BEHANDELING TEGEN SCHEUTVORMING OP BASIS VAN MUNTOLIE TRAITEMENT ANTI-GERMINATIF À BASE D’HUILE DE MENTHE Jean-Pol Tellier van de Ferme de la Houssière heeft een bio akkerbouwbedrijf waarop hij onder meer witloofwortelen, wortelen, graan en aardappelen teelt. Jean-Pol Tellier de la Ferme de la Houssière a une exploitation bio depuis 20 ans et il produit entre autres des racines de chicon, des carottes, des céréales et des pommes de terre. Probleemstelling Op biobedrijven is het gebruik van CIPC als kiemremmingsmiddel niet toegestaan. Dat betekent dat Jean-Pol slechts een beperkte tijd van het jaar aardappelen kon leveren aan fabrieken, voor de verwerking tot bio-chips. Jean-Pol Tellier Liberchies CATEGORIE Wallonie - Wallonië Oplossing Een viertal jaar geleden werd Biox-M erkend voor gebruik als kiemremmingsmiddel in de bioteelt. Dit middel werd ontwikkeld door het Franse bedrijf Xeda International, dat gespecialiseerd is in middelen afkomstig uit plantenoliën. Het middel kan door thermonebulisatie verneveld worden met een electrofog. Bij Tellier, die de eerste was om op de nieuwe mogelijkheid in te spelen, wordt de behandeling uitgevoerd door medewerkers van Ets. Charles Pirlot uit Waremme. De fabrikant raadt aan om te starten met een dosis van 90 ml/ton juist na het opdrogen van de aardappelen en dan om de 3 tot 4 weken te herhalen met 30 tot 45 ml/ton. Na een heel seizoen komt dit neer op ongeveer 360 ml/ton. Jean-Pol kwam echter uit op een veel hoger verbruik, mede doordat hij nu aardappelen kan bewaren tot begin juli. Het middel heeft zowel een preventieve als een curatieve werking, maar Jean-Pol besloot in te spelen op de curatieve werking. De oogst van 2013 kreeg een eerste behandeling met 90 ml/ton op 10 februari, toen zich de eerste spruiten manifesteerden. Nadien volgden nog behandelingen met telkens 60 ml/ton eind maart en begin mei. In totaal verbruikte hij slechts 210 ml/ton. Tellier diende ook een oplossing te vinden voor de verdeling van het product binnen de bewaarcel. Niet alleen moet het bij alle kisten terechtkomen, het moet ook in de kisten binnendringen om de binnenste aardappelen te raken. Dit loste Jean-Pol op door de ruimte tussen de rijen kisten iets te verbreden en zijn ventilatoren te laten werken tijdens het toedienen. Nadien moeten ze 2 dagen stilliggen. De openingen vooraan worden afgedekt met een zeil. Het eindresultaat is dat de aardappelen goed bewaren en dat zich geen scheuten vormen binnenin de kisten. Jean-Pol Tellier kan dankzij dit procedé zijn aardappelen langer bewaren. Hierdoor kon hij een nieuwe markt opbouwen, die vroeger werd ingevuld met bio-aardappelen uit Zuid-Europa. Smaaktesten wijzen uit dat de chips geen muntsmaak hebben. Meerwaarde voor de Belgische aardappelteelt Het gebruik van Biox-M laat toe bio-aardappelen langer te bewaren. Het product is niet giftig. Het kan ook gebruikt worden door gangbare telers om bijvoorbeeld na een incident scheuten tot zelfs 5 cm lang te vernietigen. De electrofog staat opgesteld buiten de bewaarloods, maar de loop steekt door een holte naar binnen. Het middel wordt normaal rechtstreeks vanuit de verpakking gezogen. Hier kan je de muntolie zien. L’électrofog est installé en dehors de la cellule de conservation, mais le canon pénètre dans la cellule via une ouverture dans la paroi. Normalement, le produit est directement aspiré à partir du bidon. Sur cette photo, on peut voir à quoi ressemble l’huile de menthe. De electrofog verhit het middel samen met water. Het mengsel stijgt op doordat het heter is dan de lucht. Problématique Sur les fermes bio, l’utilisation du CIPC (ou de tout autre produit de synthèse) comme anti-germinatif est interdite. Ce qui signifiait que Jean-Pol ne pouvait livrer des pommes de terre aux industries du chips bio qu’une partie de l’année. Solution Il y a environ 4 ans, le Biox-M a été reconnu comme anti-germinatif en culture bio. Ce produit a été mis au point par la firme française Xeda International, spécialisée dans les matières actives à base d’huiles de plantes. Le produit peut être thermonébulisé avec un électrofog. Chez Tellier, le premier à utiliser le produit et la technique, les traitements sont réalisés par des employés des établissements Charles Pierlot à Waremme. Le fabricant conseille de commencer un premier traitement juste après le séchage des pommes de terre avec une dose de 90 ml/tonne, puis de revenir toutes les 3 à 4 semaines avec entre 30 et 45 ml/t. En fin de saison, environ 360 ml sont appliqués par tonne. Jean-Pol en utilisait encore davantage, en partie parce qu’il conservait ses pommes de terre jusque début juillet. Le produit a une action tant préventive que curative, mais Jean-Pol a décidé d’utiliser l’application curative. La récolte 2013 a reçu une première dose de 90 ml/t le 10 février, quand les premiers germes se sont manifestés. Ensuite, d’autres traitements ont suivi de fin mars à début mai, chaque fois à raison de 60 ml/t. Au total, il n’a utilisé que 210 ml/t. Tellier a aussi trouvé une solution pour améliorer la répartition du produit à travers toute la cellule remplie de caisses. Le produit ne doit pas seulement toucher chaque caisse mais aussi pénétrer à l’intérieur afin de cibler toutes les pommes de terre, y compris celles du milieu ! Jean-Pol a réussi ce défi en écartant un peu plus les rangées de caisses l’une de l’autre, et en faisant tourner les ventilateurs pendant l’application du Biox-M. Ensuite, les ventilos restent à l’arrêt pendant 48 heures. Résultat : les pommes de terre se conservent bien et il n’y a pas de formations de germes sur les pommes de terre dans les caisses. Grâce à ce procédé, Jean-Pol Tellier peut conserver ses pommes de terre plus longtemps. Il a ainsi pu développer un nouveau marché car, avant, en cours de conservation, les transformateurs devaient introduire des (nouvelles) pommes de terre à croustilles (chips) d’Europe du Sud. Des tests de cuisson et de goût montrent que les chips n’ont pas d’arrière-goût de menthe. Plus-value du projet pour le secteur de la pomme de terre en Belgique L’utilisation du Biox-M permet de conserver les pommes de terre bio plus longtemps. Le produit n’est pas toxique. Il peut aussi être utilisé en culture et conservation conventionnelle, par exemple quand un lot germe (même jusqu’à 5 cm) et qu’il faut brûler les germes. L’électrofog réchauffe le produit en mélange avec de l’eau. Le brouillard s’élève puisqu’il est plus chaud que l’air. Nadien verdeelt het middel zich over de hele bewaarcel. Door ventilatoren te laten werken wordt een nog betere verdeling bekomen (wegens veiligheidsredenen konden we hiervan geen foto nemen). Le produit se répartit ensuite dans toute la cellule de stockage. En faisant tourner les ventilateurs pendant l’application, on s’assure d’une meilleure répartition du produit un peu partout.
© Copyright 2024 ExpyDoc