Positionpaper Wet langdurige zorg (Wlz) Wet langdurige zorg: te snel, te smal en te dichtgeregeld De centrale vraag die aan de genodigden voor het rondetafelgesprek over de Wlz op 14 april aanstaande is gesteld is: ‘Worden de in de Wlz gestelde doelen, te weten ‘regie naar vermogen’, ‘passende zorg met aandacht voor individueel welzijn’ en ‘professionele zorg zo thuis mogelijk’, met het voorliggende wetsvoorstel behaald? Te snel Een systeemwet wijzigen doe je niet elk jaar. Dus als je een systeemwet wijzigt, wees er dan zeker van dat het gaat om fundamentele wijziging in de gewenste richting. Wij stellen ons daarbij de volgende vraag: Helpt deze wet zorgaanbieders en zorgprofessionals bij het leveren van meer op de individuele wensen en behoeften van de cliënt toegesneden zorg op een zodanig wijze dat het een systeemwetswijziging rechtvaardigt? Of anders gezegd: Is de Wlz een fundamentele verbetering ten opzichte van de oude bekende AWBZ? Vooralsnog moeten we die vraag met ‘nee’ beantwoorden. Natuurlijk hangt veel af van hoe deze nieuwe wet in de praktijk wordt uitgevoerd, ook bezien in samenhang met de Wmo en Zvw. Maar ook zonder dat beeld, stemt de wettekst sec weinig hoopvol. Het lijkt er op dat het oude systeemdenken, dat uitgaat van zorgaanbod in plaats van de cliënt en van controle en toezicht in plaats van ruimte en vertrouwen met de Wlz gewoon overeind blijft. Op onderdelen lijkt deze wet juist een stap verder te gaan dan de bestaande AWBZ. ActiZ is van mening dat de Wlz fundamentele aanpassingen behoeft, wil het recht doen aan de beoogde omslag in de langdurige zorg . Naast deze fundamentele zaken, die om inhoudelijke aanpassing van de Wlz vragen, plaatst ActiZ ook kanttekeningen bij het financiële kader. Het financiële kader dat nu onder de Wlz ligt is de restwaarde van de AWBZ na de decentralisatie naar gemeenten, overhevelingen naar de Zvw en het extramuraliseringsbeleid. De zorgzwaarte binnen de Wlz zal voorlopig alleen maar toenemen, doordat lichtere zorg niet meer instroomt. Daarbij heeft de regering een structurele bezuiniging op het budget van € 500 miljoen aangekondigd vanaf 2017. Het is geheel niet duidelijk hoe de huidige en toekomstige beschikbare middelen zich verhouden met de zorgvraagontwikkeling in de Wlz en de demografische prognoses. Dat baart ActiZ grote zorgen. ActiZ pleit ervoor om inwerkingtreding van de Wlz met minimaal 1 jaar uit te stellen. Van dit jaar dient gebruik gemaakt te worden om het huidige wetsvoorstel zodanig te wijzigen, dat het wél goed aansluit bij de gestelde hervormingsdoelen en bovendien voorzien is van een degelijk, midden- en lange termijn financieel kader. Te smal Mensen willen het liefst zo lang als mogelijk thuis blijven wonen, ook als zij zorg en ondersteuning nodig hebben. We zien dan ook al jaren de trend dat mensen op veel latere leeftijd, met een veel zwaardere zorgvraag zich melden bij verzorgings- en verpleeghuizen. Het motto van de Wlz is ‘zo thuis als mogelijk’. Het kabinet beoogt met haar extramuraliseringsbeleid deze maatschappelijke trend echter te versnellen. Dat is op zichzelf een begrijpelijke keus, die we als ActiZ inhoudelijk ook ondersteunen mits dit op een zorgvuldige wijze gebeurt. Wat als het thuis toch niet meer kan? ‘Zo thuis als mogelijk’ moet niet doorslaan naar ’thuis, koste wat het kost’. Een grote groep mensen, met name mensen met een ZZP 4 indicatie, dreigt nu tussen wal en schip te vallen. Mensen die te zware zorg nodig hebben om het thuis te kunnen redden, maar die nog niet toe zijn aan een verpleeghuis. Deze kwetsbare groep heeft integrale zorg nodig, in een beschutte omgeving. Hun conditie kan van dag tot dag verschillen. ActiZ wil de noodzakelijke zorg en toezicht voor deze mensen borgen. Mensen met een (toekomstige) ZZP 4 indicatie zouden daarom in aanmerking moet kunnen komen voor Wlz-zorg. Vervolgens wordt nagegaan hoe de cliënt die integrale zorg ‘zo thuis mogelijk’ kan ontvangen. Daarnaast moeten mensen met een lichtere zorgvraag, die niettemin behoefte hebben aan een beschermde woonplek, een plek in een verzorgingshuis of een vergelijkbaar alternatief kunnen huren. Hierdoor kunnen mensen met hun naasten langer zelfstandig blijven, de Wlz uitstellen of zelfs afstellen. Die verhuurplekken komen beschikbaar als gevolg van de toenemende afbouw in verzorgingshuizen. Maar de afbouw moet wel verantwoord plaatsvinden en verhuur moet ook mogelijk worden gemaakt. De huidige belemmeringen bij verhuur (bijvoorbeeld de verhuurdersheffing) dienen dan ook zo snel mogelijk weggenomen te worden. ActiZ dringt er op aan dat zorgkantoren voldoende zorg in verpleeg- en verzorgingshuizen inkopen. Voor mensen met een geldige indicatie voor ZZP 3 of 4 én voor de zwaardere cliënten die steeds meer zorg nodig hebben. Zorgkantoren lopen vooruit op het kabinetsbeleid en kopen nu al minder zorg in. Vaak weten zorgorganisaties pas aan het einde van het jaar of het zorgkantoor alsnog over de brug wil komen. Dat betekent dat zorgorganisaties nu niet in voldoende mate nieuwe cliënten kunnen opnemen, niet de benodigde zwaardere zorg kunnen leveren en dat wachtlijsten langer worden. Dit is in strijd met de toezeggingen van het kabinet dat iedereen die nu een geldige indicatie voor verblijf heeft, gewoon een plek in een verzorgingshuis moet kunnen krijgen. Als zorgkantoren zich daar aan houden, hoeven verzorgingshuizen niet of minder snel dicht. ActiZ pleit ervoor om Wlz-zorg toegankelijk te maken voor méér mensen, dan nu is beoogd. In ieder geval voor mensen met een ZZP 4 indicatie. Bovendien dienen belemmeringen voor verhuur van kamers in verzorgingshuizen weggenomen te worden en de extra tijd benut te worden voor verantwoorde afbouw en herbestemming van verzorgingshuislocaties. Te dichtgeregeld Met de Wlz beoogt het kabinet de focus te verschuiven van waar een cliënt recht op heeft naar wat een cliënt (en diens omgeving) zelf nog kan en vervolgens aan professionele ondersteuning nodig heeft. Dat is een beweging die in de praktijk van de branche al volop gaande is. Met de Tweezijdige Algemene Leveringsvoorwaarden voor de VVT (opgesteld door ActiZ, BTN, Consumentenbond, LOC en NPCF) die houvast bieden bij de rechten en plichten voor de cliënten binnen een zorgrelatie en de bestaande praktijk van zorgplanbesprekingen hebben aanbieders van AWBZ zorg de afgelopen jaren goede ervaringen opgedaan met vraaggerichte zorg bieden en eigen regie van cliënten bevorderen. ActiZ vindt het dan ook onbegrijpelijk dat het kabinet ervoor gekozen heeft bepalingen uit de voormalige Beginselenwet AWBZ zorg in de Wlz op te nemen die deze beweging juist tegen gaan. We zien niet wat het toevoegt om in een systeemwet (in artikel 8.1.2) op te sommen over welke onderwerpen een zorgplanbespreking zou moeten gaan. Het bestaande Besluit Zorgplanbespreking en voornoemde Algemene Leveringsvoorwaarden voorzien hier immers in voldoende mate in. De gekozen formulering is bovendien zo specifiek - ‘de mogelijkheid om dagelijks te douchen’, ‘de mogelijkheid om dagelijks in de buitenlucht te verkeren’, dat we vrezen dat dit door cliënten en/of hun omgeving abusievelijk zal worden opgevat als een recht op deze zorg in plaats van ‘slechts’ het recht op een bespreking van deze onderwerpen. Hiermee worden verwachtingen gewekt, die in praktijk niet waar gemaakt kunnen worden. Daarbij is het onduidelijk hoe zorginkopers, toezichthouders en accountants met deze bepalingen om zullen gaan in praktijk. Het zal zeker doorwerken in de uitvraag van gegevens aan de aanbieder en niet bijdragen aan vereenvoudiging van het administratieve proces. En het zal de gewenste nieuwe manier van werken frustreren, die juist ruimte moet bieden aan de professional en de cliënt om echt bij te dragen aan kwaliteit van leven. Het zal eerder leiden tot ‘afvinkgedrag’. Tot slot dient de vraag zich aan wat er gedaan wordt met de positieve resultaten van de experimenten met regelarme zorginstellingen. ActiZ ziet hiervan geen concrete navolging in de Wlz. Minder eigen regie door meer regels Ook voor de cliënten wordt de zorg in de WLz meer dicht geregeld dan voorheen in de AWBZ. Dat past niet bij doelstellingen als ‘regie naar vermogen’, ‘passende zorg met aandacht voor individueel welzijn’ en ‘professionele zorg zo thuis mogelijk’. Je verwacht juist dat de keuze van de cliënt centraal staat, in plaats van het aanbod. De cliënt blijft echter afhankelijk van de inkoopkeuze van het zorgkantoor. Aan zowel het PGB als het VPT worden in dit wetsvoorstel zodanig veel voorwaarden en restricties gesteld, dat het voor de cliënt in de praktijk lastig wordt om hiervan gebruik te maken. ActiZ bepleit daarom ruimere invulling van verschillende vormen van persoonsvolgende bekostiging en ruimere mogelijkheid voor het gebruik van het VPT. Zorginkoop De Memorie van Toelichting spreekt van het belang van vereenvoudiging van het inkoopbeleid en de meerwaarde van meerjarenafspraken. ActiZ ondersteunt deze stellingname van harte. Niet alleen om de regeldruk te verminderen, maar ook om innovatie en investeringen te stimuleren. Aanbieders moeten een meerjarenperspectief hebben om vernieuwingen voor de cliënt te kunnen realiseren en om afspraken met banken te kunnen maken. Het streven van de wetgever naar vereenvoudiging van zorginkoopbeleid en het maken van meerjarenafspraken is mooi, maar uiteindelijk gaat het er natuurlijk om dat hier in praktijk ook daadwerkelijk invulling aan gegeven wordt door zorgkantoren. ActiZ pleit voor het schrappen van gedetailleerde bepalingen over zorgplanbespreking en het daarvoor in de plaats ruimte bieden voor de bestaande Tweezijdige Algemene Leveringsvoorwaarden in de VVT. Daarnaast dient van de extra tijd gebruik gemaakt te worden om de positieve uitkomsten van de experimenten met regelarme zorginstellingen mee te nemen in de (geest van de) Wlz. Er dient er veel ruimere invulling gegeven te worden aan vormen van persoonsvolgende bekostiging en het VPT. Tot slot roept ActiZ de staatssecretaris op het streven naar vereenvoudiging van zorginkoopbeleid en meerjarenafspraken in praktijk concreet te borgen.
© Copyright 2024 ExpyDoc