal, tentamens, administratieve inbedding en afwerking van onderwijsactiviteiten. Aansturen en stimuleren van onderwijs- en professionaliseringsactiviteiten van
medewerkers. Participatie in voor het onderwijs relevante facultaire instanties, zoals de examencommissie, opleidingscommissie, etc.
Criteria
1. De medewerker draagt efficiënt en effectief bij aan het goed laten verlopen van de onderwijsprocessen waarbij hij/zij betrokken is.
2. De medewerker heeft actief onderwijsactiviteiten van medewerkers gestimuleerd.
3. De medewerker heeft aantoonbaar succesvol bijgedragen aan het onderwijsmanagement, hij/zij
vervult bijvoorbeeld de rol van onderwijscoördinator, opleidingsdirecteur, voorzitter van een
opleidingscommissie of heeft verantwoordelijkheid gedragen voor het succesvol opzetten en
implementeren van een onderwijsvernieuwingsproject.
6.2.4 Professionalisering
Werkzaamheden
Zich ontwikkelen tot een breed inzetbare, competente universitair hoogleraar, passend bij het opleidingsbeleid van de faculteit.
Kernactiviteiten: Bijhouden van de wetenschappelijke ontwikkelingen in het desbetreffende vakgebied en aanpalende vakgebieden, zodat de inhoud van het onderwijs op de juiste wetenschappelijke
waarde geschat kan worden. Bijhouden van ontwikkelingen in de didactiek van het hoger onderwijs, zodat de gebruikte methoden passen bij de gestelde leerdoelen. Uitwisselen van kennis met
vakgenoten, uitgaande van de methodologie en didactiek van het hoger onderwijs. Betrekken van
maatschappelijke ontwikkelingen (arbeidsmarkt, wetgeving, ethiek) van het vakgebied in de context van het te verzorgen onderwijs.
Criteria
1. De medewerker gebruikt, of is in staat om state-of-the-art en gevarieerd leermateriaal te gebruiken dat het vakgebied expliciet in zijn wetenschappelijke en maatschappelijke context
plaatst.
2. De medewerker heeft jaarlijks weloverwogen (in overleg met de opleidingsdirecteur) deelgenomen aan professionaliseringsactiviteiten, zoals workshops, seminars, facultaire onderwijsdagen e.d., met een omvang van gemiddeld twee dagen per jaar.
[17]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
3. De medewerker vraagt, ontvangt en geeft feedback aan collega's, ondersteunend en wetenschappelijk personeel en studenten.
6.3
Personeel- en organisatiebeleid
Werkzaamheden
Leidinggeven aan medewerkers van de vakgroep; geven van werkinstructies, bespreking voortgang
en meewerken aan werving, selectie en beoordeling. Uitvoeren van het door het faculteitsbestuur
vastgestelde HR-beleid binnen de eigen leerstoel en conform de CAO en centrale richtlijnen van de
instelling, teneinde te zorgen voor een kwantitatieve en kwalitatieve bezetting van personeel voor
de uitvoering van onderwijs- en onderzoekprogramma’s. Deelnemen of leiding geven aan vergaderingen van commissies en werkgroepen. Medewerkers binnen de leerstoel op de hoogte houden van
zaken die besproken worden in de commissie/werkgroep.
Kernactiviteiten: bespreken van de professionele en academische ontwikkeling met medewerkers.
Coachen en aansturen van medewerkers. Voeren van Resultaat- en Ontwikkelingsgesprekken met
medewerkers in overleg met opleidingsdirecteuren en directeur(en) van onderzoekinstituten.
Zorgdragen voor de werving en selectie van personeel. De medewerkers op de hoogte houden van
zaken die besproken worden in de verschillende overlegorganen.
Criteria
1. De medewerker heeft de Resultaat- en Ontwikkelingsgesprekken gevoerd met de onder
hem/haar ressorterende medewerkers en hij/zij heeft zich verdiept in de carrièreperspectieven
van deze medewerkers.
2. De medewerker heeft deelgenomen aan benoemingsadviescommissies- of andere commissies
betreffende organisatie van onderwijs en onderzoek in de faculteit of universiteit
3. De medewerker heeft deelgenomen aan de RUG-training academisch Leiderschap. De medewerker heeft bijgedragen aan een goede sfeer en teamgeest en aan overleg en afstemming van
taken binnen de vakgroep waarin hij/zij (mede)leidinggevende is.
4. De medewerker draagt effectief en efficiënt bij aan het goed laten verlopen van de onderwijs- en
onderzoekprocessen waarbij deze is betrokken. Heeft aangetoond over organisatorische en leidinggevende kwaliteiten te beschikken binnen de leerstoelgroep, de vakgroep, de faculteit.
[18]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
In de bijlagen vindt u een samenvatting van de benoemingscriteria per functie (UD, UHD, HGL),
aanvullende informatie over de benoemingsadviescommissie (BAC) en een overzicht van de competenties van belang voor de wetenschappelijke loopbaan en specifieke facultaire afspraken (4,5,6).
Bijlage 7 geeft een samenvatting van de wijzigingen uit Tenure Track sinds 2012.
[19]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
________________________________________________________________________________________________
Bijlage 1
Overzicht criteria
Criteria voor aanstelling tot Universitair Docent (instroom in TT)
Universitair Docent TT
1. De kandidaat is gepromoveerd.
2. De kandidaat beschikt over de kwaliteiten nodig voor excellent wetenschappelijk onderzoek, bij voorkeur blijkend uit
een of meerdere publicaties in gerenommeerde, internationale tijdschriften (3-of-5 punts categorie in de SOMnormen) in het betreffende vakgebied.
3. De kandidaat beschikt over een relevant internationaal netwerk, bijvoorbeeld blijkend uit een verblijf aan een academische instelling buiten Nederland. Indien de kandidaat
geen tijd in het buitenland heeft doorgebracht, worden afspraken gemaakt zodat deze enkele malen een periode van 2
tot 6 maanden in het buitenland verblijft, met als doel om
een relevant internationaal netwerk op te bouwen.
4. De kandidaat beschikt over relevante onderwijscompetenties, blijkend uit goede beoordelingen of in ieder geval over
een afgeronde docenttraining voor het hoger onderwijs (Basis Kwalificatie Onderwijs). Bij het ontbreken van een BKO
behaalt de kandidaat deze binnen drie jaar na aanvang van
de Tenure track.
5. De kandidaat beschikt over aantoonbare organisatorische
kwaliteiten en uitstekende communicatieve eigenschappen.
6. De kandidaat is in staat om een voor de faculteit belangrijke
deeldiscipline te ontwikkelen.
[20]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
_________________________________________________________________________________________________________________________________________________
Onderzoeksuitvoering
Criteria voor de benoeming tot UHD/Adjunct hoogleraar
1. De medewerker heeft een hoogwaardige, duidelijke en productieve
eigen onderzoekslijn ontwikkeld binnen het onderzoekprogramma
van de faculteit, die potentie heeft voor een uitstekende beoordeling.
2. De medewerker functioneert goed in de faculteit en levert een significante bijdrage aan de uitvoering en coherentie van het onderzoeksprogramma en de organisatorische taken van de faculteit.
3. De medewerker beschikt over internationale ervaring, blijkend uit
minimaal een half jaar succesvol (blijkend uit publicaties) verblijf
aan een buitenlandse academische instelling.
Begeleiding
promovendi
De medewerker begeleidt ten minste twee promovendi als co-promotor,
of heeft deze begeleid tot aan de afronding van hun promotie.
Acquisitie 2e
en 3e geldstroom
De medewerker heeft in de periode van UD (buiten en binnen Tenure
track) ten minste eenmaal een substantiële onderzoek subsidie (bijvoorbeeld voor een promovendus- of postdocplaats) uit de 2e of 3e
geldstroom verworven. Het gaat hierbij om een zelfstandig geschreven
aanvraag, waarbij de medewerker als “principal investigator” (PI) optreedt.
1. De medewerker heeft een hoogwaardige publicatielijst, die moet
voldoen aan de criteria voor SOM fellow. Gemeten over de hele
loopbaan heeft de medewerker twee vijfpunts- en twee driepunts
publicaties en/of één vijfpunts publicatie (single-authored) en vier
driepunts publicaties behaald. Hiervan dienen in ieder geval één
vijfpunts en twee driepunts publicaties in de laatste zes jaren gepubliceerd of geaccepteerd te zijn’.
2. Het belang van het onderzoek van de medewerker wordt door
zijn/haar vakgenoten erkend, blijkend uit bijvoorbeeld: prijzen, onderscheidingen, lidmaatschap redactie internationale wetenschappelijke tijdschriften, uitnodigingen als gastspreker, deelname aan
internationale commissies.
1. De medewerker heeft het zelf ontwikkelde onderzoeksveld vertaald
naar het onderwijs, bijvoorbeeld aan de hand van een vak in een
(research-) master of een (keuze-) vak in de bachelor fase, passend
binnen de omvang en inhoud van het vakkenaanbod van de faculteit, dit ter beoordeling van de opleidingsdirecteur.
Publicaties
Onderwijsuitvoering
[21]
Criteria voor de benoeming tot Hoogleraar ( Full Professor)
1. De medewerker heeft een hoogwaardige, duidelijke en productieve
eigen onderzoekslijn ontwikkeld binnen het onderzoeksprogramma
van het onderzoekinstituut, dit blijkend uit externe beoordelingen
(zoals onderzoekvisitaties).
2. De medewerker is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en uitvoering van een gezichtsbepalend onderzoeksprogramma. Buiten dat
functioneert hij/zij goed in het onderzoekinstituut, en levert hij/zij
een significante bijdrage aan de uitvoering en coherentie van het
onderzoekprogramma en de organisatorische taken van de faculteit.
3. De medewerker onderhoudt internationale contacten en samenwerkingsverbanden, o.a. blijkend uit gezamenlijke publicaties en uit
werkbezoeken.
De medewerker heef in de zes jaar voorafgaand aan de beoordeling ten
minste vier promovendi begeleid, als promotor of co-promotor. Ten
minste twee van de vier promovendi zijn daadwerkelijk gepromoveerd,
de overige(n) werken nog aan hun proefschrift
De medewerker heeft in de afgelopen tien jaar ten minste tweemaal een
substantiële onderzoek subsidie (bijvoorbeeld voor een promovendusof postdocplaats), uit de 2e of 3e geldstroom verworven. Het gaat hierbij
om een zelfstandig geschreven aanvraag, waarbij de medewerker als
“principal investigator” (PI) optreedt.
1.
De medewerker heeft in de afgelopen reviewperiode van zes jaar ten
minste twee vijfpuntspublicaties of vier driepunts publicaties behaald.
2. De medewerker voldoet aan de criteria voor SOM fellow.
3. Het belang van het onderzoek van de medewerker wordt door
zijn/haar vakgenoten erkend, blijkend uit bijvoorbeeld: prijzen, onderscheidingen, lidmaatschap redactie internationale wetenschappelijke tijdschriften, uitnodigingen als gastspreker, deelname aan
internationale commissies.
1.
De medewerker heeft het zelf ontwikkelde onderzoeksveld vertaald
naar het onderwijs, bijvoorbeeld aan de hand van een vak in een
(research-) master of een (keuze-) vak in de bachelor fase, passend
binnen de omvang en inhoud van het vakkenaanbod van de faculteit, dit ter beoordeling van de opleidingsdirecteur.
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
_________________________________________________________________________________________________________________________________________________
Criteria voor de benoeming tot UHD/Adjunct hoogleraar
2. De medewerker besteedt een substantieel deel van de werktijd aan
onderwijs, te bepalen op grond van de vigerende standaard van de
faculteit.
3. De uitvoering van de onderwijsactiviteiten is goed, zoals blijkt uit
zowel studentevaluaties alsook de beoordelingen door de betreffende opleidingsdirecteur.
4. De medewerker is een enthousiast en effectief docent; heeft vakdidactische kennis overzicht in werk- en toetsvormen en inzicht in de
gebruiksmogelijkheden, onder meer blijkend uit een behaalde Basis
Kwalificatie Onderwijs.
5. De medewerker beheerst de Engelse taal in voldoende mate om
goed te kunnen doceren
Onderwijsontwikkeling
De medewerker heeft - indien wenselijk- aantoonbare verbeteringen
aangebracht in bijvoorbeeld het leermateriaal of de werkvormen
Onderwijsorganisatie
1.
Professionalisering
1.
De medewerker heeft een goed inzicht in de onderwijsorganisatie en
regelgeving van de faculteit.
2. De medewerker draagt efficiënt en effectief bij aan het goed laten
verlopen van de onderwijsprocessen waarbij hij/zij betrokken is.
3. De medewerker laat zien over organisatorische kwaliteiten te beschikken. Hij/zij vervult bijvoorbeeld de rol van onderwijscoördinator, opleidingsdirecteur of maakt deel uit van een opleidingscommissie.
De medewerker gebruikt, of is in staat om state-of-the-art en gevarieerd leermateriaal dat het vakgebied expliciet in zijn wetenschappelijke en maatschappelijke context plaatst.
2. De medewerker heeft weloverwogen (in overleg met de opleidingsdirecteur) deelgenomen aan professionaliseringsactiviteiten, zoals
workshops, seminars, facultaire onderwijsdagen e.d., met een omvang van gemiddeld twee dagen per jaar.
3. De medewerker vraagt, ontvangt en geeft feedback aan collega's,
ondersteunend en wetenschappelijk personeel en studenten.
[22]
Criteria voor de benoeming tot Hoogleraar ( Full Professor)
2. De medewerker besteedt een substantieel deel van de werktijd aan
onderwijs, te bepalen op grond van de vigerende standaard van de
faculteit.
3. De uitvoering van de onderwijsactiviteiten is goed, zoals blijkt uit
zowel studentevaluaties alsook de beoordelingen door de betreffende opleidingsdirecteur.
4. De medewerker is een enthousiast en effectief docent; heeft vakdidactische kennis overzicht in werk- en toetsvormen en inzicht in de
gebruiksmogelijkheden, onder meer blijkend uit een behaalde Basis
Kwalificatie Onderwijs.
5. De medewerker beheerst de Engelse taal in voldoende mate om
goed te kunnen doceren.
Indien de medewerker voor een periode langer dan vijf jaar in Nederland verblijft, wordt van de medewerker verwacht dat hij/zij ook in de
Nederlandse taal kan communiceren.
1. De medewerker heeft - indien wenselijk- aantoonbare verbeteringen
aangebracht in bijvoorbeeld het leermateriaal of de werkvormen.
2. De medewerker heeft aantoonbare bijdragen geleverd aan cursus
overstijgende activiteiten op programmaniveau (leerlijn of variant),
zoals bijvoorbeeld in onderwijsvernieuwingsprojecten.
1. De medewerker draagt efficiënt en effectief bij aan het goed laten
verlopen van de onderwijsprocessen waarbij hij/zij betrokken is.
2. De medewerker heeft actief onderwijsactiviteiten van medewerkers
gestimuleerd.
3. De medewerker heeft aantoonbaar succesvol bijgedragen aan het
onderwijsmanagement, hij/zij vervult bijvoorbeeld de rol van onderwijscoördinator, opleidingsdirecteur, voorzitter van een opleidingscommissie of door verantwoordelijkheid te dragen voor het
succesvol opzetten en implementeren van een onderwijsvernieuwingsproject.
1. De medewerker gebruikt, of is in staat om state-of-the-art en gevarieerd leermateriaal te gebruiken dat het vakgebied expliciet in zijn
wetenschappelijke en maatschappelijke context plaatst.
2. De medewerker heeft jaarlijks weloverwogen (in overleg met de opleidingsdirecteur) deelgenomen aan professionaliseringsactiviteiten, zoals workshops, seminars, facultaire onderwijsdagen e.d., met
een omvang van gemiddeld twee dagen per jaar.
3. De medewerker vraagt, ontvangt en geeft feedback aan collega's,
ondersteunend en wetenschappelijk personeel en studenten.
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
_________________________________________________________________________________________________________________________________________________
Criteria voor de benoeming tot UHD/Adjunct hoogleraar
4. De medewerker heeft laten zien effectief bij te kunnen dragen aan
het goed laten verlopen van onderwijs- en onderzoekprocessen
waarbij hij/zij is betrokken
HR beleid
Criteria voor de benoeming tot Hoogleraar ( Full Professor)
1.
2.
3.
4.
5.
[23]
De medewerker heeft Resultaat – en Ontwikkelingsgesprekken gevoerd met de onder hem/haar ressorterende medewerkers en hij/zij
heeft zich verdiept in de carrièreperspectieven van deze medewerkers.
De medewerker heeft deelgenomen aan benoemingsadviescommissies- of andere commissies betreffende organisatie van onderwijs en
onderzoek in de faculteit of universiteit.
De medewerker heeft deelgenomen aan een training leiding geven.
De medewerker heeft bijgedragen aan een goede sfeer en teamgeest
en aan overleg en afstemming van taken binnen de vakgroep waarin
hij/zij (mede)leidinggevende is.
De medewerker draagt effectief en efficiënt bij aan het goed laten
verlopen van de onderwijs- en onderzoekprocessen waarbij deze is
betrokken. Heeft aangetoond over organisatorische en leidinggevende kwaliteiten te beschikken binnen de leerstoelgroep, de afdeling, de faculteit.
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
_________________________________________________________________________________________________________________________________________________
Bijlage 2. De Benoemingsadviescommissie (BAC)
De BAC is de adviescommissie die voor iedere vacature wordt ingesteld door het faculteitsbestuur. De BAC is verantwoordelijk voor de werving en selectie van kandidaten voor een vacature. Na selectie van een kandidaat adviseert de BAC het faculteitsbestuur over een te benoemen kandidaat. Het
faculteitsbestuur neemt het besluit tot benoeming van de kandidaat.
De BAC bestaat uit maximaal zeven leden, van wie ten minste één vrouw, en waarin in elk geval participeren:
1. Directeur van het betreffende onderzoekprogramma;
2. Een opleidingsdirecteur;
3. De betreffende vakgroep voorzitter;
4. Directeur SOM;
5. Adviseur HR.
De decaan is aanwezig tijdens de eerste bijeenkomst van de BAC.
Indien gewenst en indien de richtlijnen van de RUG dat vereisen, worden onderstaande personen toegevoegd aan de commissie:
 Deskundige in dezelfde discipline van buiten de RUG;
 Deskundige uit de RUG;
 Student uit de faculteit.
Procedure
1. De BAC legt aan het FB een structuurrapport voor (1 à 2 pagina’s A4), waarin staat voor welke onderwijstaken de Universitair Docent verantwoordelijk wordt en wat het onderzoeksgebied is. Hiernaast wordt, in afstemming met HR-Advies, een concept-advertentietekst aangeleverd.
2. Na goedkeuring van het FB kan gestart worden met de wervingsprocedure, waarbij kandidaten altijd in een open procedure geworven worden.
Daarbij wordt gebruik gemaakt van landelijke media, Internet, internationale netwerken en job markets, gefaciliteerd door HR Advies.
3. De BAC dient een voordracht in bij het FB, op basis van CV, publicatielijst en onderzoekplan van de kandidaat, ingewonnen referenties, een seminar voor het relevante onderzoekprogramma en een gesprek met de BAC. Kandidaten hoeven niet zelf te zorgen voor aanbevelingsbrieven maar
kunnen volstaan met het opgeven van een aantal referenties
4. Na accordering door het FB wordt de kandidaat aangesteld, waarbij de schriftelijke afspraken worden bevestigd over het onderzoek, het onderwijs,
de evaluatiemomenten, de arbeidsvoorwaarden, etc.
5. De BAC verplicht zich over alle van toepassing zijnde criteria en competenties aan het faculteitsbestuur te rapporteren.
Het staat een benoemingsadviescommissie vrij om bij selectie aan een kandidaat hogere eisen te stellen, bijvoorbeeld in sub disciplines waar een grotere productie aan publicaties gebruikelijk is dan gemiddeld. Voorwaarde is dan uiteraard wel dat de aan te stellen medewerker tevoren van deze vereisten op de hoogte is gesteld. Het staat een BAC eveneens vrij om kandidaten, die aan één of meer criteria niet voldoen, op grond van hun excellente
resultaten wat betreft de andere criteria toch voor aanstelling voor te dragen. De BAC dient dit uitvoerig en overtuigend te beargumenteren. Het faculteitsbestuur beslist in alle gevallen of de aangedragen argumenten om van een bepaald criterium af te wijken acceptabel zijn.
[24]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
__________________________________________________________________________________________
_______________________________________________________
Bijlage 3
Competentieoverzicht
Clusters van competenties (de VSNU-competentieset voor alle universiteiten)
De competenties in het basismateriaal zijn in vijf clusters ingedeeld. Deze clusters hebben
betrekking op hoe mensen in hun functie hun werkomgeving benaderen en met werkgerelateerde situaties omgaan. De clustering maakt het werken met competenties overzichtelijker.
De vijf clusters zijn als volgt te typeren.
Throughput
Input
Denkkracht
Beïnvloeden
1.
2.
3.
4.
5.
6.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Visie ontwikkelen
Conceptueel vermogen
Analytisch vermogen
Inventiviteit
Leervermogen
Scenario denken
Omgevingsbewustzijn
Communiceren
Presenteren
Onderhandelen
Overtuigingskracht
Samenwerken
Netwerkvaardigheid
Persoonlijke effectiviteit
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Integriteit
Accuratesse
Zelfvertrouwen
Aanpassingsvermogen
Stressbestendigheid
Zelfreflectie
Luisteren
Leiderschap
1.
2.
3.
4.
Sturen op resultaat
Verbindend leiderschap
Coachen
Delegeren
Output
Realisatiekracht
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Besluitvaardigheid
Klantgerichtheid
Loyaliteit
Initiatief
Resultaatgerichtheid
Doorzettingsvermogen
Ondernemerschap
Plannen en organiseren
1. Denkkracht
De competenties in dit cluster hebben betrekking op het vermogen om een bepaalde situatie
of probleem te begrijpen of doorgronden of om nieuwe invalshoeken te kunnen creëren.
2. Persoonlijke effectiviteit
De competenties in dit cluster zijn veelal persoonlijke kenmerken die een indicatie geven over
hoe functiehouders werksituaties in het algemeen benaderen.
3. Beïnvloeden
De competenties in dit cluster hebben betrekking op de mogelijkheden van een functiehouder
om met andere mensen te communiceren en mensen samen aan doelen te laten werken.
4. Leiderschap
De competenties in dit cluster hebben betrekking op de manier waarop een functiehouder
een leiderschapsrol invult om anderen in beweging te krijgen in de richting van gestelde doelen voor een organisatie (team, business unit etc).
5. Realisatiekracht
De competenties in dit cluster hebben betrekking op hoe functiehouders doelen voor zichzelf
stellen, op welke manier ze definiëren wat belangrijk is om zich op te richten, of hoe ze kansen signaleren en deze benutten.
[25]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
__________________________________________________________________________________________
_______________________________________________________
Definities van competenties
Denkkracht
Definitie:
1. Visie ontwikkelen
Geeft in hoofdlijnen aan in welke richting de organisatie(processen) het vakgebied en de omgeving daarvan zich
bewegen. Plaatst bevindingen en gebeurtenissen in een breder verband. Formuleert de doelstellingen voor het langetermijnbeleid.
2. Conceptueel vermogen
Legt verbanden tussen situaties die geen duidelijke relatie
lijken te hebben en ontdekt sleutelfactoren in ingewikkelde
situaties. Bouwt denkkaders of modellen op en formuleert
meervoudige concepten, hypothesen of ideeën op basis van
complexe informatie.
3. Analytisch vermogen
Begrijpt een situatie door die op te delen in kleinere delen of
de gevolgen ervan vast te stellen. Dit houdt in dat er verschillende onderdelen of aspecten met elkaar vergeleken worden
en dat er begrip is van de oorzaak-gevolg of als-dan verbanden van de feiten.
4. Inventiviteit/Creativiteit
Komt met oorspronkelijke en originele ideeën en oplossingen.Combineert verschillende invalshoeken en inzichten tot
iets nieuws.
Persoonlijke effectiviteit
Definitie:
1. Integriteit
Handhaaft op consistente wijze algemeen aanvaarde sociale,
ethische en professionele normen in woord en gedrag, ook als
de verleiding of druk om het minder nauw te nemen groot is.
Toont zich hierop aanspreekbaar en spreekt anderen erop
aan.
2. Zelfreflectie
Laat blijken eigen gedrag, standpunten en methoden kritisch
te evalueren en open te staan voor evaluatie door anderen;
toont te leren van deze evaluaties door wijziging van gedrag,
standpunten of methoden.
Beïnvloeden
Definitie:
1. Omgevingsbewustzijn
Laat blijken goed geïnformeerd te zijn over de relevante
maatschappelijke en politieke ontwikkelingen, het krachtenveld in de eigen organisatie en andere omgevingsfactoren en
weet deze kennis effectief te benutten voor de eigen functie of
de organisatie.
2. Communiceren
Draagt ideeën en informatie helder en correct over, rekening
houdend met gesprekspartners, toehoorders en lezers, en zodanig dat de boodschap bij hen overkomt en wordt begrepen.
3. Presenteren/didactische kwaliteit
Brengt feiten, ideeën en oordelen op een systematische, samenhangende en boeiende wijze over. Heeft didactische vakkennis, overzicht in werk- en toetsvormen en gebruiksmogelijkheden, ontwerpen van leersituaties, kunnen ontwikkelen
van materiaal, inzicht in didactische problemen in de leerstof.
4. Netwerkvaardigheid
Ontwikkelt en bestendigt formele en informele contacten
binnen en buiten de eigen organisatie en benut deze voor het
verkrijgen van informatie, steun en medewerking.
[26]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
__________________________________________________________________________________________
_______________________________________________________
Leiderschap
Definitie:
1. Sturen op resultaat
Geeft richting en taakinhoudelijke ondersteuning aan medewerkers om doelstellingen te realiseren.
2. Verbindend leiderschap
Brengt synergie aan in een groep medewerkers en motiveert
hen tot doeltreffende samenwerkingsverbanden.
3. Coachen
Stimuleert en begeleidt anderen om hun persoonlijke kwaliteiten optimaal in te zetten in hun huidige functie en om hun talenten te ontwikkelen ten behoeve van hun loopbaan.
Realisatiekracht
Definitie:
1. Loyaliteit
Is solidair met de eigen organisatie en collega’s, intern en naar
buiten toe; accepteert besluitvorming in de organisatie en
draagt deze uit.
2. Ondernemerschap
Signaleert kansen en mogelijkheden voor de ontwikkeling van
nieuwe kennis en toepassingsgebieden, producten of diensten.
Handelt hiernaar en durft daarbij weldoordachte risico’s te
nemen.
3. Plannen en organiseren
Overziet de werkzaamheden, deelt deze planmatig in (acties,
tijd, middelen), stelt prioriteiten, bewaakt de voortgang.
[27]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
__________________________________________________________________________________________
_______________________________________________________
Bijlage 4
Afspraken met Tenure trackers; verdeling onderwijs en onderzoek
Bij besluit van het FB, 12 januari 2010
NB Voor vacatures die in de loop van een studiejaar worden vrijgegeven geldt dat er
50% onderzoek t.l.v. het FB wordt gebracht.
Tenure track
Standaard is 50% onderzoek, 50% onderwijs.
40% van onderzoektijd door FB
 10% tlv programmadirecteur (wordt zo medeverantwoordelijk voor aandacht voor kwaliteit bij werving en begeleiding)
administratief:
 tot behalen SOM status fellow 40% tlv FB, 10% tlv programmadirecteur.
 behaalt men status fellow: 40% SOM status, 10% tlv programmadirecteur.
 wil onderzoekdirecteur nog maximaal 10% extra geven: 10% tlv programmadirecteur.
De afspraak 50%/50% geldt maximaal voor de eerste 6 jaar; zodra men een vaste aanstelling
verkrijgt geldt de reguliere toedeling van onderzoektijd.
[28]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
__________________________________________________________________________________________
_______________________________________________________
Bijlage 5
lof
Onderzoekssabbatical ingeval van zwangerschaps- & bevallingsver-
datum: 26 april 2010
Tijdens de afgelopen 2 jaar is ons gebleken dat er ingeval van zwangerschaps- & bevallingsverlof zowel bij de betrokkenen als de vakgroep voorzitters behoefte is aan een compensatieregel, die rechtvaardig is voor én de betrokkene én de vakgroep.
Binnen de FEB geldt vanaf april 2010 daarom het volgende:


na afloop van het zwangerschaps- & bevallingsverlof kan de betreffende UD of UHD –
indien zij daarop prijs stelt- voor een periode van 4 maanden vrijgesteld worden van onderwijstaken (direct aansluitend aan het verlof of ingaande het eerstvolgende academisch
jaar).
de betreffende vakgroep kan gedurende deze 4 maanden een student-assistent aantrekken voor 0.2 fte om de overige vakgroep leden te ondersteunen bij onderwijs- en onderzoektaken.
De betreffende medewerkster kan deze faciliteit aanvragen door middel van een schriftelijk
verzoek aan het faculteitsbestuur.
Laatst gewijzigd: 15 mei 2012
[29]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
__________________________________________________________________________________________
_______________________________________________________
Bijlage 6
Reisbudget voor Tenure trackers FEB
Vanaf 1-1-2010 krijgen Tenure trackers van de FEB die nog geen vaste aanstelling hebben
5000 euro (te besteden gedurende een periode van maximaal 5 jaar) om te besteden aan onderzoek gerelateerde kosten (zoals studentassistenten, onderzoekskosten) en onderzoek gerelateerde reizen naar het buitenland (zoals verblijf in het buitenland, bezoek congressen in het
buitenland).
Dit bedrag staat los van de reisbudgetten die vanuit SOM worden toegekend.
Voor Tenure trackers die een kortere eerste aanstelling hebben dan 5 jaren, wordt in eerste
instantie een budget van 2500 euro vrijgemaakt; na een eventuele verlenging van de aanstelling kan nogmaals een beroep worden gedaan op maximaal 2500 euro.
Ook zittende Tenure trackers zonder vaste aanstelling krijgen deze faciliteit, mits zij nog geen
beroep gedaan hebben op tegemoetkomingen in deze zin.
SOM zal deze rugzak budgetten beheren en bewaken. Om dit budget te verkrijgen dient de
medewerker, in overleg met de leidinggevende, een schriftelijk verzoek in bij SOM, voorzien
van een bestedingsplan.
Jaarlijks wordt door SOM een overzicht van de bestedingen verstrekt aan het faculteitsbestuur.
[30]
Tenure track, Faculteit Economie en Bedrijfskunde, RUG
__________________________________________________________________________________________
_______________________________________________________
Bijlage 7 Aanpassingen van het Tenure track beleid sinds 2012.
De eerste versie van het beleid Tenure track is vastgesteld in het najaar van 2008.
Wijziging versie november 2012
In de eerste maanden van 2012 heeft er een grondige evaluatie plaatsgevonden van het
Tenure track beleid van onze faculteit. Deze heeft geleid tot een aantal aanpassingen in de
Tenure track nota, zowel van redactionele als van inhoudelijke aard. Hieronder worden de
belangrijkste inhoudelijke aanpassingen kort samengevat.
Allereerst vervalt de pre Tenure fase en zijn de publicatievereisten, als onderdeel van de ingangseisen voor de functie van Universitair Docent (UD), anders omschreven en daarmee
licht versoepeld. Tevens is het begrip “Internationaal netwerk” ietwat verruimd. Met medewerkers die zich in deze fase van de Tenure track bevinden zullen maatwerk afspraken worden gemaakt voor het bereiken van een volgende functionele stap.
Met nieuw aan te stellen medewerkers zal een contract voor zes jaar worden aangegaan, met
als doel het verwerven van een Universitair Hoofddocent (UHD) aanstelling en een vaste
aanstelling (tenure) aan het einde van de zes jaar. Na maximaal 3 jaar vindt een beoordeling
plaats; mocht deze onverhoopt negatief uitvallen dan zal het contract worden beëindigd. De
UHD-functie kan worden gevolgd door een adjunct-hoogleraarschap bij de bevordering tot
UHD1 (2 jaar na het bereiken van de UHD-functie); indien de medewerker dit wenst kan het
faculteitsbestuur daartoe de benoemingsprocedure starten bij het College van Bestuur. Volgens de richtlijnen van de universiteit geeft de positie van adjunct-hoogleraar de medewerker
het ius promovendi: het recht om promovendi te begeleiden, om de titel van professor te voeren en een toga te dragen.
De Commissie Interne Promotie (CIP) is in de nota opgenomen als adviescommissie aan het
faculteitsbestuur bij bevorderingen in het Tenure track carrière pad. Een beschrijving van de
taken en de samenstelling van de CIP staat in bijlage 3 vermeld.
Wijziging versie mei 2014
De BKO is formeel vastgesteld als criterium voor promotie naar UD1. (Deze beleidslijn werd
al eerder in praktijk gebracht)
Wijziging van het publicatiecriterium bij promotie naar UHD2. Dit criterium wijzigen in:
‘gemeten over de hele loopbaan heeft de medewerker twee vijfpunts- en twee driepublicaties
en/of één vijfpunts publicatie (single-authored) en vier driepunts publicaties behaald. Hiervan dienen in ieder geval één vijfpunts en twee driepunts publicaties in de laatste 6 jaren
gepubliceerd of geaccepteerd te zijn’ (Dit was: ‘hiervan dienen in ieder geval één vijfpunts en
drie driepunts publicaties in de reviewperiode gepubliceerd of geaccepteerd te zijn.
Toevoeging van een vierde taak van de CIP: Advisering over de voortzetting van het dienstverband van UD2 en benoeming tot UD1 na drie jaar.
[31]