Maatschappelijke participatie in de Gemeente Venlo 2014

‘ Wijkkracht: inwoners aan zet’
Maatschappelijke participatie
in de Gemeente Venlo 2014 –
2016 e.v.
Beleidsplan met uitvoeringsparagraaf
zaak_id
bericht_nummer
bericht_id
zaak_zaaknummer
Maatschappelijke
Ontwikkeling
team MOPIO
steller drs. IE Haanraadts
doorkiesnummer +31 77 3596923
registratienummer versie 1.1
datum 8 oktober 2014
C
O
N
C
E
P
T
Onze vrijwilligers
aan het woord:
Onze vrijwilligers
‘ Wij zijn trots
aanop
het woord:
onze vrijwilligers
die de kinderen zo
enthousiast
krijgen om te
sporten en
genieten.’
‘ We zijn
vrijwilligers, geen
betaalde
professionals.’
‘ Beloon mensen
die
vrijwilligerswerk
doen
(wederkerigheid)
in plaats van te
straffen.’
‘ Mensen zijn van
nature geneigd tot
het goede.’
C
O
N
C
E
P
T
‘ Verenigingen zijn
‘ Wij zijn
opvoor
onzedevrijwilligers die de kinderen zo enthousiast krijgen om te sporten
zéértrots
goed
en genieten.’
saamhorigheid.’
‘ Vrijwilligerswerk
‘ Mensen zijn van nature geneigd tot het goede.’
is het
waardevolste wat
we hebben als
Venlo.’
‘ Ik ben vrijwilliger,
en word zelf ook
door vrijwilligers
‘ Verenigingen zijn zéér goed voor de saamhorigheid.’
geholpen.’
‘ Wij zijn trots op
het plezier dat
onze leden hebben
in hun sport.’
‘ Een vrijwilliger
moet kunnen
rekenen op
‘ Beloon mensen
doen
ondersteuning
van isdie
‘ Vrijwilligerswerk
hetvrijwilligerswerk
waardevolste wat
we (wederkerigheid)
hebben als Venlo.’in plaats van te
straffen.’
een
beroepskracht.’
C
O
N
C
E
P
T
‘ Vrijwilligerswerk
moet je niet
verplichten.’
‘ Een vrijwilliger moet kunnen rekenen op ondersteuning van een
beroepskracht.’
‘ Vrijwilligerswerk moet je niet verplichten.’
Inhoudsopgave
1
1.1
1.2
1.3
1.4
1.5
Inleiding en achtergrond
Samengevat: waar richten we ons de komende jaren op?
De ambitie, de kaders en de wet
Doel nieuw beleid wijkkracht en maatschappelijke participatie
Wie is betrokken bij deze beleidsnotitie?
Begrippen
1
1
2
2
3
4
2
Stimuleren van wijkkracht, bij jong en oud
6
3
Faciliteren van vrijwilligers
8
4
Mantelzorg en informele zorg
11
5
Wederkerigheidsprestatie en maatschappelijke participatie
14
6
De gemeentelijke organisatie: de schaal is de wijk!
16
7
Samenspel vrijwilliger en beroepskracht
19
8
8.1
8.2
Financiën: we faciliteren wijkkracht
Overzicht huidige gemeentelijke budgetten 2014
Financiële ruimte voor uitvoering van beleid maatschappelijke
participatie 2015 e.v.
21
21
21
23
Bijlage II Gesprek Blericks verenigingsleven, 15 mei 2014
24
C
O
N
C
E
P
T
Bijlage I Gesprekken vrijwilligers en mantelzorgers, 21 en 28 mei 2014
1 Inleiding en achtergrond
Er zijn drie aanleidingen om nieuw beleid op het gebied van maatschappelijke participatie te
maken. Ten eerste de ambitie zoals beschreven in het coalitieprogramma van Venlo en de
Sociale Structuurvisie. Ten tweede alle veranderingen waar we voor staan als gevolg van de
wetswijzigingen rond de Wet maatschappelijke ondersteuning en de participatiewet. En tot slot
heeft het college de gemeenteraad nieuw beleid maatschappelijke participatie toegezegd. Dit
naar aanleiding van de evaluatie van de nota Samenhangend Vrijwilligersbeleid ‘ Dat doe je
gewoon’ (vastgesteld 29-09-10) en naar aanleiding van de vaststelling door de raad van de
beleidslijnen voor VenloVerbindt (d.d. 29-01-2014).
Dit document bevat beleidsuitgangspunten voor maatschappelijke participatie die integraal zijn
meegenomen in het beleidsplan decentralisaties sociaal domein: ‘ Een bijzondere tijd’ .
Maatschappelijke participatie betreft zowel het sociale als het ruimtelijk-fysieke domein en is
verdeeld over zes thema’ s. Deze thema’ s worden in de volgende hoofdstukken uitgewerkt.
Per thema schetsen we de ambitie, de beleidsuitgangspunten en geven we een aanzet voor
de stappen die we gaan zetten vanaf eind 2014, in 2015 en 2016 en mogelijk daarna. Bij de
uitwerking is ook de groep vrijwilligers en mantelzorgers betrokken die input heeft gegeven
voor het beleid. Het document is dynamisch van karakter, we zullen jaarlijks, of wanneer de
actualiteit daarom vraagt, de voorgenomen acties monitoren en bijsturen. In dit document
spreken we over we: we de gemeente Venlo. Bij de uitwerking van de acties gaan we
concreet in op wie welke acties oppakt.
1.1
Samengevat: waar richten we ons de komende jaren op?
C
O
N
C
E
P
T
Venlo kent wijken en dorpen met sterke gemeenschappen waar zorg voor elkaar en de
omgeving vanzelfsprekend is en waar hele mooie initiatieven tot stand komen. Bij andere
wijken is dat minder vanzelfsprekend. Hoe kunnen we deze wijken helpen om een eigenheid
te ontwikkelen, zodat we de inzet van inwoners en gemeenschappen meer kunnen benutten?
En wat moeten we wel of juist niet doen om de actieve inzet van inwoners die we al volop zien
in Venlo te behouden?
In voorliggend plan staat een groot aantal activiteiten beschreven; hieronder vatten we de
belangrijkste samen. De kern van het nieuwe beleid maatschappelijke participatie is dat de
kracht van onze inwoners en de wijken zichtbaarder en meer benut wordt, en dat we onze
inwoners faciliteren indien nodig. We beseffen dat dit een andere houding van de overheid
vraagt. Loslaten betekent namelijk niet niets doen, maar keihard werken!
1) Stimuleren van wijkkracht, bij jong en oud: aanboren potentiele kracht in de wijk
De sportconsulent en cultuurcoach helpen verenigingen om potentiele kracht aan te
boren. We zetten ons in om de maatschappelijke stages te behouden en zoeken de
verbinding met beroepsgeoriënteerde stages om te komen tot een integrale aanpak en
mogelijk zelfs één stagebank. En we starten een digitaal jongerenpanel.
2) Faciliteren van vrijwilligers: we helpen onze inwoners samen te sturen
De groep inwoners die een Huis van de Wijk aanstuurt, krijgt budget om zelf de
waardering van ondersteuning van vrijwilligers te organiseren. En we vormen de
bestaande subsidieregels om tot duidelijke en eenduidige stimuleringssubsidies.
3) Mantelzorg en informele zorg: vergroten draagkracht
We herijken de steunpunten mantelzorg in relatie tot de ontwikkelingen in de wijk en
zorgen voor meer bekendheid van ondersteuningsmogelijkheden en waardering op maat.
Daarnaast ontwikkelen we een eigen lokaal of regionaal keurmerk voor
mantelzorgvriendelijke werkgevers.
4) Wederkerigheidsprestatie en maatschappelijke participatie in de wijk
1
Wijkkracht in Venlo
We zetten ons in om wederkerigheidsprestaties te belonen en positieve prikkels te geven
en belemmeringen weg te nemen.
5) De gemeentelijke organisatie moet veranderen: de schaal is de wijk!
We stellen ons als gemeente fundamenteel anders op richting onze inwoners. We
herformuleren zo nodig onze regels tot regels die mogelijk maken. En we organiseren
maandelijkse themacafés waar we onze inwoners uitnodigen in gesprek te gaan met
gemeentebestuur en – ambtenaren.
6) Samenspel vrijwilliger en beroepskracht
Om de mogelijkheden van de wijk centraal te stellen starten we een werkplaats
gemeenschapsontwikkeling en investeren samen met onze partners in een gelijkwaardige
samenwerking met en ondersteuning van vrijwilligers.
1.2
De ambitie, de kaders en de wet
Coalitieprogramma Venlo 2014-2018
Het coalitieprogramma ‘ Verbinden vanuit Vertrouwen en Verantwoordelijkheid’ gaat uit van de
kracht van inwoners en wijken en zorgen voor elkaar. De schaal van de buurt wordt de
leidende schaal. De coalitie doet een sterke oproep richting de gemeentelijke organisatie om
meer te vertrouwen op de samenleving, en de inwoners de ruimte te geven om zelf keuzes te
maken. En het besef dat dit vraagt om een cultuuromslag bij bestuur en organisatie waarmee
we onze inwoners de ruimte geven om ook te veranderen. De vorming van buurtbudgetten
met decentralisatie van verantwoordelijkheden naar de inwoners is een belangrijk instrument
om deze doelstelling te bereiken (zie ook bestuurlijke opdracht ‘ Uitwerken sturing op
wijkbudgetten’ ).
C
O
N
C
E
P
T
Sociale Structuurvisie Venlo
Ook de Sociale Structuurvisie Venlo 20221 is sterk gericht op een veranderende samenleving
waarbij de inwoners centraal staan. Waar iedereen meedoet en waar de inwoners, soms met
hulp, hun eigen problemen oplossen. Waar mensen zich thuis voelen in de wijk en elkaar
kennen en helpen. Deze ambitie is het vertrekpunt voor het voorliggende beleidsplan
Wijkkracht en Maatschappelijke Participatie. Eind 2012 zijn 9 kaders voor de Sociale
Structuurvisie vastgesteld, hieronder staan de vier kaders die direct betrekking hebben op
maatschappelijke participatie.
1. Eigen kracht en eigen regie van de Venlonaar staan altijd voorop.
2. We werken wijkgericht en sluiten aan bij Venlose gemeenschappen2.
3. We gaan uit van een algemeen toegankelijke samenleving zonder hindernissen.
4. We zetten in op structurele samenwerking tussen vrijwilligers en beroepskrachten.
‘ De Venlonaar’ betreft alle inwoners van de gemeente Venlo: de wijken en de omliggende
dorpen. Jong en oud.
De wet
Maatschappelijke participatie is een centrale doelstelling binnen de Wet maatschappelijke
ondersteuning 2015 (Wmo). De wet schrijft voor dat beleidsvoornemens inzake
ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligers beschreven moeten zijn in het beleidsplan
Wmo. Het college moet daartoe algemene maatregelen treffen ter bevordering en
ondersteuning van mantelzorg en vrijwilligerswerk. Naast de Wmo speelt ook de nieuwe
participatiewet een rol bij maatschappelijke participatie. In voorliggende notitie is steeds
weergegeven wat de wet voorschrijft.
1
Sociale Structuurvisie ‘ Ik ken jouw naam, jij de mijne. Samen zijn wij Venlo’ , oktober 2012.
2
Een gemeenschap kan de wijk zijn, of het gezin, vrienden, school, vereniging, virtueel netwerk etc.
Wijkkracht in Venlo
2
1.3
Doel nieuw beleid wijkkracht en maatschappelijke participatie
Met het nieuwe beleid beogen we dat het zelfsturende vermogen van onze gemeenschappen
toeneemt in Venlo, met twee kerndoelen. Deze doelen zijn afgeleid van de regiovisie3 en
worden geïllustreerd in figuur 1.
1. Onze inwoners hebben oog voor elkaar, zetten zich in voor een ander of de wijk en zijn
betrokken bij de gemeenschap. Gemeenschappen ontwikkelen zich tot zelfsturende,
vitale gemeenschappen die zelf richting en invulling geven aan hun eigen leefomgeving.
2. We ontwikkelen een andere gemeentelijke organisatie in relatie tot de inwoners.
We stimuleren en faciliteren participatie bij onze inwoners. We vragen onze inwoners niet
om te participeren in het domein van de overheid maar we draaien het om: de overheid
doet met haar inwoners mee in plaats van andersom (overheidsparticipatie).
Het is duidelijk waar de scheiding tussen de overheid en de gemeenschap ligt; ofwel wat
‘ van’ de overheid verwacht mag worden, en wat ‘ van’ de inwoners.
C
O
N
C
E
P
T
15%
4%
1%
lichte tot intensieve ondersteuning
DE INWONERS VAN VENLO
80%
3
Regiovisie, vastgesteld door de raad op 25 april jl. De 7 Noord Limburgse gemeenten delen een
toekomstperspectief waarbinnen beleidskeuzes en investeringsbeslissingen afgewogen kunnen worden.
3
Wijkkracht in Venlo
kan het zelf
De gemeente Venlo
Wijkgericht
Andere houding
Faciliteren
Loslaten
Maatschappelijke
participatie
Buurt-budgetten
Inzet beroepskrachten
Venlo Verbindt
Naast deze doelstellingen schept het beleid maatschappelijke participatie ook de
randvoorwaarden voor het streven van ons college om (buurt)budgetten te kantelen. Om
vanuit verbondenheid samen met inwoners te bepalen welke keuzes we maken.
DE INWONERS VAN VENLO
15%
4%
1%
C
O
N
C
E
P
T
80%
kan het zelf
M
a
p
a
a
trs
tc
ic
h
ip
a
p
a
tp
ie
li
jk
e
lichte tot
intensieve
ondersteuning
Inzet beroepskrachten
Venlo
Verbindt
Buurtbudgetten
Faciliteren
Loslaten
De gemeente Venlo
Wijkgericht
Andere
houding
Figuur 1: Schematische samenvatting maatschappelijke participatie
1.4
Wie is betrokken bij deze beleidsnotitie?
Het beleid voor wijkkracht en maatschappelijke participatie is tot stand gekomen na
gesprekken met verschillende zorg- en welzijnspartners, informele zorg, de Wmo-raad, de
Wijkkracht in Venlo
4
cliëntenraad Sociale Dienst en gesprekken met KanDoen, het Blerickse verenigingsleven,
vrijwilligers en mantelzorgers. Ook een gemeentelijke werkgroep met vertegenwoordigers
van bijna alle afdelingen van de gemeente Venlo, heeft een bijdrage geleverd aan het nieuwe
beleid. Deze werkgroep zal betrokken blijven bij de uitvoeringsaspecten. Tot slot vormt de
Noord-Limburgse samenwerking rond de overlegtafel Vitale Gemeenschappen een
belangrijke inspiratiebron. De doelstelling is dan ook afgeleid van de regionale doelstelling.
Gesprekken met vrijwilligers, mantelzorgers en verenigingsleven
Een risico in onze drift om onze taken goed te organiseren, is dat we voorbij gaan aan dat wat
een gemeenschap ècht vitaal maakt. En dat we onbedoeld de afhankelijkheidsrelatie tussen
inwoners en overheid of beroepskrachten in stand houden. Daarom zijn we in gesprek
gegaan met onze inwoners (vrijwilligers en verenigingsleven) om de randvoorwaarden te
inventariseren die bijdragen aan het versterken van wijkkracht. Dit gesprek met inwoners
willen we continu blijven voeren. Deze behoefte werd ook door zowel de vrijwilligers als het
verenigingsleven geuit. De verslagen van deze gesprekken zijn te vinden in bijlage I en II,
hieronder is de kern van de gesprekken samengevat.
C
O
N
C
E
P
T
Gesprekken met vrijwilligers en mantelzorgers
In mei 2014 zijn twee gesprekken met vrijwilligers en mantelzorgers georganiseerd om input
op te halen voor het nieuwe beleid. Begin september 2014 is het concept-beleid tijdens een
derde bijeenkomst voorgelegd zodat de betrokkenen konden aangeven of de input verwerkt
is. Uit de gesprekken met kwam veel positieve betrokkenheid naar voren. Wel bleek dat er
behoefte is aan meer duidelijke communicatie, en dat er veel zorgen zijn over alle
veranderingen. Ze krijgen van zorgaanbieders nogal eens tegenstrijdige signalen. Mensen
voelen zich niet veilig om vrijwilligerswerk te doen wanneer er te veel op hun bordje wordt
gelegd. Een ander punt wat vrijwilligers raakt is verdringing. Enerzijds hebben vrijwilligers het
gevoel dat ze werk van beroepskrachten moeten overnemen. En anderzijds moeten diverse
vrijwilligers stoppen met hun vrijwilligerswerk omdat sprake zou zijn van verdringing. Ook zijn
er zorgen over de motivatie van mensen met een uitkering die een tegenprestatie moeten
leveren. Er is behoefte aan afbakening wat van een vrijwilliger verwacht mag worden. En
vrijwilligers gaven aan dat ze altijd willen kunnen terugvallen op een beroepskracht.
Tegelijkertijd zijn vrijwilligers van mening dat in ieder mens ‘ burgerzin’ aanwezig is. De
uitdaging is om dit aan te wakkeren.
Gesprekken met het verenigingsleven
Met het Blerickse verenigingsleven is tweemaal een gesprek gevoerd. Bij deze gesprekken
viel de passie en trots op. Trots op de inzet van de eigen leden, trots op de kwaliteit van het
aanbod en trots op de jeugdleden. Wat verenigingen lastig vinden is om nieuwe (jeugd)leden
en vrijwilligers te werven. En veel verenigingen hebben moeite de financiën dekkend te krijgen
en houden. Daarnaast worstelen veel verenigingen met dezelfde dilemma’ s, ze zijn graag
bereid elkaar te helpen. Immers, verenigingen hebben vaak een gedeelde passie. Ook viel op
dat de gemeentelijke ondersteuning van sportverenigingen anders is georganiseerd dan de
ondersteuning van cultuurverenigingen. Bij verenigingen is de ondersteuning meer inhoudelijk
gericht, terwijl bij sportverenigingen veel meer sprake is van praktische ondersteuning. Van
de gemeente verwachten de verenigingen een eerlijke verdeling van middelen en
ondersteuning. En de behoefte aan ondersteuning zit met name op het gebied van nieuwe
leden werven, fondsen werven, PR en verbindingen leggen. Daarnaast wordt een stuk
bescherming en expertise verwacht op het gebied van wetgeving, juridische en fiscale
kwesties.
1.5
Begrippen
 Maatschappelijke participatie. Maatschappelijke participatie is meedoen in de
5
Wijkkracht in Venlo





C
O
N
C
E
P
T

samenleving, of anderen helpen mee te kunnen doen. Dit betreft alle niet-betaalde
activiteiten gericht op meedoen door Venlose inwoners zoals vrijwilligerswerk, mantelzorg,
bewonersinitiatieven, maatschappelijke stages en de wederkerigheidsprestatie.
Wijkkracht. Wijkkracht beschouwen we als een vorm van gemeenschapszin waarbij er
een sterk gevoel van verbondenheid is in een gemeenschap, wijk, buurt, dorp of
vereniging. En waar de inwoners van deze wijk, buurt, dorp of vereniging in staat zijn
initiatieven te ontwikkelen en verantwoordelijkheid te nemen.
Vrijwilliger. Een vrijwilliger is de persoon is die in enig organisatorisch verband
onverplicht en onbetaald werkzaamheden verricht ten behoeve van anderen en/of de
Venlose samenleving waarbij een maatschappelijk belang wordt gediend.
Informele Zorg. Informele zorg is zorg die onbetaald en niet beroepshalve wordt verricht,
te onderscheiden in gebruikelijke zorg, zelfhulp, mantelzorg en vrijwilligerszorg.
Mantelzorg. Een mantelzorger biedt langdurig en onbetaald hulp aan iemand die
chronisch ziek, gehandicapt of hulpbehoevend is, en met wie hij of zij een persoonlijke
band heeft. Dat kan een kind of ander familielid zijn, maar ook een vriend of kennis.
Wederkerigheidsprestatie. Er is sprake van een wederkerigheidsprestatie wanneer
iemand als reactie op overheidsondersteuning, al dan niet gedwongen, een prestatie
levert.
Buurtbudget. Een buurtbudget heeft tot doel inwoners daadwerkelijk de ruimte te geven
om zelf keuzes te maken. De vorming van het buurtbudget beperkt zich vooralsnog tot
zaken op het gebied van leefbaarheid, leefomgeving en veiligheid.
Wijkkracht in Venlo
6
2 Stimuleren van wijkkracht, bij jong en oud
De eigenheid of identiteit van een gemeenschap is een enorme bindende factor. Venlo kent
wijken en dorpen met sterke gemeenschappen waar zorg voor elkaar en de omgeving
vanzelfsprekend is en waar mooie initiatieven tot stand komen. Bij andere wijken is dat minder
vanzelfsprekend. Hoe kunnen we deze wijken helpen om een eigenheid te ontwikkelen, zodat
we de inzet van inwoners en gemeenschappen meer benutten? En wat gaan we wel of juist
niet doen om de wijkkracht die we al volop zien in Venlo te behouden? Zodat mensen niet
eenzaam zijn maar elkaar kennen en helpen, en samen activiteiten ontplooien.
I. Ambitie en wettelijke taak
De Venlose wijken, dorpen en verenigingen zijn vitaal en zelfsturend, met een grote sociale
cohesie. Het is in Venlo vanzelfsprekend dat je je inzet voor een ander en initiatieven neemt.
Jong en oud is betrokken bij de gemeenschap of de wijk. De wijk helpt de jeugd met het
ontwikkelen van talenten.
Wettelijke taken (Wmo):
- Beleidsvoornemens inzake het bevorderen van sociale samenhang en ondersteuning van
vrijwilligers en mantelzorgers.
C
O
N
C
E
P
T
Vrijwilligers aan het woord:
“ Jeugd is belangrijk! Vraag de
leerlingen zelf hoe we de
maatschappelijke stages het best
kunnen organiseren!. Bijvoorbeeld via
een project op school.”
II. Beleidsuitgangspunten en wettelijke
taken
a) In ieder mens zit gemeenschapszin, soms
moet deze nog wel losgemaakt worden. De
rol van de gemeente is beperkt en vooral
ondersteunend. Juist wanneer inwoners
elkaar onderling stimuleren en aanspreken,
ontstaan duurzame sociale verbanden en
wijkkracht.
Vrijwilligers aan het woord:
“ Jeugd is belangrijk! Vraag de
leerlingen zelf hoe we de
maatschappelijke stages het best
kunnen organiseren!. Bijvoorbeeld via
een project op school.”
III. Welke stappen gaan we zetten?
We faciliteren maatschappelijke participatie bij de inwoners van Venlo, zowel jong als oud. We
leggen niets op; we willen immers ‘ loslaten’ . Wel investeren we in wijken waar geen actieve
inwoners zichtbaar zijn, in het motiveren en ondersteunen van inwoners. We stellen ons als
gemeente of beroepskracht terughoudend op. Het streven is dat de gemeenschap uiteindelijk
(nagenoeg) geen ondersteuning meer nodig heeft en er een grote verbondenheid binnen de
wijk of gemeenschap is en blijft.
Stap
1. Aanboren potentiele kracht in de wijk
We stimuleren en ondersteunen de (Huizen van de) Wijk en
verenigingen om zelf potentiele kracht van inwoners aan te
boren.
7
Wijkkracht in Venlo
Wie
Planning
De pilots wijkgericht werken (zie hoofdstuk 6) en de
werkplaats gemeenschapsontwikkeling (in relatie tot o.a.
kwartiermakers, zie hoofdstuk 7), geven handvaten hoe
onze inwoners te stimuleren en activeren.
b) Verenigingen krijgen desgewenst ondersteuning bij het
aanboren van vrijwilligers, bijvoorbeeld door de
sportconsulent en cultuurcoach.
2. Jongerenparticipatie vergroten
We willen jongeren bewust maken van en een stem geven bij
de keuzen in het publieke domein.
a) We zetten ons in om jongerenparticipatie te vergroten
middels een digitaal jongerenpanel, en debatvormen
zoals jongeren laten meedraaien bij de gemeenteraad.
Hierbij betrekken we ook de Wmo-raad.
b) Bij actuele thema’ s nodigen we jongeren of een
schoolklas uit om hierover in gesprek te gaan met de
portefeuillehouder.
c) We betrekken jongeren actief bij het nieuwe preventieve
jeugdbeleid.
d) Team jongeren van het werkplein (RMC/Leerplicht/
straatcoaches) richt zich in activering van jongeren ook
op maatschappelijke participatie.
3. Verbreden buurtbemiddeling met jongeren
De vrijwilligersorganisatie Buurtbemiddeling Venlo speelt zo
nodig een bemiddelende rol bij conflicten. De stichting wil ook
starten met jongerenbemiddeling.
4. Maatschappelijke stages4: 1 stagebank?
We willen de maatschappelijke stages (MAS) behouden en
versterken. Hierbij zoeken we vernieuwing en efficiëntie. We
leggen de verbinding met beroepsgeoriënteerde stages om te
komen tot een integrale aanpak en mogelijk zelfs één
stagebank. We betrekken hier het werkplein bij, de hoge
school, het basisonderwijs, werkgevers en partners MAS, de
Huizen van de Wijk. En mogelijke overlap met de
Vrijwilligerscentrale Venlo. Ook vragen we leerlingen mee te
denken.
5. Cultuurparticipatie in de wijk
We creëren cultureel bewustzijn bij onze partners en de wijk
en vragen hen open te staan voor cultuurparticipatie.
We willen meer samenhang en netwerkvorming tussen de
cultuursector en andere beleidsterreinen (welzijn, sport,
onderwijs, maatschappelijke participatie en vrijwilligers)
bewerkstelligen. Hierbij vragen we (o.a.) hulp aan het
Kunstencentrum Venlo (bv door inzet van de
cultuurcoaches), de Bibliotheek en het Huis van de Kunsten
in Roermond.
6. Maatschappelijke participatie in fysieke domein
Binnen het fysieke domein is reeds sprake van veel vormen
van maatschappelijke participatie. Denk aan buurtbeheer,
C
O
N
C
E
P
T
a)
a) Zie hfst. 6 +
7
a) Zie hfst. 6 + 7
b) Sportconsul
ent,
cultuurcoac
h
a) medio ‘ 15
b)
e)
a) Afd. MO en
communicati
e, Wmoraad
a) Start eind ‘ 15
b) Afhankelijk
van thema
b) Eind ‘ 14
c) Afd. MO
c) Start eind ‘ 14
d) SLW, team
jongeren
d) regulier
Buurtbemiddeli
ng
Besluit wel/geen
jongerenbemiddel
ing: begin ‘ 15
Afd. MO,
OGO, SLW,
onderwijs,
werkgevers,
makelaar MAS
Start eind ’ 14, 11-15 moet er
duidelijkheid over
vervolg zijn
Afd. MO en
R&E
Start oktober ’ 14,
een specifiek
uitvoeringsplan
wordt begin ‘ 15
opgeleverd.
Afd. OGO en
MO.
Loopt.
4
Momenteel doen Venlose leerlingen in 3 VMBO en 4 Havo / VWO een maatschappelijke stage. De
rijksbijdrage hiervoor is gestopt vanaf het huidig schooljaar, in Venlo loopt de MAS nog door tot eind 2014.
Het coalitieprogramma geeft aan dit te willen continueren.
Wijkkracht in Venlo
8
C
O
N
C
E
P
T
energiecoaches, en burgerinitiatieven zoals het aanleggen
van een moestuin.
- We spannen ons in om regels te vereenvoudigen en het
aantal overeenkomsten te laten afnemen.
- We leggen meer verbindingen van deze initiatieven met de
Huizen van de Wijk.
Afd. MO
7. Rol van inwoners bij buurtveiligheid: ‘ buurt
bestuurt’
Inwoners krijgen een rol en verantwoordelijkheid bij het
bevorderen van de buurtveiligheid. Het betreft zowel het
benoemen van aandachtspunten als het daadwerkelijk
bedenken van oplossingen. We starten hiertoe met een pilot
‘ Buurt Bestuurt’ , gekoppeld aan de aanpak van wijkgericht
werken. Daarnaast wordt dit thema onderdeel van het nieuwe
integrale veiligheidsbeleid.
9
Wijkkracht in Venlo
Pilot eind ’ 14,
nieuw beleidsplan
begin ’ 15.
3 Faciliteren van vrijwilligers
I. Ambitie en wettelijke taak
De Huizen van de Wijk zijn voor iedereen, en vormen de plek in de wijk waar mensen elkaar
ontmoeten, en waar mensen zich inzetten voor een ander of de samenleving. Daarnaast
dragen ook andere vrijwilligers en het verenigingsleven bij aan gemeenschapszin. Als
gemeente zijn we hier trots op. We nemen onze inwoners serieus als gesprekspartner. We
faciliteren indien nodig: we ondersteunen desgevraagd bij verdere professionalisering of
specifieke expertisebehoeftes.
Wettelijke taken (Wmo):
- Beleidsvoornemens inzake het bevorderen van sociale samenhang en ondersteuning van
mantelzorgers en vrijwilligers.
- Het college bevordert en treft de algemene maatregelen ter bevordering en ondersteuning
van mantelzorg en vrijwilligerswerk en treft de algemene voorzieningen om mantelzorgers
en vrijwilligers zoveel mogelijk in staat te stellen hun taken als mantelzorger en vrijwilliger
uit te voeren.
Vrijwilligers aan het woord: “ Zorg voor
duidelijke informatie!.”
C
O
N
C
E
P
T
Beleidsuitgangspunten
a) We streven naar het ontstaan van sturingsvormen
door inwoners bij de Huizen van de Wijk 5.
b) Wat is de rol en positie van vrijwilligers in de Huizen
Vrijwilligers aan het
van de Wijk:
woord: “ Zorg voor
1. De groep inwoners die een sturende rol heeft bij
duidelijke informatie!.”
het Huis van de Wijk is zelf opdrachtgever voor
activiteiten en producten (zoals integrale
dagbesteding) en verantwoordelijk voor
ondersteuning van de eigen vrijwilligers. We ondersteunen deze inwoners bij deze
sturende rol.
2. De gemeente is opdrachtgever voor producten (zoals gespecialiseerde dagbesteding)
in een Huis van de Wijk: de partij die een product levert, is verantwoordelijk voor
ondersteuning van de vrijwilligers.
3. Partijen maken gebruik van een ruimte in het Huis van de Wijk: partijen (zoals
verenigingen) zijn autonoom en organiseren zelf ondersteuning van vrijwilligers.
c) Wederzijds vertrouwen is de basis van samenwerking tussen inwoners en de gemeente;
we streven naar sturing door inwoners en zo min mogelijk bemoeienis van de overheid of
andere beroepskrachten. We werken daarom bij voorkeur niet met een
vrijwilligersovereenkomst, tenzij de specifieke situatie hierom vraagt of de vrijwilliger het
zelf wil. Wel maken we samen afspraken en zetten deze desgewenst op papier..
d) De gemeente faciliteert de randvoorwaarden die nodig zijn voor vrijwilligers om zich veilig
te voelen bij hun activiteiten (denk aan een verzekering).
e) Vrijwilligerswerk is niet verplicht en niet vrijblijvend. En er zijn grenzen (denk aan lijf
gebonden zorg).
II. Welke stappen gaan we zetten?
Stap
1. Budget Huizen van de Wijk voor vrijwilligers
Wie
Planning
5
De samenwerkingsvorm van sturing door inwoners kan bijvoorbeeld een coöperatieve vereniging
of een stichting zijn.
Wijkkracht in Venlo
10
a) Afd. MO en
kwartiermak
ers
a) Start pilot
medio ’ 14,
duidelijkheid
per 1-1-15
b)Afd. MO
a)Start begin ‘ 15
Afd. MO en
partners
1-1-15
duidelijkheid
Afd. MO,
werkgroep
MP6 en
vrijwilligersorg
anisaties
Afd. MO en
VCV
Start begin ‘ 15
Afd. MO en
R&E en
sportbedrijf
Start eind ‘ 14
Afd. MO,
kwartiermaker
s
Start begin ‘ 15
Afd. MO, R&E
en sportbedrijf
Medio ‘ 15
Gereed eind ‘ 14
C
O
N
C
E
P
T
a) De groep inwoners die een Huis van de Wijk aanstuurt,
krijgt een budget om zelf de werving, ondersteuning,
onkosten en waardering van hun vrijwilligers te
organiseren. We starten medio ‘ 14 met een pilot in de
Huizen van de Wijk, met een budget van maximaal €
10.000 per Huis van de Wijk. Daar waar nog geen bestuur
van inwoners actief is, is de kwartiermaker
verantwoordelijk.
b) We onderzoeken hoe we omgaan met onkosten die
andere georganiseerde verbanden van vrijwilligers maken.
2. Trainingen voor vrijwilligers
Voor het versterken of verbreden van de talenten van onze
vrijwilligers in de wijk stellen we trainingen beschikbaar. De
stichtingen Huizen van de Wijk kunnen inschrijven op door de
gemeente ingekocht aanbod voor deskundigheidsbevordering
voor vrijwilligers. Daarnaast verwachten we dat organisaties
hun trainingen voor vrijwilligers ook openstellen voor andere
vrijwilligers.
3. Infrastructuur vrijwilligerswerk
We versterken de infrastructuur van lokaal vrijwilligerswerk:
vrijwilligersorganisaties werken samen en stemmen hun
aanbod op elkaar af.
4. Vrijwilligerscentrale (VCV)
We herijken de Vrijwilligerscentrale Venlo tot een
totaalconcept waar vraag en aanbod bij elkaar komt. Dit in
relatie tot de vraag van Venlose wijken en primaire processen
in de wijk. Ook de mogelijke relatie of overlag met de
maatschappelijke stages nemen we hierin mee.
5. Herijken subsidieregels
Onderdeel van bestuurlijke opdracht ‘ ondersteuning
verenigingsleven’ .
a) We brengen meer eenduidigheid in de subsidieregels op
gebied van sport, cultuur, welzijn, zorg en jeugd.
b) We vormen de waarderingssubsidies om tot
stimuleringssubsidies, waarbij we verenigingen en
vrijwilligers stimuleren tot activiteiten die worden ingezet
als middel om een bijdrage te leveren aan doelen van de
gemeenschap.
c) We ontwikkelen een duidelijk kader / subsidieregel
maatschappelijke participatie voor kleine organisaties
waar beroepskrachten samenwerken met kwetsbare
vrijwilligers en hen begeleiden en stimuleren om mee te
doen. Doel is dat de gemeenschap deze rol uiteindelijk
overneemt.
6. Stimuleren en ondersteunen initiatieven inwoners
Initiatieven van inwoners, ook wel burgerinitiatieven,
stimuleren we, onder andere middels het SAM-fonds. We
zorgen dat de kaders helder zijn en nemen dit mee bij de
herijking van de subsidieregels.
7. Gemeentelijke ondersteuning verenigingen
We brengen meer lijn in gemeentelijke ondersteuning van
6
MO: maatschappelijke participatie
11
Wijkkracht in Venlo
b)
Afd. MO en
OGO
Start medio ‘ 15
Afd. MO en
HvdW7
Gereed begin ‘ 15
C
O
N
C
E
P
T
verenigingen, en formuleren mogelijk gezamenlijk beleid. De
relatie met de Huizen van de Wijk is hier onderdeel van.
8. We faciliteren ontmoetingsplekken / accommodaties
We stellen nieuw beleid voor maatschappelijk vastgoed op. Bij
het nieuwe beleid gaan we in op het dilemma van de rol van
de gemeente als eigenaar van vastgoed versus de gewenste
verschuiving naar accommodaties (zoals de Huizen van de
Wijk) waar de wijk ook echt eigenaar van is. Vooruitlopend op
dit nieuwe beleid wordt eind 2014 reeds beleid voor de
ontwikkeling van de Huizen van de Wijk opgesteld.
9. Toolkit met praktische informatie
We maken samen met de vrijwilligers bij de Huizen van de
Wijk en verenigingen een toolkit. Hierin komt informatie over:
- Het werven, begeleiden en waarderen van vrijwilligers.
- Tips om potentiele kracht in de wijk aan te boren.
- Voorbeelden, zoals een welkomstbrief vrijwilligers.
- Informatie over ondersteuningsmogelijkheden en het
aantrekkelijk houden van een vereniging of stichting.
- Informatie over vrijwilligersverzekering, en
aansprakelijkheid bij bijvoorbeeld zelfbeheer.
- Informatie over trainingsmogelijkheden.
- Informatie over VOG (Verklaring Omtrent Gedrag) voor
vrijwilligers die met kwetsbare mensen werken.
7
HvdW: Huizen van de Wijk
Wijkkracht in Venlo
12
4 Mantelzorg en informele zorg
Mantelzorgers en zorgvrijwilligers verzorgen samen ongeveer 80% van alle zorg8! Deze zorg
wordt langdurig, onbetaald en niet beroepshalve gegeven. (Mantel)zorg is een onderdeel van
ons leven en kan veel voldoening geven of tot zingeving of nieuwe vaardigheden leiden, maar
ook een zware last zijn. Een goed samenspel tussen informele en formele zorg stelt mensen
in staat hun zelfredzaamheid zo lang mogelijk te bewaren.
Om een inzicht in mantelzorg te geven enkele gegevens van het SCP9:
Mantelzorgers aan het woord:
“ Neem signaal van overbelasting
serieus, dit is er! En pas op voor
overvragen van een mantelzorger
of zorgvrijwilliger; niet iedereen
kan zijn grens aangeven. Voor
anderen is juist uitdaging
belangrijk.”
C
O
N
C
E
P
T
Vertaling van landelijke cijfers naar een
stad met 100.000 inwoners maakt
duidelijk dat Venlo circa 16.000
Mantelzorgers aan het woord:
mantelzorgers heeft, waarvan zo’ n 2.000
zich ernstig belast voelen.
“ Neem signaal van overbelasting
 Gemiddeld besteedt een
serieus, dit is er! En pas op voor
mantelzorger 17 uur per week aan
overvragen van een mantelzorger of
zorgtaken.
zorgvrijwilliger; niet iedereen kan
 Ruim 70% van de mantelzorgers
heeft ook een betaalde baan.
zijn grens aangeven. Voor anderen
 65% van de Wmo-aanvragers heeft
is juist uitdaging belangrijk.”
mantelzorg.
 De zorglast neemt vaak stapsgewijs
en ongemerkt toe. Hierdoor kan de mantelzorger overbelast raken.
I. Ambitie en de wettelijke taak
We hebben oog voor mantelzorgers. Dit betekent dat we stevig inzetten in het vergroten van
de draagkracht van mantelzorgers. Maar ook dat de grenzen van de belastbaarheid van een
mantelzorger niet overschreden worden. Tegelijkertijd neemt de gemeenschap
verantwoordelijkheid om vanuit een collectief perspectief iets te doen voor een ander en zo
ook mantelzorgers te ontlasten. En zetten individuele inwoners zich in voor de zorg van een
ander (informele zorg). Zorgen voor een naaste is immers vanzelfsprekend.
Wettelijke taken (Wmo):
- Bij een vraag naar maatschappelijke ondersteuning betrekt de gemeente waar mogelijk de
mantelzorger en wordt ook de ondersteuningsbehoefte van de mantelzorger bekeken.
- Bij verordening wordt bepaald op welke wijze het college zorg draagt voor een jaarlijkse
blijk van waardering voor de mantelzorgers van cliënten in de gemeente.
- De gemeente is verantwoordelijk voor alle vormen van mantelzorgondersteuning,
8
9
Bron: Mezzo.nl
Gegevens komen uit verschillende onderzoeken van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP)
13
Wijkkracht in Venlo
waaronder het bieden van respijtzorg / kortdurend verblijf.
II. Beleidsuitgangspunten
a) We investeren in (h)erkenning en ondersteuning van mantelzorgers. Ofwel via een
algemene voorziening (zoals scholing, lotgenotencontact, etc.) ofwel via een
maatwerkvoorziening op basis van de Wmo 2015 voor de mantelzorger.
b) Mantelzorgers behouden zelf regie en keuzemogelijkheden. Er zijn grenzen aan wat van
een mantelzorger verwacht mag worden, mantelzorg is niet verplicht. Ditzelfde geldt voor
zorgvrijwilligers.
c) Beroepskrachten nemen mantelzorgers en informele zorg serieus, werken samen en
betrekken hen bij de zorgverlening.
d) Er zit een grens tussen informele en formele zorg, en we beseffen dat dit maatwerk is.
III. Welke stappen gaan we zetten?
We hechten groot belang aan mantelzorgers en informele zorg. Daarom blijven in investeren
in de ondersteuning en het signaleren van overbelasting van deze groep mensen.
Wie
Planning
Afd. MO,
steunpunten
mantelzorg
-Start: eind ‘ 14
-Gereed begin
‘ 15
C
O
N
C
E
P
T
Stap
1. Herijken mantelzorgsteunpunt en vrijwilligerszorg
We herijken de functie van mantelzorgsteunpunt en
vrijwilligerszorg (bij Synthese en de Zorgondersteuner) in
relatie tot de vraag van de Venlose wijken en
bewonersnetwerken en de primaire processen in de wijk.
Speerpunten zijn:
- Het verhogen van de bekendheid van de steunpunten en
ondersteuningsmogelijkheden (communicatie).
- Signaleren van (dreigende) overbelasting van
mantelzorgers en risicogroepen (allochtone en jonge
mantelzorgers en mantelzorgers van jeugd, ouderen,
dementerenden en GGZ-patiënten).
- Aansluiting bij ontwikkelingen in de wijk.
2. Waardering voor mantelzorgers: in gesprek
We investeren in de ondersteuning van mantelzorgers. De
rijksbudgetten voor het voormalige mantelzorgcompliment
worden overgeheveld naar gemeenten.
a) We gaan jaarlijks in gesprek met mantelzorgers naar hun
ondersteuningsbehoefte en we zetten een enquête uit.
b) De jaarlijkse waardering van mantelzorgers leggen we
conform de wet in een verordening vast, in de
verordening laten we de ruimte hoe we dit invullen. We
gaan in overleg met de doelgroep over een passende
waarderingsvorm, ook dit kan maatwerk per wijk zijn.
c) We stimuleren alternatieve waarderingsmogelijkheden.
Zoals een verwenpakket gemaakt door leerlingen. Zodat
kinderen bewust worden van mantelzorg.
3. Ondersteuning van mantelzorgers
a) We bieden de mantelzorger indien nodig ondersteuning,
liefst gekoppeld aan bestaande wijkstructuren. Ofwel via
een algemene voorziening (zoals scholing,
lotgenotencontact, etc.) ofwel via een
maatwerkvoorziening.
b) Mantelzorgvriendelijk personeelsbeleid: als gemeente
Afd. MO,
Steunpunten
mantelzorg
a) Eind ‘ 14
b) Nov. ‘ 14
c) Begin ‘ 15
Afd. MO,
Steunpunten
mantelzorg
a) 1-1-15
b)
-Start: eind 14
-Gereed medio
Wijkkracht in Venlo
14
‘ 15
c)
-start begin ‘ 14
-Evaluatie begin
‘ 15
d) Medio ‘ 15
e) Begin ‘ 15
f) Plan gereed:
oktober ‘ 14
Kwartiermaker
, de
Zorggroep,
Hulp bij
Dementiekete
n,
mantelzorgers
pilot in Blerick
eind ‘ 14
operationeel
a) SWT11,
Afd. MO in
opdrachtgever
srol.
a) 1-1-15
b) SWT,
afd. MO in
opdrachtgever
srol
b) 1-1-15
c) Informele
zorgorganis
aties
c) continu
C
O
N
C
E
P
T
Venlo realiseren we een voorbeeldfunctie. Daarnaast
zoeken we ambassadeurs binnen werkgevers en
onderwijs die de win-winsituatie voor werkgever en
mantelzorger benadrukken. Hiertoe reiken we een eigen
lokaal of regionaal keurmerk uit.
c) Parkeerabonnement. Mantelzorgers in Venlo krijgen
tijdens een pilot een parkeerabonnement wanneer de
zorgvrager in een betaald-parkeerzone woont.
d) We zoeken mogelijkheden tot ontlasten van financiële
verplichtingen zoals een verzachting of vrijstelling van de
sollicitatieplicht of bijzondere bijstand.
e) Mantelzorgwoningen: we herzien het beleid van de
gemeente vanuit de behoefte van mantelzorgers en
voorgenomen wetswijzing.
f) We zetten de voorgenomen tijdelijke extra huishoudelijke
hulp10 onder andere in om mantelzorgers te ontlasten. Dit
is onderdeel van een regionaal plan van aanpak.
4. Mantelzorgers helpen elkaar
We starten op stadsdeelniveau met een maatwerkvoorziening
voor de mensen die niet goed kunnen functioneren in de open
inloop. Dit betreft met name mensen met dementie. Naast de
ondersteuning door beroepskrachten, willen we
mantelzorgers betrekken bij de activiteit. Door deze
collectieve aanpak, helpen mantelzorgers elkaar en kunnen
ze op bepaalde momenten de handen vrij hebben voor iets
anders, maar ook steun vinden bij elkaar.We starten in
Blerick met een pilot bij Boulevard Hazenkamp.
5. Verbinden informele en formele ondersteuning
a) Beroepskrachten in het algemeen en het Sociaal Wijkteam
in het bijzonder betrekken bij een zorgvraag altijd de
mantelzorger en hebben ook aandacht voor zijn
ondersteuningsbehoefte. Ook wordt gekeken of
hulpbronnen uit het bredere sociale netwerk kunnen
worden aangesproken of informele zorg wordt betrokken
ter ontlasting van de mantelzorger.
b) Beroepskrachten hebben aandacht voor het signaleren,
voorkomen of stoppen van ‘ ontspoorde mantelzorg’ . De
mantelzorger overschrijdt dan de grens van goede zorg.
Dit is geen opzet maar het gevolg van overbelasting,
onmacht, onkunde of onwetendheid.
c) We zorgen samen met de informele zorgorganisaties dat
er altijd aandacht is voor de grenzen die voor een
vrijwilliger gelden. Zeker bij de start van het
vrijwilligerswerk, maar ook tussentijds. Zorgvrijwilligers
hebben behoefte aan een duidelijke afbakening van hun
taken in relatie tot de taken van beroepskrachten. De
grenzen van werkzaamheden zijn echter voor iedere
vrijwilliger anders. Daarom leggen we taken niet vast, dit
is maatwerk.
10
Voor de huishoudelijke hulp toelage krijgen we 2 jaar extra middelen om de werkgelegenheid in
stand te houden.
11
SWT: Sociaal Wijkteam
15
Wijkkracht in Venlo
g)
Afd. MO als
opdrachtgever
, steunpunten
mantelzorg
1-1-15
Steunpunten
mantelzorg
Start begin ‘ 15
C
O
N
C
E
P
T
6. Kortdurend verblijf en respijtzorg
We verbeteren de toegankelijkheid, beschikbaarheid en
informatie over respijtzorg. Hiertoe stimuleren we de
samenwerking tussen verschillende aanbieders van
respijtzorg zodat meer maatwerk mogelijk is, en de behoefte
en het aanbod met elkaar in balans zijn zodat het gewenste
effect wordt bereikt, namelijk ontlasting van de mantelzorger.
7. Onderzoek
We brengen nader in beeld hoe de behoefte aan mantelzorg
en informele zorg zich de komende jaren ontwikkeld, evenals
het aanbod aan mantelzorg en informele zorg en de
mogelijkheden van domotica.
Wijkkracht in Venlo
16
5 Wederkerigheidsprestatie en maatschappelijke
participatie
Vrijwilligers aan het woord: “ Beloon mensen die vrijwilligerswerk doen in
kader van wederkerigheid in plaats van te straffen als ze het niet doen!.”
Meedoen in de samenleving is van wezenlijk belang, zowel voor het individu als voor het
collectief. Meedoen is dan ook een vraagstuk van
en voor de samenleving. Hoe faciliteren en
verbinden we inkomensafhankelijkheid en
maatschappelijke participatie? Oftewel, hoe helpen
we de samenleving en de daarin aanwezige
Vrijwilligers aan het woord:
mensen met een (gemeentelijk) uitkeringsinkomen
“ Beloon mensen die
om actief mee te doen aan de maatschappij? De
vrijwilligerswerk doen in
participatiewet is een potentieel zwaar instrument
gericht op meedoen, inzetbaar voor mensen met
kader van wederkerigheid in
een gemeentelijke uitkering. We willen de wet in
plaats van te straffen als ze
samenspraak met de betreffende inwoner vooral in
het niet doen!.”
de geest van de wet toepassen. Zodat het beroep
op gemeenschapszin daadwerkelijk leidt tot
meedoen en verdere persoonlijke ontwikkeling en groei. Vrijwilligheid en aansluiting bij de
intrinsieke motivatie is vertrek- en uitgangspunt.
C
O
N
C
E
P
T
I. Ambitie en de wettelijke taak: ‘ De maatschappij, dat zijn wij.’
Wederkerigheid is geen doel, maar een middel om onderlinge solidariteit en betrokkenheid te
helpen groeien vanuit een gezamenlijk belang van de wijk. Wederkerigheid is niet iets wat men
’ moet’ doen om een uitkering te behouden, maar iets wat elke Venlose inwoner doet omdat het
normaal is, en mensen elkaar in sociale verbanden nodig hebben en helpen.
Wettelijke taak (Participatiewet):
- De maatschappelijk nuttige werkzaamheden in het kader van de tegenprestatie moeten
zich onderscheiden van werkzaamheden die tot de reguliere arbeidsmarkt behoren. Bij
werkzaamheden die in het kader van de tegenprestatie opgedragen kunnen worden, gaat
het altijd om aanvullende, onbeloonde, maatschappelijk nuttige werkzaamheden. Terwijl
voor werkzaamheden op de reguliere arbeidsmarkt de bereidheid bestaat voor deze
werkzaamheden loon te betalen.
- De onbeloonde, maatschappelijk nuttige werkzaamheden hoeven niet direct gericht te zijn
op toeleiding tot de arbeidsmarkt. Ook mogen ze acceptatie van algemeen geaccepteerde
arbeid of re-integratie gericht op arbeidsinschakeling niet in de weg staat, omdat het
uitgangspunt ‘ werk boven uitkering’ voorop staat. De omvang van de werkzaamheden en
de duur in de tijd moeten daarom beperkt zijn.
- De tegenprestatie is een prestatie ‘ naar vermogen’ . Dit betekent dat de te leveren
prestatie binnen het vermogen van de inwoner met een uitkering moet liggen. De
gemeente moet bij het opleggen van een verplichte prestatie onderzoeken of de te leveren
prestatie redelijkerwijs en rekening houdend met eventuele beperkingen, door de
betreffende persoon zelf uitgevoerd kan worden.
II. Beleidsuitgangspunten
De volgende richtlijnen gelden voor de uitvoering van de participatiewet in Venlo:
a) Inwoners van Venlo die (tijdelijk) niet kunnen re-integreren op de reguliere arbeidsmarkt
17
Wijkkracht in Venlo
wordt gevraagd actief mee te doen aan de samenleving, liefst in de eigen wijk.
b) Wanneer er onvoldoende maatschappelijke participatie ontstaat, kan de gemeente het
wederkerigheidsbeginsel inroepen en de spelregels hanteren: de wederkerigheid bedraagt
jaarlijks (maximaal) 26 weken, met een inzet (naar vermogen) per week.
c) De wederkerigheid wordt positief en actief aangeboden aan alle potentiële kandidaten en
is beslist niet vrijblijvend. Eigen ideeën en interesses worden meegenomen, evenals
doorstroompotentie en – mogelijkheden naar re-integratie en werk. Motivatie is de sleutel,
zodat wederkerigheid en andere vormen van maatschappelijke participatie elkaar
versterken. Mensen die echt niet gemotiveerd zijn, zetten we niet in in de zorg.
d) Er is altijd een duidelijke uitkomst van het wederkerigheidsaanbod:
1. De kandidaat doet mee; de wederkerigheid is in principe geregeld. Er is sprake van
vrijwilligerswerk wanneer de kandidaat zelf met ideeën en invulling komt. De gemeente
faciliteert, maar stuurt niet.
2. De kandidaat doet niet mee. De dialoog met de kandidaat voeren we open en
constructief. Na zorgvuldige afweging kan de gemeente uiteindelijk meedoen
verplichten en niet-meedoen sanctioneren. Verplicht meedoen noemen we geen
vrijwilligerswerk.
3. De kandidaat reageert niet: onderzocht wordt waarom (rappelleren, huisbezoek,
fraudeonderzoek) en er worden eventueel maatregelen genomen.
e) (Kwetsbare) kandidaten voor de wederkerigheid worden niet losgelaten en indien nodig
actief begeleid. Bij deze begeleiding hebben we oog voor een goede match tussen coach
en de wederkerigheidskandidaat.
C
O
N
C
E
P
T
IV. Welke stappen gaan we zetten?
Als gemeente willen we onze inwoners helpen en prikkelen om maatschappelijk nuttig werk te
doen. Juist hier moet de gemeente niet ‘ zorgen dat’ er activiteiten beschikbaar komen, maar
‘ zorgen voor’ het (h)erkennen van maatschappelijk nuttige activiteiten.
Stap
1. We stimuleren wederkerigheidsprestatie in de wijk
We vragen partners zich open te stellen voor
wederkerigheidsprestaties: de Huizen van de Wijk, de
buurtbeheer-organisatie (KanDoen), bewonersnetwerken,
verenigingsleven, bedrijfsleven, sportevenementen, etc.
2. We nemen belemmeringen tot wederkerigheid weg
a) Verzekering: de wederkerigheidsprestatie wordt in
juridische zin als een opdracht van de gemeente gezien.
Daarom zorgt de gemeente dat de mensen van wie
wederkerigheid wordt gevraagd, afdoende tegen
aansprakelijkheid en arbeidsongeschiktheid verzekerd
zijn. Onderzocht wordt of extra instrumentarium nodig is.
b) Verdringing: we stellen een lokaal convenant met het
UWV op waarmee we duidelijkheid bieden over
verdringing. Het kenmerk van vrijwilligerswerk is dat het
geen reguliere arbeid is, maar juist additioneel.
c) Regelgeving: complexe of belemmerende regelgeving
vereenvoudigen we. De werkcoaches signaleren dit.
3. We begeleiden volgens KanDoen-aanpak in de wijk
De begeleiding van kandidaten voor de
wederkerigheidsprestatie organiseren we in de wijk volgens
de aanpak van het buurtwerkbedrijf KanDoen. Er wordt nuttig
werk gezocht waar de wijk behoefte aan heeft. De coach van
Wie
HvdW en
partners
Planning
Medio ‘ 14,
continu proces
a) Afd. MO en
SLW
a) 1-1-15
b) Afd. MO,
SLW en
UWV
b) Eind ‘ 14
(gereed)
c) Afd. MO,
SLW
c) continu
Afd. SLW,
KanDoen
Proces is reeds
gestart in Venlo
Oost en Blerick
Wijkkracht in Venlo
18
C
O
N
C
E
P
T
KanDoen begeleidt de medewerkers bij het werk in de wijk in
het begin intensief, en zal steeds meer op de achtergrond
faciliteren en de aansturing overlaten aan de werkbegeleider.
4. Belonen van meedoen en wederkerigheid
We belonen meedoen en wederkerigheid. We geven geen
extra financiele beloning, we zoeken juist de samenwerking
met partners en ondernemers in de wijk om andere
beloningsvormen in te kunnen zetten (vanuit wederkerigheid).
19
Wijkkracht in Venlo
Afd. MO en
SLW
Eind ‘ 14
6 De gemeentelijke organisatie: de schaal is de wijk!
C
O
N
C
E
P
T
I. Ambitie: een terugtredende overheid is keihard werken!
De gemeente handelt vanuit de mogelijkheden, vragen en behoeften van de wijk. Hierbij
benaderen we sociale en fysieke vraagstukken in samenhang. Maatwerk is de enige weg
omdat elke wijk anders is. Het vertrekpunt van ons handelen is het model van eigenaarschap
en samensturing. We trekken aan de hand van dit model een lijn tussen dat wat van de
gemeente verwacht mag worden, en dat wat we van de inwoners verwachten. Hierbij laten
we ons inspireren door ‘ vroeger’ , toen de overheid nog niet zoveel naar zich toe trok en de
gemeenschap veel zelf regelde.
Kerntaken
Gemeente
OPENBAAR DOMEIN
Inwoner is eigenaar
Maatschappelijke participatie
Type 1
Inwoners
PUBLIEK DOMEIN
Gemeente is eigenaar
Type 2
Inwoners + gemeente
Wijkkracht in Venlo
20
Type 3
Gemeente + inwoners
Type 4
Gemeente
OPENBAAR DOMEIN
PUBLIEK DOMEIN
Inwoner is eigenaar
Gemeente is eigenaar
Type 1
Inwoners
Type 2
Inwoners +
gemeente
Type 3
Gemeente +
inwoners
Maatschappelijke
participatie
Type 4
Gemeente
Kerntaken
Gemeente
C
O
N
C
E
P
T
Figuur 2: het model van eigenaarschap en samensturing
Openbaar domein, maatschappelijke participatie:
 Inwoners zijn aan zet, gemeente doet mee (overheidsparticipatie)
Type 1:
De gemeenschap / de inwoners zijn leidend.
Type 2: De gemeenschap is aan zet, de overheid en/ of maatschappelijke organisaties
faciliteren indien nodig. De publieke waarden staan centraal.
Publiek Domein, kerntaken gemeente:
 Gemeente maakt beleid, voert de wet uit en vraagt input inwoners (burgerparticipatie)
Type 3: De gemeente is verantwoordelijk en betrekt haar inwoners bij haar beleid vanuit
gedeelde ambities.
Type 4: De gemeente is exclusief verantwoordelijk (handhaven van de wet en ingrijpen in
onveilige situaties).
II. Beleidsuitgangspunten
a) De wijk en haar inwoners vormen het vertrekpunt voor de gemeentelijke organisatie.
Eventueel handelen van de gemeente voegt altijd waarde voor de wijk toe.
b) De gemeente heeft een waarderende grondhouding en richt zich in essentie op verbinden,
faciliteren en wegnemen van belemmeringen. In deze ondersteunende rol hebben we
aandacht voor de verbinding tussen het sociale en ruimtelijke domein.
Vrijwilligers aan het woord:
“ De gemeente moet vooral luisteren
naar de vrijwilligers en los laten. Geef
vrijwilligers speelruimte en beperk de
21
Wijkkracht in Venlo
verplichtingen en betuttelingen.”
De gemeentelijke organisatie werkt vanuit het
model van eigenaarschap en samensturing. De
Vrijwilligers aan het woord:
gemeente ‘ laat’ daadwerkelijk ruimte in het
“ De gemeente moet vooral
publieke domein en is duidelijk over deze
keuze. Loslaten betekent dat we accepteren
luisteren naar de vrijwilligers en
dat fouten gemaakt kunnen worden.
los laten. Geef vrijwilligers
c) Communicatie is en blijft een speerpunt;
speelruimte en beperk de
begrijpelijkheid en transparantie staan
centraal.
verplichtingen en betuttelingen.”
d) We blijven investeren in het ondersteunen
van maatschappelijke participatie. Wel
kijken we heel kritisch of de gemeentelijke ondersteuning gericht is op het bereiken van
wijkkracht en een terugtredende overheid.
Wie
Planning
Werkgroep
MP12
Medio ‘ 14
Communicatie
en afdeling
MO
Vanaf begin ‘ 15
a) Afd. MO en
inwoners
a) Start eind ‘ 14
C
O
N
C
E
P
T
III. Welke stappen gaan we zetten?
Stap
1. Andere houding gemeente: inwoners centraal
We willen eigenaarschap bij inwoners vergroten door ons als
gemeente anders op te stellen (zowel binnen het sociale als
het ruimtelijke domein): vanuit een waarderende
grondhouding en gericht op het wegnemen van
belemmeringen. De leden van de werkgroep
maatschappelijke participatie hebben hierbij een
ambassadeursrol.
a) We organiseren sessies op niveau van raad, bestuur en
directie gericht op het doorleven van de nieuwe houding,
en het delen van ervaringen.
b) We toetsen regels / beleid van de gemeente standaard op
functionaliteit en gevolgen voor de Venlose inwoners. We
herformuleren zo nodig onze regels tot doelregels, regels
die mogelijk maken.
c) We gaan bewust om met rollen: stimuleren (aanjagen en
belemmeringen wegnemen), faciliteren (ruimte en hulp
bieden aan bewonersinitiatief dat uit zichzelf ontstaat) of
coproduceren (op basis van gelijkwaardigheid).
2. We organiseren themacafés: in gesprek met onze
inwoners
We organiseren periodiek themacafés waar we onze
inwoners uitnodigen in gesprek te gaan met gemeentebestuur
en -ambtenaren. Bijvoorbeeld maandelijks, op wisselende
locaties in heel Venlo.
3. We stimuleren de methodiek wijkgericht werken
De methodiek wijkgericht werken wordt gemeengoed binnen
de gemeentelijke organisatie. De leefwereld van de inwoners
staat centraal, evenals het stimuleren en ondersteunen van
vitale gemeenschappen. De centrale vraag is: bemoeien we
ons er mee, vanuit welke rol en wat voegt dit toe?
a) Pilot. Om te oefenen met onze nieuwe rol, starten we
naast het reguliere werk in de wijk met twee pilots (Steyl
12
MP: maatschappelijke participatie
Wijkkracht in Venlo
22
C
O
N
C
E
P
T
en Klingerberg) waarbij we deze (proces)aanpak
toepassen vanuit de kracht van de wijk. En zo de
voorwaarden scheppen voor het werken met
buurtbudgetten. De stadsdeelmanagers sturen dit proces
b) Afd. MO en
aan en zijn een verbindende factor tussen de
inwoners
gemeentelijke organisatie en de wijken.
b) We ontwikkelen instrumenten van de wijk verder, samen
met onze inwoners:
 Dorps- en wijkontwikkelingsplannen.
 Wijk- en dorpsoverleggen / buurt- en
bewonersnetwerken.
 Bereiken van betrokkenheid van inwoners bij het
inzetten van geldstromen, zoals SAM fonds,
projectgelden, buurtbudgetten. Zoals beoordeling van
SAM-initiatieven door de Huizen van de Wijk
(inwoners).
Afd.
4. Communicatie
Vanuit de kapstok ‘ SamenZijnWijVenlo blijven we investeren in communicatie
enerzijds begrijpelijke en transparante informatieverstrekking
en anderzijds het gesprek met de wijk en haar inwoners.
a) We evalueren het bereik van de site SamenZijnWijVenlo
waar mensen initiatieven kunnen delen, en we zoeken
naar mogelijkheden voor een breder bereik, zoals
facebook, extra wijkkranten, etc.
23
Wijkkracht in Venlo
c)
b)Start begin ‘ 15
Start begin ‘ 15
7 Samenspel vrijwilliger en beroepskracht
I.
Ambitie: een goed samenspel tussen vrijwilliger en beroepskracht
Vrijwilligers aan het woord:
“ Een vrijwilliger moet altijd kunnen
rekenen op ondersteuning van een
beroepskracht. En de beroepskracht
moet de vrijwilliger niet als
concurrent zien. En ook niet
overvragen.”
De beroepskracht (h)erkent de autonomie
van gemeenschappen, en richt zijn
ondersteuning hierop in. Vrijwilligers en
beroepskrachten gaan met elkaar in
gesprek, werken optimaal samen en vullen
elkaar aan. Hierdoor kunnen zowel
vrijwilligers als beroepskrachten hun taken
goed en met voldoening doen. Er is sprake
van een gelijkwaardige en wederkerige
relatie tussen de buurt/gemeenschap,
maatschappelijke partners
(beroepskrachten) en gemeente.
Vrijwilligers aan het woord:
“ Een vrijwilliger moet altijd kunnen
rekenen op ondersteuning van een
beroepskracht. En de beroepskracht
moet de vrijwilliger niet als
concurrent zien. En ook niet
overvragen.”
C
O
N
C
E
P
T
II. Beleidsuitgangspunten
a) We gaan uit van een waarderende grondhouding van een beroepskracht in relatie tot de
wijk en haar inwoners:
- Een vrijwilliger kan altijd terecht bij een beroepskracht voor advies, ondersteuning of
professionalisering. En er is extra aandacht voor de begeleiding van kwetsbare
vrijwilligers.
- De beroepskracht richt zich in zijn ondersteuning op zelfstandigheid van de vrijwilliger of
het initiatief en spant zich in om initiatieven en mensen te verbinden zonder zelf de
verbindende factor te worden.
- We leggen geen taken op, maar laten inwoners de ruimte en verantwoordelijkheden die ze
zelf willen en kunnen dragen.
- Beroepskrachten nemen mantelzorgers en informele zorg serieus, en betrekken hen bij
de zorgverlening.
III. Welke stappen gaan we zetten?
Stap
1. Werkplaats gemeenschapsontwikkeling
Hoe kan de inzet van beroepskrachten zoals
opbouwwerkers, kwartiermakers, buurtcoördinator
woningcorporaties en stadsdeelmanagers) bijdragen aan het
ontstaan en behouden van zelfsturende gemeenschappen die
in staat zijn om hun eigen prioriteiten te stellen, met een eigen
buurtbudget? Om antwoord op deze vraag te krijgen starten
we een werkplaats gemeenschapsontwikkeling en
herformuleren we de rol van beroepskrachten in relatie tot
zelfsturende gemeenschappen. Doel is te komen tot
Wie
Planning
Afd. MO,
SLW,
kwartiermaker
s,
Welzijnswerk
en
woningcorpora
ties en
inwoners
Eind ‘ 14
Wijkkracht in Venlo
24
C
O
N
C
E
P
T
duidelijkheid over rollen en een methodisch instrumentarium
dat we gericht kunnen inzetten.
- We wisselen de ervaringen uit met andere werkplaats(en)
opbouwwerk in Noord Limburg. En we benutten de
ervaringen bij de pilots die vanuit de methodiek wijkgericht
werken worden opgestart in Steyl en Klingenberg,
uitgebreid met ervaringen uit Lomm, hier is reeds sprake
van een hechte gemeenschap.
2. Sociaal wijkteam en relatie met de wijk
We hebben blijvend aandacht voor de positie en focus van
het Sociaal Wijkteam in relatie tot de wijk en
gemeenschapsontwikkeling: wat draagt het wijkteam bij aan
de (draag)kracht van inwoners en wijken? En blijft het
wijkteam verbonden met de wijk? We willen inwoners een
stem geven in de wijkteams, bijvoorbeeld door enkele
inwoners te vragen te ‘ spiegelen’ : hiertoe organiseren we een
aantal sessies. Ook de vrijwilligers van Informatie&advies
betrekken we.
3. Richtlijn wijkkracht / vrijwilligerswerk
We stellen samen met partners een richtlijn op hoe we
omgaan met wijkkracht en maatschappelijke participatie
(waardering van vrijwilligers, wel/geen contract,
samenwerking op gebied van deskundigheidsbevordering).
Hiermee beogen we meer duidelijkheid voor vrijwilligers te
bereiken.
4. Aanbod training voor (zorg)vrijwilligers
Om de talenten en kwaliteiten uit de wijk te versterken of
verbreden stellen we trainingen beschikbaar voor
(zorg)vrijwilligers. We inventariseren het aanbod, wat is er al,
en waar is behoefte aan? En we nemen dit op bij onze
afspraken met partners.
5. We hebben aandacht voor eenzaamheid
Eenzaamheid is een onderschat probleem. Bijvoorbeeld bij
mensen met een beperking, mantelzorgers of oudere mensen
komt veel eenzaamheid voor. We willen (dreigend) sociaal
isolement en eenzaamheid zo vroeg mogelijk signaleren14, in
samenwerking met partners die kennis en ervaring hebben
met dit thema.
a) Mensen in de wijk kennen en helpen elkaar en hebben
oog voor eenzame buurtgenoten.
b) We versterken de samenwerking (Gemeente, Sociaal
Wijkteam, informele zorgpartners, woningcorporaties,
Huizen van de Wijk, verenigingsleven) om eenzaamheid
te signaleren. We zorgen zo nodig voor kennis of training
over dit thema. We stimuleren mensen die eenzaam zijn
zich in te zetten in de wijk of deel te nemen aan activiteiten
en zo een sociaal netwerk op te bouwen.
13
SWT13,
inwoners
Afd. MO,
partners
Eind ‘ 14
Gemeente
Venlo en
partners
Begin ‘ 15
a) Zie
hoofdstuk
2
a)
Zie
hoofdstuk 2
b)
Begin ‘ 15
b) Gemeente
, partners
en
inwoners
SWT: Sociaal Wijkteam
Soms is een Wmo-voorziening nodig om eenzame mensen te helpen. Dit wordt verder
beschreven in het beleidsplan decentralisaties sociaal domein: ‘ Een bijzondere tijd’ .
14
25
Wijkkracht in Venlo
8 Financiën: we faciliteren wijkkracht
De decentralisatieopgaven gaan gepaard met een enorme bezuiniging. Om onze
decentralisatieopgaven binnen de taakstelling uit te kunnen voeren, moeten we wijk- en
inwonerskracht benutten. Daarom blijven we middelen reserveren om wijkkracht en
maatschappelijke participatie te faciliteren. Zodat onze mantelzorgers en vrijwilligers de extra
belasting aan kunnen. Bovendien zijn de maatschappelijke kosten van niet-participeren veel
hoger dan uitgaven aan ondersteuning. Kortom, maatschappelijke participatie is niet
vanzelfsprekend, maar een proces waar we in blijven investeren.
8.1
Overzicht huidige gemeentelijke budgetten 2014
Er zijn verschillende middelen die direct of indirect worden besteed aan maatschappelijke
participatie. Hieronder de belangrijkste geldstromen (exclusief ambtelijke capaciteit) voor
2014; voor meerdere onderdelen zal dit in 2015 anders verdeeld zijn.
C
O
N
C
E
P
T
Domein
Vrijwilligersondersteuning
Ontwikkeling vrijwilligerswerk: verzekering
Ontwikkeling vrijwilligerswerk: budget waardering vrijwilligers (dit
wordt per 1-1-15 geïntegreerd met budget waardering mantelzorg
Mantelzorgsteunpunt Arcen, Velden, Lomm
Mantelzorgsteunpunt Venlo
Vrijwilligerszorg
Vrijwilligerscentrale Venlo
Buurtbemiddeling (woningcorporaties financieren € 18.000)
Wijk: SAM-fonds
Wijk: Projectgeld wijkoverleggen
Subsidieregels
Subsidieregels informele zorg
Subsidieregel ouderenorganisaties
Subsidieregel jeugdactiviteiten
Subsidieregel allochtone zelforganisaties
Subsidieregel geloofsgemeenschappen
Sport (jeugdsport, investeringen, activiteiten en sportgala)
Cultuur
* Bedragen zijn afgerond.
8.2
Subsidie 2014*
€ 21.000
€ 19.000
€ 10.000
€ 117.000
€ 103.000
€ 188.000
€ 27.000
€ 300.000
€ 100.000
€ 73.500
€ 13.000
€ 280.000
€ 8.000
€ 19.000
€ 240.000
€ 400.000
Financiële ruimte voor uitvoering van beleid maatschappelijke participatie
2015 e.v.
We blijven investeren in maatschappelijke participatie. Bij de uitwerking van de verschillende
voorgenomen acties, zal blijken wat de kosten zijn, en moet ruimte gezocht worden. Een deel
van bovengenoemde subsidiebedragen zal ook in 2015 gecontinueerd worden. Daarnaast
willen we de huidige en nieuwe budgetten zoals hierboven genoemd, zoveel mogelijk ontschot
organiseren.
In het eerste kwartaal van 2015 wordt een begrotingswijziging gemaakt waarin de middelen uit
de bestaande begroting (oude taken) en nieuwe middelen worden gekoppeld aan college- en
organisatie producten. Een afweging van onderstaande budgetten wordt hierin meegenomen.
Dekking voor nieuwe activiteiten moet grotendeels binnen de Wmo-middelen gezocht worden.
Wijkkracht in Venlo
26
Nieuw
Stimuleringsbudget waardering en ondersteuning vrijwilligers.
Budget mantelzorgcompliment (komt over van het Rijk).
Nieuwe subsidieregel maatschappelijke participatie. Deze
subsidieregel biedt een duidelijk kader voor subsidieaanvragen door
stichtingen of kleine organisaties gericht op:
- activiteiten die bijdragen aan de doelen van maatschappelijke
participatie.
- begeleiding of ondersteuning van kwetsbare vrijwilligers.
Bedrag 2015 e.v.
€ 10.000 per HvdW15
PM
*in 2014 was dit voor
Venlo € 46.155.
€ 150.000
Deze subsidieregel is bedoeld om initiatieven op het gebied van
maatschappelijke participatie te faciliteren. Tegelijkertijd willen we
steeds prikkelen om te zoeken naar bezuinigingsmogelijkheden en
andere financieringsvormen.
Actuele voorbeelden van activiteiten die onder deze subsidieregel
kunnen vallen zijn:
- Reanimatienetwerken in de wijk.
- Organisatie van maatschappelijke stages / stagebank.
C
O
N
C
E
P
T
Uitvoeringsaspecten beleid maatschappelijke participatie.
Buurtbudgetten: onderzoeken van de mogelijkheden.
Subsidies verenigingen.
15
HvdW: Huis van de Wijk
27
Wijkkracht in Venlo
PM
PM:
* bestuurlijke opdracht
‘ Uitwerken sturing op
wijkbudgetten’ .
PM:
* bestuurlijke opdracht
‘ Ondersteuning
verenigingsleven’ .
C
O
N
C
E
P
T
Bijlage I Gesprekken vrijwilligers en mantelzorgers, 21 en 28
mei 2014
Wijkkracht in Venlo
28
C
O
N
C
E
P
T
Bijlage II Gesprek Blericks verenigingsleven, 15 mei 2014
29
Wijkkracht in Venlo