toelichtingsnota in le id in g 1. beslissing tot opmaak Het schepencollege besliste op 19 december 2007 om wvi aan te stellen als ontwerper voor de opmaak van het ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) kern Westouter. 2. motivering tot opmaak Met dit RUP wenst de gemeente de ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven voor de kern Westouter vast te leggen in één globaal ruimtelijk uitvoeringsplan. !] '*+&' '% ten: schrappen woongebied Hellegatstraat en verder aansnijden van het woonuitbreidingsgebied ‘Blauwpoortakker’, ontwikkelingsvisie voor het recreatief gebied ^[& *_ '& 'G 3. in uitvoering van GRS De bepalingen van het richtinggevend en bindend deel * % QG %QG & ! 'K' *% QG!]' '&'& ' & % Q *! G*Q *! && gend RUP staan uitgeschreven onder het hoofdstuk planningscontext. 2 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i feitelijke ruimtelijke context 1. situering G [& *'K& 'vincie West-Vlaanderen en vormt met 7 andere kernen de gemeente Heuvellend. Westouter is gelegen aan ' 'K&QG Q' ' % land. G & ' ' G `G velland), en ten noorden aan de kern Reningelst (Po Z *K& &[& '&' &* q &? y GQG ' 'G *&GG ' &QG* Q '[&Y%&& Situering van het plangebied w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 3 2. bestaande ruimtelijke structuur 2.1. nederzettingstructuur De kern Westouter is gelegen in een kom van twee '&* ' &'** ' ' ' G G& *& '[&Y%&&zQ '' Zwarteberg, de Vidaigneberg en de Rodeberg. Het landschap van steden, dorpen en hoeves in de frontstreek, of het wederopbouwlandschap, kent een grote consistentie. Doorheen het uitgestrekte gebied G% ' &'&Y' & te verklaren door het feit dat dat landschap in enkele jaren tijd volledig tot stand kwam. Het is als het ware de neerslag van de bouwpraktijk en architectuurideeën op één gegeven moment. draagt een belangrijke historische dimensie en wordt gekenmerkt door het voorkomen van gesloten bouwK ' G + ' * '&G ningen. De bebouwde kern is vrij compact gebleven. Vanuit het historische kerngebied deint de bebouwing verder uit in een aantal woonlobben tussen de drie &K " G & ' +& ' ++K * * '&*' K &*+'* ' 'K + '**'+'Q$Y*4 Z ' K ++ & ' ++K Q K KQG % '' nauwelijks aansluiten op de historisch gegroeide '& + Q'& ' K KQG &sen de Meersstraat en Poperingestraat, en een deel van het woonuitbreidingsgebied “Blauwpoortakker”. Sanderus - 16de eeuw Uittreksel uit de 19de eeuwse kaart Reduction des plan cadastraux (1854) Het kerndorp Westouter is oorpsronkelijk gegroeid rond kerk en castrale motte, op een hoger gelegen uit ' *& ' 'y &+G ' ' ' CI' eeuw door de aanleg van de verkeersader tussen *&*G '[& ''QG*G ++K &G * ]|% ' *renhoeve, met verlinting langsheen de verkeersader. Y 'Q &*'& ''&Qgende welvaart. Het dorp breidt verder lintvormig uit langs de verschillende wegen in het dorp. De open % ' y & G &+ ' '* ' bebouwing en wordt samen met de hoofdweg rechtGG } & ' &% ' & % &+& lestraat als dragers. Q' &'K' ' ' bebouwing in het dorp vernield. De wederopbouw vond grotendeels plaats in de jaren 1919-1926. ++K ' * GG $& * Q ' G& *%% Gstraat duiden we aan als kerngebied. Het kerngebied 4 Door de industrialisering, schaalvergroting en de verbreding van agrarische activiteiten werden nieuwe, grootschalige elementen aan het landschap in en rond Westouter toegevoegd. R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 2.1.1. onroerend erfgoed Voor het onroerend erfgoed wordt in de eerste plaats de ‘ wen door de eeuwen heen’ gebruikt. Volgend erfgoed - gelegen binnen het plangebied - is hierin opgenomen: +&z*GG"& ' `G&% 'GG*% met Britse militaire begraafplaats ‘Westouter Bri&*?%4_%+G& %Q Q *GG &Q' ~&&haag. Kerkpad beschaduwd door linden. Arduinen oorlogsgedenkteken in de bocht. [ ''+G*GG% 'QG Q' &[Z 1921 deels op oude grondvesten herbouwd met toevoeging van doopkapel, sacristie en koorverlen *q?% &Z w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r Blauwepoortstraat nr. 2: Blauwepoorthoeve - voor%*ZK%&&+G& +& '' '''G // straat gelegen boerenburgerhuis met stal- en schuurgebouw. Boerenhuis: dubbelhuis van 5 traveeën en 2 bouwlagen, jaarsteen 1807 in linkerQ% 'Q%QCI=O (beschermd monument - 09/06/2004) Boeschepestraat nr. 2: wederopbouwhoeve aan de y &+G ' *+K uitgebreid in 1946. & z&&+& '' '% *'~+ *&\\& $[$[ erfoprit via betonnen brug over de beek. T zy &+G%'%G K ~& Q*+ *&~ toegangsbruggetjes gemarkeerd d.m.v. linden. Z ' z &G+ *&=& L traveeën + 3 staltraveeën &*& Lz$* G +Q hoeve gelegen op verhevenheid, aan straatbocht. Vlg. bewoner, deels wederopgebouwd gr. m. op oude funderingen. Vrij traditionele heropbouw, teruggaand op regionale hoevebouw. & z&&+& '' ]%% + *&& 'K&&*$[ &' *+ *&%+Q*rend kapelletje van 1947. T z& % ' toegang Z ' z+ *& '+Q &G 4%&'K&&*%'++K huis. +& =>z* +Q'&G% %%& C$'K'+K'' ' Z opvatting. & ' z &G* \\ straat) met dwarsschuur, koestal, 5 traveeën tellend woonhuis en stal r., voorliggend begrint erf %'%' * %keerd met hekpijlers. ` ' Lz'*&%& = +K '''GQ& CI8F+ de deur, evenwel verhoogd in 1922, gevelsteen in Q `+Q+K Q L& Glijk gelijkaardig bijgebouw , thans echter met een nieuwe indeling en gevelparament. 5 +& C`G& =z eclectisch enkelhuis van 3 traveeën en 2 bouw '''G \\&% dakkapel. Baksteenbouw met gebruik van arduin '& && TQ '+G& '+&`& %Q hekken & =`G& =Iz pastorie met ommuurde tuin. Dubbelhuis van 4 =+K '''G *X% G& bouw op geblokte, arduinen sokkel. +& I`G& C=z voormalig gemeentehuis n.o.v. architect J. Coom &Z CI;8CI;C +G& & =+K 'K'''G`% ' Vermenging van streekeigen en meer eclectische bouwvormen: markante vierkante hoektoren onder gebogen tentdak, haakse trapgevel en verbindende korfbogige doorgang voor het centrale deel. 6 +& C=CL`G& 11-13): naar verluidt voormalige kolen- en graan* '!&& Q =+K ' '+G ''G \\& 'G &%+G& +K% gebruik van donkere baksteen. & C`G& =<z % &* 'KQ&K *X% Y% 'KQ&K G *& Zichtbepalend dubbelhuis van 3 traveeën en 2 bouwlagen onder schilddak. Uitvoering licht afwijkend van het oorspronkelijk ontwerp dat o.a. een centrale dakkapel met tuitgevel. Drie traveeën 'Q&%& ^' _G& > C +K '''G Poperingestraat nr. 4: Corneblomme oude be % '+QT '&_'&grond onder 6, ‘de Corne Blomme Mathematische *_KG& T '&_Y&' Plouich. Voormalige brouwerij, thans omgebouwd && ++*& Oveeën, o.m. r. poorttravee, en 2 bouwlagen onder ''G \\&Q& C>FF && van poort. Baksteenbouw met witbeschilderde voorgevel op grijsbeschilderde plint. (beschermd monument - 09/06/2004) R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i Q & ' '% & '' 14/09/2009 werd namens de Vlaamse Regering de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed vastgesteld, conform de bepalingen van art. 12/1 van het Decreet van 03/03/1976 ter bescherming van monumenten, &'& '&* KQ' +Q ' '' 27/03/2009. Door de vaststelling van de inventaris van het bouwkundig erfgoed van 14 september 2009 treden een aantal andere wettelijke bepalingen in de Vlaamse decreet- en regelgeving in werking. & <z+^Z '}K ' % *&_&*''K & blind middenvenster, behoort bij hiervoor beschreven brouwerij. Dubbelhuis van 7 traveeën en 2 +K '''G \\&Z (beschermd monument - 09/06/2004) Poperingestraat nr. 8: Eclectisch dubbelhuis van ; =+K '''G \\ &? 'G &% G door houten dakkapel onder platdak. Poperingestraat nr. 36: Voormalig bejaardentehuis, thans jeugdcentrum op driehoekig perceel. +G& +K %z*'+K met kapel en U-vormige achterbouw rondom koer *X% ' %Q *G&& +G& pijlers. Hoofdgebouw van 3 traveeën en 2 bouw '''G &* &* &Q QzG 'K' ''G* &'&*GG &*+KQ'&G & w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r *%% G& >z$&&&&* breedhuis van 4 traveeën en 2 bouwlagen onder ''G? 'GG%&GG en gekornist puntgeveltje &*%% G&z'*G %%%*Q'+& GQ als herinnering aan de bevrijding van Westouter door de Eerste Poolse Pantserdivisie op 6 septem+CILL! '+ &%& ‘Zwarte Madonna’ n.o.v. Bruno Recki, Pools beeldhouwer die de bevrijding als soldaat meemaakte. Z && C=\= '''G een sloopvergunning van het betreffende erfgoed slechts worden afgeleverd na een onroerend erfgoedtoets. Dit geldt enkel voor constructies uit de vastge&' &' % Q 'Q& het beschermd erfgoed. Bovendien dient in toepassing van het Besluit Vlaamse Regering d.d. 14/04/2000 een stedenbouwkundige vergunning te worden aangevraagd voor de plaatsing T 'Q'& G && van art. 10 van het Besluit Vlaamse Regering d.d. =>\CC\=88; %' KQ K' toegestaan en kan er in toepassing van het decreet d.d. 22/12/2006 vrijstelling worden verleend voor de Energieprestatie-eisen en is er in toepassing van het Besluit van Vlaamse Regering d.d. 12/10/2007 afwijkingsmogelijkheid van de 80%-regel (max. kostprijs van renovatie t.o.v. totale kost) bij renovatiewerken in het kader van sociale huisvesting. 7 De hiervoor opgesomde lijst van onroerend erfgoed wordt overgenomen mits volgende toevoegingen: `YKKG Z '&+* `YG% % '&GQ G''K linden en rustbanken links en rechts ervan. Een+GGQ% 'Q'& ' G&G ' ''G+G& bouw. Rondbogige deuropeningen in een dubbele %Q& +G& &G&+ '~+ kruis door middel van baksteen half verheven % *%&+ '~ G& *& van de ingang aansluitende ovale bloembakken (baksteen). Deel beglaasde paneeldeur met hekwerk. Windborden. Rondbogige vensteropeningen 'Q& 8 [&&*?%4 De aanleg van de begraafplaats startte in oktober CICF$'K && 'K''+& aangevuld met 50 graven afkomstig van de omliggende slagvelden en uit kleinere begraafplaatsen. [&&*?%4 C>8'' begraven. Er liggen tenslotte ook 5 slachtoffers uit 'K'['+&K' ontworpen door W.H. Cowlishaw. Begraafplaats met glooiend terrein en een oppervlakte van ca. 1350m², omgeven door een bakstenen muur, afgedekt met witte natuursteen, +* &Q'K'+&_ *%*' *& gangsperk aangelegd in 2 niveaus met trapjes en aanplantingen, omsloten door bakstenen muurtjes K&%'Q *G% ' registerkastje en metalen informatieplaat. Het ^?&&_4TC& de begraafplaats. Het geheel wordt getooid met bloemperken, struiken en berken. 2.1.2. archeologisch erfgoed Door het decreet m.b.t. het archeologisch patrimonium '' X`YC<\8C\CII= wordt de bescherming, de instandhouding, het behoud, het herstel en het beheer van het archeologisch patrimonium geregeld. De vigerende wetgeving m.b.t. archeologie met o.a. de vondstenmeldingsplicht, ondervangt aldus de eventuele negatieve effecten. 2.1.3. wederopbouw Z ' '&G ' Q ' de wederopbouwstructuren nog steeds dominant in ' %KG +'% & bepalen in grote mate de identiteit en eigenheid van ' &G'&'* '%+QG nieuwbouwontwikkeling in het studiegebied een duidelijke positie t.o.v. de wederopbouwstructuur in te % '*'G& ' versterken of aanvullen. Een aantal studies werden hieromtrent recent uitgevoerd: `+] '% %K'+Karchitectuur ' & *`G&* Bij de wederopbouw van de dorpskernen bleef de && *'+*' '+ ' '%Q GG * ' '% Q '& &&*' op basis van individuele perceelseigendom pleitte natuurlijk ook voor behoud van de vooroorlogse percellering. De plattegronden van de dorpen werden echter net als die van de steden ‘verbeterd’, functioneel en esthetisch, al gebeurt dit vaak minimaler of subtieler. R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i Q KQ %K G&* &* redenen waren in de dorpen meestal meer of minder +K+' *G ' * +QG G % &+ ' Kz esthetische aanpassingen schakelden voorgevels op één lijn en vooral de omgeving van publieke gebouwen werd stedenbouwkundig precies uitgewerkt. Z [&G*&& '% *& klein voorpleintje en een historiserende architectuur met trapgevel en toren. De Pastorie, schoolmeesterwoning en gemeenteschool vormen een tweede land%G% K K' ' &' ' de inplanting rondom een klein pleintje en de hoogwaardige architectuur. De juiste inplanting en afstand voor de waarneming van monumentale gebouwen als kerk, gemeentehuis, & '&&* K'*&' bouwkundige interventies die het dorp verfraaiden en GK% % %G K' ' in de architectuur van de publieke gebouwen. K && Q ' ' '%" +K *&&**& gaan min of meer terug op hun verwoeste voorgan& " + ' * K K& historische gebouwen in Heuvelland. Voor de kern Westouter betreft het hier de Blauwpoorthoeve. * X `+ & antwoordelijk voor het rooilijnplan van Wijtschate, maakten het rooilijnplan op voor het dorp Westouter. J omgaan met wederopbouwarchitectuur K'+K ' + &G de huidige aanblik van de Westhoek. De lokale overheden wensen nieuwe ontwikkelingen kansen geven, doch met respect voor het lokaal waardevol erfgoed. `+K' +&&&'%G%& doel het aanreiken van een richtinggevend en geargumenteerd denkkader voor de overheden om toekomstige bouwaanvragen gefundeerd te kunnen beoordelen, aandachtspunten voor een ruimtelijk beleid rond erfgoed te kennen en te concretiseren via RUP’s, ... Voor de gemeente Heuvelland werd een dorpenatlas opgemaakt waarin de wederopbouwstructuren in de dorpen in kaart werden gebracht. Er wordt een onderscheid gemaakt voor bebouwing in hoofdstructuur en secundaire structuur. De hoofd& +& K ' % *'kelijk kenmerk: pleinwanden met een doorlopende kroonlijst. De hoekgebouwen vormen articulerende gebouwen en vangen de overgang op tussen twee kroonlijsthoogtes. De pleingehelen vormen het stedenbouwkundig kader %+'+K * & | articulerende gebouwen. Rooilijnplan Westouter uit 1924 (bron: Labo S, Studie omgaan met wederopbouwarchitectuur) w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r De secundaire structuur wordt gekenmerkt door een & ' G Q& Z ' & ' &tuur vinden we gebouwen terug met een uniformiteit van gevels, groepen aaneengesloten bebouwing met slechts kleine gevelvariaties (herhaling, spiegeling, variatie) en een constante schaal. Een formele con *+K' % | G+G 9 &Q '='% & K+Q ticaal vensterritme overheerst. Er komen verschillende stijlen voor (neo-gotiek, classicistisch, eclecticisme, …). J Inventaris Sint-Lukas archief % * `G&*'*% * 4& K'+ * bouwkundig erfgoed van de gemeente uit te voeren. % ' ' & Q K * ^"'GC\=_'GQ ' hoofd- en secundaire structuren weergegeven als ook de gebouwen met een uniformiteit `G&* %G '&*' && *'& & ' & `+ maar spreekt eerder van “architecturale gehelen” met een waardetoebedeling. Q' &Q G'&+&'' ' &Q ' G% ' (tuinmuur, hekken,…) mee bepalend voor de beeldwaarde. De waardebepalingen van de individuele gebouwen gebeurde aan de hand van een code: code 1: uniek '=z' GK' code 3: gedenkwaardig code 4: waardevol code 5: begeleidend waardevol Daarnaast werd ook nog een codering ingevoerd om de architecturale gehelen te evalueren: code 1: uniek '=z' GK' code 3: gedenkwaardig code 4: waardevol * ^"'G=\=_K'' & * `G&*K 10 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 2.2. natuurlijke structuur biologische waarderingskaart Hiernaast is de biologische waarderingskaart voor het plangebied weergegeven. Het plangebied wordt omringd door een aantal waardevolle gebieden. Binnen het plangebied worden volgende waarderingen aangegeven: +&*K'z de bermen in de Hellegatstraat, aansluitend op '! % +&*K' Kdevolle elementen: '! biologisch waardevol: het gebied tussen de jeugdheem en het vakantiedorp Woestenhof complex van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen: * ++K'+'&& 'y &+G en de Meerstraat (aansluitend op de speelweide) w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 11 2.3. verkeersstructuur [&K''G&'$;CO' GGnen van Heuvelland onderlinge verbindt. Westouter '&`G! &Z *G +' [&+*'&+& &$;COG K+ ' &K ' &'QG Z ' $;FOZ $;8L %% Z ' 'K&QG' '&G heel kluwen van wegen die instaan voor de ontsluiting van het gebied Zwarteberg-Rodeberg dat sterk gericht &&%+'&$;I>'[& verbindt met de Zwarteberg. het bebouwde deel tussen de Hellegatstraat en de +& '' & & & agrarisch gebied op de kaart met gewenste agrarische &TG +Q& * agrarisch gebied. Het landbouwgebied dat ten noorden grenst aan het voetbalterrein wordt aangegeven als verwevingsgebied. '+K4 &G ' '+Kgrond een waardering. De niet bebouwde delen binnen het kerngebied van Westouter hebben een matige waardering. De landbouwgronden buiten het kernge- +'GQ *K' '+K && ' y & +G ' X&& GQ *K' %K''TG duid als structureel aangetast - uit te sluiten uit agrarisch gebied, dit naar alle waarschijnlijkheid omwille van het meersen-karakter van dit gebied. ' '&G Q G +bouwde percelen overgebleven waardoor de open ruimte/landbouw tot in de dorpskern doordringt. G +K''G [&+' ''Q FLC $KGG ' ++& [&$KGG *&& ** 'GG '$plaats. 2.4. agrarische structuur De gewenste agrarische structuur wenst in bepaalde gevallen gebieden tussen agrarisch gebied en andere gewestplanbestemmingen om te wisselen. Zo wordt er voorgesteld om structureel aangetaste gebieden, gerealiseerde natuur- of bosgebieden uit het agrarisch +'& $&'K +' of natuurgebieden worden teruggevraagd als agra&*+'*% *G G& K & &* & K'%G '* ''% &T` De concrete afbakening van de agrarisch structuur in RUP’s is nog niet gebeurd. Binnen het plangebied is het onbebouwde gebied && ' X&& ' y & +G &G 12 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 2.5. landschappelijke structuur !'''&' & '' landschappen aan als gave landschappen. De term gaaf slaat op de uitgesproken relictwaarde en de samenhang tussen de landschapskenmerken. De dorpskern van Westouter is omringd door de !. a) landschapselementen en opbouwende onder delen elementen en patronen van landgebruik lijnvormig: bomenrij, houtkant, knotbomenrij (langs beken, op taluds, langs steilranden van beken) bos: naald, loof, hakhout, middelhout b) landschapswaarden wetenschappelijke waarde: De Vlaamse heuvelrij van Vidaigne- en Rodeberg & K& ' }K + y GQG & * + %%+}% de waterscheidingskam tussen twee grote rivierbekkens in Vlaanderen én tevens de bodemkundige grens && '% ' %Y ' ' ' ' *Q % & ' '& Y ' Q '% & % K' ' ' GK G & K & ' hellingen en op de toppen vormen de geologische gelaagdheid en de wisselende textuur van de tertiaire %&'+&&'+ _&%*vormige dalhoofden, stuwwater, beken, de taluds en graften langs de hellingen De Douvevallei vormt een +''&& ' 'Y%&*Q +G ' G&G QG% ' ' &4%%&*' gesneden valleien. De bossen herbergen waardevolle *++ QG'% * +& ' Z ' + +&& G% &G *% ' % K' QG *+&&GG & QG'% G +% Z * ' ' G&' ' '% QG K & ' +G & ' ' +G 'y &+G Historische waarde: De talrijke archeologische sporen uit verschillende tijdperken, aangetroffen op en rond de heuveltoppen, KQ ' +K &&*' & ' &&* * G ' ' +K' %''K& % & +K & w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r De huidige bossen vormen een restant van het voormalige en grotere boscomplex op de heuvelrij. Het hakhoutbeheer werd en wordt nog steeds op sommige plaatsen toegepast. De top van de Rodeberg had lange tijd heidevegetatie maar werd later bebost met naaldhout. De vele oorlogsmonumenten, militaire kerkhoven, gedenktekens,onderaardse gangen, … herinneren aan het strategisch belang en de wapen '**&GQ' &[Z Esthetische waarde: Z ' '&* +' ' &&* %&* * * ' Z ' ` de Douvevallei,polders, Poperinge,…) waarbij talrijke elementen en structuren benadrukt worden. De beekbegeleidende bomen en struiken én de linten van weiland in de valleien accentueren de (vaak natuurlijke) loop van de beek in het landschap. De taluds en graften langs de hellingen vallen visueel op, vooral als de helllingen onder weiland liggen of als de taluds met *&G +% +'Q *Q * '&*' GQ** door de bebossing op de toppen en in sommige dalhoofden. Het grillige reliëf en de grote reliëfsverschillen compartimenteren het landschap in visueel-ruimtelijke eenheden. De Douvevallei vormt de grens tussen y GQG'''+G+' '+ ' ' ' de heuvels met erboven uitstekende kerktoren vormen oriënteringspunten en blikvangers in het landschap. De lage versnijding door wegen, de talrijke holle wegen, onverharde wegen met houtkanten en taluds,… bieden het gebied een esthetische meerwaarde. 13 ruimtelijk structurerende waarde: ' *4' * + +' door de geologie) bepalen het landgebruik, het we ' +K QG % * ook een grens tussen verschillende landschappelijke, +'%G ' *4'&* *' De dorpskern Westouter is gevat door de relictzone Vallei van de Franse beek en Pandoenebeek Ren ningelst. historische waarde Middeleeuwse structuur rond Reningelst is nog goed *G + ' ' ' %%+G Q ' GG ' % % G& ' G&* Q' & [Z % * +' het toneel van talrijke veldslagen en het hele gebied wordt als het ware omgewoeld : alle bomen, hagen en boomgaarden verdwijnen hierdoor. esthetische waarde '&*%G &G%GG& 14 beleidswenselijkheden: Vrijwaren van het landelijk karakter. Behoud van de natuurlijke loop van de twee beken en de structuur van de valleien. De dorpskern Westouter is gevat door de relictzone " #$ . wetenschappelijke waarde: West-oost gerichte heuvelkam, geomorfologische re ++& &' *&& & '' &Z % && * ZQ *'+GG &* +'%G ' & && ' '% %streek. '&''++& %&&Q& geen doorlopende kam vormen maar door middel van +''&%G+ ' Q %& ''QG G + Q ' G` &'& G '*&ken de akkers en de weiden tot een hoogte van 110 %''&& ''& ++&Q '' +G%& * & K*' + K ' G '% Q* ' + %*- ters door terugschrijdende erosie. Aantal bronbossen % &G *% ' K YQ&*++ &4%%&*'K& belangrijkste bronniveau ligt op de kleilaag van het Paniseliaan, ongeveer 80 meter hoog. De bronnen liggen aan de basis van de creatie van dalhoofden, waar het water geconcentreerd wordt en de beken ontspringen. Waardevolle bossen met bron QGQ& natte en kleinschalige valleigraslanden met veel houtige lineaire landschapselementen, holle wegen, %*% + K' Q % ' ' beekjes, groot aantal veedrinkpoelen, schrele heuvel %G GG&+&& Q *' tot 4 combinaties : de eikenbos-beuk-hulst-combinatie ' '& ' +G +&*4 %+ ' ' '%* + de 80 meter, de eikenbos-essenbos-combinatie in de G ' '*& ' K %+ & %**' Q&*' *'&%QGGG oppervlakte door het vrij grote verschil in regenval op de heuveltoppen tegenover de vlakte gecombineerd %'+'%&* Z *&QG' ' heuvelrij is het reliëf lager en meer afgeplat. Dit komt R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i %' ' +&*%' & ' ' Q weggeërodeerd. historische waarde: %&+&& '* Q Q Q [Z**QG*&*' Q'*+bossing werden belangrijke stukken opnieuw in cultuur gebracht. Het karakter van een sterk gevarieerd, kleinschalig, half-open heuvellandschap ging dan ook voorgoed verloren. De toppen van de heuvels waren al *$*%LF88=C88?*+K 'G & ' ZQQ' !% & '& `G [Q&*& ' K*' + QG& ''" G%''K& '% `G verdwenen motte en verdwenen kasteel in Westouter, dries en verspreide omwalde hoeven in Kemmel) sug + QG %''K& K*' *'Q && '+K ' +&& '& ' 'G y& Q' &[Z%*+'* QG veldslagen en het hele gebied wordt als het ware omgewoeld: alle bomen, hagen en boomgaarden verdwijnen hierdoor. Een aantal mijntrechters, monumenten, GG* * [Z esthetische waarde: Door reliëf en de vegetatie gedeeltelijk gecomparti% '%K&& 'KQ'&* landbouwlandschap, lineair groen in beekvalleien, verspreide bebouwing met toeristische infrastructuur, ' *4+K * vooral langs de hoofdwegen. Kleinschalige gebieden &'%'+ ' ' Y' + && ' ++& Gmen grote akker- (en weide-) complexen voor met een overwegend onregelmatige, strookvormige percele- w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r ring, waar slechts sporadisch perceelsrandbegroeiing G% %QG &'+G Z *&lijke deel van de heuvelrij komen alleen op de noordelijke helling van de heuvel van Wijtschate nog vrij grote +&+& ' '& K'' grond in grote akker- en weidepercelen verdeeld. beleidswenselijkheden Vrijwaren van het landelijk karakter en vrijwaren van de heuvels van bodemerosie en te grote betredingsdruk (toerisme). Behoud en herstel van de bossen op ' & 2.6. economische structuur De economische activiteiten komen verweven voor met het wonen. *G +' [&+ '* het bedrijf Bulteel. Het bedrijf Bulteel is gelegen langs de Roodkruisstraat en omvat garageactiviteiten en autohandel. Het betreft een historisch gegroeid bedrijf dat volgens het gewestplan gelegen is in woongebied met landelijk karakter. % ' '* '&G &&' &'*'K+& & Q +&& +GG&G &%G' *'G*'+' K Q %'++K'% Y K haar toeristisch-recreatief potentieel is er in WestouG +' *G '* vooral situeren langs de hoofdweg. Het kerngebied Westouter omvat ook een aantal + *' GG +graafplaats, basisschool en ontmoetingscentrum met bibliotheek (oud gemeentehuis). Aan de rand van het '+ ' *' G '% schapsfuncties die weining tot geen relatie hebben tot *'& z' K+ 'KG 2.7. toeristisch-recreatieve structuur De Westhoek is het grootste open ruimte gebied van Vlaanderen en beschikt over interessante waardevolle landschappen waaronder de West-Vlaamse *& '+ '* * % drie toeristisch-recreatieve netwerken , namelijk de [&*G$'y GQG '`&G 15 % + [Z gaat om restanten van bunkers, loopgraven, kraters en begraafplaatsen. [ '&&' '& ''&G&G KG%G*%QG%''&G& Mountainbike is erg in trek in dit heuvelrijk landschap. Heuvelland huisvest dan ook een belangrijk aandeel aan (jeugd)verblijfsrecreatie in de Westhoek (vnl. Kemmel en Westouter). Z [&& *'ningen in de groene ruimtes van het dorp. Centraal *' +Q'y &G +G &K'% & & & & %K+den. Verweven met de dorpsstructuur is er in Westouter ook een ruim en divers aanbod aan verblijfsaccomodatie. Westouter is het centrum van jeugdtoerisme '$&*"G& &+Q& %Q Q '+Q&%'& Montsalvaet en Parsifal. Aan de rand van het dorp is er een concentratie aan vakantiewoningen, het Woestenhof. 2.8. lijninfrastructuur * +'& * &*lige lijninfrastructuur (pijpleidingen, hoogspanningsleiding, ...). 16 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i j u r id isc he ruimt elijke st r u ctu u r 1. juridisch kader * K& Z 14.08.1979), niet-vervallen verkavelingen en gelden'+Q ' T_& 1.1. gewestplan G [& & *'GQG +&%' & woongebied met landelijk karakter. Het kerngebied van Westouter heeft de overdruk ‘gebied met cultu- rele, historische en/of esthetische waarde. Verder +' K +' &+' Z [&Q G' &zbalterrein, Eksternest en Woestenhof. Het omliggende landbouwgebied is bestemd als landschappelijk waar' &* +' ' & ' y & +GK* &*GGGQ & Q G & % &*& gen (begraafplaatsen, speelveld). 1.2. BPA’s Binnen het plangebied gelden op vandaag volgende BPA’s: BPA Centrum tuinwijk Westouter - MB 30 novem+CI>F% '+&%% & &z & ++K ~ * ++K & ~ +KQ ~ K &~ + ~ ' &+*'& w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r BPA Blauwpoort - MB 19 juni 1997 ++K ~ G'++K ~ % &*& ~ ' '~ ~ K @'+Q* 'Q%~ +& 17 1.3. geen RUP’s 1.7. VEN en IVON-gebieden niet van toepassing 1.4. geen vogelrichtlijngebieden 1.8. duinendecreetgebieden niet van toepassing 1.5. geen RAMSAR 1.9. geen 1.6. habitatrichtlijngebieden T ' ' * +'Q G+Q ' +&*% & & X +' & * G*+*Q +' * ' ++G '& *G 'mein Woestenhof. waterwingebieden 1.10. beschermde monumenten, landschappen en dorpsgezichten " Q +&*%' '&* '&* + ' * gebied. Z *G [&Q K G+&*%' monumenten: Blauwpoorthoeve - BVR 09/06/2004 Wegkapel - BVR 09/06/2004 Y%KQ? +%% *+Z de Zwaan- oud gemeentehuis - BVR 09/06/2004 "&*Q G' & '*' ' QG *+ ' K' + '+&*'&K+ Z && ' *Q +&& ' Y%& ! +Q besluit van 04.05.2001 een aantal speciale bescher% & & *+*Q +' + Heuvelland af te bakenen. 18 1.11. inventaris bouwkundig erfgoed Q & ' '% & '' 14.9.2009 werd namens de Vlaamse Regering de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed vastgesteld, cf. de bepalingen van art. 12/1 van het Decreet van 3.3.1976 ter bescherming van monumenten, stads- en '&* KQ'+Q'''=F;=88I Z && C=\= '''G een sloopvergunning van het betreffende erfgoed slechts worden afgeleverd na een onroerend erfgoedtoets. Bovendien dient in toepassing van het B. Vl. R. d.d. 14.4.2000 een stedenbouwkundige vergunning te worden aangevraagd voor de plaatsing van T 'Q'& G && C8 *Y!''=>CC=88; %' KQ K' & G toepassing van het decreet d.d. 22.12.2006 vrijstelling worden verleend voor de Energieprestatie-eisen en is er in toepassing van het B.Vl. R. d.d. 12.10.2007 afwijkingsmogelijkheid van de 80%-regel (max. kostprijs van renovatie t.o.v. totale kost) bij renovatiewerken in het kader van sociale huisvesting. 1.12. atlas der Buurtwegen Het geheel der plannen, algemeen bekend als de Atlas der Buurtwegen(1840-45), wordt gevormd door: een algemeen plan van de gemeente met het geheel van buurtwegen (1:10.000) tabellen met gegevens per weg: lengte, breedte, eigenaar van de bedding aparte kaarten met latere toevoegingen en &* &%'' tabellen. De kaartenleggers van de Atlas der Buurtwegen, die werden opgemaakt per deelgemeente, toont twee 4&+K z chemin of weg waarvan de bedding aan de overheid toebehoort, werd in de atlas opgenomen met een dubbele volle lijn sentier of voetweg met een private bedding, maar % ]`Z" !"?"`Zq "' &+heid van doorgang, staan opgetekend met een dubbele stippellijn. 'K Q +G&Q GQG % '& & K' G ' % & +' * % onderhouden. R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i Door het plangebied lopen een aantal buurt -en voetK G+' ' & +K C>L8LO '+'Q' Volgende chemins vallen samen met gemeente wegen: *% =z&~ *% ;z &*GG ~ *% Oz+&~ *% CCz!'G&&~ *% C;zX&&~ *% CLz*%% G&~ *% C<z+&~ *% CFzK&~ *% C>z[& *&~ *% =Cz` ' Volgende sentiers vallen samen met gemeentewegen: sentier n°33: Poperingestraat ter hoogte van het "G& & '$&~ Y '& &Q 'QG'K z & L>z&& *%% G& legatstraat w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 19 '& '& &'K ' KK 'G [& Z *+' 'KGGQ K K' & *&terrein, de ingerichte speel- en ontmoetingsplek. 1.18. voorkooprechten niet van toepassing 2. 2.1. vergunningen verkavelingsvergunning nr. op plan 1.13. rooilijnplannen Binnen de kern Westouter is er een rooilijnplan van toepassing. Z datum goedkeuring naam verkaveling 1 5.00_1411_1 20/08/976 YQ&'$ ` '%&*QCIF<\8C; 2 5.00_2038_1 14/11/1979 YQ&'$ ` '%&*QCIFI\88; 3 5.00_2072_1 19/4/1990 G$ ` '%&*QCII8\88L 4 5.00_2039_1 21/01/1982 YQ&'$ ` '%&*QCI>C\C8I 5 5.00_2037_1 18/08/1980 YQ&'$ ` '%&*QCI>8\C;8 6 5.00_2044_1 31/03/964 &*&?X[CI<L\8<> 7 5.00_1482_1 29/05/2001 KGG[YZ=88C\88< 8 5.00_1483_2 14/03/2001 ''& CKQ=888\88= 9 5.00_2041_1 13/05/1998 &'& `KGCII>\88; 10 5.00_2045_1 14/03/1990 K& &4 CII8\88; 1.14. onteigeningsplannen niet van toepassing 1.15. landinrichting/ ruilverkaveling/… niet van toepassing 1.16. verordeningen niet van toepassing 1.17. eigendomsstructuur * &' '%&&K van de motte in de kern van Westouter. 20 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 2.2. 2.2.1. stedenbouwkundige vergunningen zonevreemde woningen nr. op plan 1 adres Hellegatstraat 6 dossiernummer. ["FLZO 03.183/79.067 09/097/1980.054 11.157/91.021 T &*! 227.505/74 517.546/79 517.546/79 - verlener ?@ ?@ ?@ ?@ datum 23/08/1974 07/05/1979 17/04/1980 13/02/1991 inhoud verbouwen van woning bouwen van garage +K KQ' K aanbouwen van veranda 13.115/93.83 8/33039/558.1 ?@ 30/06/1993 2 ` 'CT 30.051/2006.045 33039/3573/B/2006/24 ?@ 03/05/2006 bouwen van schuurbergplaats ter vervanging van andere berging bouwen van een woonhuis en een tuinhuis 3 ` '=8\ 15.006/95.091 8.11/33039/723.1 ?@ 30/08/1995 bouwen van een woonhuis 2.2.2. nr. op plan Z1 Z2 Z3 zonevreemde bedrijven naam bedrijf adres activiteit dossiernummer 13.106/93.074 8/33039/539.1 22.015/2001.132/6680/002/00A/010 8.00/33039/539.2 Bulteel Roodkruisstraat 2 autohandel-garage 22.017/2001.133/6680/002/00A/011 8.00/33039/539.3 Z4 2.2.3. nr. op plan C = 2.3. naam bedrijf Bulteel T &*! 22.097/2002.039/6680/002/00A/012 8.00/33039/539.4 datum inhoud 23/06/1993 bouwen met showroom met woning 05/12/2001 uitbreiden van een herstellingswerkplaats voor motorvoertuigen 12/12/2001 bouwen van een woonhuis bouwen van een woonhuis (aangepast 10/04/2002 ontwerp met onderkeldering) overige adres dossiernummer T &*! datum inhoud Roodkruisstraat Meersstraat 33039/361/B/2005/118 33039/4052/B/2003/94 8.00/33039/12332 8.00/33039/1373.5 20/01/2006 +K G &*K & & 31/05/2007 bouwen brandweerarsenaal milieuvergunningen bedrijven adres activiteit dossiernummer verlener datum Roodkruisstraat 2 autohandel-garage - gemeente 06/05/1992 w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r einddatum inhoud bouwen met showroom met woning 21 planningscontext 1. op Vlaams niveau 1.1. RSV !%QG Y ' !Y & vastgesteld door de Vlaamse regering op 23 september 1997. Het omvat een informatief, richtinggevend en bindend gedeelte. !Y ' K & %QG KGG aan voor vier structuurbepalende elementen en componenten op Vlaams niveau: &'QG+' &'QG KG ~ % *+ +'~ %&*G ~ lijninfrastructuren. De visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling wordt G *KQ'G '%^Y deren open en stedelijk’. Concreet is het ruimtelijk beleid op Vlaams niveau gericht op: het versterken van stedelijke gebieden en netwerG '+ ' & ~ het behoud en de versterking van het buitengebied door bundeling van wonen en werken in de kernen *+ +'~ het concentreren van economische activiteiten in %&*G ~ het optimaliseren van de bestaande verkeers- en vervoersstructuur en het verbeteren van het openbaar vervoer. 22 !Y % * G' ' meentelijke structuurplannen en werkt aldus door op het provinciale en gemeentelijke niveau. !Y & ' & &'QG bied. De gemeente behoort dus tot het buitengebied. Het buitengebied is dit gebied waar de open en onbe+K'%K!YK*+& ' buitengebied behouden en waar mogelijk versterken. De belangrijkste doelstellingen voor het buitengebied Q z het ontwikkelen van landbouw, natuur en bossen in goed gestructureerde gehelen, het afstemmen van ruimtelijk beleid en milieu+'+&& *4&&*&4&% * tegengaan van versnippering van de open ruimte door landbouw-, bosbouw-, woon- en werkfuncties %QG+ ' 1.2. ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos Z *!Y&'Y%&*' een ruimtelijke visie op voor landbouw, natuur en bos. &%'+&&*%G crete afbakeningsplannen voor landbouw, natuur en bos. Voor de buitengebiedregio Kust-Polders-Westhoek werd eind 2004 een verkenningsnota voorgesteld. K& & +'&'&lingen en ruimtelijke concepten voor de open ruimte '+&& & % provincies, administraties en belangengroepen werd een eindvoorstel van gewenste ruimtelijke structuur en uitvoeringsprogramma opgemaakt (mei 2005). ;Q =88O+&&'Y%&! methodiek voor het herbevestigen van samenhan gende agrarische gebieden Y ' +' kan een formele beleidsbeslissing op het niveau van de Vlaamse Regering genomen worden waarin het planningsproces voor landbouw, natuur en bos afgerond wordt én gesteld wordt dat er geen initiatieven K&QG +QG% ' |+&+' + '&*+' % K' +& ' K& K' ' gebieden op dit moment beschouwd als een voldoende juridisch-planologische vertaling van de gewenste agrarische structuur. De bestaande regelgeving binnen '+' +Q KQ' & + '+' &% worden aan hun impact op de agrarische structuur. ;C % =88< G' ' Y%& ! ' beleidsmatige herbevestiging van de bestaande gewestplannen voor een aantal belangrijke landbouw+' T &'&[&*G ' +' ' ' Y%& *' + ' gebieden wenst te voeren is nader omschreven in een % '+ '% &+'%QG ' % '+ !\=88O\8C & hechtte de Vlaamse Regering haar goedkeuring aan ' & %&* Z ZZ * operationeel uitvoeringsprogramma. De Vlaamse regering nam tot slot akte van de acties in categorie ZZZ ZY ' KG '' [& +* Q'& '& ' '% " } '% Z 'Q'& '&''%y[&Y%&& R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i De ruimtelijke concepten uit de ruimtelijke visie, van & ' '%& K' K neergeschreven. J deelruimte E De ruimtelijke concepten voor de deelruimte Zand% ZQ z grondgebonden landbouw als ruimtelijke drager van het open landschap: ' * Z% & &% * ' landbouwgebieden waarin grondgebonden landbouw als ruimtelijke drager erkend en gevrijwaard wordt. & +' K' mogelijk vrijgehouden van bebouwing, dit in eerste instantie ten behoeve van het in stand houden van een kwalitatieve en weinig versnipperde landbouwstructuur. De kenmerkende structuur van het familiale, gemengde landbouwbedrijf wordt erkend. Er %' '+ '& geboden worden aan intensieve grondgebonden teelten. $K '+ ' '+K& ' &&K' %QG gebundeld rond bestaande concentraties van agrarische bebouwing. Door glastuinbouw te concentreren bij stedelijke of reeds versnipperde structuren of aansluitend bij bestaande glastuinbouwconcentraties, kan verdere versnippering van de open ruimte G% K' Z '+' % sterke verdichting nagestreefd worden, waar+Q*% QG+G (energie, water, afval, opslag) gestimuleerd moet worden. w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r %G 'Q '+*' G& van de huisweiden, de verspreid voorkomende waardevolle graslanden, het voorkomen van G '&*&% &* *kanten, bomenrijen, autochtone bomen, poelen en relicten van walgrachten rond hoevesites, het bouwkundig erfgoed en het voorkomen van K'GG+ ' Z het landbouwgebied moet gestreefd worden naar het behoud en de ontwikkeling van een raamwerk van kleine landschapselementen alsook naar het behoud en herstel van cultuurhistorische relicten en het bouwkundig erfgoed, ' &* '&*QG basiskwaliteit gegarandeerd wordt. Elementen als hagen, bosjes of struwelen hebben tevens een erosiewerend effect. Z * '+K+'Q mogelijk voor vormen van toeristisch en recre%'+G%'+G+ '4 %&*GG G G* plattelandstoerisme omvatten. Het oorlogserfgoed moet gevrijwaard worden en kan de basis vormen van een toeristisch-recreatief netwerk. Dit concept is van toepassing op het gemengd akkerbouwgebied bij Reningelst (22.9). J deelruimte F De ruimtelijke concepten voor de deelruimte WestY%&&Q z grondgebonden landbouw in een complex van gave landschappen Het landbouwgebied op de West-Vlaamse Heuvels is ruimtelijk-functioneel minder samenhangend, maar wordt wel erkend als de ruimtelijke drager van het landschap, met behoud en versterking van de landschaps- en natuurwaarden (hagen, houtkanten, poelen, bomenrijen, autochtone bomen en struiken, holle wegen, graften, geïsoleerde waardevolle graslanden) en het bouwkundig erfgoed. & +' K' mogelijk vrijgehouden van bebouwing, dit in eerste instantie ten behoeve van het in stand houden van een kwalitatieve en weinig versnipperde landbouwstructuur. $K '+ ' '+K& ' &&K' %QG gebundeld rond bestaande concentraties van agrarische bebouwing. 23 J HAG-kaart Bij de herbevestiging van de agrarische gebieden T [& + K +' ' TG > '' % ' %%& =L 25. Z * '+K+'%&'K' naar het behoud en de ontwikkeling van een raamwerk van kleine landschapselementen alsook naar het behoud en herstel van cultuurhistorische relicten en het bouwkundig erfgoed, ' &* '&*QG basiskwaliteit gegarandeerd wordt. Elementen als hagen, bosjes of struwelen hebben tevens een erosiewerend effect. Z * '+K+'Q &+&Q' &maatregelen gewenst omdat de waterwegen in het gebied erg te lijden hebben onder de erosie van de omliggende heuvels. Dit concept is van toepassing op het minder aaneengesloten landbowgebied van Westouter (29.2). beekvalleien versterken als groene linten in het landschap De beekvalleien worden versterkt en ontwikkeld als structuurbepalend element door het behoud, herstel en aaneenschakeling van kleine natuurgebieden en landschapselementen, het bestrijden van erosie, het opheffen van barrières en het vrijwaren van bebouwing. De &'G% ' % & K ' + GK &&G + +% Q Q + ' ' " '% & '*' '&G % worden gegarandeerd. Aangepast oeverbeheer kan bijdragen aan de functie van de beek. Voor een herstel van de beekvalleien is het &+&Q' &% * omliggende gebied van belang. Hermeandering wordt doorgevoerd daar waar mogelijk en nodig. 24 Het gebied 24 omvat ‘gemengd akkerbouwgebied bij Reningelst met als relevant deelconcept 22.9. Het gebied 25 omvat ‘deel minder aaneengesloten landbouwgebied van Westouter’ met als relevante deelconcepten 29.2 en 34.1. De kleine landschapselementen, resten van het voormalige bocage-landschap langs de perceelsranden in de beekvallei moeten in stand gehouden en versterkt worden. & && 'y &+G Kemmelbeek (34.1). R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 2. op provinciaal niveau 2.1. PRS !%QG ![& Vlaanderen is goedgekeurd bij Ministerieel Besluit van <%=88=$&*!Y%*! fentiekader voor het ruimtelijk beleid in de gemeente. De visie en de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van ' [&Y ' & +Q * !Y en geeft verdere invulling aan elementen die vragen om een samenhangend beleid over de gemeentelijke * + ' ' + % * kader voor maatregelen waarmee de provincie de gewenste structuur wil realiseren. De visie van de provincie gaat uit van de ruimtelijke verscheidenheid van de verschillende regio’s. De G& % ' %QG &*' *' te behouden en te versterken. Daarom worden voor structuurbepalende componenten op provinciaal niveau ontwikkelingsperspectieven toegekend die ver&* 'Q *+'K '% Q De visie op provinciaal niveau over de verschillende deelstructuren wordt gebiedsgericht vertaald naar verschillende deelruimten. Per deelruimte worden voor &G % KGG && beleidsdoelstellingen geformuleerd. % '+*'Zqruimte waarbij volgende beleidsdoelstellingen worden vooropgesteld: de natuurlijke componenten in relatie met toe&&*|%'+G&G z' w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r [&Y%&*&K' &% %'ZQ | '%&& ' % +&*K'~ '4 %&* '&'QG+' Z| |G&%'+ ' ~ ' '&*QGGK '& ~ compacte en leefbare kernen in het buitengebied +*' %'G QGK'G van Heuvelland en Mesen leefbaar te houden, K' + '' %'*'' ~ +G'4 %&*&&*| infrastructuur in het buitengebied +'&'& K' ' KG per deelstructuur. Heuvelland als meervoudig hoofddorp Het provinciaal ruimtelijk structuurplan onderscheidt verschillende beleidscategorieën en geeft daarbij de mogelijkheden aan naar bijkomende woongelegenheden en lokale bedrijvigheid. De samenhangende kern Heuvelland-Mesen wordt geselecteerd als een %'*''K ''&*lende kernen samen de rol van structuurondersteunende hoofddorpen opneemt. Concreet betekent dit dat de totale groei van huishoudens wordt opgevangen in een aantal geselecteerde kernen met specialisatiefunctie wonen. De behoefte aan een lokaal bedrij K' &' kernen met als specialisatiefunctie werken. De provincie selecteert de secundaire wegen. Het !& G'$;;< '$;F+Z '$O>[ && 'K4ZZ & ' K * & *' * % G''%Zq% Q'& * &'QG +' Z 'TCI ~ 'Q'& '&%K * $O> % Natuurlijke structuur De provincie heeft de taak om natuurverbindingsgebieden en ecologische infrastructuur van bovenlokaal belang aan te duiden. Voor Heuvelland betreft het de volgende selecties: '*& z[&Y%&& y &G %%+G * bergbeek als verbinding tussen West Vlaamse & Zq '%~ Dikkebusvijverbeek en Wijtschatebeek-Bollaert+GZ Landschappelijke structuur Uitgangspunten voor de gewenste landschappelijk &Q z behoud en versterken van de diversiteit en herken+*' [&Y%& '&* ~ * '&*&%KG~ formuleren van ontwikkelingsperspectieven voor structurerende landschapselementen, -componenten en eenheden. De behoefte aan bijkomende woongelegenheden en de grootte van het lokaal bedrijventerrein wordt gestaafd middels behoeftestudies. 25 De provincie selecteert een aantal gave landschappen. Voor Heuvelland betreft het : de centrale heuvelrij van de West-Vlaamse Heu&~ '~ de Zuidelijke rug van de West-Vlaamse Heuvels *` ' $KGG` +''4 '&* &* het behouden en versterken van de traditionele kenmerken en de karakteristieke relicten. Z 'K' *Y%&K&X % ` '&* G Gplaatsen aangeduid: [Q&*~ %%+ X +~ !'+%+&~ * +~ Zwartemolenhoek. ' % Q + QG onderdeel van de landschappelijke structuur. De provincie selecteert eveneens de West-Vlaamse Heuvels als een structurerende reliëfcomponent. Het beleid is gericht op het behoud en versterken van de visuele kwaliteit en herkenbaarheid van het reliëfelement. & & ' ' %%+Gy &+G & & ' ment. De West-Vlaamse Heuvels spelen een structuurbepalende rol in het landelijk toeristisch-recreatief netwerk '&GZ % &delijke knooppunten met mogelijkheden voor toeristische ontwikkeling. De toenemende ruimtelijke druk door toerisme en recreatie in het kwetsbare gebied van de gemeente Heuvelland moet door een herstructurering in de hand worden gehouden. Kleinschalige toeristisch-recreatieve plattelandsactiviteiten kunnen hier wel ontwikkeld worden. Kemmelberg en de omgeving Rodeberg - Douvevallei |"K *K' ''& * '% '% +' ' +G K % ' Z & G * & ] & nen kunnen bijkomende vormen van recreatief me'+G + % ' natuurwaarden. 2.2. ruimtelijk-economische visie op economisch knooppunt nihil 2.3. nihil afbakeningen agrarische structuur Heuvelland behoort tot het gebied met de grondgebonden landbouw als ruimtelijke drager van de agrarische structuur. Het beleid is gericht op behoud en versterken. toerisme en recreatie 26 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 3. op gemeentelijk niveau 3.1. GRS De bepalingen van het richtinggevend en bindend deel * ! ' K' * % QG %QG & ' ' &'& ' & % Q *! Hieronder wordt beknopt weergegeven wat de krachtQ Q && '* !] +'& *!&'&*^G gebied Westouter’. Voor de gewenste structuur van de kernen worden enkele uitgangspunten geformuleerd: GK&G % ^*_ +*' &G ' maat van de kern versterking van de historisch gegroeide woonstructuur ambachtelijke bedrijven ruimtelijk integreren opwaardering van het openbaar domein goed ontsloten kernen voor alle vormen van verkeer duidelijk afgewerkte randen Vanuit de gewenste structuur voor dit kerngebied &G ' '& '& Q ' menten van belang: Heuvelland als meervoudig hoofddorp Verschillende kernen vervullen samen de rol van struc '& ' *'' Z % ' G +Q %QG ' G Z ven op gemeentelijk niveau dienen te gebeuren in de kernen met een specialisatiefunctie. Westouter heeft de volgende specialisaties meegekregen: de functies w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r &% G wonen wordt voorgesteld het woonuitbreidingsgebied verder aan te snijden in ruil voor het schrappen van een deel woongebied langs de Hellegatstraat. Versterken van de historische kern &G ' *&&* G & Q *&&* ' % * * %QG G &*K Q "Q ++K' + +' && ' &*%% Gstraat en langs de Hellegatstraat. De gemeente opteert voor een ontwikkeling van een kleinschalig inbreidingsproject van het binnengebied &*%% G&"%KG worden dat de architectuur van de nieuwe woningen geen schaalbreuk vormt met het omringende dorpsweefsel. Het gebied langs de Hellegatstraat sluit aan 27 op het landschappelijk waardevolle depressie van de Hellegatbeek en is daarenboven moeilijk ontsluitbaar. % % ' Khouden als woongebied en de geschrapte oppervlakte te compenseren door het verder aansnijden van het woonuitbreidingsgebied Blauwpoortakker, aansluitend op de bestaande woonwijk. Het project betreft de realisatie van een 12-tal woningen. depressie van de Franse Beek als open ruimte venster y &+GG&'G K& & & '$&*** + rijke kwaliteit. Het beleid stelt het versterken van dit *T '$&K' & ontmoetingsruimte ingericht. Het fungeert ook als informatieknooppunt diverse recreanten. Y'&' ' Q ' ' de depressie staat een landschappelijke integratie voorop. Het recreatiegebied dat gelegen is tussen het voetbalveld en de kern is op vandaag een landbouwenclave. Dit gebied kan een meerwaarde betekenen 'G * % ' betere aansluiting met de rest van de open ruimte. Er wordt oa gedacht aan een speelweide, speelbos. historische kern als troef **&&*G +'%%*%gesprongen worden met het bestaand woningpatrimonium. Er worden duidelijke architectonische richtlijnen uitgewerkt voor de ontwikkeling van het gebouwenpa% % '* KG +&*% +*ven. Het historisch beeld van de kern met het kerkplein als ‘hart’ dient behouden te blijven. Dit geeft een meerwaarde voor de recreanten, waarbij gelet moet worden dat de uitbouw van het toerisme en recreatie niet ten koste gebeurt van het dorp. 28 verdichtingsmogelijkheden in het historisch kerngebied onderzoeken. De gemeente wenst haar woningbehoefte te differenti "& +* G K & woonunits worden vooral ingevuld door verdichting en *+G K' +K !] aangeven welk gabariet de inplanting van meerge &K %QG& *G +' historisch waardevolle elementen Het RUP voor het kerngebied duidt historisch waar' % %G * &G voorschriften op, me het oog op het behoud van de historische context. ontwikkeling op maat voor het recreatief gebied ten zuidoosten van de kern Dit recreatiegebied is slechts gedeeltelijk ontwikkeld. Voor de nog niet bebouwde gedeelten wordt een gedifferentieerde ontwikkeling voorop gesteld op maat van het omgevende landschap. Uitbreiding gebeurt in de richting van de kern. De Hellegatbeek fungeert als groene ader in het gebied waarbij natuurgericht beheer voorop staat. Het gebied ten noorden van de Hellegatbeek komt niet in aanmerking voor uitbreiding van het vakantiedorp. De gemeente wenst dit eerder voor te behouden voor een recreatievorm met beperk && G% nieuwe brandweerkazerne % ' + 'KG T %QG*' Q + ' G K' &' & ' * G +' & ' Roodkruisstraat. Het betreft een kleinschalige project waarbij vooral aandacht gaat naar het afstemmen van de bouwhoogte op de omgeving alsook een degelijke randafwerking naar het landschap toe. Voor de hui'+ 'KG &*+G het versterken van het kerngebied voorop. verenigbaarheid van bestaande ambachtelijke activiteiten met de woonomgeving. Z 'G +' K' GKvenheid van functies geïnitieerd en ondersteund. Bedrijven in of aansluitend bij de kern kunnen een kwa+Q' ' ' activiteit in overeenstemming is met de woonfunctie. !]' G ' der kunnen ontwikkelen en welke randvoorwaarden ' 'K' *++ +GG de schaal en de ruimtelijke verschijningsvorm van de gebouwen alsook op een ruimtelijk kwalitatieve integratie van de activiteiten in de woonomgeving. Voor ' ' ' G +Q ' aandacht naar een ruimtelijk kwalitatieve afwerking naar de open ruimte. 3.2. mobiliteitsplannen Het mobiliteitsplan wordt op dit ogenblik herwerkt. Het oorspronkelijke mobiliteitsplan voor Heuvelland werd conform verklaard op de auditcommissie van 14 oktober 2002. De uitwerking van verbreden en verdiepen binnen de * *%+& *''ses in: verkenningsfase uitwerkingsfase herwerking van het bestaande beleidsplan De sneltoets werd goedgekeurd in PAC op 10 maart 2008. De verkenningsnota werd goedgekeurd in de R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i PAC van 23 januari 2009. De uitwerkingsnota werd goedgekeurd op de PAC van 9 november 2009. 3.3. sectorale visies 3.3.1. De beleidsnota bouwt verder op de visie en maatrege &&%' *& GQG%+&plan. Het plan wordt aangevuld met nieuwe visies en % '' '**%_& Z KK'G* 'G ' && uit de uitwerkingsnota voor Westouter opgesomd. J ruimtelijke ontwikkelingen Voor de kern van Westouter werden de woonuitbreiding Blauwpoortakker, het toekomstige rusthuis en het recreatief gebied nader bekeken. Voor de eerste twee Q K Q G G %+Y*+'Q ' & +Q een toekomstige ontwikkeling nader moeten bekeken worden. J trage wegennet Z **% '[ K''KG '+& 'KGKQ % ! ` '&*"K' G+wegels opgesteld die als werkinstrument kan gehanteerd worden door gemeentelijke diensten. w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r ecosysteemvisie West-Vlaamse heuvels Z '* TXZ$T` ' $ K' *+' '[&Y%&*& &4&teemvisie uitgewerkt. Het betreft een visie vanuit het standpunt van natuur, de praktische uitwerking ervan gebeurt in beheersplannen. '% G & wenselijkheden. Aan de hand van kaartmateriaal (o.a. *&&* 'GK' G%& T$&&' +' Q &*G++&& +&& G G *' ' % % % K' % +Q+' + terwijl de bosgrens op vandaag meestal harder is. &4&%& K' %G gebied waarin het dorp Westouter valt. 29 kn elpu n te n en po t ent ies 1. KGG *[& * ' band met het dorp (enclave) moeilijke ontsluitbaarheid of ontwikkelbaarheid van een aantal bestemde woongebieden (Bellestraat*%% G&& bevolkingsafname tusen 1991-2001 door gebrek aan bouwmogelijkheden het trage wegennetwerk is beperkt uitgebouwd 2. knelpunten kwaliteiten compacte en leesbare structuur van de kern (stervormig) K'+K % % samenhangend dorpsbeeld '+K' + 'G recent ingerichte speel- en ontmoetingsplek samen met een toeristisch recreatief informatieknooppunt ligging aan de rand van een waardevol open ruimtegebied door hoogteligging belangrijke landschappelijke rol en aandacht bij nieuwe ontwikkelingen aanbod aan bouwmogelijkheden via aansnijden Blauwpoortakker 30 3. potenties de ligging aan de rand van waardevol open ruimtegebied, waardevol gebouwpatrimonium biedt kansen op vlak van toerisme en recreatie 'y &+G'G&'G K& &% + QG*G' ' nabijgelegen speelplek en informatieknooppunten. y &+G% ridor in de kern waaraan andere ontwikkelingen op geënt kunnen worden. ontwikkeling van Blauwpoort biedt mogelijkheden tot integratie van de buffering en eventuele aansluiting op het trage wegennetwerk. contour RUP + * !] ' de bebouwde omgeving (wonen, recreatie, gemeen&*& 'G [& "K' K% % % %'Q &G*++ %'G +Q ' z % '+K ' '!'kruisstraat. ' *"G& && 'bouwsite gelegen. De gebouwen van dit landbouwbedrijf liggen volgens het gewestplan deels in woongebied en deels in agrarisch gebied. Er G &'K' ' Q'&'+'Q&+K + ' Q %G 'Q'&'* ' ' 'G %G Q' 'G ++K van Westouter. Daarom lijkt het ons opportuun het landbouwbedrijf op te nemen binnen de contouren van het RUP. % %'K ' Hellegatstraat. %'K K' % %' 'K 4&&* &+Q' & ' &G &' hoek van de Woestenhofstraat en Hellegatstraat die gehanteerd werden als afbakening van het !]'KQG &G&* ' %'K %'Kden gelet op de ligging in het landschap, langs de toeristisch-recreatieve as Hellegatstraat. R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i gewenste structuur planopzet 2. 1. 2.1. concepten Algemene doelstellingen: versterken van de historische kern '&& 'y &G& % venster historische kern als troef ontwikkeling op maat voor het recreatiegebied ten '& 'G K+ 'KG G'& *!]z versterken van de kern door woonuitbreiding op schaal van de kern schrappen woongebied Hellegatstraat verder aansnijden woonuitbreiding Blauwpoortakker KGG +' ' de kern in relatie tot de kern aanpak waardering bouwkundig erfgoed K'+K*** ' streek landschappelijke integratie van de Hellegatbeek landschappelijke integratie van de sportterreinen een locatie voor de inplanting van het rusthuis K+ 'KG ontwerpend onderzoek omgaan met wederopbouwarchitectuur - Westouter [&Y ' =88<`+' opdracht een studie op te maken over het omgaan met wederopbouwarchitectuur in de frontstreek ‘14-’18. & '+&&&'K'& 'G [&Y K ' 'Gvoerd door Maatontwerpers) werd het kader toegepast in Westouter. Z * K ' 'GK''L&sche locaties nagegaan hoe het bijkomend programma (gebruikswaarde) ingepast kan worden, rekening houdend met het erfgoed (locuswaarde) en de landschappeljike structuur (locuswaarde). *'+'K' * && van een landschappeljike entiteit, nieuwe ontwikkelingen voor wonen en kleine bedrijven mogelijk gemaakt. Dit is de “paskamer”. Z *'+'YK' +K&* van het landschap met een publieke functies ingepast 'G * * %QG K ' 'G %QG KGG + nen Westouter en dit in relatie tot het erfgoed van de wederopbouwarchitectuur. Het waardekader (culturele waarde, locuswaarde en +G&K''+&&&'K'& 4& &% +G * 'G ' '&kern. De ruimtelijke structuur wordt gedragen door de ‘sequens’. De sequens vormt de historische, landschappelijke en functionele ruggegraat van het dorp. QG% ' KGG ' * '% ' & K ' 'G **'%&&&*ties langsheen de sequens. '& &' * '%QGgen voor, die de ontwikkeling van het dorp sturen: landschap: integreren of confronteren programma: toevoegen of wegnemen erfgoed: transformeren of conserveren buitenruimtes: publiek of privaat w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 31 ''&% &*&G wordt benoemd als “monoliet”. Z *'+'K' *' * ' +& & ' '& ' afgewerkt door een lint dat opgebouwd is uit langwerpige volumes dwars op het kleinschalige landschap. & & ' & & G '* KGkelingen. Er worden enkele ontwerprichtlijnen voor het bebouwde lint uitgewerkt. & ' 'GQ K''* Q *' G%& ' +'&& het goedgekeurde structuurplan. Een aantal van de conclusies kunnen meegenomen worden bij de toeG%& * * % QG %QG structuurplan 2.2. Haalbaarheidstudie woonzorgcentrum Westouter Z *! 'G * +' GK &'& *?X[ in Wijtschate ruimte worden gecreëerd voor een initia '& [& Y' '+&K''' provincie (dienst gebiedswerking) een haalbaarheidsstudie opgestart, in nauw overleg met de gemeente Heuvelland en de private partner. De haalbaarheidsstudie werd uitgevoerd door een samenwerkingsverband tussen Volt architecten en studiebureau BVP. Y '%QG 4& * 'G punten en potenties en het programma van eisen voor *K %K' %' geplant en nagegaan wat de ruimteijke, functionele en landschappelijke impact is op de omgeving. De beoordeling van de modellen vertrekt vanuit duur%*'%' K' +''+&& van de volgende criteria: &' +KG '%~ &% '&*' &~ '*K'+K*~ ontwikkeling van de potenties van de site mogelijkheden tot natuurontwikkeling/landschapsontwikkeling functioneren rustoord compactheidsgraad/energetisch/kostprijs lange termijnvisie onderhoud 32 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 3. Erfgoed Het in het plangebied voorkomende bouwkundig erfgoed is terug te vinden in tabelvorm op de volgende +'Q' 3.1. Studies De vertrekbasis wordt gevormd door diverse inventa&& ''' '+&*G+Q beschermd erfgoed bouwkundig erfgoed (Vioe) & `G&* T& '' ' *`+%'& K\' +K] & `+ 3.1.1. Sint-Lukasarchief & * `G&* %G * 4& K'+ *bouw aan de hand van een code: code 1: uniek '=z' GK' code 3: gedenkwaardig code 4: waardevol code 5: begeleidend waardevol Het Sint-Lukasarchief vertrekt vanuit de bestaande bebouwing en geeft ook een waardering aan recentere bebouwing, daar waar de Atlas van de dorpen van Heuvelland enkel de wederopbouwarchitectuur en -structuren blootlegt. De tabel loopt telkens door over linker -en rechter-pa ' GQ'K'+K % ' & * `G&* G+&& &%'z BM: beschermd monument - datum Vioe: opname in de inventaris van het Vioe `G&*z+K\*\&Q `+z*'\& '& doorvertaling in het RUP: gebouw/geheel Daarnaast werd ook nog een codering ingevoerd om de architecturale gehelen te evalueren: code 1: uniek '=z' GK' code 3: gedenkwaardig code 4: waardevol Q&K'''%+K ' ' & *`G&*& %K op de databank bouwkundig erfgoed (Vioe). De stijlaanduiding wordt aangegeven met een lettercode: ' * ' K * dachtspunten. De militaire begraafplaats aan de Wijtschatestraat is beschermd als monument. * ^"'G=\=_K'' & * `G&*K Ro: !XTT$"][ ]$ (11de-13de eeuw) $?z $"?`TZ?ZX" (1760 - 1850) (Heuvelland: 1870 - 1914) $!z $"!XTT$ (1825 - 1900) (Heuvelland: 1918 - 1930) $z $"Z" (1825 - 1930) (Heuvelland: 1918 - 1930) CE: ?`TZ?ZZ?"?`"?Z?ZX" (1840-1900) (Heuvelland: 1918-1930) E: "?`"?Z?ZX" (1850 - 1914) (Heuvelland: 1918 - 1930) $Y!z $"Y`TTX"!"$TZT$?" (1860-1914) (Heuvelland: 1918-1930) w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r T$z T!$]Y"T] (1893 - 1910) (Heuvelland: 1918 - 1926) ?z ?T" (1880 - 1913) (Heuvelland: 1918 - 1930) MA: XZ`ZTZ!"T!?Z"?]]! (Heuvelland: 1917 - 1925) `Tz `T$"`Zq "T!?Z"?]]! (Heuvelland: 1918 - 1926) z !TZZ$"`"T!?Z"?]]! (Heuvelland: 1918 - 1926) ZTz Z$]!Z`"T!?Z"?]]! AD: T!"? (Heuvelland: 1920 - 1940) M: X"!$ZX" (1920 - 1940) $z $"!TZZ$"`"T!?Z"?]]! (1945 - 2008) H: ""$TT"T!?Z"?]]! (1945 - 2008) %z "`yXT"T!?Z"?]]! (1950 - 1970) (Heuvelland - 1950) 3.1.2. Atlas van de dorpen van Heuvelland Laboratorium Stadsontwerp/ Stedenbouw Universiteit Gent (Labo S) Z & *% %+&*K & % ''&Q+Q K''Kderopbouwarchitectuur opgevat als deel van een ge&' &'& '&* ' * G K &' &*G'`+ G ruimtelijk beleid. Centraal staat een eenvoudig theoretisch afwegingsG' K ^' _ G'' worden. Het stelt dat elk gebouw een bepaalde gebruikswaarde, een culturele waarde en een locuswaarde draagt. De locuswaarde drukt de mate uit waarin een gebouw de lokale stedenbouwkundige structuur ondersteunt. De drie waarden kunnen onafhankelijk GG Q KK'bouwarchitectuur als voor nieuwe architectuur. Het wordt duidelijk dat hedendaagse architectuur en stedenbouw hun plaats kunnen vinden in een leesbaar &% * ' K'+K '&* ' * verder kan ontwikkelen. 33 ]'' & `+K' het gebouw deel uitmaakt van de hoofdstructuur of de secundaire structuur. De hoofdstructuurQ '' '&% +& ''+ QG&*&& &K Z '' +G '*'& *G G& '& park, ... De secundaire structuur is het deel van de openbare %'' KQ' ''QGbakend is door de meer aaneengesloten (generische) bebouwing van de wederopbouw of door bebouwing '* 'K'+K Als toelichting wordt tevens aangegeven of de gevels een uniformiteit vertonen (spiegeling, herhaling, variatie). 3.2. Vertaling bouwkundig erfgoed in het RUP De vertaling van het bouwkundig erfgoed in het RUP gebeurt op het niveau van het individuele gebouw en op het niveau van stedenbouwkundige structuren/gehelen. +K ''Q& *`G&*' code 1, 2 meekregen worden als “waardevol bouwkundig erfgoed” +&*K' Q '' % &&G G +K ' ; worden aangeduid als bouwkundig erfgoed. Z ' *+K'%G +K geheel wordt ook hier een appreciatie/codering aan ' *`G&*K' eveneens als leidraad gebruikt. 34 Code 1 en 2 krijgen een doorvertaling in het RUP als “Type I architecturaal geheel” of “Type II architecturaal geheel”. Code 3 en 4 kunnen een doorvertaling krijgen in het RUP als “Type II architecturaal geheel”. Bij gebouwen gelegen binnen een “Type I architecturaal geheel”K' '' *+ * openbaar domein maximaal in de oorspronkelijke toestand behouden of hersteld. De gebouwen krijgen dan geen individuele waardering meer mee als waardevol bouwkundig patrimonium. Bij gebouwen gelegen binnen “Type II architecturaal geheel” G ' ' *+ * openbaar domein verbouwd worden of vervangen, weliswaar rekening houdend met de karakteristieken van het geheel (gabariet, ritmering, kleur -en materi+G +K G * K extra waardering meegegeven worden als waardevol bouwkundig patrimonium. Als de waarde in een bepaald erfgoedgeval vooral in G&' +KG '&% * ' & ' 'GQG*'&* '+Gken panden te behouden, maar hoe de samenhang te behouden en in te schatten hoeveel ‘oorspronkelijke architectuur’ nodig blijft om de historiciteit van de samenhang leesbaar te houden. Eerder dan de erfgoedwaarde van de individuele panden wordt de waarde '&' +KG '&4%schreven. Voor een aantal gevallen kan dit regeneratie ''&' +KG ' \&% * De “pleingehelen” worden in het RUP ook aangeduid % 'G' + '% " K+K ' ' 'G' * '+Q* ' geselecteerde beeldbepalende gebouwen ruimtelijk te ondersteunen. Veel publieke wederopbouwgebouwen dragen een &K'''&& ' '%G 'Q +K GQ *!] '' & “beeldbepalend gebouw”. Z ' +KG '* +' Q %K ''& waardevol bouwkundig patrimonium-, dient de vervan ' K+K * & '&*' ' ' +Q ' * GK % &**G +*' \* *+ locatie binnen de dorpstructuur. Bouwkundige ingrepen aan of in de nabijheid van als “beelbepalend gebouw” geselecteerde bebouwing dient een ingetogen en terughoudende architectuur te hebben, waarbij de waarde en herkenbaarheid van het geselecteerde gebouw wordt ondersteund. %& % &* ' +G +K &%+ '' ' * op mekaar inspelen. De bebouwing rondom een dorpsplein heeft een andere samenhang dan de wat uitwaaierende bebouwing langs de invalswegen van het dorp. R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 35 adres foto BM Vioe `G&* gebouw geheel `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel Bellestraat 3 88C;" 3 $Y! hoofd Bellestraat 7 88C;" 5 secundair 4 Bellestraat 9 88=8y 4 secundair Bellestraat 13 88=L 4 secundair Bellestraat 2 ?88LF 4 E hoofd Bellestraat 6 ?88OC` 4 $Y! hoofd Bellestraat 12 ?88O=; 3 secundair 36 * R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart X X X X X X w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 37 adres foto BM Vioe `G&* gebouw geheel `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel secundair Bellestraat 14 ?88O=yL 4 Bellestraat 16 ?88O=; 4 Bellestraat 18 ?88O=L 4 Bellestraat 20 ?88O=TL 4 secundair 4 Bellestraat 22 ?88O= L ?88O=`L 4 secundair Bellestraat 26 ?88O=T; 4 AD secundair Bellestraat 18+ ?88O="= 4 $Y! 38 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart %G **Q z'\+ +G& +KQ *&*Q KG +G& *Q Q ' 'K' herkenbare streekgebonden elektriciteitscabine - industriële architectuur w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 39 adres foto BM Vioe `G&* gebouw Blauwepoortstraat 2 8LCI" 09/06/2004 X geheel stijl `+ RUP hoofd/secundair toelichting gebouw geheel 3 `T BM Blauwepoortstraat 5 8L>I 4 Boeschepestraat 1 T8<FC 4 secundair spiegeling Boeschepestraat 3 T8<FL 4 secundair spiegeling spiegeling 4ZZ 4 Boeschepestraat 5 T8<FL 4 secundair Boeschepestraat 7 T8<F<X 4 secundair 3 `T Boeschepestraat 2 888C`; 40 X * R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart omgeving van het gebouw: volume met 2 bouwlagen en een schuur Z ''+K& +%&G *' %** '&% 'K' * % z%+G+K* ritme (spiegeling) Kenmerken: rode baksteen en dakpan,ritme - gabariet. Wel een duideljike link behouden met de naastgelegen woningen nrs 1, 3, 5 en 7 kenmerken: inplanting, gabariet, ritme - voortuin? w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 41 adres foto BM Vioe `G&* gebouw Boeschepestraat 1+ 88=>T Hellegatstraat 1 8LO= Hellegatstraat 3 8LOO? Hellegatstraat 2 ?888=? Hellegatstraat 4 ?88OO 42 09/06/2004 X X 3 3 geheel stijl `+ RUP hoofd/secundair toelichting gebouw geheel BM $Y! BP hoofd * X X 4 3 E hoofd hoofd BP 4ZZ * 4 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart Y* 'KQ&K * '+Q** G&+K %%'G Werkt ook ruimtelijk met aanpalende pastorie en voorliggende publieke ruimte X '&*G+K * '+Q' 'KQ&K *' G +Q X +K&'% '+K +& =L\=<+*' '% X X w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 43 adres foto BM Vioe `G&* gebouw ` 'L 88=O#K 88=<?88C8`888Oy X geheel 3 `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel secundair 4Z secundair 4ZZ 4ZZ 3 ` '< 88=O?= 3 ` 'C= 88=O= 4 Poperingestraat 2 888Fy 4 hoofd 2 $? hoofd BM Poperingestraat 4 888< 09/06/2004 X 2 Poperingestraat 6 888< 09/06/2004 X 2 $? hoofd BM Poperingestraat 8 888L X 2 E hoofd 44 4Z R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart ! & '+K&'K '+K +KG K' 'K''*&'K''&G houdend met gabariet, ritme, materiaalgebruik van naastliggend gebouw in het geheel - kleur baktsteen, dakvorm Z ''+K& +%&G *' %** '&% 'K' * % z%+G+K* ritme (spiegeling) X X X X w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 45 adres foto BM Vioe `G&* gebouw Poperingestraat 12 888; geheel 3 `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel secundair * 3 Poperingestraat 14 888; 4 secundair Poperingestraat 16 888= 4 secundair variatie Poperingestraat 18 888CT; 4 secundair variatie 4ZZ 4 Poperingestraat 20 888C}= 4 secundair Poperingestraat 22 888C 4 secundair Poperingestraat 28 888C; 4 46 variatie R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart X X X X Z ''+K& +%&G *' %** '&% 'K' * % z%+G+K* ritme (spiegeling) door verschillende kenmerken die terugkeren (matieraalgebruik, gabariet, kleur, ritme) wordt het geheel als waardevol beschouwd. X X w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 47 adres foto BM Vioe `G&* gebouw Poperingestraat 30 T8<F8? geheel 3 `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel secundair 4Z 2 Poperingestraat 32 T8<<O? 3 secundair Poperingestraat 34 T8<<L 4 secundair Poperingestraat 36 kadasternr. niet beschikbaar X 48 $Y! hoofd BP * Poperingestraat 38 T8<<8y*8C<;y=K T 0661C 2, A 0661Z hangar - A 0661V landgebouw Poperingestraat (nihil) T8<<="= 1 4ZZ 22/01/2009 X 3 `T 1 MA omgeving BM R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart T '***G+K * *%' '+K %&G%*"G& &Q * G% $+&*%' +K*%G''& '%'*GQK' % %G &%GQG deel uit van dit gebouw en de beleving ervan. +*' '& GQG ]%+K + +Q K'& wereldoorlogerfgoed w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 49 adres foto BM Vioe `G&* gebouw *%% G&< ?88;=$ geheel 5 `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel secundair CE secundair 4 *%% G&> ?88;= X 3 *%% G&C8 4ZZ secundair *%% G&CL ?88;> 5 *%% G&C< ?88;I? 5 *%% G&C> ?88L=? *%% G&=8 ?88L=G&?88O;=&* 50 * secundair secundair 4 secundair 4 AD secundair 4 * R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart ondergeschikt aan gebouw met huisnr. 8, vormt wel geheel met naastliggend gebouw huisnr. 10 - gabariet is bepalend X X ondergeschikt aan gebouw met huisnr. 8, vormt wel geheel met naastliggend gebouw huisnr. 6 - gabariet is bepalend X Kenmerken: gabariet, verticaliteit-ritme, baksteen X X X Het naastliggend schoolgebouw wordt digitaal opgenomen in de inventaris, maar is niet terug te vinden in de tabellen. w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r X 51 adres foto BM Vioe `G&* gebouw *%% G&== ?88O;T=Q'*% ?88OFyT+ *%% G& *G kadasternr. niet beschikbaar geheel stijl `+ RUP hoofd/secundair toelichting gebouw geheel * 3 4 1 !\$! hoofd $ X +& *GG kadasternr. niet beschikbaar X +& *G* kadasternr. niet beschikbaar X +&%+& kadasternr. niet beschikbaar X +&C 8L=I X 3 E hoofd hoofd \T hoofd 52 3 * 4Z 3 +&; 8L=I! BP 3 * hoofd R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart X +erfscheiding X X Wereldoorlogerfgoed w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r X 53 adres foto BM Vioe `G&* gebouw +&O 8L;=$ geheel 5 `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel hoofd spiegeling 4ZZ 3 +&F 8L;=X +&I 8L;F` 54 4 X 1 $Y! hoofd hoofd spiegeling BP * R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart kenmerken: kroonlijst, spiegeling X kenmerken: kroonlijst, spiegeling X X w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 55 adres foto BM Vioe `G&* gebouw geheel `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel +&C; 8L;I$ 4 secundair +&CO 8LL=} 3 secundair variatie +&CF 8LL=Y 3 secundair variatie 3 4ZZ 4Z +&CI 8LL=[ 3 secundair variatie +&=C 8LL=# 3 \`T secundair variatie +&=; 8LL;y 4 secundair secundair 4 +&=O 8LLI 56 5 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart Z ''+K& +%&G *' %** '&% 'K' * % z%+G+K* ritme X X X X X . X . X w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 57 adres foto BM Vioe `G&* gebouw geheel `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel +&=I 8L><yL 4 secundair +&;C 8L><`; 4 secundair +&;; 8L><}; 4 secundair +&;O 8L><TL 4 secundair +&;F 8L><L 4 secundair +&;I 8L><?L 4 secundair +&LC 8L><T; 4 secundair 58 3 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart X X X X X X X w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 59 adres foto BM Vioe `G&* gebouw geheel `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel +&LC 8L><T; 4 secundair +&L; 8L><; 5 secundair +&LO 8L><"; 4 secundair +&LF 8L><#; 5 secundair +&LI 8L><L 4 secundair +&OO 8L>C8= 3 ? secundair 3 4Z 3 +&OF 8L>C8= 60 3 ? secundair R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart X X X X w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 61 adres foto BM Vioe `G&* gebouw +&= ?88=>X geheel 3 `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel hoofd 4Z 2 +&L ?88=O 3 \T hoofd +&> ?88=C" 5 hoofd variatie 4ZZ +&C8 ?88=8? 4 hoofd E hoofd variatie 2 +&C= ?88CFy X 2 * 4Z +&CL ?88C<y +&C> ?88C=$ 62 X 2 E hoofd * 3 hoofd * R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart X X indien er nieuwe transformaties komen, dient het gebouw rekening te houden met gabariet, ritmering van deur/raamopeningen en materiaamgebruik van de aanpalende woningen X X X X X w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 63 adres foto BM Vioe `G&* gebouw geheel `+ RUP stijl hoofd/secundair toelichting gebouw geheel +&=8 ?888< 4 secundair +&== ?888<! 4 secundair secundair 3 +&=L kadasternr. niet beschikbaar 3 4Z +&=< ?888O +&=> 8L<8$*8LO>" B 0460K landgebouw - B 0460R hangar B 0460P k. veeteelt 64 X 3 3 `T secundair R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i motivering archeologische advieskaart X X X '& ' 'KQ&K X w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 65 4. deelgebieden 4.1. inbreidingsprojecten " G && ' & *%%G& & ' & Q ++K' + +' K Z * ! GK% * + +' & *%% G& %G ' +ding. Er dient gewaakt te worden dat de architectuur &*+G G % * % ' '&K&&G''4 '%K den gegarandeerd blijft. Y' 'G * G' ' !] wijst uit dat dit binnengebied moeilijk te onsluiten is '*%% G&'&naast betreft het ook percelen gelegen langs de Bel& % ' % ' ' K' * binnengebied niet verder weerhouden als inbreidingsgebied. De ontwikkeling van het onbebouwde binnengebied '&K' *! K*den om volgende redenen: aanlsuiting van het gebied op het landschappelijk K''&& '+G~ moeilijke ontsluitbaarheid via de Hellegatstraat. De oppervlakte van dit binnengebied bedraagt ca 0,9ha. Dit gebied wordt geschrapt en gecompenseerd door het realiseren van een woonproject op een gelijkwaardige oppervlakte in het woonuitbreidingsgebied Blauwpoortakker. 4.2. kleinschalig woonproject Blauwpoortakker 4.2.1. situering Het uitbreidingsproject sluit aan op de bestaande verkaveling Blauwpoort, gelegen tussen de Blauwpoort& ' +& & K' * gebied begrensd door de Hellegatbeek. 4.2.2. gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) Z * ! K' ' &* &' waarbij de onbebouwde percelen langs de Hellegatstraat gelegen in woongebied niet verder worden aangesneden en waarbij dit gecompenseerd wordt door het realiseren van een woonproject op een gelijkwaardige oppervlakte in het woonuitbreidingsgebied KGG!* ''+;F OI I> + ' ''+F> 66 4.2.3. afwijking van GRS Z '!]K''KGG ''KQG *+ ' '' *! 'K'%'+&& 'Y%&?'!%QG' Y?! artikel 2.1.2. §2 die stelt: “ Van het bindend gedeelte van het gemeentelijk ruimQG & K' KG ' G& 'GK''% '&Q 'K QG *+ ' '&+Q vermeld in artikel 4.1.2 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid.” Het woonuitbreidingsgebied Blauwpoortakker wordt ''% K 'KQG het sociaal objectief. De sociale bouwmaatschappij 'K +&& *' ' ' +' Y?!' ' G nemen. Het schrappen van het woongebied aan de Hellegatstraat wordt wel opgenomen. Uit het richtinggevend ' *!+;F'%QG%ring voor het schrappen: de ligging van het perceel aan de rand van de K''&& '+G~ moeilijke ontsluiting van het perceel. T ' & * ! % 'GQG & K & ' % * ha woongebied dat geschrapt wordt aan de Hellegatstraat te behouden voor toekomstige ontwikkelingen. Dit aantal wordt behouden voor een latere compensatie. De gemeente vraagt de Deputatie uitdrukkelijk in het goedkeuringsbesluit op te nemen dat de oppervlakte van het woongebied dat geschrapt wordt, behouden blijft in het kader van eventuele toekomstige % && ' ' G +* K' als compensatiegebied. R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 4.3. nieuw rusthuis 4.3.1. gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Z * ! K' &' % % K &*& ' G [& bepaling omtrent het rusthuis werd algemeen beschreven. De optie werd niet gemotveerd vanuit de selecties binnen het meervoudig hoofddorp en er werden geen randvoorwaarden naar schaal en inplanting &' *! ' K% * + 'G+*' *'G &+& *!& K % z [& '& wonen werd toegekend, dient erover gewaakt te worden dat een rusthuis enkel kan indien het functioneert &* 'G [&Z ' *&*& '&*&Q' %QGK gebeuren op basis van de selecties van het meervoudig hoofddorp.” KQG * 'G' ! land wordt gemotiveerd op basis van artikel 2.1.2 §3 Y?!1). Dit artikel stelt dat van een richtinggevend deel van een structuurplan niet kan afgeweken wor' Q %K KGG van de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten of omwille van dringende sociale, economische of budgettaire redenen. C ning Y?!zY%&?'!%QG'- w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r De volgende randvoorwaarden voor de afwijking worden gesteld: % 'G ' G '~ % '+* <8 +'' [&~ 4.3.2. meervoudig hoofddorp Z *!& '&'&%' hoofddorp. Concreet houdt dit in dat de verschillende kernen samen de rol van structuurondersteunend hoofddorp vervullen. initiatieven op maat van de kern blijven mogelijk in iedere kern. initiatieven op gemeentelijk niveau dienen te gebeuren in de kernen met een specialisatiefunctie. Binnen het concept meervoudig hoofddorp Heuvel 'Q 'G [Q&* %%[& $KGG&'% '% + ' '& K*&' +G% 'G ?X[*'&*K % [Qschate vernieuwd. Volgens het goedgekeurde struc !+;LG '&' van het aanbod op haar grondgebied, naast de site in Wijtschate ruimte gecreëerd worden voor een nieuw K % 'G [& 4.3.3. behoefte Y'& &* %G'Y%se overheid jaarlijks de programmatie op van het aan 'GQG K *' % De programmatie wordt bepaald op basis van het aan K & '% K+Q &G * K &+ '<8Q boven de 70 jaar, ... gehanteerd wordt. De programmatie op basis van 1/1/2007 bedroeg 50 eenheden. Bij het indienen van de voorafgaande vergunning voor het oprichten van een rust- en ver &*&C\C\=88>+'''&O;K *' %% ' G% ' jaren verder toenemen. Y & * ' G +jaarden en het besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de regels voor het verlenen van de voorafgaande vergunning, moet de initiatiefnemer bij ' ' +&*GG *Q '%&+KQ&*Q GQG* &* K*& &tehuis gebouwd wordt. Y * +K & &*& kan de initiatiefnemer investeringssubsidies bekomen van de Vlaamse overheid, mits voldaan wordt aan een aantal voorwaarden. Een voorwaarde van het decreet &'' % %LOK *' % *++ YZT'% & ' ' gaande vergunningsaanvraag behandelt, gaat uit van & &*&%% %<8K *' %G& 'GG 'Q De behoefte van 60 bedden wordt dus op volgende KQ%'z 67 *`Y&*&* ' ning gekregen voor het oprichten van een rustoord met 53 woongelegenheden (programmatie C\C\=88>%' GQ ' '*`Y&*&+&*GG GQG** 'YZT'% & % %% van 60 woongelegenheden om een kostendekkende werking te hebben het toepassen van een sociaal verantwoorde dagprijs te verwachten evolutie van de programmatie Voor de berekening van de ruimtebehoeften voor een K & &*& K' + ' 'YZT % % + oppervlakte van 65 m² per woongelegenheid op. De benodigde vloeroppervlakte voor het gebouw wordt geraamd op circa 3900 m². &K'G +QG% '% voor de omgevingsaanleg: toegangswegen, parking, paden, tuin, .... Voor de aanleg van parking gaan we uit van het perso %QG+G&' * & &*&G% Y +G& K' % ' G%% C\; ' +K & +G GQ [ G %''' CO G& +G Y+G&&'& ' ;8G& Daarnaast wordt voor het personeel een 10-tal parG& 68 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 4.3.4. locatie-onderzoek % ' +* + ' &*&+'' ' gemeente op te vangen kan er vertrokken worden van ' +K ' +& ' &* ' bouw van een nieuw rusthuis. Hierbij dient maximaal rekening gehouden te worden met de kernselectie * % QG %QG & ! Heuvelland. Voor de kern Westouter worden een aantal locaties * G%QGK +treft de volgende lokaties: locatie Blauwpoort (1) +&= locatie Eksternest (3) locatie Woestenhof (4) locatie Roodkruisstraat (5) & ' * & ' '* & ' G T & ' +Q ' +& = + ' * % &*+K%+Q* '&&Z * 'GK''K% '*z K' &4 *%'&*+K =T~ om het rusthuisprogramma te realiseren wordt * &4 %' & schoolgebouw. Hierin worden sociale woningen w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 69 Volgende criteria worden besproken bij de afweging van elke locatie: +&%% ~ *'~ & +G+*'~ &*%~ &*%~ '&*QG%~ verwevenheid met de dorpskern K&~ % % & *!~ '%&&~ oppervlakte in relatie tot programma. locatie Blauwpoort (1) K & * ' Kpoortstraat tussen de beschermde Blauwpoorthoeve en het historisch kerngebied. Een halte voor het openbaar vervoer (buslijn 741 Po $KGG ++&+ '* & ' =88% ' %Q & '+' '*ting van de beek niet wenselijk. Het open ruimte ven& ' 'y &+G Ecologische impact '+&*K' &G[ Q &GK'% K' " * ' &'y & beek wordt aangeduid als een complex van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen. Watertoets % ' K*' K' + ' ' K&G * +Q ' ' kaart met overstromingsgevoelige gebieden. De locatie Blauwpoort is niet gelegen in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied, noch in een effectief overstromingsgevoelig gebied. De locatie is niet gelegen of sluit niet aan op een bij '+&*% & *+ *Q gebieden). Er is een beperkte impact op de watergevoeligheid van het gebied. J Bestemming Y & * K& & ' +&%' & gebied voor dagrecreatie, waarbij verblijfsrecreatie uit& &T & '+&%% & &Q z woongebied met landelijk karakter, % &*& agrarische gebied met ecologisch belang. Huidige activiteit *' K' ' & &* +' +GQ 'K ' & +G+*' De locatie wordt ontsloten via de woonstraat K& ' G K 4 Z +&'[&%`G ! & + ' 'K&&% '+& 70 &*% '&+G Agrarische impact Er is geen impact op de agrarische structuur. De locaGQ &' '+K4 &G waardering op vlak van landbouw en wordt als niet agrarisch gebied beschouwd. ` '&*QG% De landschapsatlas geeft aan waar historisch gegroeide landschapsstructuren tot op heden herken++ Q '&*QG%&K'volle gebieden worden aangeduid als ankerplaatsten. Ze vormen een geheel van verschillende, maar vaak voorkomende erfgoedelementen. 'G [&Q '' Gplaats ‘Vidaigneberg - Rodeberg - Douvevallei. De loK + ' G& * ' ' y & +G behoren wel tot de ankerplaats. Verwevenheid met de dorpskern &Q * het centrum alsook van de voornaamste buitenruimte. Via enkele trage wegen is er een wandelroute die naar het centrum leidt. % & *! ! +&*Q ' +' & '+K clave dat in de toekomst een belangrijke meerwaarde G K * *&&* G +' & ' K K KQG KGG $ inrichting dient het gebied aan te sluiten op het open % & ' y & +G " G '* worden aan een speelweide, speelbos of horecaplein (in functie van cultureel centrum). Eigendomsstructuur ' Q '%& het rusthuis gebeurt door een private instantie, waardoor de verwerving van grond afhankelijk is van de opportuniteiten en de wil van de eigenaar tot verkoop. De mogelijkheid tot onteigenen is bijgevolg uitgesloten. R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i G %% & ' ' * +K%%*' %Q &'catie nog ruimte om verder uit te breiden. J locatie Sulferbergstraat (2A) `=T+*+' & && '+& '&'+ ' *'* *Y' 2A gaan we ervan uit dat de ontwikkeling op de site geen samenhang vertoont met het schoolgebouw. Bestemming '& K +' % 'QG karakter, deels in landschappelijk waardevol agrarisch +' & +&%% * & ' * landschap te beschermen of aan landschapsontwikke ' T & '+&%% & &Q z gebied voor verblijfsrecreatie (Woestenhof) agrarisch gebied met ecologisch belang De site is grotendeels gelegen in woongebied. het ge+' ' '* '+G is landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Huidige activiteit '+K Q & ' *+K & $K ' G %K' Q ' '&G Het gebruik van het agrarisch gebied is weiland. & +G+*' &*&G& & '+& G K 4 Z ' `G ! & met Westouter verbindt. Er is een halte voor het openbaar vervoer (buslijn 741 $KGG ++& + stand van 200 meter. * KG K &' aan op de holle weg Hellegatstraat. Ecologische impact ' +&* K' &G [ Q &GK'% K ' & ' ' ' locatie wordt als biologisch waardevol aangegeven. De locatie is niet gelegen of sluit niet aan op een bij '+&*% & *+ *Q gebieden). &*% '&+G Agrarische impact Er is beperkte impact op de agrarische structuur. Het ' 'K'*** + 'K' &' '+K4 &G &&*+'+&*K''QGrisch gebied richting Hellegatbeek dat hierop aansluit, krijgt een matige landbouwwaardering. ` '&*QG% De historisch gegroeide landschapsstructuren die tot *' *G + + Q K' K ' '&*&& T G& Q ' landschappelijk meest waardevolle gebieden en vormen een geheel van verschillende, maar vaak voorkomende erfgoedelementen. ' G [& Q ' ' kerplaats ‘Vidaigneberg - Rodeberg - Douvevallei. De w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r +& + ' ankerplaats. ' ' ' G ' * & ' ' *+ * +Q '&* &** *' + ` '&*QG & 'GQG % Q &&& * %+& bouwhoogte, ... Door de bestaande gebouwen aan 'G '& +& mee op te nemen snijdt het rusthuis nadrukkelijker in het landschap. Watertoets % ' K*' K' + gedaan op de kaart met overstromingsgevoelige gebieden. Y'=TG ''K' 'z *' '%'+K ** Q %QG overstromingsgevoelig gebied, noch in een effectief overstromingsgevoelig gebied2~ *'QG & '&*+'* Hellegatbeek, aangegeven wordt als een mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Er is een beperkte impact op de watergevoeligheid van het gebied. Verwevenheid met de dorpskern ' ' ' '&G Westouter. De verwevenheid met het dorpsweefsel is eerder beperkt. % & *! 2 Woongebieden worden niet opgenomen op de kaart met mogelijks overstromingsgevoelige gebieden 71 '& + * G +' [&& 'K && [&'QG'K'+ ' gewenste structuur aangeduid als een landbouweiland. Eigendomsstructuur '+ '*'** ' Q *' '% ' & '*&*&& G %% '& **&' '%te voor het gebouw van het rustoord. Er dient beperkt agrarisch gebied aangesneden te worden. J locatie Sulferbergstraat (2B) =+*+' & && ' +& '&' + ' *'* *Y' 2B gaan we uit van een samenhangende ontwikkeling tussen het rusthuis en het schoolgebouw. ' & ' ' ' locatie wordt als biologisch waardevol aangegeven. Bestemming '& K +' % 'QG karakter, deels in landschappelijk waardevol agrarisch +' & +&%% * & ' * landschap te beschermen of aan landschapsontwikke ' T & '+&%% & &Q z gebied voor verblijfsrecreatie (Woestenhof) agrarisch gebied met ecologisch belang &*% '&+G Huidige activiteit '+K Q & ' *+K & $K ' G %K' Q ' '&G Het gebruik van het agrarisch gebied is weiland. & +G+*' &*&G& & '+& GK4Z'`G%[& verbindt. Er is een halte voor het openbaar vervoer (buslijn 741 $KGG ++& + stand van 200 meter. * KG K &' aan op de holle weg Hellegatstraat. Ecologische impact ' +&* K' &G [ Q &GK'% K 72 De locatie is niet gelegen of sluit niet aan op een bij '+&*% & *+ *Q gebieden). Agrarische impact Er is beperkte impact op de agrarische structuur. Het ' ' K ' * * * &*+K * + ' K' & ' '+K4 &G &&*+'+&*K' 'QG &* +' * legatbeek dat hierop aansluit, krijgt een matige landbouwwaardering. ` '&*QG% De landschapsatlas geeft aan waar historisch gegroeide landschapsstructuren tot op heden herken++ Q '&*QG%&K'volle gebieden worden aangeduid als ankerplaatsten. Ze vormen een geheel van verschillende, maar vaak voorkomende erfgoedelementen. 'G [&Q '' Gplaats ‘Vidaigneberg - Rodeberg - Douvevallei. De lo+&= + ' ankerplaats. ' ' ' G ' * & ' ' *+ * +Q '&* &** *' + ` '&*QG & 'GQG % Q &&& * %+& bouwhoogte, ... R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i Door de bestaande gebouwen aan de kop van de Hel& +&% ' & * &*& ' '&*QG %+GQ ' =T %Q & '+' '*ting van de beek niet wenselijk. Watertoets % ' K*' K' + gedaan op de kaart met overstromingsgevoelige gebieden. Y'=TG ''K' 'z *' '%'+K ** Q %QG overstromingsgevoelig gebied, noch in een effec&% &+'~ *'QG & '&*+' richting Hellegatbeek, dit wordt aangegeven als een mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Er is een beperkte impact op de watergevoeligheid van het gebied. Verwevenheid met de dorpskern & ' +Q ' '&G [&T & ''&&&* & K'*' '&+GK' & && '& & Z ' ' ' K' ' G % ' '&G versterkt worden. % & *! '& + * G +' [&& 'K && [&'QG'K'+ ' w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r gewenste structuur aangeduid als een landbouweiland. Eigendomsstructuur '+ '*'** ' Q *' '% ' & '*&*&& G %% '& **&' '% voor het gebouw van het rustoord. Door de integratie van de nabijgelegen gebouwen (school-bibliotheek) * & Q' *&*+'% % Q J locatie Eksternest (3) ; & && ' straat en de Roodkruisstraat. Bestemming '& +' 'telijk in landschappelijk waardevol agrarisch gebied. &+&%% *&'* '&* te beschermen of aan landschapsontwikkeling te ' T & '+&%% & &Q z woongebied met landelijk karakter % &*& %+plaats) Huidige activiteit Z * & ' ' * +' &*"G& & & GG*&' + K' ' ?q ? % q'&%K+K* *' ' functie als rusthuis uitgeoefend. Aansluitend op de gronden van het Eksternest be '* '+K+'Q '% + 'KG + 'K**' nieuw gebouw aan de Roodkruisstraat. & +G+*' De locatie heeft een directe ontsluiting op de Pope & GK4Z'[&% `G ! &+ ' Binnen een afstand van circa 200 meter is er een halte voor het openbaar vervoer, nl. de buslijn 741 Pope $KGG ++& Ecologische impact Y'Q &'+&*K' &G &G+&*K' % K+'' * ' aansluit op de landbouwbedrijfssite wordt aangeduid als een complex van biologisch minder waardevolle en K'% De locatie is niet gelegen of sluit niet aan op een bij '+&*% & *+ *Q gebieden). "& &*%' Agrarische impact Er is beperkte impact op de agrarische structuur. '+K4 &G G %G * +' & volgt: *'QG' '"G& & K'& &*+'+&*K'~ het noordelijke deel (gedeelte van de landbouwbedrijfssite) krijgt een hoge landbouwwaardering. 73 ` '&*QG% De landschapsatlas geeft aan waar historisch gegroeide landschapsstructuren tot op heden herken++ Q '&*QG%&K'volle gebieden worden aangeduid als ankerplaatsten. Ze vormen een geheel van verschillende, maar vaak voorkomende erfgoedelementen. ' G [& Q ' ' kerplaats ‘Vidaigneberg - Rodeberg - Douvevallei. De "G& & + ' G& maar aan de rand van de ankerplaats. % * +Q ' * "G& & *+ '' &*+G is met de omgeving. Watertoets +&& ' G % &% & gebieden wordt de watergevoeligheid nagegaan van de locatie. De locatie Eksternest (3) is niet gelegen in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied, noch in een effectief overstromingsgevoelig gebied. Het klein gebied te noorden van het landbouwbedrijf wordt aangeduid als mogelijk overstromingsgevoelig. Er is geen impact op de watergevoeligheid van het gebied. Verwevenheid met de dorpskern & +Q* % 'G +Q* % & 'y &+G +Q'$& 74 % & *! Y &'& *!+*' het kerngebied van Westouter. %Q G +'K' 'QG richting (landbouwbedrijf) of geopteerd worden voor meervoudig gebruik van het Eksternest. Eigendomsstructuur '%&& ' & ' gende: de gronden waar het Eksternest staat, is eigen'% '% '~'+K *"G& && *~ ' ' %'%+ 'KG & '% '% '~ ' ' K* '+K+'Q*+vindt, samen met een groot deel van de gebouwen & '% *?X[ '* van het landbouwbedrijf loopt nog tot 2018. J locatie Woestenhof (4) &* '*%% G& && * T +K X & ' seerde vakantiehuisjes Woestenhof. De realisatie van het rusthuis gebeurt door een private instantie, waardoor de verwerving van grond afhankelijk is van de opportuniteiten en de wil van de eigenaar tot verkoop. De mogelijkheid tot onteigenen &+Q& Y' 'GQGQ ' & en de gewenste functie (rusthuis). Doordat de pacht voor het landbouwbedrijf tot 2018 loopt en de geldigheid van de voorafgaande vergunning 5 jaar (max 8 Q +' ' & G %Q &G 'Q G %% ' * ' ' * "G& & & % K*+K%%"&%gelijkheid tot een gemeenschappelijke parking met de activiteiten van het Eksternest. Bestemming Dit weerhouden gebied is in het gewestplan bestemd als een gebied voor verblijfsrecreatie. &+&%% *&'* '&* te beschermen of aan landschapsontwikkeling te ' T & '+&%% & &Q z woongebied met landelijk karakter landschappelijk waardevol agrarisch gebied Huidige activiteit Diverse projectontwikkelaars hebben een project opgestart om dit gebied te ontwikkelen voor verblijfsre*' K' GGQGK infrastructuur en garageboxen gerealiseerd. Door het faillissement van de projectontwikkelaar vinden geen activiteiten meer plaats in dit gebied. & +G+*' K''K &*%% G& & ' $;CO $;CO & G K 4 Z ' [& % `G ! & bindt. De halte voor het openbaar vervoer (buslijn 741 Po $KGG ++&+ '* 350 meter. R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i Ecologische impact '+&*K' &GK''tie aangeduid als een biologisch waardevol gebied. *' G ' K &' K' ' dit gebied reeds versnipperd is door ontsluitingsinfrastructuur, garageboxen en enkele kijkwoningen. T & '' '& toe ligt een gebied dat aangeduid wordt als een com +&*K' K' % +'&+G '&'! voet. Het gebied daarnaast wordt aangeduid als een complex van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen. De locatie is niet gelegen of sluit niet aan op een bij '+&*% & *+ *Q gebieden). " & '& +G &* % ' locatie. Agrarische impact Er is geen impact op de agrarische structuur. De land+K4 &G +&*K' ' & &* gebied. ` '&*QG% De landschapsatlas geeft aan waar historisch gegroeide landschapsstructuren tot op heden herken++ Q '&*QG%&K'volle gebieden worden aangeduid als ankerplaatsten. Ze vormen een geheel van verschillende, maar vaak voorkomende erfgoedelementen. +&= + ' ankerplaats. ' K*' &* +K heeft dit gebied meer draagkracht voor een gebouK % & &' " ' * K rekening gehouden te worden met het omgevende landschap rond de Hellegatbeek. Watertoets % ' K*' K' + gedaan op de kaart met overstromingsgevoelige gebieden. Voor locatie Woestenhof kan geconcludeerd worden dat: *&' ' is in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied, noch in een effectief overstromingsgevoelig ge+'~ aan de rand enkele smalle stroken aangeduid worden als mogelijk overstromingsgevoelig, alsmede '*+' '! Eigendomsstructuur ' Q '%& het rusthuis gebeurt door een private instantie, waardoor de verwerving van grond afhankelijk is van de opportuniteiten en de wil van de eigenaar tot verkoop. De mogelijkheid tot onteigenen is bijgevolg uitgesloten. G %% ' & ' +&*G+ % ' ' om het huidige programma te realiseren, alsook voor eventuele toekomstige uitbreidingsplannen. Er is geen rechtstreeks impact op de watergevoeligheid van het gebied. Verwevenheid met de dorpskern &K * % * % & *! * ! K' ' +' G % het recreatief gebied te ontwikkelen op maat van het landschap. 'G [&Q '' Gplaats ‘Vidaigneberg - Rodeberg - Douvevallei. De lo- w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 75 J locatie Roodkruisstraat (5) De site is gelegen tussen de Roodkruisstraat en de Boeschepestraaat, achter de bebouwing aan de Boeschepestraat/Roodkruisstraat. Bestemming Het gewestplan bestemt dit gebied als landschapellijk K'&*+'+&%% * als doel het landschap te beschermen of aan landschapsontwikkeling te doen. De aansluitende bestem% & *K& &*K +'% landelijk karakter. Huidige activiteit Het gebruik van het agrarisch gebied is akkerland. & +G+*' De site ligt aansluitend bij het centrum en is goed ontsloten voor auto en openbaar vervoer. Het gebied kan ontsloten worden via de Roodkruis&'&*& '$;CO &+& Er is een halte voor het openbaar vervoer (buslijn FLC $KGG ++& + afstand van circa 350 meter.- "& %''QG&*%' locatie. Agrarische impact " & G % ' &* & Y &' '+K4 &G+*' '+K* Q *&*G ' voor de landbouw. ` '&*QG% De historisch gegroeide landschapsstructuren die tot *' *G + + Q K' K ' '&*&& T G& Q ' landschappelijk meest waardevolle gebieden en vormen een geheel van verschillende, maar vaak voorkomende erfgoedelementen. Eigendomsstructuur ' Q '%& het rusthuis gebeurt door een private instantie, waardoor de verwerving van grond afhankelijk is van de opportuniteiten en de wil van de eigenaar tot verkoop. De mogelijkheid tot onteigenen is bijgevolg uitgesloten. G %% "&' '% K**'gramma, alsook voor uitbreiding op lange termijn. De locatie Roodkruisstraat ligt vervat binnen de ankerplaats ‘Vidaigneberg - Rodeberg - Douvevallei’. Watertoets +&& ' G % &% & gebieden kan geconcludeerd worden dat de locatie Roodkruisstraat niet gelegen is in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied, noch in een effectief overstromingsgevoelig gebied. Er is geen impact op de watergevoeligheid Ecologische impact '+&*K' &GQ &G K' % K ' catie. De locatie is niet gelegen of sluit niet aan op een bij '+&*% & *+ *Q gebieden). 76 Verwevenheid met de dorpskern +Q'$& 'K & *' K+ 'KG % & *! Y &*!+*'+' *G +' [&%G' het omliggende open ruimte gebied. R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i ` 'G&*&[& Bestemming Huidige activiteit & +G+*' Ecologische impact Agrarische impact ` '&*QG% Watertoets Verwevenheid met dorpskern & *! Eigendomsstructuur G%% Conclusie Blauwpoort (1) 0 0 0 0 0 + -+ - +&=T + + + 0/+ -/0 + 0 -/0 +&= + + + 0/+ 0 0 -/0 + 0 + 0/+ + Eksternest (3) 0 0 + + 0 0/+ + + 0/+ 0/+ + 0/+ Woestenhof (4) 0 + -0 0/+ + -+ - Roodkruisstraat (5) 0 + --+ 0 0 + - +: positieve impact 0: geen impact (neutraal) - : beperkte impact - -: grote impact w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 77 J Conclusie Uit de afweging van de verschillende locaties te [&+QG''+&= '"G& &;'+&&Q % K& &*&+K + de dorpskern Westouter. De overige locaties worden niet weerhouden omwille van een moeilijke ontsluiting, of de impact op de open ruimte structuren. "K'G '+&= om volgende redenen: *' &'+&%'&K +'~ sterkere verweving en samenhang met de dorps& [&~ mogelijkheden tot een samenhangende ontwikke %* & &*+K~ hergebruik van een bestaand schoolgebouw (sociale huisvesting), dat als waardevol bouwkundig patrimonium is opgenomen. 78 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 4.4. Ontwikkeling recreatief gebied ten zuidoosten van de kern gemeentelijk ruimtelijk structuurplan +' '& ' G & slechts gedeeltelijk in gebruik, nl. voor het vakantiedorp Woestenhof en het jeugdheem. G %'K' '* knooppunt/middelpunt vormt tussen het centrum, haar bewoners, het vakantiedop, jeugdheem, rusthuis, ... 4.4.1. Z * ! * ' ' +<8 K' de niet bebouwde delen een gedifferentieerde ontwikkeling vooropgesteld op maat van het landschap. Randvoorwaarden voor de toekomstige ontwikkeling worden bepaald vanuit de relatie met de woonomge *K' '&* ' ' kern. ontsluiting Het gebied is op heden verbonden met het centrum ' *%% G& K Q* & G ' *' & * +' &* ' G&%' & *%% G& +Q & hoofdontsluitingsas. De Hellegatstraat is eerder een trage wegel en kan niet opgewaardeerd worden als een ontsluitingsweg *%% G&+' ' =8 woningen, een school en een jeugdheem op het eerste gedeelte van de straat en nog 40-tal vakantiewoningen op het meer landelijke weggedeelte. Q' & ' KG Q ' +K +G tot woon-werkverplaatsingen, en brengen en afhalen van de schoolkinderen. Q' & ' KG '& ' G '& K' ''G *'GG'*Q'*% 'G K Q ' & &+ ' parkeren De behoefte aan parkeerruimte binnen het te ontwikG 'QG+'K' " kan geopteerd worden voor één centrale parkeerruimte, ofwel voor meerdere parkeerhaventjes verspreid over het gebied. Het gebied ten noorden van de Hellegatbeek komt niet meer in aanmerking voor de verdere ontwikkeling van het vakantiedorp Woestenhof. Het gebied wordt voorbehouden voor recreatievormen met een beperkte in&&G% 4.4.2. concept Q' KGG *+'G ' ' ' ! & ! ' ' w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r '&&*Q&%"G K wagens dwarsen. Het Jeugdheem, gelegen naast dit gebied, heeft een gebrek aan parkeerruimte. Binnen dit gebied moet het %QGQ %&% KG % schappelijke parkeerruimte voor diverse activiteiten in '+ '++%+G Hoofdontsluiting via Schomminkelstraat G + ' '& &' ' ' ' G K' &' bij nieuwe (bijkomende) ruimtelijke ontwikkelingen. Z ' *%% G& & +&* * Woestenhof) bediend door twee belbussen. Aan de kerk van Westouter is er nog een halte, die bediend K'''+&Q <CZ *&' G& ' *!] wordt gedifferentieerd omwille van de verschillende 4 ' &* ' ' & 79 doorwaadbaarheid + G ^*_& K' die het gebied verbinden met de achterliggende Helle& & K ' ^*_ & * *' G ' 'K'baarheid/toegankelijkheid van het gebied (inwoners, recreanten, rusthuisbewoners, jeugd, ...). Doorwaadbaarheid van het gebied bebouwing De bebouwing wordt geconcentreerd in het gebied ' & ' *%% G& ' K*' q'*% G maakt worden van grootschalige gebouwen naar de +& '+Q Z ' ' T& uitbreidingsbehoefte heeft, kunnen de ontwikkelingen '' &G&%'K' K+Q* '% %+G voorop staat. 4.4.3. doorvertaling RUP Z * !] GQ ' ' +stemming voor verblijfsrecreatie. Het gebied wordt '' &* ' &% ' 'GQG&G+*& * &&* Voor de reeds bestaande gebouwen gelegen in dit te ontwikkelen gebied, wordt een tijdelijk woonrecht ingeschreven (cf. 4.5.). De gemeente wenst alhier de permanente bewoning niet te bestendigen noch uit te breiden. +' ' ' +'Q' * ' KGkelingsvisie op het gebied schematisch weer. ++K ' &G & Q % z '+& '++K '*%% G& '* *% ' '&* +' ' '! *schrapte woongebied) kan meegenomen worden in de KGG '! }' 'K' een groene pool ontwikkeld die een functie vervult op niveau van de kern. De gemeente wenst via het ruimtelijk uitvoeringsplan een toekomstige ontwikkeling van dit gebied samen met het vakantiedorp Woestenhof niet uitsluiten. Dit wordt doorvertaald in de voorschriften. 80 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i 4.5. vakantiedorp Woestenhof ' ' ++K' ' & * G tiedorp Woestehof gelegen. Dit gebied is volgens het gewestplan bestemd als verblijfsrecreatie. *' *G 'L8G +Q Q C>+Q % +K ' Y%&?'!%QG' kele decretale bepalingen omtrent de aanpak van permanente bewoning van weekendverblijven. De gemeente wenst de permanente bewoning niet bestendigen noch uitbreiden. Ze opteert om het tijdeljik K *% +K && in artikel 5.4.3. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening, in te schrijven. Het tijdelijk woonrecht is van toepassing op de permanente bewoners die voldoen aan de voorwaarden &&' GOLC 'Y%&?' !%QG' Q 'z ;C&&=88I+GG Q'&'rende ten minste één jaar een weekendverblijf als *'+Q&G&+QG & ' &*Q *+G && of het vreemdelingenregister van de betrokken % ~ Q*++ 'K ' eigendom of volledig in vruchtgebruik Dit tijdelijk woonrecht geldt vanaf de inwerktreding van onderhavig ruimtelijk uitvoeringsplan tot en met 31 december 2029. w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 81 4.6. lokale bedrijvigheid 'G'! '% ' omvat een visie voor de verspreide bedrijvigheid/kleinhandel in of & 'G K ~ waarbij de mogelijkheid ontstaat voor een lokaal bedrijventerrein op schaal van de kern voor herloG& +& '+'Q ~ voor de niet-agrarische functies in de open ruimte (beleidskader). J bedrijf Bulteel Z 'G [&&*+'Q&' De activiteit van het bedrijf bestaat uit autohandel en garage-activiteiten. Het bedrijf is historisch gegroeid, komt verweven voor met de woonomgeving en is geintegreerd in het kerngebied. Volgens het gewestplan is het grotendeels gelegen in woongebied met historisch, culturele en esthetische waarde. Een klein deel is gelegen in agrarisch gebied met landschappelijke waarde. 'Q G * '&G ' * aansluitend op een kern of woonlint bevinden, kunnen GK+Q' ' oefende activiteit verenigbaar is met de woonfunctie. T ' * 'QG Q ' K % krijgen een uitdovend karakter. Het bedrijf beschikt over de nodige milieu- en stede+KG ' +=C & ' & ' G ' %QG*' K' *G& +& ' +'Q %QG*' ' uitgewerkt worden in de ruimtelijk uitvoeringsplannen die voor de kernen worden opgemaakt. Bijkomende randvoorwaarden kunnen opgelegd worden om te komen tot een ruimtelijk kwalitatieve in ' ' K % randvoorwaarden hebben betrekking op de schaal en de ruimtelijke verschijningsvorm van de gebouwen. Y +'Q&&& ' * ' ' ' G of lint bevinden, dient een ruimtelijk kwalitatieve overgang naar de open ruimte te worden gerealiseerd. Hiernaast vindt u een beeld van de bedrijfsite op luchtfoto (boven), gewestplan (midden) en RUP (onder). ' '+'Q' +'K K '% *+'QQ % op de domeinen ruimte, milieu en verkeer. Conclusie: %QG % Q % & +G +'Q K' % %bacht met landschappelijke inkleding. Een ruimtelijke +' + ' K' +G " ' +Q ' '* ' '&*QG inkleding naar het landschap toe. T * +'Q ' '& woongebied gelegen is en verweven met de woon% & +&%% K +Q & '%+*QG Y G +'Q K' ' % Q % nagegaan op volgende domeinen: ruimte, milieu en verkeer. 82 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i Criteruim Ruimtelijke impact * *+'Q%+& * '&* K'+' \menten Historiek van het ruimtegebruik Evaluatie 4.7. de schaal van het bedrijf is kleinschalig. de schaal van het bedrijf is in overeenstemming met de schaal van de omgeving. het bedrijf is gesitueerd aan de rand van het kerngebied. Een groot deel is gelegen in woongebied volgens het gewestplan, een klein deel in agrarisch gebied met landschappelijke waarde. Bij uitbreiding werkt het bedrijf geen verdere versnippering van het agrarisch gebied in de hand. Een goede landschappelijke inkleding naar het achterliggende agrarisch gebied is wenselijk. Het bedrijf doet geen afbreuk aan waardevolle elementen in de omgeving ( *+'Q&*&&*'' +&*G' nodige stedenbouwkundige vergunningen. 4.7.1. gemeentelijk structuurplan % ' K + 'KG [& *+& de woongebied bleken géén geschikte terreinen aanKQ %'' K'' G&' K & ' * kerngebied langs de Roodkruisstraat. Belangrijk is wel dat het gaat om een kleinschalig project (14a), dat de hoogte van de gebouwen afgestemd wordt op de omgeving en dat er werk gemaakt wordt van een degelijke randafwerking naar het landschap toe. nieuwe brandweerkazerne $ Milieuhinder + & Verkeersimpact verkeershinder bereikbaarheid &+ ' GG%G ontsluiting door openbaar vervoer De gemeente heeft geen weet van klachten aangaande geluids-, stof-, geur- of trillingshinder. Het bedrijf beschikt over de nodige milieuvergunning. +'Q& &'!'G&& ' ' & de verkeershinder door het bedrijf is beperkt. via de Roodkruisstraat is er onmiddelijke ontsluiting (100 meter) naar 'GK4Z$;CO %G&G op wandelafstand is er op het nabije dorpsplein een halte van het openbaar vervoer 4.7.2. locatie *!K& 'G+ ' & ' K + 'KG reeds gerealiseerd aan de Roodkruisstraat. De ver K'* =88F'+=C 4.7.3. doorvertaling RUP *!]K'' K+ 'KG % % &*&ningen. ' G K' % ' % &*& %'G $K & + * +K ' ' G verder te versterken. w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 83 4.8. sport- en recreatiezone & K' +&' 'havig RUP. parkeervoorzieningen *' Q G * ' *& %K' & de Blauwpoortstraat. Daarnaast is er nog de mogelijkheid tot parkeren ter hoogte van de hoofdgebouwen langsheen de Blauwpoortstraat. " K' ' %QG*' % ' +& ' parking verder uit te breiden. Hierbij wordt gedacht aan een uitbreiding in noordelijke richting rekening houdend met de naastgelegen meersen. relatie open ruimte & ' & ' %& & % ' *' %& Q ' +&%' & +' Z '* !] K' een bouwvrije strook voor dit gebied ingevoegd. 4.9. kleinschalige waterzuiveringsinstallatie 4.9.1. gemeentelijk structuurplan * %'*''Q G &* G ' oneren op niveau van de kern, mogelijk in alle kernen (RD, 28 e.v.). De realisatie van een kleinschalige K & & ' K' & & ' ' kern Westouter. 4.9.2. locatie *!& 'G+ '&'G &*K & &latie reeds gerealiseerd aan de Meersstraat. De ver K'* =88<'+=C 4.9.3. doorvertaling RUP * !] K' ' K & & % % &*& * K' & een landschappelijke inkleding door middel van de G%&&4%+&* '' beeld van de parking aansluitend bij het terrein 84 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i toetsing 1. watertoets 1.1. algemeen De watertoets is een instrument van het integraal wa+'&+' *' C>Q 2003 betreffende het integraal waterbeleid. Art. 8 paragraaf 2 stelt o.m. dat de overheid bij het nemen van een beslissing (over een vergunning, een plan of een programma) rekening moet houden met de relevante door de Vlaamse regering vastgestelde waterbeheers Z ' K+*& Q vastgesteld door de Vlaamse regering, moet er eveneens rekening gehouden worden met art. 8, paragraaf 1 tweede lid. Bij twijfel dient advies gevraagd te wor' ' ' ' Y%& K instantie, de waterbeheerders. Het uitvoeringsbesluit van 20 juli 2006 voor de toepassing van de watertoets trad in werking op 1 november 2006. '&''%% *' '+&&& een vergunning, plan of programma die een schadelijk G G *K&4&%waarden, herstel- of compensatiemaatregelen opleg ' K ' ' schadelijke effecten optreden. ' K& G Q geactualiseerd. Er bestaan 6 watertoetskaarten, met name de kaart met overstromingsgevoelige gebieden, de kaart met grondwaterstromingsgevoelige gebieden, ' * G' G % bodems, de kaart met erosiegevoelige gebieden en de winterbedkaart. w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 1.2. kaarten 'kaart met overstromingsgevoelige gebieden Q ^ &% & +' _ ''K+* +'"Q K G & & ^%QG& &% &_ '' + ' y & +G ' beek en de randen van Blauwpoortakker. Bij de interpretatie van de kaart is het van belang te weten dat de woongebieden volgens het gewestplan niet opgeno% Q 'G ^%QG&% &gevoelige gebieden’. De kaart met de gebieden die gevoelig zijn voor grondwaterstroming ten behoeve van de watertoets werd opgemaakt om te kunnen nagaan in welke gebieden er minder of meer aandacht moet uitgaan naar de effecten van ingrepen op de grondwaterstroming. &% G K' + ' &' door ondergrondse constructies: tunnels, schachten, kelders, ondergrondse garages, damwanden, kwelschermen, e.d. De richtlijnen voor de watertoets houden rekening % ' Y ' ;4& gebieden, volgens hun graad van gevoeligheid voor 'K&% '& 'G&* plangebied t.o.v. de grondwaterstromingsgevoelige gebieden: 85 &+ * +''Q 'K&% 4 C &% % ' ‘mogelijks overstromingsgevoelige gebieden’ en worden aangevuld met het centrale kerngebied. De ove' * +'Q K 'K&% 4; Z ' type 1 gebied een ondergrondse constructie gebouwd wordt met een diepte van meer dan 3 meter of * %' 50 meter dient advies aangevraagd te worden bij de bevoegde adviesinstantie (VMM - Afdeling Water West-Vlaanderen - Cel grondwater Zandstraat 255, 8200 Brugge). De $ $ ten behoeve van de watertoets werd opgemaakt om te kunnen nagaan in welke gebieden er relatief %GGQG *%K G ' ' ' Z *%K * grondwater is belangrijk omdat daardoor de oppervlakkige afstroming en dus ook de kans op wateroverlast afneemt. ' & ' ' 'K' ' ' het tegengaan van verdroging van watervoerende lagen en waterafhankelijke natuur. De kaart met +'%& +* ' watertoets werd afgeleid van de bodemkaart. Ze +&K4&+' z '+' %' +'%& bruin) '+' %' bodems (in wit). K&G % gebieden is richtinggevend voor individuele ingrepen op lokaal niveau. Bij dergelijke ingrepen moet beslist 86 K' ' K' ' *' ' Q %QG &*'QG G ' * 'KKGK als kwalitatief bij het al dan niet aanleggen van 'QG G % G ondoordacht worden gebruikt voor het voeren van een regionaal grondwaterbeleid. Het plangebied wordt gecategoriseerd als +' +* ' ' y &G '+G Het studiegebied is op de hellingenkaart aangeduid als een gebied met overwegend hellingen tussen 0,5 O% 'y &G+G [& *++GG * && O en 10% met plaatselijk hellingen boven 10%. 1.3. watergerelateerde aspecten }& * ' Z [+heer werd het plangebied afgetoetst op de watergerelateerde aspecten. Hieronder wordt beschreven welke aspecten van het project een effect kunnen hebben * K &4&% De vaststelling van het RUP en de daaruitvloeiende & KK %QG& KGG & +G * van de verharde oppervlakte in het plangebied met *%+ R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i Via stedenbouwkundige voorschriften worden nadelige effecten op het waterbergend vermogen van het plangebied tot een minimum beperkt. ' KGG &K' waarden gekoppeld aan de realisatie ervan: “het K+ '% ' %'' * ' % ''K' '&* ' &K' %% ++K & \+ & vastgelegd. waar mogelijk dient gewerkt te worden met waterdoorlatende materialen. 2. toe tsing aan structuurplan De opmaak van het RUP kern Westouter is opgenomen *%% *% QG!%QG ! ' '& * !] Q in overeenstemming met de gewenste ruimtelijke &&%' *! 3. trage wegentoets Door het plangebied lopen een aantal buurt -en voetK %&+ K Q 4&G Q %%'% K ' Q ' KG Kgen op lokaal niveau wordt mogelijk gemaakt met het voorliggend RUP. Er verdwijnen geen buurt- en voetwegen. 4. landbouwtoets Het voorliggend RUP houdt in grote mate rekening % ' *+& * w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r Q ' +G &Q ' +G te doen aan de doelstelling. + K' & +Qstuurd in functie van de huidige bestaande feitelijke & ' ' ''& +GQ %+*QG %'K &percelen die niet meer behoren tot het homogene landbouwgebied. 5. natuurtoets +&*K'z de bermen in de Hellegatstraat, aansluitend '!*K% beboste taluds) % +&*K' K'volle elementen: '!*K &K'selrijke bodem, verruigd grasland) biologisch waardevol: het gebied tussen de jeugdheem en het vakantiedorp Woestenhof (verruigd grasland, ruigte op voormalig akkerland, opgehoogde of vergraven terreinen) &K ' '' &` dreef, is reeds bebouwd complex van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen: * ++K'+'&& 'y &+G en de Meerstraat aansluitend op de speelweide *+'&& 'y &+G ' Hellegatbeek aansluitend op de voetbalvelden (bomenrijen met dominantie van populier, wilg, gewone es en els) % +&* % ' K' waardevolle elementen: stukje grasland tussen Roodkruisstraat en Poperingestraat (veedrinkpoel buiten plangebied) +Q 'K'% ' langs de Hellegatbeek worden een onderhoudsstrook. & ' && 'y &+G 'X&&K' '+K +% &'& '! G% +'&& het jeugdheem en het vakantiedorp Woestenhof is op ''& & ' "+ ' *'& bebouwing en verharding. Binnen onderhavig RUP worden de effecten op de bestaande waardevolle elementen gemilderd door diverse maatregelen: & '! % GG~ ++K ' +Q& '&Q'~ + ' 'G ~ +G ~ 87 op te heffen voorschriften 1. limitatieve opgaven van de voorschriften die worden opgeheven door het GRUP J verkavelingen De verkavelingen gelegen binnen onderhavig RUP komen te vervallen. nr. op plan Z datum goedkeuring naam verkaveling 1 5.00_1411_1 20/08/976 YQ&'$ ` '%&*QCIF<\8C; Volgende voorschriften en bepalingen worden opgeheven na goedkeuring van onderhavig gemeentelijk RUP: 2 5.00_2038_1 14/11/1979 YQ&'$ ` '%&*QCIFI\88; 3 5.00_2072_1 19/4/1990 G$ ` '%&*QCII8\88L 4 5.00_2039_1 21/01/1982 YQ&'$ ` '%&*QCI>C\C8I gewestplan De bepalingen van het gewestplan voor die percelen ' Q + * +' '*vige gemeentelijk RUP worden opgeheven. Het betreft ' +&%% & * K& Zringe (KB 14/08/1979). 5 5.00_2037_1 18/08/1980 YQ&'$ ` '%&*QCI>8\C;8 6 5.00_2044_1 31/03/964 &*&?X[CI<L\8<> 7 5.00_1482_1 29/05/2001 KGG[YZ=88C\88< 8 5.00_1483_2 14/03/2001 ''& CKQ=888\88= 9 5.00_2041_1 13/05/1998 &'& `KGCII>\88; 10 5.00_2045_1 14/03/1990 K& &4 CII8\88; J J bpa Het betreft de voorschriften en bepalingen van volgende BPA’s: BPA Centrum tuinwijk Westouter - MB 30 november 1987 BPA Blauwpoort - MB 19 juni 1997 88 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i r u imtebalans | plansc hade | p lan bat en J ruimtebalans '& '+%'%+ & plangebied heeft een oppervlakte van ca. 50 ha. gewestplan agrarische gebieden met ecologisch belang - 3,30 ha gebieden voor dagrecreatie - 5,85 ha +' % &*& + CF8* gebieden voor verblijfrecreatie - 7,83 ha w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r wordt in het PRUP: CCz K C;z +'% CLzK =z * ++K Oz '+K Fz& Iz CCz K C;z +'% Cz & ++K =z * ++K Fz& CCz K C;z +'% Cz & ++K =z * ++K Lz % &*& Oz '+K Fz& Iz CCz K C=z +Q& C;z +'% CLzK Cz & ++K =z * ++K Lz % &*& Oz '+K <z >z +' &Q Iz benaderende oppervlakte (ha) 0,127 0,340 0,012 0,001 2,412 0,375 0,028 0,033 0,156 0,000 0,031 5,626 0,004 0,295 0,001 0,026 0,140 0,000 0,034 1,206 0,077 4,516 0,180 0,225 0,001 0,006 0,338 0,014 2,046 0,028 0,399 89 gewestplan landschappelijk waardevolle agrarische gebieden - 3,53 ha recreatiegebieden - 0,97 ha woongebieden met landelijk karakter - 14,78 ha woongebieden met landelijk karakter en cultureel, historische en/of esthetische waarde - 8,24 ha woonuitbreidingsgebieden - 2,21 ha 90 wordt in het PRUP: C8z CCz K C;z +'% CLzK Cz & ++K =z * ++K ;z %+* X Lz % &*& Oz '+K <z C;z +'% Cz & ++K ;z %+* X Lz % &*& Oz '+K C;z +'% CLzK Cz & ++K =z * ++K Lz % &*& Oz '+K >z +' &Q Iz C8z CCz K C;z +'% Cz & ++K =z * ++K ;z %+* X Lz % &*& Oz '+K Fz& >z +' &Q Iz CCz K C;z +'% Cz & ++K =z * ++K Iz benaderende oppervlakte (ha) 0,023 0,062 0,388 0,186 0,109 0,347 0,154 0,943 1,316 0,004 0,144 0,005 0,003 0,768 0,047 2,424 0,068 0,780 9,713 0,328 0,862 0,226 0,378 0,638 0,061 1,397 3,742 1,048 0,190 0,674 0,001 0,044 0,404 0,041 0,017 0,355 0,039 1,766 0,034 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i J planschade Z && =<C '?'!G onder bepaalde voorwaarden een planschadevergoeding worden toegekend indien op basis van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan een perceel %G G%* vergunning tot bouwen of verkavelen, waar dat de dag voor de inwerkingtreding van het ruimtelijk uitvoeringsplan wel het geval was. J planbaten Z && =<L '?'!& onder bepaalde voorwaarden een planbatenhef &*'' ' 'G'%QG uitvoeringsplan een in het art. 2.6.4 opgesomde be&%% &KQ 'K'' KGG &%QG*' ' ' * * &*''Q +Q & * dien een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan een ' ''+&%% _ '+K_ % ' '' ‘reservaat en natuur’, ‘bos’ of ‘overig groen’ valt. Z *' G+G&% & & '' +G&% & verschuldigd, indien er geen andere compensatieregeling (compensatie van kapitaalschade, e.a.) van toepassing is. Binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan komen twee percelen voor die aanleiding kan geven tot een planschadevergoeding met een totale oppervlakte van 18.776 m². Binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan komen percelen voor die aanleiding kunnen geven tot een + * % G 5142 m². Binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan komen geen gebieden voor die aanleiding kunnen geven tot een +&%% &KQ &+G&% & beschermingsvoorschriftencompensatie en/of gebruikerscompensatie Z && <;C *' ' en pandenbeleid is onder bepaalde voorwaarden een compensatie van de kapitaalschade verschuldigd indien een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan op ' ''+&%% _ 'bouw’ valt, via een overdruk betreffende ‘ecologisch belang’, ‘ecologische waarde’, ‘overstromingsgebied’, reservaat’, ‘valleigebied’ of een (door de Vlaamse *' K QG+'G% beperkingen op het vlak van economische aanK ' ' 'QGKQ% '' K' Z *' G+G&% && '' +G&%pensatie verschuldigd, indien er geen andere compensatieregeling (compensatie van kapitaalschade, e.a.) van toepassing is. J bestemmingswijzigingscompensatie en/of gebruikerscompensatie Z && <=C *' ' en pandenbeleid is onder bepaalde voorwaarden een compensatie van de kapitaalschade verschuldigd inJ w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r Binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan komen geen gebieden voor die aanleiding kunnen geven tot een beschermingsvoorschriften- of gebruikerscompensatie. 91 pla n pr oces 1. beslissing tot opmaak Het schepencollege besliste op 19 december 2007 om wvi aan te stellen als ontwerper voor de opmaak van het ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) kern Westouter. 2. ' K' & &' ' cel MER. =;\8L\=8C8 * ' ' & X +& ' * % ' lijke milieugevolgen en dat de opmaak van een planMER niet nodig is. De beslissing is terug te vinden in bijlage. ontheffing plan-MER 3. Het RUP kern Westouter is niet van rechtswege onderworpen aan de plan-mer-plicht want het vormt niet het kader voor de toekenning van een vergunning voor Q&%' +QZZZ *& van de Vlaamse Regering van 10-12-2004, het regelt het gebruik van een relatief klein gebied op lokaal niveau (totale oppervlakte RUP is 50ha 17a 17ca, en beslaat de volledige dorpskern van Westouter), het *' G KQ **+GG de ruimtelijke ordening. Binnen de contouren van het plangebied bevinden * Y*Q +*Q +' dat er geen passende beoordeling vereist is. '&''CIQ =8C8K' G *'% `$"' &* aan de volgende besturen: Agentschap Ruimte en Erfgoed, Ruimtelijke orde ' [&Y ' ~ T &*!% "' ''' [&Y ' ~ Provinciebestuur West-Vlaanderen - dienst RuimQG ~ T$[&Y ' ~ &~ Vlaamse Milieumaatschappij (VMM). 92 voorontwerp 3.1. adviesprocedure Het voorontwerp wordt voor advies overgemaakt aan onderstaande instanties: % !%QG' [ +' '"' [ Y ' Agentschap Ruimte en Erfgoed, Ruimtelijke ' |K&QG&' +KG ' ambtenaar Agentschap Ruimte en Erfgoed, onroerend erfgoed Provincie West-Vlaanderen, Dienst Ruimtelijke planning % `%$ " % `%$ " Dienst Veiligheidsrapportering % ` '+K Y&&Q' % KGG Agentschap Wonen Vlaanderen T &*$ & T &* ' % T &*Z &T[Y Y%&Y%&*Q`Q Vlaamse Milieumaatschappij &%Y ' "?! 3.2. plenaire vergadering Het plan werd een eerste maal besproken op een plenaire vergadering dd. 27.04.2010. 4. ontwerp 4.1. voorlopige vaststelling Het ontwerp RUP werd voorlopig vastgesteld op de gemeenteraad d.d. 28.06.2010. 4.2. openbaar onderzoek K Q' &* + 'G C;8F=8C8CC8I=8C8 4.3. advies CORO +K ' %' Q' & * + 'GK' +* ''''"?! ;8CC=8C8 4.4. besprekingen adviezen/ bezwaren en aanpassingen document & * '& +Q * '& 'Y '%G K' * niet gevolgd: %Q +&%% K ' L>' %!Y+Q+*' O jaar. Het is immers belangrijk dat er voldoende tijd blijft om de nodige vergunningen te verkrijgen. [&*+ QG'''QG&' wordt wat er binnen die periode moet uitgevoerd Q KQ && ' ' duidelijk. Het college stelt dan ook voor om de nabestemming wonen vast te leggen indien binnen een periode van 5 jaar geen stedenbouwkundige R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i vergunning werd afgeleverd voor de realisatie van Q% &*& & & &+ ' z ' 'K &' + ' is van het ene punt naar het andere. De ste' +KG '&* ' ' &K' '% ' ' ook geen afwijking te worden toegestaan tov de &&* G' G'+& ' +K '& ' landbouw herbevestigd te worden. 4.5. definitieve vaststelling w v i | f e b r u a r i ‘ 1 1 | R U P ke r n We s t o u t e r 93 94 R U P ke r n We s t o u t e r | f e b r u a r i ‘ 1 1 | w v i b ij lag e n Verslag Datum vergadering: 27-04-2010 Betreft: verslag plenaire vergadering voorontwerp - ruimtelijk uitvoeringsplan RUP kern Westouter Verslaggever: Jan De Moor Björn Denecker Verontschuldigd: Agentschap Ruimte en Erfgoed, onroerend erfgoed Departement Leefmilieu, Natuur en Energie – afd. Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, Dienst Veiligheidsrapportering Departement Landbouw en Visserij, afdeling Duurzame ontwikkeling Agentschap Wonen Vlaanderen Agentschap Ondernemen Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn Vlaamse Milieumaatschappij Toerisme Vlaanderen Schriftelijke adviezen: (zie bijlagen) Departement Ruimtelijke Ordening,Woonbeleid, Onroerend Erfgoed en Wonen Vlaanderen Agentschap Ruimte en Erfgoed, Ruimtelijke ordening – gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar Agentschap Ruimte en Erfgoed, onroerend erfgoed Provincie West-Vlaanderen, Dienst Ruimtelijke planning Departement Leefmilieu, Natuur en Energie – afd. Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, Dienst Veiligheidsrapportering Departement Landbouw en Visserij, afdeling Duurzame ontwikkeling Agentschap Wonen Vlaanderen Agentschap Natuur en Bos Agentschap Ondernemen Agentschap Infrastructuur (AWV) Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn Vlaamse Milieumaatschappij Toerisme Vlaanderen GECORO Bijlagen: adviezen Uitgenodigde instantie: Departement Ruimtelijke Ordening,Woonbeleid, Onroerend Erfgoed en Wonen Vlaanderen Agentschap Ruimte en Erfgoed, Ruimtelijke ordening – gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar Agentschap Ruimte en Erfgoed, onroerend erfgoed Provincie West-Vlaanderen, Dienst Ruimtelijke planning Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, Dienst Veiligheidsrapportering Departement Landbouw en Visserij, afdeling Duurzame ontwikkeling Agentschap Wonen Vlaanderen Agentschap Natuur en Bos Agentschap Ondernemen Agentschap Infrastructuur (AWV) Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn Vlaamse Milieumaatschappij Toerisme Vlaanderen GECORO Aanwezig: Instantie Agentschap Ruimte en Erfgoed, ruimtelijke ordening Provincie West-Vlaanderen, -dienst ruimtelijke planning Agentschap Natuur en Bos GECORO Gemeente Heuvelland wvi Vertegenwoordigers Verslag van de plenaire vergadering over het voorontwerp ruimtelijk uitvoeringsplan Westouter (Heuvelland) Bespreking Provincie – Dienst Ruimtelijke Planning Annelies Devaere Tom De Visschere, Andy Verhanneman Leni Demarest voorzitter, Kurt Vanneste Burgemeester Bernard Heens Schepen Geert Vandewynckel Schepen Frans Durnez Schepen Luc Snaet Schepen Nicole Demuynck Juridische aspecten: x Opname van een perceelsgebonden register voor planbaten, planschade en plancompensatie. x De verkavelingen die opgeheven worden dmv het RUP, dienen bijkomend grafisch aangeduid te worden op het bestemmingsplan (cf. art 4.6.5.§1 VCRO). x Bij het overzicht van de BPA’s is het wenselijk een uittreksel van de geldende BPA’s op te nemen alsook weergave in de stedenbouwkundige voorschriften. De ontwerper stelt dat een weergave van de BPA’s in de stedenbouwkundige voorschriften niet noodzakelijk is, een opname in de toelichtingsnota zoals voor het gewestplan is voldoende. x Nood aan verdere uitwerking van de watertoets met bijzondere aandacht voor de nieuwe verkaveling, rusthuis site, recreatiegebied Woestenhof. x Verduidelijking van de vergunningstoestand van zonevreemde constructies (KWZI, brandweer, zonevreemde woning, …) Ann Van Eeckhoutte Björn Denecker, Jan De Moor 2 Overeenstemming met het PRS-WV: x Omzichtig omgaan met gebouwen die grenzen aan de open ruimte. Er dient voldoende aandacht te worden besteed aan de kwalitatieve overgang van de bebouwing naar het waardevolle landschap omwille van de visuele zichten op het dorp. x Voor de bestemmingszones langsheen de Fransebeek – Grote Kemmelbeek dient in de stedenbouwkundige voorschriften de ontwikkelingsperspectieven voor natuurverbindingsgebieden meer doorwerking te krijgen. In het bijzonder betreft het de bestemmingszone 7 (recreatie) De provincie stelt dat uit het onderzoek van Volt, het zicht op de nok van het voormalig schoolgebouw behouden blijft. Ze vraagt de bouwhoogte nog eens af te toetsen met de bouwplannen. o Overeenstemming met het GRS Heuvelland (19/10/2006): x De opties voor Woestenhof, brandweerkazerne, begraafplaatsen, … geven invulling aan het concept en de visie meervoudig hoofddorp zoals geformuleerd in het goedgekeurde GRS. De ontwikkelingsperspectieven voor de kern Westouter komen grotendeels tot uitvoering in voorliggende RUP. Er dient nog rekening te worden gehouden met volgende aspecten x x Vakantiedorp Woestenhof : er wordt voorzien in drie deelzones waar binnen deelzone 13.2 én 13.3 samen 100 verblijfseenheden worden voorzien. Men dient er over te waken dat er geen te hoge ruimtelijke dynamiek wordt gecreëerd. Voor de ontwikkelingsmogelijkheden voor Woestenhof zijn volgende opmerkingen van belang: o Is het vooropgestelde bouwprogramma verantwoord vanuit de draagkracht van de kern Westouter. De gemeente worstelt zelf met dit projectgebied. Binnen voorliggend RUP wordt gehandeld volgens de visie van het GRS. In het verleden zijn er projectontwikkelaars actief geweest op deelzone 13.2 waarbij het bouwprogramma ruim het veelvoud was van de 100 verblijfseenheden. De gemeente wenst nu een duidelijk signaal te geven voor de ontwikkeling van het gebied door het aantal verblijfseenheden te beperken rekening houdend met de schaal van het dorp. o De ontsluitingsproblematiek mag niet vooruit geschoven worden. Volstaat de hoofdontsluiting via de Schomminkelstraat. o De ontwikkeling van het gebied dient in relatie te staan tot zijn omgeving en afgestemd op de aanwezigheid van natuurwaarden, randvorowaarden vanuit landschap en watertoets. Is het niet aangewezen om eerder een zachte vorm van recreatie te voorzien. De gemeente verwijst hier naar de visie in het GRS waarbij de zachte vorm van recreatie zich aan de overzijde van de Hellegatbeek bevindt. Woonproject Blauwpoortakker o GRS voorziet in planologische ruil waarbij woongebied wordt geschrapt aan de Hellegatstraat (0,9 ha). In voorliggend RUP is het aan te snijden gebied ca 2ha groot. Deze projectzone dient te worden gereduceerd tot een gelijkaardige oppervlakte van het geschrapte woongebied. o Het voorliggend RUP past voor deze projectzone slechts beperkt het decreet grond- en pandenbeleid (DGPB) toe. Dit dient te worden aangevuld (zie type voorschriften). Het inrichtingsvoorstel in de toelichtingsnota houdt tevens best rekening met deze normen. o Dient in de voorschriften niet meer ingespeeld te worden op de schaal van het landschap en de bestaande morfologie? Materiaalgebruik? Er wordt nu 2 bouwlagen toegelaten, maar toelichtend is er sprake van een overgang te voorzien naar het landschap door realisatie van 1 bouwlaag met dak. Woonzorgcentrum o De deputatie heeft een afwijking toegestaan voor wat betreft het woonzorgcentrum onder bepaalde voorwaarden. Deze voorwaarden zijn vervuld in voorliggend RUP, echter niet de juridisch-formele motivering vanuit de decretale afwijkingsmogelijkheden. Dit dient nog te gebeuren. o Betere afstemming van de bouwplannen en de inplantingsvoorschriften: Inschrijven in de voorschriften van ‘compact ruimtegebruik’ en ‘integratie van de voormalige schoolgebouwen’. De gemeente merkt op dat er geen ‘echte’ integratie van de voormalige schoolgebouwen is. De sociale bouwmaatschappij Ons Onderdak zal binnen het voormalige schoolgebouw een woonproject opzetten waarbij een integratie zal gebeuren van de buitenruimte met het woonzorgcentrum. in de voorschriften een verplichte voorbouwlijn aan de Sulferbergstraat opleggen is niet wenselijk, eerder een pleinfunctie aan de straat. Er zijn geen voorschriften voor de delen buiten de verplichte voorbouwlijn, zo kan er dus geparkeerd worden aan de oostelijke zijde, dit is echter niet wenselijk. De maximale bouwhoogte wordt vastgelegd op 4,5 m tav referentiepeil. Dit is echter niet vastgelegd. De ontwerper merkt op dat het referentiepeil wel vastgelegd is (blz 31, 1ste alinea van paragraaf bouwhoogte). 3 Het materiaalgebruik dient landschappelijk inpasbaar te zijn. De ontwerper vraagt of een wisselbestemming wonen mogelijk is en wijst naar de huidige bestemming in het gewestplan. De provincie en Vlaams gewest kunnen instemmen op voorwaarde dat het zich beperkt tot hetgeen voorzien is in het gewestplan. Wat gebeurt er met de woningen die in de groene zone gelegen zijn? De ontwerper licht toe dat dit een overgangszone is. De deelzone 13.2 en 13.3. kunnen eventueel samengevoegd en ontwikkeld worden. Daarom werd geopteerd om permanent wonen in de deelzone 13.3. niet te bestendigen. De provincie merkt op dat het tijdelijk woonrecht reeds geregeld is via het decreet. De gemeente wenst dit toch te doen om een duidelijk signaal te geven naar de permanente bewoners. Voor de deelzones 13.1. en 13.2 ontbreken voorschriften inzake toegelaten gabariet. De ontwerper merkt op dat de bebouwingspercentage beperkt en dat de uitbreiding in verhouding moet staan tot het geselecteerde waardevol bouwkundig patrimonium en de bestaande bebouwing in de Schomminkelstraat. x Doorwerking wegencategorisering De wegencategorsering uit het GRS werkt onvoldoende door in voorliggend RUP. Enerzijds is er de N315 een lokale weg 1, wat niet doorvertaald wordt in de voorschriften. Anderzijds is er de Hellegatstraat, op vandaag een aarden weg, die wordt bestemd als openbaar domein. De gemeente gaat hiermee niet akkoord, het behoort allen tot het openbaar domein, het betreft infrastructuur in handen van een overheidsbestuur. x Doorwerking beleid voor zonevreemde woningen De mogelijkheden voor zonevreemde woning in Hellegatstraat wordt best gekaderd binnen de visie van het GRS. Tevens een betere afstemming van de voorschriften op dit hoekperceel. 4 Inhoudelijke opmerkingen en aandachtspunten Ruimte en Erfgoed – onroerend erfgoed x Betere relatie leggen met het DGPB, in bijzonder het sociaal objectief x x Met betrekking tot de contour wordt verduidelijking gevraagd waarom bepaalde gebouwen aansluitend op het plangebied niet zijn opgenomen. Nuancering ivm het toelaten van dakvlakvensters en zonneboilers, deze kunnen afbreuk doen aan de erfgoedwaarden van gebouwen. x x Verduidelijking van de verschillende zones voor gemeenschapsvoorzieningen. Bij inrichting van het openbaar domein dient de ruimtelijke kwaliteit ervan te worden bepaald door de beeldkwaliteit van de voorkomende erfgoedwaarden. x Wat wordt verstaan onder ‘ingetogen en terughoudende architectuur’ (blz 9) x x Voor de zone 6 en zone 10 wordt meer aandacht gevraadg voor de landschappelijke kenmerken, zijnde het behoud van de reliëfsvormen. Is het noodzakelijk begrippen zoals ‘wederopbouwarchitectuur, locuswaarde, edm ‘ verordenend vast te leggen? x x Er worden overdrukzones aangeduid waar kleinhandel en horeca niet toegelaten zijn. Er zijn echter nog gebieden waard dit verantwoord is. De gemeente meldt dat dit refereert aan de woonwijken Voor de zone 5, grenzend aan de Fransebeek dient het ecologisch belang bijkomend onderschreven te worden. Er dient voldoende ruimte te worden voorzien aan beide zijden van de Fransebeek ten behoeve van het ecologisch belang en de natuurlijke structuurkenmerken van het valleigebied. x In de zone voor ambacht en KMO (zone 3) dient verduidelijkt te worden wat verstaan wordt onder ‘handel in functie van en ondergeschikt aan de bedrijvigheid’. Vanwaar de nabestemming wonen? De ontwerper verwijst naar het gewestplan, waarbij een groot deel van het gebied is opgenomen als woongebied. x x Agentschap Infrastructuur - AWV In haar advies stelt AWV dat voor hen een rooilijn niet gelijk is aan de grens openbaar domein. Officiële rooilijnplannen zijn er niet. Ze verwijst naar dienstorders voor minimumprofielen, waardoor de grens openbaar domein op 9m uit de as van de weg ligt. Voor de groene recreatiezone (zone 6) dienen de functies (wat kan/wat niet) concreter worden omschreven in de verordenende kolom. De ontwerper verwijst naar de toelichting bij het voorschrift. De ontwerper vraagt wat het nu juist is, aangezien we hier in historische kern zitten. Voor AWV kan dit noodzakelijk zijn bv voor het aanleggen van fietspaden. De ontwerper stelt dat op vandaag er geen aparte fietspaden voorzien zijn, en in de toekomst ook niet mogelijk zullen zijn gezien het huidige profiel van het openbaar domein. Waarom wordt een aparte tuinzone ingetekend thv de Boeschepestraat. Om te vermijden dat in de achterliggende tuinen verder gebouwd wordt daar deze zone als overstromingsgevoelig kan beschouwd worden. GECORO Ruimte en Erfgoed Voor de site van het woonzorgcentrum zijn de voorschriften nu heel specifiek geschreven met het oog op het concrete project. De GECORO vraagt de voorschriften zodanig op te stellen dat ze bij eventuele andere projecten kunnen gehanteerd worden. In die zin vraagt de GECORO zich af of het opportuun is verplicht een plat dak op te leggen. De ontwerper en de gemeente kunnen zich hierin vinden en zullen nagaan of een differentiatie in functie van het aantal bouwlagen mogelijk is. x Het advies sluit grotendeels aan bij het advies van de Provincie. x De minimale dichtheid is 15 woningen per ha in het buitengebied. Dit is voorzien in de voorschriften van de projectzone, niet voor het inbreidingsproject. x Voor het zonevreemd bedrijf dient meer duidelijkheid verschaft omtrent het al of niet overschrijden van de ruimtelijke draagkracht door de inplanting van het bedrijf. x Aandacht voor de Franse beek. De landbouwzone in het RUP houdt geen rekening met het ecologisch waardevol karakter zoals aangegeven in het gewestplan. x Voor Blauwpoortakker is de groenzone in het inrichtingsvoorstel groter dan de groenzone aangeduid op het bestemmingsplan. De zone 10 zou breder mogen op bestemmingsplan. De ontwerper stelt dat binnen de projectzone ruimte dient voorzien te worden voor waterbuffering alsook landschappelijke inkleding. x Voor KWZI en brandweerkazerne is geen locatie-onderzoek gebeurt vanuit het GRS, nog in het RUP. De ontwerper wijst erop dat beiden reeds gerealiseerd zijn, het RUP is dus louter een bevestiging. x Het plan boet aan leesbaarheid in, vanwege het veelvuldig gebruik van overdrukzones. x Er zijn geen specifieke voorschriften voor het pleingeheel. De ontwerper verwijst naar de algemene voorschriften over erfgoed. x Binnen zone 5 voor landbouw is drainage toegestaan. Dit brengt schade toe aan de natuurlijk karakter van waterlopen. x Tevens vraagt de GECORO in geval van platte daken, voor alle dakdelen groendaken te voorzien voor een optimale integratie in de ruime omgeving. Voor het Woestenhof vraagt de GECORO te denken over een bestemmingswijziging naar permanent wonen. Er dient ook nog een kader te worden voorzien die verbouwing van bestaande woningen mogelijk maakt. Bespreking schriftelijke adviezen Agentschap Wonen Vlaanderen Gunstig advies mist vervollediging en corrigeren van passages betreffende sociaal en bescheiden wonen. Dept. LNE – Milieu, Natuur en Energiebeleid Het voorgenomen plan bevat een aantal goede elementen. Het advies bevat een aantal aanbevelingen tot het meer milieuvriendelijk en toekomstgerichter maken van het plan Verduidelijking van de dubbelbestemming gemeenschapsvoorziening (zone 4) en inbreidingsproject (zone 9). Dept. LNE – Dienst Veiligheidsrapportage Het advies dient gelezen te worden als gunstig mits de nodige aanpassingen en verduidelijkingen zoals beschreven en toegelicht op de plenaire vergadering. De dienst beslist dat er geen ruimtelijk veiligheidsrapport dient te worden opgemaakt. 5 6 Dept. Landbouw en Visserij Voorwaardelijk gunstig advies: x de erfgoedwaarde van het landbouwbedrijf aan de Poperingestraat 38, mag de bedrijfsvoering niet in het gedrang brengen x voor de zone 5.1 en 5.2. wordt bij voorkeur een breedte voor de fiets- en wandelpaden opgegeven. x Problemen van oppervlaktewater dienen opgelosten te worden binnen de zones die de problemen veroorzaakt. VMM VMM heeft een voorwaardelijk advies mits rekening gehouden wordt met de opmerkingen geformuleerd nav de screeningsnota Agentschap Ondernemen Geen opmerkingen Toerisme Vlaanderen Geen opmerkingen De Lijn Voor De Lijn dienen de looproutes naar de bushaltes voor de inbreidingsprojecten zo veilig, toegankelijk en zo kort als mogelijk worden gemaakt. Conclusie Het plan wordt aangepast en aangevuld aan de schriftelijke adviezen en aan de bespreking ervan in de vergadering. Brugge, 6 mei 2010 7 Bijeenkomst GECORO dd 15 april 2010 Aanwezig: Geert Debergh, Georges Declercq, Cri Decock, Mark De Meyer, Trees D’Hondt, Pierre Hubau, Annie Masschelein, Kurt Vanneste, Geert Vandewynckel en Ann Van Eeckhoutte Jan De Moor en Bjorn Denecker van WVI Verontschuldigd: Henk Vandaele Agenda: - Toelichting voorontwerp RUP Westouter - Toelichting voorontwerp RUP Wijtschate - Procedure en rol van GECORO in de procedure opmaak ruimtelijke uitvoeringsplannen - Advies voor beide RUPs - Varia en rondvragen Verslag A. De voorontwerpen van de RUPs Wijtschate en Westouter worden voorgesteld door de ontwerpers. Tevens wordt ingegaan op de procedure. 1.Omtrent het voorontwerp RUP Wijtschate werden volgende opmerkingen/vragen geformuleerd: - Op het bestemmmingsplan werd de zone rond het bos aangeduid als agrarische zone. Vraag is of dit niet in conflict komt of zal komen met de toekomstige ontwikkelingen rond de habitatgebieden. In de toekomst zal immers buffering voorzien moeten worden rond de habitatgebieden. Vraag is of dit wel ruimtelijk vertaald dient te worden. De buffering moet eerder gezien worden in kader bemesting. - In de agrarische zone moet de mogelijkheid gelaten worden om nog nieuwe trage verbindingen te realiseren => de stedenbouwkundige oorschriften dienen aangevuld te worden: de formulering dat er infrastructuur- en onderhoudswerken in functie van de aanwezige trage wegen mogelijk zijn dient aangevuld te worden met nieuwe te ontwikkelen trage wegen - Het natuurgebied ten noorden van de serres dient niet noodzakelijk als grasland ingericht te worden , kan ook ingericht worden als mantelzoom voor bos - Trage wegen: x De formulering rond netwerken van trage wegen is nogal ruim . De uitbouw van het netwerk wordt op termijn voorzien maar is nog niet gerealiseerd. Dit kan dan ook beter als een potentie geformuleerd worden x Mogelijkheden voor trage wegen ten noorden van Kapellerie verder onderzoeken x Op plan werd bestaande lus van kraters en mijnenpad ten noorden van sporthal niet aangeduid x Op plan bestaande toegangsweg van Wijtschatestraat naar bos aanduiden Gemeentehuis De Warande Bergstraat 24 B-8950 Heuvelland T +32 (0)57 45 04 50 F +32 (0)57 44 56 04 [email protected] www.heuvelland.be 1 - Vraag wordt gesteld wie inbreidingsgebied zal realiseren. In eerste instantie zal gesproken worden met eigenaar, de ontwikkeling dient wel te gebeuren binnen de vooropgestelde stedenbouwkundige voorschriften van het RUP¨ - 2.Omtrent het voorontwerp RUP Westouter werden volgende opmerkingen/vragen geformuleerd: - Project RVT: x toegang voor gemotoriseerd verkeer moet voorzien worden via de Sulferbergstraat. Dit is zo voorzien in de stedenbowkundige voorschriften x Er moet gezocht worden naar een optimale integratie ook in de ruimtere omgeving (vb zicht vanop Rodeberg) => vraag om groendak te voorzien op alle daken x Werden nog andere lokaties onderzocht? Hier wordt verwezen naar het loaktieonderzoek in bundel x Parking dient in groen geïntegreerd te worden: in de voorschriften is bepaald dat 80 % onder het gebouw moet voorzien worden - Woestenhof: x hier wordt gesteld dat deze site een blijvend probleem is: er is reeds zeer veel recreatie bestemming aanwezig in en rond Westouter. Veel beter zou hier gedacht worden aan een bestemmingswijziging naar permanent wonen. Deze vraag werd reeds eerder besproken met de provincie maar omwille van de bestemming op gewestplan en structuurplannen van de hogere overheid kan dit niet gerealiseerd worden. x Speelbos aansluitend bij zone Woestenhof meenemen in bestaande toestand en link leggen op bestemmingsplan via groene pijl x Voor zone 13.3 werd een tijdelijk woonrecht tot 31/12/2029 vooropgesteld. Er moet onderzocht worden of die bepaling niet moet worden overgenomen voor deelzone 13.2. - Mote: mogelijkheid openlaten voor de realisatie van bejaardenwoningen. Met de vooropgestelde stedenbouwkundige voorschiften is dit mogelijk - Zone rond bedrijf Delanotte: omwille van mogelijke wateroverlast moet ervoor gezorgd worden dat hier geen bijkomende woningen kunnen ontwikkelen. Er wordt dan ook gesuggereerd om beperkte uitbreidingsmogelijkheden te voorzien voor de woning en de rest van de bebouwde oppervlakte in te kleuren met een nabestemming tuingrond. Teven kan in de zone voor open waterloop het aantal toegangen beperkt worden zodat in deze zone op termijn geen verkaveling kan ontwikkelen. Foute woordkeuze rond netwerken van trage wegen Op plan bestaande toegangsweg van Wijtschatestraat naar bos aanduiden Mogelijkheden voor trage wegen ten noorden van Kapellerie verder onderzoeken Met betrekking tot het voorontwerp RUP Westouter brengt GECORO volgend advies uit: - Site RVT: De Gecoroleden hebben de indruk dat de voorschriften opgesteld zijn met het oog op de realisatie van een concreet project. De voorschriften dienen zodanig opgesteld te worden dat ze ook nog kunnen gehanteerd worden bij de realisatie van eventueel andere projecten: bv steeds verplicht gebruik van plat dak Er moet ook gezocht worden naar een optimale integratie ook in de ruimtere omgeving (vb zicht vanop Rodeberg) => vraag om groendak te voorzien op alle daken - Woestenhof: er is reeds zeer veel recreatie bestemming aanwezig in en rond Westouter. Veel beter zou hier gedacht worden aan een bestemmingswijziging naar permanent wonen. Ook vanuit ruimtelijk standpunt is de bestemmingswijziging naar permanent wonen verantwoord. Ook hier merken de gecoroleden op dat de voorschriften opgesteld werden in kader van de realisatie van een volledig nieuw project. Er is echter geen kader indien een aanvraag tot verbouwing van bestaande woningen wordt ingediend. De voorschriften moeten dan ook nog aangevuld worden voor verbouwing van bestaande woningen. B. Advies voorontwerpen Met betrekking tot het voorontwerp RUP Wijtschate brengt GECORO volgend advies uit: - Aanvulling van de stedenbouwkundige voorschriften van de agrarische zone: ‘….alsook infrastructuur- en onderhoudswerken in functie van eventueel aangrenzend bos en de aanwezige en nieuw te ontwikkelen trage wegen’ - Invulling van natuurgebied ten noorden van serres niet enkel beperken tot grasland, ook ontwikkeling van mantelzoom is mogelijk Gemeentehuis De Warande Bergstraat 24 B-8950 Heuvelland T +32 (0)57 45 04 50 F +32 (0)57 44 56 04 [email protected] www.heuvelland.be 2 Gemeentehuis De Warande Bergstraat 24 B-8950 Heuvelland T +32 (0)57 45 04 50 F +32 (0)57 44 56 04 [email protected] www.heuvelland.be 3 Het College van Burgemeester en Schepenen van en te 8950 Heuvelland Exploitatie en Beheer West-Vlaanderen Rijselstraat 231 8200 Brugge Tel. 050 30 11 40 - Fax 050 30 11 30 [email protected] uw bericht van 02/04/10 uw kenmerk ons kenmerk V2010/059/RUP vragen naar / e-mail Bart De Smet [email protected] telefoonnummer 050/30.11.42 datum 26 april 2010 bijlagen Betreft: Voorontwerp RUP Kern Westouter en Kern Wijtschate. Plenaire vergadering te Kemmel op dinsdag 27 april 2010.. Geachte mevrouw, Geachte heer, Hierbij stuur ik u de opmerkingen van het Agentschap Wegen en Verkeer en de Afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid in verband met bovenvermeld voorontwerpen RUP “KERN Westouter” en “RUP KERN Wijtschate te Heuvelland . 1) De afdeling Wegen en Verkeer West-Vlaanderen houdt er aan het volgende te melden: Algemene bemerking : voor het agentschap Wegen en Verkeer is een rooilijn niet gelijk aan de grens openbaar domein. Bvb. bij open en halfopen bebouwing te Westouter wordt vermeld dat de voorbouwlijn op 5 meter van de rooilijn, tenzij anders dan weergegeven op plan dient aangehouden te worden. Offiële rooilijnenplannen zijn er voor deze gewestwegen niet, doch de voor ons geldende dienstorders spreken over een minimumprofiel van 18m, d.w.z. 9m uit de as. In de praktijk lig er zo goed als nergens langs deze wegen de grens openbaar domein op 9m. Algemeen is de achteruitbouwzone gelegen op 8m. bemerkingen voor Rup kern Westouter -de zone aaneengesloten bebouwing kunnen we beschouwen als doortocht, voorbouwlijn op de huidige bouwlijn. www.vlaanderen.be 2 -de zone voor open en/of halfopen bebouwing : voor het agentschap Wegen en Verkeer wordt aangehouden dat de bouwlijn van de woningen in de Poperingestraat dient gelegen te zijn op 17m (9m+8m) uit de as van de weg. In de Sulferbergstraat wordt voor de achteruitbouwzone 0m aangehouden. In de Bellestraat wordt aangehouden dat de bouwlijn dient gelegen te zijn op 17m (9m+8m) uit de as van de weg.. bemerkingen voor Rup kern Wijtschate -de zone aaneengesloten bebouwing kunnen we beschouwen als doortocht, voorbouwlijn op de huidige bouwlijn. Voor het stukje zone 1 vanaf de Lange Bunderstraat (ipv Groenestraat zoals vermeld op plan) hebben we wel voorbehoud waarom dit zone aaneengesloten bebouwing dient te zijn. Meer logisch is hier zone voor open en/of halfopen bebouwing. -de zone voor open en/of halfopen bebouwing : voor het agentschap Wegen en Verkeer wordt aangehouden dat de bouwlijn van de woningen op 17m (9m+8m) uit de as van de weg dient gelegen te zijn. 2) De afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid brengt volgend advies uit: Opmerkingen op de voorliggende RUP Wijtschate. Op de rand van de projectzone bevindt zich één gewestweg : de N365. Deze is in de kern Wijtschate niet gecategoriseerd als primaire of secundaire weg. i Pg 29 : het citeren van het mobiliteitsplan gebeurt hier zeer beperkt. Immers het in proces zijnde mobiliteitsplan heeft onderzoek uitgevoerd naar de mobiliteitseffecten van een aantal ruimtelijke opties in Wijtschate. i Pg 84 : het voorliggend ontsluitingsvoorstel is eerder vaag. Het is onduidelijk of de ontlsuitingen voor het gemotoriseerd verkeer enkel- of dubbelrichting zijn en welke vorm van kruispunten dan gecreëerd worden op de bestaande wegen. Bvb op de Ieperstraat worden 2 nieuwe kruispunten gecreëerd op zeer korte afstand : dit zal leiden tot een verkeersonveiligere situatie in de Ieperstraat. Er is geen absolute regel die bepaalt voor hoeveel woningen hoeveel aantakkingspunten nodig zijn op het ‘hogere’ wegennet. Maar zijn 3 ontsluitingspunten niet wat van het goede teveel voor zo’n 43 woningen ? i Pg 89 : er wordt een voorstel voor 50 extra parkeerplaatsen : in de nota is geen onderbouwing van dit cijfer opgenomen ! Dit is toch wel van groot belang zodat er geen onder- of overschatting gebeurt. Voorschriften : i Zone 1 : Waarom moet er enkel voor meergezinswoningen ook op eigen terrein geparkeerd worden ? i Waarom wordt voor zone 2, zone 4, zone 7, zone 8 en zone 9 geen parkeervoorschriften gedefinieerd? is er een algemene stedenbouwkundige verordening die parkeernormen oplegt ? i Voor zone 7 wordt in de toelichtingsnota wel expliciet belicht hoeveel parkeerplaatsen moeten gerealiseerd worden. Dit wordt niet overgenomen in de voorschriften. Hoe kan men dit dan hard maken ? Ook voor zone 9 komt over het 3 parkeerbeleid één en ander aan bod in de toelichtingsnota, ook hier wordt dit niet hard gemaakt. i Voor de zone 9 worden een aantal symoblen indicatief getekend op het bestemmingsplan. Op die Ieperstraat komen op die manier 4 ‘ontlsuitingspunten’ toe, twee voor de zachte weggebruiker en twee voor gemotoriseerd verkeer (dus alle verkeer). In de toelichtingsnota wordt voor het symbool ‘ontsluiting gemotoriseerd verkeer’ aangegeven dat die slechts over 10m kunnen schuiven. Het gaat hier toch wel om vier extra kruispunten op korte afstand. Hier moet toch nog eens nagedacht worden over de verkeersveiligheid van deze situatie. Een zelfde opmerking is trouwens te formuleren voor de Hospicestraat. i Enkel voor de zone 3 is sprake van fietsenstallingen : wat met fietsenstallingen aan de recreatiezone, op openbaar domein en het inbreidingsproject ? Opmerkingen op het RUP Westouter. In het projectgebied bevinden zich 2 gewestwegen : de N315 en de N398. Beiden zijn niet gecategoriseerd als primaire of secundaire weg. i Pg 78 : In de beschrijving voor het recreatief gebied ten zuidoosten van de kern wordt een mogelijke beschrijving gedaan voor de mobiliteitsaspecten : parkeren, ontsluiting, trage verbindingen. De tekst is echter zeer vrijblijvend opgemaakt. Er wordt niet bepaald hoeveel parkeerplaatsen nodig zijn (minimaal of maximaal), er wordt niet aangegeven hoeveel trage verbindingen er nodig zijn,… Er worden geen uitspraken gedaan over openbaar vervoer of over fietsenstallingen : dit zijn toch wel belangrijke elementen voor een recreatieve zone, zeker als het een zone is voor verblijfstoerisme. Voorschriften : i Zone 1 : Waarom moet er enkel voor meergezinswoningen ook op eigen terrein geparkeerd worden ? i Waarom wordt voor zone 2, zone 7, zone 8, zone 9 en zone 13.3 geen parkeervoorschriften gedefinieerd? is er een algemene stedenbouwkundige verordening die parkeernormen oplegt ? i Zone 3 : er wordt een inrichtingsstudie verwacht waarin o.a. het aantal parkeerplaatsen aan bod moet komen. Er wordt echter niet opgelegd voor welke parkeerplaatsen verwacht wordt dat dit op eigen terrein gebeurd. Er worden ook geen uitspraken gedaan over de ontsluiting : gebundeld of niet. Het is niet wenselijk dat de ontsluiting gebeurd over de volledige lengte van het perceel. Op de plenaire vergadering op dinsdag 27 april 2010 te Kemmel zal Ing. Franco Verschueren aanwezig zijn. Met de meeste hoogachting, Ing. Bart De Smet Directeur Coördinator exploitatie en beheer Gemeente Heuvellland T.a.v. College van Burgemeester en Schepenen De Warande Bergstraat 24 8950 HEUVELLAND uw bericht van 02.04.10 Milieu-, Natuur en Energiebeleid Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02 553 03 55 - Fax 02 553 80 06 [email protected] uw kenmerk vragen naar / e-mail telefoonnummer Sven Vercammen 02 553 83 03 [email protected] ons kenmerk bijlagen LNE/BGP/2010/093 1 datum 6 mei 2010 Ook zijn de mate van ruimte-efficiëntie evenals de ruimtelijke aspecten van energieefficiëntie van nieuwe bebouwing voor verdere verbetering vatbaar. Het substantieel energie-efficiënter en -onafhankelijker maken van onze nederzettingen adhv ruimtelijke maatregelen is een dringende prioriteit. Op vlak van ruimte-efficiëntie betekent dit bijvoorbeeld het voorzien van hogere streefdichtheden voor nieuwbouw en de toepassing van meer gemeenschappelijk ruimtegebruik (tuindelen, autodelen, meer gebundelde parkeerplaatsen, energievoorzieningen, etc …) waar mogelijk. 2. Opmerkingen op de stedenbouwkundige voorschriften Artikel 2 – Zone voor open en / of halfopen bebouwing Deze zone wordt in bepaalde deelgebieden gekenmerkt door inefficiënt ruimtegebruik, veroorzaakt door een relatief groot aantal eerder onderbenutte percelen en lage dichtheden. Kunnen er verdere maatregelen genomen worden om deze toestand te verbeteren om de vraag naar uitbreiding te beperken? Betreft: voorontwerp RUP kern Westouter te Heuvelland Geachte, Het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie ontving op 6 april uw adviesvraag mbt het voorontwerp RUP kern Westouter te Heuvelland. De vraag voor advies werd intern verspreid naar verschillende afdelingen van LNE. We ontvingen een advies van de dienst Veiligheidsrapportering. U vindt in bijlage dit advies. Inplanting: Gelieve mbt tot nieuwbouw vereisten op te nemen die eveneens ruimtelijke aspecten mbt het beperken van energieconsumptie voorop stellen (vb. een optimale zonneoriëntatie van de bouwpercelen en inplanting van gebouwen + een hoge compactheid van de bebouwing). Het is evenals gewenst een oriëntatie te voorzien die de eventuele toepassing van hernieuwbare energie maximaal ondersteunt. Alleenstaande woningen met voortuinen zijn niet erg ruimte-, materiaal en energieefficiënt. Dit is een eerder zwakke keuze mbt klimaatrobuustheid en energieonafhankelijkheid. Artikel 3 – Zone voor ambacht en KMO Als volgt vindt u onze opmerkingen: 1. Algemene opmerkingen Er zitten een aantal goede elementen in het voorgenomen plan. Ons advies bevat een aantal aanbevelingen tot het meer milieuvriendelijk en toekomstgerichter maken van het plan. De mate waarin duurzame mobiliteit een doel van de ruimtelijke ordening en inrichting is, is thans nog eerder beperkt, gelet op o.a.: - de lage woondichtheden voor bijkomende nieuwbouw, - de mogelijkheden tot een zeer autogerichte bebouwingswijze en stedenbouwkundige inrichting voor nieuwbouw en nieuwe functies - het gebrek aan de instelling van gebiedsgerichte maximale parkeernormen en minimale fietsstallingsnormen. Gelieve een duurzame parkeernota gericht op een duurzame modale shift te vereisen bij eventuele (ver)nieuwbouw of uitbreiding van de parkeerzone. Gelieve ook de aspecten van fietsvriendelijkheid als criterium voor een (her)inrichting op te nemen. Gelieve een minimumbreedte voor een groenbuffer op te nemen (vb.: 5-8m) en waar gepast hoogstammig groen te vereisen. Artikel 7 – Sport- en recreatiezone Gelieve een duurzame parkeernota gericht op een duurzame modale shift te vereisen bij een eventuele uitbreiding van de parkeerzone. Gelet op de bereikbaarheid per fiets of te voet voor het lokale gebruik enkel de meest noodzakelijke autoparkeerplaatsen te voorzien zodat autogebruik niet onnodig aangemoedigd wordt. Gelieve van de geëigende instrumenten en maatregelen gebruik te maken om het eventuele ongewenste parkeren in de omgeving tegen te gaan. In de plaats van het voorzien van een sterke autotoegankelijkheid wordt het duurzamer geacht het fietsgebruik sterker te ondersteunen door het vereisen van optimale fietsvoorzieningen (vb. ruimte aantallen diefstalveilige en goed toegankelijke fietsstalplaatsen). 2 www.lne.be Artikel 8 – Projectzone Artikel 13 – Zone voor verblijfsrecreatie Gelieve op meer kwalitatieve wijze te omschrijven wat er bedoeld wordt met ‘het integreren van de waterloop’? Inplanting: Gelieve mbt de vermelde inrichtingsstudie vereisten op te nemen die eveneens ruimtelijke aspecten mbt het beperken van energieconsumptie voorop stellen (vb. een optimale zonneoriëntatie van de bouwpercelen en gebouwen en een hoge compactheid van de bebouwing). Het is evenals gewenst een oriëntatie (bijvoorbeeld van daken) te voorzien die de eventuele toepassing van hernieuwbare energie maximaal ondersteunt. Inplanting: Gelieve mbt de vermelde inrichtingsstudie vereisten op te nemen die eveneens ruimtelijke aspecten mbt het beperken van energieconsumptie voorop stellen (vb. een optimale zonneoriëntatie van de bouwpercelen en inplanting van gebouwen + een hoge compactheid van de bebouwing). De mogelijke inrichtingsschets in de toelichtingsnota bevat een groot aandeel zwak zongeoriënteerde percelen. Gelieve dit aan te passen. Het is evenals gewenst een oriëntatie te voorzien die de eventuele toepassing van hernieuwbare energie maximaal ondersteunt. Artikel 14 – Zone voor Openbaar domein Gelieve binnen de dorpskern ruimtelijke toegankelijkheidsmaatregelen in het voordeel van langzaam verkeer te prioteriseren. Alleenstaande woningen met voortuinen met kijkgroen zijn niet erg ruimte-, materiaal en energie-efficiënt. Dit is een eerder zwakke keuze mbt klimaatrobuustheid en energieonafhankelijkheid. Gelieve de ruimte aan verharding (vnl. wegbreedtes) en het aanbod aan (gratis) parkeerplaatsen bij herinrichting van het openbaar terrein te minimaliseren. Gelieve een gebiedsgerichte maximale parkeernorm per wooneenheid op te nemen en te overwegen parkeerplaatsen te bundelen. 3. Besluit Het advies van het dept. LNE is voorwaardelijk gunstig, dwz indien er voldoende aandacht wordt besteed aan het tegemoetkomen van voormelde punten. Gelieve minimale fietsstalnormen op te nemen en interne stalplaatsen voor bewoners en externe stalplaatsen voor bezoekers op goed toegankelijke locaties bij de hoofdtoegang van gebouwen te voorzien. Gelieve ons te verontschuldigen voor de plenaire vergadering. Artikel 9 – Inbreidingsprojectzone Hoogachtend, Inplanting: Gelieve mbt de vermelde inrichtingsstudie vereisten op te nemen die eveneens ruimtelijke aspecten mbt het beperken van energieconsumptie voorop te stellen (vb. een optimale zonneoriëntatie van de bouwpercelen en gebouwen en een hoge compactheid van de bebouwing). Het is eveneens gewenst een oriëntatie (bijvoorbeeld van daken) te voorzien die de eventuele toepassing van hernieuwbare energie maximaal ondersteunt. Voor de secretaris-generaal, in opdracht, Gelieve de principes van de inrichtingsstudie aan te vullen met een goede functionele invulling van de semi-publieke buitenruimte en een benoeming van de relevante gewenste relaties tussen de functies in de gebouwen en de functies in de semi-publieke buitenruimte. Paul Van Snick Algemeen Directeur Gelieve een gebiedsgerichte maximale parkeernorm per wooneenheid op te nemen en te overwegen parkeerplaatsen te bundelen. Gelieve minimale fietsstalnormen op te nemen en interne stalplaatsen voor bewoners en externe stalplaatsen voor bezoekers op goed toegankelijke locaties bij de hoofdtoegang van gebouwen te voorzien. Artikel 10 – Openbare groenzone Gelieve de wenselijke en mogelijke functies van de openbare groenzone nauwer te omschrijven (vb. het vereisen van minimale kinderspeelruimte per inwoner; de integratie van infiltratievoorzieningen). 3 www.lne.be 4 www.lne.be Gelet op het feit dat Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Veiligheidsrapportering Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 BRUSSEL Tel 02 553 80 35 - Fax 02 553 21 25 [email protected] Gemeentehuis De Warande T.a.v. het College van Burgemeester en Schepenen Bergstraat 24 8950 Heuvelland uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk AMNE/VR/BJ/2083 RUP 10/087 2 april 2010 vragen naar / e-mail telefoonnr. Barbara Jans 02/553 74 93 [email protected] Betreft: bijlagen / Datum 15 april 2010 4 x volgens de gegevens van de dienst VR in het plangebied geen Seveso-inrichtingen aanwezig zijn, x volgens de gegevens verstrekt in de toelichtingsnota in het plangebied geen Sevesoinrichtingen mogelijk zijn, (cfr. pg.22 in de stedenbouwkundige voorschriften), x volgens de gegevens verstrekt in de toelichtingssnota aandachtsgebieden (o.a. woonzone en recreatie) gepland zijn, x volgens de gegevens van de dienst VR binnen een perimeter van 2 km rond het plangebied geen Seveso-inrichting aanwezig is, in het plangebied 4 beslist de dienst VR dat er geen ruimtelijk veiligheidsrapport dient opgemaakt te worden, en er voor wat het aspect externe veiligheid betreft geen verdere actie ondernomen dient te worden. Advies over het gemeentelijk RUP “Kern Westouter” te Heuvelland (versie april 2010) Geachte, De dienst VR wenst zich hierbij te verontschuldigen voor de plenaire vergadering. Hoogachtend, Met betrekking tot het in rubriek vermelde onderwerp vindt u hierbij het advies van de dienst Veiligheidsrapportering (dienst VR) van mijn afdeling. 1 Ter uitvoering van artikel 12 van de Seveso II-richtlijn dient in het beleid inzake ruimtelijk ordening rekening gehouden te worden met de noodzaak om op langetermijnbasis voldoende afstand te 2 3 laten bestaan tussen Seveso-inrichtingen enerzijds en aandachtsgebieden anderzijds. Deze doelstelling wordt verwezenlijkt door het houden van toezicht op de vestiging van nieuwe Sevesoinrichtingen, op wijzigingen van bestaande Seveso-inrichtingen, en op nieuwe ontwikkelingen rond bestaande Seveso-inrichtingen. Paul Van Snick Algemeen directeur Afdelingshoofd AMNEB Het voorliggende RUP heeft als doel de ontwikkelingsperspectieven voor de kern van Westouter vast te leggen in één globaal RUP. Bijzondere aandacht wordt besteed aan het schrappen van woongebied, het verder aansnijden van woonuitbreidingsgebied alsook een ontwikkelingsvisie voor het recreatief gebied “Woestenhof”. Het advies van de dienst VR heeft specifiek betrekking op het aspect externe mensveiligheid zoals bedoeld in de Seveso II-richtlijn, of, m.a.w. op de risico’s waaraan mensen in de omgeving van Seveso-inrichtingen (kunnen) blootgesteld worden ten gevolge van de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen in die inrichtingen. De dienst VR stelt vast dat het aspect ‘externe veiligheid’ behandeld werd in het voorontwerp van RUP. Om een inschatting te maken van het aspect externe mensveiligheid, dient het voorliggende RUP afgetoetst te worden aan de hand van criteria die werden opgenomen onder de vorm van een beslissingsdiagram in bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26/01/2007 houdende nadere regels inzake de ruimtelijke veiligheidsrapportage. 1 Richtlijn 96/82/EG betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn, omgezet in Belgisch recht via het Samenwerkingsakkoord van 21 juni 1999 tussen de federale Staat, het Vlaams gewest, het Waalse gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewestbetreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken (B.S. 16/06/2001) en zijn wijzigingen (B.S. 26/04/2007) 2 Dit zijn inrichtingen met een zodanige hoeveelheid aan gevaarlijke stoffen op het terrein dat zij vallen onder het toepassingsgebied van de Seveso II richtlijn. 3 Zoals gedefinieerd in het besluit van de Vlaamse Regering van 26/01/2007 houdende nadere regels inzake ruimtelijke veiligheidsrapportage. www.lne.be 4 Bron: webstek http://www.lne.be/themas/veiligheidsrapportage/inrichtingen/lijsten www.lne.be Ruimte en Erfgoed afdeling West-Vlaanderen Werkhuisstraat 9, 8000 Brugge Tel. 050 44 28 11 - Fax 050 44 28 13 [email protected] www.ruimte-erfgoed.be + en Schepenen van en te Gemeentehuis De Warande Bergstraat 24 8950 HEUVELLAND Wat het GRUP kern Westouter betreft, vragen we meer aandacht voor de landschappelijke kenmerken van de zone 6 en de aangrenzende zone 10 beiderzijds van de Hellegatbeek , in het bijzonder het behoud van de reliëfsvormen. Hierbij dient de inrichting van deze zones tot een minimum beperkt te blijven met het accent op het herstel van het valleigebied van de Hellegatbeek. Ook het valleigebied van de Franse Beek, tevens als ankerplaats opgenomen in de Landschapsatlas Vlaams Gewest, dient in de stedebouwkundige voorschriften van dit GRUP bijkomend ondersteund te worden door de volgende aanpassingen : * zone 5 grenzend aan de Frans Beek dient het ecologisch belang bijkomend onderschreven te worden (cfr. huidige gewestplanbestemming) en dmv een symbool of raster aangeduid op bestemmingsplan ; uw bericht van 06.04.2010 uw kenmerk vragen naar / e-mail telefoonnummer Marika Strobbe 050 44 29 53 [email protected] ons kenmerk 1276/10//MS/ bijlagen dossier datum Betreft: HEUVELLAND : voorontwerp GRUP kern Westouter & RUP kern Wijtschate :plenaire vergadering 27.04.2010. * Ook in de aangrenzend zones 5 en 7 aan de overzijde van de Frans Beek dient ,naast de 5 meter zone voor onderhoud van de beek, een zone van minimaal 10 meter te worden onderschreven ten behoeve van het ecologisch belang en de natuurlijke structuurkenmerken van het valleigebeid en dmv een symbool of raster aangeduid op bestemmingsplan. Wat het GRUP kern Wijtschate betreft, vragen om in de zone 6 bijkomend rekening te houden met de erfgoedwaarden van het marktpleintje en kiosk en dat bijkomende inrichtingen dienen afgewogen te worden ten opzichte van de historische kenmerken van het marktpleintje en de omgevende bebouwing . Geachte We hebben uw uitnodiging voor de plenaire vergadering van 27.04.2010 ter bespreking van de hoger vermelde GRUP’s in goede orde ontvangen. We dienen ons echter te laten verontschuldigen en wensen vervolgens onze bemerkingen te formuleren. Algemeen kan gesteld worden dat de beide GRUP’s inhoudelijk beantwoorden aan de doelstellingen voor het behoud en instandhouding van de voorkomende erfgoedwaarden, in het bijzonder de bouwkundige erfgoedwaarden. We merken tevens dat een vertaling van deze erfgoedwaarden in de stedebouwkundige voorschriften, in het bijzonder de algemene bepalingen, goed werd uitgewerkt en afleesbaar is op het bestemmingsplan. In de algemene bepalingen wordt het plaatsen van dakvlakvensters en zonneboilers toegelaten wat afbreuk kan doen aan de erfgoedwaarden van het betreffende gebouw en aan het straatbeeld ; een nuancering in dat verband is ons inziens aangewezen waarbij het verstoren van gesloten dakvlakken aan de straatzijde negatief worden beoordeeld. In de zone van openbaar domein dient men bijkomend te specifieren dat de ruimtelijke kwaliteit van het openbare domein eveneens bepaald wordt door de beeldkwaliteit van de voorkomende erfgoedwaarden en dat bijgevolg alle gemeenschaps- en nutsvoorzieningen dienen rekening te houden met deze erfgoedwaarden. Miek Goossens, Gewestelijk Erfgoedambtenaar file:///V|/05375/ADMIN/ADV/05375_20100427_AdvEconomie.htm Van: Slabbinck, Lut [lut. [email protected]] Verzonden: maandag 12 april 2010 10:46 Aan: [email protected] Onderwerp: RUP's Wijtschate en Westouter Geachte Mw. Vaneeckhoutte, Ik wens mij te verontschuldigen voor de plenaire vergadering van 27 april 2010. Ik heb geen opmerkingen op de voorliggende RUP's. vriendelijke groeten Lut Slabbinck Adjunct van de directeur Agentschap Ondernemen Entiteit Ruimtelijke Economie Koning Albert II-laan 35 bus 12 1030 Brussel T 02 553 37 49 F 02 553 34 76 [email protected] opgelet mijn e-mailadres is gewijzigd www.agentschapondernemen.be Disclaimer: Dit elektronische bericht heeft een informeel karakter. Het kan op geen enkele wijze een invloed hebben op de contractuele relaties tussen het Agentschap Ondernemen en de betrokken partij. Alle officiële communicatie moet gebeuren per gewone briefwisseling file:///V|/05375/ADMIN/ADV/05375_20100427_AdvEconomie.htm [6/05/2010 11:04:38] Advies (dd 30/11/2010) van de GECORO omtrent RUP Westouter Voor het ontwerp RUP kern Westouter werden 8 opmerkingen/bezwaren ingediend bij de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening. Het advies van de bestendige deputatie werd ontvangen op 6 september 2010: integraal advies zie onderaan. Het advies van het agentschap ruimte en erfgoed werd ontvangen op 9 september 2010 integraal advies zie onderaan. Op basis van de besprekingen tijdens de vergadering van de Gecoro van 9 november 2010 brengt de Gecoro advies uit over het voorliggend RUP: 1.1. Inbreidingsproject rond de mote: De Gecoro sluit zich aan bij de opmerking in het advies van de bestendige deputatie en agentschap ruimte en erfgoed met betrekking tot de verdere uitwerking van de stedenbouwkundige voorschriften. In de voorschriften kunnen bepalingen worden opgenomen met betrekking tot parkeren, ontsluiting, groenaandeel en bezettingsgraad. Wel dient bij de bezettingsgraad van deze site rekening gehouden te worden met de specifieke eigenschappen van deze site (morfologie, landschappelijke inkleding, ontsluitingsmogelijkheden). De vooropgestelde dichtheid voor buitengebied van 15 woningen /ha is hier niet haalbaar als men de site kwalitatief wenst in te richten. De suggestie van de bestendige deputatie om de bepalingen grond- en pandendecreet mee te nemen bij de inrichtingsschetsen en hiervoor randvoorwaarden te formuleren zijn van toepassing op vergunningenniveau en niet op het niveau van het RUP. De Gecoro adviseert dan ook om dit niet op te nemen in het RUP. 1.2. Sport- en recreatiezone: De Gecoro stelt voor om de bebouwing te concentreren langsheen de Blauwepoortstraat. Dit kan vertaald worden in de stedenbouwkundige voorschriften. Op die manier wordt voldaan aan de opmerking uit het advies van het agentschap ruimte en erfgoed. 1.3. Landbouwzone overdruk recreatie (cfr advies bestendige deputatie en advies agentschap ruimte en erfgoed): Binnen het GRS wordt dit gebied als een groene speel- en ontmoetingsplek geduid. Vanuit de visie om dit open te houden werd het opgenomen als landbouw met overdruk recreatie. De Gecoro stelt voor om dit gebied op te nemen als zone 7 (sport- en recreatiezone) onder de volgende randvoorwaarden: bouwvrij houden, verharding in beperkte mate toe te staan mits landschappelijke inkleding. 1.4. Woestenhof: De Gecoro vindt het belangrijk dat de nodige randvoorwaarden van de site Woestenhof worden ingeschreven in de stedenbouwkundige voorschriften voor eventuele toekomstige ontwikkelingen en pleit dan ook voor het behoud van deze zone in het RUP (cfr advies bestendige deputatie en advies agentschap ruimte en erfgoed). In zone 12 voor verblijfsrecreatie zijn er verschillende bezettingspercentages weergegeven die gebaseerd zijn op de bestaande situatie. Deze kunnen behouden blijven. Ook het aantal parkeerplaatsen wordt gedifferentieerd omwille van de verschillende activiteiten en typologie en kan dan ook behouden blijven. Wel is het belangrijk dat ook voor deelzone 12.3 parkeervoorzieningen opgelegd worden in de stedenbouwkundige voorschriften ingeval van nieuwe ontwikkelingen. De 10% publieke groenzone in de deelzone 12.2 dient als een minimum beschouwd te worden. Voor de aantallen verblijfsgelegenheden per deelzone kan verwezen worden naar de verduidelijking in de toelichtende kolom dat het een gezamenlijke herontwikkeling is van de beide zones op basis van globale ontwikkelingsvisie, doch eventueel gefaseerd uitgevoerd. Dit houdt dan in dat binnen het gebied van 12.2 en 12.3 samen, 100 verblijfseenheden kunnen gerealiseerd worden. De Gecoro vindt het ook belangrijk dat iedere burger tijdig op de hoogte is van het tijdelijk woonrecht cfr bepalingen uit de Vlaamse Codex en vindt het dan ook wenselijk dat deze bepalingen behouden blijven in de voorschriften. Aansluitend hierbij wordt ook verwezen naar de bekendmaking omtrent het ontwerp RUP (cfr bezwaar nv promotie en realisatie): de gemeente heeft conform de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gehandeld waarbij het openbaar onderzoek aangekondigd werd door aanplakking in de gemeente, een bericht in het Belgisch Staatsblad en in tenminste drie dagbladen die in de provincie werden verspreid en een bericht op de website van de gemeente. Daarnaast heeft de gemeente een informatievergadering gehouden in de kern Westouter op maandag 5 juli 2010. Omtrent het uitbreidingsgebied van het vakantiedomein Woestenhof, zoals vermeld in bezwaar van Dhr. Leeuwerck verwijst de GECORO naar het goedgekeurd GRS Heuvelland. De visie in het GRS met betrekking tot het recreatiegebied Woestenhof bestaat uit een gedifferentieerde ontwikkeling van het resterende niet bebouwde terreinen op maat van het landschap. Binnen het GRS is dus niet de optie genomen om dit te voorzien als woon(uitbreidings)gebied, hetgeen ten andere strijdig zou zijn met hogere beleidskaders. Indien men dit wenst, dient dus eerst het GRS herzien te worden. In het ontwerp wordt een zone voorzien met als overdruk groenzone. De bezwaarindiener nv Promotie en realisatie merkt op dat geen rekening gehouden werd met bestaande rechten of er een bedreiging voor vormt. De Gecoro stelt voor om een strook langs beide zijden van de Hellegatbeek te vrijwaren van bebouwing zodat de beekstructuur visueel en ecologisch kan versterkt worden. Omtrent het bezwaar van DLA Piper – curator van NV Wilton en de wettelijkheid van het RUP neemt de GECORO volgend standpunt in: De gronden van bezwaarindiener zijn volgens het gewestplan bestemd als ‘gebied voor verblijfsrecreatie’. Dit houdt echter niet in dat er geen beperkingen zijn vanuit de gewestplanbestemming. De volledige ontwikkeling ervan is geen absoluut recht. Bij de ontwikkeling ervan is er nog steeds de toets aan de goede ruimtelijke ordening (art 1.1.4. van de Codex). M.b.t. de strijdigheid met de richtinggevende bepalingen van het RSV is dit een eigen interpretatie. Op de plenaire vergadering hebben zowel de provincie als het Vlaamse Gewest geen strijdigheden vastgesteld met het Ruimtelijke Structuurplan Vlaanderen, noch met het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan. Daarenboven staat in het GRS: voor structurele uitbreidingen buiten de geëigende zones dient het planningsinitiatief uit te gaan van de Vlaamse of provinciale overheid. In voorliggend RUP betreft het echter een visie op een reeds op heden bestemd gebied voor verblijfsrecreatie. Het RUP beoogt althans de ontwikkeling te sturen op maat van het dorp en het landschap. Ook de stelling omtrent onwettigheid GRS is dit wederom een eigen interpretatie. Door geen enkele hoger beleidsbestuur, zijnde Vlaams Gewest of Provincie, werden tegenstrijdigheden vastgesteld op dit punt. Bijgevolg is het GRS als wettig te beschouwen en het daar uitvloeiende RUP kern Westouter eveneens. Er is ook gen tegenstrijdigheid met GRS: voor structurele uitbreidingen buiten de geëigende zones dient het planningsinitiatief uit te gaan van de Vlaamse of provinciale overheid. In voorliggend RUP betreft het een visie op een reeds bestemd gebied voor verblijfsrecreatie. Het RUP beoogt althans de ontwikkeling te sturen op maat van het dorp en het landschap. De rechtspraak rond het ‘desnoods afwijken’ bij plannen van aanleg (het betreft hier het gewestplan) is enkel van toepassing op plannen van aanleg, niet op ruimtelijke uitvoeringsplannen. Tenslotte dient de formulering mbt tot doorwaadbaarheid van het gebied Woestenhof anders geformuleerd te worden. Het is immers niet de bedoeling om delen over te hevelen naar het publiek domein. Het publiek toegankelijk karakter wordt dan ook beter beschreven in de inrichtings- en beheersvoorschriften in plaats van in de bestemmingsvoorschriften. De inrichtingsstudie wordt in de toelichtende kolom van de voorschriften omschreven als een informatief document. Het deel van het Woestenhof aansluitend bij de Hellegatstraat wordt aangeduid als groene recreatiezone waarbij het publiek karakter onder de verordenende voorschriften wordt opgenomen. Ook hier adviseert de Gecoro om het publiek karakter niet op te nemen in de bestemmingsvoorschriften maar eerder in de inrichtings- en beheersvoorschriften. Vanuit het GRS is enkel de doorwaadbaarheid van dit gebied vooropgesteld. Op die manier wordt een antwoord gegeven op het bezwaar van Dhr. en Mevr. Lefebvre-Dubois Een laatste zone rond het Woestenhof (gekend als de reuzenvoet) wordt in het RUP opgenomen als openbare groenzone. Ook hier is het beter de bestemming te wijzingen naar een parkzone waarbij het publiek karakter niet wordt opgenomen in de bestemmingsvoorschriften maar eerder in de inrichtings- en beheersvoorschriften. Vanuit het GRS is de doorwaadbaarheid van het gebied rond Woestenhof vooropgesteld. Hiermee wordt een standpunt ingenomen t.o.v. bezwaar van Mevr. Claeys. In het algemeen dient voor deze zone ook een maximaal aandeel verharding aangegeven te worden. 1.5. Zone voor gemeenschapsvoorzieningen Deelzone 4.8. In deze deelzone wordt een uiterste bebouwingslijn voorzien (cfr advies BD). Gelet op het advies van de deputatie, dat een minimale aansnijding van het agrarisch gebied wenselijk is, werd op basis van de concrete bouwplannen een zonegrens bepaald. De uiterste bebouwingslijn dient om te vermijden dat gebouwd wordt tot op de zonegrens, en er zo ruimte is voor bereikbaarheid van de gebouwen voor hulpdiensten. Er is echter een tegenstelling tussen de benaming in voorschrift en bestemmingsplan. Dit dient wel aangepast te worden. Deze zone krijgt deels de nabestemming wonen; dit geldt voor het deel dat overeenstemt met het deel dat volgens het gewestplan bestemd is als woongebied. Echter er is een deel van de deelzone 4.8 die geen nabestemming krijgt en die volgens het huidige gewestplan landschappelijk waardevol agrarisch gebied is. Het is dus wenselijk indien de deelzone 4.8 geen invulling krijgt dat de gehele zone een overeenkomstige nabestemming krijgt. (zie bezwaar woon- en zorgcentrum OLV Gasthuis vzw en advies BD). Omtrent de nabestemming wonen adviseert de GEORO om op basis van het bezwaar van OLV Gasthuis vzw de vooropgestelde termijn van 5 jaar in te korten tot 3 jaar. Dit lijkt een realistische termijn voor herbestemming wanneer zou blijken dat er geen initiatief wordt genomen voor een rust- en verzorgingstehuis. Omtrent de bouwhoogte worden zowel in het advies van de bestendige deputatie (afwijkingen voor techn installatie) als in het bezwaar van OLV Gasthuis vzw opmerkingen gemaakt. De maximale bouwhoogte is in het ontwerp RUP 1,7 meter ten opzichte van referentiepeil. In het voorontwerp was er sprake van 4,5 meter. Deze 4,5 meter blijkt een meetfout te zijn van het studiebureau (wvi), dat rechtgezet werd na overleg met Volt architecten. De 1,7 meter t.o.v. de kroonlijst van het schoolgebouw (ca. 54,30m), stemt overeen met de volumestudies van Volt architecten waarover consensus is. Als nulpas van het rusthuis werd 48,40 meter vastgelegd door arch. De Creus. Er is maw een bouwhoogte mogelijk van 7,60 meter (54,30+1,70-48,40). Uitgaande van een vrije vloerhoogte van 3,00 meter en een constructieve hoogte van 0,30 meter is nog een dakopstand van 1,00 meter mogelijk. De voorziene dakopstand van 1,00 meter geeft nog voldoende speling om kleine wijzigingen van het nul-pas of de constructie-hoogte op te vangen. Volgens bezwaarindiener moet gewerkt worden met een vloerhoogte van 3,50 meter, dit is noodzakelijk voor het wegwerken van technieken (kruisen van luchtbehandeling, …). Dit houdt in dat de maximale bouwhoogte zou verhoogd worden met 0,40 m tot 2,10 meter, wat aanvaardbaar is. De Gecoro sluit zich aan bij het voorstel van VOLT en adviseert om de vooropgestelde bouwhoogte in de voorschriften te behouden. Ook omtrent de verplichte dakvorm werden door vzw OLV Gasthuis opmerkingen geformuleerd. De Gecoro is van oordeel dat niet de dakvorm het belangrijkste punt is, maar de bijkomende bouwhoogte die zou ontstaan bij een hellend dak bovenop het hoofdgebouw. In de volumestudies van Volt architecten blijkt net het belang van de beperking van de bouwhoogte voor de beeldopbouw van het dorp. Zo kan bijvoorbeeld wel ingestemd worden met een hellend dak bovenop de polyvalente zaal, gezien die slechts bestaat uit een gelijkvloerse verdieping, waarbij de nok niet hoger zal zijn dan de maximaal toegelaten bouwhoogte. Technieken kunnen perfect bovendaks geïntegreerd worden zonder toepassing van een hellend dak. De voorziene hoogte van de dakopstand laat immers toe om bovendakse constructies grotendeels aan het oog te onttrekken. Er dient opgemerkt te worden dat het geplande rusthuis 2x zo groot zal zijn als het bestaande gebouw Monsalvaet. Het rusthuis zal door zijn schaal sowieso een vreemd element zijn in de dorpsrand, dit willen maskeren door een hellend dak buiten verhouding zal hieraan niet verhelpen, integendeel. Tenslotte had het bezwaar nog betrekking op het aantal parkeerplaatsen: enerzijds wordt gepleit om minder parkeerplaatsen te voorzien en anderzijds om het aandeel ondergrondse parkeerplaatsen te verlagen. De Gecoro sluit zich aan bij het verminderen van het aantal parkeerplaatsen en stelt een totaal aantal parkeerplaatsen van 30 voor. Ook het aandeel ondergrondse parkeerplaatsen lijkt hoog. Beter zou het zijn om een beperkter aandeel parkeerplaatsen verplicht ondergronds/halfondergronds te voorzien. Hierbij wordt gedacht aan parkeerplaatsen voor het personeel (10-12) ondergronds voorzien en de parkeerplaatsen voor de bezoekers bovengronds/aansluitend bij de straat en/of op de binnentuin. In het advies van de bestendige deputatie wordt ook verwezen naar de integratie van de voormalige schoolgebouwen in het inplantingsvoorschrift. De schoolgebouwen zullen mogelijks door Ons Onderdak een nieuwe invulling krijgen, los van de ontwikkeling in de deelzone 4.8. Er is dus eerder sprake van een samenhangende ontwikkeling dan een geïntegreerde. De integratie opnemen in inplantingsvoorschrift is dan ook niet wenselijk. Deelzone 4.3 (Eksternest): omtrent het bezwaar van het centrum voor jeugdtoerisme sluit de Gecoro zich aan bij de vraag van het centrum tot het voorzien van de mogelijkheid voor het inrichten van een conciërgewoning in deze deelzone. Daarnaast is de Gecoro van oordeel dat er geen hypotheek gelegd wordt op de verdere uitbating van deze site. Op heden is in het gewestplan de bestemming immers verblijfsrecreatie. De voorschriften van de overdruk stellen duidelijk dat naast de hoofdbestemming gemeenschapsvoorzieningen tevens de hoofdbestemming verblijfsrecreatie toegestaan is. Deelzone 4.1. (zone KWZI): de Gecoro stelt voor een punt toe te voegen in de toelichtingsnota, ter verduidelijking van de locatie, de bestaande infrastructuur en landschappelijke inkleding (cfr advies ruimte en erfgoed). 1.6. Wegencategorisering (cfr advies ruimte en erfgoed) : Er is geen grote meerwaarde om op basis van de selectie van de wegen in het GRS de bestemming van de wegenis te differentiëren. Wat de Hellegatstraat en Woestenhofstraat betreft wordt voorgesteld om deze op te nemen in een bestemmingsvoorschrift ‘trage wegen’, gezien deze onverharde wegen wezenlijk verschillen van de overige ontsluitingsinfrastructuur (Sulferbergstraat, …) binnen de dorpskern Westouter. 1.7. Fiets- en voetgangersverbindingen (cfr advies bestendige deputatie): Het inschrijven van een max. afwijking van het symbool voor fiets –en voetgangersverbinding kan in zone 12 problematisch worden. De positie van de fiets- en voetgangersaanduiding dient daar herbekeken te worden ifv de doorwaadbaarheid van het gebied. Hier is het aangeraden in deze situatie een afwijking toe te staan tov de maximale asverschuiving. 1.8. Franse Beek: De Franse beek moet meer uitgewerkt worden in het RUP. Concreet dient het traject van de Franse Beek aan de plancontour mee opgenomen te worden in het plan en moet er ook meer aandacht zijn voor de plaats waar de Franse beek door de sport- en recreatiezone stroomt. Bebouwing mag de Franse Beek niet hypothekeren (cfr advies agentschap ruimte en erfgoed). In de voorschriften moet opgenomen worden dat de structuurkenmerken van de Franse Beek minimaal dienen behouden te blijven en waar mogelijk versterkt. 1.9. Blauwpoortakker: Dit gebied werd geschrapt omwille van bepalingen in het grond- en pandendecreet. De argumenten uit het bezwaar van DHR. Leeuwerck hebben dan ook geen betrekking meer op voorliggend RUP. 1.10. Schrappen woongebied (cfr bezwaar Dhr. en Mevr. Rouseré): De Gecoro sluit zich aan bij het voorstel geformuleerd in het ontwerp. Het ontwerp RUP geeft uitvoering aan de visie zoals geformuleerd in het goedgekeurde GRS Heuvelland en de bindende bepalingen daarvan. Het woongebied aan de Hellegatstraat sluit aan op het landschappelijk zeer waardevolle depressie van de Hellegatbeek en is bovendien moeilijk ontsluitbaar. Om deze redenen wordt dit woongebied geschrapt. Een compensatie is voor de toekomst. Door het schrappen is er mogelijks planschade. Hiervoor kan verwezen worden naar de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening. 1.11. Erfgoed De Gecoro sluit zich aan bij de opdeling van de waardevolle gehelen in twee types: de architecturale gehelen type I zijn inderdaad te bewaren; voor de gehelen type II moeten nog verbouwingsmogelijkheden zijn. Dit wordt correct uitgeschreven in de stedenbouwkundige voorschriften. In ieder geval moeten voor de woningen opgenomen in type II nog verbouwingsmogelijkheden kunnen. Specifiek voor het architecturaal geheel type II dienen de voorschriften met behoud van het gebouwengabariet ruimer geformuleerd te worden: de bestaande kroonlijst- en nokhoogte kan, indien lager dan het aanpalende gebouw, gelijk gebracht worden met de kroonlijst- en nokhoogte van dat gebouw, tenzij dit beeldbepalend is. Op die manier blijft het beeldbepalende gebouw dominant in dit geheel. Voor gebouwen behorend tot architecturaal geheel type I moet herbouw mogelijk zijn in geval van calamiteiten. Aangezien heropbouw in kopie niet altijd evident is omwille van bouwtechnische redenen is de integratie van het nieuwbouwvoorstel met de bestaande bebouwing een belangrijk toetsingscriterium in de beoordeling van dergelijke aanvragen. Voor de beeldbepalende gebouwen is enkel sprake van vervangbouw (cfr advies van bestendige deputatie). Deze gebouwen behoren echter ook meestal tot andere coderingen waardoor ze een zekere bescherming genieten. Op die manier wordt dan ook in eerste instantie gestreefd naar behoud. In de stedenbouwkundige voorschriften moet er duidelijk geformuleerd worden onder welke voorwaarden zonnepanelen mogelijk zijn. De Gecoro adviseert om hier geen absoluut verbod op te leggen omwille van het belang van het duurzaamheidsaspect. Wel moeten de zonnepanelen goed geïntegreerd zijn in het dakvlak. De GECORO stelt dan ook voor om zonnepanelen toe te laten onder voorwaarde van max 20% van dakvlak (incl dakvlakramen en zonneboilers) en geïntegreerd in het dakvlak. Tevens moet de bepaling rond de afstand van de zonnepanelen tot de perceelsgrens anders geformuleerd worden: logischerwijze dient deze afstand gehanteerd te worden tot aan de dakrand. 1.12. Zone voor aaneengesloten bebouwing en open en halfopen bebouwing Meergezinswoning kan niet beschouwd worden als nevenbestemming. Dit dient dan ook anders geformuleerd te worden in de stedenbouwkundige voorschriften. De stedenbouwkundige voorschriften rond de garagepoorten lijkt ook moeilijk toepasbaar in de praktijk. Beter zou het zijn hier te vertrekken van een verbod in aaneengesloten bebouwing tenzij de garagepoort verenigbaar is in de bestaande straatgevel. Het vooropgestelde bezettingspercentage van de zone voor gesloten bebouwing kan niet toegepast worden voor kleine percelen en hoekpercelen. In de voorschriften dient hiervoor dan ook een uitzondering voorzien te worden. In de stedenbouwkundige voorschriften wordt voor de zone voor gesloten bebouwing een verplichtend hellend dak voorgeschreven. De Gecoro gaat ermee akkoord dat het grootste aandeel van de woningen hieraan kan voldoen maar er moeten wel afwijkingen mogelijk zijn voor gevallen waar de bestaande dakhelling anders is of waarbij een andere dakvorm verantwoord is vanuit de bestaande bebouwde omgeving. Voor de zijdelingse bouwvrije afstand geldt in zone voor halfopen en open bebouwingen een minimum afstand van 3 meter. Uit de kaarten blijkt dat bestaande gebouwen niet steeds een deze zijdelingse bouwvrije afstand hebben. Ook hier kan de bouwvrije afstand als algemeen principe ingeschreven worden maar moeten afwijkingen mogelijk zijn voor herbouw bestaande gebouwen met kleinere bouwvrije afstand of voor projecten die betrekking hebben op meerdere percelen. 1.13. Watertoets: In de toelichtingsnota moet de watertoets voldoende uitgewerkt worden zoals aangegeven in het advies van de bestendige deputatie. 1.14. Algemeen Het RUP dient verder aangevuld te worden conform de opmerkingen in het advies van de bestendige deputatie en agentschap ruimte en erfgoed voor wat betreft verenigbaarheid met RSV, het register planschade en planbaten, vergunningstoestand, DGPB, bijkomende figuren en opmerkingen met betrekking tot aanpassen, verfijnen van de stedenbouwkundige voorschriften. Tegenstrijdigheden dienen uitgeklaard te worden en de stedenbouwkundige voorschriften, waar nodig, verder uitgeschreven of verduidelijkt te worden (cfr opmerkingen op niveau van de stedenbouwkundige voorschriften vermeld in het advies van de bestendige deputatie en het advies van agentschap ruimte en erfgoed). Ook tegenstrijdigheden met vergunde situaties cfr Bulteel dienen uitgeklaard te worden in de stedenbouwkundige voorschriften. Advies (dd 02/09/2010) van de provincie West-Vlaanderen omtrent RUP Westouter Hierbij vindt U het advies van de deputatie van West-Vlaanderen op het ontwerp ruimtelijk uitvoeringplan Kern Westouter. Dit RUP werd op 28/07/2010 voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad van Heuvelland. Het openbaar onderzoek loopt van 13/07/2010 tot 11/09/2010. Het voorwerp van advies is het volgende document : gemeente Heuvelland - gemeentelijk RUP 'Kern Westouter', ontwerp dd. 28/07/2010, opgemaakt door WVI, bestaande uit een plan bestaande toestand, een bestemmingsplan, stedenbouwkundige voorschriften en toelichtingsnota. Het RUP regelt de bestemming en inrichting voor het dorp Westouter. Naast de bestaande bebouwing van de kern wordt onder meer ruimte voorzien voor een nieuw RVT langs de Hellegatstraat, een inbreidingsproject t.h.v. de voormalige motte, ontwikkelingsmogelijkheden voor de sport- en recreatiezone en het recreatiegebied Woestenhof. Daarnaast wordt ook veel aandacht besteed aan de erfgoedwaarden van de aanwezige wederopbouwarchitectuur. Conform artikel 2.2.14.§4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) brengt de deputatie advies inzake de overeenstemming van het ontwerp RUP met het provinciaal ruimtelijk structuurplan (PRS-WV) en de provinciale RUP's. Vanuit haar bevoegdheid als goedkeurende en toezichthoudende overheid wordt het RUP tevens getoetst op de overeenstemming met het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Tevens wordt nagegaan of het RUP voldoet aan de juridische vormvereisten en worden er inhoudelijke aandachtspunten aangehaald op het niveau van het RUP. Artikel 2.2.14§5 VCRO voorziet dat de GECORO de adviezen, opmerkingen en bezwaren coördineert en gemotiveerd advies uitbrengt aan de gemeenteraad. Dit advies van de deputatie dient daarbij integraal te worden opgenomen en behandeld. Juridische aspecten van het RUP Artikel 2.2.2.§1 VCRO bepaalt wat een ruimtelijk uitvoeringsplan moet bevatten. Het voorliggende gemeentelijk RUP wordt getoetst aan deze juridische vereisten. In het RUP is conform deze vormvereisten een register inzake planschade, planbaten en/of compensatie opgenomen. De vraag stelt zich of dit register wel volledig correct is: wat bv. met planschade voor het deel van zone 10 langs de Boeschepestraat, planschade voor zone 5 met overdruk recreatiezone is niet correct (zie ook verder), mogelijke planbaten voor delen van zone 3, … Verder vragen volgende juridische aandachtspunten bijzondere aandacht: - Er wordt nog steeds onvoldoende uitvoering gegeven aan de watertoets. Het decreet op het integraal waterbeleid legt de verplichting op om voor elk RUP na te gaan wat voor effecten er zijn op het watersysteem. Bijkomend dient te worden gemotiveerd op welke manier het RUP maatregelen opneemt (in de stedenbouwkundige voorschriften) hoe mogelijke schadelijke effecten worden beperkt en voorkomen. In dit opzicht is het noodzakelijk om het luik van de watertoets nader uit te werken. Hierbij wordt bijzondere aandacht gevraagd voor de site van het nieuwe rusthuis en delen van het recreatiegebied Woestenhof die gelegen zijn in "mogelijk overstroombare zones". - Het duiden van de vergunningstoestand van de zonevreemde woningen langs de Langedreef. - Om een correcte weergave te hebben van de juridische toestand is het'wenselijk om een overzicht te geven van de bestemmingen volgens de in het plangebied geldende BPA's. Overeenstemming met het PRS-WV Het gemeentelijk RUP wordt getoetst aan het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan West-Vlaanderen (PRSWV), goedgekeurd bij ministerieel besluit van 6 maart 2002. De kern van Westouter is gelegen binnen de "Heuvel-IJzerruimte" volgens het PRS-WV. Binnen deze deelruimte is het beleid gericht op: - Het versterken van de natuurlijke componenten in relatie met toeristisch-recreatief medegebruik Het bundelen van dynamische activiteiten in de stedelijke gebieden leper, Poperinge en Diksmuide Het behouden van compacte en leefbare kernen in het buitengebied Beperkte dynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur in het buitengebied Daarnaast zijn volgende selecties uit het PRS-WV terug te vinden binnen het plangebied van het RUP kern Westouter: - De Grote Kemmelbeek-Fransebeek is geselecteerd als natuurverbindingsgebied en landschappelijk lineair element. - Binnen het plangebied zijn delen gelegen van de gave landschappen "Vallei van de Franse Beek en Pandoenebeek" en "Centrale heuvelrij van de West-Vlaamse Heuvels". Het RUP heeft veel aandacht voor de aanwezige erfgoedwaarden van het bebouwde weefsel van de kern Westouter (zie verder). Deze dragen bij aan de landschappelijke waarden en uitstraling van het dorp Westouter. Daarnaast dient er ook aandacht te worden besteed aan de overgang tussen de bebouwing en de open ruimte. Voor sommige zones die grenzen aan de open ruimte is het wenselijk bijkomende randvoorwaarden voor een gepaste landschappelijke inpassing op te nemen, vb. inzake zone 4.1 voor de KWZI, zone 7 voor sport- en recreatieterreinen, ... Overeenstemming met het GRS Heuvelland Ingevolge artikel 2.2.13§2 VCRO worden de gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen opgemaakt ter uitvoering van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Het GRS Heuvelland is goedgekeurd op 10/19/2006. De kern Westouter is gelecteerd als kern binnen het meervoudig hoofddorp Heuvelland-Mesen volgens het PRS-WV. Binnen dit meervoudig hoofddorp vervullen de kernen samen de rol van een structuurondersteunend hoofddorp, waarbij de kernen zich specialiseren in één van de aanwezige functies in de kern (PRS-WV p. 150). De keuze van de specialisatiefunctie werd verder uitgewerkt in het GRS Heuvelland waarbij Westouter de functies "toerisme en recreatie" en "voorzieningen" werd toegewezen. De mogelijkheden voor het Woestenhof en de sport- en recreatiezone vallen onder de specialisatie "toerisme en recreatie". Het voorzien van een zone voor brandweerkazerne kadert dan weer binnen de specialisatie "voorzieningen". Er wordt bijgevolg voldoende uitvoering gegeven aan deze bepalingen uit het PRS-WV en GRS Heuvelland Meer specifiek worden in het GRS Heuvelland voor de kern Westouter volgende ruimtelijke doelstellingen vastgelegd: het versterken van de historische kern, de depressie van de Franse beek als open ruimte venster, historische kern als troef, een ontwikkeling op maat voor het recreatiegebied ten zuidoosten van de kern en nieuwe brandweerkazerne. Het plan geeft globaal uitvoering aan deze beleidsdoelstellingen uit het GRS Heuvelland. Meer specifiek wordt omtrent de bepalingen uit het GRS nog volgende opmerkingen gegeven: Schrappen woongebied langs Hellegatstraat Het GRS Heuvelland voorziet in het schrappen van het woongebied langs de Hellegatstraat en hieraan gekoppeld een verdere aansnijding van het woonuitbreidingsgebied Blauwpoortakker volgens het principe van planologische ruil. Deze ruil werd tevens opgenomen in de bindende bepalingen van het GRS Heuvelland. In het voorontwerp RUP was deze ruil opgenomen, maar werd door deputatie opgemerkt dat deze ruil oppervlaktegewijs proportioneel diende te zijn. Na de plenaire haalde de gemeente aan dat het aansnijden van het woonuitbreidinsgebied een gemengd sociaal project is door SHM Ons Onderdak en de wvi. De aansnijding van het woonuitbreidingsgebied zou worden geregeld op vergunningsniveau waardoor het volgens de gemeente niet meer opportuun is om deze zone mee te nemen in het RUP Westouter. Zij halen aan dat dit moet worden gezien als een afwijking op de bindende bepalingen van het GRS volgens artikel 2.1.2§2 van de VCRO, met name een afwijking die noodzakelijk is ter verwezenlijking van het sociaal objectief. In samenhang hiermee wenst de gemeente tevens af te wijken van de bindende bepalingen van het GRS inzake de planologische ruil. Gezien het woonuitbreidingsgebied niet meer is opgenomen in het RUP vervalt volgens de gemeente de noodzaak tot het schrappen van het woongebied. Zij wensen toch nog deze zone te schrappen, maar vragen expliciet aan de deputatie om dit gebied in toekomstige planningsprocessen nog te mogen inzetten als compensatie indien dit zou gevraagd worden. Rust- en verzorgingstehuis Westouter Zoals ook de vorige keren werd aangehaald is de inplanting van een RVT te Westouter niet conform het GRS van Heuvelland, onder meer wegens de schaal van het rusthuis die de lokale behoefte overschrijdt. De deputatie heeft in een schrijven laten weten dat een afwijking van het GRS volgens artikel 2.1.2§3 van de VCRO is toegestaan als voldaan is aan volgende randvoorwaarden: - Motivering van locatie-onderzoek op niveau van de kern Westouter - Motivering ten aanzien van de behoefte aan 60 bedden te Westouter. Deze motivering ter afwijking van het richtinggevend gedeelte is opgenomen in de toelichtingsnota van het RUP. Voorts vroeg de deputatie om volgende randvoorwaarden voor het ontwerpend stedenbouwkundig onderzoek voor de inplanting van het RVT: - Een minimale aansnijding van het agrarisch gebied - De integratie van het complex in de rand van de kern van Westouter en het omliggende landschap - De opname van de aanpalende leegstaande school (in eigendom van de gemeente) binnen het onderzoek - Voldoende rekening houden met de watergevoeligheid van de gronden In het ontwerp RUP wordt aan de meeste van deze voorwaarde voldaan. Wel wordt meer aandacht gevraagd voor de watergevoeligheid van de gronden bij de uitwerking van de watertoets (zie hierboven). Inzake de integratie van het rusthuis en de vertaling hiervan in de stedenbouwkundige voorschriften worden daarnaast volgende opmerkingen meegegeven: - Het is niet duidelijk waarom de deelzone 4.8 nog verder zou moeten gaan dan de uiterste bebouwingslijn, des te meer daar de overige strook richting zone 5.2 ook niet in aanmerking kan komen voor parkeren. - De deelzone krijgt volgens de stedenbouwkundige voorschriften een wisselbestemming wonen. Deze treedt in werking indien de bestemming gemeenschapsvoorzieningen niet is gerealiseerd vijfjaar na goedkeuring van dit RUP. Op het plan is een deelzone voor nabestemming wonen aangeduid die niet overeenstemt met de grenzen van de deelzone 4.8. Dit klopt niet en dient bijgevolg te worden aangepast. - Het lijkt wenselijk om de inrichting van zone 5.2 te koppelen aan de realisatie van het rusthuis zelf. Het is niet duidelijk welke inrichting deze zone precies zal krijgen en wat het agrarisch gebruik nog zal zijn. - Het is aangewezen "integratie van de voormalige schoolgebouwen" in te schrijven als inplantingsvoorschrift. - Het is wenselijk omtrent de afwijking van de maximum bouwhoogte voor technische installaties tevens een maximum hoogte voor deze installaties in te schrijven. Naar aanleiding van de plenaire vergadering werd gesteld dat er nog heel wat vraagtekens blijven over het (gewenste) programma voor de omvangrijke recreatiezone, de regeling van de ontsluiting en de impact hiervan op de mobiliteit, het omliggende landschap en de draagkracht van het dorp Westouter. De gemeente haalde aan op de plenaire dat zij er ook niet volledig van overtuigd zijn dat wat op heden in het RUP staat een goede oplossing zal betekenen voor het gebied en het dorp. Het is wel de enige haalbare oplossing die de gemeente kan bieden vanuit hun bevoegdheid en de bepalingen vanuit het GRS. De bedoeling blijft om de recreatiebestemming te behouden, maar de mogelijke ontwikkelingen binnen deze bestemming te beperken, voornamelijk ten noorden van de Hellegatbeek. Voor de aanwezige permanente bewoning wordt in de voorschriften van het RUP het uitdoofbeleid volgens artikel 5.4.3 van de VCRO bevestigd. Een nieuw element binnen de problematiek van permanente bewoning is dat hiervoor een planologische oplossing kan worden geboden, na het voeren van het nodige onderzoek (VCRO ar. 5.4.2). Over hoe dit onderzoek moet worden gevoerd geeft de VCRO geen duidelijkheid. De deputatie kan akkoord gaan met de voorgestelde tussenoplossing zoals deze in het RUP is voorzien, maar stelt dat de huidige voorschriften te vaag zijn. Ze vraagt onder meer volgende zaken verder uit te werken: - Bepalingen omtrent onder meer gabariet, maximaal bouwvolume, inplanting e.d. ontbreken binnen de zone 12. Dienen deze bovendien niet te worden afgestemd op de mogelijkheid volgens de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven? - De inrichtingsvoorschriften van zone 6: groene recreatiezone (p.37) zijn onvoldoende uitgewerkt. Zo zijn er onder meer geen maximum bebouwings- en verhardingspercentages, bouwhoogtes, etc. opgelegd. - Het is wenselijk om binnen de zone 6 nader te omschrijven wat bedoeld wordt met "een beperkte recreatieve functie" (p. 37). - De overdruk 'groenzone' wordt aangeduid met een 'flexibele zonegrens' (p. 45). Het is aangewezen voor deze grens een maximum verschuiving vast te leggen of op zijn minst een minimum oppervlakte die als deze overdruk dient te worden behouden. - Binnen de deelzone 12.2 dient 10% publieke groenzone te worden voorzien. Is dit een minimum of een maximum? - In deelzone 12.3 zijn op heden nu een veertigtal weekendverblijven aanwezig. Binnen deelzone 12.2 kunnen er maximum 50 verblijfseenheden worden voorzien. Indien samen ontwikkeld kunnen binnen 12.2 en 12.3 maximum 100 verblijfseenheden. Waar komen deze resterende 10 verblijfseenheden dan terecht? Daarnaast vraagt de deputatie ook om overleg op te starten met de Vlaamse Overheid en de provincie om na te denken over de ontwikkelingsperspectieven en scenario's voor het recreatiegebied, zoals dit is voorzien inzake het aanpakken van de problematiek van permanente bewoning. Doorwerking wegen categorisering Het is wenselijk om de wegenhiërarchie zoals deze is opgenomen in het GRS Heuvelland meer doorwerking te geven in dit RUP. Zo wordt de N315 in het GRS geselecteerd als lokale weg 1, wat niet verder is doorvertaald in het RUP. Daarnaast is het onlogisch dat onverharde wegen/wegels eenzelfde bestemming krijgen als de echte wegenis in het gebied. Het is dan ook logischer om onder meer de Hellegatstraat en de Woestenhofstraat een andere bestemming te geven die meer strookt met de huidige toestand. Inhoudelijke opmerkingen en aandachtpunten op niveau van het RUP Decreet grond- en pandenbeleid Ontwikkeling vakantiedorp Woestenhof In het GRS Heuvelland wordt voor de niet-bebouwde delen van deze recreatiezone een gedifferentieerde ontwikkeling op maat van het landschap vooropgesteld. Randvoorwaarden voor de toekomstige ontwikkelingen worden bepaald vanuit de relatie met de woonomgeving en het waardevolle landschap ten zuiden van de kern. De Hellegatbeek wordt t.h.v. zijn doortocht in het recreatiegebied ingericht als groene ader, waarbij natuurgericht beheer (vermijden van barrières en oeververharding, bijkomende oeverbeplanting) voorop staat. Binnen het RUP is een inbreidingsproject voor woningen voorzien. Vanuit het decreet grond- en pandenbeleid zullen op vergunningsniveau diverse bepalingen van toepassing zijn. Er wordt gevraagd om in de toelichtingsnota nadrukkelijker de relatie te leggen met de relevante bepalingen uit dit decreet, bv. inzake het behalen van het sociaal objecten, sociale lasten voor projecten en toe te passen dichtheden voor sociale delen van verkavelingen. Gezien deze elementen een invloed hebben op de uiteindelijke configuratie van bebouwing binnen deze zone is het wenselijk om deze nu reeds mee te nemen bij inrichtingsschetsen voor deze projectzone en indien nodig hiervoor randvoorwaarden, vb. naar inplanting, op te nemen in de stedenbouwkundige voorschriften. Erfgoedwaarden In het RUP wordt veel aandacht besteed aan de aanwezige erfgoedwaarden en typische wederopbouwarchitectuur die de eigenheid van het dorp Westouter bepalen. In de voorschriften van het RUP worden verordenend randvoorwaarden opgenomen op welke wijze met deze erfgoedwaarden moet worden omgegaan. - Op p. 19 is vermeld dat de inplanting dient te gebeuren op 5 m van de rooilijn. Wat indien op heden de gebouwen reeds op de rooilijn zijn ingeplant? Hiermee wordt voldoende uitvoering gegeven aan het GRS Heuvelland, meer bepaald aan het uitgangspunt "Kwaliteitsvolle kernen met een eigen 'gezicht'" (GRS RD p. 57) is hier van toepassing. - Binnen de zone 3 is voor de inrichtingsstudie het volgende bepaald: "bij de eerste aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning en bij elke latere aanvraag die aanzienlijk afwijkt van de algemene inrichtingsstudie voor het bedrijf of bij het ontbreken ervan dient het bedrijf een algemene inrichtingsstudie te voegen" (p. 23). Gezien dat afwijken zeer moeilijk te toetsen valt en dit bovendien juridisch niet volledig correct is, wordt aangeraden deze inrichtingsstudie te vragen bij elke stedenbouwkundige vergunning binnen de zone. De deputatie vraagt wel om voldoende waakzaam te zijn bij het vertalen van deze erfgoedprincipes in de stedenbouwkundige voorschriften. Er worden een heel aantal zaken verordenend opgenomen die niet direct relevant zijn voor het toetsen van vergunningsaanvragen, bv. de definitie van "wederopbouwarchitectuur", "locuswaarde" en "wederopbouwlandschap". Daarnaast worden bepalingen opgenomen die onvoldoende concreet zijn om in de praktijk te brengen op het ogenblik dat een vergunningsaanvraag moet worden beoordeeld, vb. - Wat wordt bedoeld met "ingetogen en terughoudende architectuur" (p. 9)? - "...Bouwkundige ingrepen aan of in de nabijheid van..." (p. 9). Hoe wordt "in de nabijheid van" gedefinieerd? - Hoe zal "streven naar oorspronkelijke toestand" worden afgetoetst? - Er zijn voor de verschillende erfgoedtypes geen bepalingen opgenomen over welke voorschriften moeten worden gevolgd in geval van herbouw. Bovendien moet erover worden gewaakt dat er geen mogelijke interne strijdigheden zijn tussen deze algemene erfgoedvoorschriften onderling en ten aanzien van andere zonevoorschriften, vb. - "...Bijkomende kwalitatieve hedendaagse ingrepen in ondergeschikte orde zijn toegelaten in de voorgevel." Terwijl tezelfdertijd "dient volledig in functie te staan van het authentieke karakter..." Deze bijkomende ingrepen moeten dus het authentieke karakter bewaren, waardoor hedendaagse elementen dan niet direct mogelijk zijn. - Bij waardevol bouwkundig patrimonium en type 1 architecturaal geheel is het volgende opgenomen: "zijn verboden in de gevel(s) zichtbaar vanaf het openbaar domein: het bepleisteren van niet bepleisterde elementen; het aanbrengen, vervangen (tenzij restauratie-herstel), afdekken of wijzigen van decoratieve elementen, smeedijzer of beeldhouwwerk;...;nieuwe gevelopeningen."Dient hier niet steeds volgende uitzondering toegevoegd: "tenzij herstel in de oorspronkelijke toestand beoogd wordt"? - Garagepoorten zijn in zone 1 niet toegelaten in het geval van aanduiding waardevol patrimonium en in architecturaal geheel type 1 (p. 16). Als echter bij bepaalde gevallen in de oorspronkelijke toestand een garagepoort zou aanwezig zijn, dan is dit strijdig met de algemene bepaling dat dient te worden gestreefd naar de oorspronkelijke toestand. Tenslotte worden hierover nog volgende opmerkingen gegeven: - Bij beeldbepalende gebouwen is in de voorschriften enkel sprake van vervangingbouw (p. 9). Dient in eerste instantie hier ook niet gestreefd te worden naar behoud? Specifieke opmerkingen op niveau van de stedenbouwkundige voorschriften Naast de opmerkingen op de algemene bepalingen inzake erfgoed in de stedenbouwkundige voorschriften, inzake het RVT en het Woestenhof (zie hierboven) geeft de deputatie nog volgende opmerkingen op niveau van de overige stedenbouwkundige voorschriften. - Het is aangewezen de oplijsting van streekeigen soorten eerder toelichtend dan verordenend op te nemen (p. 5). - In verschillende bestemmingszones wordt gesproken over een voorbouwlijn, vb. p. 15, p. . 19: "voorbouwlijn op de rooilijn, tenzij anders weergegeven op plan". Het is wenselijk hier expliciet te verwijzen naar deze symbolische aanduiding op het bestemmingsplan. - Inzake erfscheidingen (p. 18 en 21) is bepaald dat aan de dorpsranden deze niet mogen bestaan uit betonplaten of prefab houten schuttingen. Nochtans is dit volgens de andere bepalingen omtrent erfscheidingen ook niet mogelijk elders. - Binnen zone 2 zijn kleinhandel en horeca toegelaten (p. 19). Het is wenselijk hieraan toe te voegen "voor zover deze de schaal van de woonomgeving niet overstijgt". - De zone 3 bedrijvigheid krijgt als nabestemming wonen (p. 21). Voor het ingaan van een nabestemming dient een duidelijk vast te leggen tijdstip of gebeurtenis te worden genomen. Op heden is dit onvoldoende duidelijk. - Het symbool landschappelijke inkleding - groenbuffer wordt vastgelegd als een dicht groenscherm van minimaal 6 meter breed en in een combinatie van hoogstammen en struiken (p. 51). Binnen de zone 3 is echter een differentiatie opgenomen voor inkleding langs straatzijde of naar andere zones (p. 25). Deze bepalingen moeten bijgevolg beter op elkaar worden afgestemd. - Op p. 24 worden criteria opgesomd waaraan aanvragen van vergunningen zullen worden getoetst. "Voorziene parkeerplaatsen" bvb. is echter geen criterium. Het is dan ook wenselijk deze criteria duidelijker te omschrijven. - Het is wenselijk te verduidelijken waarom bij bedrijfsgebouwen een dakhelling van 55° is toegelaten (p. 27 e.v.). - Zone 4 is opgesplitst in verschillende deelzones (p. 28). De bestemmingsvoorschriften zijn hierbij echter onvolledig: 4.4,4.5 en 4.7 ontbreken. Dit dient te worden aangevuld. Hetzelfde geldt voor de inrichtingsvoorschriften die ontbreken voor 4.1 (p. 30). - Voor zone 4, zone 7 en zone 8 is het opmaken van een inrichtingsstudie verplicht bij een aanvraag tot verkaveling of vergunning voor "een project". Het is echter niet duidelijk wat per zone nu wordt bedoeld met "een project". - Binnen de deelzone 4.3 is een bebouwingspercentage van maximaal 40% toegelaten. De vraag rijst of dit niet veel is om de karakteristieken van het bestaande gebouw voldoende tot hun recht te laten komen? - Binnen de landbouwzone is een overdrukzone voor recreatie opgenomen die qua bestemming en inrichting volledig de voorschriften van zone 7 volgt (p. 33-34). Bijgevolg is het niet meer dan logisch deze deelzone op te nemen binnen deze zone 7. Deze bestemming is immers strijdig met een hoofdbestemming landbouw en houdt bijgevolg geen steek. - Valt een kinderboerderij (deelzone 5.1) wel onder de definitie van recreatief medegebruik (p. 34)? - Bij de bebouwingsvoorschriften voor zonevreemde woningen is opgenomen: "bij nieuwbouw of uitbreiding is het maximale bouwvolume van de herbouwde of uitgebreide woning beperkt tot lOOOm3" (o. 33). Hierbij wordt "nieuwbouw" best vervangen door "herbouw". - Binnen de zone 7 is in de deelzone met specifieke voorschriften A verblijfsrecreatie toegelaten (p. 38). Enerzijds is hiervoor niet meteen een verantwoording terug te vinden. Anderzijds is het wenselijk nader te omschrijven wat hier precies mogelijk is voor verblijfsrecreatie? Gaat het enkel om de bestaande gebouwen of is ook nieuwbouw toegelaten op het perceel? Dit vereist een verdere uitwerking ten aanzien van de waarden van de beschermde hoeve die in deze zone gelegen is. - Bij het inbreidingsproject zone 8 is als randvoorwaarde opgenomen: "De structuur van de motte dient maximaal behouden te blijven bij de ontwikkeling van deze zone" (p. 40). Gezien deze motte enkel nog af te lezen valt op het kadasterplan en niet meer fysisch te bespeuren is, is het aangewezen dit harder te formuleren, bv. door het "visualiseren van de structuur van de motte" als randvoorwaarde bij verder ontwerpend onderzoek voor de ontwikkeling van deze zone vast te leggen. - Binnen de zone 10 tuinzone zijn bijgebouwen mogelijk met een maximale gezamenlijke oppervlakte van 50m2 (p. 43). Het is wenselijk te verduidelijken dat het gaat over een maximum per perceel (en niet voor de hele zone). - De zone 11: zone voor waterloop wordt volgens het plan toegewezen aan de categorie van gebiedsaanduiding "infrastructuur". Er wordt opgemerkt dat deze categorie eerder van toepassing is voor grotere lijnelementen zoals autostrades of spoor- en waterwegen. Deze categorie dient bijgevolg ofwel te worden aangepast, ofwel suggereert de deputatie om de beek een symbolische aanduiding te geven bovenop onderliggende bestemmingen in plaats van een aparte zone. Op die manier is de intekening niet te rigide en is een afwijking van de huidige bedding mogelijk indien dit ruimtelijk verantwoord is. - Zone 12: "Delen van de overdruk grenzend aan waterlopen (zone 11) en de Reuzenvoet (zone 10) dienen ..."(p. 46). Zone 10 komt echter niet overeen met de Reuzenvoet maar is tuinzone elders in het plangebied. - Binnen de zone 13 openbaar domein is verordenend opgenomen dat inrichting en beheer dienen te gebeuren "volgens de voorschriften van de bevoegde overheid" (p. 50). Dergelijke bepalingen kunnen echter hoogstens toelichtend worden opgenomen. - Voor de symbolische aanduiding fiets- en voetgangersverbinding (p. 48) is het noodzakelijk om een maximale afwijking ten aanzien van deze symbolische aanduiding vast te leggen. Digitale uitwisseling van ruimtelijke uitvoeringsplannen Sinds 1 mei 2008 is er een nieuwe richtlijn voor de digitale uitwisseling van RUP's. De ontwikkeling van deze richtlijn vloeit voort uit het decreet van 17 juli 2000 houdende het Geografisch Informatie Systeem Vlaanderen. Deze technische richtlijn geeft aan hoe het Vlaamse gewest, de provincies en de gemeenten ruimtelijke RUP's uitwisselen onderling en tussen betrokken partijen. Op 6/2/2008 werd door de deputatie een schrijven gericht aan de gemeente. De deputatie stelt vast dat de digitale documenten volgens bovenstaande richtlijn niet werden overgemaakt. Gelieve dit vooralsnog in orde te brengen. Meer informatie vindt u op volgende linken: http://rwo.Vlaanderen.be/nlapps/docs/default.asp?lanq=NL-RUPForum&fid=107&.lanq=NL-RUPForum http://www.agiv.be/gis/downloads/?dt id=12&dt ti=Technische%20aanbevelinqen De belangrijkste elementen zijn het schrappen van woongebied aan de Hellegatstraat, activeren van kleinschalige woonprojecten, realiseren van een ontwikkelingsvisie voor het recreatief gebied 'Woestenhof', mogelijkheid bieden voor de vestiging van het rust- en verzorgingstehuis met 60 bedden, het inplanten van een KWZI en een nieuwe brandweerkazerne en aandacht voor bouwkundig erfgoed. Het aansnijden van het woonuitbreidingsgebied Blauwpoortakker is uit dit voorontwerp geschrapt. 3. beknopte historiek Op 27/04/2010 werd een plenaire vergadering gehouden. De gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar gaf een ongunstig advies. Op 28/06/2010 werd het plan voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad. Het openbaar onderzoek loopt van 13/07/2010 tot 11 /09/2010. 4. verenigbaarheid met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen Heuvelland behoort tot het buitengebied en is geselecteerd als kern, deel uitmakend van het meervoudig hoofddorp. Het RUP beoogt vooral wooninbreiding en woonuitbreiding, De te voorziene kleinschalige woonprojecten die de historische kern moeten ondersteunen zorgen voor kernversterking en zijn in overeenstemming met de visie van het RSV, namelijk bundeling en ontwikkeling dient te gebeuren in de kernen van het buitengebied. In tegenstelling tot het vorige voorontwerp wordt het nog niet ontwikkeld deel van het woonuitbreidingsgebied in dit RUP niet aangesneden. Besluit Het ontwerp gemeentelijk RUP Kern Westouter, wordt voorwaardelijk gunstig geadviseerd. En de voorwaarden zijn: - Een meer specifieke uitwerking van de inrichtingsvoorschriften voor het recreatiegebied Woestenhof. - In voldoende mate uitvoering geven aan de watertoets. Voort is het wenselijk rekening te houden met de geformuleerde opmerkingen en aandachtspunten. Advies (dd 08/09/2010) van het agentschap Ruimte en Erfgoed omtrent RUP Westouter Geachte voorzitter, Hierbij bezorg ik u het advies van het agentschap Ruimte en Erfgoed. 1. rechtsgrond van het advies en relevante regelgeving of beleidskaders Op grond van artikel 2.2.14 §4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, bezorgt het agentschap Ruimte en Erfgoed aan de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening een advies over de overeenstemming van het ontwerp gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen en de gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen. Artikel 2.2.14 §5 voorziet dat dit advies integraal opgenomen dient te worden in het advies van de GECORO. Het PRS werd goedgekeurd op 06/03/2002. Het GRS werd goedgekeurd op 19/10/2006. Binnen het plangebied gelden volgens het gewestplan leper - Poperinge volgende bestemmingen: woongebied met landelijk karakter, woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde, woonuitbreidingsgebied, zone voor recreatie, landschappelijk waardevol agrarisch gebied, ecologisch waardevol agrarisch gebied, zones voor gemeenschapsvoorzieningen. Er wordt in het RUP een zonevreemd bedrijf bestendigd. Het bedrijf blijkt hoofdzakelijk vergund. Het bedrijf sluit aan bij de centrumbebouwing en zones voor gemeenschapsvoorzieningen en lijkt de ruimtelijke draagkracht niet te overschrijden. Er wordt tevens een landschappelijke integratie, zowel naar de bebouwde omgeving als de onbebouwde context, in de vorm van een groenbuffer voorgesteld. Uitbreidingen van het bedrijf worden tevens gelimiteerd door het bebouwingspercentage laag te houden (max 25%, gelijkaardig aan de bestaande toestand) De visie omtrent zonevreemde bedrijvigheid vanuit het RSV wordt gevolgd. Voor de bundeling en ontwikkeling in de kernen is verweving van functies tevens belangrijk. Er wordt in het RUP verweving voorzien in bepaalde zones met handel, horeca, ambacht en gemeenschapsvoorzieningen. Voorzieningen dienen wel op lokale schaal te blijven, zoals bijvoorbeeld de ontwikkeling van het recreatiegebied 'Het Woestenhof. Een deel van het plangebied ligt in 'herbevestigd agrarisch gebied'. Het ligt in de deelruimte 'West-Vlaamse heuvels'. Hiervoor zijn de doelstellingen: - grondgebonden landbouw in een complex van gave landschappen - behoud van gave landschaps-en erfgoedelementen - versterken van bosstructuur en natuurlijke structuur op heuveltoppen - versterking van bosrijke landschappen als natuurcomplexen - versterking van complexen van ecologische en landschappelijke waarden verweven met landbouw - beekvalleien versterken als groene linten in het landschap - vochtige hooilanden als waardevolle natuurkernen - uitbouwen van randstedelijke groengebieden - open waters met ecologische en/of recreatieve waarde Er wordt geen aansnijding van het herbevestigd agrarisch gebied beoogd in dit RUP, waarmee het RUP tegemoet komt aan de doelstelling om zoveel mogelijk het herbevestigd agrarisch gebied te vrijwaren. 5. andere inhoudelijke opmerkingen GRS 2. samenvatting van het dossier Het RUP beoogt de ontwikkelingsperspectieven voor de kern Westouter vast te leggen, het plangebied is 50 ha groot. Voor de kerngebieden, zoals Westouter is het beleid gericht op het versterken van de woonfunctie en het verweven van functies. Het beleid is gericht in eerste instantie op het versterken van het huidige woonweefsel ten einde bijkomende ruimte-inname tot een minimum te beperken. Nadruk ligt op het aansnijden van de reële bouwmogelijkheden, de realisatie van kleinschalige woonprojecten op niet-uitgeruste gronden in woongebied en het ruimtelijk afwerken van al grotendeels aangesneden woonuitbreidingsgebieden. Hierbij is differentiatie van de woningvoorraad, voldoende dichtheid en een attractieve omgeving belangrijk (zoals met groenelementen). Deze doelstellingen worden grotendeels in het RUP overgenomen. Specifiek voor de bedrijvigheid wordt verweven van functies in de kern als doetsteiiing vooropgesteld. Dit zorgt voor zuinig ruimtegebruik en een levendige en aantrekkelijke kern. Voor het verweven van bedrijvigheid in de open ruimte wordt er gebiedsgericht een afwegingskader aangereikt die de ontwikkelingsperspectieven voor bedrijven in de open ruimte aangeeft. Bestaande bedrijven in de open ruimte kunnen behouden blijven voor zover ze de draagkracht van de omgeving niet overschrijden. Bijkomende randvoorwaarden kunnen opgelegd worden tot ruimtelijke kwalitatieve integratie van de activiteit in de woonomgeving. Deze randvoorwaarden hebben betrekking op de schaal en de ruimtelijke verschijningsvorm van de gebouwen. Voor bedrijfsites die zich aan de rand van de kern of lint bevinden, dient een ruimtelijk kwalitatieve overgang naar de open ruimte te worden gerealiseerd. Het bedrijf Bulteel bevindt zich aan de rand van de kern en sluit toch nog aan bij de centrumbebouwing. Het bedrijf is hoofdzakelijk vergund, lijkt de ruimtelijke draagkracht niet te overschrijden en wordt landschappelijk ingepast. Vanuit het GRS wordt er bijzondere aandacht geschonken aan de depressie van de Franse beek als openruimte venster. Deze groene ader doorheen het plangebied is zeker een troef voor de kern Westouter. De zone langs de Franse beek wordt hoofdzakelijk open gehouden door zones voor natuur en zone voor landbouw langsheen te plaatsen. Aandacht wordt echter nog gevraagd voor de plaats waar de Franse beek door de sport- en recreatiezone stroomt. Bebouwing mag deze Franse beek niet hypothekeren. Het plan is op zich onduidelijk omschreven. Er worden te veel verschillende zones voorzien, te vee: overdrukken, te veel deelzones. Dit alles maakt het plan en zijn doelstellingen onleesbaar. Indien overdrukken worden gemaakt, dienen deze toegelicht te worden. - Wat is de reden bijvoorbeeld om bij de zone van agrarisch gebied een overdruk te voorzien als recreatiezone? Waarom wordt het deeltje woongebied aan de Hellegatstraat dat niet meer geschikt is als woonzone bestendigd als landbouwzone? in de toelichting zou het nut van dit klein deeltje landbouwgebied moeten verantwoord worden. Indien dit van weinig nut blijkt te zijn, lijkt het logisch dat dit deeltje een andere functie krijgt, zoals een zone voor groen bijvoorbeeld aansluitend op de groene zone bij het recreatiedomein Woestenhof. De inbreidingsprojectzone toont geen enkele indicatie naar ontsluiting voor gemotoriseerd verkeer en zacht verkeer. Is hier een visie over? Hier zou nochtans een netwerk van zacht verkeer kunnen op aansluiten vanuit de omringende context. Een algehele visie op dit inbreidingsproject ontbreekt in de toelichting. Dit dient nog aangevuld te worden. Bovendien is belangrijk dat de minimale densiteiten in inbreidingsprojcetn behaald worden, deze is 15 woningen per ha. Dit dient opgenomen te worden in de voorschriften. De visie op het recreatiedomeïn Woestenhof is onvoldoende gemotiveerd. Er zijn nog onduidelijkheden omtrent het parkeerbeleid, de ontsluiting, eventueel groen, bezetting . Dit zou moeten toegelicht worden. Water - Het ruimtelijk aftoetsen of de maatregelen inzake wateroverlast (zie acties dbbp leper-Ambacht) dienen mee opgenomen te worden, minstens in de toelichtingsnota van het RUP opdat de waterbeheerplannen uitgevoerd kunnen worden. Er wordt een ontwikkeling voorzien voor het recreatiegebied 'Woestenhof' in het GRS. Voor de nog niet bebouwde terreinen wordt er een gedifferentieerde ontwikkeling voorgesteld op maat van het landschap. De Hellegatbeek dient hiervoor als groene ader doorheen het recreatiegebied en dient zo ingericht te worden. Het gebied ten noorden van de Hellegatbeek komt niet in aanmerking voor uitbreiding. Deze richtlijnen zijn grotendeels doorvertaald in het RUP. - Binnen de algemene voorschriften dienen maatregelen in het kader van de goede waterhuishouding in elke zone te worden toegelaten zonder dat de eigenlijke functie van de bestemming in het gedrang komt. Zie algemeen voorschrift 6. In het GRS wordt de planologische ruil voorgesteld waarbij de onbebouwde percelen langs de Heliegatstraat gelegen in woongebied niet verder worden aangesneden omwille van de ligging aan de rand van de waardevolle depressie van de Hellegatbeek en de moeilijke ontsluiting. Dit moet worden gecompenseerd door het realiseren van een woonproject op een gelijkaardige oppervlakte in het woonuitbreidingsgebied Blauwpoortakker. De aansnijding van dit deeltje woonuitbreidingsgebied is in tegenstelling tot het vorige voorontwerp uit het RUP gesloten. Er wordt dus afgeweken van het bindend gedeelte van het GRS. De motivatie waarom dit deel niet meer wordt aangewend, is niet evident. Er wordt immers als argumentatie gegeven dat er kan afgeweken worden van het bindend gedeelte van het GRS volgens de Codex (art 2.1.2) omwille van maatregelen noodzakelijk voor de verwezenlijking van het bindend sociaal objectief vermeld in art 4.1.2 van het grond- en pandendecreet. De gemeente maakt hiervan gebruik om extra compensatie te vragen voor het terrein aan de Hellegatstraat. Op die manier wordt een amalgaam gemaakt van sectorale randvoorwaarden en randvoorwaarden qua taakstelling, met een betwistbaar resultaat. Dit dient zeker uitgeklaard te worden. - De voorziene zones langsheen de verschillende waterlopen dienen als volgt te worden geëvalueerd: Zone 5, landbouwzone, heeft een negatieve impact op de waterlopen aangezien ophogingen en drainages worden toegelaten, in zone 6 wordt het ecologisch belang en de natuurlijke structuurkenmerken van de waterloop behouden. Er wordt verkeerdelijk verwezen naar zone 12. Dit moet zone 11 zijn: zone voor open waterloop (idem bij zone 9, openbare groenzone). In zone 7B worden constructies verboden. Aanvullend in deze zone dienen ophogingen ook vermeden te worden om bijkomende overstromingslast in de omgeving te vermijden. In dit RUP wordt de bestaande brandweerkazerne en KWZI bestendigd in een zone voor gemeenschapsvoorzieningen. Een locatie-onderzoek voor de nieuwe brandweerkazerne en de inplanting van de KWZI is nooit uitgevoerd, wat te betreuren valt. - De zuiveringsinfrastructuur te Westouter dient te worden verduidelijkt aangezien in de zone 4 een KWZI is gerealiseerd. - Binnen de watertoets van de toelichtingsnota wordt de inrichting van de verschillende waterlopen namelijk de Franse beek, Hellegatbeek en Sulferbergbeek niet beschreven naar inrichtingsvisie en ruimte voor water binnen de kern van Westouter. Enkel de watertoets kaarten worden standaard verduidelijkt. Ter hoogte van de zone 10 en 1 is er afkalving van de oevers van de Franse beek waarvoor een weigering van een stedenbouwkundige vergunning is verleend aan de waterbeheerder. De integrale visie op de Franse beek met respect voor het landschap en het natuurlijk watersysteem werden in deze aanvraag genegeerd. Ter hoogte van de Meersstraat is de Franse beek ingebuisd. Ophoging dient verboden te worden tenzij tot het strikt noodzakelijke en het betrekking heeft op de bescherming van reeds bestaande infrastructuren en bebouwing. In zone 5, landbouwzone, wordt opgenomen dat drainage mogelijk is. Drainage brengt schade toe aan het natuurlijk karakter van de waterlopen en zorgt voor een versnelde afvoer met wateroverlast tot gevolg in de beekvalleien. Algemeen Er rijzen vragen op bij de plancontouren: Stedenbouwkundige voorschriften - Vanwaar de noodzaak om delen van agrarisch gebied mee op te nemen zoals in het noorden van het plangebied aan de Roodkruisstraat? Worden hier specifieke eisen aan gesteld? -In art 4, zone voor gemeenschapsvoorzieningen, worden verschillende bebouwingspercentages per deelzone opgelegd. Een verduidelijking omtrent deze bebouwingspercentages is gewenst. Is dit aangegeven vanuit de landschappelijke context of vanuit de bestaande toestand? -Er wordt gesteld dat binnen de (deel)zone een minimum aandeel aan groen dient te voorzien worden. Over welke zone gaat dit? Volledig zone 4? Of deelzone 4.6, 4.7,4.8? - Hoe wordt het parkeren voorzien voor deze zone? Dit kan immers niet zomaar op het terrein - Aan de Hellegatstraat wordt een zonevreemde woning mee opgenomen in het RUP. Wat is de reden hiervoor? De landschappelijke afwerking naar de open ruimte? Dit alles dient als toelichting opgenomen te worden. afgewenteld worden. -In art 5, landbouwzone, wordt een overdruk voor recreatie voorzien. Vanwaar deze overdruk in de zone van landbouw? Waarom wordt dit niet opgenomen in de zone voor sport en recreatie? - Er wordt in de overdrukzone voor zonevreemde woningen behoorlijk strikte regelgeving opgelegd. Waarom worden deze woningen mee opgenomen? Vanwaar deze voorschriften? In art 6, groene recreatiezone, zou een maximum aandeel aan verharding kunnen opgelegd worden. Om het groene karakter niet te schaden zou een maximum aandeel aan bebouwing tevens moeten opgenomen worden. - Voor de sport- en recreatiezone, art 7, zou een zone voor bebouwing kunnen aangeduid worden. De zone is immers heel groot waar kan bebouwd worden. - Er wordt niets gezegd over het parkeren. Dit moet op een degelijke manier opgelost worden op het terrein. - Er wordt in de inbreidingsprojectzone, art 8, heel vage voorschriften opgenomen. Er wordt niets gezegd over het minimum aandeel aan groen, het parkeren. .. - Er wordt op het grafische plan geen indicatie gegeven over de ontsluiting, noch voor gemotoriseerd verkeer, noch voor zacht verkeer. - Tevens ontbreekt de minimale woondichtheid van 15 woningen per ha in de voorschriften. Dit alles dient aangevuld te worden. In art 9, openbare groenzone, zou een maximum aandeel aan verharding kunnen opgenomen worden. - In art 12, zone voor verblijfsrecreatie, wordt per deelzone een bezettingspercentage opgelegd. Wat is de reden voor de verschillende bezettingspercentages van de verschillende deelzones? - Er wordt op het plan enkel een indicatie gegeven voor zacht verkeer. Voor gemotoriseerd verkeer zouden ook indicaties kunnen voorgesteld worden op het plan. - Er is tevens een verschil in het voorzien van aantal parkeerplaatsen tussen deelzone 12.1 en deelzone 12.2. Waarom? In deelzone 12.3 worden dan weer geen parkeervoorzieningen opgenomen. Terwijl deze zone de grootste deelzone is. Waarom worden hier geen parkeervoorzieningen opgenomen? - Er wordt gesproken over een publieke groenzone in deelzone 12.2. Wordt deze groenzone effectief opgenomen in deelzone 12.2 of bedoelt men hiermee de overdruk groenzone? - In deelzone 12.3 wordt een tijdelijk woonrecht opgenomen. Is dit opportuun in de voorschriften? In art 13, zone voor openbaar domein, is een overdruk met 'pleingeheel'. Deze overdruk biedt mogelijkheden om specifieke voorschriften voor dit pleingeheel op te nemen. Doch worden hiervoor geen voorschriften opgenomen. 6. algemene conclusie Het RUP bevat nog steeds enkele onduidelijkheden oa omtrent de plancontouren, het inbreidingsproject, het recreatiedomein. Deze dienen uitgeklaard te worden. Er wordt tevens bijzondere aandacht gevraagd voor het aspect water. Mits rekening gehouden wordt met dit en bovenstaande opmerkingen kan het RUP gunstig geadviseerd worden. Uittreksel uit de notulen van het college van burgemeester en schepenen Datum: 26 januari 2011 Aanwezig: Bernard Heens, burgemeester-voorzitter; Geert Vandewynckel, Frans Durnez, Nicole Demuynck, Luc Snaet, Brigitte De Jonghe, , schepenen; Sigurd Verstraete, gemeentesecretaris. Agenda: Standpuntbepaling met betrekking tot advies van de GECORO omtrent RUP Westouter. Het college, Gelet op het advies van de Gecoro van 30/11/2010 omtrent RUP Westouter; Overwegende dat het college zich grotendeels aansluit bij dit advies; Volgende opmerkingen worden echter niet gevolgd: 1. Termijn voor nabestemming wonen voor deelzone 4.8. (deelzone met RVT) blijft behouden op 5 jaar. Het is immers belangrijk dat er voldoende tijd blijft om de nodige vergunningen te verkrijgen. Wel is het belangrijk dat duidelijk gespecificeerd wordt wat er binnen die periode moet uitgevoerd zijn. De verwijzing naar realisatie is onvoldoende duidelijk. Het college stelt dan ook voor om de nabestemming wonen vast te leggen indien binnen een periode van 5 jaar geen stedenbouwkundige vergunning werd afgeleverd voor de realisatie van een project voor gemeenschapsvoorzieningen. 2. Positie van fiets- en voetgangersverbindingen: Het doel van deze wegen is dat er een verbinding is van het ene punt naar het andere. De stedenbouwkundige voorschriften dienen in die zin aangepast te worden. Op die manier dient er dan ook geen afwijking te worden toegestaan tov de asverschuiving. Specifiek dient ook de bestaande buurtweg vanaf de Hellegatstraat in de zone voor landbouw herbevestigd te worden. Besluit: Artikel 1. Het college sluit zich grotendeels aan bij het advies van de Gecoro Volgende opmerkingen worden echter niet gevolgd: 1. Termijn voor nabestemming wonen voor deelzone 4.8. 2. Positie van fiets-en voetgangersverbindingen Namens het college w.g. Sigurd Verstraete Secretaris w.g. Bernard Heens Voorzitter Voor eensluidend afschrift Sigurd Verstraete Gemeentesecretaris Gemeentehuis De Warande Bergstraat 24 B-8950 Heuvelland T +32 (0)57 45 04 50 F +32 (0)57 44 56 04 Bernard Heens Burgemeester [email protected] www.heuvelland.be 1
© Copyright 2024 ExpyDoc