studiehandleiding klas 1 als PDF file

Studiehandleiding
Cursusjaar 2014-2015 klas 1
Cohort 2014
Op basis van kwalificatiedossier 2012-2013
22161 Juridisch medewerker met uitstroomrichtingen:
94891 Zakelijke Dienstverlening
94892 Openbaar Bestuur
22160, 94910 Medewerker Sociale Zekerheid
22159, 94900 Medewerker Personeel en Arbeid
Inhoudsopgave
Voorwoord
......................................................................................................................4
Hoofdstuk 1 Waar heb je deze studiehandleiding voor nodig? ...............................................5
Hoofdstuk 2 Algemene informatie over de opleidingen. .........................................................6
2.1
Informatie over het beroep van medewerker sociale zekerheid(22160,94910). ............6
2.1.1
Wat doe je als Medewerker Sociale Zekerheid? ...................................................7
2.1.2
De inhoud van de opleiding Medewerker Sociale zekerheid ................................7
2.1.3
De twee kerntaken van de opleiding Medewerker Sociale zekerheid ....................7
2.2
Informatie over het beroep van Medewerker Personeel en arbeid (22159,94900). ......8
2.2.1
Wat doe je als Medewerker Personeel en arbeid? ................................................8
2.2.2
De inhoud van de opleiding Medewerker Personeel en arbeid .............................9
2.2.3
De vier kerntaken van de opleiding Medewerker Personeel en arbeid ..................9
2.3
Informatie over het beroep van Juridisch medewerker Openbaar
bestuur(22161,94892). .........................................................................................................10
2.3.1
Wat doe je als Juridisch medewerker Openbaar Bestuur? ..................................10
2.3.2
De inhoud van de opleiding Juridisch medewerker Openbaar bestuur ...............10
2.3.3
De drie kerntaken van de opleiding Juridisch medewerker Openbaar bestuur ....11
2.4
Informatie over het beroep van Juridisch medewerker Zakelijke
dienstverlening(22161,94891). .............................................................................................12
2.4.1
Wat doe je als Juridisch medewerker Zakelijke dienstverlening? .......................12
2.4.2
De inhoud van de opleiding Juridisch medewerker Zakelijke dienstverlening .....12
2.4.3
De drie kerntaken van de opleiding Juridisch medewerker Zakelijke
dienstverlening..................................................................................................................13
2.5
Nederlandse en Engelse Taal, Rekenen/Wiskunde ...................................................14
2.6
Leren, loopbaan en burgerschap (LLB) ......................................................................15
2.7
Het onderwijsprogramma ...........................................................................................16
2.7.1
Leren binnen school ...........................................................................................17
2.7.2
Leren buiten school
(Beroepspraktijkvorming)………………………………………………………………….….…19
17.8
Ziekmelding/Afmelding……………………………………………………………………..19
Hoofdstuk 3 De begeleiding tijdens de opleiding ................................................................18
3.1
De docent ..................................................................................................................18
3.2
De studieloopbaanbegeleider/mentor/mentor ............................................................18
3.3
De onderwijsleider .....................................................................................................18
3.4
De BPV-coördinator ...................................................................................................19
3.5
Het Trajectbureau ......................................................................................................19
Hoofdstuk 4 Toetsing en examinering .................................................................................20
2
4.1
Inleiding .....................................................................................................................20
4.2
Toetsing .....................................................................................................................20
4.3
Dyslexie .....................................................................................................................20
4.4
Examinering...............................................................................................................20
4.5
Examencommissie.....................................................................................................22
4.6
Klacht- en bezwaarprocedure voor examens .............................................................22
Tot Slot
....................................................................................................................25
Bijlagen
....................................................................................................................26
Bijlage 1 Lessenoverzicht .....................................................................................................27
Bijlage 2 Docententeam Juridisch ........................................................................................28
Bijlage 3 Examenplan ...........................................................................................................30
Bijlage 4 Deelnemerskosten………….................................................................................... 44
Bijlage 5 Protocol centrale examinering ……………………………………………………….…45
Bijlage 6 Herkansingsregel kwalificerende examens / herexamens en reparaties ................46
Bijlage 7 Schoolvakanties ………………………………………………………………………….47
Bijlage 8 Lesperiodes……………………………………………………………………………….49
Bijlage 9 Teamregels ............................................................................................................48
3
Voorwoord
Deze studiehandleiding is bedoeld voor alle deelnemers van de opleiding juridisch
medewerker met de uitstroomrichtingen zakelijke dienstverlening en openbaar bestuur,
medewerker sociale zekerheid en medewerker personeel en arbeid van het Albeda College
op de locatie Weena.
Allereerst willen we je van harte welkom heten.
Je bent juist begonnen met een nieuwe opleiding of je vervolgt je opleiding. Je hebt
allemaal nieuwe en bekende mensen om je heen: medeleerlingen maar ook
docenten, onderwijsassistenten, conciërges, administratieve krachten etc. Dat is
allemaal even wennen. Met deze studiehandleiding willen we je graag wegwijs
maken in de door jou gekozen juridische opleiding van het Albeda College.
We geven je in deze studiehandleiding informatie over de opleiding:
 juridisch medewerker met uitstroomrichtingen zakelijke dienstverlening en
openbaar bestuur
 medewerker sociale zekerheid
 medewerker personeel en arbeid
Ook vind je in de studiehandleiding informatie over examinering en de
beroepspraktijkvorming. We hebben de belangrijkste regels voor je samengevat.
Als je de informatie in de studiehandleiding niet voldoende vindt, kun je op de
website van het Albeda College, www.albeda.nl nog meer informatie vinden.
We willen graag dat jij je snel thuis voelt op onze school en dat je het naar je zin
hebt. Dat lukt alleen als iedereen op een prettige manier met elkaar omgaat.
Daarom willen we de nadruk leggen op omgangsregels en het hebben van respect
voor elkaar. Een gevoel van verantwoordelijkheid, niet alleen voor jezelf maar ook
voor de ander, zal er voor zorgen dat iedereen zich gerespecteerd voelt.
Natuurlijk sta je er niet alleen voor. Je studieloopbaanbegeleider/mentor/mentor en
de overige medewerkers zullen je helpen om de problemen op te lossen die je hier
misschien op school tijdens je studie tegenkomt. Er zijn nog andere mensen op
deze school die je kunnen helpen bij problemen. Wij doen er alles aan om je
kwalitatief goed onderwijs te bieden in een prettige omgeving. Maak gebruik van
alle mogelijkheden die we je bieden, zodat je de door jou gekozen opleiding tot een
goed einde kunt brengen.
Namens alle medewerkers,
A.E. Sanders,
Onderwijsleider opleiding juridisch
Branche Secretarieel en Administratie
4
Hoofdstuk 1 Waar heb je deze studiehandleiding voor nodig?
In de studiehandleiding die voor je ligt krijg je informatie over de opleidingen juridisch
medewerker met uitstroomrichtingen zakelijke dienstverlening en openbaar bestuur,
medewerker sociale zekerheid en medewerker personeel en arbeid.
De opleidingen juridisch medewerker, medewerker sociale zekerheid en medewerker
personeel en arbeid zijn de drie opleidingen die worden aangeboden.
De opleiding juridisch medewerker heeft twee uitstroomrichtingen te weten juridisch
medewerker openbaar bestuur en juridisch medewerker zakelijke dienstverlening.
Het niveau van deze opleidingen is niveau 4.
Met één van de behaalde diploma’s van de Juridische opleidingen kun jij doorstromen naar
het hbo.
In deze studiehandleiding staat alle belangrijke informatie die je nodigt hebt voor je studie. Je
vindt hier onder andere informatie over:
-
Het beroep waarvoor je wordt opgeleid;
-
het lesprogramma (welke vakken krijg je);
-
begeleiding tijdens de opleiding;
-
welke examens je moet maken voordat je het diploma krijgt;
-
de regels waaraan je je moet houden.
De handleiding is een naslagwerk bij je gehele studietijd. Op de meeste vragen die je hebt
kun je een antwoord vinden. Staat dit antwoord er niet in, dan kun je in de studiegids vinden
bij wie je wel moet zijn om antwoord te krijgen.
Bewaar deze studiehandleiding daarom heel goed!
5
Hoofdstuk 2 Algemene informatie over de opleidingen.
In dit hoofdstuk krijg je informatie over het beroep van Juridisch medewerker met
uitstroomrichtingen zakelijke dienstverlening en openbaar bestuur, medewerker sociale
zekerheid en medewerker personeel en arbeid.
Ook krijg je informatie over de inhoud en het Je kunt onder voorwaarden extra
studiefinanciering krijgen. Ook kan een prestatiebeurs kan worden omgezet in een gift. Dit is
alleen mogelijk onder bepaalde voorwaarden!
Onderwijsprogramma van deze opleidingen:
2.1 Informatie over het beroep van medewerker sociale zekerheid (22160,
94910).
Het werk van een medewerker sociale zekerheid bestaat uit twee kerntaken. Een kerntaak is
een kenmerkende taak die in de praktijk van het werk gedaan wordt door de medewerker
sociale zekerheid
Kerntaak 1: Verricht frontoffice werkzaamheden.
De medewerker sociale zekerheid verricht werkzaamheden in een frontoffice, waarbij er sprake is van
direct en persoonlijk klantcontact. De werkzaamheden in een frontoffice bestaan veelal uit het geven
van informatie.
De medewerker sociale zekerheid verstrekt, afhankelijk van de instantie of afdeling waarvoor hij
werkzaam is, informatie en advies aan klanten over inkomensvoorzieningen, voorzieningen en / of
zorgtaken in het kader van de WMO, schuldhulpverlening, inkomensbeheer en re-integratie- en
activeringsdiensten. Kan hij een vraag niet beantwoorden dan verwijst hij de klant door naar een
collega van de eigen of een andere organisatie. Hij geeft niet alleen informatie, maar wint ook
informatie in (intake). Dat is nodig om vast te stellen of aan de voorwaarden van een regeling of
procedure wordt voldaan of om vast te stellen welke dienstverlening het best bij de situatie van de
klant past.
De medewerker sociale zekerheid legt de relevante gegevens en de gemaakte afspraken vast in het
systeem. Opvallende zaken signaleert hij en geeft hij door aan zijn leidinggevende. De medewerker
sociale zekerheid, werkzaam bij een gemeentelijke dienst voor Werk, Inkomen & Zorg, ondersteunt
klanten bij het aanvragen van diverse regelingen en voorzieningen en vult samen met de klant
relevante formulieren in.
Kerntaak 2: Verricht backoffice werkzaamheden.
De medewerker sociale zekerheid verricht werkzaamheden op een backoffice, waarbij de nadruk ligt
op werken aan dossiers en procedures. Dat kan het beheren van dossiers zijn, waarbij het erom gaat
de dossiers compleet en actueel te houden en ervoor te zorgen dat gegevens tijdig en volledig
aanwezig zijn zodat procedures geen vertraging oplopen. Maar dat kan ook het werken aan
documenten zijn. Hiervoor moet hij dossieronderzoek doen en bronnen, zoals wetboeken, raadplegen.
Bij het werken aan documenten moet hij goed de doelgroep voor ogen houden en dient hij zich ervan
bewust te zijn dat de inhoud van de documenten grote juridische en financiële gevolgen kunnen
hebben.
De medewerker sociale zekerheid verricht ondersteunende werkzaamheden bij de bemiddeling en reintegratie van werkzoekenden naar een passende baan. De medewerker sociale zekerheid,
werkzaam in de schuldhulpverlening, verricht alle dagelijkse werkzaamheden ten behoeve van de
financiële belangen van klanten.
6
2.1.1
Wat doe je als medewerker sociale zekerheid?
Medewerkers Sociale zekerheid kunnen werkzaam zijn bij uitvoeringsinstellingen sociale
zekerheid zoals de afdeling Werk, Inkomen & Zorg van een gemeente,
Uitvoeringsorganisatie Werknemersverzekeringen (UWV), Sociale Verzekeringsbank (SVB)
en het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI), maar ook bij andere organisaties binnen de
sociale zekerheid waarbij klantcontacten en het omgaan met klantdossiers tot het
takenpakket behoren.
2.1.2
De inhoud van de opleiding medewerker sociale zekerheid
Aan het einde van de opleiding moet je beheersen:

Twee kerntaken

Theoretische vakkennis

ICT

Rekenen 3F

Nederlands 3F

Engels

Loopbaan en Burgerschap
2.1.3
zekerheid
De twee kerntaken van de opleiding medewerker sociale
De twee kerntaken staan al uitgelegd in paragraaf 2.1. Voor meer informatie hierover kun je
surfen naar de website www.ecabo.nl.
Iedere kerntaak bevat een aantal werkprocessen. Een werkproces is een globale
beschrijving van de werkzaamheden die je in je toekomstige beroep gaat uitoefenen.
Kerntaken en werkprocessen
Hieronder vind je een overzicht van de kerntaken en werkprocessen.
Kerntaak
Werkproces
1 Verricht frontoffice
werkzaamheden
1.1 Verstrekt informatie en advies.
1.2 Verricht de intake.
1.3 Ondersteunt bij het invullen van formulieren.
1.4 Verwijst door.
2 Verricht backoffice
werkzaamheden
2.1 Typeert, interpreteert en ordent dossiergegevens.
2.2 Verifieert gegevens.
2.3 Stelt documenten op.
2.4 Bewaakt termijnen en procedures.
2.5 Ondersteunt bij de uitvoering van trajecten werk en zorg.
2.6 Ondersteunt bij schuldhulpverlening en inkomensbeheer.
7
2.2 Informatie over het beroep van medewerker personeel en arbeid (22159,
94900).
Het werk van een medewerker personeel en arbeid bestaat uit vier kerntaken. Een kerntaak
is een kenmerkende taak die in de praktijk van het werk gedaan wordt door de medewerker
personeel en arbeid
Kerntaak 1: Werft, selecteert en bemiddelt.
Op een personeelsafdeling of uitzendbureau heeft de medewerker te maken met taken op het gebied
van werving en selectie en kan hij een rol hebben op het gebied van bemiddeling van personeel. De
medewerker personeel en arbeid werft kandidaten, al dan niet in opdracht van bedrijven. Hij maakt
een eerste selectie van kandidaten die worden uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek. Ook begeleidt
hij een aantal vooraf geselecteerde kandidaten in de verdere selectieprocedure
Kerntaak 2: Verricht acquisitieactiviteiten.
De medewerker personeel en arbeid, bouwt relaties op met potentiële opdrachtgevers door de eigen
organisatie en het producten-/dienstenpakket onder de aandacht te brengen. De medewerker
personeel en arbeid ondersteunt opdrachtgevers in de vacaturestelling en voert met collega's en
leidinggevende wervingsacties uit en stelt promotieplannen op
Kerntaak 3: Voert P&O regelingen uit.
De medewerker personeel en arbeid voert verschillende P&O regelingen uit, waaronder
verlofregelingen, studiekostenvergoedingen, levensloopregelingen en spaarloonregeling. Als
onderdeel van de uitvoering van P&O regelingen stelt de medewerker personeel en arbeid
(arbeids)overeenkomsten op of ondersteunt hij de leidinggevende daarbij. De medewerker personeel
en arbeid verricht daarnaast administratieve werkzaamheden ten behoeve van beheer van het
personeelsdossier. De medewerker personeel en arbeid informeert (nieuwe) werknemers over
arbeidsvoorwaarden, bedrijfs- en Cao-regelingen en regelingen op het gebied van sociale zekerheid.
Kerntaak 4: Levert managementinformatie.
De medewerker personeel en arbeid verricht beleidsondersteunende werkzaamheden. Hij
inventariseert, selecteert en verwerkt (bijvoorbeeld door middel van tabellen en grafieken) gegevens
met betrekking tot organisatieontwikkelingen en/of arbeidsmarktontwikkelingen voor het management
of een vertegenwoordiger van een inlenend bedrijf. De medewerker personeel en arbeid presenteert
mondeling of schriftelijke gegevens met betrekking tot organisatieontwikkelingen en/of
arbeidsmarktontwikkelingen aan het management of een vertegenwoordiger van een inlenend bedrijf
2.2.1
Wat doe je als medewerker personeel en arbeid?
De medewerker personeel en arbeid kan werkzaam zijn binnen elke organisatie met een
personeelsafdeling, zowel in profit als non-profit organisaties. Ook kan de medewerker
personeel en arbeid werken op een uitzendbureau.
2.2.1
De loopbaan van de medewerker personeel en arbeid?
Voor de medewerker personeelswerk is door werkervaring en/of hogere opleiding op HRMgebied (hbo personeel en arbeid) of specialisatie verticale doorstroom mogelijk. Vooral bij
grotere organisaties is verticale functiedifferentiatie junior-medior-senior mogelijk.
Horizontale doorstroming naar andere afdelingen binnen een organisatie ligt, gezien de
specifieke kennis, niet voor de hand.
8
2.2.2
De inhoud van de opleiding medewerker personeel en arbeid
Aan het einde van de opleiding medewerker personeel en arbeid moet je beheersen:

Vier kerntaken

Theoretische vakkennis

ICT

Rekenen 3F

Nederlands 3F

Engels

Loopbaan en Burgerschap
2.2.3
arbeid
De vier kerntaken van de opleiding medewerker personeel en
De vier kerntaken staan al uitgelegd in paragraaf 2.4 Voor meer informatie hierover kun je
surfen naar de website www.ecabo.nl.
Iedere kerntaak bevat een aantal werkprocessen. Een werkproces is een globale
beschrijving van de werkzaamheden die je in je toekomstige beroep gaat uitoefenen.
Kerntaken en werkprocessen van de opleiding medewerker personeel en arbeid
Hieronder vind je een overzicht van de kerntaken en werkprocessen.
Kerntaak
Werkproces
1 Werft, selecteert en
bemiddelt
1.1 Werft kandidaten
1.2 Selecteert kandidaten
1.3 Bemiddelt naar werk
2 Verricht
acquisitieactiviteiten
2.1 Verwerft opdrachten
2.2 Verricht promotieactiviteiten
3 Voert P&O regelingen uit
3.1 Berekent inkomen en vergoedingen
3.2 Stelt overeenkomsten op
3.3 Verricht administratieve werkzaamheden
3.4 Verstrekt informatie en advies
4. Levert managementinformatie
4.1 Genereert en verwerkt managementinformatie
4.2 Presenteert management- informatie
9
2.3 Informatie over het beroep van juridisch medewerker openbaar
bestuur(22161, 94892).
Het werk van een juridisch medewerker openbaar bestuur bestaat uit drie kerntaken. Een
kerntaak is een kernmerkende taak die in de praktijk van het werk gedaan wordt door de
juridisch medewerker openbaar bestuur
Kerntaak 1: Verricht frontoffice werkzaamheden.
De juridisch medewerker verstrekt informatie en advies en wint informatie in. Dit kan informatie over
de eigen organisatie zijn maar ook bijvoorbeeld informatie over de stand van zaken van een
klantdossier of het verloop van een juridische procedure. Kan hij een vraag niet beantwoorden, dan
verwijst hij de klant door naar een collega van de eigen of een andere organisatie
Kerntaak 2: Behandelt aanvragen / opdrachten.
Ter voorbereiding op een te nemen besluit of als onderdeel van een lopende procedure verricht de
juridisch medewerker dossieronderzoek. Hij controleert gegevens en bewijsstukken, onderzoekt de
juistheid, volledigheid en relevantie van dossiergegevens en brengt een logische ordening aan. De
juridisch medewerker stelt (juridische) documenten op of ondersteunt de leidinggevende daarbij.
Daarnaast beheert hij het dossier en bewaakt hij de (wettelijke) termijnen per dossier en houdt hij
overzicht op het verloop van de procedure.
Kerntaak 3: Ondersteunt bij de uitvoering van onderzoek en beleid.
De juridisch medewerker in het openbaar bestuur voert in opdracht van een collega of leidinggevende
activiteiten uit in het kader van beleidsvoorbereiding en –evaluatie. Hij selecteert en verwerkt
gegevens ten behoeve van behoefte- draagvlak- en evaluatieonderzoek. Hij verwerkt de gegevens in
bijvoorbeeld tabellen en grafieken en presenteert de gegevens vervolgens mondeling of schriftelijk
2.3.1 Wat doe je als Juridisch medewerker openbaar bestuur?
De juridisch medewerker openbaar bestuur kan binnen het openbaar bestuur werkzaam zijn
bij gemeenten, provincies, waterschappen, ministeries, rechterlijke instanties, de
Belastingdienst en zelfstandige bestuursorganen.
2.3.2 De inhoud van de opleiding juridisch medewerker openbaar bestuur
Aan het einde van de opleiding juridisch medewerker openbaar bestuur moet je beheersen:

Drie kerntaken

Theoretische vakkennis

ICT

Rekenen 3F

Nederlands 3F

Engels

Loopbaan en Burgerschap
10
2.3.3 De drie kerntaken van de opleiding juridisch medewerker openbaar
bestuur
Voor meer informatie hierover kun je surfen naar de website www.ecabo.nl.
Iedere kerntaak bevat een aantal werkprocessen. Een werkproces is een globale
beschrijving van de werkzaamheden die je in je toekomstige beroep gaat uitoefenen.
Kerntaken en werkprocessen van de opleiding Juridisch medewerker Openbaar
bestuur
Hieronder vind je een overzicht van de kerntaken en werkprocessen.
Kerntaak
Werkproces
1 Verricht frontoffice
werkzaamheden
1.1 Verstrekt informatie en advies
1.2 Wint informatie in
1.3 Verwijst door
2 Behandelt aanvragen /
opdrachten
2.1 Verifieert gegevens
2.2 Typeert, interpreteert en ordent gegevens
2.3 Stelt documenten op
2.4 Beheert het dossier
2.5 Bewaakt termijnen en procedures
3. Ondersteunt bij de
uitvoering van onderzoek
en beleid
3.1 Selecteert en verwerkt gegevens
3.2 Presenteert gegevens
11
2.4 Informatie over het beroep van juridisch medewerker zakelijke
dienstverlening(22161, 94891).
Het werk van een juridisch medewerker zakelijke dienstverlening bestaat uit drie kerntaken.
Een kerntaak is een kernmerkende taak die in de praktijk van het werk gedaan wordt door de
Juridisch medewerker Zakelijke dienstverlening.
Kerntaak 1: Verricht frontoffice werkzaamheden.
De juridisch medewerker verstrekt informatie en advies en wint informatie in. Dit kan informatie over
de eigen organisatie zijn maar ook bijvoorbeeld informatie over de stand van zaken van een
klantdossier of het verloop van een juridische procedure. Kan hij een vraag niet beantwoorden, dan
verwijst hij de klant door naar een collega van de eigen of een andere organisatie
Kerntaak 2: Behandelt aanvragen / opdrachten.
Ter voorbereiding op een te nemen besluit of als onderdeel van een lopende procedure verricht de
juridisch medewerker dossieronderzoek. Hij controleert gegevens en bewijsstukken, onderzoekt de
juistheid, volledigheid en relevantie van dossiergegevens en brengt een logische ordening aan. De
juridisch medewerker stelt (juridische) documenten op of ondersteunt de leidinggevende daarbij.
Daarnaast beheert hij het dossier en bewaakt hij de (wettelijke) termijnen per dossier en houdt hij
overzicht op het verloop van de procedure
Kerntaak 4: Verricht marketingactiviteiten.
De juridisch medewerker in de zakelijke dienstverlening verricht activiteiten in het kader van marketing
en promotie. Hij verzamelt en verwerkt (markt) gegevens ten behoeve van het management en
verwerkt de gegevens in bijvoorbeeld tabellen en grafieken. Ook kan hij ingezet worden om
promotieactiviteiten uit te voeren ten behoeve van het eigen kantoor of de klant, door bijvoorbeeld een
stand te bemannen op een evenement of een bijdrage te leveren aan promotiemateriaal.
2.4.1 Wat doe je als juridisch medewerker zakelijke dienstverlening?
De juridisch medewerker zakelijke dienstverlening kan werkzaam zijn in de
rechtsdienstverlening: ter ondersteuning van het notariaat, de deurwaarderspraktijk, de
advocatuur, bedrijfsjuristen, de makelaardij, evenals bij de Kamer van Koophandel en het
verzekeringswezen.
2.4.2 De inhoud van de opleiding juridisch medewerker zakelijke
dienstverlening
Aan het einde van de opleiding moet je beheersen:

Drie kerntaken

Theoretische vakkennis

ICT

Rekenen 3F

Nederlands 3F

Engels

Loopbaan en Burgerschap
12
2.4.3 De drie kerntaken van de opleiding juridisch medewerker zakelijke
dienstverlening
Voor meer informatie hierover kun je surfen naar de website www.ecabo.nl.
Iedere kerntaak bevat een aantal werkprocessen. Een werkproces is een globale
beschrijving van de werkzaamheden die je in je toekomstige beroep gaat uitoefenen.
Kerntaken en werkprocessen
Hieronder vind je een overzicht van de kerntaken en werkprocessen.
Kerntaak
Werkproces
1 Verricht frontoffice
werkzaamheden
1.1 Verstrekt informatie en advies
1.2 Wint informatie in
1.3 Verwijst door
2 Behandelt aanvragen /
opdrachten
2.1 Verifieert gegevens
2.2 Typeert, interpreteert en ordent gegevens
2.3 Stelt documenten op
2.4 Beheert het dossier
2.5 Bewaakt termijnen en procedures
4. Verricht marketingactiviteiten
4.1 Genereert en verwerkt marktgegevens
4.2 Voert promotieactiviteiten uit
13
2.5 Nederlands, Engels en rekenen
Voor Nederlands, Engels en rekenen wordt er op twee manieren geëxamineerd:
A: Beroepsgericht
Dit is onderdeel van de kerntaken. Dit telt mee voor het examen bij de kerntaken. De niveaus
kun je vinden in het examenplan.
B. Generiek
Generiek betekent algemeen. Van de eindcijfers generiek Nederlands en rekenen mag er 1
gelijk aan een 5 zijn. Daar moet minimaal een 6 tegenover staan. Voor het vak Engels moet
een voldoende behaald worden.
Resultaat
Examens
Nederlands 3F
*Verplichte centraal examen:
- Lezen en Luisteren
50%
*Instellingsexamen:
- Schrijven inclusief taalverzorging
- Gesprekken voeren en Spreken
≥ 5,5
50%
Engels
* Luisteren en Lezen
* Spreken
* Gesprekken voeren en
* Schrijven
B1
100%
≥ 5,5
A2
100%
Rekenvaardigheid 3F
*Verplichte centraal examen:
- Getallen
- Verhoudingen
- Meten en Meetkunde
- Verbanden
≥ 5,5
14
2.6 Loopbaan en burgerschap LB)
Loopbaan en burgerschap (LB) is geen vak, maar komt wel in de hele opleiding terug.
Tijdens de opleiding leer je ook hoe je een goed vakman, een goede burger, een goed mens
kunt zijn en hoe jij je kan voorbereiden op je loopbaan.
Dit is een verplicht onderdeel van alle mbo-opleidingen en maakt deel uit van je examen.
Voor LB leg je een portfolio aan waarin je de resultaten opneemt van alles wat je voor dit
onderdeel hebt gedaan. Alle domeinen moeten voldoende beoordeeld zijn voor je mag
deelnemen aan het portfoliogesprek. Het portfoliogesprek moet ook de beoordeling krijgen
voldaan.
LB heeft de volgende Domeinen:
Domein
Inhoud domein
Burgerschap
1.1 De politiek-juridisch dimensie
De politiek-juridische dimensie betreft de
bereidheid en het vermogen om deel te nemen
aan politieke besluitvorming.
1.2 De economische dimensie.
De politiek-juridische dimensie betreft de
bereidheid en het vermogen om deel te nemen
aan politieke besluitvorming.
1.3 De sociaal-maatschappelijke
dimensie.
De sociaal-maatschappelijke dimensie heeft
betrekking op de bereidheid en het vermogen om
deel uit te maken van de gemeenschap en daar
een actieve bijdrage aan te leveren.
1.4 De dimensie vitaal
burgerschap.
De dimensie vitaal burgerschap heeft betrekking
op de bereidheid en het vermogen om te
reflecteren op de eigen leefstijl en zorg te dragen
voor de eigen vitaliteit als burger en werknemer.
Loopbaan
Loopbaanoriëntatie en -ontwikkeling draagt
maatschappelijk gezien bij aan employability en
ondernemerschap. Daarnaast draagt de
loopbaanoriëntatie en -ontwikkeling bij aan de
persoonlijke ontplooiing.
15
2.7 Het onderwijsprogramma
Je krijgt in je opleiding te maken met leren binnen de school en leren buiten de school.
Binnen de school zul je onder begeleiding werken met projecten, simulaties en
theorielessen. Buiten de school zul je onder begeleiding werken in een bedrijf door middel
van de beroepspraktijkvorming (BPV). Verder krijg je in het begin een introductieweek, krijg
je begeleiding van een studieloopbaanbegeleider/mentor/mentor en doe je uiteindelijk
examen. Daarnaast dien je zelf, bijvoorbeeld door het doen van huiswerk, onbegeleid allerlei
opdrachten te doen.
Met al deze dingen ben je per jaar 1600 uren bezig. Voor de duidelijkheid: we hebben het
hier over klokuren en niet over lesuren!
Wij denken dat jij deze uren nodig hebt om het beroep van juridisch medewerker, sociale
zekerheid en personeel en arbeid goed te kunnen leren. Een deel van deze uren wordt je
begeleidt door iemand binnen de school of iemand buiten de school. Dit noemen we
begeleid leren. Een ander deel van deze uren word je niet begeleid door iemand van een
school of bedrijf. Dit noemen we onbegeleid leren.
In het nu volgende schema 1 staat het nog eens uitgelegd. Ook staat er hoeveel uren je ieder
jaar van de opleiding kwijt bent aan begeleid en onbegeleid leren.
Opleiding: Juridisch medewerker
Leerweg: BOL
Cohort: 2014-2015
Niveau: 4
Crebo 22161
Studiejaar
Aantal uren Begeleid Leren
Leren in de school
Het totaal aantal uren2 dat per studiejaar aan
lessen wordt besteed.
Leren in de arbeidssituatie
Het totaal aantal uren dat per studiejaar aan
beroepspraktijkvorming (BPV) wordt besteed.
Het totaal aantal klokuren dat wordt besteed
aan de andere activiteiten.
Studieloopbaanbegeleider/mentor/mentor
Introductie
Examinering
Excursie, buitenlandse studiereis/project
3
Totaal begeleid leren
Aantal uren Onbegeleid Leren (o.a.
huiswerk)
Totaal aantal uren
Leerjaar 1
Leerjaar 2
Leerjaar 3
735
570
570
320
450
450
12
12
12
64
20
6
4
40
4
20
32
40
4
60
32
1161
1128
1168
439
472
432
1600
1600
1600
2
Met uren wordt bedoeld klokuren, en geen lesuren.
3
WSF en TOP-model: Subtotaal aantal klokuren In Instellingstijd Verzorgd Onderwijs
16
2.7.1
Leren binnen school
Tijdens de opleiding zul je vooral werken aan het ontwikkelen van de hiervoor genoemde
kerntaken en werkprocessen. Er zal veel worden gevraagd van jouw eigen zelfstandigheid.
Je ziet dat heel duidelijk terug in de lessentabel. In de lessentabel kom je namelijk vakken
tegen, waar je nog nooit mee te maken hebt gehad. De lessentabel vind je in de bijlage.
Voorbeelden
 Praktijklessen: tijdens de praktijklessen van de opleiding juridisch medewerker
zakelijke dienstverlening en openbaar bestuur doe je alsof je werkt op het
Gemeentehuis en/of een advocatenkantoor.
Tijdens de praktijklessen van de opleiding medewerker sociale zekerheid en
personeelswerk doe je alsof je werkt bij het CWI en/of de afdeling personeelszaken
van een middel/groot bedrijf.
Er wordt van je verwacht dat je zelfstandig aan de slag gaat en gedurende de tijd
leert van je eigen ervaringen. De docent werkt op de achtergrond en geeft
persoonlijke aanwijzingen. Soms geeft de docent ook uitleg aan de groep. Niet alleen
het product (de opdrachten) zijn belangrijk, maar vooral hoe je het werk doet (proces)
en hoe je dat ervaart (reflectie).

2.7.2
Theorie: je krijgt ook klassikale lessen. Je krijgt onder andere les in de volgende
vakken:
o Nederlands
o Engels
o Burgerschap
o Rekenen
o Sociale zekerheid
o Personeel en arbeid
o Statistiek
o Juridische vakken
o ICT
Leren buiten school (beroepspraktijkvorming)
Een belangrijk gedeelte van je opleiding ben je niet op school, maar leer je in de echte
praktijk. Je gaat dan op stage. Wij noemen dit beroepspraktijkvorming (BPV). Je bent dan
een periode (bijvoorbeeld drie maanden) werkzaam binnen een bedrijf en daar leer je het
vak in de praktijk.
Er worden eisen gesteld aan de stagebedrijven. De bedrijven waar je een BPV-stage loopt
moeten goedgekeurd (geaccrediteerd) zijn door een organisatie, ECABO 4. Als jouw
stagebedrijf is goedgekeurd dan betekent dat je binnen jouw bedrijf voldoende kunt leren
over je beroep.
De BPV-coördinator is voor jou het eerste aanspreekpunt als het gaat over de BPV. Hij/zij
weet hoeveel uren je BPV moet lopen. Ook kan hij/ zij je vertellen wanneer je BPV-stage
moet lopen.
In leerjaar 1, 2 en 3 heb je BPV-stages. De BPV is gericht op jouw toekomstig beroep.
“Je bent verplicht om zelf een stageplaats te zoeken (inspanningsverplichting). De BPVcoördinator van de locatie zal jou bij het zoeken naar een geschikt BPV-adres adviseren en
helpen. De opleiding is verantwoordelijk voor het vinden van een BPV-Bedrijf.”
4
ECABO is het ‘kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven' voor de economisch/administratieve, ICT- en veiligheidsberoepen.
17
2.8
Ziekmelding / afmelding
o
o
o
o
o
Bij afwezigheid moeten studenten zich uiterlijk 8:30 uur per mail afmelden, met
een cc naar de mentor/mentrix.
Het mailadres is [email protected]
Ben je nog geen 18 jaar dan moet je een bewijs met handtekening van je ouders
en/of verzorgers als bijlage mailen of inleveren bij je mentor/mentrix.
Studenten die zich na 8:30 uur afmelden worden pas de volgende dag geoorloofd
absent geregistreerd.
Afspraken gemaakt bij instanties zoals de huisarts, ziekenbezoek enz. moeten
minimaal 24 klokuren van te voren gemeld zijn.
Hoofdstuk 3 De begeleiding tijdens de opleiding
Op school krijg je te maken met verschillende mensen die je begeleiden tijdens de opleiding.
Ook kun je naar deze mensen toe als je vragen of problemen hebt. Maak daar ook gebruik
van. Ze zijn ervoor om je te helpen. Er zijn verschillende medewerkers waar je naar toe kunt.
Het hangt van je vraag of probleem af naar wie je toe moet gaan.
3.1
De docent
De docent is degene die je vakinhoudelijk begeleidt. Je krijgt les in verschillende vakken en
van je docent krijg je te horen wat je moet doen en krijg je uitleg over de lesstof die je moet
kennen. De docent is de persoon waar je naar toe kunt als je vragen of problemen hebt met
de lesstof.
3.2
De studieloopbaanbegeleider/mentor
Dit is de centrale persoon voor jou in de opleiding. Het is de persoon die je het eerste
aanspreekt bij onduidelijkheden of vragen over de opleiding. Ook naar je
ouder(s)/verzorger(s) toe is de studieloopbaanbegeleider/mentor een gesprekspartner. Een
van de mogelijkheden van de studieloopbaanbegeleider/mentor is het
studieloopbaanbegeleider/mentoruur. Tijdens dit uur zal hij/zij in de eerste weken informatie
geven over de opleiding, de studiehandleiding bespreken en antwoorden proberen te geven
op de vragen die in een klas kunnen leven.
Ook worden er met jou persoonlijke gesprekken gehouden.. Ook jouw ouders/verzorgers
kunnen bij de studieloopbaanbegeleider/mentor terecht. Vragen over de voortgang,
problemen of andere zaken kunnen aan de orde gesteld worden. Maak gebruik van deze
mogelijkheid.
Wij streven ernaar om de studieloopbaanbegeleider/mentor ook BPV-bezoekdocent te laten
zijn, zodat de begeleiding van de leerling in de BPV-periode kan worden voortgezet.
3.3
De onderwijsleider
De onderwijsleider is verantwoordelijk voor de algemene gang van zaken binnen de
opleiding. Je kunt terecht bij je onderwijsleider als je er niet met een docent of
studieloopbaanbegeleider/mentor uitkomt. Bij problemen krijg je ook te maken met de
onderwijsleider. Als je bijvoorbeeld spijbelt of je niet aan gemaakte afspraken houdt, dan krijg
je te maken met de leerplichtambtenaar, trajectbegeleider of zorgcoördinator.
18
3.4
De BPV-coördinator
Als je vragen hebt over de BPV, dan kun je naar de BPV-coördinator gaan.
De BPV-coördinator legt het eerste contact met jouw stagebedrijf en geeft aan of dit een
goedgekeurd stagebedrijf is. De BPV-coördinator regelt ook alle administratieve handelingen
die met de BPV te maken hebben. In de locatie-informatie staat vermeld wie op jouw locatie
de BPV-coördinator is.
3.5
Het Trajectbureau
Het kan zijn dat je tijdens deze opleiding tijdelijk extra steun nodig hebt. Het Trajectbureau
kan daarbij helpen en je deze extra steun geven. We willen namelijk niet dat jij zonder
diploma het Albeda College verlaat.
Het Trajectbureau is een dienst binnen het Albeda College. Hier kun je terecht met vragen
en problemen over opleiding en studie- en beroepskeuze. Op het Trajectbureau werken
trajectbegeleiders, schoolmaatschappelijk werkers, gedragstrainers en logopedisten. Met
een paar voorbeelden willen we laten zien wat het trajectbureau kan doen.
o Bijvoorbeeld: stel dat je wilt stoppen met deze opleiding en je hebt dit al besproken
met je studieloopbaanbegeleider/mentor/mentor. In dat geval kun je
trajectbegeleiding krijgen bij het Trajectbureau. Een trajectbegeleider kijkt dan samen
met jou of er binnen of buiten het Albeda College mogelijkheden zijn voor een andere
opleiding of eventueel werk. Je voert dan loopbaangesprekken en
loopbaanoriëntatiecursussen.
o Bijvoorbeeld: stel dat je persoonlijke problemen hebt waardoor je de opleiding niet
goed kunt doen. In dat geval kun je begeleiding krijgen van een
schoolmaatschappelijk werker. Deze man of vrouw geeft jou sociaal-emotionele
begeleiding.
o Bijvoorbeeld: stel dat je een handicap hebt of een chronische ziekte. Ook dan kun je
begeleiding krijgen, zodat je de opleiding goed kunt volgen.
Heb je het Trajectbureau nodig, dan kun je voor informatie kijken op www.albeda.nl of
contact opnemen met je studieloopbaanbegeleider/mentor.
19
Hoofdstuk 4 Toetsing en examinering
4.1
Inleiding
In klas 1,2 en 3 is de beoordeling/toetsing tijdens de lessen voornamelijk gericht op controle
van de studievoortgang. Dit wordt aangeduid als formatieve toetsing. Daarnaast kennen we
de beoordeling/toetsing die gericht is op diplomering. Dit noemen we summatieve
examinering. Beide begrippen worden hieronder nader toegelicht
4.2
Toetsing
Tijdens de opleiding worden gedurende alle schooljaren opdrachten uitgevoerd en toetsen
gemaakt. De resultaten van deze opdrachten en toetsen worden door ons geadministreerd
en 4 keer per jaar wordt hiervan een rapport/ puntenkaart samengesteld. De toetsing geeft
een indruk of je de lesstof begrijpt en geeft een aanwijzing in hoeverre je de examens goed
kunt maken. Is je toetsing goed dan is de kans dat je het examen goed maakt ook groter. Het
is uiteraard geen garantie.
Vanuit de toetsing kan er ook een bindend studieadvies afgegeven worden. Dit gebeurt als je
studieresultaten zo slecht zijn dat je er vanuit moet gaan dat de opleiding niet gehaald kan
worden. Voor een goede voortgang is 75% van de studiepunten voldoende om door te gaan
naar het volgende leerjaar. Ook moet de bpv met een voldoende zijn beoordeeld. De exacte
regeling vind je op de website en op portaal.
4.3
Dyslexie
Als je dyslexie hebt en je moet examen doen dan kun je onder bepaalde voorwaarden
ondersteuning krijgen vanuit jouw opleiding. Voorbeelden hiervan zijn:





extra tijd (25% van de totale toetstijd) voor het maken van toetsen;
mondelinge ondersteuning (je kunt tijdens het examen luisteren naar een vraag in
plaats van dat je een vraag moet lezen);
examendocumenten met een extra groot lettertype op A3 formaat;
examendocumenten op geel papier
een geel transparant voor de toets
Ben je dyslectisch, ga je examen doen en ben je nog niet op de hoogte van de
bovenstaande mogelijkheden? Neem dan contact op met je
studieloopbaanbegeleider/mentor/mentor.
4.4
Examinering
Een belangrijk onderdeel van je opleiding is het maken van examens. Het is van belang dat
de registratie van de door jou behaalde examens zorgvuldig gebeurt. Hierin heb je zelf ook
een belangrijke rol. Omdat examens zo belangrijk zijn is er een reglement opgesteld rondom
het afnemen van examens. Dit heet het examenreglement. Het examenreglement is te
vinden in het handboek examinering.
Tijdens de gehele opleiding zul je examens maken. Deze examens (met de
examenprojecten) bepalen of je uiteindelijk een diploma krijgt. Je zult voor alle examens een
voldoende moeten halen. Onderling compenseren is niet mogelijk.
De resultaten van het afgenomen examen worden uiterlijk 10 werkdagen na afname bekend
gemaakt. Het bespreken van het examen zal uiterlijk 10 werkdagen na bekend maken van
de resultaten plaats vinden.
20
Het examen bestaat uit de volgende onderdelen:
Nederlands
Engels
Rekenen
Examenprojecten
Proeve van bekwaamheid
Kwalificerende examens
Loopbaan en burgerschap
De examenprojecten zijn het best te vergelijken met een praktijkexamen. Deze examens
worden op school afgenomen en daarin moet je laten zien dat je de praktijkonderdelen van je
vak beheerst. De vaardigheden/ competenties die hiervoor nodig zijn, moeten zijn opgedaan
tijdens BPV (beroepspraktijkvorming) en tijdens de simulaties, projecten en lessen op school.
Het praktijkexamen moet met een voldoende worden afgesloten. Op de bpv wordt een
werkproces beoordeeld in het tweede en derde schooljaar, dit moet met een voldoende
afgesloten worden.
T.a.v. de examens geldt:
Centraal examenmoment: · Moment waarop je gedurende je opleiding de mogelijkheid
wordt geboden om het centraal examen rekenen 3F,
Nederlands 3F en Engels af te leggen. Raadpleeg het protocol
centrale examinering
Examenmoment: ·
Moment waarop de gehele groep een examen aflegt. Je krijgt
ruim van te voren informatie over de datum van het examen.
Herexamenmoment:
Inhaalexamen voor hen die op het examenmoment een
onvoldoende resultaat hebben behaald of het examenmoment
hebben gemist.
Indien voor het herexamenmoment reparatielessen zijn
ingeroosterd, zijn de leerlingen, die een onvoldoende resultaat
bij het eerste examenmoment hebben behaald, verplicht deze
lessen te volgen.
Extraneus:
Is het resultaat van de kwalificerende toets na gemaakte
herkansingen nog onvoldoende (lager dan een 5,5) dan kan de
kandidaat in de laatste week van de vakantie en/of de eerste
week van het nieuwe schooljaar als extraneus maximaal 2
summatieve toetsen en/of 1 examenproject maken.
Kosten: € 75,-- per summatieve toets (1 les op aanvraag, toets,
correctie toets) € 100,-- voor het examenproject.
Belangrijk is dat extraneus betekent:
 Kandidaat is niet meer op school ingeschreven
 Kandidaat doet een schriftelijke aanvraag indienen bij de teamexamenleider
 In overleg tussen kandidaat en onderwijsleider wordt bepaald of er deelgenomen mag
worden aan het extraneusexamen.
In de bijlagen vind je een overzicht van alle examens die je voor je opleiding moet maken.
De exacte data voor de examens krijg je in de loop van het studiejaar. Ook vind je een
overzicht van de onderwerpen die in de examens aan de orde komen.
21
4.5
Examencommissie
De branche Secretarieel en Administratie heeft een subexamencommissie. Deze commissie
moet er voor zorgen dat alles rondom het afnemen van examens goed verloopt. Als het goed
is merk je niet zoveel van de subexamencommissie. Alleen in het geval als dingen niet goed
lopen of als je bijvoorbeeld gespiekt hebt, dan krijg je te maken met de
subexamencommissie. Ook als je klachten hebt over de examinering moet je dit aangeven
bij de subexamencommissie.
Als je precies wilt weten wat de subexamencommissie doet, dan kun je kijken in het
Handboek Examinering. Dit handboek kun je opvragen bij je
studieloopbaanbegeleider/mentor, deze kan hem digitaal aanleveren.
De examencommissie is verantwoordelijk voor het op een verantwoorde wijze
doorlopen van de examenprocedures voor de opleidingen waarvoor zij is aangesteld
door het College van Bestuur van het Albeda College.
De examencommissie is verantwoordelijk voor de uitvoering van taken met betrekking
tot de voorbereiding, de ontwikkeling, de vaststelling, de eventuele inkoop van toetsen,
alsmede voor de planning en afname, de beoordeling en de uitslag, het bewaren, beheren
en de evaluatie van examens.
Een uitwerking van de taken van de examencommissie is te vinden in het Handboek
Examinering.
4.6
Examenregels Juridisch
Aanvangstijden
Examenroosters worden 2 weken voor de examenperiode bekendgemaakt op het portaal.
Een examen start op het aangegeven tijdstip zoals vermeld in het examenrooster.
Laatkomers worden 15 minuten en 30 minuten na aanvang van de toets toegelaten door de
gangwacht. Laatkomers langer dan 30 minuten te laat worden niet meer toegelaten tot het
examen. 30 minuten na aanvang van het examen mag het lokaal pas worden verlaten.
Overmacht
Indien er sprake is van overmacht, dient men binnen een week na afname van het examen
een schriftelijk schrijven van het voorval met bewijs te worden overhandigd aan de
examenleider. 10 werkdagen na indiening krijgt de leerling te horen van de
examencommissie te horen of hij/zij in aanmerking komt voor een herkansing.
Plagiaat, fraude en wangedrag
Indien er bij examenprojecten geschreven teksten letterlijk worden overgenomen is er sprake
van plagiaat en dus van fraude. Dit is ten strengste verboden. Teksten mogen worden
gebruikt, maar niet letterlijk worden overgenomen. Bij het gebruiken van teksten zal er altijd
een bronvermelding moeten worden opgenomen.
Fraude tijdens een examen is verboden. Voorbeelden zijn:
 Het afkijken tijdens een examen bij een klasgenoot;
 Hulpmiddelen gebruiken welke niet staan vermeld op het examen;
 Het zich tijdens het examen uitgeven voor iemand anders;
 Het verwisselen of met anderen uitwisselen van vragenformulieren,
antwoordformulieren en/of andere formulieren;
22



Het zich, voor de datum of het tijdstip waarop het examen wordt vastgesteld, in het
bezit stellen van de vragen/opgaven en/of antwoorden van het examen;
Het tijdens een examen voorhanden hebben van een mobiele telefoon/smart Phone,
computers, voorgeprogrammeerde rekenmachines, evenals apparaten met soort
vergelijkbare functies;
Het gebruik van wettenbundels waarin is geschreven en/of sprake is van een
codering. Bij het gebruik van tabbladen mag alleen de naam van de wet of regeling
worden vermeld.
Wangedrag
Leerlingen die deelnemen aan examens dienen zich te gedragen. Leerlingen dienen de
instructies van de surveillant op te volgen. Indien een leerling zich niet houdt aan de
instructies van de surveillant of zich misdraagt, kan de surveillant de leerling verwijderen uit
het lokaal. Voordat het examen start, dienen jassen en tassen voor in het lokaal te worden
geplaatst.
Melding
Surveillanten melden gevallen van plagiaat, fraude en/of wangedrag binnen 1 dag na
afname van het examen schriftelijk met bewijsstukken bij de examenleider. Na constatering
van fraude mag de leerling het examen afmaken. Na afname van het examen wordt de
leerling op de hoogte gebracht van de aanstaande melding. De examencommissie verzoekt
de student schriftelijk en/of mondeling om een reactie van de beschuldiging. De
examencommissie besluit op basis van de stukken en de reacties of het voldoende
aannemelijk is dat er sprake is van plagiaat, fraude en/of wangedrag en welke sanctie zal
worden opgelegd. Uiterlijk 10 werkdagen na de melding wordt er een besluit door de
examencommissie genomen.
Sancties
De sancties die de examencommissie kan opleggen indien het voldoende aannemelijk is dat
er sprake is van plagiaat/fraude/wangedrag zijn:
 Berisping;
 Ongeldig verklaren van het deelgenomen examen;
 Uitsluiting van het desbetreffende examen tot een periode van 1 jaar;
 Bij ernstige fraude wordt er een voorstel om de inschrijving voor de opleiding van de
leerling per direct definitief te beëindigen aan het instellingsbestuur toegezonden;
 Indien er sprake is van plagiaat/fraude kan het Openbaar Ministerie worden
ingeschakeld door aangifte te doen.
Bekendmaking resultaten
Resultaten van examens worden uiterlijk 10 werkdagen na afname bekendgemaakt op het
portaal.
Bespreking examen
Uiterlijk 10 werkdagen na bekendmaking van de resultaten wordt het examen besproken.
Jassen en tassen dienen voor in het lokaal te worden geplaatst.
23
Bezwaar/beroep
Bezwaar
Indien een leerling opmerkingen heeft over het examen en/of verzoekt om een
herbeoordeling, dan dient hij/zij dit schriftelijk gemotiveerd te melden aan de examenleider.
Examenleider Juridisch
t.a.v. dhr. R. Klipsteen [email protected]
locatie Albeda Weena
De examencommissie neemt uiterlijk 10 werkdagen na ontvangst van het verzoek van de
leerling een beslissing omtrent de herbeoordeling.
Beroep
Indien je het niet eens bent met het beslissing van de examencommissie, dan kun je in
beroep bij de Commissie van Beroep voor de Examens. Het beroep dient uiterlijk 10
werkdagen na bekendmaking van de beslissing van de examencommissie te worden
ingesteld. Het adres waar je jouw beroepsschrift naartoe moet sturen is:
Voorzitter SEC
t.a.v. dhr. [email protected]
locatie Albeda Hellevoetsluis
Als je een beroepsschrift wil schrijven dan dien je met de volgende punten rekening houden:
 Naam en adres van de indiener;
 Datum van indiening;
 Omschrijving van de maatregel of beslissing waartegen het beroep wordt ingediend;
 De gronden van het beroep (welke redenen heb je om bezwaar te maken?);
 Kopieën van eerder brief/ mailwisselingen.
De Commissie van Beroep voor de Examens beslist binnen vijftien werkdagen na de
indiening van het beroep. De Commissie kan de termijn eenmaal verlengen met een
maximum van tien werkdagen.
Als je door de Commissie van Beroep voor de Examens in het gelijk wordt gesteld, dan kan
de examencommissie een beslissing die ze eerder heeft genomen wijzigen.
Inzage
Inzage na de bespreking van een examen is mogelijk. De leerling dient het verzoek
schriftelijk te richten aan de examenleider. Het e-mailadres is [email protected] De
leerling dient rekening te houden dat het moment van de inzage wordt bepaald door de
examenleider. 2 weken na het verzoek wordt de inzagedatum bepaald. Het wordt leerlingen
aangeraden bij de bespreking van het examen te zijn in plaats van deze mogelijkheid gebruik
te maken. Bij gebruikmaking van deze mogelijkheid is de leerling namelijk afhankelijk van de
beschikbaarheid van de examenleider en de desbetreffende docent.
Persoonlijke omstandigheden
Indien men door persoonlijke omstandigheden in aanmerking wil komen voor een extra
herkansing, dan dient men een verzoek bij de examencommissie in te dienen. De
persoonlijke omstandigheden dienen echter voor indiening van het verzoek bekend te zijn bij
mw. Briedé van het maatschappelijk werk. Via je mentor kun je bij mw. Briedé terecht. Per
geval zal op basis van de stukken en het advies van mw. Briéde worden besloten of de
leerling in aanmerking komt voor een extra herkansing. De examencommissie zal binnen 6
weken een besluit nemen.
Het kan gebeuren dat je een klacht hebt over het examen over de gang van zaken rondom
het examen. Het kan bijvoorbeeld gaan over teveel lawaai tijdens het examen, waardoor je je
niet kon concentreren. Hieronder is aangegeven welke stappen je dan moet volgen.
24
Tot Slot
Je wilt graag een diploma halen voor deze opleiding. Met een diploma vergroot je de kans op
werk en het geeft ook de mogelijkheid om door te leren. Onze ervaring is dat als je een
diploma wilt halen, de opleiding bij je moet passen. Het moet passen bij wie je bent en wat je
in de toekomst wilt gaan doen. Je moet er zin in hebben.
Dat zien we doordat je:
alle lessen aanwezig bent;
actief meedoet in de lessen;
het huiswerk maakt;
vragen stelt als je dingen niet begrijpt.
Kortom: er 100% voor gaan. Als je dat doet, dan moet het je lukken het diploma te halen.
Succes!
25
Bijlagen
Bijlage 1
Bijlage 2
Bijlage 3
Bijlage 4
Bijlage 5
Bijlage 6
Bijlage 7
Bijlage 8
Bijlage 9
Lessenoverzicht
Docententeam Juridisch
Examenplan
Boekenlijst/Financiële regel
Protocol Centrale examinering
Herkansingsregel
Schoolvakanties en vrije dagen
Periode indeling
Teamregels
26
Bijlage 1
Lessenoverzicht cursusjaar 2014-2015 klas 1
REK
ENG
ICT
L&B
SLB
NED
Rekenen
Engels
Informatica
loopbaan en Burgerschap
Studieloopbaanbegeleiding/Mentoraat
Nederlands
P&F
ERF
P&F
INR
Personen- en familierecht
Erfrecht
Personen- familierecht
Inleiding recht
PBO
PPA
PSZ
PZD
POB
Project Beroepenoriëntatie
Project Inleiding Personeel en Arbeid
Project Inleiding Sociale zekerheid
Project Inleiding Zakelijke dienstverlening
Project Openbaar Bestuur
BPVV
BPV
Voorbereiden stage
Beroepspraktijkvorming/Stage
27
Bijlage 2 Team Juridisch
Docenten:
ABATE
BHOEX
CBEZE
ELEEN
JOKKE
JWOOD
MBACH
MVGEI
MVNIEU
NBLOE
PTROO
RHOFL
RKLIP
RREIB
WSYB
YMEUL
MYILM
JDHAA
Mentoren:
Klas 1A
Klas 1B
Klas 1C
Klas 1D
Dhr. A Batenburg
Mw. B. Hoexum
Dhr. C. Bezemer
Mw. E. Stapelkamp
Mw. J. Okkerse
Dhr. J. Wooding
Mw. M. Bach
Mw. M. van Gein
Mw. M. van Nieuwkerk
Dhr. N. Bloemendal
Dhr. P. Troost
Dhr. R. Hofland
Dhr. R. Klipsteen
Mw. R. Reiber
Dhr. W. Sijbranda
Mw. Y. Meulendijk
Mw. M. Yilmaz Akbaydogan
Dhr. J. de Haan
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Dhr. W. Sijbranda
Mw. M. van Nieuwkerk
Dhr. C. Bezemer
Mw. M. Bach
Mw. B. Hoexum
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Stagecoordinator:
ABATE
Dhr. A Batenburg
Stagemedewerker:
LBABE
Mw. L. Babel
Onderwijsleider:
BSAND
Mw. A.E. Sanders
[email protected]
[email protected]
[email protected]
28
Bijlage 3 Examenplan
29
Examenplan juridisch medewerker - Openbaar Bestuur
Uitstroomdifferentiatie
Openbaar bestuur
Opleidingsvariant
Regulier
Leerweg
BOL
niveau 4
Cohort
2014
Verwacht diploma 2017
Examenmoment
OP
3
VAR
Exameninstrument
Examenproject of
praktijkexamen
Examencode
Examennaam
14.JU.OB.EP.KT1
Verricht frontoffice
werkzaamheden
≥ 5,5
alle
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT1.J1
Basiskennis recht
≥ 5,5
1
VAR
1.1, 1.2
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT1.J14
≥ 5,5
1
VAR
1.1, 1.2
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT1.J15
Personen-, familie-, en erfrecht
Privaatrecht:
vermogensrecht
≥ 5,5
2
VAR
1.1, 1.2, 1.3
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT1.J9
Bestuurs-, en bestuursprocesrecht
≥ 5,5
2
VAR
1.1, 1.2
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT1.J17
Straf-, en strafprocesrecht
≥ 5,5
2
VAR
1.2
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT1.J7
Belastingrecht
≥ 5,5
3
VAR
1.1, 1.2, 1.3
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT1.J8
Beleidskunde
≥ 5,5
2
VAR
1.1, 1.2, 1.3
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT1.J16
Staats-, en internationaal recht en
Europese regelgeving
≥ 5,5
3
VAR
Niveau
Vakgebied/ cluster/
domein
1.1, 1.2, 1.3
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
≥ 5,5
3
VAR
3
VAR
Engels: zie clusterblad
Kerntaak 2
Examenmoment
Lj
≥ 5,5 of
weging
voldoende clusters
Werkproces
Kerntaak 1
crebonummer 94892
2.1, 2.2, 2.3,
2.4, 2.5
Examenproject of
praktijkexamen
14.JU.OB.EP.KT2
alle
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT2.J1
2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT2.J14
2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT2.J15
2.1, 2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT2.J9
2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT2.J7
2.1, 2.2, 2.3,
2.3, 2.4, 2.5
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT2.J8
Behandelt aanvragen/opdrachten
≥ 5,5
Basiskennis recht
≥ 5,5
1
VAR
Personen-, familie-, en erfrecht
Privaatrecht:
vermogensrecht
≥ 5,5
1
VAR
≥ 5,5
2
VAR
Bestuurs-, en bestuursprocesrecht
≥ 5,5
2
VAR
Belastingrecht
≥ 5,5
3
VAR
2
VAR
Beleidskunde
≥ 5,5
2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT2.J16
Staats-, en internationaal recht en
Europese regelgeving
Nederlands: zie clusterblad
VAR
3
VAR
≥ 5,5
3
VAR
≥ 5,5
3
VAR
3
VAR
≥ 5,5
Rekenen: zie clusterblad
Engels: zie clusterblad
Kerntaak 3
3
≥ 5,5
3.1, 3.2
Examenproject of
praktijkexamen
14.JU.OB.EP.KT3
alle
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT3.J1
3.1, 3.2
Schriftelijk examen
14.JU.OB.KT3.J8
Ondersteunt bij de uitvoering van
onderzoek en beleid
≥ 5,5
Basiskennis recht
≥ 5,5
1
VAR
Beleidskunde
≥ 5,5
2
VAR
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Engels: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Het eindcijfer per kerntaak wordt bepaald door het ongewogen gemiddelde te nemen van de examens uitgezonderd de bpv beoordeling. Examencijfer en/of onderliggende resultaten worden
afgekapt op 1 decimaal. Het eindgemiddelde wordt afgerond op nul decimalen (een heel cijfer)
Rekenen
VAR tweede helft
opleiding
12,5%
3
VAR
Spreken 3F
12,5%
3
VAR
schriftelijk examen
Schrijfvaardigheid 3F
12,5%
3
VAR
Taalverzorging 3F
schriftelijk examen
Taalverzorging 3F
12,5%
3
VAR
3F
luistervaardigheid 3F
COE
Luistervaardigheid 3F
25,0%
2
VAR tweede helft
opleiding
3F
Leesvaardigheid 3F
COE
Leesvaardigheid 3F
25,0%
2
VAR tweede helft
opleiding
Rekenen 3F
COE
COE Rekenen 3F
100,0%
3F
gesprekken voeren
3F
mondeling examen
Gesprekken voeren 3F
3F
spreken 3F
mondeling examen
Nederlands
3F
schrijfvaardigheid 3F
Nederlands
3F
Nederlands
Nederlands
Generiek
Nederlands en
Rekenen
2
3F
100,0%
Nederlands
Nederlands
Nederlands
Engels
generiek
Engels
Engels
Engels
Engels
Engels
100,0%
B1
Luisteren
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
B1
Lezen
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
A2
Gesprekken voeren
mondeling examen
20,0%
3
VAR
A2
Spreken
mondeling examen
20,0%
3
VAR
A2
Schrijven
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
31
Engels
100,0%
Van de gemiddelde eindcijfers Nederlands en Engels mag er 1 gelijk aan 5 zijn. Het andere gemiddelde cijfer moet 6 of hoger zijn.
Het portfolio moet beoordeeld zijn met 'voldaan' voordat het portfoliogesprek plaatsvindt.
Loopbaan
loopbaan
burgerschap
Loopbaan
kwalificerend portfolio
LB 1/MBO4
Loopbaanoriëntatie en
loopbaanontwikkeling
100,0%
Voldaan
3
VAR
1.1
Burgerschap
kwalificerend portfolio
LB 2/MBO4
Politiek-juridische dimensie
100,0%
Voldaan
3
VAR
1.2
Burgerschap
kwalificerend portfolio
LB 3/MBO4
Economische dimensie
100,0%
Voldaan
3
VAR
1.3
Burgerschap
kwalificerend portfolio
LB 4/MBO4
Sociaal-maatschappelijke dimensie
3
VAR
1.4
Burgerschap
kwalificerend portfolio
LB 5/MBO4
Vitaal burgerschap dimensie
3
VAR
100,0%
100,0%
Voldaan
Voldaan
De onderdelen 'Nederlandse Taal en Rekenen ‘en 'generiek Engels dienen een score te bevatten met een minimum van 1,0.
32
Cluster talen
Domein/ vaardigheid
Kerntaak
Nederlands
Examennaam
Weging
KT 1
Weging
KT 2
Weging
KT 3
Examenmoment
Lj
Examenmoment
OP
2
3
x
x
x
Lezen 3F
schriftelijk examen
14.JU.OB.EP.KT1,2,3
Lezen 3F
20%
20%
20%
3
VAR
x
x
x
Luisteren 3F
schriftelijk examen
14.JU.OB.EP.KT1 2,3
Luisteren 3F
20%
20%
20%
3
VAR
x
x
x
Gesprekken voeren 3F
mondeling examen
14.JU.OB.EP.KT1,2,3
Gesprekken voeren 3F
20%
20%
20%
3
VAR
x
x
x
Spreken 3F
mondeling examen
14.JU.OB.EP.KT1,2,3
Spreken 3F
20%
20%
20%
3
VAR
x
x
x
Schrijven/taalverzorging 3F
schriftelijk examen
14.JU.OB.EP.KT1,2,3
Schrijven/taalverzorging 3F
20%
20%
20%
3
VAR
x
x
25%
50%
x
3
VAR
25%
x
x
3
VAR
25%
x
x
3
VAR
x
x
x
x
x
25%
50%
x
3
VAR
x
Lezen 1B
JU.E.B1.LE.01
Luisteren 1B
JU.E.B1.LU.01
Gesprekken voeren 1B
JU.E.B1.GE.01
x
Spreken B1
Beroepsrekenen
Examencode
1
x
Engels
Exameninstrument
x
x
x
x
x
x
x
Getallen 3F
project
25%
25%
25%
3
VAR
x
x
x
Verhoudingen 3F
project
25%
25%
25%
3
VAR
x
x
x
Meten en meetkunde 3F
project
25%
25%
25%
3
VAR
x
x
x
Verbanden 3F
project
25%
25%
25%
3
VAR
Schrijven/taalverzorging 1B
JU.E.B1.SC.01
Het cijfer voor de afzonderlijke onderdelen per taal wordt met 1 decimaal weergegeven. Dit cijfer wordt verkregen door middel van afkappen op 1 decimaal.
Het cijfer voor de afzonderlijke onderdelen van rekenen wordt met 1 decimaal weergegeven. Dit cijfer wordt verkregen door middel van afkappen op 1 decimaal.
De hierboven genoemde onderdelen kunnen aparte toetsen zijn of onderdeel uitmaken van een examenproject.
Onderdelen Nederlands telt mee bij de weging voor zowel kerntaak 1, 2 en 3. Het gaat om dezelfde toets die in één keer wordt afgenomen (telt dus drie keer mee).
Onderdelen Engels telt mee bij de weging voor zowel kerntaak 1 en 2. Het gaat om dezelfde toets die in één keer wordt afgenomen ( telt twee keer mee).
Beroepsrekenen wordt beoordeeld binnen de examenprojecten van kerntaak 1,2,3.Het gaat om dezelfde toets die in éé n keer
wordt afgenomen (telt dus drie keer mee).
33
Examenplan juridisch medewerker - Sociale Zekerheid
Kwalificatiedossier
Uitstroomdifferentiatie
Opleidingsvariant
Leerweg
Cohort
Werkproces
1.1, 1.2, 1.3,
1.4
Kerntaak 1
Juridisch
medewerker
crebonummer 22159
medewerker sociale zekerheid
crebonummer 94910
Regulier
BOL
niveau 4
2014
Verwacht diploma 2017
Niveau
Vakgebied/ cluster/
domein
Exameninstrument
Examenproject of
praktijkexamen
Examencode
14.JU.MSZ.EP.KT1
Examennaam
≥ 5,5 of
voldoende
Verricht frontoffice werkzaamheden
≥ 5,5
Basiskennis recht
≥ 5,5
1
VAR
Personen-, familie-, en erfrecht
≥ 5,5
1
VAR
Arbeidsrecht
≥ 5,5
2
VAR
2
VAR
weging
clusters
Examenmoment
Lj
Examenmoment
OP
3
VAR
alle
Schriftelijk examen
14.JU.MSZ.KT1.J1
1.2
Schriftelijk examen
14.JU.MSZ.KT1.J14
1.1, 1.2, 1.3
Schriftelijk examen
14.JU.MSZ.KT1.J5
1.1, 1.3
Schriftelijk examen
14.JU.MSZ.KT1.J9
Bestuurs-, en bestuursprocesrecht
Sociale Zekerheid
≥ 5,5
14.JU.MSZ.KT1.J3
Arbeidsmarkt en re-integratie
≥ 5,5
2
VAR
S
≥ 5,5
1
VAR
Verdieping Sociale Zekerheid
≥ 5,5
2
VAR
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
≥ 5,5
3
VAR
3
VAR
Schriftelijk examen
1.1, 1.2, 1.3
1.1, 1.2, 1.3,
1.4
1.1, 1.2, 1.3
Schriftelijk examen
14.JU.MSZ.KT1.J12
Schriftelijk examen
14.JU.MSZ.KT1.J15
Engels: zie clusterblad
2.1, 2.2, 2.3,
2.4, 2.5, 2.6
Examenproject of
praktijkexamen
14.JU.MSZ.EP.KT2.GB
of
14.JU.MSZ.EP.KT2.KB
alle
Schriftelijk examen
14.JU.MSZ..KT2.J1
2.1, 2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.MSZ.KT2.J5
2.1, 2.3, 2.4
Schriftelijk examen
2.1, 2.2, 2.3,
2.5
Schriftelijk examen
2.1, 2.2, 2.3,
2.4, 2.5, 2.6
Schriftelijk examen
Verricht backofficewerkzaamheden
≥ 5,5
Basiskennis recht
≥ 5,5
1
VAR
Arbeidsrecht
≥ 5,5
2
VAR
14.JU.MSZ.KT2.J9
Bestuurs-, en bestuursprocesrecht
Sociale Zekerheid
≥ 5,5
2
VAR
14.JU.MSZ.KT2.J3
Arbeidsmarkt en re-integratie
≥ 5,5
2
VAR
14.JU.MSZ.KT2.J12
Inleiding Sociale Zekerheid en
Sociale Kaart
≥ 5,5
1
VAR
Kerntaak 2
34
2.6
Schriftelijk examen
14.JU.MSZ.KT2.J18
2.1, 2.2, 2.3,
2.4, 2.5, 2.6
Schriftelijk examen
14.JU.MSZ.KT2.J15
Schuldhulpverlening en
inkomensbeheer
≥ 5,5
Verdieping Sociale Zekerheid
≥ 5,5
3
VAR
2
VAR
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Engels: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Het eindcijfer per kerntaak wordt bepaald door het ongewogen gemiddelde te nemen van de examens uitgezonderd de bpv beoordeling. Examencijfer en/of onderliggende resultaten worden
afgekapt op 1 decimaal. Het eindgemiddelde wordt afgerond op nul decimalen (een heel cijfer)
Rekenen
VAR
tweede
helft
opleiding
12,5%
3
VAR
Spreken 3F
12,5%
3
VAR
schriftelijk examen
Schrijfvaardigheid 3F
12,5%
3
VAR
Taalverzorging 3F
schriftelijk examen
Taalverzorging 3F
12,5%
3
VAR
3F
luistervaardigheid 3F
COE
Luistervaardigheid 3F
25,0%
2
VAR
tweede
helft
opleiding
3F
Leesvaardigheid 3F
COE
Leesvaardigheid 3F
25,0%
2
VAR
tweede
helft
opleiding
Rekenen 3F
COE
COE Rekenen 3F
100,0%
3F
gesprekken voeren 3F
mondeling examen
Gesprekken voeren 3F
Nederlands
3F
spreken 3F
mondeling examen
Nederlands
3F
schrijfvaardigheid 3F
3F
Nederlands
Nederlands
Nederlands
Nederlandse Taal
en Rekenen
2
3F
Nederlands
Nederlands
Engels
Engels
generiek Engels
Engels
Engels
Engels
100,0%
100,0%
B1
Luisteren
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
B1
Lezen
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
A2
Gesprekken voeren
mondeling examen
20,0%
3
VAR
A2
Spreken
mondeling examen
20,0%
3
VAR
A2
Schrijven
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
Engels
100,0%
Van de gemiddelde eindcijfers Nederlands en Engels mag er 1 gelijk aan 5 zijn. Het andere gemiddelde cijfer moet 6 of hoger zijn.
35
Het portfolio moet beoordeeld zijn met 'voldaan' voordat het portfoliogesprek plaatsvindt.
Loopbaan
loopbaan
burgerschap
Loopbaan
1.1
Burgerschap
1.2
Burgerschap
1.3
Burgerschap
1.4
Burgerschap
kwalificerend
portfolio
kwalificerend
portfolio
kwalificerend
portfolio
kwalificerend
portfolio
kwalificerend
portfolio
LB 1/MBO4
Loopbaanoriëntatie en
loopbaanontwikkeling
100,0%
LB 2/MBO4
Politiek-juridische dimensie
100,0%
LB 3/MBO4
Economische dimensie
100,0%
LB 4/MBO4
Sociaal-maatschappelijke dimensie
100,0%
LB 5/MBO4
Vitaal burgerschap dimensie
100,0%
Voldaan
Voldaan
Voldaan
Voldaan
Voldaan
3
VAR
3
VAR
3
VAR
3
VAR
3
VAR
De onderdelen 'Nederlandse Taal en Rekenen ‘en 'generiek Engels dienen een score te bevatten met een minimum van 1,0.
36
Cluster talen
Domein/ vaardigheid
Kerntaak
1
x
x
Nederlands
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Lezen 3F
Luisteren 3F
schriftelijk examen
schriftelijk examen
Gesprekken voeren 3F
mondeling examen
Spreken 3F
mondeling examen
Schrijven/taalverzorging 3F
schriftelijk examen
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
JU SZ EP KT
2
JU SZ EP KT
2
JU SZ EP KT
2
JU SZ EP KT
2
JU SZ EP KT
2
Examennaam
1,
Lezen 3F
1,
Luisteren 3F
1,
Gesprekken voeren 3F
1,
1,
Lezen B1
JU E B1 LE 01
Luisteren B1
JU E B1 LU 01
Gesprekken voeren B1
JU E B1 GE 01
x
Spreken B1
Beroepsrekenen
Examencode
Weging
KT 1
Weging
KT 2
Examenmoment Lj
20%
20%
3
VAR
20%
20%
3
VAR
20%
20%
3
VAR
20%
20%
3
VAR
20%
20%
3
VAR
25%
5- %
3
VAR
25%
x
3
VAR
25%
x
3
VAR
x
x
x
x
25%
50%
3
VAR
25%
25%
3
VAR
25%
25%
3
VAR
25%
25%
3
VAR
25%
25%
3
VAR
2
x
Engels
Exameninstrument
Schrijven/taalverzorging B1
Spreken 3F
Schrijven/taalverzorging
3F
x
x
JU E B1 SC 01
Getallen 3F
project
Verhoudingen 3F
project
Meten en meetkunde 3F
project
Verbanden 3F
project
Examenmoment OP
Het cijfer voor de afzonderlijke onderdelen per taal wordt met 1 decimaal weergegeven. Dit cijfer wordt verkregen door middel van afkappen op 1 decimaal.
Het cijfer voor de afzonderlijke onderdelen van rekenen wordt met 1 decimaal weergegeven. Dit cijfer wordt verkregen door middel van afkappen op 1 decimaal.
De hierboven genoemde onderdelen kunnen aparte toetsen zijn of onderdeel uitmaken van een examenproject.
Onderdelen Nederlands en Engels tellen mee bij de weging voor zowel kerntaak 1 en2. Het gaat om dezelfde toets die in één keer wordt afgenomen (telt dus drie keer mee).
Beroepsrekenen wordt beoordeeld binnen de examenprojecten.
37
Examenplan juridisch medewerker - Personeel en Arbeid
Kwalificatiedossier
Juridisch medewerker
crebonummer 22159
Uitstroomdifferentiatie
Personeel en Arbeid
crebonummer 94900
Opleidingsvariant
Regulier
Leerweg
BOL
niveau 4
Cohort
2014
Verwacht diploma 2017
Werkproces
Kerntaak 1
Niveau
Vakgebied/ cluster/
domein
Exameninstrument
Examencode
Examennaam
1.1, 1.2, 1.3
Examenproject of
praktijkexamen
14.JU.PA.EP.KT1 of
14.JU.MPA.2011.EP.KT1
Werft, selecteert en bemiddelt
alle
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT1.J1
1.3
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT1.J5
1.1, 1.2, 1.3
Schriftelijk examen
1.1, 1.2, 1.3
Schriftelijk examen
Examenmoment
OP
3
VAR
≥ 5,5
1
VAR
Arbeidsrecht
≥ 5,5
2
VAR
14.JU.PA.KT1.J3
Arbeidsmarkt en scholing
≥ 5,5
2
VAR
14.JU.PA.KT1.J13
Personeelswerk
≥ 5,5
3
VAR
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
≥ 5,5
3
VAR
3
VAR
Basiskennis recht
2.1, 2.2
Examenproject of
praktijkexamen
14.JU.PA.EP.KT2 of
14.MPA.1112.E.KT2
Verricht acquisitieactiviteiten
≥ 5,5
alle
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT2.J1
Basiskennis recht
≥ 5,5
1
VAR
2.1
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT2.J19
Verbintenissenrecht
≥ 5,5
1
VAR
2.1, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT2.J5
Arbeidsrecht
≥ 5,5
2
VAR
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT2.J3
Arbeidsmarkt en scholing
≥ 5,5
2
VAR
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Engels: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
2.1
Kerntaak 3
Examenmoment Lj
≥ 5,5
Engels: zie clusterblad
Kerntaak 2
≥ 5,5 of
weging
voldoende clusters
3.1, 3.2, 3.3,
3.4
Examenproject of
praktijkexamen
14.MPA.2011.EP.KT3. GS
of
14.MPA.2011.EP.KT3.DS
alle
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT3.J1
Basiskennis recht
≥ 5,5
1
VAR
3.4
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT3.J19
Verbintenissenrecht
≥ 5,5
1
VAR
Voert P&O- regelingen uit
38
3.1, 3.2, 3.4
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT3.J5
Arbeidsrecht
≥ 5,5
2
VAR
3.1, 3.4
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT3.J12
Inleiding Sociale Zekerheid en Sociale
kaart
≥ 5,5
2
VAR
3.3, 3.4
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT3.J13
Personeelswerk
≥ 5,5
3
VAR
3.1, 3.2, 3.3,
3.4
Schriftelijk examen
Arbeid, inkomen en registratie
≥ 5,5
3
VAR
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
≥ 5,5
3
VAR
≥ 5,5
3
VAR
≥ 5,5
1
VAR
≥ 5,5
2
VAR
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Engels: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
14.JU.PA.KT3.J2
Engels: zie clusterblad
Kerntaak 4
4.1, 4.2
Examenproject of
praktijkexamen
14.JU.PA.EP.KT4 of
14.MPA.2011.EP.KT4
alle
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT4.J1
4.1, 4.2
Schriftelijk examen
14.JU.PA.KT4.J3
Levert managementinformatie
Basiskennis recht
Arbeidsmarkt en scholing
Het eindcijfer per kerntaak wordt bepaald door het ongewogen gemiddelde te nemen van de examens uitgezonderd de bpv beoordeling. Examencijfer en/of onderliggende resultaten worden afgekapt
op 1 decimaal. Het eindgemiddelde wordt afgerond op nul decimalen (een heel cijfer)
Rekenen
VAR
tweede
helft
opleiding
12,5%
3
VAR
Spreken 3F
12,5%
3
VAR
schriftelijk examen
Schrijfvaardigheid 3F
12,5%
3
VAR
Taalverzorging 3F
schriftelijk examen
Taalverzorging 3F
12,5%
3
VAR
3F
luistervaardigheid 3F
COE
Luistervaardigheid 3F
25,0%
2
VAR
tweede
helft
opleiding
3F
Leesvaardigheid 3F
COE
Leesvaardigheid 3F
25,0%
2
VAR
tweede
helft
opleiding
3
VAR
Rekenen 3F
COE
COE Rekenen 3F
100,0%
3F
gesprekken voeren 3F
mondeling examen
Gesprekken voeren 3F
Nederlands
3F
spreken 3F
mondeling examen
Nederlands
3F
schrijfvaardigheid 3F
3F
Nederlands
Nederlands
Nederlands
Nederlandse
Taal en
Rekenen
2
3F
Nederlands
Nederlands
generiek
Engels
B1
Luisteren
100,0%
100,0%
schriftelijk examen
20,0%
39
Engels
Engels
Engels
Engels
Engels
B1
Lezen
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
A2
Gesprekken voeren
mondeling examen
20,0%
3
VAR
A2
Spreken
mondeling examen
20,0%
3
VAR
A2
Schrijven
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
3
VAR
3
VAR
Engels
100,0%
Van de gemiddelde eindcijfers Nederlands en Engels mag er 1 gelijk aan 5 zijn. Het andere gemiddelde cijfer moet 6 of hoger zijn.
Het portfolio moet beoordeeld zijn met 'voldaan' voordat het portfoliogesprek plaatsvindt.
loopbaan
burgerschap
LB 1/MBO4
Loopbaanoriëntatie en
loopbaanontwikkeling
100,0%
LB 2/MBO4
Politiek-juridische dimensie
100,0%
kwalificerend portfolio
LB 3/MBO4
Economische dimensie
100,0%
Voldaan
3
VAR
Burgerschap
kwalificerend portfolio
LB 4/MBO4
Sociaal-maatschappelijke dimensie
100,0%
Voldaan
3
VAR
Burgerschap
kwalificerend portfolio
LB 5/MBO4
Vitaal burgerschap dimensie
100,0%
3
VAR
Loopbaan
Loopbaan
kwalificerend portfolio
1.1
Burgerschap
kwalificerend portfolio
1.2
Burgerschap
1.3
1.4
Voldaan
Voldaan
Voldaan
De onderdelen 'Nederlandse Taal en Rekenen ‘en 'generiek Engels dienen een score te bevatten met een minimum van 1,0.
40
Cluster talen
Domein/ vaardigheid
Kerntaak
1
Nederlands
Engels
2
3
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Lezen 3F
schriftelijk examen
Luisteren 3F
schriftelijk examen
Gesprekken voeren 3F
mondeling examen
Spreken 3F
mondeling examen
Schrijven/taalverzorging 3F
schriftelijk examen
Beroepsrekenen
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
14.JU.PA.EP.KT 2, 4
14.JU.PA.EP.KT 1, 2, 3,
4
14.JU.E.B1.LE.01
Luisteren B1
14.JU.E.B1.LU.01
Gesprekken voeren B1
14.JU.E.B1.GE.01
x
Schrijven/taalverzorging B1
x
14.JU.PA.EP.KT 1, 2, 3,
4
14.JU.PA.EP.KT 1, 2, 3,
4
14.JU.PA.EP.KT 1, 2, 3,
4
Lezen B1
Spreken B1
x
Examencode
Examennaam
Weging
KT 1
Weging
KT 2
Weging
KT 3
Weging
KT 4
25%
20%
25%
25%
20%
25%
20%
Examenmoment Lj
Examenmoment
OP
20%
3
VAR
25%
20%
3
VAR
25%
20%
3
VAR
20%
3
VAR
20%
3
VAR
4
x
x
Exameninstrument
Lezen 3F
Luisteren 3F
Gesprekken voeren 3F
Spreken 3F
Schrijven/taalverzorging
3F
x
14.JU.E.B1.SC.01
Getallen 3F
project
Verhoudingen 3F
project
Meten en meetkunde 3F
project
Verbanden 3F
project
x
20%
25%
20%
25%
25%
25%
3
VAR
25%
25%
3
VAR
25%
25%
3
VAR
x
x
x
3
VAR
25%
3
VAR
25%
3
VAR
25%
3
VAR
25%
3
VAR
x
25%
x
25%
x
Het cijfer voor de afzonderlijke onderdelen per taal wordt met 1 decimaal weergegeven. Dit cijfer wordt verkregen door middel van afkappen op 1 decimaal.
Het cijfer voor de afzonderlijke onderdelen van rekenen wordt met 1 decimaal weergegeven. Dit cijfer wordt verkregen door middel van afkappen op 1 decimaal.
De hierboven genoemde onderdelen kunnen aparte toetsen zijn of onderdeel uitmaken van een examenproject.
Onderdelen Nederlands tellen mee bij de weging voor zowel kerntaak 1, 2, 3 en 4. Het gaat om dezelfde toets die in één keer wordt afgenomen (telt dus vier keer mee).
Onderdelen Engels tellen mee bij de weging voor zowel kerntaak 1 en 4. Het gaat om dezelfde toets die in één keer wordt afgenomen (telt dus twee keer mee).
Beroepsrekenen wordt beoordeeld binnen de examenprojecten.
41
Examenplan juridisch medewerker - Zakelijke dienstverlening
Kwalificatiedossier
Uitstroomdifferentiatie
Juridisch medewerker
Zakelijke
dienstverlening
Opleidingsvariant
Regulier
Leerweg
BOL
niveau 4
Cohort
2014
Verwacht diploma 2017
Werkproces
Kerntaak 1
Kerntaak 2
Niveau
Vakgebied/ cluster/
domein
crebonummer 22159
crebonummer 94891
Exameninstrument
Examencode
1.1, 1.3
Examenproject of
praktijkexamen
14.JU.ZD.EP.KT1
alle
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT1.J1
1.1
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT1.J14
1.1
Schriftelijk examen
1.1
Examennaam
≥ 5,5 of
voldoende
weging
clusters
Examenmoment
Lj
Examenmoment
OP
3
VAR
Verricht frontoffice werkzaamheden
≥ 5,5
Basiskennis recht
≥ 5,5
1
VAR
Personen-, familie-, en erfrecht
≥ 5,5
1
VAR
14.JU.ZD.KT1.J15
Privaatrecht: vermogensrecht
≥ 5,5
2
VAR
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT1.J5
Arbeidsrecht
≥ 5,5
2
VAR
1.1
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT1.J9
Bestuurs-, en bestuursprocesrecht
≥ 5,5
2
VAR
1.1
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT1.J17
Straf-, en strafprocesrecht
≥ 5,5
2
VAR
1.1
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT1.J6
Bedrijfsrecht
≥ 5,5
3
VAR
1.1
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT1.J11
Burgerlijk procesrecht
≥ 5,5
2
VAR
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Engels: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
3
VAR
2.2, 2.3, 2.4,
2.5
Examenproject of
praktijkexamen
14.JU.ZD.EP.KT2
alle
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT2.J1
2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT2.J14
2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT2.J15
2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT2.J5
2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT2.J9
Behandelt aanvragen/opdrachten
≥ 5,5
Basiskennis recht
≥ 5,5
1
VAR
Personen-, familie-, en erfrecht
≥ 5,5
1
VAR
Privaatrecht: vermogensrecht
≥ 5,5
2
VAR
Arbeidsrecht
≥ 5,5
2
VAR
Bestuurs-, en bestuursprocesrecht
≥ 5,5
2
VAR
42
2.2
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT2.J17
Straf-, en strafprocesrecht
≥ 5,5
2
VAR
2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT2.J6
Bedrijfsrecht
≥ 5,5
3
VAR
2.2, 2.3
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT2.J11
Burgerlijk procesrecht
≥ 5,5
2
VAR
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
≥ 5,5
3
VAR
3
VAR
Engels: zie clusterblad
4.1, 4.2
14.JU.ZD.EP.KT4
Schriftelijk examen
14.JU.ZD.KT4.J1
Verricht marketingactiviteiten
≥ 5,5
Basiskennis recht
≥ 5,5
1
VAR
Nederlands: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Rekenen: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
Engels: zie clusterblad
≥ 5,5
3
VAR
alle
Kerntaak 4
Examenproject of
praktijkexamen
Het eindcijfer per kerntaak wordt bepaald door het ongewogen gemiddelde te nemen van de examens uitgezonderd de bpv beoordeling. Examencijfer en/of onderliggende resultaten worden
afgekapt op 1 decimaal. Het eindgemiddelde wordt afgerond op nul decimalen (een heel cijfer)
Rekenen
Nederlands
Nederlands
Nederlandse
Taal en Rekenen
Nederlands
Nederlands
2
VAR
tweede
helft
opleiding
12,5%
3
VAR
Spreken 3F
12,5%
3
VAR
schriftelijk examen
Schrijfvaardigheid 3F
12,5%
3
VAR
Taalverzorging 3F
schriftelijk examen
Taalverzorging 3F
12,5%
3
VAR
3F
luistervaardigheid 3F
COE
Luistervaardigheid 3F
25,0%
2
VAR
tweede
helft
opleiding
3F
Leesvaardigheid 3F
COE
Leesvaardigheid 3F
25,0%
2
VAR
tweede
helft
opleiding
3F
Rekenen 3F
COE
COE Rekenen 3F
100,0%
3F
gesprekken voeren
3F
mondeling examen
Gesprekken voeren 3F
3F
spreken 3F
mondeling examen
3F
schrijfvaardigheid 3F
3F
100,0%
Nederlands
Nederlands
Nederlands
Engels
generiek Engels
Engels
Engels
100,0%
B1
Luisteren
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
B1
Lezen
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
A2
Gesprekken voeren
mondeling examen
20,0%
3
VAR
43
Engels
A2
Spreken
mondeling examen
20,0%
3
VAR
Engels
A2
Schrijven
schriftelijk examen
20,0%
3
VAR
3
VAR
3
VAR
3
VAR
3
VAR
3
VAR
Engels
100,0%
Van de gemiddelde eindcijfers Nederlands en Engels mag er 1 gelijk aan 5 zijn. Het andere gemiddelde cijfer moet 6 of hoger zijn.
Het portfolio moet beoordeeld zijn met 'voldaan' voordat het portfoliogesprek plaatsvindt.
Loopbaan
loopbaan
burgerschap
Loopbaan
kwalificerend portfolio
1.1
Burgerschap
kwalificerend portfolio
1.2
Burgerschap
kwalificerend portfolio
1.3
Burgerschap
kwalificerend portfolio
1.4
Burgerschap
kwalificerend portfolio
LB 1/MBO4
Loopbaanoriëntatie en
loopbaanontwikkeling
100,0%
LB 2/MBO4
Politiek-juridische dimensie
100,0%
LB 3/MBO4
Economische dimensie
100,0%
LB 4/MBO4
Sociaal-maatschappelijke dimensie
100,0%
LB 5/MBO4
Vitaal burgerschap dimensie
100,0%
Voldaan
Voldaan
Voldaan
Voldaan
Voldaan
De onderdelen 'Nederlandse Taal en Rekenen ‘en 'generiek Engels dienen een score te bevatten met een minimum van 1,0.
44
Cluster talen
Domein/ vaardigheid
Kerntaak
1
Weging
KT 1
Weging
KT 2
Weging
KT 4
Examenmoment Lj
Examenmoment OP
20%
20%
20%
3
VAR
20%
20%
20%
3
VAR
20%
20%
20%
3
VAR
20%
20%
20%
3
VAR
20%
20%
20%
3
VAR
25%
50%
x
3
VAR
4
schriftelijk examen
Lezen B1
schriftelijk examen
14.JU.E.B1.LE.01
x
Luisteren B1
schriftelijk examen
14.JU.E.B1.LU.01
25%
x
x
3
VAR
x
Gesprekken voeren B1
mondeling examen
14.JU.E.B1.GE.01
25%
x
x
3
VAR
x
x
x
x
x
25%
50%
x
3
VAR
25%
25%
25%
3
VAR
25%
25%
25%
3
VAR
25%
25%
25%
3
VAR
25%
25%
25%
3
VAR
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Lezen 3F
schriftelijk examen
Luisteren 3F
schriftelijk examen
Gesprekken voeren 3F
mondeling examen
Spreken 3F
mondeling examen
Spreken B1
Beroepsrekenen
Examennaam
Schrijven/taalverzorging 3F
x
x
x
Engels
Examencode
14.JU.ZD.EP.KT
4
14.JU.ZD.EP.KT
4
14.JU.ZD.EP.KT
4
14.JU.ZD.EP.KT
4
14.JU.ZD.EP.KT
4
x
Nederlands
2
Exameninstrument
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Schrijven/taalverzorging B1
schriftelijk examen
Getallen 3F
project
Verhoudingen 3F
project
Meten en meetkunde 3F
project
Verbanden 3F
project
1, 2,
Lezen 3F
1, 2,
Luisteren 3F
1, 2,
Gesprekken voeren 3F
1, 2,
1, 2,
x
Spreken 3F
Schrijven/taalverzorging
3F
x
14.JU.E.B1.SC.01
Het cijfer voor de afzonderlijke onderdelen per taal wordt met 1 decimaal weergegeven. Dit cijfer wordt verkregen door middel van afkappen op 1 decimaal.
Het cijfer voor de afzonderlijke onderdelen van rekenen wordt met 1 decimaal weergegeven. Dit cijfer wordt verkregen door middel van afkappen op 1 decimaal.
De hierboven genoemde onderdelen kunnen aparte toetsen zijn of onderdeel uitmaken van een examenproject.
Onderdeel Nederlands telt mee bij de weging voor zowel kerntaak 1, 2 en 4. Het gaat om dezelfde toets die in één keer wordt afgenomen (telt dus drie keer mee).
Onderdeel Engels telt mee bij de weging voor zowel kerntaak 1 en 2. Het gaat om dezelfde toets die in één keer wordt afgenomen (telt dus twee keer mee).
Beroepsrekenen wordt beoordeeld binnen de examenprojecten van kerntaak 1, 2 en 4. Het gaat om dezelfde toets die in één keer wordt afgenomen (telt dus drie keer mee).
45
Bijlage 4
Bestelformulier Onderwijsbenodigdheden via het Albeda College
Door middel van dit ( ondertekende) formulier bestelt de student de
onderwijsbenodigdheden, die de student wordt geacht aan te schaffen om de
opleiding succesvol te kunnen volgen, die uitsluitend via het Albeda College kunnen
worden aangeschaft.
Branche: Secretarieel en Administratie
Opleiding en crebo-nummer: Juridisch, 22161
Locatie: Weena
Leerjaar: 2014 - 2015
Aanvullende informatie: Klas 1
Contactpersoon: A.E. Sanders
Ik ……………………………………………..………………………...….…., wonende te
…………………………………………………………………….…, geboren op
………………………………………………….……….……, studentnummer:
………………………………………………………………….
hierna te noemen “ de student”, bestel hierbij de hieronder aangekruiste
schoolbenodigdheden die mij vervolgens door het Albeda College zullen worden geleverd.
Onderwijsbenodigdheden
Kosten
Licentie Stichting Praktijk Leren
Licentie Nederlands
Licentie FFleren Rekenen
Reader Rekenen
Licentie LB
50,-19,50
39,50
10,00
39,50
Totaal
158,50

Aanschaffen*
Graag aankruisen indien de student deze bestelt.
Betaling onderwijsbenodigdheden
De student ontvangt in september een factuur met daarop het totaalbedrag van de
genoemde kosten die verbonden zijn aan de aanschaf van de aangekruiste
onderwijsbenodigdheden. Door ondertekening van dit bestelformulier verklaart de student dit
bedrag binnen de op de factuur gestelde betalingstermijn te voldoen.
In geval van minderjarigheid van de student ondertekent zijn/haar ouder/ wettelijke
vertegenwoordiger deze overeenkomst ook.
(datum ……………………………..) en ondertekend door:
Naam student
……………………………………………………………
(Handtekening)
Naam ouder/wettelijk vertegenwoordiger (In geval van minderjarigheid)
……………………………………………………………
(Handtekening)
Bijlage 5
Protocol Centrale examinering:
 De examenkandidaten moeten op tijd geïnformeerd worden, minimaal 2 weken voor
afname.

De examenkandidaat wordt gedurende zijn/haar opleiding 3 momenten aangeboden
waarop het extern examen Rekenen en Nederlands kan/mag worden afgenomen.

Indien een examenkandidaat onwel (kaders zijn duidelijk omschreven) wordt, dan
bepaald de surveillant na een gesprek met de kandidaat of hij/zij het examen kan
voortzetten. De surveillant meldt dit direct (mondeling en) schriftelijk aan de
examencommissie.
De examenkandidaat die aangeeft het examen niet te kunnen voortzetten verspeelt
een kans voor deelname aan het extern examen, tenzij de examencommissie dit
examen ongeldig verklaart.

De examenkandidaat heeft tot 30 minuten na aanvangstijd van het examen,
aangegeven in het logboek, toegang tot het examen. De examenkandidaat heeft
geen recht op verlenging van de examentijd.

De examenkandidaat mag pas na 30 minuten, na aanvangstijd van het examen
aangegeven in het logboek, het examen beëindigen en de examenruimte verlaten.

Tijdens de afname van het examen mag de kandidaat de examenruimte niet verlaten.

Voor een bezoek aan het toilet wordt de kandidaat vergezeld. De kandidaat mag
onder geen beding alleen naar het toilet.

Bij fraude meldt de surveillant dit mondeling, schriftelijk en op proces-verbaal aan de
examencommissie. De examencommissie vermeldt dit in het logboek van de COE.

De examenkandidaat krijgt in principe maar een kladblaadje. Is dit kladblaadje vol
dan levert de kandidaat deze in en krijgt een nieuw kladblaadje.
Let op de examenkandidaat mag maar een kladblaadje in zijn/haar bezit hebben.

De aanvraagformulieren en de dyslexieverklaring voor een aangepast examen
Nederlands en/of Rekenen moeten samen met de ingevulde formulieren aan het
begin van het school/cursus jaar worden ingeleverd. De formulieren zijn op de site
van de COE te vinden.
De examenkandidaat met een dyslexieverklaring, die dit op tijd en op de juiste manier
heeft aangevraagd, krijgt een aangepaste versie van het examen aangeboden met
mechanische verklanking en/of verlengde tijd. Met de mechanische verklanking moet
eerder tijdens de les zijn geoefend. Tijdens het instellingsexamen dient
overeenkomstig te zijn gehandeld.

De surveillant moet geschoold zijn/worden en zijn rol/taak is duidelijk en helder
beschreven.

De richtlijn is 1 surveillant voor 10 examenkandidaten en 2 surveillanten per klas.

De onderwijsleider controleert op de dag dat het extern examen wordt afgenomen
regelmatig zijn mail i.v.m. wijzigingen en informeert de surveillant.
47
 De examenkandidaat wordt de mogelijkheid geboden om het extern examen
Rekenen en/of Nederlands op een hoger niveau dan het vereiste opleidingsniveau te
maken, mits het instellingsexamen Rekenen en/of Nederlands ook op hetzelfde hoger
niveau wordt gemaakt. Deelname aan het extern examen op een hoger niveau moet
van te voren zijn aangevraagd.
Bijlage 6
Herkansingsregel kwalificerende examens / herexamens en reparaties

De opleiding stelt per cohort een examenplan en bijbehorende examenplanning op
voor de kwalificerende examens.

Elk kwalificerend examen wordt twee maal per 52 weken aangeboden.

Op advies van het opleidingsteam kan een deelnemer eerder dan in de
examenplanning van zijn cohort aan een kwalificerend examen (van een hoger
cohort) deelnemen

Als het eerste kwalificerende examen onvoldoende beoordeeld is, heeft een
deelnemer de mogelijk binnen 52 weken na vaststelling van dat resultaat een
herexamen te doen.

De deelnemer die een onvoldoende resultaat behaald voor het herexamen kan dit
repareren gedurende de vastgestelde examenmomenten (van een lager cohort), wat
studievertraging kan opleveren.

De deelnemer die een onvoldoende resultaat behaald voor het herexamen in het
laatste jaar van de opleiding kan dit repareren op de vastgestelde examenmomenten
in het betreffende jaar.
Bijlage 7
Schoolvakanties en vrije dagen
25 september
20 t/m 24 oktober
18 november
3 april
6 april
27 april
4 t/m 8 mei
14 en 15 mei
25 mei
20 juli t/m 28 augustus
Studiedag
Herfstvakantie
Studiedag
Goede vrijdag
Tweede Paasdag
Koningsdag
Meivakantie
Hemelvaart
Tweede Pinksterdag
Zomervakantie
48
Bijlage 8
Indeling Onderwijs Periode (OP)
OP1 - 1 september 2014
OP2 – 17 november 2014
OP3 – 9 februari 2015
OP4 – 28 april 2015
t/m
t/m
t/m
t/m
14 november 2014
6 februari 2015
24 april 2015
17 juli
Bijlage 9
Teamregels
Roken
Je mag op geen enkele plek binnen de school roken; in de pauzes/tussenuren kan je gebruik
maken van de rookruimte van de kantine.
Eten
Er wordt niet gegeten (dus ook geen kauwgom) of gedronken tijdens de lessen, behalve
wanneer een docent je daarvoor uitdrukkelijk toestemming heeft verleend. In de
computerlokalen is eten of drinken nooit toegestaan.
Pauzes
Gedurende de pauzes of tussenuren ga je naar de kantine of naar buiten; je blijft niet in de
gangen hangen.
Verstoring van de les
In de klas gedraag je je naar behoren. Indien je het normale verloop van de les naar het
oordeel van de docent verstoord kan je uit de les verwijderd worden. In dat geval meld je je
bij je studieloopbaanbegeleider/mentor/mentor. Deze zal in overleg met de betrokken docent
de sanctie bepalen.
Het gebruik van een mobiele telefoon/oordopjes is alleen toegestaan in de kantine, de
trappenhuizen en de centrale hal. Als je je telefoon in de klas aan hebt staan, valt dit onder
verstoring van de les.
In de lokalen geldt: jassen uit en petten af.
Wellicht ten overvloede: je hebt altijd je boeken bij je. Zonder de juiste boeken wordt je niet
toegelaten in de les.
Racistisch en seksistisch taalgebruik
Het gebruiken van racistische en/of seksistische taal kan leiden tot schorsing en eventueel
verwijdering van school.
Het team juridisch
49