3 bijlage mededeling AMK Regioraad oktober

Schriftelijke mededeling Regioraad 21 oktober 2014
Op 4 september j.l. heeft het Dagelijks Bestuur op voordracht van de
portefeuillehouder jeugdzorg besloten om het Advies en Meldpunt
Kindermishandeling van Jeugdbescherming Regio Amsterdam (voormalig Bureau
Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam) tot nader bericht en met terugwerkende kracht
toestemming te verlenen om in de registratie van advies- en consultvragen waar
nodig en mogelijk de naam van de jeugdige op te nemen.
Conform geldende regelgeving en ook zo opgenomen in de nieuwe Jeugdwet mag
het Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) alleen meldingen registreren op
naam van de jeugdige over wie wordt gemeld. Een advies- of consultvraag van een
burger of professional mag dus niet op naam van de betrokken jeugdige
geregistreerd worden.
In de aangepaste werkwijze van het AMK regio Amsterdam wordt de registratie van
een advies of consult op naam van de advies/consultvrager geregistreerd, maar
wordt tevens de naam van degene over wie advies wordt gevraagd waar nodig en
mogelijk genoteerd.
Aanleiding
Directe aanleiding is de dood van een 7-jarig kind, 1e helft 2013, dat gedurende een
aantal jaren in een van de regiogemeenten heeft gewoond. Lopende het eerste
onderzoek door de Inspectie Jeugdzorg bleek tijdens een tussenevaluatie met alle
betrokken1 partijen, dat er gedurende een bepaalde periode door meerdere personen
rondom dit gezin advies is gevraagd. Conform beleid zijn deze contacten op naam
van de beller geregistreerd. Indien bij deze adviesvragen de naam van het kind
opgenomen was geweest, had dit relevante aanvullende informatie gegeven. Dit had
kunnen leiden tot een onderzoek ambtshalve door het AMK. Mogelijk was daarmee
hulpverlening voor moeder eerder tot stand gebracht, waardoor de veiligheid van het
kind beter gewaarborgd zou zijn geweest. Dit is overigens geen nieuw dilemma en
ook op rijksniveau bekend.
In het kader van ‘leren van calamiteiten’ is het onderzoek naar deze casus
vervolgens voorgezet door de vijf samenwerkende Inspecties (Samenwerkend
Toezicht Jeugd). Dit zijn de Inspectie voor de Gezondheidszorg, voor Jeugdzorg,
voor Onderwijs, voor Veiligheid en Justitie, en voor Sociale Zaken en
Werkgelegenheid. Er is een vertrouwelijke rapportage uitgebracht, een nota van
bevindingen, waarin de inspectie de volgende aanbeveling verwoordt:
1
zijnde school, AMK en JBRA, leerplicht, GGD Vangnet, SRA en de gemeente.
In verband met het lopende strafonderzoek kon de politie niet aanwezig zijn.
In deze casus kwam ook naar voren dat door meerdere partijen, waaronder burgers
en ouders van de school in .. (betreffende gemeente), contact hebben gezocht met
het AMK. Deze contacten zijn geregistreerd als consult- en adviesvragen op naam
van de vrager en niet op naam van het kind. Door de strikte scheiding van de
registratie van consult- en adviesvragen (op naam van de vrager) en meldingen (op
naam van het kind) waren de signalen van de consult- en adviesvragen niet bekend
op het moment dat een van de professionals een melding wilde doen. Hierdoor is het
niet mogelijk geweest een koppeling van de verschillende signalen te maken en te
komen tot een goede veiligheidsanalyse. Ook in andere calamiteitenonderzoeken
van STJ en IJZ is dit knelpunt naar voren gekomen.
STJ vraagt dan ook aan BJAA en de betreffende gemeente aandacht voor dit
probleem en verzoekt om na te gaan of de registratie van adviezen en consulten ook
op naam van het kind kan plaatsvinden, zodat de koppeling van signalen al in vroeg
stadium kan plaatsvinden en op basis van een vollediger beeld gehandeld wordt.
Aangepast werkproces
Door het AMK is een aangepast werkproces ontwikkeld, waartoe eerst ambtelijk en
sinds 4 september j.l. bestuurlijk opdracht is gegeven. Het AMK heeft hiervoor
informatie ingewonnen bij Bureau Jeugdzorg Brabant, die op verzoek van de
gemeente Tilburg voor díe gemeente het werkproces ten aanzien van registratie bij
adviezen en consulten heeft aangepast.
Een recent WOB verzoek ten aanzien van de vertrouwelijke rapportage van de
samenwerkende Inspecties kan mogelijk op korte termijn leiden tot publiciteit
hierover. Dat zal tevens de gelegenheid geven om de discussie over veiligheid van
kinderen ook landelijk te voeren. Tot dat moment onthoudt het DB van de Stadsregio
zich van publiekelijk commentaar.
.
Namens het Dagelijks Bestuur,
Simone Kukenheim, portefeuillehouder jeugdzorg