Wat te doen bij uitslapen

WAT TE DOEN BIJ UITSLAPEN
Het is altijd moeilijk om een algemeen advies te geven voor bijzondere situaties. De
richtlijnen die hieronder gegeven worden, zijn ook echt bedoeld als richtlijn. Het is altijd goed
om samen met het diabetesteam te kijken of de richtlijnen ook voor u van toepassing zijn.
Uitslapen en spuiten:
Als u tweemaal daags insuline spuit is een uurtje uitslapen
geen probleem. Als u langer uit wilt slapen kunt u eventueel na
het spuiten en eten weer verder slapen. Uw tussendoortje kun u
dan verminderen of eventueel overslaan, afhankelijk van uw
glucose- waarde.
Als u viermaal daags insuline spuit kunt u alle insulinetijden wat
opschuiven. Tussendoortjes kunt u verminderen en eventueel
weglaten. Uiteraard moet u hierbij wel regelmatig uw glucosewaarde controleren. Staat u na
het uitslapen met goede glucosewaarden op, dan kunt u de insuline dosering op de
hoeveelheid koolhydraten in het eten afstemmen. U moet wel opletten dat u niet te snel
achter elkaar insuline geeft om stapeling van insuline te voorkomen, dit kan namelijk lage
glucosewaarden veroorzaken.
U kunt ook een maaltijd overslaan. Bij een tussendoortje spuit u afhankelijk van de
hoeveelheid koolhydraten die u gebruikt.
Pomp:
Met de pomp heeft u meestal aan het einde van de nacht een hogere basaal- stand en in het
begin van de ochtend een lagere basaal-stand. Als u later opstaat kan het dus zijn dat u een
hoge waarde heeft. Afhankelijk daarvan kunt u een weekend profiel op uw pomp instellen
zodat u de hogere waarden voorkomt. Overleg met het diabetesteam of voor u een weekend
profiel noodzakelijk is.
Staat u na het uitslapen met goede glucosewaarden op, dan kunt u de bolussen op het eten
afstemmen. Als u geen gebruik maakt van de boluswizard of boluscalculator moet u wel
opletten dat u niet te snel achter elkaar gaat bolussen om stapeling van insuline te
voorkomen.
Laat naar bed:
Als u langwerkende insuline (Levemir, Lantus, Insulatard, Humuline NPH, Insuman Basal)
gebruikt is het belangrijk dat u deze op een vaste tijd spuit, ook als u laat naar bed gaat.
Spuit eventueel wat kortwerkende insuline in de loop van de avond, afhankelijk van uw
glucosewaarden, activiteiten en voeding. Controleer altijd uw glucosewaarde voor de nacht,
regel zo nodig uw glucosewaarde bij aan de hand van uw persoonlijke correctiefactor of met
het schema dat u van uw diabetesverpleegkundige of internist heeft gekregen. Alcohol heeft
een verlagend effect op de glucosewaarde, hiermee dient u rekening te houden. Meer
informatie, zie ook: Uitgaan en alcohol.
Ziekenhuis Gelders Vallei, diabetespolikliniek