Bijlage 1 Achtergrond informatie over de Halve Maen 1 Het schip de Halve Maen Het jacht de Halve Maen werd rond 1606 gebouwd. Het functioneerde enkele jaren in de handel tussen de Oostzee en de Middellandse Zee, alvorens het in 1609 werd verkocht aan de VOC-kamer Amsterdam. De toenmalige schipper was Maarten Pietersz uit Schellinkhout. De VOCkamer Amsterdam stelde het schip ter beschikking aan de Engelse kapitein Henry Hudson met de opdracht te zoeken naar een Noord-Oostelijke doorvaart naar Indië. In plaats daarvan verkende Hudson de Oostkust van Noord-Amerika, op zoek naar een Noordwestelijke doorvaart. Na de reis van Hudson werd het jacht door de VOC in Azië ingezet en duikt het op in de geschiedenis van tal van bekende Horinezen als Jan Pietersz Coen en Willem IJsbrandtsz Bontekoe. Het schip komt in 1618 aan zijn einde wanneer het in een zeeslag met Engelse schepen ter hoogte van Jacatra, het latere Batavia, in brand wordt geschoten. De cirkel is rond Door een gedeelde geschiedenis zijn de banden tussen New York en Nederland al eeuwen warm en innig. Nog zeer recentelijk, in 2009, is aan beide zijden van de oceaan uitgebreid en feestelijk het vierhonderdjarig jubileum van de reis van Henry Hudson gevierd, waarmee deze gedeelde geschiedenis in 1609 begon. Toen nog kroonprins Willem Alexander en prinses Maxima brachten in New York in dat kader een bezoek aan hèt symbool van deze iconische reis, de prachtige replica van het VOC-jacht de Halve Maen. ‘Het schip’ was tegelijker tijd te bewonderen in het Westfries Museum in Hoorn, waar het Henry Hudson400-jubileum werd gevierd met een expositie van de Amerikaanse historieschilder Len Tantillo, die de Nederlandse geschiedenis van de Hudson River Valley op zeer beeldende wijze op doek vastlegt. Honderd jaar eerder, in 1909, speelde het VOC schip ook al een hoofdrol in de viering van wat toen het 300-jarig jubileum van Hudson’s reis was. De Nederlandse regering deed de stad New York een volledig zeilwaardige replica van de Halve Maen cadeau, die onder leiding van scheepsarchitect C.L. Loder en ingenieur E.J. Benthem op de Rijkswerf was gebouwd. Helaas is dat schip verloren gegaan, maar op initiatief van Andy Hendricks, lid van de Holland Society of New York en de drijvende kracht achter het project, werd in de jaren 1980 met vereende krachten een nieuwe en verbeterde replica gebouwd, dat nu al 25 jaar een belangrijke rol vervult in het levend houden van de herinnering aan de Nederlandse bijdrage aan de Amerikaanse geschiedenis. In de haven van New York, 1909 Van 1989 tot heden vaart de Halve Maen jaarlijks de Hudson rivier op en af met schoolgroepen, om het verhaal uit te dragen van de voormalige kolonie Nieuw-Nederland en de ontmoeting tussen de Hollanders en de ‘native Americans’, de Indianen. Het getuigt van een gevoel voor historie dat het New Netherlands Museum/Half Moon, dat de Halve Maen exploiteert, serieus overweegt dit replicaschip een tweede leven te geven in Nederland. Niet 2 alleen kan daardoor beter het accent worden gelegd op het rijke (VOC) verleden van het schip voor en na de reis met Hudson, maar daarmee wordt ook een historische cirkel rond gemaakt. Ooit schonk Nederland een replica aan New York, nu bestaat er een kans dat ‘New York’ de Halve Maen weer terug laat keren naar het land waar het ooit vertrok. 3 Waarom wil de eigenaar het schip aan het Westfries Museum in bruikleen geven? Uit recent historisch onderzoek is veel meer duidelijk geworden over de geschiedenis van de Halve Maen. Hieruit wordt duidelijk dat het schip dat zowel gebruikt is in de ‘moedernegotie’ de handel op de landen langs de Oostzee, de ontdekking van nieuwe zeeroutes en handelsoperaties van de VOC in Azië. Het is daarmee een symbool van de maritieme geschiedenis van Hoorn en Nederland in het eerste kwart van de zeventiende eeuw. De eigenaar van de Halve Maen, dr. Andrew Hendricks, wil het schip dit verhaal laten vertellen in Nederland en daarmee een bijdrage leveren aan het levend houden van het rijke maritieme verleden van Nederland in de Gouden Eeuw, het land waaruit zijn voorouders in 1659 vertrokken naar NieuwAmsterdam. De Halve Maen is als het in Nederland komt het enige varende VOC-schip uit de zeventiende eeuw. Wat ook een rol speelt is dat de organisatie achter het schip in Amerika aan een nieuwe uitdaging toe is. Het huidige exploitatiemodel, het varen met schoolgroepen zonder vaste thuishaven behoeft aanpassing, bijvoorkeur wordt gezocht naar een vaste thuishaven. Past het schip bij Hoorn? Het historische jacht de Halve Maen is op verschillende manieren verbonden met de geschiedenis van Hoorn. Het is onbekend waar het schip gebouwd is, maar één van de eerste schippers van de Halve Maen is Maarten Pietersz uit Schellinkhout. Wanneer hij met het schip in een haven in Portugal ligt en in financiële problemen komt, staan twee Horinezen uit de families Sonck en Reaal borg voor hem. Wanneer het jacht na de reis naar Amerika wordt ingezet in Indië, kruist het de geschiedenis van Horinezen als Jan Pietersz. Coen en Willem IJsbrandtsz Bontekoe. Het schip wordt in 1618 in een zeeslag met de Engelsen die Jan Pietersz Coen willen verhinderen de Javaanse havenstad Jacatra (het latere Batavia) tot het centrum van de VOC in Azië te maken, in brand geschoten. Indirect staat de Halve Maen symbool voor de maritieme geschiedenis van de stad in het eerste kwart van de zeventiende eeuw omdat het functioneert in de ‘moedernegotie’, in ontdekkingsreizen (de Hoorn, waarmee Schouten en Lemaire in 1615 vertrokken voor hun expeditie was een vergelijkbaar jacht) en de operaties van de VOC in Indië. Qua afmetingen sluiten de Halve Maen en de Hoornse haven heel goed op elkaar aan. Ze lijken voor elkaar gemaakt. Niet verwonderlijk, niet de grote VOC-retourschepen (zoals de Batavia) deden de Hoornse haven aan, maar juist pinassen en jachten met de afmetingen van de Halve Maen. Past exploitatie van de Halve Maen in het beleid van het Westfries Museum? In het beleidsplan Luister (2014-2018) scherpt het Westfries Museum zijn inhoudelijk profiel van een museum van de Gouden Eeuw verder aan. Het museum wil het publiek bij het verhaal over de Gouden Eeuw betrekken door op een nieuwsgierig makende, boeiende en relevante manier de verbinding te leggen tussen het heden en verleden. De Halve Maen als nieuw onderdeel van de museale presentatie biedt hiertoe alle mogelijkheden en stelt het museum in staat nieuwe doelgroepen te bereiken met nog weer andere manieren om het verhaal te kunnen vertellen, zoals de laagdrempelige ‘levende geschiedenis’ methode. In het beleidsplan omschrijft het museum ook zijn maatschappelijk profiel, als dat van een open en op samenwerking gerichte organisatie, die midden in de samenleving staat en rollen voor zichzelf weggelegd ziet als initiator, organisator en ondersteuner van 4 samenwerkingsprojecten. De exploitatie van de Halve Maen, waarin het museum met diverse partijen zal optrekken en samenwerken sluit helemaal aan bij deze houding. Sterker nog het project komt er uit voort. In het beleidsplan staat tevens dat het museum een rol voor zichzelf weggelegd ziet in de toeristische promotie van de stad en de regio. Ook in dit licht kan de belangstelling van het museum voor de exploitatie van de Halve Maen worden gezien. De missie De missie van de Halve Maen in Hoorn is in één woord samen te vatten : verbinden. Deze missie raakt de essentie van het schip. In de zeventiende eeuw verbond de Halve Maen vraag en aanbod van handelsproducten met elkaar. Werd het ingezet in de verkenning van nieuwe handelsroutes en handelsmogelijkheden, waardoor mensen, culturen, zienswijzen en kennis met elkaar verbonden werden. Die rol heeft een schip al lang niet meer. Het internet, de sociale media, om maar wat te noemen, vullen die verbindende functie vandaag de dag veel sneller en effectiever in. Maar daarmee is niet gezegd dat een schip als de Halve Maen geen belangrijke verbindende rol meer kan vervullen. In tegendeel. Hoorn wil de Halve Maen inzetten om de verbinding te leggen tussen het heden en het verleden. Om mensen anno nu, inwoners, toeristen uit binnen- en buitenland een inzicht te geven in de meest dynamische periode uit de Nederlandse geschiedenis en uit die van de stad; de gouden zeventiende eeuw. Hoorn ziet voor de Halve Maen een rol weggelegd in de verbinding tussen verschillende publiek- en private partijen in de stad, die gezamenlijk de exploitatie van het schip tot een succes willen maken. Het schip verbindt mensen, als vrijwilliger, bezoeker, passagier. Mensen met verschillende achtergronden. De Halve Maen heeft ook de potentie om jong en oud met elkaar te verbinden, het onderwijs en de praktijk, nieuwsgierigheid en ambitie aan de ene en (levens)ervaring aan de andere kant. En tenslotte verbindt de Halve Maen ook in de meest letterlijke zin ; steden, havens, musea en daarmee de verhalen die al deze locaties te vertellen hebben. Vanuit deze missie wil Hoorn invulling geven aan een vijftal functies voor de Halve Maen 1. Educatie De Halve Maen vertelt een verhaal. Een verhaal dat grotendeels samenvalt met dat van de glorietijd van Hoorn als handelsstad. Het schip staat symbool voor de Nederlandse scheepsbouw en scheepvaart in het begin van de zeventiende. Waar beter dan op het schip kan het verhaal over handel, navigatie en leven aan boord worden verteld. Het schip vertelt echter ook het verhaal van Nieuw Nederland en de VOC. Het staat voor handelsgeest, strijd en de ontmoeting met andere culturen. Kortom het schip vertelt het verhaal van de Gouden Eeuw. Hoorn wil dit verhaal met een zo breed mogelijk (internationaal) publiek delen, waarbij het onderwijs een zeer belangrijke doelgroep vormt. De inzet van de mens is hierin cruciaal. Geen verhaal komt beter over dan het verhaal dat ter plekke van mens tot mens wordt verteld. Daarom wordt ingezet op de opleiding van gidsen en de inzet van reenactors. Deze vorm van overdracht wordt ondersteund door audiovisuele presentaties, waarbij gebruik gemaakt gaat worden van de expertise van het Westfries 5 Museum op het gebied van virtual reality. 2. Opleiding Hoorn ziet voor de Halve Maen ook een functie als opleidingsschip weggelegd. In Enkhuizen is de Enkhuizer Zeevaartschool gevestigd, waar jongeren een opleiding in de Kleine of Grote Zeilvaart kunnen volgen. Zo’n 10% van de studenten is afkomstig uit het buitenland. De Enkhuizer Zeevaartschool heeft aangegeven veel in de mogelijkheden van het benutten van de Halve Maen als opleidingsschip te zien. Een mes dat aan twee kanten snijdt. Want terwijl de studenten oefenen en ervaring opdoen is het schip verzekerd van een bemanning. 3. Charter De meest intense manier om de Halve Maen te beleven is uiteraard door er mee te zeilen. Gezien de capaciteit is deze optie niet voor grote groepen weggelegd. Per keer kunnen maximaal 12 passagiers mee. Uit oogpunt van exploitatie wil Hoorn partijen op gezette tijden de mogelijkheid bieden de Halve Maen te charteren. De marketing zal zich vooral richten op het wat hogere zakelijke segment. Een zeiltocht leent zich uitstekend voor een teamuitje of een teambuildings sessie. Het Van der Valk Hotel A7, de grootste aanbieder van overnachtingsmogelijkheden in de regio, spant zich er voor in hier meerjarige afspraken met bedrijven over te maken. 4. Ambassadeur Hoorn wil de Halve Maen inzetten voor de toeristische promotie van de stad en de regio WestFriesland. Een blikvanger en publiekstrekker als de Halve Maen is uitermate geschikt voor deze ambassadeursfunctie. Het schip kan andere steden aandoen en acte de presence geven op grote Sailevenementen. 5. Historisch decor De Halve Maen kan ook worden ingezet als historisch decor voor filmopnames, commercials, theaterproducties en publieksevenementen Ligplaats Een ligplaats bij de hoofdtoren of aan het Houten Hoofd is wellicht visueel het allermooist, maar om andere redenen niet wenselijk vanwege het risico van vandalisme en beschadiging door de vele scheepsbewegingen. Als ligplaats voor de Halve Maen komt het Oostereiland het meest in aanmerking, waarbij de 6 zuidwestpunt van het eiland de beste locatie is. Daar is reeds een werksteiger, die in overleg met Stichting Varend Erfgoed in 2015 gebruikt mag worden. De faciliteiten, zoals water en stroom zijn daar al aanwezig. Het schip ligt daar beveiligd, maar het belangrijkste pluspunt is de synergie die er ontstaat door de samenwerking met Stichting Varend Erfgoed. De bezoeker komt via het hek rond de museumhaven binnen en kan niet alleen de Halve Maen, maar ook de andere historische schepen en het kleine museum bekijken. De Halve Maen brengt veel meer bezoek de Halve Maen aan het Oostereiland naar de museumhaven en door afdracht van een percentage van de entree aan Stichting Varend Erfgoed profiteert de Stichting optimaal mee. Daar tegenover kan voor het onderhoud van de Halve Maen gebruik worden gemaakt van de daar aanwezige infrastructuur en apparatuur. Een win-win situatie. 7 In 2015 kunnen de mogelijkheden voor de financiering van de aanleg van een eigen steiger voor de Halve Maen worden onderzocht. Diepgang Oostereiland Voor de Halve Maen is uiteraard de diepgang van de haven en van het Markermeer van groot belang. hieronder een plaatje van de diepgang rondom het Oostereiland. Rondom het Oostereiland en de vaarlijn om de haven te bereiken en uit te varen, zal moeten worden gebaggerd. Hiervoor zijn de kosten meegenomen in de exploitatiemodellen. 8
© Copyright 2024 ExpyDoc