Capture

OPDRACHTKAART
Thema: AV-technieken
Video 7
AV-03-07-01
Capture
Voorkennis:
Je hebt de opdracht ’De spotlist’ afgerond.
Intro:
Na het spotten kun je verder gaan met de post-productie. Deze instructie-opdracht beschrijft hoe je de gespotte
fragmenten om kunt zetten naar videobestanden.
Doelen:
Als je deze opdracht hebt uitgevoerd, heb je de volgende doelen bereikt:
– Je maakt kennis met Adobe Premiere.
– Je kunt een DV camera aansluiten op de computer.
– Je kunt videofragmenten capturen.
Activiteiten:
– Lees de instructie-opdracht.
– Voer de opdracht uit.
– Vul de checklist in.
– Vul het evaluatieformulier in.
Tijd:
Voor deze opdracht krijg je 4 lesuren.
– Theorie bestuderen: 1 lesuur
– Uitwerken van de opdracht: 3 lesuren
Materiaal:
– Spotlist
– Computer met FireWire of iLink ingang
– Adobe Premiere, versie 6.0 of hoger
– DV camera
– DV tape met de video-opnamen
– FireWire kabel
Beoordeling:
De docent beoordeelt op zelfstandigheid, zorgvuldigheid en volledigheid m.b.t. de uitvoering van de opdrachten.
Theorie
Thema: AV-technieken
Video 7
AV-03-07-02
Capture
Inleiding
Na het spotten kun je verder gaan met de post-productie. Deze instructie-opdracht beschrijft hoe je de
gespotte fragmenten om kunt zetten naar videobestanden. Deze bestanden worden ook wel ’clips’
genoemd. Het omzetten van tape naar harddisk wordt
’capturen’ genoemd. Je houdt na het capturen alleen
het materiaal over dat gebruikt gaat worden voor de
digitale montage.
We gaan er tijdens deze instructie-opdracht vanuit,
dat je een DV (Digitale Video) camera tot je beschikking hebt, inclusief gefilmd materiaal en een spotlist.
Je hebt ook een FireWirekabel nodig om de camera
aan de computer te koppelen. Er bestaan twee typen
kabels. Het is helemaal afhankelijk van de camera- en
computeraansluitingen, welke kabel je nodig hebt.
4 pin FireWire
6 pin FireWire
Je moet ook de beschikking hebben over voldoende
opslagruimte. Je hebt ± 4 Mb nodig per seconde
video!
Een eenvoudig model
Een professioneel model
Daarnaast moet je PC of MAC voorzien zijn van
Adobe Premiere, versie 6.0, 6.5 of hoger.
De spotlist
Tijdens de vorige opdracht heb je een spotlist
gemaakt. Op deze spotlist staan de gefilmde fragmenten die je wilt gaan gebruiken voor de montage. Je
hebt bij elk fragment het ’in-punt’ en het ’uit-punt’
aangegeven. Ook heb je de fragmenten een duidelijke
naam of omschrijving gegeven.
Nu ga je deze fragmenten van de tape afhalen, en als
videoclips op de harddisk van je computer opslaan.
Je computer moet een zogenaamde FireWire ingang
hebben, ook wel iLink genoemd. Je herkent de aansluitingen aan de volgende logo’s:
FireWire
iLink
– Sluit de DV camera aan op de computer via de
FireWire kabel. Dit is bij iedere computer en camera anders. Vraag je docent om hulp, als het je niet
lukt.
Theorie
Video 7
– Plaats de tape in de camera. Zorg dat er een duidelijke omschrijving op de zijkant van tape staat
geschreven, zodat je weet welke tape je gebruikt.
– Zet de camera aan.
– Spoel de tape helemaal terug.
TIP: Sluit de camera tijdens het capturen aan op net-
spanning. Meestal gaat dit via een adapter. Het
grote voordeel is dat de camera niet ineens kan uitvallen omdat de accu op raakt.
TIP: Het is altijd beter om eerst de camera op de com-
puter aan te sluiten en pas daarna de computer en
camera aan te zetten. Op de FireWire kabel staat
namelijk een spanning van 30 Volt en kan bij verkeerd gebruik veel schade aanrichten.
– Zet de computer aan.
Adobe Premiere ondersteunt bijna ieder type DV
camera. Het capturen gebeurt volledig automatisch
vanuit Adobe Premiere.
– Start Premiere op.
Als je na het opstarten van Premiere niet het onderstaand venster krijgt, kies dan voor menukeuze: File >
New Project, om een nieuw project aan te maken. Met
behulp van het onderstaand venster geef je aan wat je
wilt gaan maken:
Thema: AV-technieken
AV-03-07-03
kenmerken die bij een bepaald eindproduct horen.
Een videoproductie voor het internet heeft namelijk
andere kenmerken dan een videoproductie voor TV.
Dit heeft onder andere te maken met snelheid, beeldgrootte, kleurgebruik en kwaliteit. Als je op een
beschikbare preset klikt, dan zie je rechts in het venster de bijbehorende waarden. Zoals Frame Size,
Frame Rate, Compressor, enzovoorts.
Omdat je met DV apparatuur werkt, kies je hier voor
de DV - PAL preset. PAL is de Europese standaard
voor TV signalen. Zou je in Amerika wonen, dan zou
je NTSC moeten gebruiken. 48 kHz heeft te maken
met de kwaliteit van het geluid. 44,1 kHz is de kwaliteit van een standaard audio-cd. 48 kHz is dus zéér
goed.
Je ziet dat je in het linker venster ook nog kunt kiezen
voor de widescreen optie. Op DVD’s zie je bijna altijd
een film in het widescreen formaat, ook wel ’breedbeeld’ genoemd. Je krijgt dan op een standaard TV
twee zwarte balken in beeld; eentje boven en eentje
onder. De verhouding van de breedte en hoogte van
het videobeeld wordt dan 16 staat tot 9. Bij een standaard beeldformaat is dat 4 staat tot 3. Ook bijna alle
computer-schermen hebben een formaat van 4 staat
tot 3.
Het aantal pixels dat voor de breedte en de hoogte
wordt gebruikt, is in beide gevallen hetzelfde. Dit
komt omdat de vorm van de pixels anders is, dit
wordt de ’Pixel Aspect Ratio’ genoemd. Bij widescreen
zijn de pixels breder. Hieronder wordt dat weergegeven:
Widescreen
Presets
In het linker deel van dit venster kun je een keuze
maken uit allerlei beschikbare presets (Available
Presets). Presets zijn vooraf ingestelde waarden of
Standaard
Theorie
Thema: AV-technieken
Video 7
– Kies voor de DV - PAL, standaard 48 kHz preset, en
klik op OK.
Aansluiting van de DV camera controleren
– Kies Edit > Preferences > Scratch Disks & Device
Control:
AV-03-07-04
– Kies bij Captured Movies voor Select Folder.
’Folder’ is de Engelse benaming voor map.
– Kies de map waar jouw bestanden mogen worden
opgeslagen.
Het capturen
– Kies File > Capture:
– Kies bij Device: voor DV Device Control 2.0:
– Selecteer hier de instellingen die bij jouw camera
horen.
– Klik daarna op Check Status.
Als bij Check Status geen ’Online’ verschijnt, vraag
dan je docent om hulp, voordat je verder gaat.
In bovenstaand venster zie je dat je op meerdere
manieren kunt capturen: Batch Capture, Movie
Capture en Stop motion. Hieronder wordt kort uitgelegd wat deze opties inhouden.
Movie capture
Als je kiest voor Movie Capture, dan ga je handmatig
capturen.
– Kies File > Capture > Movie Capture:
Opslaan van de videobestanden
– Neem je spotlist erbij, en vraag aan je docent waar
je de bestanden mag opslaan.
– Je gaat nu bepalen in welke map Premiere de
bestanden op gaat slaan.
– Kies Edit > Preferences > Scratch Disks & Device
Control. Door middel van dit venster bepaal je
waar alles wordt opgeslagen. Er moet dus voldoende diskruimte beschikbaar zijn!
– Spoel je tape naar het in-punt van een bepaald fragment. Dit kan met de bediening op de camera, of
met het control panel van het Movie Capture venster:
Theorie
Video 7
– Druk op de record knop (rode knop) van het control panel en het capturen start:
– Druk op de stop-knop, als de tape bij het uit-punt
is aangekomen:
– Geef het fragment een duidelijke naam. En geef
eventueel wat commentaar met betrekking tot dit
fragment:
Thema: AV-technieken
AV-03-07-05
Batch Capture
Opdrachten die na elkaar worden uitgevoerd, worden
een ’batch’ genoemd. Met behulp van deze optie kun
je álle gespotte fragmenten automatisch laten capturen. Je moet dan wel vooraf de complete spotlist in
Premiere overtypen.
LET OP: Als je tijdens het filmen de tape uit de camera
hebt gehaald en deze later weer hebt teruggeplaatst,
dan kan het zijn dat de bandteller weer op 0 is
gesprongen. Dit is per type camera verschillend. Als
dit het geval is, dan kun je niet via deze batchmethode capturen. Dan zul je movie-capture moeten
gebruiken. Als alle takes achter elkaar zijn opgenomen
(zonder de tape uit de camera te halen!) dan kun je de
batch-methode gebruiken.
Als voorbeeld is onderstaande spotlist gebruikt:
Dit is een erg omslachtige manier als je meerdere fragmenten wilt capturen. Dit is wel handig als je maar 1
fragmentje wilt capturen, of wanneer je van te voren
niet goed hebt gespot.
Stop motion
Hieronder wordt Stop motion uitgelegd met behulp
van een voorbeeld:
Stel je wilt de hele nacht, iedere 5 minuten, vanuit je
raam een foto maken van je straat. Dan kun je dit
natuurlijk handmatig doen, door elke 5 minuten de
opname-knop even in te drukken. Maar je kunt dit
ook automatisch laten gebeuren met behulp van
Premiere. Je kunt dan een speciale digitale video- of
fotocamera aansluiten op je computer. Je kiest dan in
Premiere voor deze Stop motion optie. Vervolgens geef
je aan dat er 5 minuten tussen de opnamen moet zitten. Je drukt op start en je kunt gaan slapen. Premiere
doet de rest. Als je de opnamen daarna weer achter
elkaar afspeelt, dan krijg je een heel bijzonder effect.
Met Stop motion kun je dus afzonderlijke afbeeldingen maken. Deze afbeeldingen worden ook wel
’frames’ genoemd. Door de frames achter elkaar te
plaatsen onstaat er een ’live-animatie’. Je kunt bijvoorbeeld ook klei-animaties maken met behulp van de
Stop motion functie.
– Kies voor File; Capture; Batch capture:
In bovenstaand venster komen uiteindelijk alle automatische capture opdrachten te staan. Dit wordt dus
een ’batch’ genoemd.
– Klik op het symbooltje voor een nieuwe batchopdracht:
Theorie
Thema: AV-technieken
Video 7
– Gebruik je spotlist en type hier het eerste fragment
in dat je wilt capturen:
AV-03-07-06
je dubbelklikt op een opdracht, dan kun je deze ook
weer aanpassen.
– Maak de spotlist compleet.
– Vergeet niet om regelmatig te saven.
– Vul bij Reel Name de naam in van de tape, bijvoorbeeld: Commercial Open Dagen. ’Reel’ betekent
eigenlijk film-rol.
Als je de spotlist al in een tekstverwerker hebt ingetypt, dan kun je het tekstbestand direct in Premiere
binnenhalen. Het tekstbestand moet wel een .TXT formaat zijn.
Het tekstbestand ziet er dan zo uit:
– Vul bij File Name de naam in die het videobestand
moet krijgen als het wordt opgeslagen op de harddisk. Je kunt 31 letters en tekens gebruiken, dus geef
het bestand een duidelijke naam.
– Vul bij Log Comment extra informatie in. Dit mag
van alles zijn, wat handig kan zijn tijdens het monteren.
– Vul bij In Time het ’in-punt’ in dat je hebt genoteerd op je spotlist. De tijdcode die hier gebruikt
wordt is uren:minuten:seconden én frames. Een
seconde bestaat namelijk weer uit een aantal frames. Voor DV gelden 25 frames per seconde. Als je
op je spotlist geen frames hebt aangegeven, dan
moet je deze hier op 00 laten staan.
– Vul bij Out Time het ’uit-punt’ in dat je hebt genoteerd op je spotlist.
Dit tekstbestand kun je binnenhalen met de optie
’Import from Text File’. Klik hiervoor eerst op het
driehoekje rechts boven:
Als je klaar bent met het intypen van je spotlist, dan
kun je de computer het werk laten doen.
– Klik op de record button. De hele spotlist wordt nu
afgewerkt:
– Laat de Frame Rate op 25 frames per seconde (fps)
staan.
– Klik op OK.
Als je een fout hebt gemaakt, dan kun je met behulp
van het prullenmandje een opdracht verwijderen. Als
Het capturen zal enige tijd in beslag nemen. Na het
capturen zijn alle losse videoclips opgeslagen in de
map die je daarvoor hebt aangewezen.
PRAKTIJKOPDRACHT
Thema: AV-technieken
Video 7
Capture
Wat ga je doen:
– Neem de spotlist bij de hand, en vraag vooraf aan je docent waar je de bestanden mag opslaan.
– Capture de fragmenten van de spotlist, met behulp van de instructie-opdracht.
– Overleg met je docent of de video-bestanden goed zijn opgeslagen.
AV-03-07-07
Checklist
Thema: AV-technieken
Video 7
AV-03-07-08
Leerling
Docent
Heb je de instructie-opdracht goed doorgenomen?
O
O
Heb je alle fragmenten van de spotlist gecaptured?
O
O
Heb je met je docent overlegd of alle video-bestanden goed zijn opgeslagen?
O
O
Evaluatie
Video 7
Thema: AV-technieken
AV-03-07-09
Theorie:
1. Vond je de theorie duidelijk?
Ja, omdat: ________________________________________________________________________________
Nee, omdat: ______________________________________________________________________________
2. Hoeveel tijd had je nodig om de theorie te lezen? _________________________________________________
Praktijk:
3. Wat vond je leuk aan de opdracht?
4. Wat vond je moeilijk aan de opdracht?
5. Wat zou je de volgende keer anders doen?
6. Had je voldoende tijd voor de opdracht? _______________________________________________________
7. Hoe verliep de samenwerking binnen het team?
8. Geef jezelf een beoordeling voor de opdracht.
O Zeer onvoldoende, omdat: _________________________________________________________________
O Onvoldoende, omdat: _____________________________________________________________________
O Matig, omdat: __________________________________________________________________________
O Voldoende, omdat: _______________________________________________________________________
O Goed, omdat: ___________________________________________________________________________
O Zeer goed, omdat: _______________________________________________________________________
9. Heb je nog andere op-/ of aanmerkingen?