liturgie van deze dienst

Liturgie voor de Gezinskerstdienst
25 december 2014
10.00 uur
De Ark
Met medewerking van:
ds. Gerhard J. Heeringa
Renny Post
Kids-muziekgroepje o.l.v. Harry Haasjes
Meidengroep o.l.v. Harry Haasjes
Leiding en kinderen van de nevendienst
Zingen voor de dienst: Lied 486
Midden in de winternacht
ging de hemel open;
die ons heil ter wereld bracht,
antwoord op ons hopen.
Elke vogel zingt zijn lied,
herders, waarom zingt gij niet?
Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan,
laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:
Christus is geboren.
Vrede was het overal,
wilde dieren kwamen
bij de schapen in de stal
en zij speelden samen.
Elke vogel zingt zijn lied,
herders waarom speelt gij niet?
Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan,
laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:
Christus is geboren!
Ondanks winter, sneeuw en ijs
bloeien alle bomen,
want het aardse paradijs
is vannacht gekomen.
Elke vogel zingt zijn lied,
herders waarom danst gij niet?
Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan,
laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:
Christus is geboren!
Zie, reeds staat de morgenster
stralend in het duister,
want de dag is niet meer ver,
bode van de luister
die ons weldra op zal gaan;
herders blaas uw fluiten aan,
laat de bel, bim-bam, laat de trom, rom-rom,
kere om, kere om, laat de beltrom horen:
Christus is geboren!
Lied 468
Prijs de Heer die herders prijzen,
die in ’s hemels paradijzen
alle engelen eer bewijzen,
hier op aarde daalt Hij neer.
Geef de Koning van uw leven
wat de koningen Hem geven,
breng uw schatten de verheven
in de stal geboren Heer.
Laat uw loflied samenvallen
met het lied der heiligen allen,
dat de hemelen weerschallen
van die jubelende wijs.
Aan de koning uitverkoren,
uit een maagd voor ons geboren
moet ons hele hart behoren
onze lof en eer en prijs.
Gezang 135
Hoor, de englen zingen de eer
van de nieuw geboren Heer!
Vreed' op aarde, 't is vervuld:
God verzoent der mensen schuld.
Voegt u, volken, in het koor,
dat weerklinkt de hemel door,
zingt met algemene stem
voor het kind van Bethlehem!
Hoor, de englen zingen de eer
van de nieuw geboren Heer!
Hij, die heerst op 's hemels troon,
Here Christus, Vaders Zoon,
wordt geboren uit een maagd
op de tijd die God behaagt.
Zonne der gerechtigheid,
woord dat vlees geworden zijt,
tussen alle mensen in
in het menselijk gezin.
Hoor, de englen zingen de eer
van de nieuw geboren Heer!
Lof aan U die eeuwig leeft
en op aarde vrede geeft,
Gij die ons geworden zijt
taal en teken in de tijd,
al uw glorie legt Gij af
ons tot redding uit het graf,
dat wij ongerept en rein
nieuwgeboren zouden zijn.
Hoor, de englen zingen de eer
van de nieuw geboren Heer!
Event
Welkom en mededelingen
Zingen: Lied 477
Komt allen tezamen, jubelend van vreugde:
komt nu, o komt nu naar Bethlehem!
Ziet nu de vorst der engelen hier geboren.
Komt, laten wij aanbidden,
komt, laten wij aanbidden,
komt, laten wij aanbidden die koning.
De hemelse engelen
riepen eens de herders
weg van de kudde naar ’t schamel dak.
Spoeden ook wij ons met eerbiedige schreden!
Komt, laten wij aanbidden,
komt, laten wij aanbidden,
komt, laten wij aanbidden die koning.
Het licht van de Vader,
licht van den beginne,
zien wij omsluierd, verhuld in ’t vlees:
goddelijk kind, gewonden in de doeken!
Komt, laten wij aanbidden,
komt, laten wij aanbidden,
komt, laten wij aanbidden die koning.
O kind, ons geboren,
liggend in de kribbe,
neem onze liefde in genade aan!
U, die ons liefhebt, U behoort ons harte!
Komt, laten wij aanbidden,
komt, laten wij aanbidden,
komt, laten wij aanbidden die koning.
Zingt aarde en hemel,
zingt nu engelenkoren,
zingt alle scharen rondom de troon:
Glorie aan God en vrede voor de mensen!
Komt, laten wij aanbidden,
komt, laten wij aanbidden,
komt, laten wij aanbidden die koning.
Begroeting en kaarsen aansteken
Zingen: Dank je voor dit warme licht
Eerste kaars, wat wil jij zeggen
als je branden gaat?
Zie jij je in mooiste dromen
dat de vrede nu zal komen?
Dank je voor dit warme licht.
Refrein: Stap voor stap en week voor week
komt kerst dichterbij.
Stap voor stap en week voor week
voor jou en mij.
Tweede kaars, wat wil jij zeggen
als je branden gaat?
Krijgt wie honger heeft weer eten?
Laat jij dat met Kerstmis weten?
Dank je voor dit warme licht.
Refrein:
Derde kaars, wat wil jij zeggen
als je branden gaat?
Komen nu de goede tijden?
Hoeft geen kind meer kou te lijden?
Dank je voor dit warme licht.
Refrein:
Vierde kaars, wat wil jij zeggen
als je branden gaat?
Kunnen wij nu echt gaan hopen:
niemand buiten, deuren open?
Dank je voor dit warme licht.
Refrein:
Grote kaars, wat wil jij zeggen
als je branden gaat?
Is het kerstkind nu gekomen?
Blijft het nu niet meer bij dromen?
Dank je voor dit warme licht.
Refrein:
Gebed
Zingen: Lied 486
Midden in de winternacht
ging de hemel open;
die ons heil ter wereld bracht,
antwoord op ons hopen.
Elke vogel zingt zijn lied,
herders, waarom zingt gij niet?
Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan,
laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:
Christus is geboren.
Vrede was het overal,
wilde dieren kwamen
bij de schapen in de stal
en zij speelden samen.
Elke vogel zingt zijn lied,
herders waarom speelt gij niet?
Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan,
laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:
Christus is geboren!
Ondanks winter, sneeuw en ijs
bloeien alle bomen,
want het aardse paradijs
is vannacht gekomen.
Elke vogel zingt zijn lied,
herders waarom danst gij niet?
Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan,
laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:
Christus is geboren!
Zie, reeds staat de morgenster
tralend in het duister,
want de dag is niet meer ver,
bode van de luister
die ons weldra op zal gaan;
herders blaas uw fluiten aan,
laat de bel, bim-bam, laat de trom, rom-rom,
kere om, kere om, laat de beltrom horen:
Christus is geboren!
Kerstverhaal: Lucas 2 : 1 – 21
1 In die tijd werd er een bevel van keizer Augustus bekendgemaakt.
Hij wilde alle inwoners van het Romeinse rijk laten tellen. 2 Het was
de eerste keer dat dit gebeurde. Het was in de tijd dat Quirinius de
provincie Syrië bestuurde. 3 Iedereen moest geteld worden in de
plaats waar zijn familie vandaan kwam. Daarom gingen alle mensen op reis.
4-5 Ook Jozef moest op reis. Hij ging van Nazaret in Galilea naar
Betlehem in Judea. Want hij kwam uit de familie van David, en David kwam uit Betlehem. Jozef ging samen met Maria naar Betlehem. Maria zou met Jozef gaan trouwen, en ze was zwanger.
6 Toen Jozef en Maria in Betlehem waren, werd het kind geboren.
7 Het was Maria’s eerste kind, een jongen. Maria wikkelde hem in
een doek, en legde hem in een voerbak voor de dieren. Want er
was voor hen nergens plaats om te slapen.
8 Die nacht waren er herders in de buurt van Betlehem. Ze pasten
buiten op hun schapen.
9 Opeens stond er een engel tussen de herders, en het licht van
God straalde om hen heen. De herders werden bang. 10 Maar de
engel zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn, want ik breng jullie goed
nieuws. Het hele volk zal daar blij mee zijn. 11 Vandaag is jullie
redder geboren: Christus, de Heer. Hij is geboren in Betlehem, de
stad van David. 12 En zo kunnen jullie hem herkennen: het kind ligt
in een voerbak en is in een doek gewikkeld.’
13 En plotseling was er bij de engel een hele groep engelen. Ze
eerden God en zeiden: 14 ‘Alle eer aan God in de hemel. En vrede
op aarde voor de mensen van wie God houdt.’
15 Daarna gingen de engelen terug naar de hemel. De herders zeiden tegen elkaar: ‘Kom, we gaan naar Betlehem. Want God heeft
ons verteld wat er gebeurd is. Laten we gaan kijken.’
16 Ze gingen meteen naar Betlehem. Daar vonden ze Maria en Jozef, en in een voerbak lag het kind. 17 Toen de herders het kind
zagen, vertelden ze wat de engel over hem gezegd had. 18 Iedereen die het hoorde, was verbaasd over het verhaal van de herders.
19 Maria probeerde te begrijpen wat het betekende. Ze bleef nadenken over wat de herders gezegd hadden.
20 De herders gingen terug naar hun schapen. Ze eerden God en
dankten hem voor alles wat ze gezien en gehoord hadden. Want alles was precies zoals de engel gezegd had.
21 Een week later werd het kind besneden. Maria en Jozef noemden hem Jezus. Dat was de naam die de engel genoemd had, nog
voordat Maria zwanger was.
Kerstverhaal verteld aan de hand van lego platen
Zingen: Lied 485
Zeg eens herder, waar kom jij vandaan?
Ik heb eens gekeken in een oude stal,
daar zag ik een wonder, dat ’k vertellen zal.
Zeg eens herder, wat heb jij gezien?
’k Zag een os en ezel bij een voederbak.
’t Was er koud en donker, tocht kwam door het dak.
Zeg eens herder, zag je daar nog meer?
Ja, ik zag een kindje, huilend van de kou
en daarbij stond Jozef die ’t warmen wou.
Zeg eens herder, zag je soms nog meer?
’k Zag toen dat Maria ’t kind in de armen nam.
Os en ezel keken, ook een heel klein lam.
Zeg eens herder, is het lief en schoon?
Schoner dan het zonlicht, schoner dan de maan,
schoner dan de hemel, waar de sterren staan!
Zeg eens herder, heeft het iets gevraagd?
Ja, het vroeg om liefde, schatten vraagt het geen.
Laten wij nu allen gaan tot Hem alleen.
Kerstmusical door de kindernevendienst
Zingen: Een Koning is geboren
Een koning is geboren
Een koning, een koning
Een koning is geboren
Heb je 't al gehoord
Hij kwam op aarde wonen
Als baby'tje zo klein
Voor alle mensen, ook voor jou
Wil Hij de koning zijn
Waar is Hij dan geboren
Die koning, die koning
Waar is Hij dan geboren
Ik denk ineen paleis
O nee, die koning die ik ken
De machtigste van al
Die kwam niet in een mooi paleis
Maar in een arme stal
Waar moet Hij dan in slapen
Die koning, die koning
Waar moet Hij dan in slapen
Een gouden hemelbed
O nee, die koning die ik ken
Die heeft geen bed van goud
Geen pracht en praal, maar o zo kaal
Een kribbetje van hout
Wat draagt Hij dan voor kleren
Die koning, die koning
Wat draagt Hij dan voor kleren
Een jas van hermelijn
O nee, die koning die ik ken
Die heeft er zelfs niet één
En ook geen hemdje van satijn
Maar doekjes om zich heen
Hoe kan ik Hem dan vinden
Die koning, die koning
Hoe kan ik Hem dan vinden
Weet jij misschien de weg
Die koning is dichtbij je
Je hoeft niet ver op reis
Vraag Hem in 't kribje van je hart
Dan wordt het een paleis
Dan wordt het een paleis
Lied 484
Refrein: Go, tell it on the mountain,
over the hills and everywhere;
go, tell it on the mountain
that Jesus Christ is born.
While shepards kept their watching
o’er silent flocks by night,
behold, throughout the heavens
there shone a holy light.
Refrein:
The shepards feared and trembled
when lo! above the earth,
rang out the angel chorus
that hailed our Saviour’s birth!
Refrein:
Down in a lonely manger
the humble Christ was born,
and God sent our salvation
that blessed Christmas morn.
Refrein
Gebed
Mededelingen en collecte
Tijdens de collecte zingt het koortje “Flying blind” van Ilse de Lange
Zingen: Ere zij God
Ere zij God, ere zij God,
in de hoge, in de hoge, in de hoge!
Vrede op aarde, vrede op aarde,
in de mensen een welbehagen.
Ere zij God in de hoge,
ere zij God in de hoge.
Vrede op aarde, vrede op aarde,
vrede op aarde, vrede op aarde,
in de mensen, in de mensen een welbehagen,
in de mensen een welbehagen, een welbehagen.
Ere zij God, ere zij God
in de hoge, in de hoge, in de hoge!
Vrede op aarde, vrede op aarde,
in de mensen een welbehagen.
Amen. Amen.
Zegen