Didactische kader rond STEM-onderwijs Beste leerkracht/ondernemer, In dit document worden u enkele didactische handvaten aangeboden die u kunt zien als richtlijnen voor goed STEM-onderwijs. STEM staat voor Science, Technology, Engineering en Mathematics. Deze handvaten zijn gebaseerd op eerdere literatuurstudies rond goed STEMonderwijs, het TOS211 gedachtengoed van de Vlaamse Overheid en het reflectie instrument ontwikkeld door de VLOR2. Het is de bedoeling deze handvaten toe te passen tijdens de lessen rond STEM en de bedrijfsbezoeken zodat alle betrokken partijen (leerlingen, leerkrachten en ondernemers) dezelfde taal spreken. 1. STEM-geletterdheid STEM-geletterdheid kun je zien als een unieke en dynamische samenwerking tussen ‘inzicht verwerven in STEM (de focus ligt hier vnl. op techniek en wetenschap’), ‘die inzichten gebruiken’ en ‘in context plaatsen’. We spreken van een unieke samenwerking omdat deze drie componenten bij elk individu anders doorwegen naar gelang de eigen talenten en de belangstelling. Doordat de drie componenten ook een invloed op elkaar hebben, spreken we van een dynamische samenwerking. We focussen ons uiteraard het meest op technische en wetenschappelijke geletterdheid en de denkvaardigheden die daarmee gestimuleerd kunnen worden. Wetenschappelijke geletterdheid gaat over het gebruiken van wetenschappelijke kennis, om vragen te stellen en om gefundeerde conclusies te trekken met als doel het begrijpen en helpen nemen van beslissingen over de natuurlijke omgeving. Voor de basisschool concreet betekent dit kennis hebben van wetenschappelijke concepten (vb. drijven en zinken, hefbomen, …) en onderzoeksvaardigheden gebruiken om wetenschappelijke problemen op te lossen. Enkele voorbeelden van zo’n wetenschappelijke problemen die kinderen in de basisschool oplossen vindt u op: http://www.p-reviews.be/2/ (geraadpleegd op 23/02/2014) 1 ste TOS21 is een eindrapport van techniek op school voor de 21 eeuw door de Vlaamse Overheid. http://www.ond.vlaanderen.be/nieuws/2008p/files/0827-tos21.pdf 2 VLOR: Vlaamse Onderwijsraad http://www.stemopschool.be/ 1 Volgens TOS21 moet een technisch geletterde beschikken over de competentie of bekwaamheid om inzicht te verwerven in de werking en het gebruik van technische realisaties en in staat zijn techniek in een bredere (maatschappelijke) context te plaatsen. Het spreekt voor zich dat techniek en wetenschappen hand in hand gaan en beide mekaar constant beïnvloeden. In het basisonderwijs komen techniek en wetenschap dan ook best geïntegreerd voor. Binnen het TOS21 kader stelt men dan ook voor om de fysische wereld te benaderen vanuit 3 invalshoeken, nl. ‘hanteren’, ‘duiden’ en ‘begrijpen’. De invalshoeken volgens TOS21: *Hanteren: De techniek gebruiken of maken. *Duiden: De werking, ontwikkeling en het gebruik van techniek verbinden met een context buiten de techniek zelf. *Begrijpen: Inzicht verwerven in het gebruik, de verwerking en de ontwikkeling van techniek. Daarnaast heeft STEM ook nog een sociaal kenmerk. STEM-geletterdheid stelt een individu in staat om een mening en antwoord te vormen op vragen die voor de samenleving van belang zijn. Zoals bijvoorbeeld ‘Is het verantwoord om wegwerpluiers te gebruiken?’ Of ‘Waarom neem ik mijn boterhammen in een brooddoos mee naar het werk of naar school?’ 2. Didactische handvaten voor goed STEM-onderwijs 2.1 Context onderwijs zowel in de klas als daarbuiten A/ Wat? Uit onderzoek (De Bruycker, De Lange, Merckx en Van Houte, 2013, p. 40) is gebleken dat het voor leerlingen heel belangrijk is dat de context waarin ze STEM-onderwijs krijgen betekenisvol, authentiek en realistisch moet zijn. Daarmee wordt bedoeld dat wanneer kinderen in contact komen met inzichten van het STEM-onderwijs, dit in alledaagse ervaringen moet zijn en in zaken die voor hen herkenbaar zijn. Als we het logistieke proces (zie bijlage 1) gebruiken bij de context van de bedrijven, kunnen we de kinderen vragen stellen die hen laten nadenken over producten die ze dagelijks gebruiken zoals bijvoorbeeld tandpasta, shampoo, melk, hun koek tijdens de speeltijd, … Vanwaar komen die producten? Hoe zou dat gemaakt worden? Van wat zou dat gemaakt worden? … Op de generieke tool ‘Logistiek proces’ in bijlage zijn ook dergelijke vragen terug te vinden per onderdeel (aankoop, productie en levering). Deze kunnen gelinkt worden aan producten uit de eigen leefwereld van de kinderen waardoor het voor hen concreet en begrijpbaar is. Let er op dat u dit zowel in de klas doet, als tijdens het bedrijfsbezoek. De overeenkomsten zullen ervoor zorgen dat de informatie beter blijft hangen bij de kinderen. 2 Dit kan speels a.d.h.v. filmpjes, concept cartoons, afbeeldingen, materialen, … Dit activeert de kinderen van bij het begin! Ook tijdens de rondleiding moet worden stilgestaan bij de authentieke context van het bedrijf voor wetenschap en techniek. Dus ook hier gaan we de drie stappen van het logistieke proces afzonderlijk benaderen m.b.v. gerichte vragen. B/ Concreet voorbeeld waarbij de bedrijfscontext in de klas wordt gebracht Rijzen U gaat met uw leerlingen op bedrijfsbezoek naar de industriële bakkerij Ranson-Cannière in Tielt. Daar leren de kinderen dat de ingrediënten voor de broden, taarten, … bij verschillende leveranciers worden aangekocht. Eenmaal alle ingrediënten aanwezig zijn in het bedrijf, gaan ze alles volgens een bepaalde hoeveelheid samenvoegen in het productieproces. Grote machines kneden het brood, er wordt water, gist, bloem, … toegevoegd en daarna kunnen de broden in de oven om te bakken. Als ze uit de oven komen, worden ze in broodzakken verpakt, in bakken verzameld en klaargemaakt voor vervoer naar de klant. Een chauffeur vertelt de kinderen hoe het leveringsproces juist in elkaar zit. Ze horen waar die broden allemaal naartoe gaan en hoe dat allemaal gebeurt. Achteraf laat u de kinderen in de klas nadenken over de ingrediënten van een brood en waar die allemaal vandaag komen. Het zou bijvoorbeeld een goed idee zijn om de kinderen in verschillende groepjes het principe van gist die rijst te laten onderzoeken. Materiaal -5 bekers of maatcilinders (genummerd) -actieve gist (bakkers-, wijn- of biergist) -lauw water -5 ballonnen -suiker, zout Hier gaan de leerlingen zelf een soort van productieproces uitvoeren. Meng bloem, water, gist en wat suiker en giet dit in een maatcilinder. Plaats een ballon over de maatbeker en wacht een halfuurtje. De ballon zal traag opzwellen. Wat zal er gebeuren? Waarom denk je dat? … Het is een leuk idee om daarna kleine broodjes te bakken in de klas. De ene helft met gist en de andere helft zonder. Wat is het verschil? Hoe komt dat nu? … Leveringsproces Terwijl de broodjes bakken en afkoelen, gaan ze zelf een verpakking ontwerpen voor hun broodje. Die mag niet te groot zijn, goed voor voeding, hersluitbaar, … 3 Leerkansen - Ontdekken van het concept rijzen. Dat een stof als gist na samenvoeging gaat rijzen. - Kansen voor een open onderzoek waarbij kinderen kunnen voorspellen, hypothesen formuleren, data verzamelen en voorstellen. - Door deze manier van werken, komt het logistieke proces (aankoop, productie en levering) terug aan bod net zoals in het bedrijf. Bron: http://www.etenschappen.be/aan_de_slags/10/original/Actief_in_de_klas_BROOD.pdf (geraadpleegd 23/02/2014) C/ Het belang van de begeleider om het denken bij kinderen te stimuleren Als begeleider is het belangrijk om na te denken over het soort vragen dat je kan stellen aan kinderen. Stel vooral leerlinggerichte vragen. Bij deze vragen ben je benieuwd hoe leerlingen denken. Dit zijn vragen die het denkproces bij kinderen op gang brengen. Voorbeelden hiervan zijn Waarom en hoe vragen. Vb. Waarom doen we gist bij brood? Of. Hoe komt het dat een brood rijst? Bij leerkracht gerichte vragen krijgen kinderen dan veel minder de ruimte om te denken. Vb. Wat is gist? Dit zijn dus minder interessante vragen. Enkele belangrijke reflectievragen omtrent contextgericht STEM-onderwijs. - Op welke manier sluit de context aan bij de belevingswereld van de leerlingen? - Welke mogelijkheden zie je om een transfer te maken met andere contexten? - Op welke manier wordt ingegaan op de voorkennis van de kinderen? - Zijn de contexten stimulerend genoeg om tot bepaalde inzichten te komen? 2.2 Het belang van een onderzoekende houding A/ Wat? Het is niet zo eenvoudig om in één zin te bevatten wat onderzoekend leren juist inhoudt. In een document van de Europese Commissie vinden we volgende uitgebreide definitie terug: “Onderzoek is het intentioneel proces van het uiteenrafelen van problemen, bekritiseren van experimenten, zoeken naar alternatieven, plannen van onderzoeken, onderzoeken van veronderstellingen, zoeken naar informatie, construeren van modellen, bespreken met collega’s en het vormen van coherente argumenten.” Het spreekt voor zich dat onderzoeken het best lukt wanneer het op een systematische manier kan gebeuren. Men spreekt daarom van een onderzoekscyclus als middel om het onderzoek te sturen in de juiste richting. (zie verder) 4 Op het niveau van leerlingen kunnen we stellen dat ze een probleem voorgeschoteld krijgen dat ze uitdaagt om samen een oplossing of verklaring te bedenken door het voeren van onderzoek. Ze gaan dus d.m.v. onderzoek een verklaring zoeken voor een gesteld probleem en dit uitproberen. B/ Concrete voorbeelden Op volgende link vindt u enkele voorbeelden van onderzoekend leren. http://techniektoernooi.nl/landelijk/uitdagingen-lesbrieven/ (geraadpleegd op 23/02/2014) In deze lesbrieven worden kinderen d.m.v. vragen en uitdagingen aangezet en gestimuleerd om te onderzoeken binnen een context waarin zowel techniek als wetenschap samenkomen. Dit zijn enkele voorbeelden van zo’n leerlinggerichte vragen bij de afvalband van groep 5&6: Hoe kunnen we ijzer van het ander afval scheiden? Hoe kunnen we kranten van het ander afval scheiden? Hoe werkt een lopende band? … In volgende filmpjes gaan kinderen in de klas een onderzoekend leren: http://www.youtube.com/watch?v=kgjSAQcDkXU (geraadpleegd op 20/02/2014) http://www.youtube.com/embed/zYiqQYuXhuw?autoplay=1 (geraadpleegd op 20/02/2014) Op dit adres, vindt u enkele duidelijke voorbeelden van contextgericht onderwijs. http://www.stemopschool.be/basisonderwijs/wat/concept-context/q/welke-manier-sluit-contextbelevingswereld-leerlingen/concretisering (geraadpleegd 23/02/2014) Zoals eerder vermeld is het voorbeeld op volgende site ook heel interessant! http://www.p-reviews.be/2/ (zie dagelijkse inname voor de praktijk) (geraadpleegd op 20/02/2014) C/ Het belang van de leerkracht als begeleider Bij onderzoekend leren is het heel belangrijk dat de leerkracht zich goed heeft ingewerkt in de inhoud van het lesonderwerp. Op die manier is het mogelijk om de onderzoekscyclus die u hieronder vindt, te gebruiken tijdens het begeleidingsproces om er optimale resultaten uit te halen. 5 Onderzoekscyclus 1) Verkennen van het materiaal. Wat is het probleem? 2) Hoe gaan we dit onderzoeken? (wetenschap) Of hoe gaan we dit repareren, ontwerpen, bijsturen, … (techniek) Wat zal er gebeuren en waarom? (hypothese) Wat wil ik bekomen? Heb ik een plan nodig? 3) Uitvoeren van het onderzoek (in geval van wetenschap). Of ontwerpen van een technische realisatie (in geval van techniek). 4) Ben ik tevreden over mijn resultaat? Heb ik een antwoord op mijn vraag? Tijdens dit proces zullen bepaalde stappen hernomen moeten worden om tot een optimaal resultaat te komen. Dit stappenplan dient als ondersteuning voor de leerkracht tijdens het begeleiden van het onderzoeksproces van de leerlingen. Doorheen het hele proces is de begeleiding door de leerkracht van groot belang! Dit kan het best door gebruik te maken van een operationele vraagstelling. Dit zijn vragen die de kinderen uitnodigen om iets te doen dat hen een antwoord zal opleveren. (Bijvoorbeeld: Wat zal er gebeuren als je de olie bij het water giet?) Men spreekt ook vaak van leerling gericht vragen (heel dikwijls ‘waarom’ vragen). Je bent benieuwd hoe leerlingen denken. Zie ook het document in bijlage met onderzoeksvragen voor in de klas. Hier vindt u vragen per fase van de onderzoekscyclus. Vb. Waarom denk je dat je gist moet toevoegen bij het bakken van een brood? Waarom denk je dat papa sneller beneden zal zijn met de slee dan zijn zoontje? Het zijn dus vragen waarin kinderen veel meer ruimte krijgen om te denken dan bij leerkrachtgerichte vragen (heel dikwijls ‘wat’ vragen). Vb. Wat is gist? In bijlage vindt u een blad opgesteld door het Expertisecentrum Wetenschappelijk Denken’ met mogelijke vragen bij de verschillende stappen van de bovengenoemde onderzoekscyclus. 6 3. Belangrijke randvoorwaarden bij STEM-onderwijs Er is al heel wat onderzoek (De Bruyker et al, 2013, p. 83) geweest naar coöperatief leren. Daaruit blijkt dat deze manier van leren heel wat voordelen heeft voor de motivatie, de betrokkenheid, het zelfvertrouwen en de onderlinge relaties tussen de leerlingen. - Kies voor heterogene groepen in functie van effectieve communicatie tussen leerlingen en leerkracht. Dit verbetert de sociale competenties van alle deelnemers. Hou rekening met de diversiteit van de leerlingenkenmerken: aanleg, capaciteiten, elders verworven competenties, interesses, socio-economische achtergrond, thuistaal, etnische achtergrond, geslacht, leerachterstand, … . - Blijf de kinderen motiveren in hun denkprocessen en sta open voor hun ideeën, antwoorden, vragen, … - Neem een coachende en ondersteunende rol aan. Begeleid de kinderen a.d.h.v. een goeie vraagstelling (open en operationele vragen) in de juiste richting. Laat ze vooral zelf ontdekken. - Durf te kiezen voor discussie of debat! Dit bevordert het conceptueel en kritisch denken van de kinderen, ze leren wetenschappelijk en technisch taalgebruik en het stimuleert hun sociale en communicatieve vaardigheden. - Werk in een authentieke context die kindnabij is! - Zie STEM-onderwijs niet als een technische les wereldoriëntatie. Het is geen klassiek onderwijs waarbij de leerkracht vertelt en de kinderen luisteren. Laat de kinderen onderzoeken, bespreken, ontdekken, verwoorden, … Als leerkracht ga je hen alleen maar leiden in de goede richting. - Aandacht voor gender. Wijs erop dat er heel wat vrouwen betrokken zijn bij beroepen in STEM. Het is daarom bijvoorbeeld een goed idee om het bedrijfsbezoek te laten leiden door een vrouwelijke werknemer. Als dit niet mogelijk is, wijs dan op hun aanwezigheid in het bedrijf doorheen het volledige proces. 7 Bronnenlijst: Van Houte, H., Merckx, B., De Lange, J., & De Bruycker, M. (2013). Zin in wetenschappen, wiskunde en techniek. Leerlingen motiveren voor STEM. Leuven: Acco. Van De Keere, K., & Vervaet, S. (2013). Leren is onderzoeken: aan de slag met wetenschap in de klas. Leuven: Lannoo Campus. Departement Onderwijs & Vorming, Departement Economie Wetenschap & Innovatie. (2008) TOS21. Technische geletterdheid voor iedereen. Eindrapport van Techniek op school voor de 21ste eeuw. Reflectie instrument VLOR: www.stemopschool.be (geraadpleegd op 20 februari 2014) http://www.p-reviews.be/2/ 8 Bijlagen 1/ Logistiek proces – generieke tool 9 2/ Mogelijke vragen bij de verschillende stappen van de onderzoekscyclus 10 11 LOGISTIEK BEDRIJFSPROCES AANKOOP VERWERKING LEVERING Particulieren grondstof grondstof Verzamelde grondstoffen Verwerkings-/productieproces binnen het bedrijf in verschillende stappen. KMO’s Afgewerkt product verbruikers multinationals grondstof …. grondstof -Waar komen de grondstoffen vandaan? -Zijn deze grondstoffen oneindige bronnen? - Is er veel personeel nodig voor dit proces? - Welke jobs worden hierdoor gecreëerd? En dus ook welke talenten? - Bandwerk? Veel mechanica/handwerk? -Hoe worden ze tot bij het bedrijf gebracht? - Werkt het bedrijf ecologisch? -Hoe lang duurt dit? - Gebruikt men zonne-energie, windenergie, … ? - Welke jobs worden hierdoor gecreëerd? In deze fase krijgen de leerlingen zicht op het volledige proces die alle grondstoffen doorlopen tot afgewerkt product. -Hoe worden de afgewerkte producten van het bedrijf naar hun bestemming gebracht? -Duurt dit lang? - Welke jobs worden hierdoor gecreëerd? -Wat wordt er gedaan op vlak van marketing voor de producten? (reclame) Voorbereiding van het bedrijfsbezoek in de klas Algemene info Tijdens deze eerste inleidende les, maken de kinderen kennis met het logistiek proces van één bepaald bedrijf met de nadruk op de 3 belangrijkste stappen. De aankoop van grondstoffen, het productieproces en het leveren van afgewerkte producten. Hier maken de leerlingen ook kennis met heel wat beroepen en talenten. De lessen erna vult u zelf in a.d.h.v. het bedrijf dat u later samen met uw eigen klas gaat bezoeken. Er zijn natuurlijk enkele richtlijnen hieronder die u kunt gebruiken als leidraad. Let er op dat u ook hier de drie belangrijkste bedrijfsstappen aan bod laat komen samen met de talenten en beroepen van de medewerkers. Inleidende les rond STEM-onderwijs - Spel Beste leerkracht, Er werd voor u een bedrijfsspel bedacht waarin de drie grote stappen binnen een pizzabedrijf worden behandeld, nl. de aankoopafdeling, het productieproces en de leveringsafdeling. Stap voor stap gaat u samen met uw leerlingen op ontdekking. Ze gaan samenwerken, overleggen, opzoeken, … en proberen op die manier om met grondstoffen, de afgewerkte pizza bij de juiste klant te leveren. In de handleiding vindt u alle info, materialen, tips, … terug die u als leerkracht zullen helpen om dit spel te begeleiden en er zo een optimaal rendement uit te halen. Alles wordt stap voor stap uitgelegd en besproken. Er staan richtvragen in die u zullen helpen om de klasgesprekken te sturen. Alle fiches (aankoop en leverancier, bestelbonnen, …) zijn reeds opgemaakte sjablonen en kunnen door u worden afgeprint voor het spel. Alvast veel spelplezier! Richtlijnen voor leerkracht verder verloop lessen STEM-onderwijs Beste leerkracht, U hebt ondertussen het inleidende spel gespeeld met uw leerlingen. Hierbij maakten ze reeds kennis met de aankoop, productie en levering van het pizzabedrijf ‘Dolce Pizza’. Als ook met de talenten en beroepen binnen deze processen. Binnenkort gaat u met de kinderen op bedrijfsbezoek naar een echte firma. Dit alles zal dus heel concreet worden voor hen. Om ze hierop voor te bereiden is het belangrijk om samen alles al eens door te nemen. Hiervoor gebruik je best het sjabloon ‘Logistiek bedrijfsproces’. U kunt dit samen met de leerlingen aanvullen of ervoor kiezen om dit al vooraf zelf te doen en samen met hen te overlopen. 1/ Inleiding Vertel de kinderen naar welk bedrijf ze op bezoek gaan. Bespreek kort met hen a.d.h.v. enkele vragen. * Kent iemand het bedrijf? * Kunnen jullie uit de naam afleiden wat ze daar maken/doen? Laat de kinderen vertellen wat ze weten. 2/ Aankoopproces Leg het woord grondstoffen uit. Laat de kinderen zelf tot het besef komen dat de grondstoffen naar het bedrijf worden gebracht en niet zomaar aanwezig zijn. Verwijs hierbij naar de ingrediënten die ze moesten aankopen voor hun pizza. Maak nu de link met het bedrijf dat ze gaan bezoeken. Stel hierbij volgende vragen: * Waar komen de grondstoffen vandaan? * Zijn dit oneindige/onuitputbare bronnen? * Hoe worden die tot bij het bedrijf gebracht? * Hoe lang duurt dat? * Welke werknemers spelen hierbij allemaal een rol? (aankoopdienst, chauffeurs, …) *… 3/ Verwerkingsproces Doorloop hier het volledige proces met alle stappen tot afgewerkt product. Verwijs hierbij naar het proces dat ze volgden om de pizza van de bestelbon te maken. Maak nu de link met het bedrijf dat ze gaan bezoeken. Stel hierbij volgende vragen: * Wat gebeurt er eerst denken jullie? Wat daarna? … * Is er veel personeel nodig voor dit proces? * Welke jobs worden hierdoor gecreëerd? En dus ook welke talenten? * Bandwerk? Veel mechanica/handwerk? *Werkt het bedrijf ecologisch? *Gebruikt men zonne-energie, windenergie, … ? *… 4/ Leveringsproces Het product is nu afgewerkt. Wat moet er nu gebeuren? Verwijs hierbij naar de verpakking en het leveringsproces van de pizza aan de klanten over de hele wereld. Bespreek ook de vervoerswijze. Maak nu de link met het bedrijf dat ze gaan bezoeken. Stel hierbij volgende vragen: * Hoe worden de afgewerkte producten van het bedrijf naar hun bestemming gebracht? * Duurt dit lang? * Welke jobs worden hierdoor gecreëerd? *Wat wordt er gedaan op vlak van marketing voor de producten? (reclame) 5/ Algemeen Ondertussen kunnen de kinderen de processen, beroepen en talenten goed en zijn ze klaar voor het effectieve bezoek. Maak met hen de nodige afspraken i.v.m. veiligheid, vervoer, ... Het is altijd interessant als er wat vragen voorbereid worden in de klas om mee te nemen naar het bezoek! Het zou ook leuk zijn moesten jullie met de klas een kleine attentie voorzien voor het bedrijf als bedanking voor het bezoek! Dit kan een zelfgemaakte kaart zijn met jullie namen, een knutselwerkje dat met het bedrijf te maken heeft, … Laat jullie fantasie werken. Een informatief spel voor de 3de graad van het lager onderwijs over het logistieke proces van pizza’s. Inhoudstafel 1. Spelkenmerken ____________________________________ 2 2. Spelmateriaal _____________________________________ 3 3. Voorbereiding _____________________________________ 4 3.1 Spelmateriaal klaarzetten _______________________ 4 3.2 Groepsverdeling ______________________________ 4 4. Spelverloop _______________________________________ 5 4.1 Inleiding _____________________________________ 5 4.2 Rolverdeling __________________________________ 5 5. Speluitleg ________________________________________ 6 5.1 Aankoopspel __________________________________ 6 5.2 Productiespel _________________________________ 8 5.3 Leveringsspel _________________________________ 9 6. Nabespreking ____________________________________ 10 7. Besluit __________________________________________ 10 8. Bronnen _________________________________________ 11 9. Bijlagen _________________________________________ 11 1 1. Spelkenmerken Thema Het logistieke proces van pizza’s. Doel - De spelers ervaren de drie belangrijke stappen binnen een bedrijf. Het aankoopproces, het productieproces en het leveringsproces. - De spelers weten dat er verschillende talenten en beroepen nodig zijn om dit hele proces te ondersteunen. Doelgroep 3de graad lager onderwijs (5de – 6de leerjaar). Spelers 4 – 30 spelers. Spelbegeleiders 1 spelbegeleider. Duur van het spel 50 minuten Accommodatie Dolce Pizza speel je in een klaslokaal. Voorzie voor elk groepje een tafel met voldoende stoelen. Voorzie vooraan in de klas 6 genummerde plaatsen waar ze hun grondstoffen/ingrediënten bij de leverancier kunnen halen. Plan Groep 1 leverancier 1 Groep 2 leverancier 2 Groep 3 leverancier 3 Groep 5 leverancier 4 Groep 4 leverancier 5 Groep 6 leverancier 6 2 2. Spelmateriaal Aankoopspel - 1 dobbelsteen per groepje. - 1 bestelbon per groepje. - 1 leveranciersblad per groepje. (Indien niet geprojecteerd in de klas.) - 1 aankoopfiche om hun gedobbelde aankopen/ingrediënten te turven per groepje. Productiespel - 1 leveranciersblad per groepje. (Indien niet geprojecteerd in de klas.) - De ingevulde aankoopfiche met gedobbelde ingrediënten per groepje. - De ingrediënten bij de verschillende leveranciers. (kaartjes) Tip: Knip de pizzabodems, tomatensauzen en andere ingrediënten (kaartjes) vooraf uit. Voorzie ook voldoende ingrediënten per leverancier, aangezien leerlingen van verschillende bedrijven naar dezelfde leverancier moeten voor hun aankopen. Leveringsspel - De afgewerkte bestelbon. - De afgewerkte pizza. - Wereldkaart (geprojecteerd of het exemplaar aanwezig in de klas) - 1 atlas per groepje. - Gekleurde pion of magneet om op wereldkaart aan te duiden - Ranking (voor leerkracht/begeleider) - Foto’s fabrieken vroeger en nu 3 3. Voorbereiding 3.1 Spelmateriaal klaarzetten - Voorzie voor elke groep een afzonderlijke tafel met voldoende stoelen. - Leg op elke tafel een dobbelsteen klaar. - Leg op elke tafel een leveranciersfiche (Als u die projecteert aan het bord, is dit niet nodig.) - Leg op elke tafel een aankoopfiche waarop ze kunnen turven. (Tip: Print dit sjabloon af op een blad in het kleur van hun bedrijf om verwarring te voorkomen.) - 2 verschillende balpennen (ander kleur) - 1 bestelbon 3.2 Groepsverdeling - Maak vooraf groepen van 3, 4 of 5 leerlingen naargelang de grootte van de klasgroep. - Maak maximum 6 teams. Aantal leerlingen 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 Team geel 3 4 4 4 4 4 4 4 5 5 5 5 5 5 5 5 5 Team groen 3 3 4 4 3 4 4 4 4 5 5 5 4 5 5 5 5 Team blauw 3 3 3 4 3 3 4 4 4 4 5 5 4 4 5 5 5 Team rood 3 3 3 4 4 4 4 5 4 4 4 5 5 Team oranje Team roze 4 4 4 4 5 Let op! Zorg dat er geen teams van 3 leerlingen spelen tegen teams van 5 leerlingen. (zie tabel) 4 4. Spelverloop 4.1 Inleiding De spelbegeleider/leerkracht vertelt: “ Vandaag zijn jullie geen leerlingen. Jullie worden werknemers in verschillende pizzabedrijven. Jullie gaan per groep zelf pizza’s maken en die naar de klant brengen.” Verdeel de spelers in teams. Geef ze elk een sticker, armbandje, stip op de hand, … met de teamkleuren. (zie tabel 3.2) “Er zijn … pizzabedrijven met … medewerkers.” 4.2 Rolverdeling De spelbegeleider/leerkracht vertelt: “De werknemers van het pizzabedrijf doen natuurlijk niet allemaal hetzelfde. We gaan dus drie belangrijke stappen doorlopen waarbij jullie telkens iets anders zullen doen.” “Wat zal je op de aankoopafdeling van je pizzabedrijf doen?” Aankopers bestellen de grondstoffen/ingrediënten volgens de bestelbon bij de juiste leverancier. “Wat zal je op de productieafdeling van je pizzabedrijf doen?” Productiemedewerkers stellen volgens de bestelbon, de juiste pizza samen. “Wat zal je op de leveringsafdeling van je pizzabedrijf doen?” Leveringsmedewerkers leveren de pizza af aan een klant ergens in de wereld. Tips - Geef extra uitleg bij moeilijke begrippen indien nodig. (bijvoorbeeld: leverancier, grondstof, …) - Vertel de kinderen dat ze met hun groepje samen alle drie deze stappen één voor één zullen doorlopen. Ze werken dus eerst samen op de aankoopafdeling, gaan daarna naar de productieafdeling en zullen ook samen de pizza leveren. 5 5. Speluitleg Hoe leg je het spel uit? - Leg het eerste spel, het aankoopspel, uit met één groepje aan hun tafel. Laat de rest van de kinderen kijken terwijl je het spelend uitlegt. Daarna gaan de kinderen elke met hun eigen groepje het aankoopspel spelen. 5.1 Aankoopspel Speldoel Elke aankoper/leerling bestelt volgens de bestelbon van de pizza de nodige ingrediënten bij de juiste leverancier. Spelverloop Elke speler bekijkt de bestelbon op de tafel. Daar lezen ze welke soort pizza klanten bij hun bedrijf besteld hebben. Om deze pizza te maken, moeten ze de nodige ingrediënten verzamelen. De jongste speler start met gooien. Elk om beurt gooit een aankoper/leerling met de dobbelsteen. Het aantal ogen dat ze gooien, toont bij welke leverancier ze kunnen bestellen op de leveranciersfiche. - Op de aankoopfiche zetten ze een streepje bij het ingrediënt dat ze bij een bepaalde leverancier zullen kopen voor de pizza op hun bestelbon. Dit doen ze tot ze alle ingrediënten verzameld hebben voor één bepaalde pizza. Als dat gelukt is, mogen ze een tweede bestelbon en aankoopfiche nemen en hiervoor hetzelfde doen tot alle groepjes klaar zijn. Laat ze hiervoor wel met een ander kleur werken, dit houdt het overzichtelijk! De kinderen bestellen maar één maal de nodige ingrediënten per bestelbon. Dus één keer deeg, één keer tomatensaus, … Ze blijven dobbelen tot ze elk ingrediënt hebben verzameld. 6 Let op! We werken wel alleen maar verder met de eerste volledig afgewerkte bestelbon voor ons productie- en leveringsspel! De leerlingen helpen hierbij elkaar en werken samen om te controleren, te turven, te noteren, … . 7 Afronden Van zodra de ronde afgewerkt is en elke groep alle ingrediënten voor minstens één bestelbon heeft verzameld/geturfd, mag per afgewerkte bestelbon, één leerling vooraan de nodige ingrediënten (kaartjes) gaan ophalen bij de juiste leverancier. Met deze ingrediënten gaan ze terug naar de tafel van hun bedrijf. Let op! Voorzie voldoende kaartjes met de ingrediënten per leverancier. Bespreken van talenten en beroepen Het is natuurlijk heel belangrijk om de talenten en beroepen te linken aan het aankoopproces. Voer hierrond een kort maar krachtig klasgesprek met de leerlingen. Volgende vragen kunnen het gesprek op weg helpen: - Welke beroepen zou je kunnen terugvinden in het aankoopproces van ons pizzabedrijf? kok(s) om samenstellingen en smaken te testen, aankoopdienst (bureau), economist die vergelijkingen maakt naar prijs kwaliteit, chauffeurs die de grondstoffen naar het bedrijf brengen, … (Opmerking: de jobs hebben niet altijd rechtstreeks iets met pizza’s te maken! Zoals bijvoorbeeld een economist). - Wat houden de beroepen juist in? Wat is de taak van die mensen? De mensen op de aankoopdienst moeten zorgen dat het bedrijf niet zonder grondstoffen geraakt zodat ze kunnen blijven werken, de chauffeurs zorgen ervoor dat het bedrijf de grondstoffen ter beschikking krijgt, een economist gaat na of de prijs na kwaliteitscontrole voordelig genoeg is om bij de verkoop nog winst te maken, de koks creëren verschillende smaken en testen die, … - Moet je een bepaald talent hebben om dat beroep uit te oefenen? Zo ja, welke? Koks moeten creatief en vernieuwend zijn, mensen op de aankoopdienst zijn punctueel, ordelijk en hebben een goed overzicht, economisten zijn goed met cijfers, … - Is er een beroep dat je leuk vindt? Waarom? Waarom niet? Leg hier ook de link met het bedrijf dat jullie binnenkort samen gaan bezoeken! - Hoe zit dat bijvoorbeeld bij het bedrijf Loveld? - Welke beroepen zul je daar tegenkomen? Dezelfde als in ons pizzabedrijf? Leg hierbij ook de link met het sjabloon ‘Logistiek proces’. Overloop de stappen van het aankoopproces met de beroepen en talenten a.d.h.v. het sjabloon. 8 5.2 Productiespel Speldoel De productiemedewerkers/leerlingen stellen volgens de bestelbon van de pizza de passende pizza samen. Spelverloop De bestelbonnen vermelden de pizza’s die de klanten hebben besteld. De spelers hebben alle ingrediënten verzameld en moeten nu alleen nog de juiste pizza samenstellen. Bespreek kort voor het spelen “Wat ga je eerst doen?” Het deeg nemen. “Wat moet er daarna op de pizza?” De tomatensaus. “Daarna?” De kaas. “En als laatste?” De soorten beleg afhankelijk van de bestelling. (olijven, ham, kazen, …) Laat de kinderen nu in groep de pizza beleggen met de verzamelde ingrediënten. Zou dit in het bedrijf ook met de hand gebeuren? Vroeger waarschijnlijk wel, toen was er meer handenarbeid. Maar nu gebeurt bijna alles machinaal. (Toon/projecteer de foto’s van vroeger en nu van fabrieken. Zie bijlagen.) Afronden Ook hier gaan we de beroepen en talenten aan productieproces linken. Voer weer een kort gesprek met de leerlingen hierover. Lukte dit goed? Hoe ging de samenwerking? Volgende vragen kunnen het gesprek op weg helpen: - Zijn we nu volledig klaar? Kan de pizza nu al worden getransporteerd? Bespreek de verpakking van het product! Hoe en waarom? In plastic, in karton, … Dit moet voor de hygiëne, om alle ingrediënten op hun plaats te houden, om in te vriezen, … - Welke beroepen zou je kunnen terugvinden in het productieproces van ons pizzabedrijf? Mensen die de machines bevoorraden van grondstoffen, kwaliteitscontroleurs, verpakkers, … - Wat houden de beroepen juist in? Wat is de taak van die mensen? Er moet worden gezorgd dat alle machines voldoende grondstoffen bevatten om het productieproces op gang te houden, er moet dus constant aangevuld worden. Er moet gecontroleerd worden of alles wat op de pizza’s moet liggen er wel degelijk opligt, de pizza’s moet verpakt worden en gestapeld worden op paletten, … - Moet je een bepaald talent hebben om dat beroep uit te oefenen? Zo ja, welke? Voor het productieproces zijn heel wat mensen nodig met oog voor detail, die snel en efficiënt kunnen werken en die een oordeel kunnen vellen over wat goed is en wat niet. 9 - Is er een beroep dat je leuk vindt? Waarom? Waarom niet? Leg hierbij ook de link met het sjabloon ‘Logistiek proces’. Overloop de stappen van het productieproces met de beroepen en talenten a.d.h.v. het sjabloon. 5.3 Leveringsspel Speldoel Elke leverancier levert, volgens de afgewerkte bestelbon van een pizza, het product aan een klant in de wereld. De kinderen ontdekken hier de verschillende mogelijkheden. Spelverloop Bespreek kort de mogelijke vervoerswijzen met hun voor- en nadelen. - Vrachtwagen +: Kan rechtstreeks naar het bedrijf rijden, geschikt voor voeding (koelsysteem), geschikt voor afstanden binnen België en zelfs Europa. -: Druk verkeer kan vertraging geven, rusttijden van de chauffeurs moet worden gerespecteerd, kan minder transporteren dan de andere transportmogelijkheden, dieselprijs. - Trein +: Kan heel veel in één keer transporteren, snel en geschikt voor heel Europa, minder duur dan met een vrachtwagen en vliegtuig. -: Rijdt maar tot in de stations en niet naar de bedrijven rechtstreeks, afhankelijk van vaste uren van vertrek, niet altijd geschikt om voedsel koel te houden. - Vliegtuig +: Geschikt voor lange afstanden over de hele wereld, heel snel, geschikt voor voeding (koel), kan veel in één keer transporteren. -: Dure transportwijze, afhankelijk van vluchtschema’s, brengt de producten niet rechtstreeks tot bij het bedrijf. - Boot +: Geschikt voor lange afstanden over de hele wereld, kan heel grote hoeveelheden in één keer transporteren, goedkoper dan vliegtuig. -: Traag, brengt de producten niet vaak rechtstreeks tot bij het bedrijf (soms wel als ze bij de haven gelegen zijn), soms moet je hele grote omwegen nemen. Let op! Als je dus voor de trein, het vliegtuig of de boot kiest, moet je er altijd voor zorgen dat je producten aan boord van de trein, het vliegtuig of de boot geraken (meestal met de vrachtwagen) en bij aankomst ook bij het bedrijf zelf geraken!! (ook meestal met de vrachtwagen) 10 De spelers bekijken naar waar de pizza moet worden gebracht. (zie op de bestelbon) Geef elk bedrijf nu een atlas. Daarin gaan ze opzoeken waar het land van bestemming juist ligt. 1. 2. 3. 4. 5. 6. Frankrijk Brazilië Noorwegen Verenigde Staten China Rusland 7. Groenland 8. India 9. Zuid-Afrika 10. Verenigd Koninkrijk 11. Marokko Ze gaan nu kort samen bespreken voor welke vervoerswijzen ze kiezen en waarom. Projecteer daarna de wereldkaart van de link hieronder of gebruik een posterexemplaar uit de klas. bron: https://www.kaartenenatlassen.nl/eenvoudige-wereldkaart-kleur-733-11924 (geraadpleegd op 17/02/2014) Laat na enkele minuten, de leerlingen van elk bedrijf aan de andere groepjes vertellen waar hun pizza naartoe moet, voor welke transporten ze kiezen en waarom. Dit zal verschillen! Op die manier maken alle bedrijven en dus alle leerlingen kennis met de mogelijkheden en vooren nadelen van hun keuze. Er werd voor de begeleider/leerkracht een ranking gemaakt (zie bijlage ‘Ranking leveringsspel’). Op die manier kunnen ze 1, 2 of 3 punten verdienen naargelang hun keuze! Let op! Meerdere opties zijn mogelijk! Laat ze zelf uitleggen waarom ze voor één bepaalde optie kiezen en niet voor een andere. Laat elke groep/elk bedrijf een pion, magneet, … in het kleur van hun bedrijf plaatsen op de wereldkaart als hun keuze van transport werd besproken en goed bevonden door iedereen. Op die manier is hun pizza goed en wel bij de klant aangekomen en werkt hun bedrijf zoals het moet! Afronden Ook hier gaan we de beroepen en talenten bespreken. Volgende vragen kunnen het gesprek op weg helpen: - Welke beroepen zou je kunnen terugvinden in het leveringsproces van ons pizzabedrijf? Verpakkingscontroleurs, chauffeurs (vrachtwagen, trein, boot en vliegtuig), marketingmedewerkers om reclame te maken, … 11 - Wat houden de beroepen juist in? Wat is de taak van die mensen? De controleurs kijken of de verpakking stevig is, goed afgesloten, … De chauffeurs brengen het afgewerkt product naar de bestemming binnen een bepaalde tijd en marketingmedewerkers bedenken reclamecampagnes om het product aan te prijzen bij de mensen zodat ze het gaan kopen. (Opmerking: de jobs hebben niet altijd rechtstreeks iets met pizza’s te maken! Zoals bijvoorbeeld een marketingmedewerker). - Moet je een bepaald talent hebben om dat beroep uit te oefenen? Zo ja, welke? Controleurs moeten steeds aandachtig werken en streng zijn op de kwaliteit van de verpakking, chauffeurs zijn vaak ’s nachts onderweg en voor lange tijd, ze moeten dus goed hun eigen plan kunnen trekken onderweg en de tijdsdruk aankunnen. Marketingmedewerkers moeten creatief en vernieuwend zijn om telkens nieuwe dingen te bedenken. - Is er een beroep dat je leuk vindt? Waarom? Waarom niet? Leg hierbij ook de link met het sjabloon ‘Logistiek proces’. Overloop de stappen van het leveringsproces met de beroepen en talenten a.d.h.v. het sjabloon. 6. Nabespreking - “Welke drie grote stappen hebben we nu doorlopen met het pizzabedrijf?” Het aankoopproces, de productie en het leveringsproces. - “Welke beroepen komen er daarbij allemaal aan bod komen?” Aankoopproces: koks, mensen van de aankoopdienst, economisten, chauffeurs, … Productie: Werknemers die de machines bijvullen en bijstellen, kwaliteitscontroleurs, verpakkers, … Leveringsproces: Verpakkingscontroleurs, chauffeurs, marketingafdeling voor reclame, … - “Welke talenten hebben deze werknemers?” Aankoopproces: koks zijn creatief in smaken en vernieuwen die vaak of passen ze aan, economisten proberen om grondstoffen aan te kopen aan een goede prijs met een goede kwaliteit, ze zijn kritisch en vergelijken veel en chauffeurs brengen deze grondstoffen tot bij het bedrijf en kunnen goed om met tijdsdruk. Productie: Deze mensen staan in voor de kwaliteit van het product (de pizza’s). Ze moeten kritisch en aandachtig zijn tijdens hun job. Ook moeten ze vaak veel dingen op een korte tijd doen. Snelheid is dus ook van groot belang! Leveringsproces: Voor de pizza’s naar de klant vertrekken wordt alles nog een laatste keer gecontroleerd naar verpakking toe. Ook hier moet je telkens heel kritisch en streng tewerkt gaan. Iets wat niet voldoet aan bepaalde normen kan niet naar de klant gaan. Chauffeurs moeten vaak binnen een bepaalde tijd het afgewerkte product tot bij de klant brengen. Stressbestendigheid is dus niet te onderschatten! Marketingmedewerkers bedenken vaak nieuwe campagnes en reclamestunts. Dit zijn creatieve mensen met veel verbeelding en leuke ideeën! - “Hebben ze nieuwe zaken ontdekt die ze nog niet wisten.” - “Zouden ze zelf graag in zo’n pizzabedrijf werken? Waarom wel? Waarom niet?” -… 12 7. Besluit Dit spel is de basis voor de volgende lessen waarin de kinderen kennis gaan maken met het bedrijf dat ze binnenkort echt gaan bezoeken! Ook hier ligt de focus op de aankoop, productie en levering en dit in combinatie met de beroepen en talenten van de werknemers. Ze zullen dus heel wat zaken kunnen linken aan het pizzaspel dat ze al hebben gespeeld. Een goede basis hiervoor is het sjabloon met het logistieke proces. Dit kunt u aanvullen met het oog op het toekomstig bedrijfsbezoek en als houvast gebruiken doorheen de lessen. Er worden u natuurlijk nog richtlijnen gegeven als leidraad voor de volgende lessen. Maar die kunt u inhoudelijk zelf aanvullen naar keuze. Veel spelplezier alvast! 8. Bronnen Afbeeldingen – Geraadpleegd op 20 februari 2014 https://nl.123rf.com/photo_6792896_gelukkig-kaukasische-chef-kok-draag-een-pizza-pie-on-astove-shovel.html http://www.canstockphoto.nl/illustratie/leftover.html http://www.fotosearch.nl/clip-art/zwitsers-kaas.html http://www.fotosearch.nl/clip-art/paprika.html http://www.fotosearch.nl/clip-art/olijven.html http://www.juf2juf.info/Projecten/Herfst/paddenstoelen.html http://www.fotosearch.nl/clip-art/tomaat.html http://www.fotosearch.nl/clip-art/artisjok.html http://www.fotosearch.nl/clip-art/ananas.html http://www.fotosearch.nl/clip-art/aubergine.html http://www.fotosearch.nl/beeld-foto/hesp.html http://www.fotosearch.nl/beeld-foto/salami.html http://www.fotosearch.nl/beeld-foto/spek.html http://www.fotosearch.nl/beeld-foto/ansjovis.html http://www.fotosearch.nl/beeld-foto/zalm.html http://www.versvisje.nl/31-hollandse-gepelde-noordzee-garnalen.html http://www.fotosearch.nl/beeld-foto/mosselen.html http://www.wezooz.be/video-recepten/darmkanaal-uit-schaaldieren-verwijderen-scampi-gambarivierkreeft-langoustine 13 9. Bijlagen De bijlagen vindt u in het afzonderlijk bijgevoede documenten. - Sjabloon aankoopfiche - Sjabloon leveranciersfiche - Bestelbonnen - De ingrediënten per leverancier om uit te knippen. - De blanco wereldkaart - Foto’s vroeger en nu fabrieken - Ranking leveringsspel 14 Namen leerlingen:______________________ _____________________________________ _____________________________________ van het ________________ bedrijf: Vul jullie namen in en schrijf de kleur van jullie bedrijf op de streep. Gooi nu elk om beurt met de dobbelsteen. Gooi je 1, dan kijk je bij leverancier één. Gooi je 3, dan kijk je bij leverancier 3. Je mag telkens één streepje zetten naast het ingrediënt dat je bij die bepaalde leverancier zult kopen om de pizza op je bestelbon te maken. Leverancier 1 - Basis Pizzadeeg Leverancier 4 - Groenten Paprika’s Olijven Champignons Tomaten Artisjokken Ananas Aubergine Leverancier 2 - Saus Tomatensaus Leverancier 3 - Kazen Mozzarellakaas Gorgonzolakaas Pecorinokaas Roquefortkaas Parmezaanse kaas Leverancier 5 - Vlees Droge ham Gezouten ham Parmaham Salami Pikante salami Leverancier 6 - Vis Ansjovis Mosselen Garnalen Scampi’s Mozzarellakaas Gorgonzolakaas Pizzadeeg Tomatensaus Pecorinokaas Roquefortkaas Parmezaanse kaas Tomaten Garnalen Gezouten ham Olijven Aubergine Paprika’s Salami Droge ham Ananas Artisjokken Champignons Mosselen Pikante salami Parmaham Scampi’s Ansjovis Deeg Mozzarellakaas Tomatensaus Tomaten Bestemming: Brazilië Bron: http://www.bofra.nl/products-page/steenovenpizzas-categories/8508-20-pizza-margherita-29cm-20-x-400-gr/ (geraadpleegd 23/02/2014) Droge ham Droge ham Champignons Deeg Olijven Tomatensaus Artisjokken Bestemming: Marokko Mozzarellakaas Bron: http://www.fffood.ch/en/produkte/kategorien/Pizza.php (geraadpleegd 23/02/2014) Mozzarellakaas Deeg Gorgonzolakaas Pecorinokaas Tomatensaus Roquefortkaas Bestemming: Zuid-Afrika Bron: http://www.nasze-wina.pl/nw/pages/xxxiv-panel/ (geraadpleegd 23/02/2014) Mozzarellakaas Deeg Salami Tomatensaus Olijven Bestemming: Groenland Bron: http://mybellavita.com/2008/08/morzello-from-catanzaro-uhm-uhm-maybe/ (geraadpleegd 23/02/2014) Mozzarellakaas Deeg Salami Tomatensaus Paprika’s Bestemming: China Bron: http://www.twitsnaps.com/zoom/24786 (geraadpleegd 23/02/2014) Mozzarellakaas Deeg Gezouten ham Tomatensaus Ananas Bestemming: Verenigde Staten Bron: http://vrieskoop.nl/diepvriesproducten/MAALTIJD_en_PIZZA/?merk=3%20pizzas (geraadpleegd 23/02/2014) Parmezaanse kaas Deeg Aubergine Tomatensaus Bestemming: India Bron: http://www.buttalapasta.it/articolo/ricette-estive-pizza-con-le-melanzane/19919/ (geraadpleegd 23/02/2014) Mozzarellakaas Deeg Mosselen Scampi’s Tomatensaus Garnalen Bestemming: Frankrijk Bron: http://liveanddiet.com/2013/09/pizza-frutti-di-mare-recipe-and-spritz-recipe.html (geraadpleegd 23/02/2014) Mozzarellakaas Deeg Champignons Tomatensaus Bestemming: Verenigd Koninkrijk Bron: http://www.bestellingaanhuis.nl/pizzeria-dolce-vita/menu (geraadpleegd 23/02/2014) Mozzarellakaas Deeg Olijven Tomatensaus Ansjovis Bestemming: Noorwegen Bron: http://www.dijkhuisandijk.nl/categorieen/pizzas/pizzas-met-vis/producten (geraadpleegd 23/02/2014) Mozzarellakaas Deeg Champignons Tomatensaus Parmaham Bestemming: Rusland Bron: http://piattidifelicita.cucinare.meglio.it/pizza-ai-funghi-e-prosciutto-crudo/ (geraadpleegd 23/02/2014) Leverancier 1 - Pizzadeeg Knip het pizzadeeg, de tomatensaus en de rest van de ingrediënten in dit document uit. Voorzie voldoende kaartjes naargelang het aantal groepen. Zo zal elke groep de pizza van op hun bestelbon volledig kunnen aanvullen. 1 Leverancier 2 - Tomatensaus 2 Leverancier 3 Kazen Mozzarellakaas Parmezaanse kaas Gorgonzolakaas Roquefortkaas Pecorinokaas Leverancier 4 Groenten Paprika’s Artisjokken Olijven Ananas Champignons Aubergine Tomaten Leverancier 5 Vlees Droge ham Pikante salami Gezouten ham Salami Parmaham Leverancier 6 Vis Ansjovis Mosselen Garnalen Scampi’s 3 Vroeger: Handenarbeid http://www.innl.nl/page/3523/nl (geraadpleegd op 11 maart 2014) http://gs-irev.webklik.nl/page/sfeerafbeeldingen (geraadpleegd op 11 maart 2014) http://gs-irev.webklik.nl/page/sfeerafbeeldingen (geraadpleegd op 11 maart 2014) http://www.autofans.be/nieuws/officieel/24714-belgische-autofabrieken-produceren-10-procent-minder-dan-vorig-jaar (geraadpleegd op 11 maart 2014) http://jobs.gva.be/dossierarticle/189/rizla--%E2%80%9Cachter-elk-vloeiblaadje-schuilt-een-vat-vol-technologie (geraadpleegd op 11 maart 2014) Ranking leveringsspel Beste leerkracht/begeleider, Per bestemming zijn er drie mogelijke antwoorden voorgesteld. De beste optie krijgt 3 punten, de minste optie krijgt 1 punt. Elke groep gaat op zijn beurt hun keuze voorstellen aan de klas. Naargelang hun keuze, krijgen ze 1, 2 of 3 punten. Opmerking! Kiezen ze iets anders dan de combinatie voor 3 of 2 punten, krijgen ze automatisch 1 punt. Bestemming 1. Frankrijk 2. Brazilië 3. Noorwegen 4. Verenigde Staten 5. China 6. Rusland 7. Groenland 8. India 9. Zuid-Afrika 10. Verenigd Koninkrijk 11. Marokko Punten 3 2 1 3 2 1 3 2 1 3 2 1 3 2 1 3 2 1 3 2 1 3 2 1 3 2 1 3 2 1 3 2 1 Transportkeuze Vrachtwagen Vrachtwagen – trein – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – trein – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – trein – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – vrachtwagen Vrachtwagen– boot – trein – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – trein – vrachtwagen Vrachtwagen Vrachtwagen – trein – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – trein – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – trein – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – trein – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – vrachtwagen Vrachtwagen – trein – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – vrachtwagen Vrachtwagen – vliegtuig – vrachtwagen Vrachtwagen – boot – trein – vrachtwagen Draaiboek voor de ondernemer Beste ondernemer, Hieronder vindt u tal van tips & tricks die u zullen helpen bij het begeleiden van een bedrijfsbezoek voor kinderen van het vijfde leerjaar. We mogen niet vergeten dat wat voor ons volwassenen soms heel duidelijk is, voor kinderen regelrecht Chinees kan zijn. Het is dus heel belangrijk om alles op kindermaat duidelijk te maken en vooral om de kinderen al doende te laten ontdekken wat er juist allemaal reilt en zeilt binnen uw bedrijf. Op die manier willen we de interesse bij kinderen voor techniek en wetenschap zoveel mogelijk stimuleren en hen laten inzien dat een bedrijf bijvoorbeeld meer is dan een fabriekshal en dat er ook heel wat talenten en beroepen binnen elk bedrijf te vinden zijn. Zoals algemeen geweten, is het aantal techniekers en wetenschappers momenteel schaars! Ook u hebt er dus baat bij om de kinderen van jongs af aan zoveel mogelijk te motiveren en enthousiast te maken voor STEM1. Want deze kinderen zijn de techniekers en wetenschappers van morgen en voor uw bedrijf! 1. Voor de rondleiding - Stel uzelf kort voor en wat uw functie is binnen het bedrijf, voor de rondleiding start. - Maak met de kinderen de nodige afspraken i.v.m. veiligheid, hygiëne, … en wijs op het belang ervan. - Zeg de leerlingen wanneer ze vragen zullen kunnen stellen. Mag dit tijdens de rondleiding of krijgen ze hier achteraf tijd voor? - Vertel hoe lang de rondleiding ongeveer zal duren. 2. Tijdens de rondleiding - Praat tijdens de volledige rondleiding over de beroepen die er zijn en de talenten waarover de werknemers beschikken (geduld, precisie, handig, creatief, nauwkeurig, sociaal, spreken, luisteren, …). De kinderen hebben in de klas al kennis gemaakt met beroepen en talenten. - De kinderen leerden ook al de drie belangrijke stappen binnen het bedrijf kennen. De aankoop van grondstoffen, het productieproces en de levering van afgewerkte producten. Let er op dat u deze drie stappen ook duidelijk afzonderlijk belicht tijdens het bedrijfsbezoek. U kunt uzelf hierbij telkens enkele vragen stellen. Deze vragen zullen vooraf in de klas ook al besproken worden. Ze helpen u om een globaal beeld van het hele proces te schetsen. Besteed hier telkens aandacht aan de verschillende beroepen die er zijn en de talenten die deze werknemers bezitten. (Zie sjabloon logistiek bedrijfsproces dat ze in de klas zullen zien.) 1 STEM spitst zich toe op Science, Technology, Engineering & Mathematics. * De aankoop van grondstoffen: Waar komen de grondstoffen vandaan? Zijn deze grondstoffen oneindige bronnen? Hoe worden ze tot bij het bedrijf gebracht? Hoe lang duurt dit? Welke jobs worden hierdoor gecreëerd? * Het productieproces: Is er veel personeel nodig voor dit proces? Welke jobs worden hierdoor gecreëerd? Welke talenten zijn hiervoor nodig? Is er veel bandwerk? Veel mechanica/handwerk? Werkt het bedrijf ecologisch? Gebruikt met zonne-energie, windenergie, … ? *De levering van afgewerkte producten: Hoe worden de afgewerkte producten van het bedrijf naar hun bestemming gebracht? Duurt dit lang? Welke jobs worden hierdoor gecreëerd? Wat wordt er gedaan op vlak van marketing voor de producten? (reclame) - Wijs ook op de aanwezigheid van vrouwen binnen het bedrijf. Het is zelfs een goed idee om een vrouwelijk personeelslid de rondleiding te laten geven of tijdens de rondleiding een vrouwelijke werknemer even aan het woord te laten. - Laat de leerlingen vooral zelf ontdekken! Laat ze iets uitproberen, maken, monteren, … Dit is de beste manier om kinderen te activeren voor techniek en wetenschap. Dit vinden ze ook veel boeiender dan de hele tijd luisteren. - Probeer om de rondleiding zo kindnabij mogelijk te houden door geen ingewikkelde chemische bewerkingen, formules, bedragen, gewichten, afmetingen, … op hen af te vuren. Dit kunnen ze nog niet voldoende inschatten. Hou het bij de essentie. 3. Aan het einde van de rondleiding - Geef de kinderen de kans om hun vragen te stellen. - Stel zelf de vragen “Wat vonden jullie niet leuk? Hoe was het wel leuk geweest voor jullie? Hoe zouden jullie het doen? En wat als jullie baas zouden zijn?” De kinderen zullen het fantastisch vinden dat u ook wil weten wat zij ervan vonden! - Geef de kinderen de kans om u te bedanken. Er wordt natuurlijk een leuke attentie voorzien! Alvast veel succes met het bedrijfsbezoek en bedankt voor uw medewerking! Bij vragen kunt u mij steeds bereiken via [email protected]. Michelle Houwen Student Bachelor Lager Onderwijs aan Vives Tielt Naverwerking a.d.h.v. onderzoekend leren De kinderen hebben nu zowel in de klas als tijdens het bedrijfsbezoek kennis gemaakt met het volledige bedrijfsproces en wat er allemaal bij komt kijken. Er kwamen antwoorden op heel wat vragen zoals ‘Waar komen die grondstoffen vandaan?’, ‘Wat gebeurt ermee in het bedrijf?’, ‘Hoe doen ze dat?’, ‘Wat als het product afgewerkt is?’, … Dit alles koppelden ze aan de beroepen binnen dat bedrijf en de talenten die medewerkers bezitten. Nu is het de beurt aan de kinderen om d.m.v. onderzoekend leren (zie didactisch handvat voor goed STEM-onderwijs, 2.2) zelf hun talenten te gaan ontdekken en een oplossing te zoeken voor een gesteld probleem. Hiervoor gebruiken ze de onderzoekscyclus. Onderzoekscyclus 1) Verkennen van het materiaal. Wat is het probleem? 2) Hoe gaan we dit onderzoeken? (wetenschap) Of hoe gaan we dit repareren, ontwerpen, bijsturen, … (techniek) Wat zal er gebeuren en waarom? (hypothese) Wat wil ik bekomen? Heb ik een plan nodig? 3) Uitvoeren van het onderzoek (in geval van wetenschap). Of ontwerpen van een technische realisatie (in geval van techniek). 4) Ben ik tevreden over mijn resultaat? Heb ik een antwoord op mijn vraag? Tijdens dit proces zullen bepaalde stappen hernomen moeten worden om tot een optimaal resultaat te komen. Dit alles gebeurt in groepjes van 4 of 5. Er is dus veel communicatie binnen dit proces! Ze gaan overleggen, bespreken en discussiëren waarom iets volgens hen wel zal werken of juist niet. Hierbij hebben ze respect voor de ideeën en inbreng van anderen. Als ze een oplossing voor hun probleem hebben, gaan ze die uitproberen. Lukt dit niet, dan moeten ze het proces herbekijken, aanpassen en opnieuw uittesten. Dit gaat zo verder tot het gewenste resultaat bereikt wordt. Bij deze onderzoekscyclus is het van groot belang dat de leerkracht die goed begeleidt! Door jezelf goed in te werken in de materie, zelf uit te testen, een goede operationele vraagstelling, … kan je samen met de kinderen een goede oplossing bekomen voor het gestelde probleem. Doorheen het onderzoekend leren wordt telkens de link gelegd met het bedrijfsbezoek algemeen. U kunt dit natuurlijk toepassen op het specifieke bedrijf dat u samen met de leerlingen hebt bezocht. (Zie de tekstvakken doorheen het proces.) Alvast veel onderzoekplezier! Leerlingenfiche Namen: ___________________________________________ Datum: ___________________ Onderzoekend leren – De ei-parachute 1. Rollen verdelen Verdeel voor de start van het onderzoek de rollen binnen de groep. Elke groep heeft: - 1 voorzitter die ervoor zorgt dat iedereen aan het woord komt en zijn ideeën en mening kan geven. - 1 tijdbewaker die ervoor zorgt dat er vlot wordt doorgewerkt binnen de gestelde tijd. - 1 verslaggever die opschrijft wat er besproken wordt. (Als er een groep met 5 leerlingen is, schrijven 2 leerlingen op.) - 1 fotograaf die foto’s maakt van alles wat jullie doen. 2. Fase 1: Probleemstelling ‘Wat is het probleem?’ Bespreek samen wat het probleem of de onderzoeksvraag is. Hoe zou je een hardgekookt ei kunnen laten vallen, zonder dat het breekt? 3. Fase 2: ‘Hoe gaan we dit ontwerpen?’ 3.1 Verken het probleem en bedenk deelvragen Jullie gaan onderzoeken hoe je een hardgekookt ei van 2 meter hoog kunt laten vallen zonder dat het ei breekt. Denk samen na over vragen die je nog meer kunt stellen. Bijvoorbeeld: * Welk materiaal hebben we hiervoor nodig? * Hoe kunnen we het ei beschermen? * Hoe vertragen we de val van het ei? De verslaggever schrijft de vragen die jullie bedenken op! Link naar bedrijfsbezoek: In het bedrijf dat jullie bezocht hebben gaan ze telkens op zoek naar de beste, voordeligste, … manier om iets te maken of op te lossen. Ook jullie gaan hier op deze manier tewerk. 3.2 Bedenk een testopzet Maak een lijstje van de spullen die je nodig hebt voor de testopzet. * De spullen om het ei te beschermen bij het vallen. * De spullen om een parachute te maken voor het ei. * De spullen om de parachute en het ei met elkaar vast te maken. * De spullen voor de landingsplaats. Denk goed na bij het verzamelen. * Zijn alle materialen aanwezig? * Moeten we nog iets extra hebben? Link naar bedrijfsbezoek: De aankoopdienst van het bedrijf dat jullie bezochten zorgt ervoor dat alle grondstoffen besteld worden en tot bij het bedrijf gebracht worden. Zo kunnen ze die verwerken tot een afgewerkt product. 3.3 Bedenk oplossingen Ga nu samen op zoek naar zoveel mogelijk ideeën om het probleem op te lossen. Doe bij elk idee ook een voorspelling! Wat denk je dat er zal gebeuren? Bespreek de voor- en nadelen van jullie ideeën. Wat zal goed gaan? Wat zal mislukken? Hoe kan het beter? De verslaggever schrijft alles op! Link naar bedrijfsbezoek: Ingenieurs, architecten, tekenaars, laboranten, … zoeken in het bedrijf dat jullie bezochten ook naar oplossingen en bedenken nieuwe ideeën. 4. Fase 3: Ontwerpen van een technische realisatie 4.1 Kies het beste idee Daarstraks hebben jullie verschillende ideeën bedacht. Iedereen vertelt nu wat hij of zij het beste vindt. Waarom vind je dat? (De voorzitter zorgt ervoor dat iedereen aan het woord komt.) Kies samen het beste idee. De verslaggever schrijft op welk idee jullie samen gekozen hebben en waarom. 4.2 Maak een ontwerp Neem een groot blad papier en teken (elk met een ander kleur) de onderdelen van de parachute en het ei. Denk aan volgende zaken: * Hoe zal de parachute er uitzien? * Hoe ziet het ei er uit? * Hoe ziet de landingsplek er uit? Leg aan elkaar uit wat je bedoelt met je tekening. Wat doe je eerst? Wat daarna? … De fotograaf maakt foto’s van de ontwerptekeningen. De verslaggever schrijft uitleg bij de ontwerptekeningen. Link naar bedrijfsbezoek: Teken nu zelf net zoals de architecten, ingenieurs en tekenaars in de bedrijven jullie ontwerp. 4.3 Maak een prototype Verzamel alle materiaal dat je nodig hebt om het ei te beschermen, om de landingsplaats en de parachute te maken. Maak de parachute, maak de bescherming voor het ei en verbind die met elkaar. Zie dit als een testfase. Dit is nog geen afgewerkt product! Werkt alles goed? De fotograaf maakt foto’s van de ontwerptekeningen. Link naar bedrijfsbezoek: Ook in de bedrijven wordt eerst een model uitgewerkt door timmermannen, lassers, bouwvakkers, … voor ze een uiteindelijk ontwerp maken. 4.4 Test de installatie Doe een aantal tests. Bespreek wat je ziet, voelt, hoort, … Dit zijn je waarnemingen. Link naar bedrijfsbezoek: Zijn de timmermannen, lassers, bouwvakkers, … tevreden met hun eerste werk? Ze testen en bekijken wat beter kan en wat nog moet worden aangepast voor de definitieve versie. 4.5 Trek een conclusie, test en verbeter Trek een conclusie: Is het probleem opgelost of nog niet helemaal? Wat moet er nog aangepast worden? Verbeter de parachute, de bescherming rond het ei en de landingsplaats als dat nodig is. Test en verbeter net zolang tot de parachute, de bescherming rond het ei en de landingsplaats perfect zijn. Zorg er nu voor dat het er ook mooi uitziet. De fotograaf maakt foto’s van het testen. De verslaggever schrijft op wat er gebeurt. Link naar bedrijfsbezoek: Als ze in het bedrijf tevreden zijn met hun ontwerp en de gedane aanpassingen, maken ze een definitieve versie. 5. Zijn we tevreden? Bespreek samen deze vragen: Breekt het ei bij de landing? Wat ging goed? Wat kan beter? Werden de rollen goed uitgevoerd? Wat zou je de volgende keer hetzelfde doen? Wat zou je de volgende keer anders doen? Wat heb je geleerd van deze opdracht? 6. Presenteer voor de klas Presenteer de oplossing aan je klas. Vertel hoe jullie parachute werkt en hoe je alles gemaakt hebt. Leerlingenfiche Namen: ___________________________________________ Datum: ___________________ Onderzoekend leren – Waterzuiveringssysteem 1. Rollen verdelen Verdeel voor de start van het onderzoek de rollen binnen de groep. Elke groep heeft: - 1 voorzitter die ervoor zorgt dat iedereen aan het woord komt en zijn ideeën en mening kan geven. - 1 tijdbewaker die ervoor zorgt dat er vlot wordt doorgewerkt binnen de gestelde tijd. - 1 verslaggever die opschrijft wat er besproken wordt. (Als er een groep met 5 leerlingen is, schrijven 2 leerlingen op.) - 1 fotograaf die foto’s maakt van alles wat jullie doen. 2. Fase 1: Probleemstelling ‘Wat is het probleem?’ Bespreek samen wat het probleem of de onderzoeksvraag is. Hoe zou je het vuile water kunnen zuiveren tot proper water? 3. Fase 2: ‘Hoe gaan we dit ontwerpen?’ 3.1 Verken het probleem en bedenk deelvragen Jullie gaan onderzoeken hoe je het vuile water terug kunt proper krijgen. Denk samen na over vragen die je nog meer kunt stellen. Bijvoorbeeld: * Welk materiaal hebben we hiervoor nodig? * Hoe kunnen we het water proper krijgen? * Hoe zullen we het water opvangen? De verslaggever schrijft de vragen die jullie bedenken op! Link naar bedrijfsbezoek: In het bedrijf dat jullie bezocht hebben gaan ze telkens op zoek naar de beste, voordeligste, … manier om iets te maken of op te lossen. Ook jullie gaan hier op deze manier tewerk. 3.2 Bedenk een testopzet Maak een lijstje van de spullen die je nodig hebt voor de testopzet. * De spullen om het water te laten doorlopen. * De spullen om het water op te vangen. Denk goed na bij het verzamelen. * Zijn alle materialen aanwezig? * Moeten we nog iets extra hebben? Link naar bedrijfsbezoek: De aankoopdienst van het bedrijf dat jullie bezochten zorgt ervoor dat alle grondstoffen besteld worden en tot bij het bedrijf gebracht worden. Zo kunnen ze die verwerken tot een afgewerkt product. 3.3 Bedenk oplossingen Ga nu samen op zoek naar zoveel mogelijk ideeën om het probleem op te lossen. Doe bij elk idee ook een voorspelling! Wat denk je dat er zal gebeuren? Bespreek de voor- en nadelen van jullie ideeën. Wat zal goed gaan? Wat zal mislukken? Hoe kan het beter? De verslaggever schrijft alles op! Link naar bedrijfsbezoek: Ingenieurs, architecten, tekenaars, laboranten, … zoeken in het bedrijf dat jullie bezochten ook naar oplossingen en bedenken nieuwe ideeën. 4. Fase 3: Ontwerpen van een technische realisatie 4.1 Kies het beste idee Daarstraks hebben jullie verschillende ideeën bedacht. Iedereen vertelt nu wat hij of zij het beste vindt. Waarom vind je dat? (De voorzitter zorgt ervoor dat iedereen aan het woord komt.) Kies samen het beste idee. De verslaggever schrijft op welk idee jullie samen gekozen hebben en waarom. 4.2 Maak een ontwerp Neem een groot blad papier en teken (elk met een ander kleur) de onderdelen van het zuiveringssysteem. Denk aan volgende zaken: * Hoe zal het systeem er uitzien? * Wat zal er in het zuiveringssysteem zitten? * Waarin vangen we het water op? Leg aan elkaar uit wat je bedoelt met je tekening. Wat doe je eerst? Wat daarna? … De fotograaf maakt foto’s van de ontwerptekeningen. De verslaggever schrijft uitleg bij de ontwerptekeningen. Link naar bedrijfsbezoek: Teken nu zelf net zoals de architecten, ingenieurs en tekenaars in de bedrijven jullie ontwerp. 4.3 Maak een prototype Verzamel alle materiaal die je nodig hebt om het vuile water te zuiveren. Verzamel de inhoud voor je zuiveringssysteem en het materiaal om het water op te vangen. Maak het waterzuiveringssysteem en voorzie een opvangsysteem voor het propere water. Zie dit als een testfase. Dit is nog geen afgewerkt product! Werkt alles goed? De fotograaf maakt foto’s van de ontwerptekeningen. Link naar bedrijfsbezoek: Ook in de bedrijven wordt eerst een model uitgewerkt door timmermannen, lassers, bouwvakkers, … voor ze het uiteindelijke product ontwikkelen. 4.4 Test de installatie Doe een aantal tests. Bespreek wat je ziet, voelt, hoort, ruikt … Dit zijn je waarnemingen. Link naar bedrijfsbezoek: Zijn de timmermannen, lassers, bouwvakkers, … tevreden met hun eerste werk? Ze testen en bekijken wat beter kan en wat nog moet worden aangepast voor de definitieve versie. 4.5 Trek een conclusie, test en verbeter Trek een conclusie: Is het probleem opgelost of nog niet helemaal? Wat moet er nog aangepast worden? Verbeter het zuiveringssysteem, de wateropvang. Test en verbeter net zolang tot het waterzuiveringssysteem en de opvangplaats voor het gezuiverd water perfect zijn. Zorg er nu voor dat het er ook mooi uitziet. De fotograaf maakt foto’s van het testen. De verslaggever schrijft op wat er gebeurt. Link naar bedrijfsbezoek: Als ze in het bedrijf tevreden zijn met hun ontwerp en de gedane aanpassingen, maken ze een definitieve versie. 5. Zijn we tevreden? Bespreek samen deze vragen: Is het water proper nadat het gezuiverd werd? Wat ging goed? Wat kan beter? Werden de rollen goed uitgevoerd? Wat zou je de volgende keer hetzelfde doen? Wat zou je de volgende keer anders doen? Wat heb je geleerd van deze opdracht? 6. Presenteer voor de klas Presenteer de oplossing aan je klas. Vertel hoe jullie waterzuiveringssysteem werkt en hoe je alles gemaakt hebt.
© Copyright 2024 ExpyDoc