Voorstel - Waterschap Rijn en IJssel

VOORSTEL VOOR HET ALGEMEEN BESTUUR
Aandachtsveldhouder drs. H.Th.M. Pieper
Vergadering
Agendapunt
Onderwerp
: 1 juli 2014
: 12.
Bijlagen
: 1. Bestuursovereenkomst
Waterkracht 2014-2018
2. Dashbord
: Bestuursovereenkomst
Waterkracht
Informatie bij
Telefoon
E-mail
: drs. C. Roos
secretaris-directeur
: (0314) 369 350
: [email protected]
Advies
1. De bestuursovereenkomst Waterkracht goed te keuren.
2. Kennis te nemen van het dashboard waarmee de voortgang wordt gevisualiseerd.
Inleiding
Begin 2012 zijn de zes waterschappen (Velt en Vecht, Reest en Wieden, Groot Salland,
Regge en Dinkel, Zuiderzeeland en Rijn en IJssel) gestart met het onderzoeken van de kansrijke
gebieden voor samenwerking middels shared services (Waterkracht). Het gaat daarbij om
samenwerking op meerdere werkgebieden, waarbij de waterschappen vanuit de bestaande
organisaties en met behoud van ieders bestuurlijke autonomie gezamenlijk diensten leveren aan
elkaar.
De business cases die in 2012 zijn opgesteld hebben ons overtuigd dat wij door samen te
werken in shared services de kwaliteit van onze bedrijfsvoering kunnen verbeteren,
kwetsbaarheid kunnen verminderen en op termijn kosten kunnen besparen. In 2013 zijn deze
business case voor de vier geselecteerde werkgebieden ICT, Inkoop, Personele Zaken en
Zuiveren uitgewerkt tot businessplannen.
Eerder genomen besluiten
Het college van dijkgraaf en heemraden heeft in de vergadering van 22 mei 2012 besloten:
1. In te stemmen met het Plan van Aanpak ‘Naar Shared Services in Rijn-Oost’ als basis voor
de verkenning naar kansrijke shared services.
2. Een bruto krediet van € 180.000 beschikbaar te stellen voor de uitvoering van dit plan van
aanpak.
Het college van dijkgraaf en heemraden heeft in de vergadering van 12 maart 2013 besloten:
1.
Kennis te nemen van de resultaten van het verkennend onderzoek naar kansrijke
gebieden voor samenwerking middels shared services, vastgelegd in de rapportages
van de vier individuele business cases en het overkoepelend eindrapport shared services
Rijn-Oost.
2.
In te stemmen met het voornemen om de resultaten van de business cases uit te werken
in businessplannen en in een daarop aansluitend transitieplan.
3.
In te stemmen met het verkennen van de meest passende juridische vorm voor de
samenwerking in shared services.
4.1. In te stemmen met het voornemen om separaat aan het traject van shared services in de
loop van 2013 te starten met het ontwikkelen van een gezamenlijke visie op operationele
processturing en beheer op het terrein van zuiveren.
4.2. Een separaat voorstel voor de nadere uitwerking van dit traject (inclusief een financiële
paragraaf) af te wachten.
5.
Voor de verdere implementatie van shared services in Rijn-Oost een bruto krediet van
€ 240.000,- ter beschikking te stellen.
6.
Kennis te nemen van het positieve advies van de Ondernemingsraad (en de reactie
daarop van de WOR-bestuurder) over het voornemen om de resultaten van de business
cases uit te werken in businessplannen en het daarop aansluitend transitieplan, alsmede
de procesadviezen van de Ondernemingsraad over het vervolgtraject (ter inzage).
Het college van dijkgraaf en heemraden heeft in de vergadering van 23 april 2013 besloten:
1. In te stemmen met het ‘Plan van aanpak Uitwerkingsfase Shared service samenwerking in
Rijn Oost’, zodat de resultaten van de business cases uitgewerkt worden in businessplannen
en in een daarop aansluitend transitieplan.
2. Kennis te nemen van het advies en de aanbevelingen van de ondernemingsraad (ter inzage).
Het college van dijkgraaf en hoogheemraden in de vergadering van 3 december 2013 besloten:
1. Kennis te nemen van de ‘Eindrapportage uitwerkingsfase Waterkracht’ en de daarbij
horende bijlage ‘Overkoepelend eindrapport Uitwerkingsfase Waterkracht’.
2. Commitment uit te spreken voor het implementeren van de Waterkracht samenwerking
volgens de in het eindrapport en de daarbij horende bijlage uitgezette lijn, inclusief de
veranderopgave die daarin beschreven staat, waarbij deelname aan alle onderdelen het
uitgangspunt is (geen cafetariamodel).
3. Opdracht te verlenen tot het opstellen van een bestuursovereenkomst op basis van de
hierna uitgewerkte aanpak, waarin op jaarbasis in hoofdlijnen wordt bepaald welk
activiteitenpakket in shared service samenwerking wordt opgepakt.
4. In te stemmen met het opnemen van de samenwerking en de consequenties daarvan in de
begroting.
5. In te stemmen met het benoemen van een kwartiermaker die de algehele coördinatie van de
samenwerking verzorgt.
6. In te stemmen met de voorgestelde verdeelsleutel voor gezamenlijk te maken kosten en
investeringen, die gebaseerd is op het principe dat iedere belastingplichtige in gelijke mate
bijdraagt aan de kosten van de samenwerking.
7. Kennis te nemen van het voornemen in 2014 te starten met de voorbereidingen voor een
(bedrijfsvoerings) GR waarin ten minste de gezamenlijke aanschaf van applicaties kan
worden ondergebracht.
8. Kennis te nemen van de voorbereidingen om de fiscale consequenties van de samenwerking
met de belastingdienst af te stemmen.
9. Kennis te nemen van de conclusies van de bestuurlijke bijeenkomst over Shared Services/Waterkracht.
10. Kennis te nemen van het advies van de ondernemingsraad, met dien verstande dat niet
ingestemd wordt met adviespunt 13 over ontslagen en verdringing.
Het college van dijkgraaf en heemraden heeft in de vergadering van 20 mei 2014 besloten:
1. Kennis te nemen van de huidige inzichten, die geleid hebben tot het opstellen van zowel een
bestuurlijke als een ambtelijke overeenkomst.
2. Kennis te nemen van de brief van onze adviseur PricewaterhouseCoopers (PwC) aan de
belastinginspecteur.
3. Onder voorbehoud in te stemmen met de bestuursovereenkomst.
4. Kennis te nemen van de daaronder werkende ambtelijke overeenkomst.
5. Na een positieve uitspraak van de belastinginspecteur de bestuursovereenkomst ter
goedkeuring voor te leggen aan het algemeen bestuur.
6. In te stemmen met een gezamenlijke ondertekening van de beide overeenkomsten door
dijkgraven en regiegroep in feestelijke setting.
Pagina:
2 van 4
Onderbouwing
1.1 Het opstellen van een bestuurlijke, meerjarige overeenkomst geeft zekerheid en flexibiliteit.
De adviezen van mevrouw Manunza van de Universiteit van Utrecht en de heer Rouwenhorst
van PricewaterhouseCoopers (PwC) hebben goede inzichten gegeven in het aanbestedingsrecht en de fiscale consequenties van samenwerken. Daaruit zijn de leidende principes voor de
samenwerking voortgekomen:
• het werk binnen Waterkracht is van algemeen belang en wordt gezamenlijk uitgevoerd
zonder winstoogmerk;
• personeel wordt ‘om niet’ ingezet (wordt niet over en weer verrekend);
• out of pocket kosten zijn ‘voor gemene rekening’, d.w.z. worden volgens een vaste
verdeelsleutel verrekend;
• een (juridische) entiteit wordt niet opgericht, tenzij daartoe duidelijke redenen zijn
(bijv. verplichting of bedrijfseconomisch interessant).
Voor deze vorm van samenwerking is gekozen, omdat dan de fiscale consequentie (BTW-plicht)
zo klein mogelijk is. Het oprichten van een (juridische) entiteit wordt open gehouden; het zal
minder vanzelfsprekend gebeuren dan aanvankelijk werd gedacht. Zo werd het college in punt 7
van het voorstel van 3 december 2013 gevraagd kennis te nemen van het voornemen in 2014 te
starten met de voorbereidingen voor een (bedrijfsvoerings) GR waarin ten minste de
gezamenlijke aanschaf van applicaties kan worden ondergebracht. Op dit moment wordt nog
niet gewerkt aan het opstarten van enige vorm van een GR, omdat daar nog geen aanleiding toe
is. Gaandeweg zal duidelijk worden of en voor welk werkveld dit wel nodig is.
Met PwC is doorgesproken hoe enerzijds flexibiliteit in handelen en anderzijds fiscale zekerheid
bereikt zou kunnen worden. Dat heeft, in afwijking van het eerdere besluit, geleid tot het
opstellen van twee overeenkomsten in plaats van één. Naast een meerjarige bestuurlijke
overeenkomst waarin de basisprincipes en voorwaarden van de samenwerking worden
vastgelegd, is een jaarlijkse ambtelijke overeenkomst opgesteld. Hierin worden de per jaar uit te
voeren werkzaamheden en de specifieke voorwaarden ten aanzien van de uitvoering
vastgelegd. Elk jaar zal de ambtelijke overeenkomst worden voorgelegd aan de coördinerende
belastinginspecteur. En elk jaar kunnen zo op basis van nieuwe inzichten en geplande
werkzaamheden de fiscale consequenties bepaald worden en een uitspraak aan de
coördinerende belastinginspecteur gevraagd worden.
De ambtelijke overeenkomst werkt onder de bestuursovereenkomst. Dat wil zeggen dat alles
wat bepaald is in de bestuursovereenkomst geldt voor de ambtelijke overeenkomst. In de
jaarlijkse ambtelijke overeenkomst is het uit te voeren werk voor dat jaar opgenomen, evenals
de essentiële zaken ten aanzien van inrichting en uitvoering. Het werkpakket zal elk jaar rond
november voor een uitspraak aan de belastinginspecteur worden voorgelegd. De uitspraak van
de belastinginspecteur wordt ter kennisgeving aan het dagelijks bestuur worden voorgelegd.
Goedkeuren van de bestuursovereenkomst behoort tot de bevoegdheid van het
algemeen bestuur.
1.3 De voorgestelde werkwijze van Waterkracht is voor een bindende uitspraak voorgelegd aan
de belastinginspecteur.
De overeenkomsten zijn voorgelegd aan de coördinerende belastinginspecteur. De
coördinerende belastinginspecteur handelt namens de andere betrokken belastinginspecteurs.
Voor 2014 is akkoord gegeven op de voorgestelde werkwijze.
Pagina:
3 van 4
2.1 Het dashboard toont de voortgang van de overeenkomst.
In de overeenkomst is bepaald dat jaarlijks op basis van een dashboard het bestuur over de
voortgang wordt geïnformeerd. In bijlage 2 is het dashboard gepresenteerd. Het zal onderdeel
worden van de reguliere bestuursrapportage.
Kosten
In de Eindrapportage Uitwerkingsfase Waterkracht zijn de meerjarige kosten en baten van
Waterkracht aangegeven. Jaarlijks zal de in de begrotingen van de waterschappen een
paragraaf over waterkracht en de financiële effecten worden opgenomen. Voor 2014 is dat
reeds gebeurd.
In 2015 wordt verwacht dat de financiële voordelen beginnen op te wegen tegen de kosten.
Per saldo is de verwachting dat in 2015 een klein voordeel van max. € 150.000 kan worden
gerealiseerd. Verwacht wordt dat per 2017 het financiële voordeel € 1,8 tot € 2,2 mln. bedraagt.
Op langere termijn stijgt het verwachte voordeel verder. In 2020 lijkt een kostenbesparing van
€ 4 mln. haalbaar. Duidelijk is dat de investeringen dus al in die periode (drie jaar) ruimschoots
worden terugverdiend.
Kanttekeningen
Geen.
Juridische consequentie
Met de uitspraak van de coördinerende belastinginspecteur is zekerheid over de fiscale
implicaties van de samenwerking waterkracht meerjarig op hoofdlijnen en jaarlijks voor de
feitelijk uit te voeren werkzaamheden.
Communicatie
Een gezamenlijke ondertekening van de overeenkomsten door de dijkgraven en de regiegroep
zal de opbouwfase van deze samenwerking afronden. Dit biedt tevens de mogelijkheid om de
pers hierbij uit te nodigen. De ondertekening zal naar verwachting in juli kunnen plaatsvinden.
Voor Waterkracht is een apart communicatieplan opgesteld.
Planning/routing voorstel
Algemeen bestuur (besluit)
1 juli 2014
Pagina:
4 van 4