samenvatting Cao WMD

Voor u op een rij: De belangrijkste punten over scholing en loopbaan
uit de Cao W&MD 2014-2016
Inleiding
Een Cao die recht doet aan de kracht van unieke mensen. Dat is de nieuwe Cao Welzijn &
Maatschappelijke Dienstverlening. Met optimale duurzame individuele inzetbaarheid en een grote
mate van keuzevrijheid voor werknemers als sterke basis.
De volgende uitgangspunten zijn leidend geweest bij de ontwikkeling van deze nieuwe Cao W&MD:
1) De waarde van het arbeidsvoorwaardenpakket is gelijk aan de waarde van de Cao W&MD,
zoals deze gold tot en met 31 december 2013.
2) De nieuwe Cao is goed lees- en bruikbaar en duidelijk is voor wie deze is bedoeld.
3) De nieuwe Cao stimuleert en faciliteert het investeren in ontwikkeling, vakmanschap en
arbeidsmarktfitheid.
4) De nieuwe Cao stelt organisaties en hun medewerkers in staat om zelf verantwoordelijkheid
en regie te nemen.
5) De nieuwe Cao maakt het mogelijk om tegemoet te komen aan individuele wensen en
behoeften.
De nieuwe Cao W&MD wil volwassen arbeidsrelaties bevorderen. Dat vraagt van organisaties en hun
medewerkers om met elkaar in dialoog te zijn en om tot afspraken te komen die in het belang zijn van
zowel de organisatie als van de medewerker. Deze Cao maakt het mogelijk om tot individuele
maatwerkafspraken te komen die leiden tot een goede balans tussen de belangen van de organisatie
en de medewerker.
Hiervoor introduceren Cao-partijen met deze Cao een loopbaanbudget (per 1 juli 2015) en een
individueel keuzebudget (per 1 januari 2016). Met het loopbaanbudget kan de werknemer werken aan
de loopbaan en inzetbaarheid, op eigen maat en naar eigen behoefte, gericht op het verkrijgen en
behouden van een sterke arbeidsmarktpositie.
Met het individueel keuzebudget kunnen werknemers vanaf 1 januari 2016 periodiek een
arbeidsvoorwaardenarrangement samenstellen dat past bij hun persoonlijke situatie of bij de fase van
hun loopbaan. Hiervoor zijn vakantietoeslag, eindejaarsuitkering en bovenwettelijk verlof met enkele
andere componenten gebundeld tot een budget van bijna 18%.
Individueel loopbaanbudget
Werken aan en investeren in optimale individuele inzetbaarheid is een wederzijdse
verantwoordelijkheid van werkgever en werknemer. Daarom maken werkgever en werknemer
hierover in overleg afspraken. Succesvolle afspraken die de inzetbaarheid bevorderen vragen om
individueel maatwerk. In dit hoofdstuk is opgenomen hoe werkgever en werknemer hieraan concreet
vorm kunnen geven.
Afspraken tussen de werknemer en werkgever over individuele inzetbaarheid kunnen bijvoorbeeld
betrekking hebben op:

Het volgen van scholing, training en opleiding;

Het (tijdelijk) aanpassen van arbeidstijden;

Het opnemen van verlof of het financieren van onbetaald verlof;

Afspraken over terugtreden uit de functie;

Afspraken over detachering of externe stages;

Inzetten van loopbaanscans of andere instrumenten en trajecten, zoals van de
Loopbaanwinkel en het Loopbaanplein, gericht op in- en/of externe mobiliteit;

Het erkennen van elders opgedane competenties (EVC trajecten).
Het loopbaanbudget bestaat uit de volgende onderdelen:

1,0% op jaarbasis als vast budget, vanaf 1 juli 2015 (voor 2015: 0,5% en voor 2016: 1,0%);

0,5% op jaarbasis vanaf 1 juli 2015 tot het einde van de looptijd van de Cao (tot 1 april 2016)
(voor 2015: 0,25% en voor 2016: 0,125%);

Het vitaliteitbudget (artikel 3.5) voor werknemers vanaf 30 jaar en in omvang afhankelijk van
de leeftijd. Het betreffende aantal uren per werknemer wordt toegevoegd aan het
loopbaanbudget.
Individueel keuzebudget
Het individueel keuzebudget wordt per 1 januari 2016 ingevoerd en stelt de werknemer in de
gelegenheid de arbeidsvoorwaarden optimaal af te stemmen op persoonlijke wensen en behoeften.
De werknemer kan periodiek een arbeidsvoorwaardenarrangement samenstellen, passend bij de
persoonlijke situatie of bij de fase van de loopbaan.
Per 1 januari 2016 bedraagt het individueel keuzebudget op jaarbasis een substantieel deel van het
jaarinkomen. Het budget is samengesteld uit de volgende regelingen:

Vakantietoeslag (8%, zie artikel 6.9)

Eindejaarsuitkering (8,3%) en/of de garantie- en overgangsregeling seniorenverlof (zie artikel
6.10 en Bijlage 5)

Tegemoetkoming premie ziektekostenverzekering (€ 10,- per maand) tenzij de werkgever dit
als vergoeding verstrekt in het kader van de werkkostenregeling (zie artikel 6.17)

Bovenwettelijk vakantieverlof (26 uur op jaarbasis) (zie artikel 5.7)

Een toegevoegd percentage van 0,1% (compensatie voor het vervallen van de
Jubileumuitkering) (zie artikel 6.11)
De werknemer kan het individueel keuzebudget naar eigen inzicht en keuze besteden. Daarbij kan
o.a. gedacht worden aan:

Het kopen van verlofuren;

Gebruikmaken van fiscale faciliteiten; zoals gerichte vrijstelling voor opleidingen, bijv.
vakbondscontributie en fietsplan indien de werkgever hiervoor forfaitaire ruimte beschikbaar
heeft of uitruil daarbinnen mogelijk heeft gemaakt;

Direct besteedbaar inkomen;

Spreiden van uitbetaling over het jaar;

Extra pensioenopbouw (voor zover fiscaal mogelijk);

Het afsluiten van aanvullende verzekeringen op het gebied van de sociale zekerheid.
Bron: http://www.fcb.nl/welzijn/cao/actuele-cao/