Klik hier voor het Onderhandelaarsakkoord

2.
Onderhandelaarsakkoord over de inrichting van
Rotterdam Airport als zakenluchthaven
2.1 Inleiding
Bij het uitvoeren van het Plan van Aanpak1 dat voor de nieuwe inrichting van Rotterdam Airport
(RA) is opgesteld, hebben de gemeente Rotterdam en de NV Luchthaven Schiphol {NVLS), hierna
te noemen: partijen, intensief gezocht naar een nieuw evenwicht tussen milieuhygiënische en
economische belangen. Het ziet er naar uit dat dit evenwicht thans is gevonden.
Er is enerzijds gezocht naar een zodanig profiel van de luchthaven en naar een zodanig pakket
van maatregelen dat een beperking van de milieuhinder plaatsvindt.
Maar anderzijds dient dat profiel van de luchthaven zodanig te zijn dat een levensvatbare exploitatie mogelijk is en dat een verbetering van het vestigingsklimaat in de Zuidvleugel van de
Randstad kan worden bewerkstelligd.
Beide zoektochten zijn geslaagd door RA binnen strikte milieucondities te gaan inrichten als een
zakenluchthaven.
Partijen zijn voornemens, op basis van de in dit akkoord genoemde condities begin 1998 gezamenlijk een verzoek in te dienen tot een nieuwe aanwijzing van RA, alsmede vóór 1 juli 1998
een nieuw, definitief contract te sluiten over de exploitatie van RA.
2.2 Rotterdam Airport als zakenluchthaven
Dat wil zeggen:
a. dat RA vooral gericht zal zijn op zakelijk verkeer van en naar Europese bestemmingen;
b. dat het overgrote deel van het aantal vluchten zal bestaan uit lijndiensten voor personenvervoer en uit zakenvluchten ten behoeve van het in de Rotterdams-Haagse regio gevestigde
bedrijfsleven;
c. dat er een beperkt aantal vliegtuigbewegingen door ongeregeld verkeer (charters voor vakantievluchten en vrachtvliegtuigen) zal worden uitgevoerd.
Overige onderdelen van het akkoord bestaan uit het hanteren van een stringent nachtregime en
het verminderen van de geluidsbelasting door de kleine recreatieve luchtvaart.
2.3 Het voorkeursalternatief
Vertrekpunt voor het onderzoeken van de mogelijkheid tot een nieuwe inrichting van Rotterdam
Airport vormde de beleidsinzet van Burgemeester en Wethouders van Rotterdam m.b.t. het
profiel van RA als zakenluchthaven 2.
In dat kader heeft de NVLS aangegeven te streven naar een regionale luchthaven welke op een
gezonde wijze kan worden geëxploiteerd en waarvan de effecten op de omgeving, mede gelet
op het nader overeen te komen profiel, aanvaardbaar zijn.
Teneinde tot een gezamenlijke keuze te kunnen komen hebben partijen een aantal onderzoeken
laten verrichten, waar onder een milieu-effectrapportage. Op basis van de resultaten van die
onderzoeken is een voorkeursalternatief bepaald, dat vervolgens aan het MER is toegevoegd.
In de loop van het onderzoeksproces is vervolgens een Meest Milieuvriendelijk Alternatief (MMA)
geconstrueerd. Ook dat is aan het MER toegevoegd.
Plan van Aanpak voor nieuwe inrichting van Rotterdam Airport, behorende bij" de vierde aanvullende overeenkomst van de
gemeente Rotterdam en de NV Luchthaven Schiphol, d.d. 26/29 april 1996.
zoals verwoord in het Raadsvoorstel van 30 januari 1996 (Verz. 1996, volgnr. 151.
2.4 Overwegingen die geleid hebben tot het voorkeursalternatief
Het voorkeursalternatief is in de loop van het onderzoeks- en onderhandelingsproces tot stand
gekomen. In eerste instantie hebben daarbij vooral de berekeningen van de geluidsbelasting en
die van de bedrijfseconomische aspecten een rol gespeeld. Daarna zijn ook andere aspecten een
rol gaan spelen bij de samenstelling van het voorkeursalternatief, zodat uiteindelijk is gekomen
tot een integrale afweging van alle aspecten en onderzoeksresultaten.
In deze bundel worden van die onderzoeken samenvattingen gegeven en zodoende wordt een
overzicht geboden van de overwegingen die ten grondslag hebben gelegen aan het thans
voorliggende akkoord. Wat het MER betreft wordt met name verwezen naar par. 3.6 waarin
samenvattende overzichten worden gegeven van de milieu-effecten van de belangrijkste alternatieven en van de beoordeling daarvan.
Voor enkele van de overwegingen wordt op deze plaats aandacht gevraagd.
Geluidsbelas ting
Tot nu toe geldt de 35 Ke van de zogenoemde "herberekende '77-contour" als de tussen
Rotterdam en NVLS afgesproken grens voor de acceptabel geachte geluidsbelasting. Ten tijde
van de Rotterdamse beleidsinzet (januari 1996} werd door de gemeente nog verondersteld dat
binnen die contour slechts ca. 20.000 vliegtuigbewegingen (vtb-en> per jaar van toestellen met
een startgewicht van groter dan 6 ton zouden passen. Uit het MER-onderzoek bleek echter dat
binnen de herberekende '77-contour ca. 32.500 vtb-en kunnen plaatsvinden. Uit bedrijfseconomische analyses is echter gebleken dat bij 20.000 vtb-en geen sprake kan zijn van een rendabele
exploitatie.
Zoals uit het MER blijkt, is de contour van het voorkeursalternatief kleiner dan de herberekende
'77-contour en iets kleiner dan die van de feitelijke situatie in 1996.
Externe veiligheid
In het Milieu-effectrapport zijn de resultaten van onderzoek naar externe veiligheid m.b.t. vliegverkeer weergegeven. Momenteel is nog geen normstelling specifiek voor regionale luchthavens
beschikbaar, doch dit betekent niet dat het veiligheidsrisico niet kan worden beoordeeld. Naar
verwachting zal het Rijk in ieder geval een normering hebben vastgesteld op het moment waarop
een besluit tot aanwijzing van RA genomen wordt. De beide initiatiefnemers zullen in het verzoek
tot aanwijzing bij het Rijk aandringen op het vaststellen van veiligheidszones. Tevens beraden zij
zich thans op daarop vooruit lopende maatregelen.
Nachtregime
In tegenstelling tot de Rotterdamse beleidsinzet, waarin sprake was van een volledige nachtsluiting, is thans gekozen voor een zeer beperkte openstelling van de luchthaven gedurende de
nacht (zie par. 2.6). Voor de categorie zakenjets is een uitzondering gemaakt vanwege de
bijdrage daarvan aan het vestigingsklimaat van de Rotterdamse regio en omdat deze vluchten
vrijwel geen klachten met zich meebrengen.
Meest milieuvriendelijk alternatief
In het MER wordt een MMA op zijn milieu-effecten beoordeeld. Dat alternatief scoort op veel
punten in zekere mate, doch niet aanmerkelijk beter dan het voorkeursalternatief en op geen
enkel milieu-aspect slechter. Toch is afgezien van de inzet van het MMA als berekeningsbasis
voor de nader vast te stellen zone. Dit alternatief voorziet in een (rekenkundige) vervanging van
vakantievluchten (charters) en vrachtvluchten door lijnvluchten met doorgaans kleinere vliegtuigen (zie par. 3.1.2). Een dergelijke vlootsamenstelling betekent een trendbreuk met het huidige
ontwikkelingspatroon van Rotterdam Airport aïwaar vooral een aantal vakantievluchten een
vaste plaats heeft verworven in het dagelijkse verkeersbeeld. Het is op korte of middellange
termijn niet realistisch er van uit te gaan dat deze vluchten per aanwijzing niet meer van RA
zouden mogen worden uitgevoerd. Pas zodra aanvullende luchthavencapaciteit voor grotere
vliegtuigen in Nederland beschikbaar is het zinvo! de vlootsamenstelling op RA zodanig te
herformuleren dat geheel voldaan wordt aan het begrip "zakenluchthaven".
2.5 Samenstelling van het voorkeursalternatief
De bovengenoemde overwegingen hebben geleld tot een voorkeursalternatief dat bestaat uit een
input van in totaal 27.500 vliegtuigbewegingen van toestellen van > 6 ton. Dit aantal bestaat
uit: 23.000 lijnvluchten, 1.850 charters voor vakantievluchten, 150 vrachtvluchten en 2.500
vluchten door "overige genera/ aviation". Voorts zullen geen structurele nachtvluchten en zal
geen kleine, recreatieve luchtvaart plaatsvinden.
De beide initiatiefnemers zullen in het aanwijzingsverzoek aan de ministers van V&W en van
VROM vragen de op deze input gebaseerde contour vast te stellen in de aanwijzing.
Voorts zal aan de ministers van V&W en van VROM worden gevraagd de verouderde typen
toestellen die veel lawaai maken (de zogenoemde "hoofdstuk 2-vliegtuigen") reeds vóór 2002 te
weren van RA en ook de luchthaven in staat te stellen, voor bepaalde periodes, veel overlast
veroorzakende overige toestellen te kunnen weren van RA. Tevens zal worden aangedrongen op
het vaststellen van veiligheidszones.
2.6 Een stringent nachtregime
In het verzoek om aanwijzing zal worden uitgegaan van een nachtperiode tussen 23.00 en 6.00
uur en zal worden gevraagd voor de periode tussen 23.00 en 7.00 uur het volgende nachtregime
vast te leggen:
RA zal tussen 23.00 en 7.00 uur zijn gesloten, met uitzondering van:
a. vliegtuigen die in nood verkeren of t.b.v. reddingsacties of hulpverlening zijn of worden
ingezet;
b. vluchten die niet op de luchthaven van bestemming kunnen landen door meteorologische
omstandigheden, stakingen of calamiteiten aldaar (= uitwijkers);
c. lijndiensten die volgens schema vóór 23.00 uur op RA hadden moeten landen, doch bij
aankomst maximaal 1 uur zijn vertraagd, doch uitsluitend indien het niet verlenen van ontheffing zou leiden tot ernstige verstoring van de veiligheid of van de dienstregelmaat van het
luchtverkeer;
d. regerings-, politie- en militaire vluchten, doch uitsluitend in geval van vluchten die noodzakelijkerwijs van of op RA moeten plaatsvinden, met dien verstande dat voor de vlucht een ontheffing moet zijn verkregen van de havendienst op RA;
e. EHBO- en andere vluchten voor zieken-, gewonden- en organentransporten;
f. zakenvluchten ten behoeve van het in de Rotterdamse-Haagse regio gevestigde bedrijfsleven,
doch uitsluitend in geval van vluchten die noodzakelijkerwijs van of op RA moeten plaatsvinden, met dien verstande dat voor de vlucht een ontheffing moet zijn verkregen van de havendienst op RA;
g. positievluchten (= vlucht van de luchthaven waar een toestel is gestationeerd naar RA,
vanwaar met de dienst wordt aangevangen) die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de op
de aansluitende dag vastgestelde vluchtschema's, doch uitsluitend in geval van inkomende
vluchten en niet vroeger dan 6.00 uur.
NB:
• de bovengenoemde uitzonderingen zijn niet van toepassing voor soorten vliegtuigen die
veel overlast veroorzaken (zie ook par. 2.8, punt d);
• de exploitant zal zich blijvend inspannen om vluchten die veel overlast veroorzaken te ontmoedigen {bijvoorbeeld m.b.v. tariefmaatregelen}.
2.7 Vermindering van overlast door de kleine recreatieve luchtvaart
a. Het voornemen bestaat om op korte termijn maatregelen te treffen die zijn gericht op het
verminderen van (de overlast van) de kleine recreatieve luchtvaart op en rond RA, dat wil
zeggen:
• het doen treffen van geluidbeperkende maatregelen aan de toestellen (= "hushkitting") of
andere maatregelen ter vermindering van de geluidsoverlast vanwege de kleine, recreatieve
luchtvaart. Met behulp van afspraken en tarieven-differentiatie wordt een voortvarende
aanpak gestimuleerd;
• hetzelfde zal gelden voor de op RA blijvende kleine zakelijke vliegtuigen;
• het verplaatsen van een substantieel aantal lescircuitvluchten naar de luchthaven MiddenZeeland;
• onderzocht wordt of op de Maasvlakte een tijdelijke voorziening als hulpveld voor de
lescircuitvluchten kan worden aangelegd.
b. Toegewerkt wordt naar een structurele uitplaatsing van de sport-, les-, en reclamevluchten.
Naar:
• de luchthaven Lelystad, voor wat betreft de kleine luchtvaart die gebruik maakt van
instrument-voorzieningen en luchtverkeersbegeleiding, zodra deze voorzieningen zijn
getroffen op die luchthaven;
• een grasbaan in de nabijheid van Rotterdam. Een verkenning van de opties zal in samenwerking met o.a. de provincie Zuid-Holland worden uitgevoerd
Aan de Ministers van V&W en van VROM is steun gevraagd bij de voorbereiding en realisatie van
de beoogde maatregelen.
Onder de onder a. en b. genoemde maatregelen wordt een intentieverklaring gesloten tussen RA,
GARA (als vertegenwoordiger van een deel van de "general aviation" op RA, d.w.z. de kleine
recreatieve luchtvaart) en de gemeente Rotterdam.
2.8 Tot aan het aanwijzingsbesluit
Vanaf het tijdstip van ondertekening van het akkoord op hoofdlijnen tot aan het moment van het
onherroepelijk worden van de aanwijzing:
a. zal, zodra de veel overlast veroorzakende toestellen geweerd kunnen worden, de nieuwe,
kleinere contour door de exploitant als grens worden gerespecteerd, ter vervanging van de tot
dat moment geldende "herberekende '77-contour";
b. zal de exploitant zich ervoor inspannen het geschetste nachtregime zo veel mogelijk uit te
voeren, o.m. door het bevorderen van een zo gering mogelijk nachtelijk gebruik van de
luchthaven, o.a. door middel van tariefstelling, door af te zien van actieve werving van
vluchten die in de nacht uitgevoerd zouden moeten worden en door te bevorderen dat nachtvluchten naar de dag worden verplaatst;
c. zal de exploitant zich blijvend inspannen om vluchten die veel overlast veroorzaken te ontmoedigen;
d. zullen partijen voorts de ministers van V&W en van VROM verzoeken, de exploitant in staat
te stellen om op zo kort mogelijke termijn de veel overlast veroorzakende typen vliegtuigen,
geheel of voor bepaalde periodes te kunnen weren van RA
(NB: met behulp van een objectieve methode zullen vliegtuigtypen met een hoge geluidsproductie worden aangeduid. In overleg met de RLD wordt een certificatiewaarde vastgesteld.
Deze waarde representeert de door de ICAO vastgestelde geluidsproductie van een bepaald
vliegtuigtype. Toestellen met een zelfde of hogere certificatiewaarde worden dan door de
beoogde beperking getroffen);
e. zullen de genoemde maatregelen ter vermindering van (de overlast van) de kleine recreatieve
vliegtuigen, zoals bedoeld in paragraaf 2.7 van dit akkoord, worden voorbereid c.q. uitgevoerd;
f. zal de exploitant evaluerende kwartaalrapportages uitbrengen over het gebruik van RA in
relatie tot het gevoerde en te voeren beleid;
g. en zullen partijen de betrokken ministers verzoeken, reeds vooruitlopend op de vaststelling
van het aanwijzingsbesluit over te gaan tot de sanering van bestaande woningen in de
zwaarst geluidbelaste gebieden.
2.9 Bedrijfseconomische rentabiliteit en gebruiksvergoeding
De beoogde 'luchtzijdige' ontwikkeling van de luchthaven zal tezamen met de beoogde 'landzijdige' ontwikkeling naar verwachting een levensvatbare exploitatie met zich brengen.
a. Wat de landzijdige ontwikkeling betreft zal RA het luchthaventerrein ontwikkelen conform de
globale ontwikkelingsvisie respectievelijk het bestemmingsplan die (na overleg tussen
RA/NVLS en Rotterdam) voor het luchthaventerrein worden opgesteld.
b. Over de wijze van ontwikkeling van het gebied ten zuiden van het uit te breiden platform en
de daarbij behorende platformgebonden bedrijven, zullen Rotterdam en RA/NVLS vóór het jaar
2000 een nadere afspraak maken.
c. RA/NVLS zal met ingang van het te sluiten contract (streefdatum 1 juli 1998) aan Rotterdam
jaarlijks een vergoeding betalen voor het gebruik van gronden en opstallen. Deze vergoeding
is opgebouwd uit een vast deel (groot ^575.000,-, excl. BTW, jaarlijks te indexeren) en een
variabel deel dat afhankelijk is van de afzet van vastgoed op het luchthaventerrein.
d. Het variabele deel van de gebruiksvergoeding zal een percentage bedragen van de te realiseren marktopbrengsten per m2 b.v.o. Bij uitgifte zullen partijen (NVLS en Rotterdam) de te
realiseren uitgifteprijs in overleg vaststellen op basis van de marktwaarde. Als referentie voor
de marktwaarde per m2 b.v.o. op de luchthaven wordt genoemd een gemiddelde uitgifteprijs
van f 300,- per m2 b.v.o. voor bedrijven en f 550,- per m2 b.v.o. voor kantoren (prijspeil 1-11998}.
De vergoeding voor de eerste 15.000 m2 bedraagt 10% van de opbrengst uit vastgoed. Voor
de volgende 15.000 m2 bedraagt de vergoeding 25% van de opbrengst (ook te berekenen
over de eerder uitgegeven m 2 's). En wanneer meer dan 30.000 m2 is uitgegeven, bedraagt
de vergoeding 40% van de totale opbrengst uit vastgoed (ook te berekenen over de eerder
uitgegeven m 2 's).
Wat het uitgiftetempo betreft is afgesproken dat het volgende scenario als inspanningsver
plichting wordt gehanteerd:
jaar
1998
1999
2000
2001
2002
m2 vastgoed
2.500
5.000
7.500
7.500
7.500
e. Deze afdracht is niet van toepassing op de utiliteitsgebouwen (t.b.v. brandweer, terminal,
parkeergarages en hangars).
f. ledere vijf jaar zullen de afspraken over de gebruiksvergoeding worden geëvalueerd.
g. Bij één en ander is van de veronderstelling uitgegaan dat het Rijk de kosten van luchtverkeersbeveiliging op RA zal blijven vergoeden.
h. Met de uitgifte van vastgoed op erfpachtsbasis zal, vooruitlopend op het onherroepelijk
worden van de aanwijzing, reeds vanaf het definitieve contract begonnen worden. Deze
uitgifte vindt bij voorkeur plaats op het huidige voorterrein.
i. Partijen kunnen, na het onherroepelijk worden van het aanwijzingsbesluit, te allen tijde in
overleg treden over de eenmalige afkoop door RA/NVLS van de gebruiksvergoeding voor de
luchthaven, een en ander onder alsdan nader overeen te komen condities.
2.10 Personele consequenties
Het deel van het personeel (56 personen) van Rotterdam Airport BV dat vanuit de gemeente
Rotterdam is gedetacheerd, zal de mogelijkheid worden geboden in dienst te treden van Rotterdam Airport BV. In onderling overleg zal het meest geëigende moment daarvoor worden vastgesteld.
Voorts is een regeling getroffen voor de ten laste van Rotterdam blijvende personele lasten die
samenhangen met de kosten van herplaatsing, wachtgelders, uitkeringsgerechtigden en personen die vallen onder de regeling van functioneel leeftijdsontslag.
IL
o:
o
a.
o
Ë
LU
H
o
co
Ut
c.
"•«-l
IA
(U
>
£
MJ w
= "O
-J
LU
w 53
.* O
o oc
> ^
LU
LU
>
<
oj
_Q -9
Ü)
3
0
O)
Oï
O)
a> 01
TI C
U —
S je
*
W
ic
i
-o o
o
E
ca
^o
t/> t
a:
££ <
l
u re
Io
(U
*J
c
v
a)
.E
ai
Dl
LU
CM
Oï
(?
LU
•o
«
c
'•v
S*
sO
•o
ü CO
co o
o.
> .±
=! "E
o
o;
3O
è
(D
O
cc
o>
"D
C
CO
o
o.
05
-
0.4 Programma eerste tase
5.5 De buitenruimte van het voor- e
Conclusies
6.1 Conclusies modellen
6.2 Conclusies eerste fase
Consequenties van aanvaarding var
Stapsgewijze besluitvorming ....
Model Terminal West
Model Terminal Midden
Model Terminal Oost
eerste fase
Inleiding
Uitgangspunten eerste fase
Opwaardering van het huidige v
: : : : : : :O
C : : : : : : : :o
O
4.1
4.2
4.3
4.4
De
5.1
5.2
5.3
CD
Oï "0
Programma van eisen Rotterdam A
3.1 Leidende principes
3.2 Randvoorwaarden herinrichting
De modellen
.c
2.2 De basisstructuur van de Noord
2.3 De ontwikkelingen in de tijd
0)
rontwikkeling van Rotterdc m Airport; functie van de ontwikkelingsvisie
srrein
rrein
rdarn Airport
Noordrand
N ; ; ;-g
.^
: : :N
c
:
3 ontwikkelingsvisie voor d e ontwikkelingen in de eerste fase
O
1.1 Noodzaak tot stedenbouwkundi
Rotterdam Airport in de context va
2.1 De veranderende context
en ro r-- r- r-- o
E '§)
» ro
S CL
£
:
CL
ir
:_
.2
o:
Dl
O
«l
+ -e
Na het afketsen van het Integraal Plan Noordrand
entig heeft binnen de gemeente Rotterdam een herbezinning omtrent
de luchthaven plaatsgevonden. Deze resulteerde i
keuze voor inrichting van Rotterdam Airport als zakenluchthaven op de
emeente RottereJam samen met N. V. Luchthaven Schiphol (NVLS) gewerkt aan
uitwerking van dit standpunt.
Begin 1998 hebben beide partijen een akkoord - het
'
onderhandellaarsakkoord' - bereikt over het profiel van Rotterdam Airport en over
de wijze van exploitatie door NVLS van Rotterdann Airport. Op 31 maart T 998 is door NVLS mede namens de gemeente een
aanwijzingsverzoek gestuurd aan het Bevoegd Ge
isterie van V&W, terwijl gewerkt wordt aan een definitief contract
tussen gemeente en Schiphol. In een eerste react
voorliggend aanwijzingsverzoek hebben de ministers van V&W en
VROM positief gereageerd op het beoogde profiel
aagd om een voorlopige voorziening te treffen voor de kleine
recreatieve luchtvaart. Voorjaar 1999 zal een aan
anwijzingsverzoek ingediend worden. Verwacht wordt dat in 2001 een
ontwerp-Aanwijzing gereed zal zijn. Na de procedure van beroep en bezwaar zal die aanwijzing onherroepelijk worden, hetgeen niet
eerder dan begin 2003 te verwachten valt. Daarna moeten nieuwre bestemmingsplannen worden vastgesteld voor het gehele gebied
binnen de geluidszone, hetgeen dus zowel een ta
neente Rotterdam als van de gemeenten Berkel en Rodenrijs en de
gemeente Bergschenhoek (zie figuur 2) .
1.1 Noodzaak tot stedenbouwkundige hèrontwikkeling van Rotterdam Airport; functie van de ontwikkelingsvisie
1. Aanleiding
££
OI CD
CD T3
c.
c
c
'o>
Q)
.a .c
m
= w 03
>
CD Ifï
CO CD
_C
e g
o>
0 -C
•o
•- CL
Gl O
ü °. os £ o
r-
en
w
O
O
"O
VI
ra
c
ca
CD
a
3
3
_D)
ï*-
.22
'N
.5?
+J
ca
ü
_g
CD
O5
'~O
'5
.C
-C
Qï
SI
*^
B.£
01 a
c
i-1
D3
« oï
S. E
E3
- >
QJ
CD
13
>
to
-id
C
CO
CD
JD *-"
CD
03 -C
T3
CO
•D
4-1
"O
OJ
_Q3
CD
O)
In het onderhandelaarsakkoord is onder meer vasi
eide initiatiefnemers samen een ruimtelijke ontwikkelingsvisie voor het
kader van de verdere ontwikkeling van Rotterdam Airport als
luchthaventerrein zullen opstellen. De reden hierv
zakenluchthaven maatregelen nodig zijn aan zowi
s de luchtzijde van de luchthaven om de inrichting en de structuur
ervan in overeenstemming te brengen met het be>oogde toekomst ig functioneren. Het huidige voorterrein is niet goed ingericht. Er staan
niange onduidelijkheid over het voortbestaan van de luchthaven. Er
bovendien voornamelijk tijdelijke bouwwerken als
moeten bij een zakenluchthaven passende kantor1en en bedrijven komen in een goede stedenbouwkundige structuur. Ook de ontsluiting
van de luchthaven kan beter. Bovendien heeft de huidige luchtha ven te weinig directe relatie met de stad Rotterdam en het omringende
gebied (in ontwikkeling).
Rondom het luchthaventerrein zullen in de nabijetoekomst allerle i ontwikkelingen plaatsvinden - de aanleg van de hogesnelheidslijn
(HSL-Zuid), RandstadRaii, TramPlus en mogelijk ook van rijksweg A 16/13, de ontwikkeling van een hoogstedelijk milieu langs de G. K.
van Hogendorpweg en de ontwikkeling van een g roene werkwijk in Polder Laag Zestienhoven - welke in verband met elkaar moeten
worden onderzocht en beoordeeld op de mogelijkheden om wede rzijds voordeel te behalen uit gecombineerde ontwikkelingen. Dit zal
uitmonden in een structuurvisie voor het Noordraindgebied.
•D
4-.
ra
o
o
CD
o
_c S.
'N
co T3
c
-o _tp
4-i
w
<D
TD
m
CD
03
C
CD
>
O
>
03
D)
D3
•n
S
f
U
a
j
€
|
1
i
3
i
1
i
1
B
l
00
CO
c
ro
J=
Q>
03
^
£
D .2
S ro
S CL
c w
O
i^
> g
QJ
._
oï-£
E -*
o ^
.c 5
"N
C
C
°
O)
01
r-
N
.£<U <"
"O
c ca
ffl -D
W
^
r- 0>
t:r: T3
co
r-
II
1
c^
OJ C
D) 0>
c -o
•— c
i» 'IT
^ -^
w
»>
+-1 m
J5
D "P
03
C
a t
o n>
«
(O
>
_
o .g
a®
03 § TI
N
^ X
^ C
Q
o §
S
g
Cs
\
• : - ' . : ' • ' • . . 'l ':;:.\v;:^'; •',;',-' ^ï-ii-ïiï^ffïl'i'l'i'i''1'- V
:
!.••'•: j'^'''^'"''''riïï ''V'iiW^llïtf^'JtfiH'itfl.^tiKi1'1!
; \ . . • . •_ /.;•; - •;:'--;V'V [. •.;.;; :';[vy!;$H^!';..;:: ;l' ; ;-; ;;;;:! 1^ .JiyjV; ;'W'4'ïV l1']. iHJ'ïff {'fll-j^ö'!
f.l\-::::ii: '!.''.': ''i. ~^W ••:i^^ ^:;-SliiÉffllfti^;ï'^i'':-^h1f^!-^t^^lïkW¥MW
••••]&v;;;:^^-::^\^Nj^^; -;«»
- "VMl:, •:,.,, ,;:::;. :'• ;:\i-.;:,:, ^|! «m$m ^W^>ï"»- 'ïir ?.';M
:
;
;:
;;
;
IÏ&3 «11'^N
;:
;/:•'«• -v..:. ^ -;: ;^' ^ JK3|S r' ' • ' ^if* ï;^ i*feliSf»:
ï^:ï.ifltt'••':••: ' '^'•'W'^JMjSSWiF-" ' ' ''
fl|' '''^'^'ilW^Sfffi^'
- ü^piS:::
d)
S
1
: ••'•!)!^.i'v ^i.'fü'f-1; j|\t-! ^^VifiiT^'^/^^^^.^-^-'v./.VSi^'r
^.
:
,^'!^^^'fj:-;»i=lte.^v'^fy
•" t' • :• - $^vi'
:
v'^. ; '^ -\\ ;: :: WF^-^-viSP? }$i$$-^^?^'
-• 'i:t""-'r • ••1'?i%.:1 ^'^y^ïE^k
..-.J.- ^i/'^-'b^'^^y^BH-l-!^- ^i:^::':fj;;ifK^v'--: -4: '•':-.^./^ ,... ; >lp^.-'^
;:v;:: ;'•:;.; i .-'l >i;i;^':'^ •.••'"r
-.'~"-'(>:
' ;'.:•••-.
•tif?\V'1"6" :•/• tf^'f :'§;,;'I.'ï •'-'"•'•
03
._.
o
.c
> c
cn
C
X
M
•D
03
03
CD
>
XI
C TJ
03 Oï
13
S Q.
:^*
.c
4-f
o F
l" 1 »cc
<u
c
-t-J
03
.C
C
C
CD
d
i_
«U
c
"(U
0)
cn
c
o)
_c
O)
1
•H
.C
0) U
-t-
ra +-1 .c 2
> 03 Q.
CO
c
"l—
£1
u
.C
CO
c
05
c E
CD
03 "O
,_,
O 0)
QJ
"c cc
c
ai
c
~
_j
^J
U
>
ra
CD
O
5
5
_
c
0)
a.
L_
O
QJ
C -D
(U
0) __Q
~*
•4-"
03
'N
"D
o
C
'cn 5
>
>
ra
De veranderende context
03
•o
•o
c
o
c
09
CD
C
o
z
03
13
i->
5
a
i—
<
E
ro
T3
__ +-j
,
Q
^£
~
(u
CM CC .*:
Qï
•M
C
G3
5
-c
QJ
CO
£'
--=
2
§
.52
Z
aJ
-j>>
•^
Q)
S
-O
1
c
o
S
-°
o
a
.2
ir
t;
n
^
w
c .,
*" ^
CO
g)
C
-c
D
w
D
C
"D
i-
o
*- -
®
^
J= ^o
_
tas
s
|
^
SE
c
"°
+_J
O
« "0
CD
Ü3
3
C
C D Q 3
^
03
*" S
OS
-g
Ê
2
1
? * .£ 2
S
"g £
2
-| -g
-e
ö
Q
^
03
£
-o
ro
^
w
Ol
C
CO T3
O) cn
03 CD
o 'QJ
-P 91
m i-*'
4-1
5 -•=
J
„
c £ P
> ^ 'T!
> ro °> ^
0)
TD
?
CO
c—
g
raüTZ
^ N - D —
(u-rooj
ÏD
T3 £ S "g
03 S T] «
^^
C»
CD
SS
£
s5 o»l §HfS liSa
1 c 5 g
^
7
J= UI
3
-n 03
C >^ ^ 1
C
r O
j ^ Cf )lOi Jc c
ca « iS :=•r &
> ^ « -53nö ) ^ c
03ra
C ra «-1 d
W
4 J
0 5 >
^3
Q 3*;
C -Q.
t r *
, - _>,
CO
-^
™
0)
•o
*=
3
3
0 ^
üC g
Ts
-n ^
i
«g
a s |E f.1
Is,«f>
IE s = e s :r-s-|
ê 5 5 | c s ë ^ a S, ei
° S
5 S o c
O
W
w
(0
^
^
=*
Z
Ql
CD ~r £
-D
Q.
J^ -0 TD
.E
,.*.
o> S:
^03
(JJ 4J +_ 4-.
-5 03 o> o
c
-C -=
J=
o> |2
O3 C
ca 4-1 *.. •_co cn co ra
CVJ
^
S
w "° "° "°
CM
X
J3
CQ •
U
-
= C ' 0 >
•0 03 -^ -D
0
OJ
X
D. co
-o p ~ 0
^ O J ^ ^ C : 0 >
1^
0
"D
«
S n 03 S
-50^:^^
"S w **• c -2
0) •=•
a
o
o
S
,. g+-£?l
,
(D
c
J
S S 5, 5.
•= Qï ,
Uï "O
^ra so» -c:| So
"D T3
o
e
£3 -Q
o
Q-
e
03
O
§1 *S
if
»^™
<
to
c
•o
t»S|
^'cr
Oi
-S £
CD -= E ^ S
r^ -1-*
S .
H
U _
U)
~
* ^.
'S "i "i .S
C
i:
S
g D £3 a ig E E
0) ^ «3 =
.C
ro
ü~ *t
c
LU
i i C . C Q
^ 2ï - g l
Ql 0)
*ü -n
t ^
^
+-'
c "0
<" --—
ra ^ -C
(J i 3 0 c L
'N t5 S1 C • = (D W .t
C D
«
«
rt.
0) öï
5 <5 ^ ^
a Q l c
'
°
w ,D
Q.
J
4—
S - B<S
O
O
S
TD
CO
•M
« N
L
o
:
i
O
C '5
J^
Qï
C
£
X
E t n ë a s
ra
il
- c
-°
oi
c
0)
"D
^
c ro SS i
"*" x -o
'S
^ ï ^ - 5
rt^
-c o - 1 1 ?U£
ï
o
ïS-jÉ
03
-n
-P
>
E
^
"P
1CU
*- 3
°
«
S ï5 . S 2
^
U ro
2
Z
t.
=
™
0
W
r J?;
W
cc *
^
«^ c
91^
ü5
cu "D
^
4-j oï
-g 03
^
-ï
i_
E-
.E
"a •—
3
ra
-n
u
ro
to
CD
>
-o
N
• wtü
c
N
:=*
—
(5
03
_,
03
S
ï
>
03
«2
x:
+-•
JZ
ti
^
~
ir
F
n
>
03
*-•
a.
O
*-"
—
O
"*-
S
"E
*->
03
^-
03
>
.ü
.
c
c5
LU
,
S
C/1
03
>
.-s
QÜ
a *^
. o
cc cc
Ë
03
.-
.ï ~~ "03
C/1
&
•^
•—
c
c c > 5 t
ra c > 5
c _CO
Q. Oï 03 0) c
ra
i— 01 a > •a
03
•o r» o C
>
+J
ca
ro
a
.2
C
D
cn
c
CD
t/)
CD
jr
•M
C
ra
ra
5
1Ï
u
ra
'
CD
1=
c o
CD
> _t^
ai CJ
'N
E •D
c
o
c
-ü CO
"o. 0)
03 C O
c c
cn
C
0)
r~
r;
03
>
"D
In
.c
-^Q) J3
:*±
O
•^
"2
.03
>
F
t—
cn
erdam Airport vormt <sen onderdeel van de Noo
niet ontworpen wordien los van die omgeving. 1
iraal Plan Noordrand Rotterdam, in 1997 weer
;e een basisstructuur omvat en de bandbreedte
ie stedelijke ontwikke
orderpoort) en het luchtha
Rotterdam Airp
CM
*—
CD
c
ca
>
"O
4-J
•
Q
CC
X
0>
a«
O
(U
"D
•M
O
ra
>
4-»
•H»
z
orming
•D
k.
O
O
2
CD
T»
C
T3
_C
ro
>
"D {D 0)
*ro O CD 4->
(D
c
o
o
o>
c
»03
*03
-^
C
CO
03
w
o> cn
ra c
._
CD *£ c.
Oï _D> — 03
CO T) o 03 ^^ 4-"
C E O (U 03
ra O
3 ro QJ •o
D •o
C w
Oï o
Oï
o Oï ^
£ CD
o
o C
03
O
>
a>
O
-Q
5
m
5 J=
3 C
4-J
(U
ZJ
CD
cn
C
>
M -M
Q.
c
GJ
JT
+j c
'w c co o
'> (0 ra
03 D
D +->1 •«-J
0} -H M
o
.c
^
4-1
-o
CD
•o
03
^—•
C/J
0) Tl
TJ
CO
CD
^
6
(J3
_Q
'N
•*-•
w
c
>
^"
o
03
"O
O
CD
o
>
O O
4->
Jrf lo >
03 CD
QJ
+-<
o
^
(D
ogendorpweg kan dé noor
- en mogelijk za
03
l
-
g);
c
0
o
X -o
to
c
c
^ -XïI
4=.
^1
O
N
C
CL
Ï^PU~^,^-
^-
t
,^P--'"--'
OJ
omdat het groene lint in de polder Laag Zestienhoven, de Oversiniese Plasjes en de Polder Schieveen een deel kan gaan uitmaken
van de Groenblauwe Slinger naar de Ackerdijkse plassen;
en omdat het gebied gelegen is nabij bestaande en geplande hoiijwaardiye woongebieden in de regio en de stad.
§a
l
ff
E o.
n
•
e
« *- c ~ en
< D £ -a m .c
aartoe zal het gebied worden ingericht vanuit
en tweeledige doelstelling, namelijk:
vergroten van de economische concurrentiepositie van de stad. e regio en de Zuidvleugel van de Randstad;
versterken van de groene en recreatieve kwaliteiten van de stad
tructuurvisie
itgangspunt voor de structuurvisie is dat op basis van de kwaliteil in, potenties en beleidsdoelstellingen de Noordrand zodanig za!
'orden ingericht dat er sprake zal zijn van 'toevoegen van kwalitei aan de Randstad, de Zuidvleugel en de stad'. Dat is mogelijk door
B potenties van het gebied voor economische maar ook voor groe e functies optimaal uit te buiten. Dat betekent dat bewust wordt
ekozen om niet 'meer van hetzelfde' te maken: geen gewoon bed jventerrein of gewone kantorenlocatie, maar iets bijzonders met een
age aantrekkingskracht evenals iets bijzonders op het gebied van roen.
mbitieniveau
o
Ol
S?
d>
•o
c
TD
D
C/)
CD
e
(D
o
CT> CD
o -c X n
Basisstructuur
onfrontatie van het geschetste beleid met de kwaliteiten van het ebied leidt tot een structuurvisie. Deze bestaat uit een visie op het
ele gebied en uit uitwerkingen per deelgebied. Er zijn vier deelgebi 'den onderscheiden: Rotterdam Airport; de 'Knoop' en G. K. van
ogendorpweg; 'Park Zestienhoven'; Poider Schieveen. Voor deze ebieden zullen structuurschetsen en vervolgens
Bstemmingsplannen worden voorbereid.
ö
O)
o
5
CD
CO
C
_o
'm
C
CD
CD
CD
L_
CO
S
CO
<
•o
OJ
c
CO
03
<
n
c
CD
CD
>
E
o
>
CD
"D
O)
.£
•6
CO
•4-J
mo e
e belangrijkste elementen van de basisstructuur zijn:
een zakenluchthaven gericht op vooral Europese bestemmingen;
een goede autowegverbinding met de Zuidvleugel van de Rands
dat tracé!
een regionale wegverbinding met de Vinexlocaties Noordrand M n III en Zoetermeer via de aan te leggen N 470-Zuid;
een ontwikkelingslocatie, 'Noorderpoort', aan de kop van de G.l . van Hogendorpweg als een bijzondere 'B-locatie', waar een aantal
infrastructurele voorzieningen worden gebundeld. Deze Noorder; oort:
- is goed bereikbaar voor de Randstad via rijksweg en openlaar vervoer;
- heeft een relatie met de terminal van de luchthaven;
- is goed bereikbaar vanaf het centrum van Rotterdam en R tterdam-CS;
- wordt ontwikkeld tot een hoogstedelijk gebied rond rands edelijke en stedelijk verknoping van infrastructuur met
a
o
o
OJ v CL .Q
0
•
o *-
.S; E
03
<D
CD
«! Q
-C
O
c
OJ
SJ
CD
o
e
wordt/is beslist over:
jzing Rotterdam Airport als zakenluchthaven (rijksbesluit
itadRail (functionele koppeling CS Rotterdam/ CS Den HÏ
Blauwe Slinger (besluit provincie)
breiding c.q. de nieuwbouw van de terminal op Rotterda
S .c
ereiding van deze ruimtelijke ontwikkelingsvisie op Rotte
idgebied, waar de luchthaven integraal deel van uit hoon
jke oordeelsvorming plaatsvinden. Hier volgt de opzet va
vier deelgebieden Rotterdam Airport, de Noorderpoort er
uctuurschetsen en vervolgens bestemmingsplannen wor
ü
ontwikkelingen in de tijd
een menging van wonen, werken en voorzieningen,
groene ruimten met bijzondere kwaliteit
- de 'Groene Loper' : ter versterking van groene en recre
'Groene Loper' ontwikkeld {een recreatieve, groene vei
Tevens verbindt 'de loper' diverse groene milieus met ;
kwaliteit van de randzone van de droogmakerij benut.
fietsroutes e. d.) en watergangen.
• als groene context voor werken (in Schfeveenl en voor
wat Schieveen betreft gaat het om de duurzame inricht
een stelsel van ecologische en recreatieve verbindingen
sogwaardige inpassing van de infrastructuur.
<:
en flj
-p ~
OJ
XI
r_
CO
>
QJ
C
o ±Q o
^^
CN! Q "Z
0
O
c _ -n
'•E CD
13 T3
3 .
W
03
en
_03
c
S
O
M
c
CD
c c
o CD
ra >-o <u
o CO
DC O -D
CN
C
5
"0
O
D
Airport (besluit NVLSJ.
verplaatsing station Wilgenpias; rijksbesluit)
m Airport loopt parallel aan die van de structuurvisie van het
maken. Over de structuurvisie zai begin 1999 een eerste
e structuurvisie in hoofdlijnen,
G. K. van Hogendorpweg, 'Park Zestienhoven1 en Polder Schieveen
voorbereid.
-ken/wonen/recreëren in 'Park Zestienhoven';
voor natuur met een regionale functie;
aaronder de Intermediaire zone;
ve functies wordt aan de west- en noordzijde van het gebied een
dingszone) welke Rotterdam verbindt met de Groenblauwe Slinger.
lelijke functies. Daarbij wordt de bestaande landschappelijke
'loper' zal bestaan uit een raamwerk van parkstroken (met
CL
di
— S
*<•
£
^ « c •»-
(D '^
O
O
c
(D
~cö
LT>
M
CN
C
O
o
_J
CO
X
Oï
-o
c
CD
Dï
03
C
CC
fO
-o
CD
C
(D
(D
-t-
1
GJ
(D
Dl
C
CD
•o
•o
o
LU
5
5 CL
J 'S1
o
ro
.c
M
CO
•
leidende principes voor de ruimtelijke herinrichting van het luch aventerrein zijn versterking van het imago en de rentabiliteit van
tterdam Airport als zakenluchthaven en het verbeteren van de re itie tussen de stad Rotterdam en haar luchthaven.
c
ra
1 Leidende principes
Programma van eisen Rotterdam Airport
CO
CO
CO
^
D
Cü
cc
o
c
to t: o o ^ ^ c o . ^ o o S c - ^ CD
> O J*: en 5 E < < <r m _c o Z) t—
rsterken imago als zakenluchthaven
i als zakenluchthaven te functioneren, moet Rotterdam Airport \ Idoen aan noodzakelijke voorwaarden als goede bereikbaarheid en
•te inchecktijd, terwijl de luchthaven tevens de uitstraling moet 1 bben van een efficiënt en zakelijk bedrijf. Rotterdam Airport dient
sd bereikbaar te zijn vanuit het hele verzorgingsgebied, de Zuidv ugel van de Randstad en het westelijk deel van Noord Brabant. Dal
zeggen dat de luchthaven vanaf de snelweg goed bereikbaar zi moeten zijn. Als in de toekomst de A 16/13 (of een regionale weg
it een vergelijkbare functie) aangelegd is, moet pok vanaf deze \ sg de luchthaven snel te vinden zijn.
nsluiting van de luchthaven op het openbaar vervoer (tram, Ran ;tadRail) is niet essentieel voor het functioneren van Rotterdam
port als zakenluchthaven, omdat deze immers vooral met de aui /taxi bezocht wordt. Een openbaar-vervoersverbinding met
tterdam, Den Haag en Zoetermeer /via RandstadRailï zal echter el meerwaarde opleveren voor de luchthaven en voor haar imago,
vendien zullen de werknemers op en bezoekers van de luchthav' i en de aldaar gevestigde bedrijven er gebruik van maken. Hoe bete
t aangeboden openbaar vervoer, hoe groter de kans dat ook lucl -eizigers daar gebruik van zullen maken. Voor de inchecktijd is
der meer een directe koppeling tussen terminal en platform belai rijk.
:straling als zakenluchthaven krijgt Rotterdam Airport ook doordi de juiste selectie van bedrijvigheid er gevestigd zijn en door een
aie ruimtelijke inrichting.
o> Cü ^ £ ^T- 3Ï ÏHO>5 ( i- j* f - c :' -m
o
•-i. _cr —
: ; c n
rsterken relatie van de luchthaven met Rotterdam
t huidige Rotterdam Airport heeft slechts een indirecte wegverb ding met de stad. Reizigers komen als het ware via een achterdeur
luchthaven en Rotterdam binnen. De openbaar-vervoersverbindi 3 tussen de luchthaven en de stad bestaat slechts uit één buslijn di
or Overschie slingert voor hij zijn einddoel bereikt.
relatie met de stad moet worden versterkt door een meer direc verkeersverbinding met de stad en zo mogelijk door oriëntatie op
stad en de andere functies in de NoorderpoorT. De beoogde ont ikkelingen in de Noordrand spelen in dat kader een belangrijke rol.
nd 2001 zal beslist moeten worden of de terminal na de beperk capaciteitsuitbreiding in 1999 een grootschalige structurele
breiding zal moeten ondergaan of dat een nieuw gebouw nodig , al dan niet op een andere plek. Als gekozen wordt voor een ander
:atie van de terminal kan de keuze van een plek beïnvloed wordt door het principe van het versterken van de relatie van de
ihthaven met Rotterdam. In elk geval za! het ontwerp voor de ni iwe inrichting van het voorterrein zo flexibel moeten zijn dat het
J
.E c
O 03 cü
> X -D
_j
<D *•*5 £ » c
*->
jii 03
o CD CO o .-t u
~o D -o cc is o
u
3
1
:«
c
a
*
"S
5
i
1
l
1
ss
|
j>t
jwel past in een situatie waarin de terminal wordl verplaatst als waarin hij aan de westzijde van het luchthaventerrein blijft. Ook als de
srminal niet verplaatst wordt, is het nnaken van ee i betere toegangsweg richting stad gewenst.
M +_^
£
O
't.
C
™
E
•o
^m
Q)
t!
O
£
O)
.E
'+3
CO
O .n
Brontwikkeling van Rotterdam Airport:
nder meer uit het Masterplan Rotterdam Airport t 997) en het Onderhandelaarsakkoord blijken de volgende randvoorwaarden voor de
.2 Randvoorwaarden hè
c
t
O
O.
f—
(A
ra
O
N
*-•
.C
(J
CD
J*
C "03
CO -C
> gi
.£. 'CD
l—
echnische randvoorwaarden
handhaving van het huidige banenstelsel;
op korte tijd uitbreiding van het platform met 5 a om extra capaciteit voor 9 tot 1 2 vliegtuigen te creëren;
onbelemmerd uitzicht vanuit de verkeerstoren o; de hoofdbaan, rijbanen en het platform;
specifieke veiligheidseisen zi
bstakelvrije viakken en zichtlijnen (zie figuur 4);
de eisen inzake de externe v
thaven zijn in studie, maar zullen op het luchthaventerrein zelf geen invloed hebben;
de capaciteit van de huidige terminal voor de af andeling van passagiers zal in 2000 volledig benut zijn, zodat een uitbreidrng dan
wel een grotere terminal nocüg is;
goede bereikbaarheid en kor te afstanden tussen parkeergelegenheid en terminal zijn van groot belang voor het imago van de
luchthaven;
uitgangspunt voor het luchtv /aartgebonden parki ren is 3.250 parkeerplaatsen (kort- en langparkeren), exclusief het voorrijcircuit
(waarop nodig zijn 50 parket^rplaatsen voor taxi >, 60 parkeerplaatsen voor auto's die passagiers komen halen en brengen - 'kiss and
ride'- en acht parkeerplaatsein voor bussen).
-C
a
*
n
e
o .c .c
o
ü
_D
•o
CD
>
•o
C
CO
o
»
9
Oï
c j*.
CD
•o N
0)
£
4->
CD
*-j
*•>
C
D
cc
o
>
E o
en
CO
o
CD
-C
"-(-i •*-* in
<D
O C
:CD
c "w d
o
5
CD
CD
O
C
CO
"4->
1
-C
(J
"L_
.E
CU
•t—
CD
O
E
"55 ^
-t-*
E
•a "tü
o
o "D
CD
CD
•D
C (U
O _CD
e
CN
S£
CO
to cu
5 ^
~o to
_c 01
c en ^
"(U
1
het programma voor bedrijvi
kunnen worden: op den duu
het plan dient faseerbaar en flexibel te zijn, met
verplaatste als met een niet verplaatste termina
e van de luchthaven op de stad versterken;
jegaan bij het opstellen van het onderhandelaarsakkoord moet geaccommodeerd
30 tot 256.500 m2 b. v. o. kantoor-/bedrijfsruimte;
lame wat betreft de inrichting van het voorterrein dat in de toekomst zowel met een
moet kunnen functioneren.
uimtelijk-economische randvo-arwaarden
geboden aan hoogwaardige luchthavengebonden en luchthavengeörienteerde
op het luchthaventerrein die
nluchthaven, van een beduidend hoger kwaliteitsniveau dan bedrijfsterrein Noord
bedrijvigheid passend bij het
West;
het imago van Rotterdam Airport als zakenlucht iaven en dat van Noordrand Rotterdam als hoogwaardige werklocatie dient versterkt
•
ü -u'
•
E
0
4_i
CO
•
Stapsgewijze besluitvor
Co
c
o §
»
c
CD
CD
H—
03
03
J=
D)
C
£
-«t
^
•*
'structurering van Rotterdam Aii
i op verschil
lende manieren vorm krijgen. In elk geval is een fasering noodzakelijk, omdat
terdam Airport op korte termijn
herstructurering en opwaardering van het huidige voorterrein dat als gevolg van
jarenlange onzekerheid over het voortbt
ijdelijke bouwwerken bezaaid is. Het heeft echter geen zin om op dit moment
r ingrijpende besluiten te nemeri, zoals een eventueie verplaatsing van de terminal, omdat de aanwijzing van Rotterdam Airport als
eniuchthaven nog niet rond is. Bovendi en wordt aain het oosteinde van de baan vanaf 1999 tot 2004 gewerkt aan de bouw van de
lergrondse HSL, hetgeen een tij
telemmering vormt voor de uitvoering van definitieve plannen aan die zijde van Rotterdam
Dort, Dat betekent dat de ruimtf
twikkelingsv isie voor Rotterdam Airport bestaat uit een fase van heden tot 2005 en een
De modellen
CO
CO
0)
CD *t—
03
^ O
O
CL
X
o o
cc
01
to
•M
tft
E
c
QJ
O
CD
•*-•
_ü
rii
03
_c
03
£
O 03
O)
:* 0) w
— j«:
+-"
T)
CD
JJ
<D
-Q
CD
"O
03
03
-M
CD
N
N
:=T
ni
c -fc
0 <
c
O
§
Ë
c
'n
03
T3
CD
C
03
'~O
irT
O
O
01
ca
c
03
H—
cn
CD
.52
•t-'
'c
03
>
*£
•a
0)
rmingsp
e fasen uitgewerkt, bestaande uit één voorstel voor de eerste fase en drie
initieve modellen.
In een eerste fase is sprake van
timalisering \/an de huidige situatie, waarbij het voorterrein wordt heringericht en de
luchthaven beter met de stad w
-bonden.
Na aanwijzing van Rotterdam A
haven moet gekozen worden uit drie modellen, in casu Model Terminal Oost,
Model Terminal Midden en Mod
03
T3
0>
ë
X
•t-1
CJ
c
w
3
C
0)
o:
o
o
1—
J£
5^
03
CD H—
<D
•o
9
o
o
o
>
4-<
D_
L_
b
03
J3
w
C
03
C
CD
C
QJ
03
C/1
CL
03
T3
C
O
o
VI
5
03
'E
CD
N "(D
W C
Q. 0) CO
O > +*
03
"05
idat het uiteindelijk gaat om de definitie ve modellen en de eerste fase geen van die mogelijkheden mag blokkeren, zijn hieronder eers
drie definitieve modellen beschr
de opwaardering van de huidige luchthaven op korte termijn.
c.
ca
CD
Q.
C
cö
CD
-D
CD
C
CP
>
0>
C
CD
E o>
O -o
|
van luchthaven naar
c
a>
o
o
a
o
E
k. o
o
0)
o
05
•a
C
_c •D
ra ÜÜ
'(D -M D.
ï_ W E
(D 01
•o 5
O
o 0
c
yo
C/)
g
> E D)
v.
c
ai O) 3
l "5 ï J
0)
c .E
H
"ra
"ÖJ
•O
O
£
jj-
Tö
c
QJ
H-
G)
>
e
a
ra
^>
"3
•D
O
(D
a.
4-*
O
aj
•a
^
i
o
o
CO
Gl
^C
Z
c
*4J
(D
"tj
+*
CL
».
O
E
U
15
o
9
c
ca
c
c
01
> O)
| 0}
"ïa |
H,
_c
S E 'N
•a
tü ^ c
S > l_ CP
o
2
Lf)
O
O
CM
o (U
™
•M 0)
01
c
V
•ö
4»
1
Q.
o
ra
•
S
«
O
O
W
01
1
C
4-1
w
^
ra
E
o
.2
CA
-o
C
0)
C
0)
ra •a
ra CD
0)
CD
(U
O
"N
4»1 .t
w "O
o
o
C
Q.
n
*j
§
D)
"3
.t^
L.
>
ra
ra
o>
*E
01
0)
L.
o
o
01
.21 o>
01
"1
*—
w
_
ra c
"o. "^
J=,
0)
o. _ra
o ">
ra
ra
•n •'
c
01
.£ •ü
ra "3
u N
.2 C
o
C
o
c
"E
aï
1"5
-o
o
S
cc
(J
ra 4-*
a. u
ü
•H
"rö
c
(U
•D
!^*
N
E
i_ •o
C
4-<
_co
O
a
o
CM
o
•D
C
O
k.
C
^2
"S
TJ
o
E
O)
>
O)
O
CL
c
[0
O)
TD
E
'5
O
_Q)
"4—
L.
CD
3
*-"
'«
01
T3
C
0)
"w
'>
u
D)
CD
<ü
0)
01
JQ
C
<ü
c
O
c
ca
0)
r
o 15
0
'^
ra
c ra
c
'E D)
0)
O)
O)
O)
1-
0)
01
ra
a
O
..e
03
0)
CD
U.
^
w
o o "w ra
u c
ra
w 01 ™* 5
•a
*™
0)
c
"ai
»«
k.
nstructie v
o
cc
sdamweg
ra
•o
D)
o
o
<» £ "S-f
01 C £
01 03
<1\
<L
li
J S"
^
-LW
~-,
O3
U-> L_
O
"5
ïï03 S
<u
^>
CO
D-
•^^ e~ -a
ro
QJ -H-
-
C
CD
UJ
/ - •._* =ert
"
5 (o 01
_c o t3
S"
03
«J
Ir.
-
i 14.1
-o S ~
.cu
"N
c ~ w e»
a) o a3 S
•—
111 f-
?
)TS -°c
t- o>
a •£ .£
^
0
Q.
v-
O
•D
CD —1 C
01
S" C CD
» <o O
a
> ^ >X
c
to
«|5
i-i
CO
"D
CC
CO '^
IM
O "D .£
>
.
ü
d
'-S
^
O 05 "C
"O J3 D
•o
S»J3
5 w
tö3
03 -D ~
C
^
O)
c-
x
Uitgangspunten
Rotterdam Airport blijft sterk op het westen georiënt
relatie met de overige ontwikkelingen in het Noordra
visuele relatie met 'Park Zestienhoven1. De wegaans
indirecte relatie met de ontwikkelingen in de zone lai
4.2 Model Terminal West
03
m
>
*
fO
m
S jc
3 •<M
u -iC
C
c
§
—
—
01 03
g. » ^
•* c £
11 £ g
S 2 E
03
S 2
C
C
^
CD
OJ
L_
p—
03
'C
o a -^
-1 0 g
03 -t-1 >C 5 03
g
2 -ci ^-ot
rn
ta co
CD
_
^
ra *«
•o ë »D
c ~o
01 '5 M
w
rl "
rrt N 3
ïj
<n
_TÜ
CO
>
1 -- r
*
O
03 "03
> =5 -g
Ê
+->
N
> .i:
CD «J
> "D
3 ~Ö>
.n c
•S
^c
O
5
-rj
i:
Ü 13
D *** :=r 03
~~ O) U «
CD Q3
•^ ^
13
S
o w
o ro
° 5
c
m ni
O3
> ~° 01
w £
i_ CD 1
03 CO
•g c
0
N
03
g
5
03
S
-d o
"03
C
"Si
Cl »
5 en "O
-° o .E £
C -D 403 01
C
CTl
^JJ
"2
01
3
o 5
C **
^
3 (13
CO ê
-^ W
_ o •n
CD — ffl
•l-1
c
C
«
03
"O
£ g
§
^
S
Ü)
-C
01
OD
* §
C r
f S
03 O
| £ ff
c -°
S*
S o
03 £ *S
0
t •C
0
u
-g-^
«< ^
: 03
_
_
03
i-j
L-
5 E9
CO
03 e
—T
"n
D
>
T3
>
:=- o
-S
^
CO
Z .E
CO C
> G3
m >
? 0
ü
0
."
C rsi
O t-,
NJ
i-
_.
13
C
o.|
N
_c
1
CO "
5
r
'5
i_h_
OJ
>^
'd
C
*> c ^ •c s
n -5
^ •c
«
c
I*i
n «
0 S»
lx
^
1
Q.
o
Cfl
C ^
Si
.
2 ^
01 ~ >
<D
C "D C
0>
OJ
«0
^ ®
03
?, "° (U
S "°
.= g '5 -u c
N i- CD
S oo +-01
"N
L: 03Q3ji |"
o c
< CD
O
>
O CD
N g
C
W
C
S 2 tS
§
-E?"0
1*1
° c c C
o w
-,
2
9
CD 03 01
> ~ 03 w ^
00 C
3 CD
C § § h- JO
03
01
(sj
-n '^
M
—
C
W
ö»
Q
>_"
rn T^ •— 01
"D
^.°^
CO
ca
Q
C
03
C
-^
CD
>
a
5
5
£
™
>
c
03
C
C
03
o o
ai
c:
.„
1^
D -C
—
403
C
03
'.p
-C
03
._
N
*
M
Co "^
> 0)
rc
O
o
>
c
•c
. U "D
ra -> JH 2:0 CD
>
f-
ji
C
4-i
01 en (— •° cn
c O .w
to
c
'tó c
L co
31
C
03
<1! O
Q)
*- -r- 03 •t-J
ü i -DS §
u.
*-• •—
'ö1
O) O
— "O
*-• C
0)
03
«
CO
l
o
• "° E •D
ï » E03
01^
(O
o
o
ff.
i
o c
S^
«
03
W
iï 9- =
Q o o.
01
_ c
KJ
C
o> S ^
.c
Q. •> c
.C
+-i
o
03
0 "« ?
N C Oï
^ C
CD g
(0
i_
-^
.2* tt _o
-C
>
M <
o
ï ~~
5
.2"° 5 g
- »a
•D
03
•c •£ "
+_,
03 T3
.2
IQ
CD ^ 03
> ^ "°
2 fli ±±
.3? S S
ra £ c
o CD 0
S CL
C
i_
'• —
-C
VJJ
-c' aic c
Q N
c
p
P as
.2. ^ '
to
«s
D) 45
CO ^ C/1
A 3 "D
r1--
o>
-o
P
-o en
CD
O
»-"
C^
CO
3|
C U
-ü
03
'd
-—
^
2
j«:
J
" E
1 ra
1
•^
'i
u
£CO S.
^J
S^
— C
+-j CO
0
c-i
>
4—'
9- c
?
*
<3. O
c ro
°
c
-S *^ 03
«
Q)
J
_C
-
"ai
1^:CDN
•a
•4—
O
o
SI
t-J
CO
CD
4-1
c/>
03
_a
ai
01
5
a.
o
Programma
Het zwaartepunt van het kantoorprogramma op Rott
ook de terminal bevindt. Aan de oostzijde verschuift
bedrijven.
Het programma in de zone langs de G. K. van Hogen
het bedrijventerrein Hoog Zestienhoven.
(O
w
03
Relatie met Noordrand Rotterdam
Langs de G. K. van Hogendorpweg is een ontwikkelir
opgespannen tussen de RandstadRailiijn (nu nog Hol
openbaar vervoer bereikbaar via het RandstadRailsta
tussen de NS-stations Schiedam-Centrum en Alexan
Zestienhoven. De Noorderpoort is toegankelijk vanal
QJ
Structuur
Het luchthaventerrein wordt omsloten door een singi
van de hoofdstructuur op het voorterrein is de Rotte
van het luchthaventerrein. Via deze verbinding is hei
bereikt kan worden via de Vliegveldweg.
Het voorterrein is verdeeld in drie oost-west gerichte
Het zuidelijk deel van het luchthaventerrein presente
luchthaventerrein en 'Park Zestienhoven1, waarmee
luchthaventerrein sluit aan het bedrijventerrein Hoog
•
C
Rotterdam
leggen) A 1
""^ c
T3
3
o
a
£.
n
•^
3"
u
in
s"*
i i
|?
3 «i l
J
S" o pi
g M
§.3
"^""^.ITifliiuiiiiiiij
: :
•• - '-^ -f;-"•"•••
Mir! --ï-i -:'-:
'U
—j
Structuur
Het luchthaventerrein wordt omsloten door
oostzijde van het vergrote platform komt eein nieuwe terminal te lig
Wilgenpias. Dit nieuwe voorterrein heeft een dubbele oriëntatie: oo;
Zestienhoven 1 . Op het voorterrein liggen de luchthavengebonden fu
De as vanuit de Noorderpoort loopt door teiT zuiden van het luchths
loopt openbaar vervoer, namelijk een TramFMusverbinding. Ten zuidi
georiënteerd op deze as. Het voormalig voorterrein functioneert als
ontsloten via de A 13/Doehkade en de wegten zuiden van het luch
Uitgangspunten
Door de verplaatsing van de terminal naar de oostkant van het platf
richting. Daardoor wordt een relatie gelegd met de ontwikkelingen r
De aansluiting met de A 13 via de VliegveldIweg blijft gehandhaafd;
direct ten zuiden van het luchthaventerrein die via de Noorderpoort
de Randstad primair via deze route ontslotein (zie figuur 7),
4.3 Model Terminal Midden
ng vormt tussen de Groene Loper en 'Park Zestienhoven'. Aan de
en in het verlengde van de as naar het verplaatste station
waarts richting Noorderpoort en zuidwaarts richting 'Park
cties zoals parkeren en kantoren.
enterrein en sluit aan op de Rotterdam Airportbaan. Over deze as
i van het platform ligt aan de singel tosse kantoorbebouwing,
antoor- en bedrjjvenlocatie aan de Groene Loper, tweezijdig
Haventerrein.
rm verschuift de oriëntatie van het luchthaventerrein in oostelijke
nd de G. K. van Hogendorpweg en met die in 'Park Zestienhoven'.
Jaarnaast komt er een ontsluiting richting stad via een nieuwe weg
ansluit op de G. K. van Hogendorpweg. De luchthaven wordt vanuit
o o '-' <B
o:
o)
>
CD
Cü
^
CD
~ÖJ
D)
C
'w
c
CD
03
-^
. C
•*-•
-C
Programma
Het programma in de Noorderpoort bestaat hoofdzakelijk uit kanton
Zestienhoven is onderdeel van de Noorderpoort, hetgeen effect zal
luchthaventerrein ligt het zwaartepunt wat betreft kantoren aan de
de zuidzijde langs de singel en aan de wegten zuiden van het lucht
voorterrein aan de westzijde van het platform raakt functies die me
een kantoor- en bedrijvenlocatie op het lucrIthaventerrein aan de Gr
i, voorzieningen en woningen. Het bedrijventerrein Hoog
ebben op de programmatische ontwikkeling ervan. Op het
^ostzijde van het platform, aansluitend op de Noorderpoort. Ook aan
aventerrein ligt het zwaartepunt bij kantoren. Het voormalige
de terminal verbonden zijn kwijt, maar behoudt de kwaliteit van
ene Loper.
antoren, voorzieningen en wonen, welke met openbaar vervoer
In de toekomst komt er mogelijk een HSL-shuttlestation. Met auto
vanuit de stad via de G. K. van Hogendorpweg.
ïiminal, waardoor het bedrijventerrein Hoog Zestienhoven onderdeel
aven fungeert als westelijke pool van deze as.
c > S ^ ^
Relatie met Noordrand Rotterdam
Aan de G. K. van Hogendorpweg ligt een ontwikkelingslocatie voor
wordt ontsloten via het verplaatste station Wilgenpias en TramPlus
is de Noorderpoort vanuit de Randstad bereikbaar via de A 16/13 e
De Noorderpoort is opgespannen langs de ais tussen Wilgenpias en
gaat uitmaken van de Noorderpoort en het voorterrein van de luchtl
o
-o
Dï S
S J= °
4= «- P
„ J f . ' ï ' 1""Ml".iVr~"i'; : ',"'"'
""^-'": •
-'.•-j-.-j--!- .' 1' r- ,1 'i } t . ; | [ /•--.- -ii-i' . _ ; • -
:
"
- '
:
'
' '
-
' - ''•'• ' !
*
"
-:'
! :''•
- . - I .-?•'
'
:'i';
'1.1 .
""
!! J'S"':'"'!"'-"!"'1 '<' '' ' ^-iVIi^Viil
*s" ni
is I l
:
--^->.I;^l"vJ!:!.!
"~""*?5f:J1 . '•
^;;^dt^^cri:-ij
iij */:",
il H
<T=r BT7T1
^•;>'^^-;;tf^':T|:¥ -'"• '• V l^^y^f^
Z^^ff^fftKk'& l-l£S--;Hg'-::^
,.
••
"^'"
<;
"' -"
CD
c "° ei
E •D
CO CO -^ ^
*£ R cu
o
ip •* o ***
**—
•i-»
•i-'
Q.
CD
_C
'c/J
^
2
ü
C
tfl
CU
c
'to
nï
_co
Q_
CD
>
V)
"CD
13
o
E
-D
E
—•* . .
o —
-a
CD
O) "d CD
O) O)
s!
>s
w ~
t;CO 33
-Q
s <"-r)
(13
m
u^ CO
CD
C >
"D ^
0 ra
'5
w
O
CO
C
W
0
O
f""^
Q
ci -°
ra -1
-c ü_
CD
>
"•M
D)
CD
_CD
Hm
•
u.
CU |
±1
U.
1
c c S0 n £
CD o c
CD ^
> j*:
9
>
O
CO
Q..E
(U C
> CD
CJJ
w
w
W
g
«
CD
CO
CD
CD
C
E
o
•o
c
cu
<D
4—
CO
4—1
o -5 o
c -o M
O >
—'
0
D
c c
""
.c C CO
*-• CD CO
OÏ
.c
ü
E o -ü « c
_2 '5
.ü CD o
1>
•+-- .> "5. 2 CD '^ cc
C ^ 10 >
<u
t—
10
jz o o
F, ü c
c CO O -* c ^
cu c > .2» | CD
!5
D
•a £ -o M
'5
-D c -c
C
O -M 1«5
"QÏ X3 W $ c CD CD
c OÏ-- "0
CD cu
CD
0
CA
CO
E
C
05 >
c
^
c
(U
•d
.9
CD 'N
E
<D
(0 •ï c E o en *->
cu
o
-c
.E
"o. co 'S
(~
c
11"
fU •*_
w e
E o» O
0 -C CD
.c (D -a
o
c
4- CU r- P C
£
u
(0
>
>
cu
'c
4-^
!c
ïl
IW
>
CO
? 1s
•S «
to
OJ
X
T3
ntoren,
itie
cu
TD
•^
ca
in
+J
CO
CD
-y
é-
CD
•D
c
0)
CO
CD
+->
O
d
<
£
CO
•D
cü
c
(U
"cü
±*
*:
>
4—1
C
o
V)
D
1
'•l-
ca
CR
CD
c > o
CD cu 5
4~>
10
O)
CD .C
w
•* S
CD
ö
-o 5
o 5
O Q. *-
a
e
o
o
a.
w
o
QJ
C
:= CD
52
O)
ö) .5 c
c
tn
l_
*- O
•ia
— en o
_c — z
(U « 0)
•D
^: Q
TJ
^->
o
cu
E
w
c
Q)
13
C
O
.a
i—
4-"
•o
CO
CC
•4-J
O
c c "03
o S cu
4= ^ •o
-o « <" c
cu
c
o 2 § cu
c
W O
c
CD
<D
Q. CD >
"- O CO
X
> >- .C
£
-S Ü
5 S _D
c 3
CD
i- •D
C
CU
cu
0 O ^
o o E
Q.
o
«1
CD
CO
TD
C
<D
CO
CO
/enfuncties. V
ein.
Ü
CD
CO
CO
t met wonen,
9 zones: een h
c
genpias de Noord
ine ring verdeeld i
t minder direct ve
VJ
kantoren, voorzieni
iventerrein ligt een
ra
CO
c
_C
Q S o
-d
voorzieningen
terrein en plat
kkelingen in di
uidige voorten
n het voormal
idel Terminal P
c
Programma
In de Noorderpoort ontstaat een geme
station Wilgenpias is de dichtheid hog
5 QS c"
o» ca
0)
•D
tomobilist is d
de automobili
ei
0
t->
Relatie met Noordrand Rotterdam
In dit model vindt de meest verregaan
Rechtstreeks ontsloten vanaf de A 1 6
voorzieningen en luchthavenfuncties.
direct verbonden met station Wilgenp!
RandstadRail.
!s
^
snterrein wordt een lieuw langgerekt
een nieuwe termin; 1 met voorplein, p
3 Wiigenplas. Het v lormalige voortern
drijventerrein, direc grenzend aan de
rden gelegd door hi rstructurering van
ten aan op de Vlieg reldweg. De invull
ithaventerrein versi
O
CM
Dorderpoort. Voor
Rotterdam Centru
de Noorderpoort
-shuttle) optimaal
CD
>
c
•a
ca 1
"> t-CD
4-1
cu tn E
Structuur
Ten zuidoosten van de taxibaan, voor
zuiden daarvan ligt een zone voor plat
bijbehorende kantoren. Ruimtelijk gezi
de oostzijde wordt omgevormd tot eer
Noorderpoort. De basis daarvoor kan r
1 (zie hoofdstuk 5). Twee assen verbi
voorterrein en de strook grenzend aan
de luchthavenfund
:wikkelingen in de h
en A 16/13. Vanuit
de luchthaven naa
st mogelijk een HSI
03
CO
Uitgangspunten
Het belangrijkste uitgangspunt van dit
Hogendorpweg. Hiermee wordt de luchthaven
luchthaven vanuit de Randstad direct 1bereikba;
G. K. van Hogendorpweg naar de lucht
openbaar vervoer (RandstadRail, Tram
4.4 Model Terminal Oost
CD
"O
c
o
^
_co
-^ i_
CO
i£ £
£ c
(j CU
_D .>.
C -D
(D
c -Q
0) c
C CD
O
,
ÜJ
05
cn
CD
c S
5 S
tj) ca
c -*
C
> ü
-CO
C SI
\w
£
3
D
CD —
= 03
E ^
•— 5
c
«1
*-•
•>
Si
cn
w
"
§5-t
-^
CD
-0°
E o>
-
fï
fl
O
S.
o
o
ft
i. n
°?
3S l J
+3
"5i-
0
O
0)
ari
0)
(0
Ë
o 'S
^
jj +- >
0) OJ
Qï O
•o .? .- m
G)
^
.c 2 • a c?
^ •o
U 0) «
c
0)
t=
i- s J -S 5 > S g «
2 s t s - 5 - S a &f
CD
03 >
"4--
CD •«-'
'5
irie evenwijdige oost-westgerichte zones ontwikkeld. Parallel aan de
het voorterrein waardoor deze gezoneerd wordt in drie stroken die
Ie luchthaven georiënteerd op het westen. De terminal blijft op zijn
an nieuwe eisen, onder meer vergroting van de capaciteit. De
toegangswegen: de vormgeving en profilering van deze wegen wore
s ook een recreatieve functie vervullen zijn fietspaden in de profielen
e waarin de terminal daarvoor niet op de meest geëigende plek ligt,
T der Duijn van Maasdamweg. De ligging van het voorterrein aan de
jurvriendelijke oevers op de overgang van het hoge, niet verveende
Het imago van Rotterdam Airport als zakenluchthaven wordt in
n een hoogwaardig kantoor- en bedrijventerrein op het huidige
•a
In de eerste fase van de herontwikkeling van het voorterrein
huidige locatie liggen. De terminal wordt verbeterd en aangei
Vliegveldweg en de Rotterdam Airportbaan blijven de belang
daarop toegesneden. Omdat deze wegen naast een represen
opgenomen. Om de relatie met de stad te verbeteren in een
wordt een tijdelijke verbindingsweg gemaakt die aansluit op
'Groene Loper' wordt vormgegeven door een brede singel mi
land naar het kantoren- en bedrijventerrein van Rotterdam Ai
eerste instantie op korte termijn verbeterd door de ontwikkel
voorterrein.
In aansluiting op de huidige structuur van het voorterrein wo
Rotterdam Airportbaan lopen twee andere ontsluitingswegen
5.3 Opwaardering van het huidige voorterrein
Uitgangspunten voor de opwaardering van Rotterdam Airporl
huidige situatie:
locatie (welke mede in verband met brandveiligheids- en
• behoud (en mogelijke uitbreiding) van de terminal op de r
operationele eisen op korte termijn reeds wordt gerenove
• ontwikkeling van een hoogwaardige locatie voor luchthav
tonden en luchthavengeoriënteerde bedrijvigheid;
• zoveel mogelijk behouden en benutten van de bestaande
uur van het voorterrein;
liegveldweg;
• verbeteren van de kwaliteit van de aansluiting op de A1 3
• verbeteren van de relatie met de stad;
o zo veel mogelijk voldoen aan de technische en ruimtelijk-ieconornische randvoorwaarden zoals geformuleerd in paragraaf 3.2;
« rekening houden met de eisen van de definitieve modellei
e ontwikkelingen in de Noordrand.
5.2 Uitgangspunten eerste fase
(D
het gewenste ambitieniveau te halen. De ingrepen op korte termijn
c
Ook voor de korte termijn zijn een aantal ingrepen noodzakeli
mogen echter geen van de modellen voor de lange termijn uil
5.1 Inleiding
00
CO
T3 ^
C 03
-o o
(U
>
CU
E CD
O) CD
c
_Q
T3
cu
L_
m
CD
•D
CD
il cu
"03
Ë
CO
c
*c
a>
>
"cu
C
•o
-o
c
o
•*--
CD
-4-1
3
b-
O
*-•
<D
•a
-Q
rv
.ü
E
£ ??
o
CD
ÏÏS
CD
C
.. <ü
"CD
JZ
5
£
> en
ro 'S
^*o>§ X
S c cu
•a <u •Q
tö c C
CO
«
Oï
.c .c i_
CO
^ CO
O CM"
e
a.
CD
O
^
"E
<3-
ö
c
CO
4--
CD
>
CD
U
CO
a.
w
_o
•*—
O
e
CD
N
-LJ
Q. g
0 t
S ÜJ
•a '5
CD
CO
ro
C
<t
t
• •*—'
<D T3
£
& ^
> -o
§ 0
a
w
CD
co
-Q
C
S
-1
c
<u
0) 0)
Q. CD
0 0
Doordat sprake is van herontwikkeling si het totale oppervlak eerder
een betrekkelijk hoog percentage van hi3i terrein als uitgeefbaar woi
op het luchthaventerrein afwijkt van die ! in het referentiegebied is hè
verhoogd te worden tot 0,5 1 = 0,4 x 77/60).
beschouwen als netto dan als bruto oppervlak. Daarom kan dus
T beschouwd (rond de 75%). Omdat de netto/bruto-verhouding
l van Rotterdam Airport op dit moment niet mogelijk wegens het
laar-vervoersontsluiting verbetert zijn- er meer mogelijkheden op
mogelijkheden.
cz
_C
Een pure kantorenlocatie zoals Brainparlk Kraiingen is binnen de grer
ontbreken van voldoende hoogwaardig
dit gebied. Meer openbaar vervoer toev'
Airport en op het overige nog beschikbaar komende terrein,
1 van het deel daarvan dat als meer hoogwaardig wordt
isbruckweg. Voor dit deel van Noord-West gelden de volgende
d van gebouwen tot het openbaar gebied van 8 meter en
ruimtelijke kwaliteit van het gebied als hoogwaardig kantoren-
igrijke kwaliteitsdragers van het voorterrein.
Van der Duijn van Maasdamweg functioneren nog een aantal
drijvigheid, *oals de catering van vliegtuigen en andere
c
Als rekenmodel voor het programma op het voorterrein van Rotterd?
wordt uitgegaan van het bedrijventerrei!n Rotterdam Noord-West en
beschouwd (meer kantoren, minder bed
waarden.
Het totaal bruto oppervlak is 8 ha groot
• waarvan 4,8 ha uitgeefbaar 1
E ~
5.4 Programma eerste fase
£
In het uitgeefbare deel van het voorternïin vormen een minimale afs~
parkeren op de binnenterrein de belangrijkste randvoorwaarden voor
en bedrijventerrein (zie figuur 9 en 10).
O
t name gezocht worden binnen de blokken, om de allure van de
an optimale presentatie van de blokken aan de wegkant.
CO
CM
zich oriënteren op de wegen. Parkeerruimte voor de bedrijven moet \
hoofdontsluiting goed tot zijn recht te d oen komen en te zorgen voo
Bezoekers van de bedrijven kunnen langis de wegen parkeren,
Er ontstaan drie sterlocaties met hogere dan wel bijzondere bebouw
Rondom het platform is ruimte gereserveerd voor platformgebonden
ondersteunende diensten.
Naast de Rotterdam Airportbaan en een deel van de verbinding met
wegen als ontsluiting.
De wegenstructuur, de openbare ruimte en de singelstructuur zijn b*
c:
ro
c
u
Q.
O
+->
CD
E
-t-"
.£
'-5
c
(U
N
Q3
Q
c
cu
tfl
CO
CD
CL
CD
C
CO
CD
Q.
O
•o
cB
CO
'ËÖ
M—
(U
T3
J^
"cü
^
CO
N
•D
O
O
01 0) C
•*-•
•^ -D
w
03
03
TD
O
C
Ja!
>
N
03
03
>
03
O)
JO
C
03
<u
IA
0)
J*
03
•D
£
03
_c
Ja
c
03
C
•o
Q)
E
CO
CL
T)
13
j*
03
O
Dl 03
IS)
C
CU
03
0)
03
TJ
CO
'CJ
T3
0)
-Q
O
C
O
J*
CD
O.
D
CD
c
03
W
C
D
_c
W
U
•t—"
•o
CD
CD
<D
O
N
CD
C
03
m
•KJ
CD
c
"cu
v-
03
03
O
M
0»
C
03 O
>
CD •D
JC1
t.C
Ü
o
t—
03
JC
C
03
<D
05
+-J
03
CD
CL
•4-J
Q. CD
O .C
CL
i_ o
cc
03
•O
C
CD
03
03
n
CO
CD
03 Ja:
o
cn c o
CJ
CN
CO
CO
CO
en
CO
C.
O)
JC
ai
'~o
o
c
cn
ra
ca _ra
CO
Q.
CL
c
03
03
.E
"M
C
03
Ju
ca
Q.
C
(O
J*
CO
CO
c
X
CD
O
4—>
01
QJ
L_
ra
c
o
o
c ra
0
JC
£ c
o 03
.M
CO
c
cu
.CD
CD *«—
p»
•*->
x: "03
03
Ü -a
c
o o
03 CD
03 Q.
Q.
cn
c c
•o
CO
CD JC
CO
CD
CD CD 0]
03 JO O)
JÉ
>_ C 03
CO CD i—
J3
C C
CO
CD 03
CD
JC C
Ü
"o
03
IU
C CL
03 CO
C C
CD
03
JC
<:
2
03
cn
a
c
03
CD
T?
CD
03
O)
03
L_
^) c
^ 03
CO
03 T3
03
CD
ja
cn
c
c
cc
1—
03
U3
CL
LO
O
03 LO
03
C
03
Dl
03
CD
o
"c
•o "ai
CD
03
c
o
w
ro
ca
a
•a
o
C JÏÏ
Z)
.92 CO
'03 *+—
OC -a k,
03 03 03 o c CO
<-• a. 03 c
CD JO
cn •o CO
j*: c C
Cü 03 C •a
03
c
o
CD
c
15
C
>
"5
c c
CD
Dl
03
-Q
c:
C
CO
Q. 4O o
t/3
'x
ra
*""
o
o
'N
O)
C
^
o
CD
1—
03
CL 03
03 ~L_Ï
03
CO JU
CO
CO
CL
03
D. Jsi
c
o
o
O
O
et
•>
, ja
03 i_ 03
5 ^
JU
o
o
to
r--
C
ordt onderscheid gen
s van de luchthaven
en zijterrein worden
ouwde parkeervoorzi
03
N
03
>
W
o ra
CD c
03 "c
cn 03
£
«4—
E
c
CO
>
CO
r-
C O
03 O
LU LD
CN
TD
03
"N
^
4-1
03
CL
>
C
CD
i—
CO
_ro
CD
"D
t»
03
0)
>
03
J^
«-"
~ÖJ
Q) CO O
'O CL O
C
CO
C
Cl)
CD
j-j
C
n t/1 'M
*J
•£,
CD
ü
CO
C
C
03
j*:
CD
E C "o
ca a> n
<ÏS ca E CO
-ü 03
03 01
-ü "0
o
C
Ü3
CO
c Jbi
03
o
CD
>
t het parkeren
n bedrijven en
itoren
bouwe (bijvoorbeeld i
rkeren
t het luchthav
' meer
an de bezoeke
gE l
=»
o
<O
ntoren
CM
C
CO T3
(kortparkeren): daar\
bussen (het voorrijcir
itsen voor bussen no
c
ra
>
nnen
CO
CO
•D LU
CO
CO
CO
CO
CO
CO
E
o
w
03
"co
CD
CL cn
cn
^5
CD
CL
'
"
;5"ï.'!'. S:;'!
'
l; i j J ,.ii:--.---.-.
13
i o
'
- ' -
:
;>-V.*
,' 'f^."-"'J-^:I*'é--••
: S : . TI • - r-j ,•!! 1; :
!
;
g
.s
CN
m
rager van de kwaliteit van het plan. De buitenruimte van het plan is te
:amen de contramal van de bebouwde omgeving vormen,
t zowel aan bij de hoofdstructuur zoals die is ontwikkeld voor de
c
CO
>
r--
03
De buitenruimte van het huidige voorterrein is een belangrijk
beschouwen als het geheel van singels, groen en wegen die
De structuur van de buitenruimte van het luchthaventerrein ;
Noordrand, als bij de stedenbouwkundige opzet van het voo
Een belangrijk onderdeel van de hoofdstructuur van de Noor
£
O
5.5 De buitenruimte van het voor- en zijterrein
CO
CO
•o
** IS
I'M •—
03 13
0
E
irt
c
0)
CD
cn
5
4-1
CD
OJ
£
ir>
c
'<u
+-•
<D
03
x:
c
ca
D
^
0)
'N
_C
"ai
4—1
03
nd vormt het waterrijke milieu langs het Hoge Land. Het voorterrein
n een basiskwaliteit voor de buitenruimte te garanderen, wordt
voorgesteld de bestaande sloten langs het Luchthaventerreir
verbreden tot brede singels. Afhankelijk van de verschillende modellen
voor de Noordrand is een hiërarchie voorgesteld: een brede ; jel op de overgang van het hoge naar het lage deel (20 meter water en 5
meter natuurvriendelijke oever) en iets minder brede singel a
natuurvriendelijke oever).
et, hetgeen bedreigend is voor de veiligheid van luchtverkeer.
OJ
*-•
CD
c
CD
0)
o
CO
cB
OJ
CO
CD
•o
E
CD
N
03
o
Ü3
'Ê
OJ
•l-"
TJ
C
CD
ra
w
c
CD
cn
03
UJ
4-
r~ 'in
C
LU
T»
C
CD
03
4-1
C
CD
ra
U)
03
D)
O
0}
"03
03
U
OJ
Ë
03
ra
5
c
03
03
03
CD
T3
~OJ
CD
"03
O)
W
c
03
O3
03
O
;03
*-
"D
rarchische opbouw van het voorterrein. Hierbij is de weg ten zuiden van
t) van het hoogste niveau, gevolgd door de huidige Rotterdam
/egen (niveau 3) en de expeditiewegen (niveau 4).
J ro N
+-j •^
-o <u
De inrichting van de openbare ruimte versterkt zogezegd de
het luchthaventerrein (tussen Tegelplaats en Woensdrechtst
Airportbaan en Vliegveldweg (niveau 2). de lokale ontsluitini
ie
m
Oï
* -E
03
ans-rijweg met aan weerszijden een fietspad en ruimte voor
Tienrij. Het profiel is 28 meter breed.
rtbaan): een gescheiden tweebaansrijweg met aan weerszijden een
karakteriseren (zie dwarsprofielen):
jn gescheiden tweebaans ontsluitingsweg met een brede middenberm
1 voor twee trams) en aan beide zijden een fietspad. In het profiel is
is 38 meter breed. Dit profiel wordt aan weerszijden begrensd door
ra %
ra cn
De profielen op de verschillende schaalniveaus zijn als volgt
* Profiel 1 (Weg tussen Tegelplaats en Woensdrechtstraat}
(van minimaal 10 meter in verband rnet de ruimtereservei
ruimte opgenomen voor een dubbele bomenrijen. Het pro
brede singels,
o Profiel 2A (Rotterdam Airportbaan): een gescheiden twee
langsparkeren. Er is ruimte gereserveerd voor een enkefe
• Profiel 2B (Vliegveldweg van Doenkade tot Rotterdam Ai
fietspad. Er is ruimte gereserveerd voor een enkele bome
meter met een natuurvriendelijke oever van 5 meter als o
N
de hiërarchische stedenbouwkundige opzet van het terrein. Een
tgeefbaar gebied naar het openbare gebied. Om een kwalitatief
t vanaf de grens van het openbaar gebied een ruimte van minimaal 8
elfde reden, eveneens géén parkeervoorzieningen gerealiseerd worden.
'N
-g
'D
De structuur van de buitenruimte van het voorterrein verster
belangrijk aspect van de buitenruimte is de overgang van hè
hoogwaardige overgang te kunnen garanderen is vastgelegd
meter onbebouwd moeten blijven. In deze zone mogen, om
Deze randvoorwaarden gelden voor alle profielen.
CD
CD
.0
tfi
0)
0)
'O
c
(D
03
0)
i—
.O
•*-*
0)
03
E
o
CN
C/l
'^
O
OL
X
03
5| c
gang naar het waterrijk milieu opgenomen.
o
CN
C
ca
01
c
'w
c
0>
W
03
Qï
>
*
0
s
i
CL
S
f
;=•
5
ï
S
t aan weerszijden een fietspad. Om het verschil in
lier slechts ruimte gereserveerd voor één enkele bomen
net een natuurvriendelijke oever van 5 meter als
03
03
e
ra
Q.
03
O
in
o
c c
ra 01
ra
03
~~"
c
01
E
c:
0)
03
•M
OJ
E
in
c
ra
"05
Oï
c
03
TD
03
t—
C
03
U3
O3
C
i
a
o
X
CN
C
03
C
01
03
»
CO
£
o
_Q
03
ra ra
c
ca
Oï
03
O)
03
4-1
03
CD
£ •o
ra
W
03
CD
03
TD
•a c
03
ra
ra
O "03
CE 03
•4—
0)
CD
C
CD
E
Oï
ra •o
03
w
Q
O
c
CD
CD
-Q
"5
c
4—'
(K
O3 .C
X
CN
C
ra
•Q
0)
•d
™ 03
"ai
0)
Oï
1E
rsj
C/1
c
E
o ra
ra
ra
ra
c
c
O3
Oï
03
C
CD
CO
C/3
CD
E
03
Ol CJ
ra
öï
03
o
U3
CD
03
03
O
a>
X
"c
ai
03
"O
^ cu
"55 CL
"O X
c 01
CD
c CO >
o "o ra
Oï
o.
ra
4^ D
0 0 ^
o :<u CD 03 o ra
Q_ £ d: Ie X O Q_ c
Si
£
C ca
ca
ro
^
i—
4—
03 -C
.Q
C
CD
CD
03
CO
CD
§
*->
03
01
ra
E
rf
0)
E
CD
01
4-J
O
C
"Ë E
i_
O
Qï
C
01
H,
w
'Ë 03
03
™
il
03
01
•
03
•D
03
03
m .2? "ju
jj CO
"si
03
O O3
Q. .cu
O
O
>
03
Oï
t_
(D
j opgenomen.
en
c
CD
D,
c
O) "55
"c 03 c
ra s 01
ra -a 03
CL
w
ra
.a
D CN
03
T3
Oï
C
03
<[
CT>
03
tie w e
n. 2 enkele rijen bomen kunnen hierin opgenomen
S
n weerszijden
g.i
CT
i CD
S O.
03
T?
03
—
M—
O
Dl
03
(U
d>
-D
OJ
(U
OJ
OJ
MO
Q.
<u
4-
o
00
\"
s
t
o
CM
-
1
/
i"*-
m
1
^
*
rn
1
O
fM
"*
fM
CO
O
Q.
Oï
ui
CD
PO
O
i—
CL
U
m
no
Ü
MO
w-
O.
"E?
H-
O
Dl
• -
t_ v
=8
"
o;
i—
>
en
-^
6.1 Conclusies modellen
In dit hoofdstuk worden conclusies getrokk en ten aanzien van de modellen voor fase twee en ten aanzien van de eerste fase. Tevens
wordt aangegeven welke onderzoe
i er nog open blijven en hoe verder kan worden gewerkt.
6. Conclusies
CD
Ui
CO
c
o .:«; ra
c
>
"ö
2£.
O
.£ O)
o o c c
CD
4—1
c:
CD
-^
"55
Ui
o
E
+-j
U
'c
0>
JZ
w
0)
W
CO
CD
N
CD
CD
•o
•o
CD
t3
_C
m
(t
l niet nodig een definitieve keuze voor een van de modellen te maken. Wel kunnen de
consequenties van de modellen inzi
worden gemaakt. De modellen voldoen alle drie aan de leidende principes en de
randvoorwaarden voor de herinrich
Rotterdam Airport. Wel zijn er verschillen aan te geven in de mate waarin aan die principes
wordt voldaan. Ook zijn er verschill
mate van faseerbaarheid, de flexibiliteit en de financiële haalbaarheid.
Hiermee zijn de belangrijkste toetsii
ia voor de modellen reeds aangegeven, namelijk ;
ikenluchthaven wordt versterkt;
'ordt verbeterd;
« de mate waarin ingespeeld kan •
op toekomstige ontwikkelingen en veranderingen;
• de financiële haalbaarheid van h
CD
CD
"O
C
4-J
CD
Ü
CO
c
•D (D
CO TJ
S c
O)
W
lU
ra
o
E
+-"
CD
-C
CO
CO
£
•*->
CD
CO
CD
Q)
Dl
CO '•P
E
ra
CD
CD
c
.E
'l-,
-o
CO
OJ
5
<D
*•<
(D
E E
E
•i-i
tü
CD
•*-•
.c
.c
M— •o o
<r> ra ra
'w
cu
ty
-t-1
Model Terminal West voldoet relati
verbeteren van de relatie met de st
4-1
g» "S
Cï
en
•o
(D
O
O
T3
CD
E
•M
CO
C
E
o
-^
-fj
o
4-1
CD
E
•o
o
E
Model Terminal Midden qeeft beide : leidend'e principes op een re'alistische wijze vorm. Er wordt een stevige relatie met de stad gelegd
via de Noorderpoort, hetgeen ten g
mt aan de Noorderpoort én aan Rotterdam Airport. De plaats van de terminal langs de allee
naar de Noorderpoort schept draag
r een openbaar-vervoersverbinding. De ontwikkelingen aan de oostzijde van het
luchthaventerrrein zijn goed voor hi
van de luchthaven, de Noordrand en de stad. Het oorspronkelijke voorterrein is door zijn
goede verbinding naar de snelweg i
ging bij het vliegveld hoogwaardig. Uitgerekend moet nog worden of de extra kosten van de
aanleg van een nieuwe terminal voldoende terugverdiend worden door de meerwaarde van de kantoor- en bedrijventerreinen en of de
imagoverbetering en het beter functioneren van Rotterdam Airport dergefijke kosten rechtvaardigt. Daarom is onderzoek naar andere
kostendragers voor de verplaatsing van de terminal (met name het rijk) gewenst.
Driëntatie van het luchthaventerrein op de A 1 3 én op de stad en de ietwat geforceerde
het twijfelachtig of de ontwikkelingen rond de Noorderpoort en op het luchthaventerrein
E
relatie met de Noorderpoort. In dit
elkaar kunnen versterken.
inste aan de rwee leidende principes (te weten, het verbeteren van het imago; het
Per model kunnen de belangrijkste onderlingge verschillen inzichtelijk worden gemaakt.
N T)
J/3 OD
O
§
OJ
T3
O
0
_* S
o
-o ^ E •o
CD
O)
>
Q
Ol
ra CD
ra
o •> *-•
m
.£?
C
01
LD
CL
ro
Model Terminal Oost komt van de drie modellen het meeste aan de leidende principes tgemoet. Rotterdam Airport en de Noorderpoort
versterken elkaar. Onderzocht moet nog worden of de aanleg van een tweede platformip de taxibanen luchtvaarttechnisch mogelijk is
(n. b. er ontstaat bijvoorbeeld een grote afstand tot de toren; is er voldoende draairuimt voor vliegtuigen, enz.). Ook in dit geval moet
nog uitgerekend worden of de extra kosten van de aanleg van een tweede terminal vol*jende terugverdiend worden door de
meerwaarde van de kantoor- en bedrijventerreinen en of de imagoverbetering en het beïr functioneren van Rotterdam Airport dergelijke
kosten rechtvaardigt.
ra
>
0)
u
Geconcludeerd kan worden dat hoe meer het luchthaventerrein geïntegreerd wordt in d stedelijke ontwikkelingen rond de Noorderpoort
(ofwel hoe meer de terminal en de bijbehorende voorzieningen in oostelijke richting ops huiven) hoe groter de kans wordt op de
ontwikkeling van een werkelijk hoogstedelijk milieu ter plaatse met ook meer mogelijkhl Jen om dat commercieel uit te buiten.
Tegelijkertijd laat deze modellenstudie zien dat in dat geval de ontwikkelingen om de N< )rderpoort complexer en mogelijk ook duurder
worden.
u -n *-*
03
G <i>
+->
j*:
c
cu
CJ
5,
"S
*in
O
(U
o
03
T3
C
ra
ra
4—
+-J
E
o
ca
_C
JU
Q.
c 5
S oa- ~ r
Dankzij de verbetering die realisatie van fase een met zich meebrengt, zal in deze fase l ngzamerhand draagvlak kunnen ontstaan voor
een goede openbaar-vervoerverbinding tussen de terminal en de stad. Een hoogwaardici inrichting van de bedrijventerreinen op
Rotterdam Airport zal het imago ervan verbeteren, vergeleken met de huidige situatie. Iaar omdat de luchthaven niet echt op de stad
Rekening houdend met de verschillende mogelijke toekomstige ontwikkelingen van Ror irdam Airport in het kader van het grotere
geheel zijn een aantal uitgangspunten en randvoorwaarden voor herinrichting van het v orterrein geformuleerd. Het wordt belangrijk
geacht om de luchthaven op zeer korte termijn een kwaliteitsimpuls te geven. Uitgangs unten voor de herontwikkeling van het
voorterrein zijn het scheppen van mogelijkheden voor de uitbreiding van de terminal, hè ontwikkelen van een kwalitatief hoogwaardige
kantoor- en bedrijvenlocatie met een goede verbinding met rijksweg 13 en een directe i ijdelijke) aansluiting op de Van der Duyn van
Maasdamweg en uiteindelijk de G. K. van Hogendorpweg. Ook zijn uitgangspunten voor de inrichting van de buitenruimte, de interne
ontsluiting, de parkeervoorzieningen, de oriëntatie en de bouwhoogte voorgesteld.
6.2 Conclusies eerste fase
Voordat tot definitieve keuze wordt overgegaan, moet nog het een en ander onderzoch worden.
Er dient onderzoek te komen naar:
• mogelijke kostendragers voor de verplaatsing van de terminal;
• naar de technische en ruimtelijke (on)mogelijkheden van de aanleg van een terminal
luchthaven;
• mogelijkheden om met innoverende technieken de luchthaven zo ecologisch, groen n energiebesparend mogelijk in te richten;
* de consequenties van en mogelijkheden voor de ontwikkelingen van Rotterdam Airpi 't in relatie tot de ontwikkelingen in de
Noordrand (Noorderpoort, 'Park Zestienhoven1 en polder Schieveen).
n
•a
c
ra
>
CD
03
^
•O
5
f
E
\
c
•o
ta
C
C
S
•
B
i
t
i
l
2
y
c
CO
>
LU
.
lf>
o cn
O)
«-*
CU
g.l
S o*
^ 03
S a.
c
c
'~o (U
c c
'r*)
i—
c
3
OJ
-i:
CO
CO
CD
O
c
C
c
CD
OJ
.9
cn o
cu c
o
<D
o c
"05
03
>
0>
(D
CO
N
'S
<5
CO
meer
CD
C*?
f
c
'c
CO
0)
CL)
i_
O
-t-1
cn
"O
E
ë
4-"
f^
u
CU jD
TJ
"cö
N
01
CO
C
(U
.G
JD
.C
o
L
CD
CO
•o tr
tfi
CD
CO
O
ia
—
C
O
c £
ca CO
(D
c
TD
t_
0
e
iï a ccO
D
CU
CD
•D
CO
C
03
.SE
4—
c
-Q
ca er
> CO
05 0) •u
£ •o o
w Q. o
O 2
.9? cn Oj
'c c
T)
c f^ C
j, 3 (U
n
w
CO
W
4— >
CO
(D
5
03
CU
-C
o
C
c
E
0)
•o "03 o
c 2,
0) "*^
c
•t—>
03
o "D
t?)
o 4-1
CL CD
t— •o o
CD
•o £
Cn
o C
o
o "ÖJ
^
•^
0 0)
OJ -C
T3
0
cn
>
"03
c w 0)
w CD "5
•D
(U
T)
C
CD
C
Oï
Q>
-a cn
C
OI ra
o CO
™ o
2 c 4_l
CO
o
CD 0) "ra c
cn •D N o
c
o
1
o
ro
CO
c
CO
h- 0)
— k.
. O)
UI
CD
ro
+-"
>
C
CC
,2
'en E .E
"> w _
w
Jai
5
•!->
C
.M
"Üï
-i-j
CD
"D
CD
•4—'
z
-Q
j? .ü
"S
•M
ë "^
>
w
£»
s«
"D
D)
_c So5
i_
E
'n
w
o
.Q
03
Q
<u
03
c
C
(U
W .5 (D
ca u>
n^ <r
-e
g-
> •* nr
_*: u-
*o
> GS
> w 5?
.ü (U
•4-1
O en
o >=
13
o •°
-^ ^
03 :=1 Jrf
5 "3
B H
d
•D
0 "S
|
O "N
ni
03
D.
03
O
CD 03
N -C
~ö o 'w o
.*: QC > +-"
03
c
tn
"Z3
"2
CO w
QJ
I
-z. £
u
>
c -^ '5 *s
01
>_
CD
03
»-•
E
t-i
(D
0)
03
li
3ë
i; c
CO
W
4-
Dl
n5
C
CO
> n
c
03
'5 S
.t±
3
s:=? .?
TI
h- o.
•r; -D
03
03
Dl
TJ
1
03
0
CD
«
cc ®
-D
E ~°
c
*-•
£
C
en
—
+- SS.
c S
— o
"D
ro
o
r- ®
._ "O
O
0)
c
o
L2
QJ
.
Dl
4-i
Qï
O
£
CQ
"c -t-j
<u ™ c
™ fO
5
£
U
(D
09
Oï
•= g
.t >
0) "D
.t: c
&§
^ 73
o £
3 »
1
O s
>
N
fD
.Ü
O)
o
Q)
TJ
C
(U
CT
:=• t! "D
N o <D
O
>
'5 .sT £
TJ
Q]
•D
•*-•
"
C
03
•s-? s s
s |s«.
03 >
.2 gS
M -1
S
r.E
o to mg
^
C
>
.a c
4-1
CD
_c
ü
TJ
C
C
- CD
0)
D)
c
® -Q
S 03
?
"D
S3 5 S -E
?£:=•>
5 -c *- w
" 5§ F
? w"
*-*
V)
•— —-
4-1 •*-• Qï Q.
03 03 £ __
=
S
0
> -5 en E
ro
sis
CNJ CO
03
JZ
X -C
5 c
N <; nj
^Ej
r"=
£
ra "°
i- U
>
ffl
ca CD 5
o cu
-°3
c
DJ
X 3
c 5
03
'S
0
t c r'S
2 «5 a a
M
c
S C
05 ^ (D
> ~r. ~a
2
°
•- o
i." .E >
ü t S i .E
CO
Q)
N
01
O
£ '5
E :E
'»
^ iri
03
03
03 Ü) 03 Q.
TJ "D "O CO TJ TJ "O TJ
CD
D)
>
Q.
O
"S
.^s
= l
§03 S»
D
Dl JT
3
S o
C
'>
0} 03 Ü CD
-C TJ 'ï= T3
£>
W
CO
CO
a
•ff o
CD O
£> 5 = O
-o c D >
"ëö
rsl
" C
CN CD
_ &
C
0)
c S
03
o
03
QJ
j*:
C
~°
C CD
03
5
^
o
n
03
1»
C C
(D 03
.t QJ
?
f"
0) a
CO CO
~
03 Q. (O
^ TJ r- £
C
cu
c
TJ
4-1
03
CD
C
0>
•£ o3
ra -*
D TJ
0 C
> TJ
n TJ
r^
06
TJ
C
<: 5 r
o
o.
••v
n commerciële bebouwing op het voor- en zijterrein ten hoogst
o -*
T3
0)
>
.ï ra
co ra
o
n in kantoor- en bedrijfsgebouwen achter de gevels van die ge
voorzieningen);
(kort-, langparkeren en parkeren door personeel) niet plaatsvin
i langs het verlengde van de Rotterdam Airportbaan, met uitzo
c
S
f -5
03 £
"ö
1_
al worden gecreëerd voor luchthavengebonden en - georiënteei
uit) en de Rotterdam Airportbaan conform de ontwikkeiingsvisi
van hoogwaardige kwaliteit zal zijn. De geschetste profielen 1
ibouwkundig plan. (Dit zal bij uitvoering enige consequenties h
03
-C
O
O
tuur op het luchthaventerrein;
3in via de Vliegveldweg en de aanleg van een tijdelijke ontsluit!
interne ontsluiting aan de zuidzijde van het terrein en van de F
meente en Rotterdam Airport B. V. stemmen de planning van h
4-1
j_
L.
et voor- en zijterrein te bewerkstelligen wordt het noodzakelijk
aarden op te vatten:
o c "E
o 03 o
n gronden zal het wellicht nodig zijn de ontwikkelingsvisie te v<
Met het oog daar op en in verband met het feitelijk ontwikkeli
ntwikkelingsvisie zo duidelijk mogelijk wordt aangegeven welkt
ementen
Is suggesties moeten worden opgevat. In het onderstaande wc en voorst
Al het overige in deze notitie geldt dus als suggesties.
c
o
C
0)
0>
ienaangaande op elka
at op het luchthavent
at het voorplein (incli
at de inrichting van d<
oor verdere uitwerkin'
an de luchthaven};
at parkeren door degt
innenterrein of in geb
at het luchtvaartgebo
angs de Rotterdam Ah
X.
^
o
CD
D)
03 .£
= ~O rn
de vereiste ruimtelijke
de ontwikkelingsvisie
c
o
O)
c
"S
CO
behoeve van de feitel
: een stedenbouwkun
misverstanden, gewei
voorwaarden en welk
als 'randvoorwaarden
c
meerderf
0)
•o
at het aanwijzingsbesi
emmingsplannen.
ra
O.
oor het luchthaventerrein door de beide initiatiefnemers zal zijr
goedgekeurd, zal deze dienen als basis voor de feitelijke ontwi
raal onderwerp worden van het tussen Rotterdam en Schrpholy
lijk is geworden, zal de visie moeten worden uitgewerkt in een
c
ro
larding van deze ontwikkelingsvisie voor de
CO
CO
Consequenties
ste fase
•o
5
si
o
o
c. c
- ö>
C
03
TJ
> fll
*J
Di
rr\ Ü
03 03
> Oï
-n
iü
[O
.0
u
TJ
D3
03 C
> ra
D) fö
.2 <u
> u
>
.d
VN
«I
If
™ «
o
o
o
d
o
E
03
(J
O
c
ra
>
"D3
03
O
>
Oï
O
+-<
Dl
C
03
°'
CO
3?
SJ
s§
W
0
03 TJ
"*— •*-•
D. CO
0 TJ
ai
CO
CO CD
-D -1C
o
O ^ -C
L_
a. "i
3tterdam
worden i
Qï
c •Q
|
o
Q.
O
w
.22
ca
Ü
0)
TJ
O
O
fc
13
(ü
(D
cc c o D)
c O
CD
CD i:
-o "5
N
'C
OJ
ra ID •o c
E CD CD
E
c
c
-o "o
-^
CD
CD
"rö
CD
.C
•M
tfl
o ^ ca
c ^
co
CD 03 03
CO
•D
•«-i
w. H—'
03 CO
Q. "D
CO
"C
d
>
*
c
C
03
IE
CD
CD
•D
C
CO
ca
c
c
ca
a.
C
CD
OJ
Cü
CO XJ
c
QJ
c
C
3 _cu
M
.
"E
CD
E
"5
N
O
D.
ca
N
03
CD CO
E
U
'N
'N
4-1
ÏD
•D
CD
•p
CD
1
-t-1
-*-
a
cc
c
CD
O
CD
N
C
c
c
:=•
~v
a
rö
Oï
CD
Dl
pO
W
•a
ra c
co
m
*- CN
c
ÜJ
u
Ü
ambitien
CO
c
c
ca •a
ofdwege
^2
'C^
w .ï
c TJ
worden
O
^_,
rn
c:
"5
;tonische
D)
u ic
03
C
i om ontsluiting met behulp van openbaar vervoer reeds in de eerste
tr zullen worden georiënteerd;
egeven 'sterlocaties' langs Rotterdam Airportbaan bijzondere
an circa 50 meter kantoorlocaties (minimaal 20% kantooroppervlak
^
u
>
c
weerszij
uwings^
antoor-
00
CO
CL
cn "c
o
C
CD
O.
W
CO
CD
T)
c
CO
-4-J
o
O
•-.
0)
U)
ca
DE BRAUW BLACKSTONE WESTBROEK
F:\130\30068673\C015.130.dodr1
Raamovereenkomst Rotterdam Airport
Tussen
Gemeente Rotterdam - •
en
N.V. Luchthaven Schiphol
Januari 2001
LINKLATERS
& ALLIANCE
DE BRAUWBLACKSTONE WESTBROEK
Inhoudsopgave:
In aanmerlkino nemende'
Definities
Artikel 1
Fasen l en II
Artikel 2
Uitgifte erfpacht en huur
Artikel 3
Erfpacht Landzijde
Artikel 4
Ontwikkeling Landzijde
Artikel 5
Erfpacht Luchtzijde
Artikel 6
Omzetting
Luchtzijde in Landzijde 11
Artikel 7
Exploitatie
Artikel 8
Rapportage
Artikel 9
Artikel 10 Personeel
Artikel 1 1 Beëindiging
Artikel 12 Publiekrechtelijke aspecten
Artikel 13 Gehele overeenkomst
Artikel 14 Gedeeltelijke onverbindendheid
Artikel 15. Toepasselijk recht en geschilbeslechting
Biilaaen
•
3
4
5
-5
6
6
7
7
7
8
8
8
9
9
9
10
11
•LINKLATERS
& ALLIANCE
DE BRAUVV BLACKSTONF WESTBROEK
Ondergetekenden
De publiekrechtelijke rechtspersoon gemeente Rotterdam, gevestigd te Rotterdam, te dezen ingevolge
het bepaalde in artikel 171 Gemeentewet vertegenwoordigd door haar burgemeester Mr l.W. Opstellen,
daarbij handelende ter uitvoering van het besluit van de gemeenteraad d.d. 14 december 2000,
hierna te noemen: "Rotterdam";
en
De naamloze vennootschap N.V. Luchthaven Schiphol, statutair gevestigd te Schiphol, (gemeente
Haarlemmermeer), te dezen vertegenwoordigd door haar President directeur Drs. G.J. Cerfontaine
hierna te noemen: "NVLS";
In aanmerking nemende:
a.
De gemeenteraad van Rotterdam heeft in 1989 ingestemd met de overdracht van de exploitatie van
de luchthaven Rotterdam aan NVLS. Met betrekking tot de exploitatie hebben partijen op 4 augustus
1989 een overeenkomst gesloten.
Op deze overeenkomst zijn vervolgens achl aanvullende overeenkomsten gevolgd waarvan de
laatste dateert van juni 1999.
b.
Op 1 januari 1990 is de aanwijzing van de luchthaven Rotterdam als luchtvaartterrein bedoeld in de
Luchtvaartwet ten name van NVLS gesteld.
c.
De overeenkomst van 4 augustus 1989 is nader uitgewerkt in een overeenkomst van 17 juni 1991
waarbij Ontwikkelingsmaatschappij Nieuw Rotterdam Airport NV (hierna te noemen: "ONRA") mede
partij is.
d.
ONRA is op 17 mei 1991 opgericht en is inmiddels per 13 april 1999 geliquideerd.
e.
In 1996 is onder meer gebaseerd op de vierde aanvullende overeenkomst de dato 26/29 april 1996,
een plan van aanpak voor de nieuwe inrichting van Rotterdam Airport tot stand gekomen.
f.
Begin 1998 is het plan van aanpak nader uitgewerkt en is gezocht naar een evenwicht tussen milieu
hygiënische en economische belangen. Het afwegen van die belangen heeft geleid tot een akkoord
tussen partijen over de inrichting van Rotterdam Airport als zakenluchthaven; dat akkoord ligt vast in
een informatiebundel gedateerd 19 januari 1998.
De gemeenteraad van Rotterdam heeft op 12 februari 1998 en de Raad van Commissarissen van
NVLS heeft op 13 maart 1998 met dat akkoord ingestemd.
g.
Partijen wensen het akkoord zoals dat vastligt in de informatiebundel nader in een overeenkomst uil
te werken.
h.
Met betrekking tot Rotterdam Airport hebben partijen een milieu effect rapport opgesteld,
genummerd 1999-0108, gedateerd december 1999.
i.
Mede gebaseerd op het akkoord over de inrichting van Rotterdam Airport van 19 januari 199{Ms op
31 maart 1998 hel aanwijzingsverzoek van ONRA de dato op 2 oktober 1992 tot aanwijzin^van
Nieuw Rotterdam Airport als luchtvaartterrein ingetrokken.
/
j.
NVLS heeft, mede namens Rotterdam, bij het schrijven van 31 maart 1998 (en aangevuld kf
/
l
.'
f
L'lNKLATEfe
DALLIANCE
DE BRAUWBLACKSTONE WESTBROEK
1999) de Ministers van Verkeer & Waterstaat en Volkshuisvesting en van Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer verzocht om de aanwijzing van Luchthaven Rotterdam als luchtvaartterrein te herzien
onder nader geformuleerde condities.
k. Partijen hebben voorts op basis van het akkoord over de inrichting van Rotterdam Airport van 12
februari 1998 een ruimtelijke ontwikkelingsvisie voor Rotterdam Airport ontwikkeld, hetgeen is
neergelegd in een concept de dato 2 februari 1999 voor die ontwikkelingsvisie.
Komen ais volgt overeen:
Artikel 1.
Definities
In deze raamovereenkomst hebben de hierna volgende termen de daarachter omschreven betekenis
Aanwijzingsbesluit1
Het definitieve en niet meer voor schorsing of beroep vatbare besluit tot
aanwijzing als luchtvaartterrein als bedoeld in de Luchtvaartwet naar
aanleiding van het Aanwijzingsverzoek.
Aanwijzingsverzoek:
Het verzoek tot aanwijzing van luchtvaartterrein als bedoeld in artikel 18
Luchtvaartwet gedaan door NVLS, mede namens Rotterdam, op 31 maart
1998 en aangevuld in juli 1999. Kopie van het verzoek tot aanwijzing is als
Bijlage l aan deze raamovereenkomst gehecht.
Akkoord:
Het akkoord tussen partijen over de inrichting van Rotterdam Airport als
zakenluchthaven gedateerd 19 januari 1998.
Kopie van het akkoord is als Bijlage II aan deze raamovereenkomst gehecht.
Locatie voormalige
Bilumenfabriek:
De plaats, onderdeel van de Luchtzijde, nabij de huidige oefenplaats van de
brandweer van Luchthaven Rotterdam en welke is aangeduid op de kaart die
als Bijlage VII aan deze raamovereenkomst is gehecht.
Erfpachtakte Landzijde I:
De door partijen geaccordeerde concept akte uitgifte in erfpacht, in 2001 te
verlijden voor notaris Mr H.M.l.Th. Breedveld te Rotterdam, waarbij de
Landzijde l door Rotterdam in erfpacht aan NVLS (of een daartoe door NVLS
aangewezen dochtervennootschap van NVLS) wordt uitgegeven.
Een exemplaar van dat concept is als Bijlage III aan deze
raamovereenkomst gehecht.
Erfpachtakte Landzijde II: De door partijen geaccordeerde concept akte uitgifte in erfpacht, te verlijden
voor notaris Mr H.M.l.Th. Breedveld te Rotterdam, waarbij de Landzijde II
door Rotterdam in erfpacht aan NVLS (of een daartoe door NVLS
aangewezen dochtervennootschap van NVLS) wordt uitgegeven.
Een exemplaar van dat concept is als Bijlage IV aan deze
raamovereenkomst gehecht.
Erfpachtakte Luchtzijde.
De door partijen geaccordeerde concept akte uitgifte in erfpacht waarbij de
Luchtzijde door Rotterdam in erfpacht aan NVLS wordt uitgegeven.
Een exemplaar van dat concept is als Bijlage V aan deze raamovereenkomst
gehecht.
/"'\
Huurovereenkomst
De huurovereenkomst welke tussen partijen tol sland is gekomen;mei--
LINKLATtR.^
& ALLIANCE
l
DE BRAUW BLAC.KSTONE WESTBROEK
betrekking tot de Luchtzijde en Landzijde II en waarvan een kopie als Bijlage
VI aan deze raamovereenkomst is gehecht.
Landzijde:
Landzijde l en Landzijde II.
Landzijde I:
Dat gedeelte van Rotterdam Airport dat op de kaart die als Bijlage VII aan
deze raamovereenkomst is gehecht als zodanig is aangeduid.
Landzijde II:
Dat gedeelte van Rotterdam Airport dat op de kaart die als Bijlage VII aan
deze raamovereenkomst is gehecht als zodanig is aangeduid.
Luchtzijde:
Dal gedeelte van Rotterdam Airport dat op de kaart die als Bijlage VII aan
deze raamovereenkomst is gehecht, als zodanig is aangeduid plus dat
gedeelte van Rotterdam Airport dat als Landzijde II op de kaart, die als
Bijlage VII aan deze Raamovereenkomst is gehecht, als zodanig is
aangeduid tot aan het moment van omzetting als in artikel 7 omschreven.
Ontwikkelingsvisie:
De ruimtelijke ontwikkelingsvisie Rotterdam Airport welke partijen op basis
van het Akkoord hebben ontwikkeld d.d. 2 februari 1999 en waarvan een
exemplaar ais Bijlage VIII aan deze raamovereenkomst is gehecht.
Rotterdam Airport:
Het gehele terrein van Rotterdam Airport zoals dat in erfpacht, en voor wat de
Landzijde II en de Luchtzijde betreft aanvankelijk in huur, zal worden
uitgegeven aan NVLS en zoals aangegeven op de kaart die als Bijlage VII
aan deze raamovereenkomst is gehecht.
Artikel 2.
Fasen l en II
Partijen onderscheiden de periode voorafgaande aan het Aanwijzingsbesluit (fase l) en de periode
gedurende de werkingsduur het Aanwijzingsbesluit (fase II).
Artikel 3.
Uitgifte erfpacht en huur
3.1
De grond en opstallen van Rotterdam Airport worden [hans door Rotterdam aan NVLS verhuurd
tegen betaling door NVLS van een jaarlijkse (te indexeren, en wel voor het eerst met ingang van 1
juli 2000, ) vergoeding van € 261.000,- (exclusief BTW).
Partijen zijn overeengekomen dat de Landzijde l aan NVLS (of een daartoe door NVLS
aangewezen dochtervennootschap van NVLS) wordt uitgegeven in erfpacht conform de
voorwaarden ais neergelegd in de Erfpachtakte Landzijde l.
De NVLS behoudt tot fase II hel recht de Luchtzijde en Landzijde II te blijven gebruiken op basis
van de Huurovereenkomst.
3.2
Na het Aanwijzingsbesluit zal de Huurovereenkomst worden omgezet in een uitgifte in erfpacht
van de Luchtzijde conform de Erfpachtakte Luchtzijde en de Erfpachtakte Landzijde II, indien en
voor zover nog geen omzetting als bedoeld in artikel 7 heeft plaatsgevonden en mits aan de in
deze raamovereenkomst beschreven voorwaarden is voldaan.
3.3
De vestiging van de erfpacht op de Landzijde en de Luchtzijde vindt plaats op de voorwaarden
zoals in de respectievelijke Erfpachtakten en in deze raamovereenkomst overeengekomen
Voor zover m de respectievelijke Erfpachtakten niet anders is bepaald, vrijwaart NVLS Rpt'terdan
voor alle aansprakelijkheid welke verband houdt met de toestand van de grond waarop de ƒ
I.INKLAItRS
&ALLIANCL
DE BRAUW BLACKSTONE WESTBROEK.
Erfpachtakten betrekking hebben en de milieukundige toestand van de gebouwen en werken die
mede in de uitgifte in erfpacht zijn begrepen.
Indien echter als gevolg van een wijziging van de normen die van toepassing zijn op de
milieukundige toestand van de grond waarop de Erfpachtakten betrekking hebben of op de
toestand van de gebouwen en werken die mede in de vestiging van de erfpacht zijn begrepen, ten
opzichte van de normen zoals die gelden ten tijde van de datum van deze raamovereenkomst, de
grond en/of de gebouwen en werken niet langer meer geschikt is/zijn voor de overeengekomen
bestemming, is Rotterdam voor de specifiek uit die normwijziging voortvloeiende schade
aansprakelijk.
3.4
Gronden benodigd voor technische infrastructuur in verband met beveiliging en controle van aanen uitvliegroutes zullen waar mogelijk door Rotterdam aan NVLS ter beschikking worden gesteld
legen een totale jaarlijkse vergoeding van maximaal € 50,-- (exclusief BTW).
3.5
Rotterdam gaat ermee akkoord dat de erfpacht niet ten behoeve van NVLS, maar ten behoeve
van een door NVLS daartoe aangewezen dochtervennootschap wordt gevestigd.
NVLS verbindt zich om gedurende de looptijd van de erfpachten de zeggenschap in de
desbetreffende (dochter) vennootschap te behouden.
Artikel 4.
Erfpacht Landzijde
Partijen zijn bekend met het feit dat ten behoeve van derden, reeds vóór de vestiging van de in
erfpacht ten behoeve van NVLS (of ten behoeve van een daartoe door NVLS aangewezen
dochtervennootschap van NVLS), beperkte rechten zijn gevestigd op de Landzijde.
In overleg met die beperkt gerechtigden zal gestreefd worden naar een situatie waarin de beperkt
gerechtigden hun beperkte rechten opgeven in ruil voor de vestiging door NVLS (of een daartoe
door NVLS aangewezen dochtervennootschap van NVLS) ten behoeve van die beperkt
gerechtigden van een (onder)erfpachtrecht dat conform het door NVLS {of een daartoe door NVLS
aangewezen dochtervennootschap van NVLS) voor de Landzijde te hanteren voorwaarden zal zijn,
maar dat overigens zodanig is dat deze beperkt gerechtigden niet in een slechtere situatie komen
te verkeren.
Ariikel 5.
Ontwikkeling Landzijde
5.1
NVLS zal de Landzijde ontwikkelen waarbij de Ontwikkehngsvisie als basis zal dienen.
5.2
Bij het aantrekken van bedrijven en investeerders voor Rotterdam Airport ligt het initiatief bij NVLS.
Rotterdam speelt daarbij een ondersteunende rol.
5.3
Bij de keuze van gegadigden om zich op Rotterdam Airport te vestigen zal overleg plaatsvinden
tussen NVLS en Rotterdam, waarbij als uitgangspunt dient dat de voorkeur wordt gegeven aan
luchtvaart en/of luchthaven gerelateerde bedrijven
54
Mede gezien de complexiteit van deze raamovereenkomst en de belangen van partijen,
verplichten partijen zich over en weer informatie met betrekking tot Rotterdam Airport, en met
name met betrekking tot gegadigden voor vestiging op Rotterdam Airport, waarover partijen
beschikken en welke voor de ontwikkeling van Rotterdam Airport van belang kan zijn, te
verstrekken.
5.5
De over en weer te verstrekken informatie wordt, voor zover niet reeds publiekelijk bekend, door
partijen als strikt vertrouwelijk beschouwd
/"~^\
f!
?
LINKLAI'ÉRS
.&ALLIANCL
DE BRAUW BLACKSTONË WESTBROEK
5.6
Rotterdam zal op haar grondgebied tijdig zorgdragen voor een zuidelijke ontsluiting van de
Landzijde zoals in de Ontwikkelingsvisie is voorzien.
Artikel 6.
Erfpacht Luchtzijde
6.1
Zodra het Aanwijzingsbesluit er is en het Aanwijzingsbesluit in overeenstemming is met het
Aanwijzingsverzoek, verplichten partijen zich onherroepelijk hun medewerking te verlenen aan de
beëindiging van de Huurovereenkomst en de vestiging van de in erfpacht op de Luchtzijde
conform de Erfpachtakte Luchtzijde, voor de gehele Luchtzijde met uitzondering van de Locatie
voormalige Bitumenfabriek, alsmede de vestiging van de erfpacht op Landzijde II conform de
Erfpachtakte Landzijde II, indien en voor zover nog geen omzetting conform artikel 7 heeft
plaatsgevonden.
6.2
Ook indien het Aanwijzingsbesluit in overeenstemming met het Aanwijzingsverzoek is, blijft de
Huurovereenkomst van kracht voor de Locatie voormalige Bitumenfabriek.
Na de vestiging van de erfpacht op de Luchtzijde, met uitzondering van de Locatie voormalige
Bitumenfabriek, zal NVLS voor op Landzijde II de Locatie voormalige Bitumenfabriek jaarlijks een
vergoeding aan Rotterdam verschuldigd zijn van € 50,-.
Partijen zullen de titel voor de in gebruikgeving nader overeenkomen en uitwerken, zulks mede
met inachtneming van het bepaalde in de Wet Bodembescherming terzake.
6.3
Partijen zullen een nadere overeenkomst met belrekking tot de eventuele sanering van de Locatie
voormalige Bitumenfabriek sluiten.
Uitgangspunt is dat de erfpacht op de Locatie voormalige Bitumenfabriek eerst dan ten behoeve
van NVLS (of ten behoeve van een daartoe door NVLS aangewezen dochtervennootschap van
NVLS) zal worden gevestigd, zodra de grond is gesaneerd.
Rotterdam zal bevorderen dat voor de totstandkoming van het Aanwijzingsbesluit duidelijkheid
bestaat over een eventuele sanering en de voorwaarden waaronder deze zou moeten
plaatsvinden.
Na sanering vindt de vestiging van de erfpacht ten behoeve van NVLS (of ten behoeve van een
daartoe door NVLS aangewezen dochtervennootschap van NVLS) plaats tegen de voorwaarden
die gelijk zijn aan de voorwaarden ais vervat in de Erfpachtakte Luchtzijde, zonder dat NVLS in
verband met deze uitgifte een canon verschuldigd zal zijn en voor een looptijd die gelijk is aan de
alsdan nog resterende looptijd van de op de Luchtzijde gevestigde erfpacht.
Artikel 7.
Omzetting Luchtzijde in Landzijde II
Partijen zijn overeengekomen dat een deel van de grond welke thans tot de Luchtzijde behoort, en
welk deel als zodanig is aangeduid op de kaart die als Bijlage VII aan deze raamovereenkomst is
gehecht beschouwd zal kunnen gaan worden als Landzijde II.
Voor zover nodig zal Rotterdam haar medewerking verlenen aan de aanpassing van de
Huurovereenkomst en de vestiging van de erfpacht conform Erfpachtakte Landzijde II.
Artikel 8.
8.1
Exploitatie
Gedurende fase l zal NVLS de exploitatie van Rotterdam Airport voortzetten conform het bepaalde
in het Akkoord en op de voorwaarden als in deze raamovereenkomst neergelegd.
Gedurende fase II zal NVLS de exploitatie van Rotterdam Airport voortzetten conform de
voorwaarden van het Aanwijzingsbesluit.
NVLS heeft aan Rotterdam haar medewerking toegezegd bij het zoeken naar een oplossing voor
/'~^
DE BRAUW BLACKSTONE WESTBROEK
de uitplaatsing van wat door partijen wordt aangeduid als de "kleine recreatieve luchtvaart".
Artikel 9.
Rapportage
NVLS verplicht zich gedurende fase l per halfjaar rapport uit te brengen aan Rotterdam over het
gebruik van Rotterdam Airport en NVLS dient daarbij aan te geven in hoeverre NVLS erin is
geslaagd de doelstellingen ten aanzien van de exploitatie van Rotterdam Airport, zoals in het
Akkoord neergelegd, te realiseren.
Artikel 10. Personeel
Tussen partijen zijn afspraken gemaakt over de mogelijkheid die zal worden geboden aan de
personen die als ambtenaar in dienst zijn bij Rotterdam, en gedetacheerd zijn bij Rotterdam
Airport, om in dienst te treden bij Rotterdam Airport B.V., een volle dochtervennootschap van
NVLS.
Deze afspraken zijn vastgelegd in het Akkoord en zijn nader uitgewerkt en vastgesteld in de CAO
Rotterdam Airport B.V., waarvan een exemplaar aan deze raamovereenkomst als Bijlage IX is
gehecht.
Artikel 11. Beëindiging
11.1
Indien het Aanwijzingsbesluit niet in overeenstemming is met het Aanwijzingsverzoek of het
Akkoord en de Ontwikkelingsvisie en in de situatie dat ten tijde van de totstandkoming van het
Aanwijzingsbesluit voorzienbaar is dat de kosten van Luchtverkeersleiding Nederland geheel of
gedeeltelijk aan NVLS in rekening zullen worden gebracht, zullen partijen in overleg treden met
elkaar om te zien of tussen partijen zodanige nadere afspraken gemaakt kunnen worden dal de
exploitatie van Rotterdam Airport op basis van het Aanwijzingsbesluit voor beide partijen
aanvaardbaar is.
11.2
Indien één (1) jaar na de totstandkoming van het Aanwijzingsbesluit blijkt dat het in lid 1 bedoelde
overleg niet tot resultaat heeft geleid, hebben partijen het recht deze raamovereenkomst op te
zeggen.
11 3 Indien er niet uiterlijk op 15 januari 2005 een Aanwijzingsbesluit is, zullen partijen in overleg treden
om te zien of lussen partijen zodanige nadere afspraken gemaakt kunnen worden dat de
exploitatie van Rotterdam Airport voor beide partijen aanvaardbaar is.
11.4
Indien op 15 januari 2006 blijkt dat het in lid 3 bedoelde overleg niet tot resultaat heeft geleid,
hebben partijen het recht deze raamovereenkomst op te zeggen.
11.5
Opzegging dient te geschieden mei in achtneming van een opzegtermijn van tenminste één (1)
jaar.
Opzegging dient te geschieden uiterlijk één (1) jaar nadat het recht tot opzegging is ontstaan,
waarna het recht tot opzegging vervalt.
11.6
Beëindiging van deze raamovereenkomst op grond van het in lid 2 of lid 4 bepaalde heeft tot
gevolg de beëindiging van de erfpacht van de Landzijde.
Rotterdam zal daarbij de eventueel reeds gevestigde ondererfpachtrechten respecteren.
De beëindiging van de erfpacht van de Landzijde zal worden geëffectueerd doordat NVLS afstand
doet van het erfpachtsrecht.
^-\
NVLS heeft daarbij aanspraak op vergoeding van de waarde van de erfpacht met inachtneming \
van de waarde van de alsdan nog doorlopende ondererfpachtrechten daarbij rekening houdend \
•••' //'
1
'i'
'L
j
i
8
•
LINKIJA1ERS
&ALL1ANCF
'
DE BkAUW BLACKSTONE WESTBROEK
met rechtstreeks aan de betreffende onroerende zaken behorende bij de Landzijde en de
Luchtzijde gedane investeringen, alsmede commerciële basis/uitgangspunten waarop deze
overeenkomst is gesloten.
11.7
Beëindiging van deze raamovereenkomst op grond van het in lid 2 of lid 4 bepaalde heeft tevens
tot gevolg dat de Huurovereenkomst zal eindigen.
11.8
Indien conform de bepalingen van de Erfpachtakte Luchtzijde die erfpacht wordt beëindigd, zullen
partijen overleg plegen over de beëindiging van de erfpacht voor Landzijde.
11.9
Partijen beschouwen (i) een wijziging of intrekking van het Aanwijzingsbesluit en/of (ii) een besluit,
na de totstandkoming van het Aanwijzingsbesluit, waarbij de kosten van de Luchtverkeerleiding
Nederland aan NVLS in rekening worden gebracht, als een onvoorziene omstandigheden als
bedoeld in artikel 5:97 c.q. artikel 6:258 BW.
Artikel 12. Publiekrechtelijke aspecten
12.1
Het in deze raamovereenkomst bepaalde doet niet af aan de publiekrechtelijke taken en
bevoegdheden van Rotterdam en aan de taken en bevoegdheden die NVLS als exploitant van
Rotterdam Airport op grond van de Luchtvaartwet heeft.
12.2
Partijen zijn overeengekomen dat de Ontwikkelingsvisie de basis zal dienen te vormen voor een
nieuw bestemmingsplan voor Rotterdam Airport.
12.3
Partijen zullen zich ieder naar vermogen ervoor inspannen dat procedures die moeten leiden tol
een publiekrechtelijk plan, vergunning, goedkeuring, vvijstelUng of ontheffing met bekwame spoed
verlopen.
Partijen zuflen tijdig en naar behoren de benodigde vergunning, goedkeuring, vrijstelling of
ontheffing aanvragen.
Rotterdam zal de bij haar in te dienen aanvragen - mits naar behoren ingediend - en de door
Rotterdam vast te stellen plannen en besluiten onverwijld behandelen.
Artikel 13. Gehele overeenkomst
13.1
Waar in deze raamovereenkomst wordt gesproken over akte of overeenkomst zijn daar onder de
aan deze akte gehechte Bijlagen mede begrepen.
13.2
Deze akte bevat de gehele overeenkomst welke tussen partijen is gesloten omtrent het onderwerp
daarvan en deze raamovereenkomst treedt in de plaats van alle eerdere overeenkomsten welke
tussen partijen ter zake zijn gesloten, daaronder begrepen de overeenkomsten uit 1989 en 1991
en de aanvullingen daarop.
1 3.3 Ter vermijding van misverstanden stellen partijen uitdrukkelijk vast dat het Akkoord en de
Ontwikkelingsvisie deel uitmaken van deze raamovereenkomst en derhalve met de
totstandkoming van deze raamovereenkomst niet komen te vervallen.
13.4
Deze raamovereenkomst kan slechts schriftelijk worden gewijzigd.
Artikel 14. Gedeeltelijke onverbindendheid
Indien één of meer bepalingen van deze raamovereenkomst onverbindend zijn of worden, blijven
de overige bepalingen van kracht. Partijen verbinden zich om de niet verbindende bepalingen te
LINKLAIhRS
-£iALLIANCb
Dl: BRAUWBLACKSTONE WESTBROEK
vervangen door bepalingen die wél verbindend zijn en die zo min mogelijk - gelei op het doel en de
strekking van deze raamovereenkomst - afwijken van de niet verbindende bepalingen.
Artikel 15. Toepasselijk recht en geschilbeslechting
15.1 Deze raamovereenkomst wordt uitsluitend door Nederlands recht beheerst.
15.2 Behoudens voor zover in de Erfpachtakte Landzijde l en II, de Huurovereenkomst of de
Erfpachtakte Luchtzijde arbitrage overeen is gekomen, zullen alle geschillen welke mochten
ontstaan naar aanleiding van deze raamovereenkomst, dan wel van nadere overeenkomsten die
daarvan het gevolg mochten zijn, worden beslecht door de bevoegde rechter te Rotterdam.
Aldus getekend in tweevoud te Rotterdam op
N.V.luchthaven ^chiphol
Gemeente Rotterdam
Door: Mr I.W. Opstellen
l
10
Doo : Drs G.J. Ceffontaine
LINKLAftRS
&AI.LIANCK
Bijlage E,
Mogelijke bestemmingen zakelijk perspectief
Aberdeen
Berlijn
Birmingham
Budapest
Chicago
Edinburgh
Geneve
Glasgow
Hamburg
Houston
Kopenhagen
Londen City
Londen Heathrow
Madrid
Manchester
Milaan
München
New York
Neurenberg
Oslo
Praag
Rome
Stockholm
Stuttgart
Warschau
Wenen
Zurich
79
Gemeente Rotterdam
Notitie
Bestuursdienst
Van: drs. A. Houtman
E-mail: [email protected]
Directie Beleid
afdeling Bedrijven, Milieu en Buitenruimte
Fax: (010)4172244
Telefoon: (010)4179470
Bezoekadres: Stadhuis
Coolsingel 40 Rotterdam
Postadres: Poslbus 70012
3000 KP Rotterdam
Aan: griffie / gemeenteraad
Kopie aan: wethouder VVO
Betreft: bijlagen bij Overeenkomst met
Schiphol Group
Datum: 14 maart 2007
LS,
In de vergadering van de commissie esmv op 1 maart jl. is verzocht om de bij lagen 1-4 bij
de Overeenkomst van gemeente Rotterdam met Schiphol Group ter beschikking te stellen.
Omwille van de snelheid doe ik u deze ambtelijk toekomen, zodat zij beschikbaar zijn voor
de gemeenteraadsbehandeling van de Overeenkomst op 15 maart 2007.
Annemarie Houtman