Schriftelijke vragen Artikel 60 RvO Provinciale Staten van Flevoland

Schriftelijke vragen
Artikel 60 RvO Provinciale Staten van Flevoland
Onderwerp: Masterplan Toekomst IJsselmeer
Geachte voorzitter van Provinciale Staten,
Overeenkomstig art. 60, lid 1 en 2 van het Reglement van Orde stelt de fractie van ChristenUnie de
volgende vragen aan het College van Gedeputeerde Staten en de Commissaris van de Koning.
Dinsdag 4 maart jl. werd in Lemmer het Masterplan Toekomst IJsselmeer gepresenteerd. Dit plan is
opgesteld door een werkgroep die de visstand in het IJsselmeer onderzocht. Een van de conclusies
van de werkgroep is om een visstop van drie jaar in te lassen. Wanneer de IJsselmeervissers drie
jaar hun schepen stil moeten leggen om de visstand te herstellen betekent dit het einde van de
IJsselmeervisserij. De Nederlandse Vissersbond wil dan ook dat de IJsselmeervissers gecompenseerd
worden voor de teloorgang van de visstand in het binnenwater door het uit te kopen en om te
scholen naar andere beroepen. In het masterplan wordt gesproken over een transitiefonds dat kan
worden ingezet voor het versterken van de visserijketen en visserijbedrijven en het stimuleren van
de omschakeling van de huidige visserijtechnieken en visserijbeheer naar duurzame
visserijtechnieken. Het totaalbedrag in dit transitiefonds is nog geen 3 miljoen euro. Provincie
Flevoland draagt hier 0,25 miljoen euro aan bij.
De ChristenUnie begrijpt dat er maatregelen moeten worden genomen om de visstand in het
IJsselmeer tot een gezond peil te brengen. Maar het stopzetten van de vissersvloot zonder
compensatie betekent de doodsteek voor de vissers. Dit kan wat de ChristenUnie betreft niet de
bedoeling zijn. Daarom stellen we de volgende vragen aan het college:
1. Bent u het met de ChristenUnie eens dat de mediation over de IJsselmeervisserij nog niet is
afgerond omdat er met het advies (masterplan) nog geen totaalpakket ligt met de benodigde
financiële middelen?
2. Deelt u de mening van de opstellers van het Masterplan Toekomst IJsselmeer dat er voor het
transitiefonds naast het aanvangsbudget waaraan de verschillende partijen hebben bijgedragen
meer structurele financiering nodig is voor herstel van ecologie en visstand, de versterking van
de visserijketen en visserijbedrijven, het stimuleren van de omschakeling naar duurzame
visserijtechnieken door sport- en beroepsvissers en voor het uitbouwen van de recreatiefunctie
van het IJsselmeer?
3. Bent u bereid er op zeer korte termijn er bij de Staatssecretaris op aan te dringen dat voor de
structurele voeding van dit fonds een relatief gering deel van de opbrengsten uit
delfstofwinning (zand) of andere exploitaties (windmolens) in het IJsselmeergebied gebruikt kan
worden, zodat deze structurele voeding vanaf 2016 geregeld is?
4. Wat vindt u ervan dat de opstellers van het 'Masterplan Toekomst IJsselmeer' schrijven dat het
noodzakelijk is de visserij op het IJsselmeer voor langere tijd stil wordt gelegd? Deelt u de
mening dat stilliggen voor een periode van 3 jaar slechts tijdelijk helpt als niet tegelijk het
aantal visvergunningen structureel wordt gereduceerd?
5. Deelt u de mening dat het knelpunt met de visstand op het IJsselmeer meerdere oorzaken heeft
en dat deze oorzaken lang niet allemaal worden beïnvloed door de vissers? Deelt u de mening
dat een belangrijke oorzaak de verandering van de waterkwaliteit is?
6. Deelt u de mening dat niet van de vissers kan worden gevraagd te stoppen met vissen of zo lang
stil te liggen zonder compensatie voor hun investeringen in visvergunningen, materiaal en
schepen zoals eerder ook met de kokkelvissers is gebeurd? Deelt u de mening dat de echte
duurzame oplossing het uitkopen van een groot deel van de IJsselmeervissers is? Hoeveel geld is
hiervoor nodig?
7. Bent u bereid er bij de staatssecretaris op aan te dringen dat ze bijdraagt aan de financiering
van een dergelijke warme sanering inclusief een overbruggingsregeling van 3 jaar voor de vissers
die hun vergunning houden en hiervoor geld in te zetten uit de opbrengsten van zandwinning en
realisatie van windmolens in het gebied? Hoeveel geld schat u in dat hiervoor nodig is?
Deelt u de mening dat er snel duidelijkheid moet komen nu de staatssecretaris het visplan heeft
afgekeurd en de vissers daarmee per direct in een patstelling terecht zijn gekomen? Bent u bereid,
gezien deze nijpende situatie, op korte termijn met de staatssecretaris om tafel te gaan om er bij
haar op aan te dringen dat ze deze uitkoopregeling realiseert? Kunt u ons op de hoogte houden van
de resultaten van dit overleg?
ChristenUnie / Freek Brouwer