2 deVerdieping DINSDAG 21 OKTOBER 2014 Trouw Boeken eruit, tablets erin Tablets en laptops zijn bezig met een opmars in het voortgezet onderwijs. Op steeds meer scholen heeft elke leerling zijn eigen ‘device’. Leidt dat echt tot beter onderwijs? En maakt het de leraar en het klaslokaal overbodig? TEKST Marijke de Vries Fiona, doe je schooltas even open.’ Leraar Engels Roy Keuter wijst niet naar haar rugzak, maar naar het scherm van haar iPad. De ‘schooltas’ is de ‘app’ die leerlingen op het Hondsrug College in Emmen gebruiken en waarin al hun schoolwerk zit. In de vmbo-kader-klas van Fiona (12) zitten 27 leerlingen die allemaal voor zichzelf aan het werk zijn, op hun eigen iPad. De één doet schrijfvaardigheidsoefeningen, terwijl een ander werkwoorden leert en de derde kloktijden oefent. Sommige kinderen hebben ‘oortjes’ in hun iPad geplugd zodat ze naar een muziekje kunnen luisteren. Rianne en Thalika (12) luisteren samen naar rapper ‘Kraantje Pappie’, terwijl ze over hun schermen vegen. Keuter loopt rond om vragen van leerlingen te beantwoorden. Af en toe roept hij er een tot de orde, omdat ergens op een scherm YouTube of Instagram voorbijschiet. Naomi (12) is woordjes aan het leren: ‘journal, ‘question’, ‘journalist’. Na tien begrippen volgt meteen het resultaat: allemaal goed. “Probeer nu eens om zelf het antwoord te bedenken en in te tikken”, zegt Keuter na een paar multiple choice-oefeningen tegen haar. Steeds meer scholen voor voortgezet onderwijs schakelen over op laptop- of tablet-onderwijs. Volgens Kennisnet werken leerlingen op bijna één op de drie scholen (31 procent) voor voortgezet onderwijs met een eigen tablet of laptop. Op sommige plekken is de hele school al overgestapt, andere scholen voeren de apparaten eerst bij bepaalde vakken in of kiezen er- voor om te beginnen in de onderbouw, en per jaar uit te breiden. Het werken met laptops of iPads in de klas kan veel voordelen hebben, zegt Kees van Domselaar. Hij is plaatsvervangend rector van het Christelijk Lyceum Zeist en voorzitter van de iScholengroep, een netwerk van 52 scholen voor voortgezet onderwijs die werken met Macbooks of iPads. Leraren kunnen aan die apparaten een hoop ‘corvee’ uitbesteden: nakijkwerk, administratieve handelingen. Toetscircus Maar hij is ook kritisch. Scholen moeten technologie niet louter inzetten om leerlingen zo efficiënt, snel en veel mogelijk te laten leren, zegt hij. “Monitoren, meten, toetsen, verbeteren, opbrengstgericht werken: de school is op dit ogenblik een toetscircus. Als we niet oppassen gaat het onderwijs op de bio-industrie lijken.” Van Domselaar maakt de vergelijking met melkveehouders, die tegenwoordig als ‘melkmanager’ de opbrengsten van hun koeien meten en optimaliseren. “Daar moeten we niet naartoe.” Volgens hem moeten scholen de tijdswinst die ze boeken met technologische hulpmiddelen gebruiken voor meer muziek, sport en literatuur. “Kennis is tegenwoordig overal. De taak van de school is het aanblazen van het vuurtje dat in elke leerling brandt, hun creativiteit stimuleren, ze begeleiden en bijstaan als ze zorg nodig hebben.” Het Hondsrug College startte vier jaar geleden met iPads in de brugklas. Klas 1, 2 en 3 werken nu volledig digitaal. In het begin fungeerde de tablet vooral als boek achter glas, met pdf-documenten van lesmethoden erop. Inmiddels gebruiken docenten bij steeds meer vakken zelfontworpen lesmateriaal, of digitale methodes die door docenten van andere scholen zijn ontworpen. Die iPad, dat is geen hip imagodingetje, benadrukt directeur Kees Versteeg. Met tablets kun je school aantrekkelijker maken voor leerlingen en het onderwijs ‘efficiënter, effectiever en eigentijdser’. “De gemiddelde docent vindt het moeilijk om op snelheid en niveau te differentiëren in de klas”, zegt Versteeg. Met behulp van technologie kun je elke leerling ‘op maat’ bedienen bij wat, hoe en hoe snel hij leert. De school gebruikt daarvoor een ‘slim’ sys- ‘De leraar wordt ontzien. Het nakijkwerk gaat vanzelf, en met een paar vegen tovert hij de prestaties van een klas op zijn scherm.’ teem, Learntoo, dat is ontwikkeld in samenwerking met de school en inmiddels door twintig scholen wordt gebruikt. Van iedere leerling wordt een profiel gemaakt, waaraan het systeem vervolgens oefeningen voor de verschillende vakken koppelt. Zie het als de webshop van bol.com, zegt Versteeg. “Daar doen ze aan ‘profiling and recommendation’: je bestelt een boek en het bedrijf suggereert meteen allerlei verwante boeken die je misschien ook wel wilt hebben. Zo werkt dit ook.” Het systeem registreert welke opdrachten leerlingen maken, hoelang ze daarover doen, en wat de resultaten zijn. Dat is niet alleen fijn voor de leerling, die meteen weet waar hij aan toe is, ook de leraar wordt ontzien, zegt Versteeg. Het nakijkwerk is al gedaan, en met een paar vegen tovert hij een overzicht van de prestaties van een klas of een individuele leerling op zijn scherm. “Allemaal realtime”, glundert Versteeg. “We hebben dus geen toetsen meer nodig, want het systeem weet op leerdoelniveau wat een leerling al wel en niet kan.” Een goede docent weet zonder iPad natuurlijk ook wel welke leerlingen een voorsprong hebben en welke achterlopen, relativeert docent Engels Roy Keuter. “Maar ik heb nu veel meer inzicht in hun leergedrag. Je kunt in de statistieken zien of die goede cijfers een gevolg zijn van veel oefening, mazzel of keihard werken.” De tablets maken het bovendien makkelijker om op niveauverschillen in te spelen, zegt hij. In zijn vmbo-klas zitten jongens die veel gamen en daardoor een flinke voorsprong heb-
© Copyright 2024 ExpyDoc