A Fs·cos 71,6° B Fs 280 2 kN C DV Fs·sin 71,6° DH 400 740 E Sterkteleer … fantastisch ! les 3 les 3 Het berekenen van verlenging en verkorting Het maken van een sterkteberekening Trekproef • Beschrijving van de trekproef – treksterkte – vloeigrens/0,2% rekgrens – spanning en rek – blijvende rek / rek bij breuk – elasticiteitsmodulus • Filmpjes van trekproef les 3 Het maken van een sterkteberekening Trekkromme • Machine trekt met constante snelheid F (N) 45000 40000 35000 30000 25000 20000 15000 10000 5000 0 les 3 10 20 Het maken van een sterkteberekening 30 40 50 d (mm) Rek Rek is verlenging gedeeld door oorspronkelijke lengte L F L d • Wat is de rek van een staaf van 1 m lengte die 1 mm verlengt? • Wat is de rek van een staaf van 0,5 m lengte die 1 mm verlengt? les 3 Het maken van een sterkteberekening d Onafhankelijk maken van afmetingen staaf • van kracht naar spanning: delen door A (de oorspronkelijke A, niet de ingesnoerde A!) • van verplaatsing naar rek: delen door L0 s (MPa) 400 300 200 100 0 les 3 0,05 0,10 0,15 Het maken van een sterkteberekening 0,20 0,25 0,30 0,35 0,40 Twee belangrijke grensspanningen • Treksterkte sU (geen kracht maar een spanning) • Vloeigrens sY (ook een spanning) • Breukrek f (dimensieloos getal) s (MPa) sU sY 0 les 3 0,05 0,10 0,15 Het maken van een sterkteberekening 0,20 0,25 0,30 0,35 0,40 f Plastische vervorming meestal taboe! • Als ontwerper ga je nooit boven de vloeigrens sY • Wel van belang bij omvormprocessen, zoals dieptrekken, extruderen, etc. s (MPa) sU verboden gebied sY 0 les 3 0,05 0,10 0,15 Het maken van een sterkteberekening 0,20 0,25 0,30 0,35 0,40 Opzoeken in tabellen: staal van Corus les 3 Het maken van een sterkteberekening 0,2% rekgrens is (ongeveer) gelijk aan vloeigrens tensile strength = ultimate strength = treksterkte Opzoeken in tabellen: ABS+PA6 van BASF les 3 Het maken van een sterkteberekening Elasticiteitsmodulus E • Elasticiteitsmodulus E is de helling (de tangens) van het lineair-elastische deel van de trekkromme • Hoe hoger E, des te stijver is het materiaal. s (MPa) 400 300 200 E tan 200 14285 MPa 0 , 014 100 0 0,014 0,05 les 3 0,10 0,15 Het maken van een sterkteberekening 0,20 0,25 0,30 0,35 0,40 Elasticiteitsmodulus E • Wees precies met taal. De woorden betekenen echt verschillende dingen! • Woorden als: “flexibel”, “elastisch” en “stevig” betekenen niets. Gebruik ze dus niet! sterker s (MPa) 400 stugger zwakker 300 brosser taaier weker 200 stijver 100 slapper 0 les 3 0,05 0,10 0,15 Het maken van een sterkteberekening 0,20 0,25 0,30 0,35 0,40 Wet van Hooke De Wet van Hooke zegt dat in het lineair-elastische gebied de verhouding tussen spanning en rek constant is. Deze verhouding is de elasticiteitsmodulus E. Dus s E tan ofwel s E s (MPa) 400 300 200 E tan 200 14285 MPa 0 , 014 100 0 0,014 0,05 les 3 0,10 0,15 Het maken van een sterkteberekening 0,20 0,25 0,30 0,35 0,40 Samenvatting elasticiteitsmodulus • De elasticiteitsmodulus E is getal dat aangeeft hoeveel spanning er voor nodig is om een proefstaaf een bepaalde rek te doen ondergaan. • E is een materiaaleigenschap en hangt dus niet af van de vorm van de proefstaaf. • E is te vinden in tabellen op Internet. • De eenheid van E is de MPa. • Een stijf materiaal (bijv. staal) heeft een hoge E. • Een slap (bijv. PP) materiaal heeft een lage E. les 3 Het maken van een sterkteberekening Afleiding verlengingsformule F d L d L s E s E definitie spanning s d F L A E F A E d L les 3 F A Het maken van een sterkteberekening d F L E A Onthouden! d L Oefenopgave 1 Gegeven: Een liftkooi hangt aan een kabel met een lengte van 40 m. De kabel is van massief staal (Estaal=2,1·1011 =2,1·105 MPa) De diameter van de kabel is 10 mm. Gevraagd: Hoeveel zakt de lift wanneer acht mensen van 75 kg instappen? les 3 Het maken van een sterkteberekening Derde wet van Newton De eerste Wet van Newton Wanneer op een voorwerp geen kracht wordt uitgeoefend zal het volharden in zijn bewegingstoestand. De derde Wet van Newton Wanneer een voorwerp op een ander voorwerp een kracht uitoefend, zal dat andere voorwerp op het eerste voorwerp een even grote maar tegengesteld gerichte kracht uitoefenen. Korter gezegd: Elke kracht roept een even grote tegengestelde kracht op, die reactiekracht wordt genoemd. Nog korter: actie = – reactie les 3 Het maken van een sterkteberekening Elke kracht roept een tegenkracht op + krachten van man op vloer les 3 Het maken van een sterkteberekening krachten van vloer op man Elke kracht roept een tegenkracht op Het in één figuur tekenen van • beide voorwerpen • de kracht • en de reactiekracht leidt tot grote verwarring! NIET DOEN DUS! les 3 Het maken van een sterkteberekening Afspraken voor CIP1201 Betekenis van krachtpijlen We tekenen nooit krachten die in of door voorwerpen worden uitgeoefend, maar alleen krachten die op voorwerpen worden uitgeoefend. Vrijlichaamsschema (of vrijlichaamsdiagram) Een tekening van een voorwerp (of een losgemaakt deel van een voorwerp) met alle daar op uitgeoefende krachten les 3 Het maken van een sterkteberekening Zo zorg je voor verwarring Vier voorbeelden van hoe het niet moet: les 3 Het maken van een sterkteberekening Toepassing vrijlichaamsschema’s (VLS) bedenk dat: VLS “kap” = G + VLS “voet” G dus: splitsen in Fout! In een samenstelling tekenen we nooit krachten. les 3 Het maken van een sterkteberekening + VLS “bureaublad” Het berekenen van reactiekrachten (en –momenten) krachten uitwendige krachten lasten nuttige belasting les 3 toevallige belasting reactiekrachten eigen gewicht Het maken van een sterkteberekening inwendige krachten Het berekenen van reactiekrachten (en –momenten) krachten uitwendige krachten lasten reactiekrachten nuttige toevallige belasting belasting les 3 inwendige krachten eigen gewicht Het maken van een sterkteberekening Het berekenen van reactiekrachten (en –momenten) krachten uitwendige krachten lasten inwendige krachten reactiekrachten nuttige toevallige belasting belasting eigen gewicht A les 3 B Het maken van een sterkteberekening Het berekenen van reactiekrachten (en –momenten) krachten uitwendige krachten lasten inwendige krachten reactiekrachten nuttige toevallige belasting belasting VLS “auto” eigen gewicht P P P P A B VLS “brug” AV les 3 Het maken van een sterkteberekening BV Het berekenen van reactiekrachten (en –momenten) krachten reactiekrachten: uitwendige krachten lasten inwendige krachten reactiekrachten nuttige toevallige belasting belasting uitwendige krachten die opgeroepen worden zodra een voorwerp belast wordt en die dat voorwerp in evenwicht houden. eigen gewicht P A B AV les 3 P Het maken van een sterkteberekening BV Het berekenen van reactiekrachten (en –momenten) krachten uitwendige krachten lasten inwendige krachten reactiekrachten nuttige toevallige belasting belasting eigen gewicht A les 3 B Het maken van een sterkteberekening Het berekenen van reactiekrachten (en –momenten) krachten uitwendige krachten lasten inwendige krachten reactiekrachten nuttige toevallige belasting belasting eigen gewicht A les 3 B Het maken van een sterkteberekening Het berekenen van reactiekrachten (en –momenten) krachten uitwendige krachten lasten inwendige krachten reactiekrachten nuttige toevallige belasting belasting eigen gewicht N N N A les 3 N B Het maken van een sterkteberekening Inwendige krachten tekenen als uitwendige krachten in een VLS Het tekenen van inwendige krachten • Het tekenen van inwendige krachten is niet toegestaan. DUS: • Wanneer we inwendige krachten willen afbeelden, dan mag dat alleen door ze te tekenen als uitwendige krachten in een vrijlichaamsschema. les 3 Het maken van een sterkteberekening Soorten steunpunten 3 onbekenden inklemming Fv FH M 2 onbekenden scharnierende balk Fv FH 1 onbekende scharnierende stang, kabel, ketting F rol-oplegging F steunpunt op gladde vloer les 3 Het maken van een sterkteberekening F Oefenopgave 2 Hoeveel verplaatst punt B in x- en yrichting? Houd rekening met verlenging en verkorting. staalkabel Ø 5 mm C A 25° B 4 m 200 N aluminium vierkant kokerprofiel 40 x 40 x 3 mm les 3 Het maken van een sterkteberekening Uitwerking Teken VLS AB en stel evenwichtsvergelijkingen op. C Fk A HA 25° 4 m VB Fx 0 H Fy 0 V B 200 0 M voldaan, ze gaan allemaal door B B 0 Fk B A VB HB 0 200 HB V B 200 N H B Fk cos 25 428 ,90 N 0 , 4226 HB 200 N HB H les 3 A 473 , 24 sin 25 H Het maken van een sterkteberekening A 428 , 90 N N Uitwerking Teken kabel en buis beide als VLS, snijd beide pal links van B door! Fk=473,24 N Fx 0 H Fy 0 V B 200 0 M voldaan, ze gaan allemaal door B B 0 A HB 0 H A HB V B 200 C B Fk Fk=473,24 N B A HA 428,90 N les 3 4 m Het maken van een sterkteberekening 428,90 N VB 200 473 , 24 N H B Fk cos 25 428 ,90 N sin 25 0 , 4226 HB H HB A 428 , 90 N N Uitwerking d ko ker H A l koker E Al A koker 428 ,90 4000 69000 ( 40 34 ) 2 2 0 , 056 mm De verkorting van de koker is verwaarloosbaar. Fk=473,24 N F k l kabel d kabel C 4 cos25 4,414 m E staal A kabel B B A 428,90 N les 3 4 m Het maken van een sterkteberekening 428,90 N 473 , 24 4414 2 ,1 10 5 4 Fk=473,24 N HA HB 5 2 0,507 mm Uitwerking d ko ker H A l ko ker E Al A ko ker 428 ,90 4000 0 , 056 69000 ( 40 34 ) 2 2 mm De verkorting van de koker is kennelijk nauwelijks iets. verwaarlozen. d kabel C F k l kabel E staal A kabel 473 , 24 4414 2 ,1 10 5 5 0,507 2 4 A 25° B d kabel 0 ,507 mm dy B’ dy les 3 Het maken van een sterkteberekening d kabel sin 25 1, 2 mm mm Oefenopgave 3 Gevraagd B bereken de minimaal vereiste diameter van de staalkabels, rond af op hele mm. b. bereken de verlenging van beide kabels, onder invloed van het lampgewicht. 2m A a. P Gegeven 75 kg 6m les 3 2m Het maken van een sterkteberekening a. de gevraagde veiligheid is 2,5. b. de kabels zijn even dik en van massief staaldraad, c. het eigen gewicht van de kabels mag verwaarloosd worden, d. Treksterkte staal 360 MPa e. staal heeft een elasticiteitsmodulus E van 2,1 ·105 MPa Oefenopgave 3 De vraag is om de spanningen in de kabels te berekenen. Daarvoor moeten we eerst de krachten in de kabels berekenen. A B P 736 N We halen eerst de lamp weg en vervangen hem door een kracht, zijn gewicht. Het gewicht van een voorwerp berekenen we met: F m g 75 9 ,81 735 , 75 N In onze verdere berekeningen rekenen we verder met alle decimalen. In de tekening ronden we het gewicht af. Gewicht: kracht (in N) waarmee de aarde aan een voorwerp trekt. les 3 Het maken van een sterkteberekening Oefenopgave 3 Punt P is in evenwicht. Dit kan niets anders betekenen dan dat er een kracht naar boven moet werken die even groot is. A B 736 N P 736 N les 3 Het maken van een sterkteberekening Oefenopgave 3 Helaas, de naar boven gerichte kracht bestaat niet! Wél zijn er twee kabelkrachten FA en FB werkzaam op punt P. A B 736 N FA FB De resultante van deze twee kabelkrachten moet evenwicht maken met het gewicht van de lamp. P 736 N Resultante van twee krachten: les 3 Het maken van een sterkteberekening 1. Kracht die “in zijn eentje” hetzelfde effect heeft als twee gegeven krachten 2. De resultante is de diagonaal van een parallellogram, waarvan de geven krachten twee zijden vormen Oefenopgave 3 Hoe vinden we de grootte van FA en FB? Wat is bekend? 736 N FB FA P 736 N les 3 Het maken van een sterkteberekening Oefenopgave 3 Noem de hoeken die de kabels met de horizontale lijn door P maken en . Bereken zelf deze hoeken. B 2 2 A 6 les 3 P 2 Het maken van een sterkteberekening Oefenopgave 3 Noem de hoeken die de kabels met de horizontale lijn door P maken en . Bereken zelf deze hoeken. B 2 2 A 18,435° 6 P 45° arctan 2 6 2 arctan 2 2 les 3 Het maken van een sterkteberekening 18,435 45 Oefenopgave 3 Uit deze hoeken kunnen we de overige afleiden. Eerst berekenen we de complementaire hoeken. 736 N 45° 71,565° 45° FA 71,565° 18,435° 45° P 736 N les 3 Het maken van een sterkteberekening FB Als we de figuur goed bekijken, zien we dat er zogenaamde Zhoeken in voorkomen. Oefenopgave 3 Tenslotte berekenen we de nog resterende hoeken. Bedenk dat de som van de hoeken van een driehoek altijd 180° moet bedragen. 736 N 45° FA 71,565° 63,435° 45° 63,435° 71,565° 18,435° 45° P 736 N les 3 Het maken van een sterkteberekening FB Oefenopgave 3 Nu gaat het erom de lengtes van de rode vectoren te berekenen. Wat weten we? - de lengte van de zwarte vector FA 71,565° 63,435° 736 N FB - alle hoeken We willen de onbekende zijden berekenen. 45° a sin c b sin c sin (dit heet de sinusregel) a les 3 b Het maken van een sterkteberekening Oefenopgave 3 a sin FA 71,565° 63,435° FA sin 45 b sin c sin FB sin 71 ,565 736 N FB 45° F A 581 ,85 N F B 780 , 65 N les 3 Het maken van een sterkteberekening 736 sin 63 , 435 Oefenopgave 3 736 N 780,65 N 581,85 N 45° 18,435° P 736 N les 3 Het maken van een sterkteberekening Oefenopgave 3 De kabelkrachten zijn nu bekend. We gaan nu de vereiste kabeldiameters berekenen. A B s toel 736 N 581,85 N P 780,65 N s F sU 360 144 MPa 2 ,5 2 ,5 A vereist A F s toel 736 N A vereist, AP F AP Het maken van een sterkteberekening 4 , 01 mm 2 144 A vereist, AP F AP 2 780 , 65 4 , 01 2 , 27 mm 5 , 42 mm 144 144 d vereist, PB 2 les 3 581 ,85 144 d vereist, AP 2 A vereist, PB A vereist, PB 2 5 , 42 2 , 63 mm Oefenopgave 3 Omdat we op hele mm moeten afronden, wordt de diameter van beide kabels dus 3 mm. A B Nu berekenen van de verlenging van de kabels. 736 N 581,85 N P Altijd naar boven afronden, anders voldoen we niet aan de gevraagde veiligheidsfactor! 780,65 N d FL EA 736 N Eerst de oppervlakte van de doorsnede berekenen: A 4 les 3 Het maken van een sterkteberekening d 2 4 3 7 , 069 mm 2 2 Oefenopgave 3 Ook moeten we de lengte van de kabels weten. Pythagoras! Alle gegevens op een rij: A A 7 , 069 mm B 6,32 2 2 2,83 P 6 2 L AP 6324 mm L PB 2828 mm 2 De kabelkrachten zijn ook bekend. A B 736 N 581,85 N P 780,65 N 736 N les 3 Het maken van een sterkteberekening De elasticiteitsmodulus is gegeven: Estaal=2,1 · 105 MPa Oefenopgave 3 Nu de verlengingen berekenen: A 7 , 069 mm d A B 6,32 2 FL L AP 6324 mm EA L PB 2828 mm 2 2 2,83 P 6 2 d AP A B 736 N 581,85 N P EA FL EA 581 ,85 6324 2 ,1 10 7 , 069 5 780 , 65 2828 2 ,1 10 7 , 069 5 2 , 48 mm 1, 49 mm 780,65 N 736 N les 3 d PB FL Het maken van een sterkteberekening Dit was gevraagd. Is de totale verplaatsing van punt P ook te berekenen? Oefenopgave 3 (toegift) B A P d 2 , 48 mm les 3 Het maken van een sterkteberekening Oefenopgave 3 B A P d 1, 49 mm les 3 Het maken van een sterkteberekening d 2 , 48 mm Oefenopgave 3 P d 2 , 48 mm d 1, 49 mm P’ les 3 Het maken van een sterkteberekening Oefenopgave 3 P d 2 , 48 mm d 1, 49 mm P’ les 3 Het maken van een sterkteberekening Huiswerkopgave Een houten plankje rust los op een rolletje. Het rolletje is met vier diagonale staafjes van 3 mm dik scharnierend verbonden met de muur. Slechts twee staafjes, vóór het plankje, zijn getoond. De andere twee, gelegen achter het plankje, zijn niet zichtbaar. Maten in mm De staafjes zijn van aluminium. De elasticiteitsmodulus van aluminium bedraagt 6,9·104 MPa. Het plankje vervormt niet en het eigen gewicht van alle materialen mag worden verwaarloosd. 40 40 600 N Gevraagd: 40 120 bereken de zakking van het meest rechtse punt (het punt waar de kracht van 600 N op staat) Tip: het rolletje kan uitsluitend een verticale kracht op het plankje uitoefenen. (denk aan de ladder tegen de muur) les 3 Het maken van een sterkteberekening
© Copyright 2024 ExpyDoc