Menu april - Vrije Basisschool De Kap(r)oenen

Patroon en argument
Een dubbelfeestbundel bij het emeritaat van William Van Belle en Joop van der Horst
Onder redactie van Freek Van de Velde, Hans Smessaert, Frank Van Eynde, Sara Verbrugge
Met bijdragen van Liesbeth Augustinus (KU Leuven), Hans Broekhuis (Meertens Instituut), Filip
Buekens (KU Leuven), Paul Claes (KU Leuven), Marja Clement (University of Zürich), Timothy
Colleman (U Gent), Bert Cornillie (KU Leuven), Evie Coussé (University of Gothenburg), Kristin
Davidse (KU Leuven), Georges De Schutter (UA), Hendrik De Smet (KU Leuven), Lorenz Demey (KU
Leuven), Gunther De Vogelaer (University of Münster), Sarah D'Hertefelt (KU Leuven), Sylvain
Dieltjens (KU Leuven), Kristien Dieussaert (KU Leuven), Luk Draye (KU Leuven), Flip Droste (KU
Leuven), Els Elffers (UvA), Kurt Feyaerts (KU Leuven), Dirk Geeraerts (KU Leuven), Marinel Gerritsen
(Radboud U Nijmegen), Paul Gillaerts (KU Leuven), Elvira Glaser (University of Zürich), Pierre Godin
(UCL), Ingeborg Harmes (University of Münster), Priscilla Heyndrickx (KU Leuven), Jack Hoeksema (RU
Groningen), Wim Honselaar (UvA), Matthias Hüning (FU Berlin), Leen Janssen (KU Leuven), Theo
Janssen (VU Amsterdam), Karolien Janssens (UA), Koen Jaspaerts (KU Leuven), Evelien Keizer
(University of Vienna), Wim Klooster (UvA), Karen Lahousse (KU Leuven), Béatrice Lamiroy (KU
Leuven), Odo Leys (KU Leuven), Ester Magis (VUB), Ann Marynissen (University of Cologne), Patrick
Meuris (KU Leuven), Jan Noordegraaf (VU Amsterdam), Jan Nuyts (UA), Bert Oben (KU Leuven),
Albert Oosterhof (KU Leuven), Jan Pekelder (Sorbonne, Paris, Charles University in Prague), Harry
Perridon (UvA), Jill Puttaert (VUB), Arend Quak (UvA), Tom Ruette (HU Berlin), Gijsbert Rutten
(Leiden University), Walter Schaeken (KU Leuven), Ina Schermer-Vermeer (UvA), Ineke Schuurman
(KU Leuven), Hans Smessaert (KU Leuven), Jan Stroop (UvA), Dorien Van de Mieroop (KU Leuven),
Freek Van de Velde (KU Leuven), Hans Van de Velde (Utrecht University), Johan van der Auwera (UA),
Sander van der Harst (Utrecht University), Marijke van der Wal (Leiden University), Jacques Van
Keymeulen (U Gent), Daniël Van Olmen (UA, University of Lancaster), Marc van Oostendorp (Leiden
University), Vincent Vandeghinste (KU Leuven), Roxane Vandenberghe (U Gent), Aleydis
Vandenbossche (VUB), Wim Vandenbussche (VUB), Ton vanderwouden (Meertens Instituut), Willy
Vandeweghe (U Gent, KANTL), Frank Van Eynde (KU Leuven), Sara Verbrugge (KU Leuven), JeanChristophe Verstraete (KU Leuven), Ulrike Vogl (University of Vienna), Rik Vosters (VUB), Fred
Weerman (UvA), Roland Willemyns (VUB), Eline Zenner (KU Leuven
© 2014 by Leuven University Press / Presses Universitaires de Louvain / Universitaire Pers Leuven,
Minderbroedersstraat 4, B-3000 Leuven (Belgium)
ISBN 978 94 6270 014 7
D / 2014 / 1869 / 59
Distributed by Leuven University Press
http://upers.kuleuven.be/nl/book/9789462700147
This work is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-NoDerivs 3.0 Unported
License: http://creativecommons.org/licenses/by-nc-nd/3.0/
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
PATROON EN ARGUMENT
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 1
16/09/14 11:32
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 2
16/09/14 11:32
Patroon en argument
Een dubbelfeestbundel bij het emeritaat van
William Van Belle en Joop van der Horst
Onder redactie van
Freek Van de Velde
Hans Smessaert
Frank Van Eynde
Sara Verbrugge
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 3
16/09/14 11:32
© 2014 Universitaire Pers Leuven / Leuven University Press / Presses Universitaires
de Louvain. Minderbroedersstraat 4, B-3000 Leuven
Alle rechten voorbehouden. Behoudens de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, op welke wijze ook, zonder de
uitdrukkelijke voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgevers.
ISBN 978 94 6270 014 7
D/ 2014 / 1869 / 58
NUR: 623
Ontwerp cover: Griet Van Haute
Opmaak: Friedemann BVBA
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 4
16/09/14 11:32
Inleiding
“twee hoogleeraren, sieraden hunner universiteit, die hun
tijd niet te kostbaar achtten om in breedvoerige betoogen
hun vooropgezette meening kracht van bewijs te geven”
(uit: Jacobs, A.H. 1899. Vrouwenbelangen. Drie vraagstukken
van actueelen aard. Amsterdam: L.J. Veen)
O
p 1 oktober 2014 zwaaiden twee hoogleraren Nederlandse
taalkunde af aan de Leuvense universiteit: William Van Belle
en Joop van der Horst. Jarenlang hebben ze hun stempel gedrukt op
de opleiding. Een gunstig stempel, zeker als je de mening vraagt van
de afgestudeerden, want beiden waren populaire docenten. En dat
bereikten ze niet door het niveau van hun vakken te laten zakken in
een slecht ingelicht idee van hoe je de studenten ter wille kunt zijn.
Integendeel, het basisvak syntaxis van William Van Belle was voor
tal van studenten een onneembare horde, en gold als een efficiënte
manier om de onvermijdelijke schifting van de eerstejaarsstudenten
door te voeren, en Joop van der Horst stond bekend om zijn Hollandse
zuinigheid als het op cijfers geven aankwam. Meer dan één gevorderd
student uit de bovenbouw die ervan uitging dat de buit al binnen
was en er zich gemakkelijk van afmaakte bij het studeren, keek ontzet
naar zijn resultatenblad, waar een kletterende onvoldoende voor
Middelnederlands op stond. Wat hen dan wel zo populair maakte, was
hun beider volslagen gebrek aan capsones. Thesisstudenten werden
hartelijk ontvangen, verstandige vragen tijdens of na het college
werden uitvoerig behandeld, minder verstandige vragen werden tactvol
afgehandeld en uitnodigingen voor deelname aan extracurriculaire
activiteiten werden meestal aangenomen. Die pretentieloze, joviale
aanpak kenmerkte trouwens ook hun omgang met de collega’s. In
een departement waar soms stennis gemaakt wordt over bagatellen –
de universiteit is hierin niet anders dan enige andere werkplek – was
William, als departementsvoorzitter gedurende vele jaren, de juiste man
op de juiste plaats om de sociale brandjes te blussen voor ze uitsloegen.
Het is ook niet verwonderlijk dat beide heren het uitstekend met elkaar
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 5
16/09/14 11:32
6|
In leid in g
konden vinden. Ze zijn vrienden geworden, en daar heeft hun emeritaat
naar verluidt niets aan veranderd. Net zoals bij de studenten was hun
joviale reputatie niet gebaseerd op opportunisme. Menig collega heeft
aan William en Joop een hardnekkige wetenschappelijke tegenstander
gehad: ze waren bepaald niet uit het lood te slaan in verwoede discussies
op doctoraatsverdedigingen, lezingen en op papier, en konden tot
wanhoop én ontzag van hun collega’s uit het niets doorslaande
argumenten tevoorschijn toveren die een zorgvuldig opgebouwd en
onwankelbaar geacht standpunt van tafel vermochten te vegen. Met de
titel van dit boek, Patroon en argument, en met het motto dat boven
deze inleiding prijkt, hebben we hulde willen brengen aan het karakter
en de beroepsernst van deze twee bijzondere neerlandici, en met name
aan hun vermogen om patronen bloot te leggen in het taalgebruik,
in zijn historische, sociale en pragmatische dimensies, en hun betoog
overtuigend te maken door het te ondersteunen met een verbijsterend
scala aan doortimmerde argumenten. Dat het woord patroon een extra
betekenis heeft, die enigszins vloekt met het ni dieu ni maître gehalte
van de jubilarissen, moet de lezer maar voor lief nemen.
Deze twee hoogleraren, wars van opportunistische vleierij of gekonkel,
zullen erg gemist worden aan het departement. We dachten dan ook dat
het passend was om dit dubbelemeritaat te markeren met iets tastbaars.
We zaten met de handen in het haar, want je kunt niet met eender wat
komen aanzetten. In zijn boek Taal op drift (2013, dus kort vóór zijn
eigen emeritaat) laat Joop zich laatdunkend uit over de studenten van
de Deense taalkundige Otto Jespersen (1860 - 1943), die de legendarische hoogleraar bij zijn afscheid bedachten met een bloemenvaas, wat
de auteur toch een beetje minnetjes vond. Géén bloemenvaas dus. Een
huldealbum dan? Dat lag niet voor de hand. Huldealbums zijn niet populair, vooral bij contribuanten. Daar zijn verschillende redenen voor.
Allereerst dat ze bibliometrisch minder doorwegen dan tijdschriftartikelen, wat ze in het huidig tijdsgewricht een verlieslatende post maakt.
Verder is het afgelopen decennium een grootscheepse generatiewissel
aan de gang, waardoor academici in de leeftijdsklasse tussen zeg 55 en
75 jaar, een voltijdse baan hebben aan het vullen van huldealbums voor
hun emeriterende collegae. Als je een oproep doet om een bijdrage te
leveren voor een huldealbum, loop je het risico dat je te weinig reacties
krijgt, of alleen van mensen die verder niet veel om handen hebben, zodat de auteurslijst een flauwe afspiegeling is van de eigenlijke waardering
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 6
16/09/14 11:32
In lei d i n g
|7
onder collega’s. In ons geval liepen we het bijkomende risico dat er zich
een scheve verdeling van hulde-artikelen voor elk van beide emeriti zou
kunnen voordoen: een stroom artikelen voor William en een paar halve
kladjes voor Joop, of vice versa. Die bezwaren hebben we onverschrokken genegeerd, en we zijn gaan peilen naar interesse, en kijk: dat bleek
buitengewoon mee te vallen. Bijna iedereen die we aanschreven was enthousiast, al zijn sommige collega’s er uiteindelijk niet toe gekomen ook
werkelijk een stuk in te leveren, vaak om begrijpelijke redenen. Niettemin bleken er ook na deze onvermijdelijke selectie nog ruim voldoende
stukken voorhanden om een bundel mee te vullen. Eigenlijk was dat
een nieuw probleem: het was al vroeg duidelijk dat we de kaap van de
500 bladzijden makkelijk zouden ronden, waardoor de kostprijs voor
het uitgeven schrikbarend steeg. Daar kwam van uitgeverswege nog de
begrijpelijke bezorgdheid bij dat het boek daardoor nog meer onverkoopbaar zou worden dan een in het Nederlands geschreven verzamelband over taalkunde toch al is: een aanzienlijk deel van de potentiële
afzetmarkt is als auteur betrokken bij het boek, en gaat zich niet bovenop het presentexemplaar nog een tweede exemplaar aanschaffen. En
als de situatie aan onze faculteit representatief is, en ook elders de vakbibliotheken kampen met krimpende budgetten voor de aanschaf van
boeken, onder andere door de hoog oplopende kosten voor tijdschrift­
abonnementen, dan moeten ook van die kant geen royale bestelorders
verwacht worden. We willen de Universitaire Pers Leuven dan ook van
harte bedanken de uitgave van dit boek te hebben willen ondersteunen.
Daarvoor moeten we eigenlijk ook Joop van der Horst zelf dankbaar
zijn, want die heeft veel eigen werk in het fonds van de UPL, zodat die
zich toch ook een beetje moreel onder druk gezet gevoeld moet hebben. Niettemin kon de uitgave natuurlijk alleen tot stand komen met
bijkomende financiering. Daarvoor willen we van harte de volgende
subsidieverstrekkers bedanken: de opleiding Taal & Bedrijf, de onderzoeksgroep ComForT, het Centrum voor Computerlinguïstiek (CCL),
de groep Reasoning, Argumentation & Thinking, de faculteit Letteren en het tijdschrift Leuvense Bijdragen. Een bijzondere vermelding
verdient Willy Smedts, die het grootste deel van het budget voor zijn
rekening nam, Dorien Van de Mieroop, die de budgetten van Taal &
Bedrijf vrijgaf en Walter Schaeken, die geld kon vrijmaken van de groep
Reasoning, Argumentation & Thinking. Het lijkt ons redelijk dat de
gefêteerden deze gulheid te gelegener tijd testamentair vereffenen. Verder willen we ook de reviewers bedanken die de stukken mee nagelezen
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 7
16/09/14 11:32
8|
In leid in g
hebben en de auteurs hebben behoed voor overgeslagen stappen in de
redenering, over het hoofd gekeken vakpublicaties of onzorgvuldige
formuleringen. Het is een lange lijst: Liesbeth Augustinus, Johan van
der Auwera, Ronny Boogaart, Julie Van Bogaert, Kenneth Boumann,
Geert Brône, Filip Buekens, Ingrid Van Caneghem-Ardijns, Peter-Arno Coppen, Evie Coussé, Jeroen Van Craenenbroeck, Kristin Davidse,
Johan De Caluwé, Steven Delarue, Lorenz Demey, Karen Deschamps,
Filip Devos, Sigurd D’hondt, Sylvain Dieltjens, Lobke Ghesquière,
Paul Gillaerts, Jan Goossens, Jan Heylen, Priscilla Heynderickx, Jack
Hoeksema, Koen Jaspaert, Dany Jaspers, Jacques Van Keymeulen, Karen Lahousse, Alexandra Lenz, Sterre Leufkens, Piet Mertens, Dorien
Van De Mieroop, Frank van Meurs, Jan Nuyts, Marc van Oostendorp,
Albert Oosterhof, Tom Ruette, Gijsbert Rutten, Ineke Schuurman, Jan
Stroop, Michiel de Vaan, Reinhild Vandekerkhove, Willy Vandeweghe,
Jean-Christophe Verstraete, Ton van der Wouden en Eline Zenner.
We hopen dat de bijdragen in dit boek de inspiratie zullen vormen voor
nieuw werk, want we kunnen ons niet voorstellen dat Joop en William
hun emeritaat in ledigheid zullen doorbrengen.
Freek Van de Velde
Hans Smessaert
Frank Van Eynde
Sara Verbrugge
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 8
16/09/14 11:32
|9
Inhoud
Deel I
Syntaxis en morfologie
Willy Vandeweghe
De ANS en het plaatsschema van de hulpwerkwoorden
17
Pierre Godin
Over IPP, ‘lange en korte infinitieven’ en aanverwante
constructies: werkwoorden over de grenzen heen van de
morfologie, de syntaxis en de semantiek
33
Frank Van Eynde, Liesbeth Augustinus,
Ineke Schuurman & Vincent Vandeghinste
Het verrassende resultaat van een copulativiteitspeiling
47
Harry Perridon
Enige opmerkingen over de vorm van persoonlijke
voornaamwoorden in koppelzinnen
63
Hendrik De Smet
De integratie van Engelse leenwerkwoorden in het Nederlands
75
Georges De Schutter
Een overzicht van PP-objecten en PP-complementen
89
Hans Broekhuis
Dubbel-voorzetselobjectconstructies?103
Timothy Colleman
Nog eens de dubbel-voorzetselobjectconstructie
115
Odo Leys
Nog eens de trajectconstructies van het type de trap op129
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 9
16/09/14 11:32
10 |
In houd
Wim Honselaar & Evelien Keizer
De semantische categorie Tijd in Functional Discourse Grammar:
syntaxis en semantiek van voorzetselloze temporele uitdrukkingen
in het Nederlands
143
Karen Lahousse & Béatrice Lamiroy
Grammaticalisatie en taalvergelijking: Nederlands het is zo dat
vs Frans c’est ainsi que163
Ton van der Wouden
Is hier sprake van een nieuwe existentiële constructie?
179
Marja Clement & Elvira Glaser
Hoe krijg je dit gepubliceerd?
‘Krijgen’-constructies in het Nederlands
195
Daniël Van Olmen & Johan van der Auwera
Over zo’n en zo meer
215
Ina Schermer
Manneken Pis en wandelaar Bastet.
Over lidwoordloze eigennaamsgroepen en de (ontbrekende)
correspondentie met een naamwoordelijk gezegde
229
Luk Draye
Man en men: een wereld van verschil
241
Wim G. Klooster
Re er255
Jan Pekelder
Het Nederlandse subject een taalteken?
Over SUB-PV-DOB- en PV-SUB-DOB-strings
271
Fred Weerman
De januskop van complexiteit
285
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 10
16/09/14 11:32
In hou d
| 11
Deel II
Historische taalkunde en historiografie
Marc van Oostendorp
De geboorte van de jambe uit de geest van het Nederlands
303
Sander van der Harst & Hans Van de Velde
Wordt leggen schijnbaar of werkelijk liggen?
315
Bert Cornillie
Over de subjectieve lezing van dreigen in het 16de- en
17de-eeuwse Nederlands.
Historische pragmatiek vs contact-geïnduceerde taalverandering 329
Evie Coussé & Freek Van de Velde
Hulpwerkwoordselectie in drieledige perfecta met een modaal.
Een alternatieve historische verklaring
349
Ingeborg Harmes
Wat zou het?
Een synchrone en diachrone analyse van zou(den)365
Karolien Janssens & Jan Nuyts
Me dunkt!
Een diachrone blik op dunken379
Marijke van der Wal & Gijsbert Rutten
Negatieverschijnselen revisited
393
Gunther De Vogelaer & Roxane Vandenberghe
Omwille van Joop
Een onderzoek naar de geschiedenis van een
voorzetseluitdrukking407
Jack Hoeksema
De opkomst van aan als verbindend element in
maatnomenconstructies421
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 11
16/09/14 11:32
12 |
In houd
Matthias Hüning
Over complexe preposities en convergentie
433
Jan Stroop
’t Ene dan is ’t andere niet
447
Aad Quak
De Oudnederlandse appellatieven op –ing459
Albert Oosterhof & Paul Gillaerts
Zijn pachtbrieven formulieren?
Het formulaire karakter van pachtcontracten uit het Leuvense
schepenarchief479
Ann Marynissen & Theo A.J.M. Janssen
Vroegnieuwnederlands voor commercie en cultuur
499
Dirk Geeraerts
Zellig Harris en het contemporaine corpuslinguïstische
distributionalisme513
Jan Noordegraaf
Verre verwanten.
D.C. Hesseling (1859-1941) over taal en taalverandering
523
Deel III
Pragmatiek, toegepaste taalkunde & taalpolitiek
Filip Buekens
‘Buiten de taal treden’ – wat zou dat kunnen betekenen?
539
Lorenz Demey & Hans Smessaert
Logische geometrie en pragmatiek
553
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 12
16/09/14 11:32
In hou d
Leen Janssens, Sara Verbrugge, Kristien Dieussaert &
Walter Schaeken
Maar hoe zit dat eigenlijk?
565
Paul Claes
Claus als retoricus
579
Kristin Davidse
Constructionele semantiek en pragmatiek in de analyse
van gekloofde zinnen
593
Els Elffers
Uitroepende zinnen
609
Patrick Meuris
Structuursignalen in verklarende teksten
625
Jean-Christophe Verstraete & Sarah D’Hertefelt
Polariteitsomkering bij insubordinatie
639
Sylvain Dieltjens & Priscilla Heynderickx
Vertrouwen in de oncoloog?
Analyse van consultaties in een palliatief zorgtraject
653
| 13
Kurt Feyaerts & Bert Oben
Prettig leedvermaak.
Onderzoek naar gelaagde betekenissen in het CORINTH-corpus 667
Dorien Van De Mieroop
Een verkenning van de pragmatische functies van directe rede
in narratieven
683
Flip Droste
Het Nederlands Bedreigd? Bullshit!
697
Marinel Gerritsen
Vlamingen en Nederlanders: van cross- naar
intercultureel onderzoek
707
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 13
16/09/14 11:32
14 |
In houd
Koen Jaspaert
En is ‘t de tale niet, wat is ‘t dan dat mij kwelt
723
Ester Magis, Jill Puttaert, Aleydis Van den Bossche,
Wim Vandenbussche, Rik Vosters & Roland Willemyns
Tussen adoptiekoe en zemelteef: iets over de houdbaarheidsdatum
van ‘verse woorden’ in Vlaamse en Nederlandse kranten
735
Jacques Van Keymeulen
De afkortingencultus
747
Ulrike Vogl
“Als u meer talen kent, lijdt uw moedertaal”: studenten
Nederlands en hun visie op taal
759
Eline Zenner, Tom Ruette & Freek Van de Velde
Taalkeuze in personeelsadvertenties: een verkennend onderzoek
door drie science floor managers
771
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 14
16/09/14 11:32
Tussen adoptiekoe en zemelteef:
iets over de houdbaarheidsdatum van ‘verse
woorden’ in Vlaamse en Nederlandse kranten
Ester Magis, Jill Puttaert, Aleydis Van den Bossche, Wim
Vandenbussche, Rik Vosters & Roland Willemyns
(Vrije Universiteit Brussel)
I
n dit stuk proberen we een beeld te geven van de levensvatbaarheid
van de neologismen die jaarlijks als ‘woorden van het jaar’ gelanceerd
worden. In omvangrijke Vlaamse en Nederlandse krantencorpora werd de
frequentie opgezocht van de nieuwe woorden die het tijdschrift Onze Taal
verzamelde sinds 1989. Heel wat ‘woorden van het jaar’ worden nooit
gebruikt in ons krantencorpus, een even grote groep woorden licht even op
in het woordveld en verdwijnt nadien roemloos. Van grote Noord-Zuidconvergentie is er verder geen sprake in dit specifieke deel van het lexicon.
Het erg beperkte aandeel neologismen dat echt doorbreekt en blijvend
gebruikt wordt heeft een hoge referentiële relevantie: het gaat steevast om
termen die verwijzen naar dingen die prominent aanwezig zijn en blijven
in onze samenleving.
1. Inleiding
Doorheen zijn loopbaan had Joop van der Horst aandacht voor lexicale verandering: “Een pick-up is voor mijn studenten iets heel anders
dan voor mensen van mijn generatie”.1 Ogenschijnlijke fait-divers in de
marge van het alledaagse woordgebruik wist hij een zinvolle plaats te
geven in wetenschappelijke beschouwingen over taalverandering (Van
der Horst 2008, 2013; Van der Horst & Van der Horst 1999: 51-84).
Ook in zijn taalcolumns voor een ruimer publiek kwamen neologismen
meer dan eens aan bod. Intimi beweren zelfs dat hij zijn (kleine) kinderen bij lange ritten in de wagen een schriftje gaf met de opgave ‘schrijf
alle woorden op die je kent’, om op die manier geregeld nieuwe vondsten te ontdekken. Het leek ons dan ook gepast om dit hulde-album te
verluchten met een stuk over ‘nieuwe woorden’. Geheel in de geest van
de jubilaris betrokken de grijzende (vierde en laatste) auteurs, studen-
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 735
16/09/14 11:33
736 |
E . M agis , J. P u t ta ert, A . Va n d en B ossc he , et a l.
ten (eerste en derde) en jonge medewerkers (tweede en vijfde) bij dit
onderzoek.
Tussen de Antwerpse Boekenbeurs (oktober) en het Groot Dictee
der Nederlandse Taal (december) in nestelde zich een paar jaar geleden
de verkiezing van het ‘Woord van het jaar’. De timing was opmerkelijk
gepast, aangezien dit lexicale spelletje de editoriale koopmansgeest met
het eerstgenoemde evenement deelde, en een parfum van vrijblijvende
fröhliche Wissenschaft met het laatste.
De jaarlijkse hype rond de woordjesverkiezing past in een traditie
die in de tweede helft van de vorige eeuw opgang maakte.2 Ze levert
niet enkel vermakelijke vondsten op, maar bezorgt menig linguïst
ook gedenkwaardige momenten wanneer het respectabel journaille
Grote Conclusies probeert te ontlokken aan taalspecialisten over de
verschijning van tentsletjes en andere frietchinezen in het lexicon.
“Zal dat woord blijven bestaan?” “Is dit geen schoolvoorbeeld van
taalverloedering?” “Is het nu echt nodig dat dit woord ontstaat?”
Los van de wetenschap dat uit die lukrake woorden-pop-polls
weinig wetenschappelijks af te leiden valt, leek de vraag naar de
levensvatbaarheid van die neologismen ons wel een beschouwing
waard. De gebruiksfrequentie van lexicale nieuwlichterij blijft bij vele
woordchroniqueurs immers vaak onderbelicht (Van Sterkenburg 2011:
369). We namen daarom alle lijstjes met de ‘nieuwe’ of ‘verse woorden’
die tussen 1989 en 2012 verschenen in het maandblad Onze Taal en
selecteerden daar ruim 280 termen uit (zie bijlage). Van elk neologisme
werd voor elk jaar de gebruiksfrequentie opgezocht in de Mediargusdatabank, een digitale verzameling van de belangrijkste Vlaamse
kranten die sinds 1989 verschenen.3 We bevroegen op identieke wijze
een corpus van Nederlandse kranten (de ‘Krantenbank’) vanaf 1989.4
Met die gegevens kunnen we een voorzichtige impressie geven van
de levensloop van de jaarlijkse taalvondsten, met alle voorbehoud en
relativering. Er zijn immers verschillen in het aantal onderzochte
woorden per jaar en de selectiecriteria van een populairwetenschappelijk
taaltijdschrift zijn allicht anders dan die van een professionele lexicoloog.
Bovendien zijn kranten een erg specifieke bron en loont het de moeite
om ook andere grote taalcorpora (bijvoorbeeld van het Instituut voor
Nederlandse Lexicologie) te doorzoeken.
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 736
16/09/14 11:33
Tussen a d opt iekoe en zemelt eef
| 737
2. Enkele bevindingen
1. Heel wat ‘nieuwe woorden’ zijn bijzonder snel ei zo na ‘dood’; dat is
zelfs vaak al zo vanaf het allereerste signalement in de woordenlijstjes.
35% van de ‘woorden van het jaar’ wordt nooit gebruikt in ons krantencorpus; als we de woordenoogst van de voorbije vijf jaar even negeren
dan blijkt dat zelfs voor ruim 45% zo te zijn.
Vondsten als apotheekvoetbal (voetbalwedstrijden waarbij doping
gebruikt wordt), datacraat (iemand die macht ontleent aan zijn
computerkennis), grenshospitum (opvangcentrum voor asielzoekers)
en restocar (een rijdende snackbar) werden nooit opgepikt door
journalisten in Vlaanderen en Nederland. De aandacht voor bilvulling
(een slip die de ronde vormen accentueert), CK-geslipt (een slip van
Calvin Klein dragend), tankini (tweedelig zwempak voor dames) of
zwarte-nagelclub (club voor wroetende tuinvrouwen) was evenzeer
‘much ado about nothing’. En ook de onderduikkip (die niet afgemaakt
werd tijdens de vogelpest) en de zemelteef (vrouw die voortdurend
loopt te zaniken) verdwenen in de plooien van het taallandschap.
Opvallend is dat ook niet-vergezochte termen voor alledaagse
relevante fenomenen uit de boot vielen: noch telefoonnummerverklikker
(telefoonfunctie waarmee het nummer van een beller zichtbaar wordt),
noch prijsillusie (ontbrekend referentiekader om te bepalen of iets duur
of goedkoop is bij de invoering van de euro) werden gebruikt in de krant.
2. Een ongeveer even groot aandeel verse woorden licht even op in het
woordveld en verdwijnt nadien roemloos. Het gaat typisch om twee erg
verschillende fenomenen.
Enerzijds betreft het termen die een paar jaar sluimerend gebruikt
worden (met een frequentie van minder dan 5 keer per jaar) en nadien
nooit meer.
Gevangenishotel (opvangcentrum voor asielzoekers) noch kraamsuite (een huiselijke bevallingskamer in het ziekenhuis) konden zich blijvend nestelen in het dagelijkse taalgebruik, idem dito voor telecratie
(een wereld waarin de televisie almachtig is), netdokter (een virtuele
internetarts) en lawinepieper (een toestelletje om lawineslachtoffers op
te sporen).
Een aanzienlijk deel van die nooit doorgebroken termen zijn ‘mislukte’ alternatieven voor andere woorden. Purismen als schrijversblok
of flitsgeheugen konden writer’s block en flashgeheugen niet vervangen, sleutelkoord moest het afleggen tegen houwtouw (of de ontlening
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 737
16/09/14 11:33
738 |
E . M agis , J. P u t ta ert, A . Va n d en B ossc he , et a l.
lanyard). Cyberfraude of levenswensverklaring leest men nauwelijks in
de pers, verwante maar ruimere termen als wilsverklaring en cyber- of
computercriminaliteit worden daarentegen wel gebruikt.
Anderzijds zijn er erg actualiteitsgebonden woorden met soms zeer
hoge (maar kortstondige) gebruiksfrequenties, die wegsmelten zodra
de context verandert waarin ze pasten.
Benamingen voor ziektes zijn hier een treffend voorbeeld van: SARS
(severe acute respiratory syndrome) ‘piekte’ in 2003 tijdens de epidemie
in Azië en Toronto, bleef in de actualiteit in 2004 en deemsterde nadien
weg in het journalistenjargon; Balkansyndroom (gezondheidsklachten
na deelname aan de Balkanoorlog) en Mexicaanse griep vertoonden
een soortgelijk gebruikspatroon in 2001 en 2007. Recentere termen
als vuvuzela (een toeter die tijdens het WK voetbal in Zuid-Afrika
alomtegenwoordig was), bokitoproof (bestand tegen het uitbreken van
gorilla Bokito in zoo Blijdorp) of facebookrellen (rellen bij een openbaar
feest waarvoor via Facebook te veel gasten werden uitgenodigd) gaan
vermoedelijk dezelfde richting uit. Ook begrippen die nauw aanleunen
bij de politieke waan van de dag vervliegen op soortgelijke wijze; zo
is het Belgische vlinderakkoord binnen 45 jaar waarschijnlijk even
obscuur als het Chappaquiddick-incident of de ‘roze balletten’ vandaag.
Figuur 1: De frequentie van “Balkansyndroom” in Vlaamse en Nederlandse kranten
per jaar
3. Van grote Noord-Zuid-convergentie is geen sprake in dit specifieke
deel van het lexicon: een groot aandeel woordvondsten blijkt exclusief
gebruikt te worden aan deze of gene zijde van de rijksgrens.
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 738
16/09/14 11:33
Tussen a d opt iekoe en zemelt eef
| 739
Termen als broekstok (stok in de broekspijp van een gevangene om een
ontsnapping te bemoeilijken), chemofoob (bang voor chemische stoffen in voedsel), lintcontrole (meervoudige snelheidscontrole door opeenvolgende flitscamera’s) en pieperboy (taxichauffeur die werkt voor
een hotel) kwamen enkel in Nederlandse dagbladen voor (hoe sporadisch ook). Alleen de Vlaamse krantenlezer kreeg dan weer telefooncelkraker en korfmunt (voorloper van de euro) onder de ogen.
Bij de ‘gedeelde’ woorden (ongeveer de helft van alle neologismen)
merken we ook duidelijke frequentieverschillen tussen Noord en
Zuid. Biobak (speciale ruimte in een vuilnisbak voor groente-,
fruit- en tuinafval), gemaksvoedsel (vlug te bereiden maaltijden),
estafettestaking (staking waarbij bedrijven achtereenvolgens het werk
neerleggen), competentiebeloning (een bonus voor deskundigheid),
Frankensteinvoedsel (genetisch gemanipuleerde voedingsmiddelen)
en flitsscheiding (snelle vorm van echtscheiding zonder rechter of
advocaat) zijn veelgebruikte concepten in het Noorden maar ze kwamen
in Vlaanderen maar mondjesmaat aan bod in de krant.
Afvaltoerisme (vervoer van chemisch afval naar een ander
land), fietsregistratie, en mammobiel (rijdend centrum voor
borstkankeronderzoek) zijn ingeburgerd in de Vlaamse pers, in
Nederlandse kranten worden die woorden nauwelijks gebruikt.
Opnieuw blijkt dat de link met de lokale actualiteit of politiek hier
vaak de stoorzender is – wie niet op de hoogte is van vestimentaire
extravaganties van een Belgisch premier kan zich bij een vlinderakkoord
allicht weinig anders voorstellen dan een besluit in de sfeer van de
natuurbescherming. Ranzig woordgebruik uit de Nederlandse Tweede
Kamer (met kopvoddentaks als triest voorbeeld) vervuilt anderzijds
nauwelijks de Zuid-Nederlandse krantentaal.
Hoewel het woord nauwelijks voorkomt in Vlaanderen, weten
Vlamingen verder allicht wel dat marathonschaatsen in de winterse
sportsfeer zit; of ze dat bij de Dr. Bibberregel ook nog vermoeden is
zeer de vraag – het gaat immers niet om voorschriften bij een kinderspel
maar wel om het verbod om op een recht stuk wedstrijdijs met de
schaats over een lijn te gaan.
4. Het aandeel neologismen dat echt doorbreekt en blijvend gebruikt
wordt in het krantencorpus is dan ook erg beperkt. Van de 285 onderzochte termen worden er vandaag nog 59 frequent gebruikt – dat wil
zeggen, vaker dan tien keer per jaar in het corpus. Die 20% krimpt nog
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 739
16/09/14 11:33
740 |
E . M agis , J. P u t ta ert, A . Va n d en B ossc he , et a l.
gevoelig wanneer de recentste neologismen buiten beschouwing blijven: van de 205 gesignaleerde termen tussen 1989 en 2008 vinden we
er vandaag nog 39 in de pers (14%).
Welke woorden halen het dan wel? Dat zijn bijvoorbeeld termen als
alcoholprobleem, computervirus, doemscenario, gevoelstemperatuur,
HIV, themadag en zwerfvuil. In een poging om de factoren te bepalen
die neologismen tot een succes maken ontwikkelde Metcalf (2002)
de ‘FUDGE-test’. Vijf criteria zouden bepalen of een woord gemaakt
of gekraakt wordt: de gebruiksfrequentie (frequency of use), de
onopvallendheid (unobtrusiveness), de verscheidenheid aan gebruikers
en gebruikssituaties (diversity of users and situations), het potentieel
om afgeleide woordvormen en betekenissen te genereren (generation of
forms and meanings) en, tenslotte, de mate waarin de referent aanwezig
blijft (endurance of the concept).5
In onze onderzoeksomgeving lijkt vooral die laatste factor allesbepalend:
“The relationship between a word and what it stands for is like the
relationship between a flea and a dog. If the dog is healthy, so is the flea. If
the dog dies, so does the flea—unless it’s able to find another dog.” (Metcalf
2002: 162).
Het gaat steevast om termen die verwijzen naar dingen die prominent
aanwezig zijn en blijven in onze samenleving, ook als die neologismen
erg opvallen (HIV, bijvoorbeeld) of geen afgeleide vormen opleveren
(gevoelstemperatuur, bijvoorbeeld). “A successful new word flies under
the radar” gaat dus niet noodzakelijk op (hoewel het voor kraslot of
bedrijskantine wel klopt), “a successful new word grows” evenmin
(Metcalf 2002: 155; 159).
Figuur 2: De frequentie van “gevoelstemperatuur” in Vlaamse en Nederlandse
kranten per jaar
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 740
16/09/14 11:33
Tussen a d opt iekoe en zemelt eef
| 741
Of de recentste hitwoorden (van na 2008) blijvers zullen zijn, is koffiedik kijken.6 Het lijkt ons wel zinvol om die nieuwste succesvolle aanwinsten niet als ‘verworven’ te beschouwen. Er is immers geen
FUDGE-test voor nodig om in te zien dat een eventuele neergang van
specifieke sociale media ook het gebruik van lexicale borelingen als ontvrienden, whappen (niet te verwarren met het al verdwenen wappen),
skypen en twitteren zal treffen. Enkel internetveteranen weten nog wat
napsteren of gopheren was. Dat neologismen als swaffelen en tentsletje
nu al bijna exclusief vermeld worden in artikels over de verkiezing van
een nieuw woord van het jaar is vermoedelijk ook een erg smalle basis
voor blijvend gebruik.
5. Joop en William, nu de flexi-arbeid met nieuwetijdskinderen achter
jullie ligt: wees voorzichtig bij het sportelen, vermijd de opa-criminaliteit en het casinopensioen en vergeet nooit: yolo!7
Bijlage: overzicht per jaar van de onderzochte neologismen
1989: Aansmoezen, Afvaltoerisme, Afroepkracht, Aidshandschoen,
Aidsremmer, Alcoholprobleem, Artiestengala, Bedrijfskantine, Belstuk, Benoemingscommissie, Bewegingsziekte, Bibliotherapie, Biobak,
Broekstok, Chemofoob, Computervirus, Drugslijn, Estafettestaking,
Fatsoencode, Fietsregistratie, Fraudebestendig, Gastouder, Gemaksvoedsel, Genenpaspoort, Gevoelstemperatuur, HIV, Kraslot, Marathonschaatsen, Monoskiën, Plofkoffer, Telefooncirkel, Telefoonnummerverklikker, Themadag, Zwerfvuil.
1990: Cocooning, Datacraat, Lintcontrole, Looplezer, Mammobiel,
Mottobord, Restocar, Roerbakken, Rookstoep.
1992: Gevangenishotel, Grenshospitum, Overtuigingscrimineel, Rampentoerisme, Sloopheffing, Telefooncelkrakers, Troostmeisjes.
1993: Blokrijden, Doemscenario, Luchtkussen, Mannencondoom,
Vrouwencondoom.
1995: Bilvulling, Flexi-arbeid, Hoplimonade, Huppelschrijver, Levenswensverklaring, Macha, Negationisme, Pieperboy, Qwerty-denken,
Stieftaal, Telecratie, Zwarte-nagelclub.
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 741
16/09/14 11:33
742 |
E . M agis , J. P u t ta ert, A . Va n d en B ossc he , et a l.
1997: Polderjongen, Sluipverbruik.
1999: Asieljongere, Biechtshow, Camerahelm, Competentiebeloning,
Cyberfraude, Filekaart, Gelegenheidssamenstelling, Goederenpad,
Inversietherapie, Macrovirus, Netdokter, Plaagprogramma, Schrijversblok, Veelpleger, Weggeefwinkel, Wisselgevecht, Zedenpleger.
2000: Antifilebox, Boedelheffing, Bonnetjeshetze, CK-geslipt, Computerbloot, Cyberchipper, Frankensteinvoedsel, Gelegenheidshooligan,
Hoax, Infosoap, Internettijd, Klemrail, Lawinepieper, Mee-eterstrip,
Minimawinkel, Naamnummer, Nieuwetijdskinderen, Nulverdiener,
Overschotmanagement, Plofzone, Rafelmoord, Russisme, Schaamtestraf, Taalbuddy, Tankini, Vlinderbom, Winkelstaat, Zemelteef, Zorgschaarste.
2001: Adoptiekoe, Balkansyndroom, Bama-model, Bonnenmonarchie,
Donatiefunctionaris, Filezwaaien, Flitsgeheugen, Gekkekattenziekte
(FSE), Halteboerderij, Klusrecht, Korfmunt, Kraamsuite, Maaltijdreep,
Man-vrouwfirma, Napsteren, Pleisterpil, Precessie, Pretbox, Rampenpolder, Ruimtezeilen, Schepsaus, Schroefdak, Soepshop, Stadsopiumkit, Stekkereconomie, Stretchlimo, Subsidieval, Taxivrouw, Vadercentra, Virusmail.
2002: Apotheekvoetbal, Biocard, Blokart, Broekzakbeller, Detentieschool, Electroclash, Fietsambulance, Flitsscheiding, Haatklacht, Kaasschaafdepressie, Kernwinst, Klikgebit, Koffierondje, Merkambassadeur, Moedercontract, Nulpraat, Nuluitkering, Poederpost, Prijsillusie,
Skimmen, Sleutelkoord, Sms-bombardement, Tandtatoeage, Tophoppers, Troeteljunk.
2003: Allochtonenstop, Asotaks, Cipierslook, Deflatiedraak, Fluistertrekker, Generatiehypotheek, Jongpleger, Kansweigeraar, Militainment, Nanalandschap Noodweerexpres, Nuloudergezin, Onderduikkip, SARS, Taikonaut, Verwokkelaars, Zwartekoppenziekte.
2004: Condoomplicht, Irisreiziger, Kabaalwake, Kamperbonus, Oogjuweel, Slowrevolutie, Tenenlikker, Terreurverkenner, Woonasociaal.
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 742
16/09/14 11:33
Tussen a d opt iekoe en zemelt eef
| 743
2005: Boho-look, Googlemoslim, Grijsdenken, Hufterhut, Kweekvlees,
Miskleurzwijn, Pappataks, Plaknachten, Skypen.
2006: Aanrechtsubsidie, Boerkini, Croftybom, Energiesnoeier, Halalhypotheek, Isamtsunami, Lichtstaking, Megawuppie, Religiecode,
Slobberlaars, VOC-mentaliteit.
2007: Bokitoproof, Comadrinken, Formatiemoeheid, Klimaatneutraal,
Lokhomo, Opacriminaliteit, Reltoerist, Slurptaks, Wilfen, Zelfbedieningskapitalisme.
2008: Bankencrisis, Cloud computing, Geboortenaam, Klimaathuis,
Life-hacking, Locavoor, Megamug, Nahuwelijk, Nomofobie, Plusmama, Slaaprijden, Smirten Snelwegpanorama, Swaffelen, Systeembank.
2009: Boekestijntje, Deeltijd-WW, Koninginnedagdrama, Kopvoddentaks, Mama appelsap, Mexicaanse griep, Ontvrienden, Twitteren,
Vaccinatieangst, Vuvuzela.
2010: Dr. Bibberregel, Gedoogregering, Kamikazekabinet, Obesitaks,
Ontdopen, Pingen, Pino, Sportelen, Tentsletje, Tsunamiverkiezing,
Zakgeldfederalisme.
2011: Arabische lente, Bedrijfspoedel, Casinopensioen, EHEC-bacterie, Eurocrisis, Occupy, Plaszak, Tuigdorp, Vlinderakkoord, Weigerambtenaar, Wildbreien, Wordfeud.
2012: Facebookrellen, Foefelakkoord, Frietchinees, Gangnamstijl, Onderwaterhypotheek, Project-X-feest, Sjoemelstroom, Weglooppoliticus, Whappen, Wrijftelefoon, Yolo.
Noten
1. Lezing van Joop van der Horst, ‘Over het verdwijnen van woorden’. Instituut voor
Nederlandse Lexicologie, Leiden. 9 november 1995.
2. Van der Horst en Van der Horst (1999) vermelden Riemer Reinsma’s Signalement
van nieuwe woorden en Maarten Van Nierops Nieuwe woorden (allebei uit 1975)
als eerste typische bundelingen van lexicale aanwas. Van Sterkenburg (2011: 368370) vult aan met een overzicht van verdere leeswoordenboeken met taalaanwinsten en debuutwoorden die nadien verschenen.
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 743
16/09/14 11:33
744 |
E . M agis , J. P u t ta ert, A . Va n d en B ossc he , et a l.
3. De Morgen, De Standaard, De Tijd, De Zondag, Gazet van Antwerpen, Het Belang
van Limburg, Het Laatste Nieuws, Het Nieuwsblad, Het Volk en Metro.
4. Algemeen Dagblad, De Telegraaf, De Volkskrant, Het Financieel Dagblad, Het Parool, NRC Handelsblad en Trouw.
5. Het Instituut voor Nederlandse Lexicologie gebruikt de test inmiddels als “hulpmiddel om te bepalen of een neologisme in het woordenboek moet worden opgenomen of niet.” (http://anw.inl.nl/show?page=neologismen#fudge; laatst geraadpleegd op 20 maart 2014)
6. Metcalf (2002: 168) gaat vrij arbitrair uit van een gebruiksperiode van 40 jaar om
een woord als verworven te kunnen beschouwen.
7. Opdat deze tekst over enkele jaren ook nog begrijpelijk zou zijn… Flexi-arbeid:
een flexibele baan; nieuwetijdskinderen: overgevoelige, hoog sensitieve kinderen;
sportelen: recreatief sporten door vijftig-plussers; opa-criminaliteit: criminele
feiten gepleegd door vijfenvijftig-plussers; casinopensioen: pensioen waarvan de
hoogte afhankelijk is van de financiële markten; yolo: you only live once.
Geraadpleegde literatuur
Den Boon, Ton. 1999. Verse woorden. Onze Taal 68 (9). 230-231; (12). 352.
Den Boon, Ton. 2000. BB’er, dotcommen, gifkip. Nieuwe woorden van 1999. Onze
Taal 69 (1). 10-12.
Den Boon, Ton. 2000. Verse woorden. Onze Taal 69 (4). 109; (9). 229.
Den Boon, Ton. 2001. Bonnenmonarchie, branddating, overgangsconsulente. Het
jaar 2000 in twintig trefwoorden. Onze Taal 70 (1). 18-21.
Den Boon, Ton. 2001. Verse woorden. Onze Taal 70 (4). 87; (6). 155; (10). 253.
Den Boon, Ton. 2002. Wuifdagen, mobimiles, poederpost. Nieuwe woorden van
2001. Onze Taal 71 (1). 12-15.
Den Boon, Ton. 2002. Verse woorden. Onze Taal 71 (4). 96; (7/8). 213; (11). 320.
Den Boon, Ton. 2003. Van asotaks tot zomerzondvloed. Nieuwe woorden van 2002.
Onze Taal 72 (1). 14.
Den Boon, Ton. 2004. Van allochtonenstop tot zwartekoppenziekte. Nieuwe woorden van 2003. Onze Taal 73 (1). 14 - 16.
Den Boon, Ton. 2005. Van borstmoment tot woonasociaal. Nieuwe woorden van
2004. Onze Taal 74 (1). 16 - 18.
Den Boon, Ton. 2006. Van bananenincident tot watskeburt. Nieuwe woorden van
2005. Onze Taal 75 (1). 10 - 12.
Den Boon, Ton. 2007. Van islamtsunami tot VOC-mentaliteit. Nieuwe woorden van
2006. Onze Taal 76 (1). 14 – 16.
Den Boon, Ton. 2008. Bokitoproof woord van het jaar. Nieuwe woorden van 2007.
Onze Taal 77 (1). 22-23.
Heestermans, Hans. 1989. Onze groeiende woordenschat. Onze Taal 58 (2/3). 32–
33; (7/8). 130; (12). 209.
Heestermans, Hans. 1990. Onze groeiende woordenschat. Onze Taal 59 (9). 160;
(12). 228.
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 744
16/09/14 11:33
Tussen a d opt iekoe en zemelt eef
| 745
Heestermans, Hans. 1992. Nieuwe woorden. Onze Taal 61 (4). 79; (7/8). 160-161.
Heestermans, Hans. 1993. Nieuwe woorden. Onze Taal 62 (2/3). 41.
Heestermans, Hans. 1995. Nieuwe woorden. Onze Taal 64 (6). 149; (9). 217; (11).
268; (12). 314 - 315.
Jansen, Frank. 1998. Als verklikkerbig in de zwakstroomsamenleving. Nieuwe woorden van 1997. Onze Taal 67 (1). 10 - 12.
Magis, Ester. 2009. Lexicale vernieuwing in Vlaamse kranten. Ongepubliceerde bachelorpaper. Vrije Universiteit Brussel.
Magis, Ester. 2010. Lexicale vernieuwing in kranten: Analyse van de lexicale vernieuwing in Nederlandse kranten in vergelijking met Vlaamse kranten. Ongepubliceerde masterproef. Vrije Universiteit Brussel.
Mens en samenleving. 2013. Van Dale Woord van het Jaar 2007 tot en met 2013.
http://mens-en-samenleving.infonu.nl/communicatie/62692-van-dale-woordvan-het-jaar-2007-tot-en-met-2013.html. Laatst geraadpleegd op 20 maart 2014.
Metcalf, Allan. 2002. Predicting New Words. The secrets of their success. Boston: Houghton Mifflin.
Redactie Onze Taal. 2010. Van twitteren tot ontvrienden. De woorden van 2009.
Onze Taal 79 (1). 11.
Redactie Onze Taal. 2012. De woorden van 2011. Onze Taal 81 (1). 7.
Van Dale Uitgevers (2013) Woord van het jaar. http://woordvanhetjaar.vandale.be
en http://woordvanhetjaar.vandale.nl. Laatst geraagdpleegd op 20 maart 2014.
Van den Bossche, Aleydis. 2012. Lexicale vernieuwing in Vlaamse kranten na 2005.
Ongepubliceerde bachelorpaper. Vrije Universiteit Brussel.
Van der Horst, Joop. 2008. Het einde van de standaardtaal. Een wisseling van Europese
taalcultuur. Amsterdam: Meulenhoff.
Van der Horst, Joop. 2013. Taal op drift. Lange-termijnontwikkelingen in taal en samenleving. Amsterdam: Meulenhoff.
Van der Horst, Joop & Kees van der Horst. 1999. Geschiedenis van het Nederlands in
de twintigste eeuw. Den Haag: Sdu. / Antwerpen: Standaard.
Van Maris, Berthold. 2009. Smirten en swaffelen bij de Bosbank. Wat zeggen de nieuwe woorden van 2008? Onze taal 78 (1). 24-26.
Van Sterkenburg, Piet. 2011. Van woordenlijst tot woordenboek. Een geschiedenis van
woordenboeken in het Nederlands. Schiedam: Scriptum.
Overdruk uit Patroon en argument - ISBN 978 94 6270 014 7 - © Universitaire Pers Leuven 2014
patroon_en_argument_DEF.indd 745
16/09/14 11:33