Lapbooks in de klas Kleuters Leerplandoelen OVSG

Lapbooks in de klas
Kleuters
Leerplandoelen OVSG
Lichamelijke opvoeding – Motorische competenties
Kleinmotorische vaardigheden
KL-PO-KVV-9.4
De kleuters kunnen met kleine voorwerpen spelen.
KL-PO-KVV-9.5
De kleuters kunnen kleine dingen nauwkeurig vastnemen tussen
duim en wijsvinger.
KL-PO-KVV-9.6
De kleuters kunnen de vingers buigen en strekken bij het hanteren
van bepaald gereedschap.
KL-PO-KVV-9.7
De kleuters kunnen kleinmotorische vaardigheden functioneel
aanwenden.
KL-PO-KVV-9.8
De kleuters kunnen tekenmateriaal doelgericht hanteren.
KL-PO-KVV-9.9a
De kleuters kunnen met een schaar vrij knippen in papier.
KL-PO-KVV-9.9b
De kleuters kunnen met een schaar op een lijn knippen.
KL-PO-KVV-9.9
De kleuters kunnen met een schaar vormgeven bij het knippen.
KL-PO-KVV-9.11
De kleuters kunnen de distale pengreep gebruiken bij het
doelgericht hanteren van tekenmateriaal.
Oplossen van kind-aangepaste bewegingsproblemen
KL-PO-KVV-9.3
De kleuters kunnen eenvoudige sluitingen hanteren.
KL-PO-KVV-9.5
De kleuters kunnen kleine dingen nauwkeurig vastnemen tussen
duim en wijsvinger.
Lapbooks in de klas
Kleuters
Leerplandoelen OVSG
KL-PO-GVBA-8.6
De kleuters durven en kunnen materialen manipuleren.
KL-KIB-OD1.38
De kleuters kunnen geleerde bewegingsprincipes toepassen in
andere bewegingssituaties.
KL-KIB-OD1.37
De kleuters kunnen creatief verschillende oplossingen voorstellen.
Lichamelijke opvoeding –
Zelfconcept en het sociaal functioneren
KL-ZSF-OD3.1
De kleuters tonen een intrinsieke belangstelling om diverse nieuwe
bewegingssituaties te verkennen.
KL-ZSF-OD3.3
De kleuters tonen in het experimenteergedrag dat ze de eigen
mogelijkheden en begrenzingen aanvoelen.
KL-ZSF-OD3.6
De kleuters tonen een persoonlijke stijl in spontane expressie.
KL-ZSF-OD3.7
De kleuters durven de eigen bewegingsvormen en behendigheden
tonen.
KL-ZSF-OD3.9
De kleuters kunnen in bewegingssituaties respectvol rekening
houden met de veiligheid en de vermogens van andere kleuters en
passen hun handelingen aan.
KL-ZSF-OD3.10
De kleuters kunnen kleuter-aangepast materiaal uithalen en weer
opbergen op de afgesproken plaats.
KL-ZSF-OD3.11
De kleuters kunnen materiaal op de geëigende manier gebruiken.
KL-ZSF-OD3.13
De kleuters gaan spontaan over tot het maken van eenvoudige
afspraken binnen het functioneren in subgroepjes.
Lapbooks in de klas
Kleuters
Leerplandoelen OVSG
Muzische vorming – Beeld
2 MV-BLD-OM-1.7
Kinderen ontdekken beeldelementen.
3 MV-BLD-OM-1.8
Kinderen ontdekken de driedimensionale eigenschappen en
combinatiemogelijkheden van bepaalde materialen.
MV-BLD-OM-1.2
Kinderen durven zich uitleven met een rijk aanbod aan materialen.
MV-BLD-OM-1.3
Kinderen genieten ervan met de materialen te exploreren
3MV-BLD-OM-1.5
Kinderen ervaren, ontdekken de eigenschappen en kenmerken van
de verschillende soorten materialen en hulpmiddelen.
MV-BLD-OM-1.6
Kinderen ervaren de mogelijkheden en beperkingen van materialen
en hulpmiddelen.
MV-BLD-OM-1.9
Kinderen exploreren materialen en hoe ze in hun leefwereld
aangewend worden en geconstrueerd zijn.
MV-BLD-OM-2.1
Kinderen onderzoeken al doende de diverse mogelijkheden en
onderlinge verhoudingen van materialen.
7MV-BLD-OM-2.2
Kinderen onderzoeken door experimenteren de hulpmiddelen:
dragers, verbindingswijzen, werktuigen.
3 MV-BLD-OM-2.3
Kinderen experimenteren met beeldelementen. Ze onderzoeken de
mogelijkheden van kleur, vorm, volume, structuur, ritme, textuur,
contrast, compositie, beweging, ...
1 MV-BLD-OM-3.2
Kinderen kunnen uit een assortiment aan materialen en
hulpmiddelen een bewuste keuze maken om een constructie op te
zetten of een creatie te ontwerpen.
Lapbooks in de klas
Kleuters
Leerplandoelen OVSG
2 MV-BLD-OM-3.4
Kinderen kunnen de materialen en hulpmiddelen met voldoende
inzicht en vaardigheden gebruiken om vorm te geven aan de eigen
belevingswereld.
3 MV-BLD-OM-3.6
Kinderen vinden plezier en voldoening in het beeldend vormgeven.
Muzische vorming – Attitudes
MV-BLD-OM-1.1 De kinderen staan open voor nieuwe materialen.
MV-BWG-BM-30
De kinderen gebruiken materialen om mee te bewegen.
MV-BLD-OM-1.3
Kinderen genieten ervan met de materialen te exploreren.
MV-BLD-OM-3.2
Kinderen kunnen uit een assortiment aan materialen en
hulpmiddelen een bewuste keuze maken om een constructie op te
zetten of een creatie te ontwerpen.
MV-BLD-BS-8
Kinderen genieten ervan naar beeldend werk van zichzelf en
anderen te kijken en erover te praten.
MV-BWG-BM-3
De kinderen ervaren en exploreren de basisaspecten van vorm.
(groot / klein, rond / hoekig, gebogen / recht).
MV-BWG-BM-12
De kinderen kunnen ruimtelagen onderscheiden (hoog / laag /
midden).
MV-BWG-BM-13
De kinderen kunnen richtingen onderscheiden (voor / achter /
zijwaarts / naar boven / naar onder).
MV-BWG-BM-16
De kinderen experimenteren met ruimtelagen, richtingen en
vloerpatronen.
Lapbooks in de klas
Kleuters
Leerplandoelen OVSG
MV-BWG-BM-17
De kinderen kennen en tonen vaardigheden in verband met
ruimtelagen, deze ruimtelagen doorbreken en er combinaties mee
maken.
MV-BWG-BM-18
De kinderen kennen en tonen vaardigheden in verband met
richtingen en de combinatie van verschillende richtingen.
MV-BWG-BM-35
De kinderen kunnen individueel in grote groep werken.
MV-BLD-OM-1.2 K
inderen durven zich uitleven met een rijk aanbod aan materialen.
MV-BLD-OM-3.1 Kinderen kunnen middelen functioneel gebruiken.
MV-BLD-OM-3.5
Kinderen kunnen uit de reeds verkende middelen (materialen,
hulpmiddelen, beeldelementen) bewust kiezen en combinaties
maken om het eigen werk expressiever te maken, de
zeggingskracht te vergroten.
MV-BLD-BS-1
Kinderen praten over eigen werk en hoe het totstandkwam (zowel
inhoud als vorm). Praten over een werk intensifieert het kijken.
MV-BLD-BS-6
Kinderen ervaren dat beelden een inhoud, betekenis of doel kunnen
hebben.
MV-BLD-BS-8
Kinderen genieten ervan naar beeldend werk van zichzelf en
anderen te kijken en erover te praten.
MV-BLD-OM-3.6
Kinderen vinden plezier en voldoening in het beeldend vormgeven.
MV-BLD-BS-6
Kinderen ervaren dat beelden een inhoud, betekenis of doel kunnen
hebben
MV-MED-MO-4.1
De kinderen kijken en/of luisteren naar allerlei mediaproducten.
Lapbooks in de klas
Kleuters
Leerplandoelen OVSG
Nederlands – Lezen
NL-LEZ-DV-D03-04b-10
De leerlingen kunnen de beeldverhaalstructuur vinden in teksten
van verschillende moeilijkheidsgraad (zie teksttypes:
prentenboeken, stripverhalen, tv-series, films).
NL-LEZ-DV-D01-03
De leerlingen kunnen reeksen prenten, prentenboeken in verband
met de realiteit rubriceren in instructies (wat ik moet doen), nieuws
(wat gebeurd is) of boodschappenlijstjes (wat ik moet
meebrengen).
NL-LEZ-DV-D03-01-10
De leerlingen kunnen in groep overeengekomen symbolen
herkennen.
NL-LEZ-BV-A01
De leerlingen kunnen woorden onderscheiden van andere visuele
informatie.
NL-LEZ-BV-B02-02
De leerlingen kunnen (visuele discriminatie) in een reeks prenten of
pictogrammen een opgegeven prent (pictogram) herkennen.
NL-LEZ-DV-D02-01
De leerlingen kunnen zich op basis van de illustraties een beeld
vormen over de te verwachten inhoud van een tekst en hun
persoonlijke ideeën hierover meedelen.
NL-LEZ-DV-D02-05
De leerlingen kunnen, indien een aantal teksten en een aantal
vragen zijn gegeven, zo vlug mogelijk uitzoeken op welke plaatsen
welke antwoorden worden beantwoord
NL-LEZ-DV-D02-09
De leerlingen kunnen vragen stellen waarop ze een antwoord hopen
te vinden in de tekst.
NL-LEZ-DV-D03-01-04
De leerlingen kunnen een reeks afbeeldingen (fotos) in een
zodanige volgorde leggen dat ze er een verhaal bij kunnen
vertellen.
Lapbooks in de klas
Kleuters
Leerplandoelen OVSG
Nederlands – Schrijven
NL-SCH-TV-03-01
De kleuters kunnen beleefde gebeurtenissen aan de hand van
visueel materiaal weergeven.
NL-SCH-TV-03-02
De kleuters kunnen persoonlijke ervaringen met hulp van
volwassenen opschrijven door middel van tekeningen.
NL-SCH-TV-06-02
De kleuters kunnen een verhaal weergeven door middel van
zelfgekozen visueel materiaal.
NL-SCH-DV-D02-02-01
De leerlingen kunnen informatie aflezen van een afbeelding of een
foto indien het gaat over bekende voorwerpen en figuren.
NL-SCH-DV-D02-04-01
De leerlingen kunnen informatie verzamelen door associëren.
NL-SCH-DV-D03-02-01-02
De leerlingen kunnen gebruikmaken van beeldtaal om het verloop
van een gebeurtenis of een activiteit te reconstrueren.
NL-SCH-DV-D03-02-01-05
De leerlingen kunnen gebruikmaken van beeldtaal om een verhaal
in fragmenten te tekenen.
NL-SCH-DV-D03-02-02-03
De leerlingen kunnen informatie ordenen volgens het onderwerp.
Nederlands – Taalbeschouwing
NL-TBS-01.01
De leerlingen doen ervaringen op met niet-talige elementen als:
- mimiek, pantomimiek en beeldmateriaal bij mondeling
taalgebruik;
- beeldtaal bij schriftelijk taalgebruik.
NL-TBS-04.06
De leerlingen onderscheiden lettertekens van andere tekens.
Lapbooks in de klas
Kleuters
Leerplandoelen OVSG
NL-TBS-08.02
De leerlingen beleven plezier aan het creatief omgaan met taal.
NL-TBS-08.01
De leerlingen beleven plezier aan de kennismaking met talen en
bouwen zelfvertrouwen op over de eigen talige competenties.
NL-TBS-01.02
De leerlingen ontdekken dat mensen op andere manieren dan met
woorden kunnen communiceren.
NL-TBS-01.03
De leerlingen communiceren met niet-talige symbolen.
Wereldoriëntatie – Techniek
WO-TEC-02.01
De leerlingen gaan in een eenvoudige situatie na welke technische
realisatie het best tegemoet komt aan een behoefte.
WO-TEC-02.14
De leerlingen bedenken ideeën voor een eenvoudige technische
realisatie.
WO-TEC-02.15
De leerlingen verduidelijken welke technische realisatie ze willen
maken om aan een behoefte te voldoen.
WO-TEC-02.16
De leerlingen voorspellen de geschiktheid van materialen voor het
maken van een technische realisatie.
WO-TEC-02.17
De leerlingen voorspellen de geschiktheid van hulpmiddelen voor
het maken van een technische realisatie.
WO-TEC-02.19
De leerlingen tekenen een ruwe schets van de technische realisatie
die ze willen maken.
WO-TEC-02.23
De leerlingen maken een eenvoudige technische realisatie, al dan
niet aan de hand van een stappenplan.
Lapbooks in de klas
Kleuters
Leerplandoelen OVSG
WO-TEC-02.25
De leerlingen stellen vast of het doel werd bereikt met de
technische realisatie.
WO-TEC-02.08
De leerlingen gebruiken courante materialen en hulpmiddelen op
een veilige en hygiënische manier.
WO-TEC-02.09
De leerlingen bergen materialen en hulpmiddelen na gebruik
ordelijk en schoongemaakt op.
WO-TEC-04.02
De leerlingen zijn bereid hygiënisch, veilig en zorgzaam te werken.
WO-TEC-01.05
De leerlingen ontdekken al explorerend en experimenterend
eigenschappen van allerlei grondstoffen en materialen.
Wiskunde – Meten
Denkontwikkeling 66. Inzichten verwerven over de ruimte.