Lees hier het volledige interview

13 mei 2014 , pag. 30
INTERVIEW JAN JAAP VAN DER WAL
Met zijn nieuwe voorstelling Dystopia treedt Jan Jaap van der Wal (34) op tijdens zomerfestivals en in concertzalen. Donderdag staat hij in Zwolle en volgende week komt hij naar Groningen.
‘Het is de hoogste tijd
om mezelf te resetten’
Mark Roos
GRONINGEN Sinds zijn vertrek als
artistiek leider van de Comedytrain
heeft Jan Jaap van der Wal meer tijd.
Niet dat hij die benut om eens flink
uit te rusten of gas terug te nemen.
Hij is druk met zijn nieuwe show
Dystopia, waarmee hij donderdag
Hedon in Zwolle aandoet en volgende week De Oosterpoort in Groningen bezoekt.
Gevraagd naar een verklaring van
de programmatitel, doceert hij:
,,Dystopie is het tegenovergestelde
van utopie. Het is een pessimistisch
wereldbeeld, een beetje Orwell-achtig. Door verschillende dingen ben ik
tot deze voorstelling en dit thema
gekomen. Allereerst vind ik dat afluisterschandaal van de laatste
maanden fascinerend. En onlangs
las ik een verhaal over dat er meer
machines dan mensen zijn die gebruik maken van internet. Ik kan
heel veel met dit soort beelden over
een futuristische, enge wereld. Aan
de andere kant zitten er ook luchtige
‘Als comedian vind
ik dat je het gevaar
moet opzoeken’
grappen over Bassie & Adriaan in,
hoor.’’
Op de sofa in zijn kantoor praat
Van der Wal met lichte euforie over
de prijs die hij vorige maand heeft
gekregen voor zijn documentaire
The Happy Sad Route op het Friars
Club Comedy Film Festival in New
York. In de film reist Van der Wal
door voormalig Joegoslavië en doet
hij onderzoek naar de prille comedyscene in landen als Kroatië, Bosnië Herzegovina en Servië.
Heb je zelf iets gemerkt van dat
spanningsveld in voormalig Joegoslavië?
,,Zeker. Toen ik tijdens een optreden
in Bosnië bekendmaakte dat ik een
Nederlander was, gingen ze al een
beetje joelen. En toen ik een grap
maakte over de blauwhelmen, ontstond er positief rumoer. Ik vertelde
dat ik, doordat er gelachen werd om
een grap, de eerste Nederlander was
die zijn werk in Bosnië wél goed had
gedaan, en dat konden ze waarderen.
In Nederland heb ik de grap later ook
wel eens gemaakt, maar dan krijg je
een besmuikt ‘ooooh’ als reactie.
Alsof Srebrenica voor ons een grotere wond is dan voor de Bosniërs.’’
Van der Wal is nu zestien jaar actief
als comedian. ,,Ik ben op een leeftijd
¬ Jan-Jaap van der Wal.
Foto United Photos/Toussaint Kluiters
gekomen dat veel gesprekken gaan
over succes, rijkdom en volle zalen.
Natuurlijk is dat allemaal heel prettig, maar het is ook bijzaak, want een
comedian ontleent zijn bestaansrecht louter aan het feit of hij een
goed verhaal kan vertellen met humor. En of dat nu gebeurt voor 12 of
voor 1200 man, doet er eigenlijk niet
toe. In die zin was optreden in Bosnië louterend.’’
Verklaart dat ook dat je de stap
hebt gemaakt van de theaters naar
de rockclubs en festivals?
,,De zalen zaten vol, de theaters wilden me hebben, de televisie bood me
een mooi platform voor mijn ideeën. Toch vond ik het nodig om mezelf even te resetten. Helemaal bij
nul beginnen is onmogelijk voor
mij, maar met die komende optredens in rockclubs en op festivals heb
ik toch het gevoel back to basic te
gaan. Daarnaast is optreden in clubs
ook heel praktisch. In januari kreeg
ik opeens de geest en wilde ik een
voorstelling maken. In de Nederlandse theaters werkt het dan zo dat
je voorstelling in september verkocht kan worden voor het seizoen
daarop. Ik wilde nu gewoon even
niet anderhalf jaar wachten.’’
Er schuilt ook een risico in. Dat het
publiek bijvoorbeeld door je show
heen gaat praten of je niet pruimt.
,,Als comedian vind ik dat je het gevaar moet opzoeken. In Nederland
gebeurt dat steeds minder. Humor
wordt steeds vrijblijvender. Steeds
meer entertainment, soms zelfs tegen het behaagzieke aan.’’
Is er sprake van een crisis in de cabaretwereld?
,,Er zijn cabaretiers die denken dat ze
een show hebben met een liedje, een
verhaaltje, een paar grappen en een
typetje. Daarnaast zitten de zalen
minder vol dan enkele jaren geleden
en lijken de recensies in het algemeen iets minder positief van toon.
Een crisis gaat wat ver, maar jonge
cabaretiers moeten in deze tijden
harder werken om opgepikt te worden. Bezoekers én theaters maken,
deels door de crisis, hardere keuzes.
Niet zo maar de loper meer uit voor
een onbekende cabaretier die in zestig voorstellingen wil aantonen dat
hij of zij goed is. Aan de andere kant
biedt deze tijd meer mogelijkheden
dan ooit. Neem alleen al internet. Zo
iemand als Lucky TV, die DWDD afsluit, dat is toch ook een steen in de
vijver die doet denken aan comedy
en cabaret. De vorm van cabaret
man-of-vrouw-met-microfoon-vertelt-grappen-aan-het-publiek-inhet-theater wordt uitgedaagd en
misschien is dat wel goed.’’