BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN VAN FEBRUARI 2014 MONDELINGE VRAGEN COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN, INTERCOMMUNALES EN BEVOLKING Vergadering van maandag 17 februari 2014 1. 2014_MC_00063 - Acties dienst burgerzaken. - Isabelle De Clercq 2. 2014_MC_00064 - Bulgaren en Roemenen in Gent. - Anne Schiettekatte 3. 2014_MC_00065 - Toestroom Bulgaren en Roemenen. - Johan Deckmyn 4. 2014_MC_00069 - Personeel Burgerzaken. - Filip Van Laecke 5. 2014_MC_00070 - Impact openstellen EU-grenzen. - Filip Van Laecke 6. 2014_MC_00076 - Brandveiligheid studentenkoten. - Veli Yüksel 7. 2014_MC_00079 - brandweercontroles studentenwoningen. - Isabelle De Clercq 8. 2014_MC_00084 - Brandveiligheid van huizen met samenhuizende volwassenen. Dirk Holemans 9. 2014_MC_00099 - Earth Hour City Challenge 2014: moeten steden elkaar aftroeven? - Dirk Holemans - Bezoek aan Gents Huis van de Mensenrechten en Vredeshuis voor alle politiemensen. - Guy Reynebeau 10. 2014_MC_00113 11. 2014_MC_00112 - Talenkennis werklieden TMVW. - Siegfried Bracke 12. 2014_MC_00116 - Buurtinformatienetwerken. - Sami Souguir 13. 2014_MC_00117 - Tijdelijk parkeerverbod werfwagens. - Stephanie D'Hose COMMISSIE CULTUUR, SPORT EN FEESTEN Vergadering van maandag 10 februari 2014 14. 2014_MC_00058 - Financiële problemen bij jeugdsportverenigingen. - Paul Goossens 15. 2014_MC_00059 - Evaluatie watertaxi. - Greet Riebbels 16. 2014_MC_00062 - WO II en kunstwerken. - Anne Schiettekatte 17. 2014_MC_00068 - Prijzen enquête bibliotheek. - Steven Vromman 18. 2014_MC_00073 - Aandacht voor de recreatiesport en jongerenwerking. - Anne Schiettekatte 19. 2014_MC_00081 - Obama en de Treaty of Ghent. - Greet Riebbels 20. 2014_MC_00083 - Mobilhomeplaatsen. - Stephanie D'Hose 21. 2014_MC_00086 - Crowdfunding. - Stephanie D'Hose 22. 2014_MC_00088 - Toekomst Hotel D'Hane Steenhuyse. - Karlijn Deene 23. 2014_MC_00089 - Sperperiode Gentse feesten. - Karlijn Deene 24. 2014_MC_00092 - Subsidiëring vzw Lyrica. - Karlijn Deene 25. 2014_MC_00094 - MSK en WOII. - Karlijn Deene 26. 2014_MC_00095 - Pop en rock-zaal in het wintercircus? - Bram Vandekerckhove 27. 2014_MC_00097 - De toekomst van de stadsdichter/componist in Gent. - Bram Vandekerckhove COMMISSIE HAVEN, ECONOMIE EN FINANCIËN Vergadering van dinsdag 11 februari 2014 28. 2014_MC_00087 - Wedstrijdreglement coworkingruimte Rabot. - Mehmet Karanfil Sadik COMMISSIE ONDERWIJS, PERSONEEL EN FM Vergadering van woensdag 12 februari 2014 29. 2014_MC_00066 - Verhuis fractiesecretariaten. - Wis Versyp 30. 2014_MC_00072 - Afbraak clubhuis Sint-Laurentiuspark Oostakker. - Sandra Van Renterghem 31. 2014_MC_00077 - Te weinig plaatsen voor instappertjes in Gentse scholen. - Sandra Van Renterghem 32. 2014_MC_00080 - Leopoldskazerne. - Karlijn Deene 33. 2014_MC_00085 - Bednet in de Ziekenhuisschool. - Paul Goossens 34. 2014_MC_00091 - Verwijderen van infokiosken. - Sandra Van Renterghem 35. 2014_MC_00106 - Zomerspeeltuin in de kuip van Gent. - Astrid De Bruycker 36. 2014_MC_00107 - Samenwerking tussen de verschillende onderwijsnetten op diverse vlakken. - Bram Van Braeckevelt COMMISSIE OPENBARE WERKEN, MOBILITEIT EN STEDENBOUW Vergadering van donderdag 13 februari 2014 37. 2014_MC_00054 38. 2014_MC_00060 40. 2014_MC_00071 - Doorrijverbod voor fietsers in de Kortrijksepoortstraat. - Sas van Rouveroij - Gentse groene halte. - Sven Taeldeman - Parking Winkelcentrum Dampoort. - Veli Yüksel 41. 2014_MC_00074 - Evaluatie parking Savaanstraat. - Sandra Van Renterghem 42. 2014_MC_00075 - Problematiek van niet-geregistreerde studentenkoten. - Veli Yüksel 43. 2014_MC_00078 - Brandveiligheid studentenwoningen. - Isabelle De Clercq 44. 2014_MC_00093 - Communicatie werken Brusselsesteenweg. - Gert Robert 45. 2014_MC_00082 - Leegstandsbelasting voor het gebouw van de voormalige cinema Rex aan het Maria Hendrikaplein. - Guy Reynebeau 46. 2014_MC_00090 48. 2014_MC_00098 - Parkeerkaart voor voertuigen met buitenlandse nummerplaat. Isabelle De Clercq - Verbeteren van speelmogelijkheden in Oostakker. - Sandra Van Renterghem - Deelfietsen voor Gent. - Gert Robert 49. 2014_MC_00100 - Actiegroep tegen lawaaihinder E17. - Sara Matthieu 50. 2014_MC_00103 - Overleg rond vernieuwing moskee Elyzeese Velden. - Astrid De Bruycker 51. 2014_MC_00101 - Wegenwerken Sint-Laurentiuslaan te Oostakker. - Sandra Van Renterghem 52. 2014_MC_00104 - Bomen op de Korenmarkt. - Sara Matthieu 53. 2014_MC_00105 - Zwaar sluipverkeer Wittewalle. - Sandra Van Renterghem 54. 2014_MC_00108 - Beslissing om de Voldersstraat permanent te ‘knippen’. - Veli Yüksel 55. 2014_MC_00109 - Fietsonderdoorgang ter platen. - Sara Matthieu 56. 2014_MC_00110 - Vernieuwing Hondelee (Zwijnaarde). - Sami Souguir 47. 2014_MC_00096 COMMISSIE WELZIJN, WERK EN MILIEU Vergadering van dinsdag 18 februari 2014 57. 2014_MC_00057 - Sluiting buurtcentrum De Kluts, Linnenstraat. - Jef Van Pee 58. 2014_MC_00067 - Energiearmoede en achterstallige facturen nutsmaatschappijen. Greet Riebbels 59. 2014_MC_00102 - Subsidies voor milieuvriendelijke mobiliteit. - Karlijn Deene 60. 2014_MC_00111 - Geld voor strijd tegen kinderarmoede. - Siegfried Bracke 61. 2014_MC_00114 - Contact met vereenzaamde bejaarden. - Sami Souguir 62. 2014_MC_00115 - Fijn stof. - Sven Taeldeman 63. 2014_MC_00118 - Verhoging aanvragen leefloon door jongeren. - Bram Van Braeckevelt GEMEENTERAAD - VRAGENUURTJE Vergadering van maandag 24 februari 2014 76. 2014_MV_00022 - Leegstandsbelasting voor het gebouw van de voormalige cinema Rex aan het Maria Hendrikaplein - ingediend door gemeenteraadslid Guy Reynebeau 77. 2014_MV_00023 - Leiepromenade - ingediend door gemeenteraadslid Sven Taeldeman 78. 2014_MV_00027 - nieuwe locatie voor het DIV-kantoor - ingediend door gemeenteraadslid Karin Temmerman 79. 2014_MV_00019 - Motorcrossterrein in Sint-Kruis-Winkel - ingediend door gemeenteraadslid Jef Van Pee - Zwembad Rosas - ingediend door gemeenteraadslid Jef Van Pee 80. 2014_MV_00020 81. 2014_MV_00021 - Het kraken van woningen in de Lübeckstraat - ingediend door gemeenteraadslid Johan Deckmyn 82. 2014_MV_00035 - Plaatsing automatische externe defibrillatoren (AED's) door Stad Gent - ingediend door gemeenteraadslid Sami Souguir - Mobiele website - ingediend door gemeenteraadslid Stephanie D'hose - Groene klokkenstoel - ingediend door gemeenteraadslid Stephanie D'hose 83. 2014_MV_00034 84. 2014_MV_00033 85. 2014_MV_00024 - De Finse piste rond de Watersportbaan - ingediend door gemeenteraadslid Elke Sleurs 86. 2014_MV_00025 - Kampioenschap voor fietskoeriers - ingediend door gemeenteraadslid Steven Vromman 87. 2014_MV_00026 - Klokketoren stadshal - ingediend door gemeenteraadslid Karlijn Deene 88. 2014_MV_00028 - Verkeersproblematiek Tuinwijklaan en omgeving - ingediend door gemeenteraadslid Sara Matthieu 89. 2014_MV_00029 - Missing link fietspad De Pinte - ingediend door gemeenteraadslid Sara Matthieu - verslaggeving en live streaming van de gemeenteraad - ingediend door gemeenteraadslid Astrid De Bruycker - verkoop van het Sint-Jorishof en andere stadseigendommen ingediend door gemeenteraadslid Karlijn Deene 90. 2014_MV_00031 91. 2014_MV_00030 92. 2014_MV_00032 - Werken aan de Beukenlaan - ingediend door gemeenteraadslid Elke Sleurs 93. 2013_MV_00179 - Hoe mogelijke wildgroei drones inperken? - ingediend door gemeenteraadslid Dirk Holemans 94. 2014_MV_00036 - Heraanleg Heiveldstraat - ingediend door gemeenteraadslid Paul Goossens 95. 2014_MV_00037 - Erkenning en subsidies voor de wijkgerichte gezondheidspromotie voor de wijkgezondheidscentra - ingediend door gemeenteraadslid Guy Reynebeau SCHRIFTELIJKE VRAGEN 010/14 NR. 010/14 - Toegangspoort Dodoensdreef - bevoegde schepen schepen Martine De Regge - dd. 7 januari 2014 013/14 NR. 013/14 -geveltuintjes - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 7 januari 2014. 015/14 NR. 015/14 - Brandveiligheid scholen - bevoegde schepen schepen Elke Decruynaere - dd. 9 januari 2014 019/14 NR. 019 /14 - Parkeerplaatsen voor mindervaliden aan de kerken van Sint-Denijs-Westrem en Afsnee - burgemeester - dd. 14 januari 2014 020/14 NR. 020/14 - Afvalcontainers in Schuddeveestraat - bevoegde schepen - Christophe Peeters - dd. 13 januari 2014 (heringediend 3 februari) 024/14 NR. 024/14 - Vlootbeheer Stad Gent - bevoegde schepen schepen Martine De Regge - dd. 14 januari 2014 025/14 NR. 025/14 - Kruispunt Lindenlei – Coupure Rechts veiliger maken voor fietsers - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 15 januari 2014 026/14 NR. 026/14 - Zwerfafval in de Zuidbuurt - bevoegde schepen schepen Tine Heyse - dd. 15 januari 2014 027/14 NR. 027/14 - duidelijke wegmarkering ter handhaving van de zone 30 - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 15 januari 2014 028/14 NR. 028/14 - Snelheidsmetingen in de Meerhoutstraat - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - 16 januari 2014 029/14 NR. 029/14 - Hinder DIV-kantoor Visserij - bevoegde schepen schepen Filip Watteeuw - dd. 20 januari 2014 030/14 NR. 030/14 - Compensatie voor gebruik tropisch hardhout op stadshal - bevoegde schepen - schepen Martine De Regge - dd. 20 januari 2014 033/14 NR. 033/14 - Defecte liften stadshal - bevoegde schepen - schepen Martine De Regge - dd. 20 januari 2014 034/14 NR. 034/14 - Verkeersonveiligheid omgeving Ganzendries – Tuinwijklaan – Maaltebruggestraat - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 21 januari 2014 036/14 NR. 036/14 - Dreigende afbraak kasteel ‘Le Bois Dormant’ SintDenijs-Westrem - bevoegde schepen - schepen Tom Balthazar dd. 22 januari 2014 037/14 NR. 037/14 - Incidenten wedstrijden Ghelamco Arena burgemeester - dd. 22 januari 2014 038/14 NR. 038/14 - De Gentse Stadsgids - burgemeester - dd. 23 januari 2014 039/14 NR. 039/14 - Wandelwegen voor ruiters - bevoegde schepen schepen Filip Watteeuw - dd. 24 januari 2014 040/14 NR. 040/14 - Toegangsslagbomen containerpark Drongen bevoegde schepen - schepen Tine Heyse - dd. 24 januari 2014 041/14 NR. 041/14 - Waterstraat / Jacobus De Keukelaerestraat, Oostakker - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 27 januari 2014 042/14 NR. 042/14 - Vandalisme Gustaaf Calierlaan - burgemeester - dd. 27 januari 2014 043/14 NR. 043/14 - Verkeer Wielewaalstraat - bevoegde schepen schepen Filip Watteeuw - dd. 27 januari 2014 044/14 NR. 044/14 - Trottoir Guislainbrug - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 27 januari 2014 047/14 NR. 047/14 - Adolf Baeyensstraat - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 28 januari 2014 048/14 NR. 048/14 - Veiligheid voor fietsers in de Jacques Eggermontstraat - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw dd. 28 januari 2014 049/14 NR. 049/14 - integrale heraanleg Jules De Saint-Genoisstraat en Peter Benoitlaan - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw dd. 28 januari 2014 050/14 NR. 050/14 - Geweigerde evenementen - bevoegde schepen schepen Christophe Peeters - dd. 28 januari 2014 052/14 NR. 052/14 - Onderhoud groen Drongenplein - bevoegde schepen - schepen Tom Balthazar - dd. 29 januari 2014 053/14 NR. 053/14 - Snelheidsremmende maatregelen in de Eikstraat bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 29 januari 2014 054/14 NR. 054/14 - Verkeersdrempels Asselstraat (Drongen) - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 30 januari 2014 055/14 NR. 055/14 - Onveilige fietssituatie in Drongenstationstraat bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 30 januari 2014 056/14 NR. 056/14 - Verkeersonveiligheid Antoon Catriestraat bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 30 januari 2014 057/14 NR. 057/14 - Bushalte Oostakkerdorp - burgemeester - dd. 30 januari 2014 058/14 NR. 058/14 - inzet camera tegen sluikstorten Dendermondsesteenweg - burgemeester - dd. 30 januari 2014 059/14 NR. 059/14 - IVAGO stopt met opkuis terrein Tapuitstraat bevoegde schepen - schepen Tine Heyse - dd. 30 januari 2014 060/14 NR. 060/14 - DKO en Gentse verenigingen - bevoegde schepen schepen Elke Decruynaere - dd. 31 januari 2014 061/14 NR 061/14 - inspiratiesessie Digipolis over ICT - bevoegde schepen - schepen Martine De Regge - dd. 31 januari 2014 062/14 NR 062/14 - Heraanleg stationsomgeving Drongen ongunstig voor fietsers - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 31 januari 2014 063/14 NR. 063/14 - Heraanleg Heiveldstraat - bevoegde schepen schepen Filip Watteeuw - dd. 31 januari 2014 064/14 NR. 064/14 - Heraanleg Heiveldstraat - bevoegde schepen schepen Filip Watteeuw - dd. 31 januari 2014 066/14 NR. 066/14 - inschrijving sportkampen - bevoegde schepen schepen Resul Tapmaz - dd. 3 februari 2014 067/14 NR. 067/14 - ringleiding en cultuur - bevoegde schepen - schepen Annelies Storms - dd. 3 februari 2014 068/14 NR. 068/14 - Werken in Sint-Kruis-Winkel - bevoegde schepen schepen Filip Watteeuw - dd. 5 februari 2014 069/14 NR. 069/14 - Gebedsruimtes voor moslims - bevoegde schepen schepen Resul Tapmaz - dd. 6 februari 2014 070/14 NR. 070/14 weigering van de Dienst Burgerzaken om vreemdelingen met een Belgische verblijfsvergunning toe te staan het land te verlaten voor een periode van meer dan zes maanden bevoegde schepen - schepen Sofie Bracke - dd. 6 februari 2014 071/14 NR. 071/14 - Comfortdienst IVAGO - bevoegde schepen schepen Tine Heyse - dd. 6 februari 2014 072/14 NR. 072/14 - clubhuizen voor senioren - bevoegde schepen schepen Rudy Coddens - dd. 6 februari 2014 073/14 NR. 073/14 - De Seniorenweek - bevoegde schepen - schepen Rudy Coddens - dd. 6 februari 2014 074/14 NR. 074/14 - De visput Oostakker - bevoegde schepen - schepen Tom Balthazar - dd. 6 februari 2014 075/14 NR. 075/14 - Uitwijzingen Dienst Vreemdelingenzaken bevoegde schepen - schepen Sofie Bracke - dd. 6 februari 2014 076/14 NR. 076/14 - Petanquebanen, Oostakker - bevoegde schepen schepen Resul Tapmaz - dd. 7 februari 2014 078/14 NR. 078/14 - verkeersleefbaarheidsplannen - bevoegde schepen schepen Filip Watteeuw - dd. 7 februari 2014 079/14 NR. 079/14 - Parkeerdruk Bollebergen (Zwijnaarde) - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 10 februari 2014 080/14 NR. 080/14 - werking dekenijen - bevoegde schepen - schepen Christophe Peeters - dd. 10 februari 2014 083/14 NR. 083/14 - Bedrijventerrein Wiedauwkaai Wondelgemsemeersen - bevoegde schepen - schepen Mathias De Clercq - dd. 10 februari 2014 085/14 NR. 085/14 - Wandelwegen voor ruiters - burgemeester - dd. 18 februari 2014 086/14 NR. 086/14 - Parking SIVI Maïsstraat - bevoegde schepen schepen Filip Watteeuw - dd. 14 februari 2014 087/14 NR. 087/14 - Beslissing om de Voldersstraat permanent te 'knippen' - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 14 februari 2014 089/14 NR. 089/14 - oproep van Minister Bourgeois aan de gemeenten om actie te ondernemen wanneer blijkt dat er inderdaad belastingontduiking geweest is bij GDF Suez - burgemeester - dd. 17 februari 2014 090/14 NR. 090/14 - Leerlingencijfers Stedelijk Onderwijs - bevoegde schepen - schepen Elke Decruynaere - dd. 17 februari 2014 093/14 NR. 093/14 - maatregelen om de snelheid te remmen aan kleuterschool ‘De Speurder’ - bevoegde schepen - schepen Filip Watteeuw - dd. 18 februari 2014 1. 2014_MC_00063 - MONDELINGE VRAAG - ACTIES DIENST BURGERZAKEN. ISABELLE DE CLERCQ OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : De Clercq Isabelle N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Personeel van de dienst burgerzaken houdt een aantal acties: de loketten zullen alvast woensdagnamiddag 29/1 en zaterdag 1/2 gesloten blijven voor de burger. De schepen heeft in de pers verkondigd dat ze in goede verstandhouding met het personeel wil inzetten op flexibeler werken. Vraag 1. Welke maatregelen of omstandigheden liggen aan de basis van de onvrede bij het personeel? 2. Hoe kaderen deze maatregelen binnen de personeelsbesparingen die de stad zegt door te voeren en binnen het aangekondigde personeelsbehoeftenplan? 3. Hoe verloopt het overleg en de communicatie met het personeel inzake flexibeler werken, de besparingen en het personeelsbehoeftenplan? ANTWOORD De vakbonden organiseerden 29 januari en 1 februari prikacties bij de loketten Burgerzaken omwille van volgende bekommernissen: 1. Vrees voor structureel personeelstekort en te hoge werkdruk als gevolg van de personeelsbesparingen 2. De verplichte instap in het Mobiel Dienstencentrum 3. Het uitblijven van statutariseringen 4. Het wegvallen van de 25% vergoeding voor zaterdagprestaties aan de loketten van de dienst Burgerzaken Deze actie werd goed opgevolgd door de medewerkers van de dienst Burgerzaken waardoor de meeste loketten gesloten waren. 1. 1. Verhoogde werkdruk loketmedewerkers Ik begrijp de ongerustheid van de loketmedewerkers met betrekking tot de op til staande veranderingen. Het is inderdaad een uitdaging om met een toenemende bevolking de dienstverlening op peil te houden en tegelijkertijd de werkdruk voor het personeel werkbaar te houden. Samen met schepen Martine De Regge en het ganse stadsbestuur ben ik er echter van overtuigd dat deze oefening tot een goed einde kan worden gebracht. Momenteel wordt de oefening rond de personeelsbehoeftes voor de verschillende stadsdiensten voorbereid door het managementteam. Hierna zal het plan binnen het college worden besproken. Dit is geen evidente oefening maar dit college heeft met de meerjarenbegroting reeds bewezen moeilijke beslissingen daadkrachtig te kunnen nemen. Maar het moet voor iedereen duidelijk zijn dat de vervangingen stadsbreed worden bekeken en niet per dienst. Het was dan ook voorbarig van de vakbonden om te stellen dat slechts één op vier loketmedewerkers wordt vervangen. Mocht het college deze maatregel trouwens niet hebben genomen en iedereen blijven vervangen, dan zou de financiële toestand de Stad Gent ertoe gedongen hebben om medewerkers te ontslaan. Dat wensen we te allen prijze te vermijden. Maar die beperkte vervangingen worden dus stadsbreed bekeken en niet per dienst. Het is dan ook mogelijk dat de vervangingsgraad in de Dienst Burgerzaken hoger zal liggen dan bij andere diensten. Dat is op dit moment nog niet geweten. We kiezen er ook voor om de huidige organisatie van de loketten in vraag te stellen. Ik ben ervan overtuigd dat de organisatie efficiënter kan en dat tegelijkertijd het welzijn van het personeel verhoogd kan worden. Te vaak bestaan er nog artificiële schotten tussen stadsdiensten of zelfs binnen diensten zelf. Juist door dit aan te pakken kan er een betere verdeling van de werkdruk worden verkregen. Bovendien kan er een gevarieerder takenpakket worden aangeboden aan de medewerkers. Zo is er geen reden om aan te nemen dat iemand die een Gentinfo-punt bemant ook bepaalde taken van Burgerzaken niet zou kunnen opnemen. Hierbij zal wel steeds rekening worden gehouden met het behoud en de uitbouw van de nodige expertise. Bepaalde afdelingen zoals het loket Migratie, werken immers met complexe materies. Hier zal een verdergaande specialisatie en centralisatie eerder aan de orde zijn. Ook is het niet ondenkbaar dat loketmedewerkers in de toekomst verschillende werkplaatsen kennen. Zo is iemand die werkt in een dienstencentrum ook perfect inzetbaar in het centraal administratief centrum en omgekeerd. Deze veranderingen zullen dus een bepaalde flexibiliteit van het personeel vergen. We zijn er ons ook van bewust dat het personeel hierbij goed begeleid zal moet worden. Maar door samen met het personeel dit aan te pakken en door meer verantwoordelijkheid bij hen te leggen, zullen we slagen in dit opzet. Een ander belangrijk element is het herzien van de openingsuren van de loketten. Door die meer gericht te openen, kan de werkdruk opnieuw verminderen en kan er meer tijd worden vrijgemaakt voor backoffice taken. Gerichter betekent dat de openingsuren meer op maat zullen zijn van de Gentenaar. We begrijpen dat zulke zaken gevoelig liggen bij het personeel. We willen dit dan ook in een algemeen plan bespreken met de vakbonden. Ten slotte, wenst dit stadsbestuur de sprong naar de 21ste eeuw te nemen op het vlak van edienstverlening. Nu zijn reeds enkele producten beschikbaar via het e-loket maar hier zijn zeker verbeteringen mogelijk. Verbeteringen voor de klant door in te zetten op een breder gamma van diensten en een automatische afhandeling via een digitale handtekening. Maar zeker ook verbeteringen voor het stadspersoneel door de processen achter het e-loket te automatiseren. Het is frappant dat een online-aanvraag nu nog kan resulteren in het afprinten van een uittreksel door een personeelslid. Die moet hierna de enveloppe klaarmaken, de geadresseerde opschrijven, een postzegel plakken om dan uiteindelijk de brief te kunnen posten. Het hoeft geen betoog dat dit uitermate afstompend werk is en dat een automatisering hiervan tot een aanzienlijke werkdrukverlaging zal leiden. Laat het duidelijk zijn dat het stadsbestuur haar loketmedewerkers niet de woestijn zal insturen. De aangekondigde besparingen zullen de volgende jaren gepaard gaan met belangrijke organisatorische veranderingen. Deze veranderingen zullen er net op gericht zijn om een gelijke werkdrukverdeling te bekomen bij de verschillende loketten. Bovendien wensen we zo de takenpaketten interessanter te maken voor het personeel. Tegelijkertijd streven we zo een goede en efficiënte dienstverlening na voor de Gentenaars. 1. 2. Verplichte instap Mobiel Dienstencentrum Het nieuwe arbeidsreglement – die nog niet is goedgekeurd door de vakbonden – voor de diensten Burgerzaken en Onthaal voorziet dat elke loketmedewerker van Burgerzaken ingezet kan worden in het Mobiel Dienstencentrum. Het Mobiel Dienstencentrum is immers een volwaardig dienstencentrum. We willen dan ook vermijden dat het Mobiel Dienstencentrum niet kan uitrijden en de burger niet kan worden geholpen. In eerste instantie wordt er wel naar gestreefd om het Mobiel Dienstencentrum te bemannen met medewerkers die daar bewust voor kiezen. Maar om te vermijden dat de werkdruk op deze personeelsleden te hoog wordt en om ook voor deze mensen een flexibele planning te kunnen hanteren, kan een beroep worden gedaan op het overige personeel. In feite zal dit zeer sporadisch zijn aangezien verschillende personeelsleden al hebben aangegeven in het Mobiel Dienstencentrum te willen werken. De reactie van de vakbonden was dan ook iets te voortvarend. 1. 3. Beloofde statutariseringen blijven uit Voor dit punt is schepen De Regge bevoegd. Ik kan wel stellen dat schepen De Regge een grote inspanning heeft gedaan voor de verdere statutarisering van mensen die opgenomen zijn in de wervingsreserve voor de graad van administratief medewerker. Dit jaar zullen 20 mensen van die lijst gestaturiseerd worden waarna jaarlijks 10 medewerkers volgen. Maar voor verdere vragen over dit topic dien ik u echter door te verwijzen naar de schepen bevoegd voor Personeelszaken. 1. 4. 125% vergoeding voor zaterdagprestaties valt weg voor loketgebonden diensten Ook voor dit punt is schepen Martine De Regge bevoegd. Maar ik zal u kort de problematiek schetsen. Vandaag worden de zaterdagprestaties in drie diensten met 1,25 vermenigvuldigd: de Dienst Burgerzaken, (een deel van) de Dienst Onthaal en de Dienst van de Ombudsvrouw. Die vermenigvuldiging is het gevolg van een beslissing in de jaren ’90, toen het werken op zaterdag nieuw was. Dit terwijl de 38-uren-week gerespecteerd wordt. Het gaat dus niet over overwerk. Intussen wordt er op veel meer diensten ook op zaterdag gewerkt binnen de gewone 38 uren week en aan 100%. De structurele zaterdagprestaties van de loketten van de Diensten Burgerzaken, Onthaal en Ombudsvrouw maken maar 20% uit van de totale zaterdagprestaties. Het college heeft beslist om dit gelijk te schakelen. We vinden het immers niet correct om voor gelijke prestaties twee regelingen te hebben. Bovendien gaat het over regulier werk, niet over overwerk. Wel wil ik bekijken of het personeel van de dienst Burgerzaken van een flexibelere planning kan genieten. Nu is het vaak dat mensen 38 uren werken maar dan uitgesmeerd over 6 dagen. Samen met de dienst wil ik bekijken of het personeel flexiber zijn werkweek kan indelen. Want als wij als stadsbestuur een grotere flexibiliteit vragen naar werkplekken en uren is het maar logisch dat hier voor het personeel iets tegenover staat. Het is net door de schotten tussen de afdelingen weg te werken en daardoor met een grotere pool aan personeel te kunnen werken, dat er meer flexibiliteit zal kunnen worden aangeboden aan het personeel. Deze oefening die ook nauw samenhangt met de openingsuren wordt momenteel voorbereid om daarna met de vakbonden besproken te worden. 1. 5. Verder overleg met de vakbonden en het personeel Ik heb het daarnet al een paar maal aangehaald. De gesprekken met de vakbonden zijn nog steeds lopende. Op 4 februari hadden we een zogenaamd verzoeningsoverleg met betrekking tot het voorliggend arbeidsreglement en de prikacties. Verzoend zijn we nog niet maar evenmin hebben we de vergadering met slaande deuren verlaten. We hebben afgesproken dat het bestuur enerzijds zijn oefening verderzet met betrekking tot de reorganisatie van de dienst Burgerzaken. Deze oefening zal trouwens een belangrijk onderdeel uitmaken van mijn Beleidsnota. Anderzijds bekijken de vakbonden samen met hun achterban hoe zij de toekomstige organisatie zien. Wat ik oprecht een goede zaak vind. Ik wil immers een verhaal schrijven dat gedragen is door het personeel. Bovendien ben ik ervan overtuigd dat dit een waardevolle inbreng kan zijn. 1. 6. Actieplan voor het probleem van tijdelijke sluitingen als gevolg van ziekte van personeel Mijnheer Van Laecke u vraagt naar een actieplan om tijdelijke sluitingen als gevolg van ziekteverzuim te vermijden. Op zich stelt dit probleem zich doorheen het jaar niet. De organisatie is nu reeds flexibel genoeg om mensen vanuit andere dienstencentra te laten inspringen. En in uiterste nood kunnen personeelsleden vanuit het centraal administratief centrum bijspringen. Vorige zomer werden in de maand augustus inderdaad een aantal dienstencentra gesloten voornamelijk als gevolg van een slechte spreiding van de vakantieplanning. Bovendien waren er bepaalde dagen meer medewerkers beschikbaar dan dat er loketten waren in de dienstencentra die open waren. Toen is er dus het een en het ander fout gelopen in de planning. De dienst Burgerzaken beseft dit en zal de volgende vakantieperiodes hier beter mee omgaan. Wel zal zoals u waarschijnlijk is duidelijk geworden, bij de toekomstige organisatie van de dienst Burgerzaken ernaar gestreefd worden om met grotere pools van medewerkers te kunnen werken. Ik denk vooral aan overlappingen tussen enerzijds de loketten Bevolking en Rijden en Reizen en anderzijds de dienstencentra. Hierdoor zal de bezetting van de verschillende locaties nog beter gegarandeerd kunnen worden. Waar er momenteel wel een probleem is en ik moet daar niet flauw over doen, is het Loket Migratie. Op zich is het personeelscontingent voldoende groot om het loket goed te laten werken. Maar het ziekteverzuim is er te hoog. Het is voor de overblijvers hard werken om dezelfde dienstverlening aan te houden. Waardoor ook deze mensen overwerkt worden en we in een vicieuze cirkel geraken. Bovendien bleek uit de welzijnsenquête dat deze afdeling met verschillende problemen kampt. Vandaar dat ik samen met schepen De Regge ingegrepen heb en we een actieplan hebben laten opmaken voor het loket. Dit actieplan is vooral operationeel van aard en houdt in dat bekeken wordt of de afdeling niet anders kan worden georganiseerd. Momenteel draaien dan ook twee managementondersteuners van de dienst Organisatie & Ontwikkeling mee met het team. Zij gaan na of de werkprocessen verbeterd kunnen worden en of de taakverdeling tussen de medewerkers niet evenwichtiger kan. Tegelijkertijd bekijken we hoe de digitalisering van de backoffice versneld kan ingevoerd worden om zo de werkdruk te verlichten. Hiervoor zijn we in gesprek met Cevi. Maar spijtig genoeg gaat dit niet allemaal zo snel als dat ik gehoopt had. Blijkbaar is de ICT-koppeling van de systemen van Cevi met de Digipolis-toepassingen niet vanzelfsprekend. Bovendien kent de huidige toepassing van Cevi nog belangrijke tekortkomingen voor een stad als Gent. Ten slotte wil ik onderzoeken of alle verrichtingen met betrekking tot Migratie niet beter gecentraliseerd worden. Nu gebeurt de dienstverlening nog versnipperd over de verschillende dienstencentra. Maar als gevolg van de steeds complexer wordende wetgeving en de toenemende en steeds diversere migratie lijkt een specialisatie aan de orde. Als we deze beweging willen inzetten moet uiteraard de centrale infrastructuur voldoen. We bekijken nu of met de huidige infrastructuur dit gerealiseerd kan worden. 2. 2014_MC_00064 - MONDELINGE VRAAG - BULGAREN EN ROEMENEN IN GENT. - ANNE SCHIETTEKATTE OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : Schiettekatte Anne sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Ondertussen is het ‘vrij verkeer van werknemers binnen de Europese Unie’ sinds ongeveer een maand ook van toepassing op Roemenen en Bulgaren. In tegenstelling tot wat sommigen voorspelden is er tot op vandaag in Gent geen grote toevloed waar te nemen. Bevoegde Schepen Bracke stelde tijdens de eerste 3 weken van januari toch een verdubbeling vast bij de Bulgaren (van 41 naar 99 in dezelfde periode vorig jaar) en een verviervoudiging bij de Roemenen (van 3 naar 13). Het is nog niet duidelijk in welke mate het hier effectief om nieuwkomers gaat of mensen betreft die reeds in Gent verblijven en nu het nieuwe statuut als werkzoekende aanvragen. De voorwaarden om te kunnen blijven zijn streng en verschillend voor werknemers en werkzoekenden. Het is van belang dat deze dan ook nauwgezet toegepast en opgevolgd worden. Vraag Hoeveel Bulgaren en Roemenen verbleven er vroeger reeds in onze stad? Kan er ondertussen meer info gegeven worden over de juiste aantallen mensen die de nieuwe procedure van langverblijf opstartten in Gent? Welke evolutie verwacht men verder? Welk soort statuut (werknemer, werkzoekende, zelfstandige) wordt in welke verhouding aangevraagd? Hoe wordt de opvolging en controle georganiseerd? Wordt er ook voor de blijvers voorzien in begeleiding? ANTWOORD 1. 1. Hoeveel Bulgaren en Roemenen verbleven er vroeger reeds in onze stad? Evolutie van het aantal Bulgaarse en Roemeense onderdanen ingeschreven in de stad Gent: 31/12/2000 31/12/2001 Bulgarije TOTAAL 50 160 Roemenië TOTAAL 52 64 31/12/2002 31/12/2003 31/12/2004 31/12/2005 31/12/2006 31/12/2007 31/12/2008 31/12/2009 31/12/2010 31/12/2011 31/12/2012 31/12/2013 5/02/2014 274 348 392 534 667 1765 2835 3946 5112 5654 5994 6593 6615 72 72 72 87 89 103 109 121 133 175 211 271 281 In 14 jaar tijd nam het aantal Bulgaren dus toe met een factor maal 132. Mijnheer Deckmyn u vraagt naar het aantal Bulgaren en Roemenen die illegaal in Gent aanwezig zijn. Aangezien mensen zonder papieren per definitie niet (meer) zijn ingeschreven en niet traceerbaar zijn, is het onmogelijk voor de dienst Burgerzaken een accuraat cijfer te geven. Hier een cijfer opplakken zou dus giswerk zijn. 1. 2. Kan er ondertussen meer info gegeven worden over de juiste aantallen mensen die de nieuwe procedure van lang verblijf opstartten in Gent? Aan unieburgers die een verblijfsprocedure van lang verblijf opstarten, wordt een verblijfsaanvraag (= bijlage 19) afgeleverd. Het totale aantal opgemaakte bijlagen 19 tijdens de eerste 3 weken van januari 2014 (141) bedraagt dubbel zoveel als tijdens dezelfde periode in 2013 (66). De stijging is nagenoeg volledig toe te schrijven aan Bulgaarse en Roemeense unieburgers: 1. Bulgaarse unieburgers: het totale aantal opgemaakte bijlagen 19 in 2013 bedraagt 41 tegenover 99 in 2014 2. Roemeense unieburgers: het totale aantal opgemaakte bijlagen 19 in 2013 bedraagt 3 tegenover 13 in 2014 zie bijlage 1 3. 3. Hoeveel van die mensen schreven zich in 2014 in Gent in? Er is een verschil tussen: enerzijds unieburgers die een procedure voor lang verblijf opstarten en een bijlage 19 ontvangen - en anderzijds unieburgers die daadwerkelijk ingeschreven worden. De laatste categorie houdt betrekking tot Bulgaarse en Roemeense onderdanen die inschrijvings- en verblijfsprocedure voor unieburgers al gedeeltelijk hebben doorlopen. Daarbij bevinden zich personen die al in 2013 met die procedure zijn gestart. op 31 december 2013 stonden respectievelijk 6593 Bulgaarse en 271 Roemeense onderdanen ingeschreven in de stad Gent op 5 februari 2014 stonden respectievelijk 6615 Bulgaarse en 281 Roemeense onderdanen ingeschreven in de stad Gent Dit is een toename van 22 Bulgaren en 10 Roemenen. 1. 4. Welk soort statuut (werknemer, werkzoekende, zelfstandige) wordt in welke verhouding aangevraagd? Bij het opstarten van een verblijfsprocedure van lang verblijf (bijlage 19) moet betrokken unieburger aangeven welk verblijfsmotief wordt ingeroepen. Als motief kan opgegeven worden: - Zelfstandige activiteit - Werkzoekende - Werknemer - Gezinshereniger - Studies Laat ons de eerste drie weken van 2013 en van 2014 eens vergelijken wat betreft de Bulgaren: zie bijlage 2 Dan zien we dat: 1. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief zelfstandige activiteit sterk daalt: 33% in 2013 terwijl 5% in 2014 2. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werknemer sterk stijgt: 23% in 2013 terwijl 39% in 2014 3. Opvallend is het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werkzoekende: dit statuut was in 2013 nog niet toegankelijk maar bedraagt in 2014 onmiddellijk 35% 4. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief gezinshereniger daalt sterk: 44% in 2013 terwijl 21% in 2014 Uit de opgemaakte bijlagen 19 tijdens de eerste 3 weken van januari 2013 en januari 2014 voor Roemeense unieburgers blijkt het volgende: zie bijlage 3 1. De bijlagen 19 met verblijfsmotief zelfstandige activiteit zijn in 2014 verdwenen terwijl ze 100% uitmaakten in 2013 2. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werknemer stijgt sterk: 42% in 2014 terwijl 0% in 2013 3. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werkzoekende: dit statuut was in 2013 nog niet toegankelijk maar bedraagt in 2014 onmiddellijk 58% Dit is veelzeggend maar we moeten ons er goed van bewust zijn dat het over respectievelijk 3 en 13 personen gaat voor de eerste drie weken van 2013 en 2014. 1. 5. Welke evolutie verwacht men verder? De stad Gent hanteert al enige tijd een aantal kanalen om signalen te capteren over de impact van het wegvallen van de overgangsmaatregelen: De Dienst Burgerzaken houdt cijfers bij van het aantal Bulgaarse en Roemeense unieburgers dat een verblijfsaanvraag indient. Dit laat toe de evolutie ter zake snel in kaart te brengen. Diverse stadsdiensten hebben contacten binnen de Bulgaarse en Roemeense gemeenschap in Gent om zo hun toekomstintenties in te schatten. Stadsdiensten hebben studiebezoeken uitgevoerd in de voornaamste herkomststeden in Bulgarije om toekomstige migratiepatronen in te schatten. Uit een beleidsvoorbereidende denkoefening in 2013 is gebleken dat het aantal Bulgaarse unieburgers in de bevolkingscijfers wellicht zeker zou stijgen vanaf 1 januari 2014. Er waren immers signalen dat: Bulgaarse unieburgers die momenteel in Gent verblijven maar niet ingeschreven zijn of als kortverblijvers aangemeld zijn, zich vanaf 1 januari 2014 opnieuw zouden inschrijven. Bulgaarse unieburgers die momenteel in Gent verblijven en een verblijfsrecht op basis van zelfstandige activiteit bezitten, vanaf 1 januari 2014 hun verblijfsmotief zouden wijzigen naar werknemersschap of werkzoekende. Het is nu nog te vroeg om correcte uitspraken te doen over het aandeel echte nieuwkomers en het aandeel van unieburgers die hier reeds verbleven maar een nieuwe aanvraag voor langverblijf hebben ingediend. We kunnen uit deze cijfers immers nog niet filteren hoeveel nieuwe burgers zich in Gent komen aanmelden. In deze cijfers zitten ook de mensen die zich eerder inschreven via een ander statuut of voor kortverblijf en die zich nu aanmelden voor langverblijf. Cijfers van het aantal aanvragen voor kortverblijf tonen wel een duidelijke daling sinds september 2013. Dat toont aan dat burgers nu sneller voor het langverblijf kiezen dan voor het kortverblijf. Ook bij de mensen aan onze loketten leeft de indruk dat ze heel wat bekende gezichten opnieuw zien opduiken. Hoewel in de cijfers zeker ook ‘nieuwe’ Bulgaren en Roemenen zullen zitten, kunnen we dus zeker niet spreken van een stormloop. Het is nu zaak dat we de cijfers blijven monitoren zodat we na verloop van tijd kunnen vast stellen hoeveel mensen via het statuut van werknemer verblijfsrechten kregen, hoeveel via een ander statuut zich lieten inschrijven, hoeveel van hen het bevel kregen het land te verlaten, enz. Pas als de procedures doorlopen zijn, kunnen hier goede uitspraken over gedaan worden. De procedures bij DVZ nemen toch snel 4 à 6 maanden in beslag. Naast de eigen monitoring werden eveneens afspraken over informatieuitwisseling gemaakt met de VDAB. Door de aard van de inschrijvings- en verblijfsprocedure voor unieburgers valt het te verwachten dat de VDAB eerder zicht zal krijgen op het aantal Bulgaarse en Roemeense unieburgers dat zich aanbiedt op de arbeidsmarkt. Unieburgers dienen immers werk te hebben of bij de VDAB te zijn ingeschreven om een verblijfskaart te kunnen bekomen. We zullen dus de situatie strikt opvolgen en ik zal uiteraard terugkoppelen naar mijn collega’s. In Gent hebben we trouwens al een hele tijd het POC (permanent overlegcomité) opgericht net om met alle betrokken actoren de situatie goed op te volgen en snel op de bal te kunnen spelen. Naast de politiek verantwoordelijken zijn hierin verschillende diensten vertegenwoordigd. Namelijk Burgerzaken, het OCMW, de Integratiedienst, het Onderwijs en de Politie. Straks zal ik u de recente afspraken met het arbeidsauditoriaat toelichten. Dit is een voorbeeld van hoe een bespreking in het POC leidt tot concrete acties op het terrein. 1. 6. Hoe wordt de opvolging en controle georganiseerd? De opéénvolgende fasen van een inschrijvings- en verblijfsprocedure voor unieburgers kunnen tot 6 maanden in beslag nemen en voorzien tal van opvolgings- en controlepunten: Bij de start is een identiteitsdocument vereist dat systematisch aan een gespecialiseerde politiedienst wordt voorgelegd. De bewijsstukken van het ingeroepen verblijfsmotief (zelfstandige activiteit, werknemersschap, werkzoekende, studies, …) worden systematisch gecontroleerd op hun volledigheid en correctheid. Deze stukken worden ook overgemaakt aan de Dienst Vreemdelingenzaken in Brussel. Bij twijfelgevallen wordt aan die dienst een uitgebreid tweedelijnsonderzoek gevraagd. Dit geldt voor het merendeel van de aanvragen. Ik zoom nog even in op het onderzoek bij de verblijfsstatuten werkzoekende en werknemer. De Bulgaren die zich via het statuut van werkzoekende aanmelden, moeten binnen 3 tot 4 maand kunnen aantonen dat ze binnen een redelijke termijn een reële kans hebben op werk. Ze kunnen dat doen door aan te tonen dat ze als werkzoekende ingeschreven zijn via de VDAB, dat ze gesolliciteerd hebben, zich lieten inschrijven voor een beroepsopleiding of door het voorleggen van een arbeidscontract, ... Bulgaren die zich als werknemer lieten inschrijven, moeten binnen de 3 tot 4 maand een arbeidscontract of werkgeversattest kunnen voorleggen. De Dienst Vreemdelingenzaken staat dus in voor de controle van deze dossiers en bekijkt of aan deze voorwaarde is voldaan. Eens het verblijfsrecht is erkend, blijft betrokkene onderworpen aan een controleperiode van 5 jaar. Binnen die periode kan het verblijfsrecht worden ingetrokken, eens vaststaat dat betrokkene niet langer aan de verblijfsvoorwaarden (bvb. tewerkstelling) voldoet. Ten slotte en dit is nieuw, hebben we in samenspraak met het arbeidsauditoraat nog twee extra controlestappen ingevoerd om na te gaan of het over een daadwerkelijke tewerkstelling gaat. De dienst Burgerzaken zal systematisch de arbeidscontracten bijhouden en ze periodiek met het arbeidsauditoriaat en de sociale inspectie doorlopen. Zo kan nagegaan worden of een bepaalde werkgever niet verdacht veel voorkomt en of het gaat over werkgevers die reeds op een fraudelijst voorkomen. Hiernaast zal bekeken worden of een bepaald sjabloon van arbeidsovereenkomst niet verdacht veel gebruikt wordt. Ook zullen arbeidsovereenkomsten en loonbrieven gescreend worden op bijvoorbeeld te hoge verloning voor bepaalde jobs of bepaalde adressen van maatschappelijke zetels. Hierdoor kunnen fraudedossiers op voorhand gedetecteerd worden en vervolgd worden. En niet enkel diegene die een verblijfsrecht wensen te bekomen maar ook de malafide werkgevers. Het is immers zaak om zulke carrousels in de kiem te smoren. De dienst Burgerzaken zal negatieve beslissingen van DVZ ook doorgeven aan het arbeidsauditoriaat. In de motivatie van DVZ wordt vaak aangegeven of er vermoedens van fraude zijn. Dit is dus een extra controle achteraf en maakt dat betrokkenen daadwerkelijk vervolgd kunnen worden. 1. 7. Is er met de VDAB en RVA overleg omtrent de problematiek van de toevloed van Bulgaren en Roemenen in Gent? Zo ja, wat zijn de resultaten? Zo nee, waarom niet? We zijn hierover inderdaad in nauw overleg met de VDAB, die bevestigt dat de werkwinkels momenteel met een verhoogde inschrijvings- en begeleidingsvraag worden geconfronteerd. Evenwel zit de toename voorlopig binnen de grenzen van het administratief verwerkbare. Toch denken we dat de inschrijvingsvraag n.a.v. het wegvallen van de arbeidsmarktrestricties voor Roemenen en Bulgaren in de loop van het voorjaar verder zal toenemen. Die vrees is er niet zozeer in hoofde van eventuele nieuwe migranten, wel in hoofde van diegenen die hier al zijn, en sinds 1 januari recht hebben op volledige VDAB-begeleiding. Voorheen was die door de restricties beperkt tot info over knelpuntberoepen. Schepen Coddens monitort de situatie in elk geval nauwgezet, i.s.m. de VDAB en het OCMW. Ook werd, gelet op de specifieke migratiesituatie in Gent, in de loop van het najaar van 2013 aan minister Muyters extra middelen gevraagd om op een verhoogde begeleidingsvraag in Gent in te spelen. Daarop repliceerde de minister dat er binnen VDAB mogelijk met personeelsmiddelen geschoven kan worden, indien de nood hiertoe zich zou stellen. We hopen dat dit geen loze beloftes zijn. En tot slot verkreeg schepen Coddens recent ESF-middelen voor de uitbreiding van het ankerfiguurproject, die gebruikt werd om een deeltijds ankerfiguur van Bulgaarse afkomst aan te werven. Betrokkene ging op 1 februari aan de slag. Samen met de ankerfiguur van Slowaakse origine zal hij onder meer instaan voor de bemiddeling van nieuwe EU’ers naar werk. 1. 8. Welke ontradingsinitiatieven ondernam de stad Gent rond deze problematiek? De intra-Europese migratie vloeit voort uit het vrij verkeer dat gebetonneerd zit in de Europese Verdragen. De Europese Unie staat dan ook niet toe formele ontradingsinitiatieven te nemen. Op zich is er ook niets mis met de Europese principes van vrij verkeer van personen. De realiteit is echter dat een deel van de nieuwkomers als gevolg van discriminatie gemigreerd zijn en niet zozeer met het oog op een tewerkstelling of het ontplooien van een zelfstandige activiteit. Het beste ontradingsinitiatief zou er dan ook uit bestaan dat in de thuislanden de rechten van de Roma worden gevrijwaard en dat er voor hun sociale programma’s worden opgezet. Het zijn binnenkort Europese verkiezingen. In ons memorandum aan de nieuw-verkozen Europese parlementsleden zal dit ons belangrijkste punt zijn. Wil men het draagvlak voor de Europese Unie behouden bij de Gentenaars dan zal men hier werk van moeten maken. Begrijp me niet verkeerd, ik ben absoluut een Europa-believer. Maar het kan niet de bedoeling zijn dat de discriminatie binnen bepaalde landen de trigger wordt van intra-Europese migratie. Dit staat mijlenver weg van de principes van de Europese Verdragen. 1. 9. Wordt er ook voor de blijvers voorzien in begeleiding? De Stad Gent heeft verschillende initiatieven opgezet om de (legale) blijvers in begeleiding te voorzien. Deze projecten voorzien inderdaad in begeleiding maar zijn eveneens sterk gericht op inburgering waarbij ook op de plichten gewezen wordt. Ik had het daarnet al over de Ankerfiguren die voorzien in begeleiding naar werk. Daarnaast is er natuurlijk de reguliere werking van Kom-Pas die voorziet in inburgeringstrajecten en Nederlandse taallessen. Vanuit het Onderwijs worden er Brugfiguren ingezet. En ten slotte zet de Stad Gent buurtstewards in om overlast als gevolg van samenlevingsproblemen te bestrijden. Voor meer details over de werking van de verschillende acties dien ik u wel door te verwijzen naar de bevoegde schepenen. BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- 3. 2014_MC_00065 - MONDELINGE VRAAG - TOESTROOM BULGAREN EN ROEMENEN. - JOHAN DECKMYN OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : Deckmyn Johan Vlaams Belang OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De eerste weken van dit jaar steeg - zoals verwacht en gevreesd - het aantal Bulgaren en Roemenen in Gent. De cijfers wijzen uit dat er op dat vlak minstens een verdubbeling van de instroom is in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Blijkbaar zal men pas over enkele maanden weten of die nieuwe "Gentenaars" wel degelijk uit die landen komen of dat ze hier al illegaal verbleven. Er is ten gevolge van de openstelling van Europa een duidelijke verschuiving waar te nemen inzake hun positionering op de arbeidsmarkt, wat een gevolg is van de Europese regelgeving. De vraag is natuurlijk of de Gentse arbeidsmarkt deze toevloed van nieuwe werkzoekenden kan opvangen en wat de gevolgen zullen zijn voor hun verblijfsrecht in ons land. Vraag Hoeveel Bulgaren en Roemenen zijn er officieel aanwezig in Gent? Hoeveel van die mensen schreven zich in 2014 in Gent in? Hoeveel illegale Bulgaren en Roemenen zijn er naar schatting in Gent aanwezig? Is er met de VDAB en RVA overleg omtrent de problematiek van de toevloed van Bulgaren en Roemenen in Gent? Zo ja, wat zijn de resultaten? Zo nee, waarom niet? Welke ontradingsinitiatieven ondernam de stad Gent rond deze problematiek? ANTWOORD 1. 1. Hoeveel Bulgaren en Roemenen verbleven er vroeger reeds in onze stad? Evolutie van het aantal Bulgaarse en Roemeense onderdanen ingeschreven in de stad Gent: Bulgarije TOTAAL Roemenië TOTAAL 31/12/2000 31/12/2001 31/12/2002 31/12/2003 31/12/2004 31/12/2005 31/12/2006 31/12/2007 31/12/2008 31/12/2009 31/12/2010 31/12/2011 31/12/2012 31/12/2013 5/02/2014 50 160 274 348 392 534 667 1765 2835 3946 5112 5654 5994 6593 6615 52 64 72 72 72 87 89 103 109 121 133 175 211 271 281 In 14 jaar tijd nam het aantal Bulgaren dus toe met een factor maal 132. Mijnheer Deckmyn u vraagt naar het aantal Bulgaren en Roemenen die illegaal in Gent aanwezig zijn. Aangezien mensen zonder papieren per definitie niet (meer) zijn ingeschreven en niet traceerbaar zijn, is het onmogelijk voor de dienst Burgerzaken een accuraat cijfer te geven. Hier een cijfer opplakken zou dus giswerk zijn. 1. 2. Kan er ondertussen meer info gegeven worden over de juiste aantallen mensen die de nieuwe procedure van lang verblijf opstartten in Gent? Aan unieburgers die een verblijfsprocedure van lang verblijf opstarten, wordt een verblijfsaanvraag (= bijlage 19) afgeleverd. Het totale aantal opgemaakte bijlagen 19 tijdens de eerste 3 weken van januari 2014 (141) bedraagt dubbel zoveel als tijdens dezelfde periode in 2013 (66). De stijging is nagenoeg volledig toe te schrijven aan Bulgaarse en Roemeense unieburgers: 1. Bulgaarse unieburgers: het totale aantal opgemaakte bijlagen 19 in 2013 bedraagt 41 tegenover 99 in 2014 2. Roemeense unieburgers: het totale aantal opgemaakte bijlagen 19 in 2013 bedraagt 3 tegenover 13 in 2014 zie bijlage 1 3. 3. Hoeveel van die mensen schreven zich in 2014 in Gent in? Er is een verschil tussen: enerzijds unieburgers die een procedure voor lang verblijf opstarten en een bijlage 19 ontvangen - en anderzijds unieburgers die daadwerkelijk ingeschreven worden. De laatste categorie houdt betrekking tot Bulgaarse en Roemeense onderdanen die inschrijvings- en verblijfsprocedure voor unieburgers al gedeeltelijk hebben doorlopen. Daarbij bevinden zich personen die al in 2013 met die procedure zijn gestart. op 31 december 2013 stonden respectievelijk 6593 Bulgaarse en 271 Roemeense onderdanen ingeschreven in de stad Gent op 5 februari 2014 stonden respectievelijk 6615 Bulgaarse en 281 Roemeense onderdanen ingeschreven in de stad Gent Dit is een toename van 22 Bulgaren en 10 Roemenen. 1. 4. Welk soort statuut (werknemer, werkzoekende, zelfstandige) wordt in welke verhouding aangevraagd? Bij het opstarten van een verblijfsprocedure van lang verblijf (bijlage 19) moet betrokken unieburger aangeven welk verblijfsmotief wordt ingeroepen. Als motief kan opgegeven worden: - Zelfstandige activiteit - Werkzoekende - Werknemer - Gezinshereniger - Studies Laat ons de eerste drie weken van 2013 en van 2014 eens vergelijken wat betreft de Bulgaren: zie bijlage 2 Dan zien we dat: 1. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief zelfstandige activiteit sterk daalt: 33% in 2013 terwijl 5% in 2014 2. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werknemer sterk stijgt: 23% in 2013 terwijl 39% in 2014 3. Opvallend is het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werkzoekende: dit statuut was in 2013 nog niet toegankelijk maar bedraagt in 2014 onmiddellijk 35% 4. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief gezinshereniger daalt sterk: 44% in 2013 terwijl 21% in 2014 Uit de opgemaakte bijlagen 19 tijdens de eerste 3 weken van januari 2013 en januari 2014 voor Roemeense unieburgers blijkt het volgende: zie bijlage 3 1. De bijlagen 19 met verblijfsmotief zelfstandige activiteit zijn in 2014 verdwenen terwijl ze 100% uitmaakten in 2013 2. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werknemer stijgt sterk: 42% in 2014 terwijl 0% in 2013 3. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werkzoekende: dit statuut was in 2013 nog niet toegankelijk maar bedraagt in 2014 onmiddellijk 58% Dit is veelzeggend maar we moeten ons er goed van bewust zijn dat het over respectievelijk 3 en 13 personen gaat voor de eerste drie weken van 2013 en 2014. 1. 5. Welke evolutie verwacht men verder? De stad Gent hanteert al enige tijd een aantal kanalen om signalen te capteren over de impact van het wegvallen van de overgangsmaatregelen: De Dienst Burgerzaken houdt cijfers bij van het aantal Bulgaarse en Roemeense unieburgers dat een verblijfsaanvraag indient. Dit laat toe de evolutie ter zake snel in kaart te brengen. Diverse stadsdiensten hebben contacten binnen de Bulgaarse en Roemeense gemeenschap in Gent om zo hun toekomstintenties in te schatten. Stadsdiensten hebben studiebezoeken uitgevoerd in de voornaamste herkomststeden in Bulgarije om toekomstige migratiepatronen in te schatten. Uit een beleidsvoorbereidende denkoefening in 2013 is gebleken dat het aantal Bulgaarse unieburgers in de bevolkingscijfers wellicht zeker zou stijgen vanaf 1 januari 2014. Er waren immers signalen dat: Bulgaarse unieburgers die momenteel in Gent verblijven maar niet ingeschreven zijn of als kortverblijvers aangemeld zijn, zich vanaf 1 januari 2014 opnieuw zouden inschrijven. Bulgaarse unieburgers die momenteel in Gent verblijven en een verblijfsrecht op basis van zelfstandige activiteit bezitten, vanaf 1 januari 2014 hun verblijfsmotief zouden wijzigen naar werknemersschap of werkzoekende. Het is nu nog te vroeg om correcte uitspraken te doen over het aandeel echte nieuwkomers en het aandeel van unieburgers die hier reeds verbleven maar een nieuwe aanvraag voor langverblijf hebben ingediend. We kunnen uit deze cijfers immers nog niet filteren hoeveel nieuwe burgers zich in Gent komen aanmelden. In deze cijfers zitten ook de mensen die zich eerder inschreven via een ander statuut of voor kortverblijf en die zich nu aanmelden voor langverblijf. Cijfers van het aantal aanvragen voor kortverblijf tonen wel een duidelijke daling sinds september 2013. Dat toont aan dat burgers nu sneller voor het langverblijf kiezen dan voor het kortverblijf. Ook bij de mensen aan onze loketten leeft de indruk dat ze heel wat bekende gezichten opnieuw zien opduiken. Hoewel in de cijfers zeker ook ‘nieuwe’ Bulgaren en Roemenen zullen zitten, kunnen we dus zeker niet spreken van een stormloop. Het is nu zaak dat we de cijfers blijven monitoren zodat we na verloop van tijd kunnen vast stellen hoeveel mensen via het statuut van werknemer verblijfsrechten kregen, hoeveel via een ander statuut zich lieten inschrijven, hoeveel van hen het bevel kregen het land te verlaten, enz. Pas als de procedures doorlopen zijn, kunnen hier goede uitspraken over gedaan worden. De procedures bij DVZ nemen toch snel 4 à 6 maanden in beslag. Naast de eigen monitoring werden eveneens afspraken over informatieuitwisseling gemaakt met de VDAB. Door de aard van de inschrijvings- en verblijfsprocedure voor unieburgers valt het te verwachten dat de VDAB eerder zicht zal krijgen op het aantal Bulgaarse en Roemeense unieburgers dat zich aanbiedt op de arbeidsmarkt. Unieburgers dienen immers werk te hebben of bij de VDAB te zijn ingeschreven om een verblijfskaart te kunnen bekomen. We zullen dus de situatie strikt opvolgen en ik zal uiteraard terugkoppelen naar mijn collega’s. In Gent hebben we trouwens al een hele tijd het POC (permanent overlegcomité) opgericht net om met alle betrokken actoren de situatie goed op te volgen en snel op de bal te kunnen spelen. Naast de politiek verantwoordelijken zijn hierin verschillende diensten vertegenwoordigd. Namelijk Burgerzaken, het OCMW, de Integratiedienst, het Onderwijs en de Politie. Straks zal ik u de recente afspraken met het arbeidsauditoriaat toelichten. Dit is een voorbeeld van hoe een bespreking in het POC leidt tot concrete acties op het terrein. 1. 6. Hoe wordt de opvolging en controle georganiseerd? De opéénvolgende fasen van een inschrijvings- en verblijfsprocedure voor unieburgers kunnen tot 6 maanden in beslag nemen en voorzien tal van opvolgings- en controlepunten: Bij de start is een identiteitsdocument vereist dat systematisch aan een gespecialiseerde politiedienst wordt voorgelegd. De bewijsstukken van het ingeroepen verblijfsmotief (zelfstandige activiteit, werknemersschap, werkzoekende, studies, …) worden systematisch gecontroleerd op hun volledigheid en correctheid. Deze stukken worden ook overgemaakt aan de Dienst Vreemdelingenzaken in Brussel. Bij twijfelgevallen wordt aan die dienst een uitgebreid tweedelijnsonderzoek gevraagd. Dit geldt voor het merendeel van de aanvragen. Ik zoom nog even in op het onderzoek bij de verblijfsstatuten werkzoekende en werknemer. De Bulgaren die zich via het statuut van werkzoekende aanmelden, moeten binnen 3 tot 4 maand kunnen aantonen dat ze binnen een redelijke termijn een reële kans hebben op werk. Ze kunnen dat doen door aan te tonen dat ze als werkzoekende ingeschreven zijn via de VDAB, dat ze gesolliciteerd hebben, zich lieten inschrijven voor een beroepsopleiding of door het voorleggen van een arbeidscontract, ... Bulgaren die zich als werknemer lieten inschrijven, moeten binnen de 3 tot 4 maand een arbeidscontract of werkgeversattest kunnen voorleggen. De Dienst Vreemdelingenzaken staat dus in voor de controle van deze dossiers en bekijkt of aan deze voorwaarde is voldaan. Eens het verblijfsrecht is erkend, blijft betrokkene onderworpen aan een controleperiode van 5 jaar. Binnen die periode kan het verblijfsrecht worden ingetrokken, eens vaststaat dat betrokkene niet langer aan de verblijfsvoorwaarden (bvb. tewerkstelling) voldoet. Ten slotte en dit is nieuw, hebben we in samenspraak met het arbeidsauditoraat nog twee extra controlestappen ingevoerd om na te gaan of het over een daadwerkelijke tewerkstelling gaat. De dienst Burgerzaken zal systematisch de arbeidscontracten bijhouden en ze periodiek met het arbeidsauditoriaat en de sociale inspectie doorlopen. Zo kan nagegaan worden of een bepaalde werkgever niet verdacht veel voorkomt en of het gaat over werkgevers die reeds op een fraudelijst voorkomen. Hiernaast zal bekeken worden of een bepaald sjabloon van arbeidsovereenkomst niet verdacht veel gebruikt wordt. Ook zullen arbeidsovereenkomsten en loonbrieven gescreend worden op bijvoorbeeld te hoge verloning voor bepaalde jobs of bepaalde adressen van maatschappelijke zetels. Hierdoor kunnen fraudedossiers op voorhand gedetecteerd worden en vervolgd worden. En niet enkel diegene die een verblijfsrecht wensen te bekomen maar ook de malafide werkgevers. Het is immers zaak om zulke carrousels in de kiem te smoren. De dienst Burgerzaken zal negatieve beslissingen van DVZ ook doorgeven aan het arbeidsauditoriaat. In de motivatie van DVZ wordt vaak aangegeven of er vermoedens van fraude zijn. Dit is dus een extra controle achteraf en maakt dat betrokkenen daadwerkelijk vervolgd kunnen worden. 1. 7. Is er met de VDAB en RVA overleg omtrent de problematiek van de toevloed van Bulgaren en Roemenen in Gent? Zo ja, wat zijn de resultaten? Zo nee, waarom niet? We zijn hierover inderdaad in nauw overleg met de VDAB, die bevestigt dat de werkwinkels momenteel met een verhoogde inschrijvings- en begeleidingsvraag worden geconfronteerd. Evenwel zit de toename voorlopig binnen de grenzen van het administratief verwerkbare. Toch denken we dat de inschrijvingsvraag n.a.v. het wegvallen van de arbeidsmarktrestricties voor Roemenen en Bulgaren in de loop van het voorjaar verder zal toenemen. Die vrees is er niet zozeer in hoofde van eventuele nieuwe migranten, wel in hoofde van diegenen die hier al zijn, en sinds 1 januari recht hebben op volledige VDAB-begeleiding. Voorheen was die door de restricties beperkt tot info over knelpuntberoepen. Schepen Coddens monitort de situatie in elk geval nauwgezet, i.s.m. de VDAB en het OCMW. Ook werd, gelet op de specifieke migratiesituatie in Gent, in de loop van het najaar van 2013 aan minister Muyters extra middelen gevraagd om op een verhoogde begeleidingsvraag in Gent in te spelen. Daarop repliceerde de minister dat er binnen VDAB mogelijk met personeelsmiddelen geschoven kan worden, indien de nood hiertoe zich zou stellen. We hopen dat dit geen loze beloftes zijn. En tot slot verkreeg schepen Coddens recent ESF-middelen voor de uitbreiding van het ankerfiguurproject, die gebruikt werd om een deeltijds ankerfiguur van Bulgaarse afkomst aan te werven. Betrokkene ging op 1 februari aan de slag. Samen met de ankerfiguur van Slowaakse origine zal hij onder meer instaan voor de bemiddeling van nieuwe EU’ers naar werk. 1. 8. Welke ontradingsinitiatieven ondernam de stad Gent rond deze problematiek? De intra-Europese migratie vloeit voort uit het vrij verkeer dat gebetonneerd zit in de Europese Verdragen. De Europese Unie staat dan ook niet toe formele ontradingsinitiatieven te nemen. Op zich is er ook niets mis met de Europese principes van vrij verkeer van personen. De realiteit is echter dat een deel van de nieuwkomers als gevolg van discriminatie gemigreerd zijn en niet zozeer met het oog op een tewerkstelling of het ontplooien van een zelfstandige activiteit. Het beste ontradingsinitiatief zou er dan ook uit bestaan dat in de thuislanden de rechten van de Roma worden gevrijwaard en dat er voor hun sociale programma’s worden opgezet. Het zijn binnenkort Europese verkiezingen. In ons memorandum aan de nieuw-verkozen Europese parlementsleden zal dit ons belangrijkste punt zijn. Wil men het draagvlak voor de Europese Unie behouden bij de Gentenaars dan zal men hier werk van moeten maken. Begrijp me niet verkeerd, ik ben absoluut een Europa-believer. Maar het kan niet de bedoeling zijn dat de discriminatie binnen bepaalde landen de trigger wordt van intra-Europese migratie. Dit staat mijlenver weg van de principes van de Europese Verdragen. 1. 9. Wordt er ook voor de blijvers voorzien in begeleiding? De Stad Gent heeft verschillende initiatieven opgezet om de (legale) blijvers in begeleiding te voorzien. Deze projecten voorzien inderdaad in begeleiding maar zijn eveneens sterk gericht op inburgering waarbij ook op de plichten gewezen wordt. Ik had het daarnet al over de Ankerfiguren die voorzien in begeleiding naar werk. Daarnaast is er natuurlijk de reguliere werking van Kom-Pas die voorziet in inburgeringstrajecten en Nederlandse taallessen. Vanuit het Onderwijs worden er Brugfiguren ingezet. En ten slotte zet de Stad Gent buurtstewards in om overlast als gevolg van samenlevingsproblemen te bestrijden. Voor meer details over de werking van de verschillende acties dien ik u wel door te verwijzen naar de bevoegde schepenen. BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- 4. 2014_MC_00069 - MONDELINGE VRAAG - PERSONEEL BURGERZAKEN. FILIP VAN LAECKE OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Laecke Filip CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Eind januari bleven de loketten van de Dienst Burgerzaken gesloten omwille van prikacties van de vakbonden. Deze hekelen de situatie dat er o.w.v. de besparingen met minder personeel zal moeten worden gewerkt. Bovendien is er sprake dat de extra vergoeding voor zaterdagwerk zal verdwijnen. In een reactie lieten schepenen De Regge en Bracke zich ontvallen dat “mits een goede reorganisatie en meer automatisering het mogelijk moet zijn om de werkdruk binnen aanvaardbare proporties te houden”. Vraag Wat was het resultaat van het overleg met de vakbonden? Hoe evalueren de schepenen de reactie van het personeel? Is er al duidelijkheid over de precieze behoefte aan personeel voor de bezetting van de loketten? Waarop is de uitspraak van de schepenen gebaseerd: “Mits een goede reorganisatie en meer automatisering moet het mogelijk zijn om de werkdruk binnen aanvaardbare proporties te houden.”? Van welke bezetting gaan de schepenen uit om te stellen dat mits een goede reorganisatie en meer automatisering de werkdruk binnen aanvaardbare proporties kan worden gehouden. Heeft de schepen nu al een actieplan uitgewerkt als oplossing voor het probleem van tijdelijke sluitingen o.w.v. ziekte van personeel? ANTWOORD De vakbonden organiseerden 29 januari en 1 februari prikacties bij de loketten Burgerzaken omwille van volgende bekommernissen: 1. Vrees voor structureel personeelstekort en te hoge werkdruk als gevolg van de personeelsbesparingen 2. De verplichte instap in het Mobiel Dienstencentrum 3. Het uitblijven van statutariseringen 4. Het wegvallen van de 25% vergoeding voor zaterdagprestaties aan de loketten van de dienst Burgerzaken Deze actie werd goed opgevolgd door de medewerkers van de dienst Burgerzaken waardoor de meeste loketten gesloten waren. 1. 1. Verhoogde werkdruk loketmedewerkers Ik begrijp de ongerustheid van de loketmedewerkers met betrekking tot de op til staande veranderingen. Het is inderdaad een uitdaging om met een toenemende bevolking de dienstverlening op peil te houden en tegelijkertijd de werkdruk voor het personeel werkbaar te houden. Samen met schepen Martine De Regge en het ganse stadsbestuur ben ik er echter van overtuigd dat deze oefening tot een goed einde kan worden gebracht. Momenteel wordt de oefening rond de personeelsbehoeftes voor de verschillende stadsdiensten voorbereid door het managementteam. Hierna zal het plan binnen het college worden besproken. Dit is geen evidente oefening maar dit college heeft met de meerjarenbegroting reeds bewezen moeilijke beslissingen daadkrachtig te kunnen nemen. Maar het moet voor iedereen duidelijk zijn dat de vervangingen stadsbreed worden bekeken en niet per dienst. Het was dan ook voorbarig van de vakbonden om te stellen dat slechts één op vier loketmedewerkers wordt vervangen. Mocht het college deze maatregel trouwens niet hebben genomen en iedereen blijven vervangen, dan zou de financiële toestand de Stad Gent ertoe gedongen hebben om medewerkers te ontslaan. Dat wensen we te allen prijze te vermijden. Maar die beperkte vervangingen worden dus stadsbreed bekeken en niet per dienst. Het is dan ook mogelijk dat de vervangingsgraad in de Dienst Burgerzaken hoger zal liggen dan bij andere diensten. Dat is op dit moment nog niet geweten. We kiezen er ook voor om de huidige organisatie van de loketten in vraag te stellen. Ik ben ervan overtuigd dat de organisatie efficiënter kan en dat tegelijkertijd het welzijn van het personeel verhoogd kan worden. Te vaak bestaan er nog artificiële schotten tussen stadsdiensten of zelfs binnen diensten zelf. Juist door dit aan te pakken kan er een betere verdeling van de werkdruk worden verkregen. Bovendien kan er een gevarieerder takenpakket worden aangeboden aan de medewerkers. Zo is er geen reden om aan te nemen dat iemand die een Gentinfo-punt bemant ook bepaalde taken van Burgerzaken niet zou kunnen opnemen. Hierbij zal wel steeds rekening worden gehouden met het behoud en de uitbouw van de nodige expertise. Bepaalde afdelingen zoals het loket Migratie, werken immers met complexe materies. Hier zal een verdergaande specialisatie en centralisatie eerder aan de orde zijn. Ook is het niet ondenkbaar dat loketmedewerkers in de toekomst verschillende werkplaatsen kennen. Zo is iemand die werkt in een dienstencentrum ook perfect inzetbaar in het centraal administratief centrum en omgekeerd. Deze veranderingen zullen dus een bepaalde flexibiliteit van het personeel vergen. We zijn er ons ook van bewust dat het personeel hierbij goed begeleid zal moet worden. Maar door samen met het personeel dit aan te pakken en door meer verantwoordelijkheid bij hen te leggen, zullen we slagen in dit opzet. Een ander belangrijk element is het herzien van de openingsuren van de loketten. Door die meer gericht te openen, kan de werkdruk opnieuw verminderen en kan er meer tijd worden vrijgemaakt voor backoffice taken. Gerichter betekent dat de openingsuren meer op maat zullen zijn van de Gentenaar. We begrijpen dat zulke zaken gevoelig liggen bij het personeel. We willen dit dan ook in een algemeen plan bespreken met de vakbonden. Ten slotte, wenst dit stadsbestuur de sprong naar de 21ste eeuw te nemen op het vlak van edienstverlening. Nu zijn reeds enkele producten beschikbaar via het e-loket maar hier zijn zeker verbeteringen mogelijk. Verbeteringen voor de klant door in te zetten op een breder gamma van diensten en een automatische afhandeling via een digitale handtekening. Maar zeker ook verbeteringen voor het stadspersoneel door de processen achter het e-loket te automatiseren. Het is frappant dat een online-aanvraag nu nog kan resulteren in het afprinten van een uittreksel door een personeelslid. Die moet hierna de enveloppe klaarmaken, de geadresseerde opschrijven, een postzegel plakken om dan uiteindelijk de brief te kunnen posten. Het hoeft geen betoog dat dit uitermate afstompend werk is en dat een automatisering hiervan tot een aanzienlijke werkdrukverlaging zal leiden. Laat het duidelijk zijn dat het stadsbestuur haar loketmedewerkers niet de woestijn zal insturen. De aangekondigde besparingen zullen de volgende jaren gepaard gaan met belangrijke organisatorische veranderingen. Deze veranderingen zullen er net op gericht zijn om een gelijke werkdrukverdeling te bekomen bij de verschillende loketten. Bovendien wensen we zo de takenpaketten interessanter te maken voor het personeel. Tegelijkertijd streven we zo een goede en efficiënte dienstverlening na voor de Gentenaars. 1. 2. Verplichte instap Mobiel Dienstencentrum Het nieuwe arbeidsreglement – die nog niet is goedgekeurd door de vakbonden – voor de diensten Burgerzaken en Onthaal voorziet dat elke loketmedewerker van Burgerzaken ingezet kan worden in het Mobiel Dienstencentrum. Het Mobiel Dienstencentrum is immers een volwaardig dienstencentrum. We willen dan ook vermijden dat het Mobiel Dienstencentrum niet kan uitrijden en de burger niet kan worden geholpen. In eerste instantie wordt er wel naar gestreefd om het Mobiel Dienstencentrum te bemannen met medewerkers die daar bewust voor kiezen. Maar om te vermijden dat de werkdruk op deze personeelsleden te hoog wordt en om ook voor deze mensen een flexibele planning te kunnen hanteren, kan een beroep worden gedaan op het overige personeel. In feite zal dit zeer sporadisch zijn aangezien verschillende personeelsleden al hebben aangegeven in het Mobiel Dienstencentrum te willen werken. De reactie van de vakbonden was dan ook iets te voortvarend. 1. 3. Beloofde statutariseringen blijven uit Voor dit punt is schepen De Regge bevoegd. Ik kan wel stellen dat schepen De Regge een grote inspanning heeft gedaan voor de verdere statutarisering van mensen die opgenomen zijn in de wervingsreserve voor de graad van administratief medewerker. Dit jaar zullen 20 mensen van die lijst gestaturiseerd worden waarna jaarlijks 10 medewerkers volgen. Maar voor verdere vragen over dit topic dien ik u echter door te verwijzen naar de schepen bevoegd voor Personeelszaken. 1. 4. 125% vergoeding voor zaterdagprestaties valt weg voor loketgebonden diensten Ook voor dit punt is schepen Martine De Regge bevoegd. Maar ik zal u kort de problematiek schetsen. Vandaag worden de zaterdagprestaties in drie diensten met 1,25 vermenigvuldigd: de Dienst Burgerzaken, (een deel van) de Dienst Onthaal en de Dienst van de Ombudsvrouw. Die vermenigvuldiging is het gevolg van een beslissing in de jaren ’90, toen het werken op zaterdag nieuw was. Dit terwijl de 38-uren-week gerespecteerd wordt. Het gaat dus niet over overwerk. Intussen wordt er op veel meer diensten ook op zaterdag gewerkt binnen de gewone 38 uren week en aan 100%. De structurele zaterdagprestaties van de loketten van de Diensten Burgerzaken, Onthaal en Ombudsvrouw maken maar 20% uit van de totale zaterdagprestaties. Het college heeft beslist om dit gelijk te schakelen. We vinden het immers niet correct om voor gelijke prestaties twee regelingen te hebben. Bovendien gaat het over regulier werk, niet over overwerk. Wel wil ik bekijken of het personeel van de dienst Burgerzaken van een flexibelere planning kan genieten. Nu is het vaak dat mensen 38 uren werken maar dan uitgesmeerd over 6 dagen. Samen met de dienst wil ik bekijken of het personeel flexiber zijn werkweek kan indelen. Want als wij als stadsbestuur een grotere flexibiliteit vragen naar werkplekken en uren is het maar logisch dat hier voor het personeel iets tegenover staat. Het is net door de schotten tussen de afdelingen weg te werken en daardoor met een grotere pool aan personeel te kunnen werken, dat er meer flexibiliteit zal kunnen worden aangeboden aan het personeel. Deze oefening die ook nauw samenhangt met de openingsuren wordt momenteel voorbereid om daarna met de vakbonden besproken te worden. 1. 5. Verder overleg met de vakbonden en het personeel Ik heb het daarnet al een paar maal aangehaald. De gesprekken met de vakbonden zijn nog steeds lopende. Op 4 februari hadden we een zogenaamd verzoeningsoverleg met betrekking tot het voorliggend arbeidsreglement en de prikacties. Verzoend zijn we nog niet maar evenmin hebben we de vergadering met slaande deuren verlaten. We hebben afgesproken dat het bestuur enerzijds zijn oefening verderzet met betrekking tot de reorganisatie van de dienst Burgerzaken. Deze oefening zal trouwens een belangrijk onderdeel uitmaken van mijn Beleidsnota. Anderzijds bekijken de vakbonden samen met hun achterban hoe zij de toekomstige organisatie zien. Wat ik oprecht een goede zaak vind. Ik wil immers een verhaal schrijven dat gedragen is door het personeel. Bovendien ben ik ervan overtuigd dat dit een waardevolle inbreng kan zijn. 1. 6. Actieplan voor het probleem van tijdelijke sluitingen als gevolg van ziekte van personeel Mijnheer Van Laecke u vraagt naar een actieplan om tijdelijke sluitingen als gevolg van ziekteverzuim te vermijden. Op zich stelt dit probleem zich doorheen het jaar niet. De organisatie is nu reeds flexibel genoeg om mensen vanuit andere dienstencentra te laten inspringen. En in uiterste nood kunnen personeelsleden vanuit het centraal administratief centrum bijspringen. Vorige zomer werden in de maand augustus inderdaad een aantal dienstencentra gesloten voornamelijk als gevolg van een slechte spreiding van de vakantieplanning. Bovendien waren er bepaalde dagen meer medewerkers beschikbaar dan dat er loketten waren in de dienstencentra die open waren. Toen is er dus het een en het ander fout gelopen in de planning. De dienst Burgerzaken beseft dit en zal de volgende vakantieperiodes hier beter mee omgaan. Wel zal zoals u waarschijnlijk is duidelijk geworden, bij de toekomstige organisatie van de dienst Burgerzaken ernaar gestreefd worden om met grotere pools van medewerkers te kunnen werken. Ik denk vooral aan overlappingen tussen enerzijds de loketten Bevolking en Rijden en Reizen en anderzijds de dienstencentra. Hierdoor zal de bezetting van de verschillende locaties nog beter gegarandeerd kunnen worden. Waar er momenteel wel een probleem is en ik moet daar niet flauw over doen, is het Loket Migratie. Op zich is het personeelscontingent voldoende groot om het loket goed te laten werken. Maar het ziekteverzuim is er te hoog. Het is voor de overblijvers hard werken om dezelfde dienstverlening aan te houden. Waardoor ook deze mensen overwerkt worden en we in een vicieuze cirkel geraken. Bovendien bleek uit de welzijnsenquête dat deze afdeling met verschillende problemen kampt. Vandaar dat ik samen met schepen De Regge ingegrepen heb en we een actieplan hebben laten opmaken voor het loket. Dit actieplan is vooral operationeel van aard en houdt in dat bekeken wordt of de afdeling niet anders kan worden georganiseerd. Momenteel draaien dan ook twee managementondersteuners van de dienst Organisatie & Ontwikkeling mee met het team. Zij gaan na of de werkprocessen verbeterd kunnen worden en of de taakverdeling tussen de medewerkers niet evenwichtiger kan. Tegelijkertijd bekijken we hoe de digitalisering van de backoffice versneld kan ingevoerd worden om zo de werkdruk te verlichten. Hiervoor zijn we in gesprek met Cevi. Maar spijtig genoeg gaat dit niet allemaal zo snel als dat ik gehoopt had. Blijkbaar is de ICT-koppeling van de systemen van Cevi met de Digipolis-toepassingen niet vanzelfsprekend. Bovendien kent de huidige toepassing van Cevi nog belangrijke tekortkomingen voor een stad als Gent. Ten slotte wil ik onderzoeken of alle verrichtingen met betrekking tot Migratie niet beter gecentraliseerd worden. Nu gebeurt de dienstverlening nog versnipperd over de verschillende dienstencentra. Maar als gevolg van de steeds complexer wordende wetgeving en de toenemende en steeds diversere migratie lijkt een specialisatie aan de orde. Als we deze beweging willen inzetten moet uiteraard de centrale infrastructuur voldoen. We bekijken nu of met de huidige infrastructuur dit gerealiseerd kan worden. 5. 2014_MC_00070 - MONDELINGE VRAAG - IMPACT OPENSTELLEN EUGRENZEN. - FILIP VAN LAECKE OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Laecke Filip CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Met het openstellen van de EU-grenzen voor Roemenen en Bulgaren vanaf 1 januari 2014 is de kans reëel dat er een grotere instroom komt in Gent. Uit de eerste cijfers bleek dat wat Gent betreft er zich in de eerste helft van januari dubbel zoveel Bulgaren en 4 keer zoveel Roemenen hebben aangemeld dan vorig jaar het geval was in dezelfde periode. In de pers stelt de schepen dat we moeten afwachten wat de impact zal zijn, maar een extrapolatie van de cijfers van januari naar het volledige jaar 2014 zou 1.200 extra Bulgaren en/of Roemenen voor Gent betekenen. Vraag Hoe zal de stad Gent zich voorbereiden op dergelijke mogelijke stijging van instroom? Zal de schepen beleidsvoorbereidende maatregelen nemen of eerder de situatie afwachten? Indien de schepen voorbereid wil zijn, wat houdt dat dan precies in? ANTWOORD 1. 1. Hoeveel Bulgaren en Roemenen verbleven er vroeger reeds in onze stad? Evolutie van het aantal Bulgaarse en Roemeense onderdanen ingeschreven in de stad Gent: 31/12/2000 31/12/2001 31/12/2002 31/12/2003 31/12/2004 31/12/2005 31/12/2006 31/12/2007 31/12/2008 31/12/2009 31/12/2010 31/12/2011 31/12/2012 31/12/2013 5/02/2014 Bulgarije TOTAAL 50 160 274 348 392 534 667 1765 2835 3946 5112 5654 5994 6593 6615 Roemenië TOTAAL 52 64 72 72 72 87 89 103 109 121 133 175 211 271 281 In 14 jaar tijd nam het aantal Bulgaren dus toe met een factor maal 132. Mijnheer Deckmyn u vraagt naar het aantal Bulgaren en Roemenen die illegaal in Gent aanwezig zijn. Aangezien mensen zonder papieren per definitie niet (meer) zijn ingeschreven en niet traceerbaar zijn, is het onmogelijk voor de dienst Burgerzaken een accuraat cijfer te geven. Hier een cijfer opplakken zou dus giswerk zijn. 1. 2. Kan er ondertussen meer info gegeven worden over de juiste aantallen mensen die de nieuwe procedure van lang verblijf opstartten in Gent? Aan unieburgers die een verblijfsprocedure van lang verblijf opstarten, wordt een verblijfsaanvraag (= bijlage 19) afgeleverd. Het totale aantal opgemaakte bijlagen 19 tijdens de eerste 3 weken van januari 2014 (141) bedraagt dubbel zoveel als tijdens dezelfde periode in 2013 (66). De stijging is nagenoeg volledig toe te schrijven aan Bulgaarse en Roemeense unieburgers: 1. Bulgaarse unieburgers: het totale aantal opgemaakte bijlagen 19 in 2013 bedraagt 41 tegenover 99 in 2014 2. Roemeense unieburgers: het totale aantal opgemaakte bijlagen 19 in 2013 bedraagt 3 tegenover 13 in 2014 zie bijlage 1 3. 3. Hoeveel van die mensen schreven zich in 2014 in Gent in? Er is een verschil tussen: enerzijds unieburgers die een procedure voor lang verblijf opstarten en een bijlage 19 ontvangen - en anderzijds unieburgers die daadwerkelijk ingeschreven worden. De laatste categorie houdt betrekking tot Bulgaarse en Roemeense onderdanen die inschrijvings- en verblijfsprocedure voor unieburgers al gedeeltelijk hebben doorlopen. Daarbij bevinden zich personen die al in 2013 met die procedure zijn gestart. op 31 december 2013 stonden respectievelijk 6593 Bulgaarse en 271 Roemeense onderdanen ingeschreven in de stad Gent op 5 februari 2014 stonden respectievelijk 6615 Bulgaarse en 281 Roemeense onderdanen ingeschreven in de stad Gent Dit is een toename van 22 Bulgaren en 10 Roemenen. 1. 4. Welk soort statuut (werknemer, werkzoekende, zelfstandige) wordt in welke verhouding aangevraagd? Bij het opstarten van een verblijfsprocedure van lang verblijf (bijlage 19) moet betrokken unieburger aangeven welk verblijfsmotief wordt ingeroepen. Als motief kan opgegeven worden: - Zelfstandige activiteit - Werkzoekende - Werknemer - Gezinshereniger - Studies Laat ons de eerste drie weken van 2013 en van 2014 eens vergelijken wat betreft de Bulgaren: zie bijlage 2 Dan zien we dat: 1. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief zelfstandige activiteit sterk daalt: 33% in 2013 terwijl 5% in 2014 2. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werknemer sterk stijgt: 23% in 2013 terwijl 39% in 2014 3. Opvallend is het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werkzoekende: dit statuut was in 2013 nog niet toegankelijk maar bedraagt in 2014 onmiddellijk 35% 4. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief gezinshereniger daalt sterk: 44% in 2013 terwijl 21% in 2014 Uit de opgemaakte bijlagen 19 tijdens de eerste 3 weken van januari 2013 en januari 2014 voor Roemeense unieburgers blijkt het volgende: zie bijlage 3 1. De bijlagen 19 met verblijfsmotief zelfstandige activiteit zijn in 2014 verdwenen terwijl ze 100% uitmaakten in 2013 2. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werknemer stijgt sterk: 42% in 2014 terwijl 0% in 2013 3. Het aantal bijlagen 19 met verblijfsmotief werkzoekende: dit statuut was in 2013 nog niet toegankelijk maar bedraagt in 2014 onmiddellijk 58% Dit is veelzeggend maar we moeten ons er goed van bewust zijn dat het over respectievelijk 3 en 13 personen gaat voor de eerste drie weken van 2013 en 2014. 1. 5. Welke evolutie verwacht men verder? De stad Gent hanteert al enige tijd een aantal kanalen om signalen te capteren over de impact van het wegvallen van de overgangsmaatregelen: De Dienst Burgerzaken houdt cijfers bij van het aantal Bulgaarse en Roemeense unieburgers dat een verblijfsaanvraag indient. Dit laat toe de evolutie ter zake snel in kaart te brengen. Diverse stadsdiensten hebben contacten binnen de Bulgaarse en Roemeense gemeenschap in Gent om zo hun toekomstintenties in te schatten. Stadsdiensten hebben studiebezoeken uitgevoerd in de voornaamste herkomststeden in Bulgarije om toekomstige migratiepatronen in te schatten. Uit een beleidsvoorbereidende denkoefening in 2013 is gebleken dat het aantal Bulgaarse unieburgers in de bevolkingscijfers wellicht zeker zou stijgen vanaf 1 januari 2014. Er waren immers signalen dat: Bulgaarse unieburgers die momenteel in Gent verblijven maar niet ingeschreven zijn of als kortverblijvers aangemeld zijn, zich vanaf 1 januari 2014 opnieuw zouden inschrijven. Bulgaarse unieburgers die momenteel in Gent verblijven en een verblijfsrecht op basis van zelfstandige activiteit bezitten, vanaf 1 januari 2014 hun verblijfsmotief zouden wijzigen naar werknemersschap of werkzoekende. Het is nu nog te vroeg om correcte uitspraken te doen over het aandeel echte nieuwkomers en het aandeel van unieburgers die hier reeds verbleven maar een nieuwe aanvraag voor langverblijf hebben ingediend. We kunnen uit deze cijfers immers nog niet filteren hoeveel nieuwe burgers zich in Gent komen aanmelden. In deze cijfers zitten ook de mensen die zich eerder inschreven via een ander statuut of voor kortverblijf en die zich nu aanmelden voor langverblijf. Cijfers van het aantal aanvragen voor kortverblijf tonen wel een duidelijke daling sinds september 2013. Dat toont aan dat burgers nu sneller voor het langverblijf kiezen dan voor het kortverblijf. Ook bij de mensen aan onze loketten leeft de indruk dat ze heel wat bekende gezichten opnieuw zien opduiken. Hoewel in de cijfers zeker ook ‘nieuwe’ Bulgaren en Roemenen zullen zitten, kunnen we dus zeker niet spreken van een stormloop. Het is nu zaak dat we de cijfers blijven monitoren zodat we na verloop van tijd kunnen vast stellen hoeveel mensen via het statuut van werknemer verblijfsrechten kregen, hoeveel via een ander statuut zich lieten inschrijven, hoeveel van hen het bevel kregen het land te verlaten, enz. Pas als de procedures doorlopen zijn, kunnen hier goede uitspraken over gedaan worden. De procedures bij DVZ nemen toch snel 4 à 6 maanden in beslag. Naast de eigen monitoring werden eveneens afspraken over informatieuitwisseling gemaakt met de VDAB. Door de aard van de inschrijvings- en verblijfsprocedure voor unieburgers valt het te verwachten dat de VDAB eerder zicht zal krijgen op het aantal Bulgaarse en Roemeense unieburgers dat zich aanbiedt op de arbeidsmarkt. Unieburgers dienen immers werk te hebben of bij de VDAB te zijn ingeschreven om een verblijfskaart te kunnen bekomen. We zullen dus de situatie strikt opvolgen en ik zal uiteraard terugkoppelen naar mijn collega’s. In Gent hebben we trouwens al een hele tijd het POC (permanent overlegcomité) opgericht net om met alle betrokken actoren de situatie goed op te volgen en snel op de bal te kunnen spelen. Naast de politiek verantwoordelijken zijn hierin verschillende diensten vertegenwoordigd. Namelijk Burgerzaken, het OCMW, de Integratiedienst, het Onderwijs en de Politie. Straks zal ik u de recente afspraken met het arbeidsauditoriaat toelichten. Dit is een voorbeeld van hoe een bespreking in het POC leidt tot concrete acties op het terrein. 1. 6. Hoe wordt de opvolging en controle georganiseerd? De opéénvolgende fasen van een inschrijvings- en verblijfsprocedure voor unieburgers kunnen tot 6 maanden in beslag nemen en voorzien tal van opvolgings- en controlepunten: Bij de start is een identiteitsdocument vereist dat systematisch aan een gespecialiseerde politiedienst wordt voorgelegd. De bewijsstukken van het ingeroepen verblijfsmotief (zelfstandige activiteit, werknemersschap, werkzoekende, studies, …) worden systematisch gecontroleerd op hun volledigheid en correctheid. Deze stukken worden ook overgemaakt aan de Dienst Vreemdelingenzaken in Brussel. Bij twijfelgevallen wordt aan die dienst een uitgebreid tweedelijnsonderzoek gevraagd. Dit geldt voor het merendeel van de aanvragen. Ik zoom nog even in op het onderzoek bij de verblijfsstatuten werkzoekende en werknemer. De Bulgaren die zich via het statuut van werkzoekende aanmelden, moeten binnen 3 tot 4 maand kunnen aantonen dat ze binnen een redelijke termijn een reële kans hebben op werk. Ze kunnen dat doen door aan te tonen dat ze als werkzoekende ingeschreven zijn via de VDAB, dat ze gesolliciteerd hebben, zich lieten inschrijven voor een beroepsopleiding of door het voorleggen van een arbeidscontract, ... Bulgaren die zich als werknemer lieten inschrijven, moeten binnen de 3 tot 4 maand een arbeidscontract of werkgeversattest kunnen voorleggen. De Dienst Vreemdelingenzaken staat dus in voor de controle van deze dossiers en bekijkt of aan deze voorwaarde is voldaan. Eens het verblijfsrecht is erkend, blijft betrokkene onderworpen aan een controleperiode van 5 jaar. Binnen die periode kan het verblijfsrecht worden ingetrokken, eens vaststaat dat betrokkene niet langer aan de verblijfsvoorwaarden (bvb. tewerkstelling) voldoet. Ten slotte en dit is nieuw, hebben we in samenspraak met het arbeidsauditoraat nog twee extra controlestappen ingevoerd om na te gaan of het over een daadwerkelijke tewerkstelling gaat. De dienst Burgerzaken zal systematisch de arbeidscontracten bijhouden en ze periodiek met het arbeidsauditoriaat en de sociale inspectie doorlopen. Zo kan nagegaan worden of een bepaalde werkgever niet verdacht veel voorkomt en of het gaat over werkgevers die reeds op een fraudelijst voorkomen. Hiernaast zal bekeken worden of een bepaald sjabloon van arbeidsovereenkomst niet verdacht veel gebruikt wordt. Ook zullen arbeidsovereenkomsten en loonbrieven gescreend worden op bijvoorbeeld te hoge verloning voor bepaalde jobs of bepaalde adressen van maatschappelijke zetels. Hierdoor kunnen fraudedossiers op voorhand gedetecteerd worden en vervolgd worden. En niet enkel diegene die een verblijfsrecht wensen te bekomen maar ook de malafide werkgevers. Het is immers zaak om zulke carrousels in de kiem te smoren. De dienst Burgerzaken zal negatieve beslissingen van DVZ ook doorgeven aan het arbeidsauditoriaat. In de motivatie van DVZ wordt vaak aangegeven of er vermoedens van fraude zijn. Dit is dus een extra controle achteraf en maakt dat betrokkenen daadwerkelijk vervolgd kunnen worden. 1. 7. Is er met de VDAB en RVA overleg omtrent de problematiek van de toevloed van Bulgaren en Roemenen in Gent? Zo ja, wat zijn de resultaten? Zo nee, waarom niet? We zijn hierover inderdaad in nauw overleg met de VDAB, die bevestigt dat de werkwinkels momenteel met een verhoogde inschrijvings- en begeleidingsvraag worden geconfronteerd. Evenwel zit de toename voorlopig binnen de grenzen van het administratief verwerkbare. Toch denken we dat de inschrijvingsvraag n.a.v. het wegvallen van de arbeidsmarktrestricties voor Roemenen en Bulgaren in de loop van het voorjaar verder zal toenemen. Die vrees is er niet zozeer in hoofde van eventuele nieuwe migranten, wel in hoofde van diegenen die hier al zijn, en sinds 1 januari recht hebben op volledige VDAB-begeleiding. Voorheen was die door de restricties beperkt tot info over knelpuntberoepen. Schepen Coddens monitort de situatie in elk geval nauwgezet, i.s.m. de VDAB en het OCMW. Ook werd, gelet op de specifieke migratiesituatie in Gent, in de loop van het najaar van 2013 aan minister Muyters extra middelen gevraagd om op een verhoogde begeleidingsvraag in Gent in te spelen. Daarop repliceerde de minister dat er binnen VDAB mogelijk met personeelsmiddelen geschoven kan worden, indien de nood hiertoe zich zou stellen. We hopen dat dit geen loze beloftes zijn. En tot slot verkreeg schepen Coddens recent ESF-middelen voor de uitbreiding van het ankerfiguurproject, die gebruikt werd om een deeltijds ankerfiguur van Bulgaarse afkomst aan te werven. Betrokkene ging op 1 februari aan de slag. Samen met de ankerfiguur van Slowaakse origine zal hij onder meer instaan voor de bemiddeling van nieuwe EU’ers naar werk. 1. 8. Welke ontradingsinitiatieven ondernam de stad Gent rond deze problematiek? De intra-Europese migratie vloeit voort uit het vrij verkeer dat gebetonneerd zit in de Europese Verdragen. De Europese Unie staat dan ook niet toe formele ontradingsinitiatieven te nemen. Op zich is er ook niets mis met de Europese principes van vrij verkeer van personen. De realiteit is echter dat een deel van de nieuwkomers als gevolg van discriminatie gemigreerd zijn en niet zozeer met het oog op een tewerkstelling of het ontplooien van een zelfstandige activiteit. Het beste ontradingsinitiatief zou er dan ook uit bestaan dat in de thuislanden de rechten van de Roma worden gevrijwaard en dat er voor hun sociale programma’s worden opgezet. Het zijn binnenkort Europese verkiezingen. In ons memorandum aan de nieuw-verkozen Europese parlementsleden zal dit ons belangrijkste punt zijn. Wil men het draagvlak voor de Europese Unie behouden bij de Gentenaars dan zal men hier werk van moeten maken. Begrijp me niet verkeerd, ik ben absoluut een Europa-believer. Maar het kan niet de bedoeling zijn dat de discriminatie binnen bepaalde landen de trigger wordt van intra-Europese migratie. Dit staat mijlenver weg van de principes van de Europese Verdragen. 1. 9. Wordt er ook voor de blijvers voorzien in begeleiding? De Stad Gent heeft verschillende initiatieven opgezet om de (legale) blijvers in begeleiding te voorzien. Deze projecten voorzien inderdaad in begeleiding maar zijn eveneens sterk gericht op inburgering waarbij ook op de plichten gewezen wordt. Ik had het daarnet al over de Ankerfiguren die voorzien in begeleiding naar werk. Daarnaast is er natuurlijk de reguliere werking van Kom-Pas die voorziet in inburgeringstrajecten en Nederlandse taallessen. Vanuit het Onderwijs worden er Brugfiguren ingezet. En ten slotte zet de Stad Gent buurtstewards in om overlast als gevolg van samenlevingsproblemen te bestrijden. Voor meer details over de werking van de verschillende acties dien ik u wel door te verwijzen naar de bevoegde schepenen. BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- 6. 2014_MC_00076 - MONDELINGE VRAAG - BRANDVEILIGHEID STUDENTENKOTEN. - VELI YÜKSEL OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : Yüksel Veli CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op vrijdag 31 januari kostte een brand in een studentenkot in Leuven het leven aan twee Ierse uitwisselingsstudentes. Naderhand bleek dat het gebouw niet als studentenwoning was aangegeven, maar als gezinswoning geregistreerd stond. Niet-geregistreerde koten komen in elke studentenstad voor, ook in Gent. Het ‘Politiereglement op kamerwoningen’ bepaalt nochtans dat de verantwoordelijke voor het gebouw aangifte moet doen van zijn verhuurde kamerwoning(en). De brandweer van Gent gaf aan dat 2968 unieke adressen bij hen zijn geregistreerd, met twee tot dertig kamers. Het gaat om gebouwen die door de eigenaar zelf werden aangegeven of door de universiteit werden doorgegeven. Hoeveel niet-geregistreerde koten er zijn, is ook door de brandweer niet geweten. Wat de geregistreerde woningen betreft, worden jaarlijks ongeveer 200 controles op brandveiligheid uitgevoerd. Op een totaal van zowat 3000 woningen is dat zowat 7%. In het bestuursakkoord lezen we onder punt 5.19 het volgende: “Tegelijk zal er blijvend ingezet worden op controles zodat de studenten op een veilige en kwalitatieve manier kunnen wonen en de te beschermen eengezinswoningen opnieuw vrijkomen voor de gezinnen.” Vraag 1) Kunnen in samenwerking tussen de brandweer, de stadsdiensten en de universiteit en hogescholen bijkomende inspanningen worden gedaan om snel zicht te krijgen op het aantal niet-geregistreerde studentenkoten, opdat deze problematiek doelgericht kan worden aangepakt en de veiligheid en kwaliteit van de studentenhuisvesting in onze stad kan worden vergroot? 2) Kan het aantal controles op geregistreerde studentenkamers worden verhoogd om de brandveiligheid beter te waarborgen? ANTWOORD Wat uw eerste vraag betreft is het, gezien het feit dat studenten nergens hun kotadres moeten registreren, moeilijk te achterhalen waar de studentenkoten in niet geregistreerde studentenkamers of – woningen zich allemaal bevinden. De dienst Administratie – afdeling bouw- en woontoezicht startte in 2012 met een databank waar alle woningen die betrekking hebben op studentenhuisvesting in worden opgenomen. Op vandaag zijn hier 1440 adressen (goed voor ongeveer 11.000 kamers) in opgenomen. Dit omvat zowel aangemelde als niet aangemelde kamers. Daarnaast houdt de brandweer, in het kader van het politiereglement op de kamerwoningen, eveneens een lijst bij van de aangemelde kamers. Hier zijn 2960 adressen (goed voor ongeveer 24.000 kamers in opgenomen). Sinds januari 2014 is het project kwalitatieve kamerwoningen opgestart bij dienst Administratie. Eén van de doelstellingen van dit project is de aanmaak van een databank van kamerwoningen met als doel het in kaart brengen van de spreiding over het Gentse grondgebied. Voor wat uw tweede vraag betreft merkt de Preventiedienst op dat er sinds 2010 een intense samenwerking bestaat tussen de dienst Wonen en de brandweer om gezamenlijk de geregistreerde kamerwoningen te controleren. Bij de brandweer worden hiervoor 5 preventionisten beschikbaar gehouden. De organisatie van de inspectiebezoeken alsook de briefwisseling werd gecoördineerd door de dienst Wonen. Sinds de reorganisatie van de stadsdiensten wordt deze taak overgenomen door de dienst Bouw- en Woontoezicht. In 2013 resulteerde dit gemiddeld in 2 x ½ dag gezamenlijke controles per week. Wegens een wetswijziging (integratiedecreet 2013) dienen alle kamerwoningen waarvoor destijds een oppervlakteafwijking werd aangevraagd opnieuw gecontroleerd te worden; Dit gaat over ongeveer 800 panden. Dit jaar is de frequentie dan ook opgedreven tot 4 x ½ controledagen per week, hetgeen gelet op de beschikbare mankracht, de maximumfrequentie is. Een controle-opdracht (gemiddeld 2 uren, inclusief verplaatsing) wordt vooraf gegaan door een dossierstudie en gevolgd door een lijvig verslag (totaal ca. 5 uren per dossier). Zonder het belang ervan te willen minimaliseren wens ik er toch op te wijzen dat de Preventiedienst van de Gentse brandweer naast de controleopdrachten op kamerwoningen nog tal van andere wettelijk verplichte opdrachten met deadlines te vervullen heeft, zoals het adviseren van stedenbouwkundige vergunningen, milieuvergunningen, controleren van woonzorgcentra, kinderdagverblijven, ziekenhuizen, publiek toegankelijke inrichtingen, scholen, evenementen …). Bovendien is Brandweer GENT niet enkel het bevoegde korps voor groot GENT maar tevens voor 5 beschermde gemeenten (De Pinte, Sint-Martens-Latem, Evergem, Lovendegem, HeusdenDestelbergen). 7. 2014_MC_00079 - MONDELINGE VRAAG - BRANDWEERCONTROLES STUDENTENWONINGEN. - ISABELLE DE CLERCQ OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : De Clercq Isabelle N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Recent was er een brand met tragische afloop in een studentenwoning in Leuven. Naar aanleiding hiervan verklaarde de Gentse brandweer jaarlijks 200 op 2968 geregistreerde studentenwoningen te controleren. Dat lijkt relatief weinig: alle woningen controleren vergt dan ongeveer 15 jaar. Eén controle om de 15 jaar is toch minimaal Vraag 1. Wat is het standpunt van de brandweer in deze? Is het huidige controleritme ideaal? Is er geen nood aan frequentere controles? Hoe kan dit georganiseerd worden? 2. Wat zijn de resultaten van de controles in de geregistreerde panden: voldoen deze over het algemeen of is er vaak sprake van ernstige tekortkomingen? Hoe gebeurt de opvolging bij vastgestelde problemen? ANTWOORD Als antwoord op uw eerste vraag verwijs ik naar mijn antwoord op de 2de vraag van collega Yüksel. Wat uw 2de vraag betreft kan ik melden dat van de gecontroleerde kamerwoningen in 2012 er bij eerste controle meteen 11% conform het integratiedecreet waren, 28% dienden finaal ongeschikt of onbewoonbaar verklaard te worden. De andere werden dus in orde gebracht na de bemiddelingsprocedure. Het integratiedecreet is een nieuw decreet waarbij de Vlaamse Wooncode is geïntegreerd in het voormalige kamerdecreet, in werking getreden op 11/08/2013. Bij niet conforme kamerwoningen volgt immers eerst een bemiddelingsprocedure (met aanmaning om werken uit te voeren) en nadien een officiële procedure tot ongeschikt of onbewoonbaar verklaring. Voor 2013 kon ik nog geen globale cijfers ontvangen. 8. 2014_MC_00084 - MONDELINGE VRAAG - BRANDVEILIGHEID VAN HUIZEN MET SAMENHUIZENDE VOLWASSENEN. - DIRK HOLEMANS OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : Holemans Dirk Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Uit de pers vernemen we dat de Gentse brandweer zich grote zorgen maakt over de brandveiligheid van huizen waar volwassenen samen huizen in een verbouwde eengezinswoningen. Het zou gaan om maar liefst 3.000 woningen in Gent. De problemen hierbij zouden groter zijn dan bij studentenkoten, waarbij de omschakeling naar nieuwbouw ook een vooruitgang betekent qua brandveiligheid. Vraag Graag verneem ik van de burgemeester welke preventieve acties de brandweer zal ondernemen om de brandveiligheid in deze circa 3.000 woningen met samenhuizende volwassenen te controleren? ANTWOORD Geacht raadslid, uw informatie berust op een foute berichtgeving in de media. Er zijn bij de brandweer ca. 3000 geregistreerde kamerwoningen (exact 2968 unieke adressen), uiteraard kennen we niet het aantal (illegale) koten niet. De brandweer is bezorgd over de veiligheid van deze niet geregistreerde panden. Het is ons inzien echter niet de taak van de brandweer om deze panden actief op te sporen. De problematiek van samenwonende volwassenen werd aangehaald in het kader van het fenomeen huisjesmelkerij waarbij mensen op een zeer beperkte oppervlakte moeten overleven in erbarmelijke omstandigheden (vaak tegen woeker(huur)prijzen). Grootschalige nieuwbouwprojecten studenten-huisvesting worden als veiliger beschouwd daar zij tevens moeten voldoen aan de basisnormen brandveiligheid en uit massievere materialen (beton) worden opgetrokken. Dit in tegenstelling tot verbouwde huisjes die meestal bestaan uit houten roostering en houten trappen. Samenhuizen (meerdere personen die, buiten het klassieke gezinsverband, voor langere termijn samen een eengezinswoning of appartement huren) werd op basis van de omzendbrief RWO (Agentschap Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed) per collegebeslissing van 5/7/2012 beschouwd als niet vallend onder het toepassingsgebied van het politiereglement kamerwoningen en wordt door de brandweer dan ook niet beoordeeld of geïnspecteerd, tenzij er aanwijzingen zijn dat er een gevaar is voor de openbare veiligheid. De controle gebeurt dan in opdracht van de burgemeester. 9. 2014_MC_00099 - MONDELINGE VRAAG - EARTH HOUR CITY CHALLENGE 2014: MOETEN STEDEN ELKAAR AFTROEVEN? - DIRK HOLEMANS OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : Holemans Dirk Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Het Wereld Natuur Fonds (WWF) heeft Gent verkozen als één van de drie Belgische finalisten van de Earth Hour City Challenge 2014. In deze internationale wedstrijd wordt aan steden gevraagd om ambitieuze plannen voor te leggen voor een klimaatvriendelijke samenleving. Naast Gent behoren ook Antwerpen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tot de Belgische finalisten. De Belgische finalist zal meedingen naar de internationale titel. Daarnaast is er ook nog een aparte wedstrijd waarbij burgers kunnen stemmen op de stad die volgens hen moet winnen. Deze laatste campagne verloopt via de sociale media en heeft als thema ‘een duurzame stad om van te houden’. Stemmen kan op drie manieren: op de campagnewebsite, op deze website een idee posten, of door het posten van een Instagramfoto. Via de website van 'Gent Klimaatneutraal' leren we 'dat tijdens de campagne de sociale mediakanalen van Stad Gent en het Gents Klimaatverbond extra ingaan op de wedstrijd. Vooral rond Valentijn op 14 februari zal de campagne een boost van liefde te verwerken krijgen.' Op zich is het leuk dat er een wedstrijd is tussen drie grote Belgische steden. Alleen blijkt Antwerpen het minder sportief of liefdevol aan te pakken. Want in het Antwerpse stadsmagazine worden maar liefst twee pagina's besteed aan de wedstrijd, met als arrogante slogan: 'Post uw Antwerpse foto op Instagram en troef Gent af'. Vraag Graag verneem ik van de burgemeester: - wat hij van deze houding van Antwerpen ten aanzien van Gent vindt, - of er nog, in alle sportiviteit, initiatieven in Gent voorzien zijn om deze wedstrijd bekend te maken? ANTWOORD Gent is inderdaad één van de 3 Belgische kandidaten in de wedstrijd om de ‘Earth Hour City Challenge 2014’ van het WWF. Wereldwijd zijn er 34 kandidaten. Het spreekt voor zich dat we ook graag de publieksprijs zouden winnen. We hebben daar al van alles voor gedaan, op het vlak van communicatie. We hebben zowel intern, bij ons personeel, als extern een oproep gedaan om voor Gent te stemmen, op diverse manieren: we hebben de oproep via ons Stadsmagazine én via facebook en twitter gelanceerd, partners uit ons Klimaatverbond (zoals Green Track, EVA en het Gents Milieufront) hebben de oproep mee verspreid, en afgelopen vrijdag hebben we nog een ‘Valentijnsactie’ gehouden met de ijsbeer-mascotte van het Klimaatverbond. Steden in Vlaanderen zijn op vele vlakken ‘concullega’s’, zoals ik ze vaak noem. We zijn enerzijds collega’s, als het gaat om het delen van kennis op verschillende domeinen, of om het verdedigen van onze gemeenschappelijke belangen tegenover de hogere overheden; en we werken internationaal vaak samen om ons ook samen aan de wereld voor te stellen. Maar we zijn anderzijds ook vaak concurrenten, zoals ook in deze wedstrijd het geval is. En dat is goed: dat houdt elke stad scherp, om het zo goed mogelijk te doen. Dat zorgt ook vaak voor betrokkenheid van de bewoners bij hun stad, en voor gepaste trots – op die manier ‘maken’ we samen onze stad die we allemaal graag zien. Dat de Stad Antwerpen in haar officiële stadsmagazine nu kiest voor de titel ‘Post uw Antwerpse foto op Instagram en troef Gent af’, is haar verantwoordelijkheid. Dat zal dan wel te maken hebben met ‘de aard van het beestje’ vermoed ik. Ik kan u evenwel zeggen dat ik op vrijdag 7 februari een gesprek heb gehad met collega-burgemeester Bart De Wever hierover, en dat hij bijzonder verrast was toen ik hem die oproep onder de neus schoof. Hij had het artikel niet persoonlijk gezien en was ontstemd over het gebruik van die titel in een officiële publicatie – zó ontstemd zelfs, dat hij zou overwegen om de uitgave van ‘De Nieuwe Antwerpenaar’ af te schaffen… Nu, het is zoals in het voetbal: als een trainer zich enkele dagen voor de wedstrijd laatdunkend uitlaat over de tegenstrever, dan hangt de andere trainer de krantenartikels gegarandeerd in de kleedkamer uit om zijn spelers nóg meer te motiveren. Dus: ook al zijn ze in Antwerpen met méér, wellicht is het niet zo slim van ‘A’ om op deze manier de Gentenaars mee te stimuleren om zeker voor Gent te stemmen… Ik wil trouwens ook van déze kans gebruik maken, om onze deelname te ondersteunen door de Gentenaars nogmaals op te roepen massaal voor Gent te stemmen - en ik hoop dat de pers - naar aanleiding van deze vraag - die oproep nog eens zullen willen opnemen. 10. 2014_MC_00113 - MONDELINGE VRAAG - BEZOEK AAN GENTS HUIS VAN DE MENSENRECHTEN EN VREDESHUIS VOOR ALLE POLITIEMENSEN. - GUY REYNEBEAU OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : Reynebeau Guy sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Vanaf april 2014 zal elke politie-inspecteur in opleiding verplicht een bezoek moeten brengen aan het Holocaustmuseum in de Dossinkazerne in Mechelen. Dat moet de agenten meer bewust maken van de mensenrechten. Dit werd op maandag 27 januari- wereldwijd een herdenkingsdag voor de Holocaust ( het is in 2014 precies 69 jaar geleden dat het concentratiekamp Auschwitz in Polen werd bevrijd door Sovjettroepen)- bekend gemaakt door commissaris-generaal van de politie Catherine De Bolle. Volgens de commissaris-generaal is het de bedoeling om politieagenten bewust te maken van de mensenrechten en bewust te leren omgaan met de machtsmiddelen waarover ze beschikken. Het museum in de Dossinkazerne is recent gemoderniseerd en behandelt naast de Holocaust ook de mensenrechten in het algemeen. In die kazerne dreven de nazi's tussen 1942 en 1944 meer dan 25.000 Joden en 350 Roma bijeen om ze daarna te transporteren naar vernietigingskampen zoals Auschwitz. In Gent is er ook een “Huis van de Mensenrechten” en een “Vredeshuis” waar er zowel permanente als thematisch tentoonstellingen zijn in het kader van de mensenrechten. Vraag Kan de Gentse politie overwegen om voor al haar personeel op regelmatige basis bezoeken te voorzien aan deze Gentse tentoonstellingen, als een aanvulling van de al bestaande onderdelen permanente opleiding? ANTWOORD Binnenkort start het Bureau Integratiezorg (DMZ) van de Lokale Politiezone Gent met een interne tweedaagse vorming, waarbij men dieper ingaat op een aantal gevoelige thema’s. De bedoeling is om onze politiemensen eens rustig te laten nadenken over een aantal thema’s, hen eens verder te laten kijken dan hun neus lang is. Etnisch culturele minderheden, diversiteit, haatmisdrijven, seksuele geaardheid en slachtoffers van mensenhandel zijn onderwerpen die regelmatig aan bod zullen komen. Ook mensenrechten zijn een deel van deze opleiding. Eén van de docenten van onze zone is geslaagd voor de cursus trainer in het holocaustmuseum in de Dossinkazerne in Mechelen. De eerste sessie vindt plaats op donderdag 27 en vrijdag 28 februari 2014 en zal daarna maandelijks plaatsvinden. Tot eind 2014 werden reeds aan aantal data geprikt. Na elke sessie volgt er een evaluatie. Een bezoek van het Huis van de Mensenrechten kan zeker passen binnen deze opleiding. 11. 2014_MC_00112 - MONDELINGE VRAAG - TALENKENNIS WERKLIEDEN TMVW. - SIEGFRIED BRACKE OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : Bracke Siegfried N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting TMVW voert als nutsmaatschappij voortdurend werken uit op het Gentse grondgebied. Geregeld bijvoorbeeld bij een nieuwe aansluiting op de riolering - dient hierbij gecommuniceerd te worden met de bewoners bij wie de werken worden uitgevoerd. Blijkt echter dat niet alle werklieden die voor TMVW werken uitvoeren Nederlands of zelfs Frans, Engels of Duits spreken. Dat komt de dienstverlening vanzelfsprekend niet ten goede. Bewoners mogen toch verwachten te kunnen praten met de mensen die namens TMVW werken aan/in hun huis of in hun straat uitvoeren. Dat is elementaire service: het komt ons voor dat het een minimum minimorum is dat minstens de teamleider van een groep arbeiders Nederlands spreekt. Vraag 1. Wat verwacht de stad Gent van de TMVW als het gaat over de talenkennis van zij die werken uitvoeren aan de nutsvoorzieningen? Is er daarover een overeenkomst met de TMVW? Zijn de mensen die te velde werken uitvoeren (steeds) in dienst van TMVW zelf of wordt gewerkt via een systeem van onderaanneming? Indien er via onderaanneming wordt gewerkt, wat zijn de vereisten inzake talenkennis ten overstaan van de werklieden van de onderaannemers? 2. Zal de stad Gent - als belangrijke vennoot - er voor zorgen dat TMVW in de toekomst de nodige inspanningen levert zodat werklieden die namens de intercommunale met mensen in contact komen over minstens een basiskennis Nederlands beschikken (vb. via interne opleidingen of via het stellen van voorwaarden aan de eventuele onderaannemers)? ANTWOORD TMVW voert zijn werken uit deels met eigen medewerkers, deels met aannemers en andere dienstverleners. De taalvaardigheid van de eigen medewerkers statutair en contractueel, wordt passend getest naar aanleiding van examens en/of bij aanwerving. De aannemers en andere dienstverleners worden aangetrokken na marktconsultatie. De beslissingen in dit verband lopen via de bestuursorganen (o.a. Regionaal Directiecomité Domeindiensten – RDD), waarin de stad Gent vertegenwoordigd is. In de bestekken worden de nodige eisen voorzien, concreet in de algemene aannemingsvoorwaarden. Hierbij een concreet voorbeeld uit een bestek: Art. 5 “Elke ploeg heeft minstens één leidinggevend persoon, die: - Ter plaatse de nodige contacten legt met de klant én met de afgevaardigde van TMVW; - De Nederlandse taal beheerst. De uitvoering van de werken zal uitsluitend gebeuren door het personeel van de aannemer (en van de ingeschakelde onderaannemers) dat aan de vereiste kwalificaties voldoet. TMVW behoudt zich eveneens het recht voor elke werknemer uit te sluiten die niet over de nodige beroepsbekwaamheid beschikt of door zijn gedrag de goede uitvoering van het contract zou verstoren. Na gunning wordt ook bij de opstartvergadering met de (nieuwe) aannemer aandacht besteed aan de taalvaardigheid. Zo staat te lezen in het verslag van zo’n vergadering, onder “bijzondere aandachtspunten”: - minstens een Nederlandstalige medewerker per ploeg. Steeds een direct aanspreekbare tolk beschikbaar. Tijdens de uitvoering van het contract met de aannemer wordt de kwaliteit van de uitgevoerde opdrachten opgevolgd. De taalvaardigheid wordt hierbij evenmin uit het oog verloren. Hierbij een uittreksel van een verslag als voorbeeld: “De toezichters van TMVW krijgen te vaak telefoontjes van de uitvoerende ploegen over futiliteiten. In veel gevallen spreken de arbeiders heel gebrekkig tot geen Nederlands. TMVW kan dit niet aanvaarden. Waarop in het verslag gewezen wordt naar artikel 5 van het bestek (zoals daar net geciteerd) TMVW vraagt deze bepaling strikt na te volgen. Desgevallend kan de afwezigheid van een Nederlandssprekende werfverantwoordelijke één van de redenen zijn die tot een ingebrekestelling leiden, wat in het verleden overigens reeds is gebeurd. Ingaande op uw suggestie zal de stad er bij de TMVW nogmaals op aandringen haar inspanningen inzake een vlotte communicatie tussen de voor het bedrijf optredende aannemers en de klanten, tenminste verder te zetten en zo mogelijk zelfs nog te versterken. 12. 2014_MC_00116 - MONDELINGE VRAAG - BUURTINFORMATIENETWERKEN. - SAMI SOUGUIR OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : Souguir Sami Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De buurtinformatienetwerken (BIN), een samenwerking tussen politie en burgers in de strijd tegen o.a. woninginbraken, blijven in de lift te zitten. In 2013 bleken er al ruim 600 actief in ons land en gemiddeld komt er elke week een nieuw bij. Ook de zogenaamde BIN-Z, buurtinformatienetwerk voor zelfstandigen, winnen aan populariteit. De BIN’s zijn uiteraard maar een onderdeel van het algemeen veiligheidsbeleid. De belangrijkste doelstellingen zijn in de eerste plaats het veiligheidsgevoel verhogen, sociale controle bevorderen en de preventiegedachte verspreiden. In die zin blijken politiediensten vooral positieve ervaringen te hebben met BIN’s. Vandaag stellen we, ook in Gent, al vast dat burgers steeds vaker sociale media gaan gebruiker als persoonlijk buurtinformatienetwerk. Sociale media is immers een medium dat zeer snel informatie kan verspreiden. Helaas ontstaat daar meteen ook het risico dat burgers zelf gaan speculeren over wat er aan de hand is, wat kan leiden tot de verspreiding van onjuiste informatie en geruchten. Politiediensten maken zich hier meer en meer zorgen over, evenals over het verspreiden van foto’s en videobeelden van vermeende verdachten. Het gestructureerd uitwisselen van informatie over verdachte situaties via de politie, kan hier mogelijks een oplossing voor bieden. Toch zijn er in Gent, volgens de website van onze lokale politie, voorlopig enkel BIN’s voor zelfstandigen, bijvoorbeeld in Gent-Centrum en Industrieterrein Drongen, en dus niet voor bewoners. Concreet heb ik dan ook volgende vragen: Vraag Wat is de reden dat er voorlopig geen buurtinformatienetwerken voor bewoners actief zijn in onze stad? Hebben in het verleden al bewoners(groepen) interesse laten blijken voor het oprichten van een buurtinformatienetwerk? Is het stadsbestuur bereid het draagvlak voor de oprichting van buurtinformatienetwerken te onderzoeken en desgevallend de oprichting ervan te ondersteunen en stimuleren? ANTWOORD Voor de handelaars bestaat sinds 2005 een BuurtInformatieNetwerk voor Zelfstandigen. Voor hen is het aangewezen zich lid te maken. Voor dringende berichten, dus feiten die net gebeurd zijn en waarvan de dader nog in de omgeving is, worden zij telefonisch op de hoogte gebracht gezien er een reële pakkans is van de dader. Voor niet-dringende berichten, dus info over feiten die reeds langere tijd geleden gebeurd zijn, en er dus geen onmiddellijke pakkans van de dader is, ontvangen zij een emailbericht met een beschrijving van eventuele daders, modi operandi, beschrijving voertuigen enz... Zij ontvangen ook berichten met beschrijving van mogelijke bendes die in andere steden in beeld gekomen zijn die een specifieke werkwijze aan de dag leggen voor het plegen van feiten bij handelaars. Ze krijgen ook tips om criminaliteit te voorkomen vb. oplichting van winkeliers of andere vormen van misdrijven die specifiek gelinkt kunnen worden aan handelszaken. Voor bepaalde handelszaken zoals banken, apothekers en handelaars in voertuigen bestaat er ook nog een zgn. verticaal netwerk. Zij ontvangen dan ook nog eens berichten voor specifieke misdrijven die gepleegd worden in hun welbepaalde beroepssector. Dit gebeurt via de collega's van de Federale politie in samenwerking met de overkoepelende beroepsorganisaties. De handelaars en hun respectievelijke beroepsorganisaties werden bij de oprichting in 2005 uitgenodigd op 5 info-avonden om het systeem bekend te maken. Bovendien was er toen ook een info-avond speciaal voor de dekenijen die het via hun structuren bekend maakten aan hun leden. Voorts wordt het systeem verder bekendgemaakt tijdens info-avonden waarvoor wij als spreker worden uitgenodigd. Momenteel telt het Gentse BIN-Z netwerk ongeveer 320 leden en het groeit permanent aan. Geïnteresseerde handelaars kunnen steeds het Bureau Politionele Misdrijfpreventie contacteren op het nummer 09 266 65 90 of via [email protected]. Voor de bewoners ligt dit anders. Gezien dezen meestal te maken krijgen met inbrekers lijkt de oprichting van een BIN in Gent niet aangewezen. Voor LPZ Gent is het belangrijk iemand van het Bureau Politionele Misdrijfpreventie te laten langskomen en een beveiligingsadvies te laten opmaken. Deze dienst is gratis. Een éénvoudig telefoontje volstaat naar 09/266.65.90. Er wordt dan een afspraak gemaakt met de bevoegde?diefstalpreventieadviseur?van de desbetreffende sector. Hij komt ter plaatse kijken naar de beveiliging van?de woning en geeft?de meest aangewezen (en goedkoopste) tips om de woning te beveiligen. Voor het overige is een goed meldingsgedrag het allerbelangrijkste. Het is belangrijk dat wanneer er in de straat verdachte personen of voertuigen opgemerkt worden dat dan onmiddellijk de 101-centrale gebeld wordt. Daarbij is het belangrijk dat er een goede beschrijving kan gegeven worden van de verdachte persoon of zijn voertuig met liefst de kentekens van zijn nummerplaat of een deel ervan. Waarom is de oprichting van een BIN voor bewoners in Gent niet aangewezen? Op het platteland en kleinere gemeenten is er weinig politiepersoneel beschikbaar (vooral 's nachts) en duurt het een tijdje vooraleer de politie ter plaatse kan komen, ook mede door de grotere afstanden die zij moeten afleggen. In Gent daarentegen beschikken wij over politiepersoneel dat enkel en alleen op 101-oproepen reageert, waardoor wij kunnen garanderen om vlug ter plaatse te zijn bij oproepen van heel dringende aard (verdachte personen/voertuigen vallen daaronder). Bovendien is het dezelfde operator die de ploegen de baan opstuurt die dergelijk netwerk in gang zou moeten zetten. Tegen dat hij dergelijk netwerk opgestart zou hebben, kan de politie al ter plaatse zijn. Bovendien leert de ervaring dat het voor burgers zeer moeilijk is om zich op lange termijn blijvend te engageren als vrijwilliger in een BIN. Er moet iemand wordt aangeduid binnen de bewonersgroep dit de volledige administratie op zich neemt (werven leden, ledenlijst aanmaken, bijhouden en actualiseren, betaling lidgelden bijhouden) en zich binnen de bewonersgroep geroepen voelt om 24/24 u en 7/7 dagen telefonisch bereikbaar te zijn, die dan, wanneer er een oproep binnenkomt deze dan ook onmiddellijk kan verspreiden onder de aangesloten leden. Dus: een goede beveiliging van de woning, gekoppeld aan een goed meldingsgedrag zijn hier de prioriteiten voor wat betreft de bewoners. 13. 2014_MC_00117 - MONDELINGE VRAAG - TIJDELIJK PARKEERVERBOD WERFWAGENS. - STEPHANIE D'HOSE OPSCHRIFT Commissie Algemene Zaken, Intercommunales en Bevolking - vergadering van maandag 17 februari 2014 Raadslid (-leden) : D'hose Stephanie Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De laatste tijd stel ik meer en meer vast dat nogal wat aannemers laks omspringen met de signalisatie van het tijdelijk parkeerverbod bij het uitvoeren van werken. In het stadscentrum, maar ook in andere wijken heerst een hoge parkeerdruk en vaak zie je een tijdelijk parkeerverbod terwijl de parkeerplaatsen niet gebruikt worden. Veel aannemers laten het niet alleen na de dagen en de uren aan te duiden waarop het parkeerverbod, overeenkomstig de vergunning, geldig is. Vaak wordt de signalisatie naar eigen inzicht door de aannemers geplaatst of verplaatst. Dit leidt uiteraard tot ergernis bij buurtbewoners. In Brugge heeft men recent het initiatief genomen om een werkgroep op te richten die de aannemers enerzijds zal oproepen de vergunningsvoorwaarden na te leven en anderzijds de inbreuken tegen die voorwaarden zal registreren en beboeten. Aannemers die zich niet aan de regels houden krijgen er een boete van 150 euro en verliezen hun vergunning voor het plaatsen van de verkeersborden, die de politie dan zal wegnemen. Concreet heb ik dan ook volgende vraag: Vraag Bent u bereid de mogelijkheden voor een dergelijk initiatief in Gent te laten onderzoeken en desgevallend op korte termijn te laten invoeren? ANTWOORD Het college is zich bewust van dit fenomeen en we krijgen inderdaad als maar vaker klachten over de nonchalante wijze waarmee aannemers omspringen met de hun toegewezen vergunning. Momenteel staat het Bureau Verkeerstechniek van de politie Gent in voor het opmaken van de vergunningen tot inname van het openbaar domein en voorziet in een signalisatieplan. Zij verstrekken een onderbouwd advies en gaan in sommige gevallen ter plaatse. Er wordt niet voorzien in een nacontrole. Wel wordt bij een melding of een klacht met betrekking tot de borden en/of de vergunning de aannemer gewezen op de gebrekkige of ontbrekende signalisatie. Sinds december vorig jaar heeft deze gemeenteraad een belasting op de inname van het openbaar domein goedgekeurd. Op 1 januari 2015 worden de taken van het Bureau Verkeerstechniek overgeheveld naar het mobiliteitsbedrijf, wat meteen een goede gelegenheid is om het vergunningenbeleid voor innames openbaar domein grondig te herbekijken. Ondertussen heeft het college beslist om naast de adviezen van het mobiliteitsbedrijf, BVT, Wegendienst en Brandweer ook nog het advies van de Dienst Economie in te winnen. Aan de deze diensten werd ook gevraagd scherper te adviseren, en niet blindelings alles aanvaarden wat de aannemers vragen. Bouwwerken in de stad zijn een economische activiteiten die we als bestuur zeker toejuichen, maar daarnaast moet ook worden toegezien op de belangen van de handelaars in de omgeving van de werf, op de hinder voor omwonenden en op het mobiliteitsaspect. Voor aannemers die het niet te nauw nemen met het naleven van hun vergunning, of de termijn overschrijden kan een progressief oplopend belastingtarief worden overwogen. 14. 2014_MC_00058 - MONDELINGE VRAAG - FINANCIËLE PROBLEMEN BIJ JEUGDSPORTVERENIGINGEN. - PAUL GOOSSENS OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Goossens Paul CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De Gentse jeugdsportclubs zijn ten zeerste verontrust nadat ze op de vergadering van de Sportdienst van 23 januari op de hoogte werden gebracht van het nieuwe subsidiereglement en het nieuwe retributiereglement. Het feit dat beide systemen niet tegelijk in voege gaan stelt vele clubs immers voor grote problemen. Het nieuwe subsidiereglement, dat op 1 januari van dit jaar is ingegaan, bepaalt dat de stedelijke subsidie voor de huur van de accommodatie wegvalt en wordt vervangen door werkingssubsidies. Deze zullen worden uitbetaald aan de jeugdclubs die voldoen aan een aantal voorwaarden (basiserkenning en erkenning jeugd en uitbetaling volgens een puntensysteem). Het bedrag van de werkingssubsidies is dus niet gelinkt aan de betaalde huur. Het nieuwe retributiereglement, waarbij jeugdclubs mits erkenning volledig gratis kunnen huren, gaat pas in voege op 1 juli. Dit betekent dat de clubs zes maanden huur volledig uit eigen kas zullen moeten betalen. Een korte navraag bij de Gentse sportclubs leert dat dit een onverwachte meeruitgave betreft van 1000 tot 2500 euro per maand, en dit voor een periode van 6 maanden. Heel wat clubs zullen dit onmogelijk kunnen betalen. Zelfs een voorgesteld uitstel van betaling biedt geen oplossing. Er is eenvoudigweg geen reserve om zo een groot onvoorzien bedrag te bekostigen. Dat geldt des te meer omdat de clubs pas nu van deze zaak op de hoogte gesteld werden. Een subsidie waarop werd gerekend, wordt plots met onmiddellijke ingang opgezegd. De clubs hebben met deze meerkosten dus geen rekening kunnen houden bij de opstelling van hun jaarwerking en jaarbegroting. Ook voor een eventuele aanpassing van de lidgelden is het nu te laat. Vraag Wat zal het stadsbestuur ondernemen om dit structureel probleem op te lossen? ANTWOORD Ik begrijp de onrust die leeft bij de clubs, en ook ik ben daarop aangesproken. Zoals u in uw vraagstelling aanhaalt, werken we met nieuwe reglementen die goedgekeurd zijn in de gemeenteraad van 16 december 2013. Waar tot eind 2013 de subsidie gekoppeld werd aan de huur van de sportinfrastructuur, wordt deze nu losgekoppeld en zal men werkingssubsidies krijgen aan de hand van kwalitatieve en kwantitatieve aspecten zoals vb. kwalificatie van trainers en dergelijke. Het namelijk zo dat de koppeling van subsidies aan de huur van de sportinfrastructuur decretaal niet langer toegelaten is vanaf 1 januari 2014. De vorige vorm van werkingssubsidies toch behouden zou een verlies van ca 150.000 euro per jaar voor de stad. De Sportdienst maakt momenteel een definitieve simulatie omtrent de impact per club. Op basis daarvan zal er een oplossing per club gezocht worden. Ondertussen komt er sowieso een uitstel van betaling voor de periode van januari tot en met juni in afwachting van een definitieve oplossing. 15. 2014_MC_00059 - MONDELINGE VRAAG - EVALUATIE WATERTAXI. - GREET RIEBBELS OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Riebbels Greet sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De 6 maanden van festiviteiten rond ‘100 jaar Vooruit’ zijn achter de rug, de tentoonstelling in het STAM sloot af op 1 december. In de marge van dit evenement herinneren wij ons het experiment om de bezoekers per watertaxi te verplaatsen tussen beide sites. Vraag Hoe evalueert u dit experiment? Hoeveel bezoekers hebben uiteindelijk gebruik gemaakt van de watertaxi? In welke mate was het inleggen van de taxi rendabel of verlieslatend, rekening houdend met de sponsoringovereenkomsten die Vooruit rond dit project kon sluiten? Kan de schepen al besluiten trekken over de haalbaarheid om bepaalde watertrajecten in het kader van een toeristisch beleid te organiseren? Zo ja, onder welke voorwaarden, in welke tijdsvensters, volgens welke tarieven? ANTWOORD Deze vraag volgt op uw eerdere tussenkomst m.b.t dit onderwerp in april vorig jaar. Vraag 1: hoe evalueert u dit experiment? Hoeveel bezoekers hebben uiteindelijk gebruik gemaakt van de watertaxi? Van de watertaxi hebben 70 kinderen en 570 volwassenen gebruik gemaakt . Dit is een gemiddelde bezetting per dag van 28 personen. Zowel het Stam als Vooruit hadden meer gebruikers verwacht. De bootverbinding was succesvol voor groepen, niet voor individuelen. Verschillende oorzaken zijn aan te geven hiervoor : - De taxiboot was enkel beschikbaar op 23 zondagen; - De communicatie was voornamelijk gericht op bezoekers van de tentoonstelling; Aangezien de tentoonstelling weinig individuele bezoekers kende, en de taxiboot vooral succes had bij groepen, gebruikten maar weinig individuelen de taxiboot; - De opstapplaatsen aan Vooruit en STAM zijn onvoldoende gekend bij het publiek; - Het vaartraject nam de toeristische toppers in de Kuip niet op; Vraag 2 : In welke mate was het inleggen van de taxi rendabel of verlieslatend, rekening houdend met de sponsoringovereenkomsten die Vooruit rond dit project kon sluiten? Het experiment sloot af met een positief saldo van 280 € : - Kost : 11.500 € - Baten : 11.780 € De baten bevatten 1.780 € uit verkoop van tickets, en 10.000 € sponsoring door Waterlink. Een ticket H/T kostte 3 € voor volwassenen, 1 € voor kinderen. Hieruit blijkt dat het experiment enkel en alleen realiseerbaar was omdat 87% van de kost via sponsoring gedekt werd, want de exploitatie inkomsten dekten slechts 13% van de kost. Vraag 3 : Kan de schepen al besluiten trekken over de haalbaarheid om bepaalde watertrajecten in het kader van een toeristisch beleid te organiseren? Zo ja, onder welke voorwaarden, in welke tijdsvensters, volgens welke tarieven? Vorig jaar gaf ik mee dat dit initiatief een perfect proefproject zou zijn, maar dat een eventueel te ontwikkelen cultuurtoeristisch watertramtraject dat meerdere sites aandoet wel ingewikkelder en duurder zou zijn. De diensten hebben niet stil gezeten rond dit onderwerp. Eind vorig jaar ging een eerste overlegvergadering door met de betrokken stadsdiensten en musea, W&Z als waterbeheerder en De Lijn. Doel was om na te gaan of en hoe een bootverbinding tussen musea kan. Elke stad kan openbaar personenvervoer inrichten. Toelating van De Lijn is nodig, om het monopolie op te heffen dat De Lijn heeft op openbaar vervoer. Zulke initiatieven moeten dan ook een vast traject met vaste haltes volgens een uurregeling hebben, en open staan voor iedereen. Er zijn tot op heden nog geen gekende voorbeelden van te vinden in Vlaanderen. De Lijn gaf aan over zeer weinig middelen te beschikken om zo’n initiatieven te steunen. Los daarvan kan elke initiatiefnemer (vb museum of culturele instelling) voor een specifieke doelgroep (vb museumbezoekers of concertgangers) verbindingen uitwerken en aanbieden. Hiervan is het initiatief in kader van “100 jaar Vooruit” een voorbeeld. Een werkgroep werkt het idee nu verder uit, volgens de uitgangspunten integraal toegankelijk, ecologisch verantwoord, niet gegidste rondvaarten. Een scherper geformuleerde doelstelling is nodig, net als een eerste kostenbatenanalyse. De werkgroep buigt zich ook over traject, stopplaatsen, exploitatiemodel, tarief en marketing. Uit de evaluatie van het proefproject en de stand van zaken van de werkzaamheden van de werkgroep, is het te vroeg om nu al duidelijke en concrete antwoorden te kunnen geven op de gestelde vragen. We zullen verdere resultaten van de werkgroep afwachten. Persoonlijk meen ik dat zo’n initiatief inhoudelijk rekening zal moeten houden met: De noodzaak dat de watertaxi ook toeristische trekpleisters (vb Gras-en Korenlei) zal moeten bedienen om rendabel te zijn. De musea zijn slechts één schakel in de ketting; het feit dat het ‘waterlandschap’ in Gent aanzienlijk zal veranderen éénmaal de Reep heropend is, en het mogelijk wordt rond de ‘kuip’ van Gent te varen. Heropening is voorzien tegen zomer 2015. Dan kan ook de site Portus Ganda/Sint-Baafsabdij meer gepromoot worden en eventueel deel uitmaken van een watertaxitraject. 16. 2014_MC_00062 - MONDELINGE VRAAG - WO II EN KUNSTWERKEN. - ANNE SCHIETTEKATTE OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Schiettekatte Anne sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Tijdens de bezetting in de tweede Wereldoorlog werden er door de Duitse bezetter verschillende kunstwerken aangekocht of doodgewoon geconfisqueerd. Later zijn daarvan een aantal kunstwerken terug in de Belgische musea terechtgekomen. Volgens het Rapport over schadeloosstellingen uit 2008 zou het gaan over om en bij de 331 kunstwerken. Ook in het Gentse Museum voor Schone Kunsten zijn er zo drie werken aanwezig: De dorpsadvocaat van Pieter Brueghel II, met een onbekende herkomst en twee kunstwerken van Fritz Van den Berghe die zich in het depot van het museum bevinden. Deze beide werken werden door de eigenaar aan het museum in bruikleen gegeven voor een tentoonstelling die door het uitbreken van WO II niet is kunnen doorgaan. Na afloop van de oorlog was de eigenaar onvindbaar. Vraag is de naam van de eigenaar van deze twee werken van Fritz Van den Berghe gekend of kan dit nog verder opgezocht worden in de archieven? is er een procedure om de eigenaars van deze werken op te sporen? hoe wordt er verder gehandeld om de werken aan de respectievelijke eigenaar of erfgenamen terug te bezorgen? ANTWOORD beantwoord samen met de vraag IR. 12 van mevrouw Karlijn Deene 1. Schiettekatte: 2. Is de naam van de eigenaar van deze twee werken van Fritz Van den Berghe gekend of kan dit nog verder opgezocht worden in de archieven? 3. Is er een procedure om de eigenaars van deze werken op te sporen? 4. Hoe wordt er verder gehandeld om de werken aan de respectievelijke eigenaar of erfgenamen terug te bezorgen? K. Deene: 1. Welke stappen werden in het verleden al ondernomen om de rechtmatige erfgenamen van de eigenaars op te sporen? Zijn hier nog nieuwe stappen mogelijk? Werd hierover al contact gezocht met de Joodse gemeenschap? 2. Telt het MSK nog andere werken met een problematisch verleden in zijn collectie? 3. Hoe wordt in de publiekswerking van het MSK omgegaan met dergelijke problematische werken? Werden op dit vlak al initiatieven genomen? Antwoord In het MSK zijn er twee dossier die in verband zouden kunnen gebracht worden met zogenaamd gespolieerd bezit. Het ene dossier gaat over 2 schilderijen van Frits van den Berghe namelijk: Zittende naakten en Naakt met sleep. Deze werken werden voor de oorlog in bruikleen gegeven door Emile Henri David en sindsdien konden geen rechtmatige eigenaars worden opgespoord. Het andere dossier gaat over 4 werken die na de oorlog door de Belgische staat uit Duitsland werden gerecupereerd. Ook hier konden nog geen rechtmatige eigenaars worden opgespoord. Het gaat om De kruisdraging van de Monogrammist DR, Landschap met boerderij van Pieter de Bloot, SintJoriskermis van Gillis I Mostaert en Dorpsadvocaat van Pieter II Breughel. 1. 1. Is de rechtmatige eigenaar bekend? Het antwoord op deze vraag is duidelijk: neen. In beide dossiers werd samengewerkt met de Commissie schadeloosstelling leden van de Joodse Gemeenschap de zogenaamde commissie Buysse. De dossierbehandelaar voor het dossier van twee werken van Frits Van den Berghe is Jacques Lust. Tot op heden heeft de commissie wel al enkele pistes terug gevonden die zouden kunnen leiden tot de rechtmatige eigenaars maar nog niks concreet. In het andere dossier: de 4 werken die het MSK in bruikleen kreeg van de Belgische Staat werd door de studiecommissie geen Joodse herkomst vastgesteld. In geen van beide dossiers werden de werken ooit gecommuniceerd als eigendom van de Stad Gent. Dit zijn werken waarvan het beheer tot op heden in handen is van het MSK. Van zodra de rechtmatige eigenaars bekend zouden zijn worden de werken uiteraard aan de rechthebbenden overgedragen. 1. 2. Telt het MSK nog andere werken met een problematisch verleden in zijn collectie? Neen, buiten deze 2 dossiers met in totaal 6 werken zijn er geen andere gespolieerde bezittingen. Enkele jaren geleden was de herkomst van het schilderij Portret van Ludwig Adler van Oskar Kokoschka onderwerp van onderzoek in dit kader. Op aandringen van het museum heeft de Stad Gent toen een comité van externe experts samengebracht, dat aangetoond heeft dat ook in dit dossier geen sprake was van een onrechtmatige toe-eigening door de stad. 1. 3. Wat is de gangbare procedure? De gangbare procedure wordt gevolgd, namelijk via justitiële weg en via gespecialiseerde externe onderzoekers. 1. 4. Hoe wordt er in de publiekswerking mee omgegaan? Centrale vraag is of het hier gaat om problematische werken in de context van de Joodse kwestie, namelijk kunstwerken die onrechtmatig vervreemd zijn tussen 1933 en 1945 uit oorspronkelijk Joods bezit. Van de betrokken werken is aangetoond dat de Stad Gent geen fouten heeft gemaakt. De werken werden niet onrechtmatig door de stad toegeëigend en er worden continu inspanningen geleverd om de rechtmatige eigenaars op te sporen. Voor de werken uit het dossier David wordt door verschillende partijen gezocht naar de rechtmatige eigenaar. Voor deze kunstwerken geldt hetzelfde als voor alle kunstwerken die op een bepaald moment in depot werden aanvaard. Het MSK draagt er ‘als een goede huisvader’ zorg voor, in het geval van het dossier David tot de rechtmatige eigenaar wordt getraceerd. Van de vier andere werken, in bruikleen van de Vlaamse Gemeenschap, is door de Studiecommissie Joodse Goederen gemotiveerd dat ze geen Joodse achtergrond hebben. 17. 2014_MC_00068 - MONDELINGE VRAAG - PRIJZEN ENQUÊTE BIBLIOTHEEK. - STEVEN VROMMAN OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Vromman Steven Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Via de site van de stad worden Gentenaars aangemoedigd deel te nemen aan een enquête over de bibliotheek. Ook in de bibliotheken zelf liggen kaartjes met een uitnodiging om deel te nemen. Deze bevraging wordt georganiseerd door LMResearch en Universiteit Antwerpen en door de stad gepromoot. Om mensen te stimuleren om deel te nemen wordt voor elke deelnemer 1 vierkante meter regenwoud gered via ‘World Land Trust’. Daarnaast zijn er ook prijzen te winnen waaronder een vliegreis naar New York. Zo’n reis zorgt meteen voor 5,5 ton CO2 uitstoot per persoon, wat natuurlijk dan weer niet zo goed is voor het regenwoud. Het wegschenken van vliegtuigreizen kunnen we dus bezwaarlijk inpassen in een strategie gericht op klimaatneutraliteit. Vraag - Had de stad Gent inspraak in de aangeboden prijzen bij deze wedstrijd? Kan de stad Gent geen signaal geven aan de organisatoren dat er ook andere waardevolle en ecologische prijzen mogelijk zijn bij dergelijke wedstrijden? Kan de stad ook bij andere gelegenheden en wedstrijden een keuze maken om vervuilende prijzen zoals vliegreizen te vervangen door milieuvriendelijke beloningen? ANTWOORD Vraag - Had de stad Gent inspraak in de aangeboden prijzen bij deze wedstrijd? Antwoord Nee. De deelnemende bibliotheken – waaronder de Stedelijke Openbare Bibliotheek Gent - zijn wel vooraf betrokken geweest bij het opstellen van de enquête zelf, maar niet bij het bepalen van de prijzen en evenmin bij het ontwerpen van het promotiemateriaal, dat centraal werd aangemaakt en standaard aangeboden aan de deelnemende bibliotheken. De bibliotheken hebben het promotiemateriaal pas gezien toen het digitaal en in gedrukte vorm beschikbaar was. Ook de partners Locus en VVBAD waren niet betrokken bij de keuze van de prijzen. Vraag - Kan de stad Gent geen signaal geven aan de organisatoren dat er ook andere waardevolle en ecologische prijzen mogelijk zijn bij dergelijke wedstrijden? Antwoord De bibliotheek heeft intussen een signaal gegeven aan LMResearch via de contactpersoon voor de enquête. LMResearch heeft geantwoord dat hun aandacht voor het milieu zich vertaalt in een bijdrage voor het redden van 1m² regenwoud per ingevulde enquête. Intussen Zijn er al meer dan 65 000 deelnemers en de bevraging loopt nog een maand. Ze geven toe dat het een vervuilende prijs is dat er 4 mensen mee mogen op een lijnvlucht naar New York. De organisatoren waren er zelf van overtuigd dat die incentive nodig was om voldoende respons te krijgen voor het onderzoek. Ze zullen hier echter zeker rekening mee houden in eventuele toekomstige trajecten. Vraag - Kan de stad ook bij andere gelegenheden en wedstrijden een keuze maken om vervuilende prijzen zoals vliegreizen te vervangen door milieuvriendelijke beloningen? Daar waar we zelf de prijzen bepalen, kunnen we daar rekening mee houden. 18. 2014_MC_00073 - MONDELINGE VRAAG - AANDACHT VOOR DE RECREATIESPORT EN JONGERENWERKING. - ANNE SCHIETTEKATTE OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Schiettekatte Anne sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Bij de recreatiesport en de niet- professionele competitiesport ligt de drempel voor sportbeoefenaars minder hoog dan bij de top- of beroepssport. De jeugdsport aanleunend bij onze talrijke voetbalploegen heeft een belangrijke opvoedkundige en sociale functie. Het accent ligt hier nog op ontspanning en ontwikkeling. Er is ook een evenwicht tussen prestatieresultaten en plezier maken. Zelfontplooiing is hier van belang en jong talent wordt hier ontdekt. De Jongerenwerking van de fusieclub Sportkring Verbroedering Oostakker (4de provinciale) komt nu in de problemen. Deze uitgebreide jeugdwerking telt maar liefst 243 jeugdspelers ingedeeld in 17 jeugdploegen. De huidige accommodatie in de St Jozefstraat beschikt echter slechts over een hoofdterrein en een kleiner oefenveld. Vraag Klopt het dat een oplossing gevonden werd door de mogelijke aanleg van een bijkomend terrein? Aan welke mogelijke locaties wordt hier gedacht? Binnen welke termijn kan een dergelijke realisatie uitgevoerd worden? Tegen welke voorwaarden wordt deze sportinfrastructuur ter beschikking gesteld? ANTWOORD Ik ben me bewust van het succes van SKV Oostakker, maar ook van de keerzijde daarvan, namelijk het gebrek aan een aangepaste accommodatie. De oplossing voor SKV Oostakker bestaat erin dat aansluitend bij de huidige accommodatie gronden in erfpacht genomen worden van de Broeders van Onze Lieve Vrouw van Oostakker. Het gaat hier om de grond gelegen tussen de huidige accommodatie aan de Sint-Jozefstraat en de R4, waarop een volwaardig voetbalterrein kan worden aangelegd. In het Meerjaren Investeringsplan hield ik daar ook rekening mee en heb ik een budget van 140.000 € De timing is uiteraard afhankelijk van hoe snel de stad (dienst Vastgoedbeheer) een akkoord kan bereiken om de gronden in erfpacht te nemen. De eerste gesprekken hebben reeds plaats gevonden. Rekening houdend met de procedure van erfpacht (notariële akte), de realisatie van het terrein de wachtperiode om het terrein te bespelen na het inzaaien van het gras (best 6 tot 8 maanden) wordt de vroegst mogelijke ingebruikname de start van het seizoen 2015/2016 (juli 2015). Indien de huidige accommodatie van SKV Oostakker wordt uitgebreid met een terrein, zal de accommodatie worden herschat en zal de huurprijs worden aangepast. Aan welke voorwaarden kan bijgevolg nu nog niet worden gezegd. 19. 2014_MC_00081 - MONDELINGE VRAAG - OBAMA EN DE TREATY OF GHENT. - GREET RIEBBELS OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Riebbels Greet sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op 26 maart 2014 komt Barack Obama naar ons land. Een bijzondere timing in het licht van de geschiedenis, want precies 200 jaar geleden werd in Gent de ‘vrede van Gent’ gesloten tussen de Verenigde staten en het Verenigd Koninkrijk (24 dec 1814). Vraag Welke stappen heeft Gent tot nu ondernomen om in het bezoeksprogramma van Obama de aandacht te vestigen op deze voor zijn land belangrijke historische verjaardag, waar ons land een rol in speelde. Welke herdenkingsinitiatieven ontplooit de toeristische dienst in Gent om de Treaty of Ghent onder de aandacht te brengen van de bevolking en van de Engelse en Amerikaanse toeristen in de stad? ANTWOORD 1. De burgemeester heeft in juni 2012 een brief geschreven naar premier Di Rupo. President Obama had op dat moment al aan de premier toegezegd dat hij tijdens een eventuele tweede ambtstermijn ook ons land zou bezoeken. In zijn brief vraagt de burgemeester aan de premier om de herdenkingen van het Verdrag van Gent in het najaar van 2014 bij de president onder de aandacht te brengen. Het is ondertussen duidelijk geworden dat de Amerikaanse president niet in het najaar maar wel al op 26 maart naar ons land komt. Zijn agenda voor die dag is uiteraard goed gevuld. Hij zal niet enkel een ontmoeting hebben met Herman Van Rompuy, voorzitter van de Europese Raad, en José Manuel Barroso, voorzitter van de Commissie. Hij ontmoet ook nog secretaris-generaal Rasmussen van de NAVO, en vertegenwoordigers van de Belgische regering. Normaal gezien vertrekt hij diezelfde avond nog naar Rome waar hij de volgende dag wordt verwacht voor een audiëntie bij de paus. We hebben dus tot onze spijt moeten concluderen dat noch het tijdstip van zijn bezoek aan ons land noch de overvolle agenda van de president een bezoek aan onze Stad toelaten. 2. Het is echter niet omdat president Obama niet naar Gent komt dat de herdenking onopgemerkt zal voorbijgaan. De activiteiten die vanuit de Stad worden gepland zijn de volgende: - Met de ambassades van de 3 betrokken landen en het Festival van Vlaanderen wordt op dit moment gewerkt aan een groot evenement dat zal plaatsvinden op woensdag 24 september. Het programma is nog niet volledig rond, wat wel al vaststaat is dat er in het stadscentrum een reenactment zal zijn van de ondertekening van het verdrag en dat er ’s avonds een vredesconcert wordt georganiseerd door ‘The Orchestra of the age of enlightment’ met de Canadese violiste Debbie Diamond. - Samen met de gidsenverenigingen Gentse Gidsen en Gandante zullen stadswandelingen georganiseerd worden rond een aantal locaties die gelinkt zijn aan het Verdrag. - Eind vorig jaar al werd de publicatie ‘Vrede, vriendschap en goede verstandhouding’ voorgesteld, van de hand van Joris De Zutter, stafmedewerker van het Departement Cultuur & Sport. Het boek vertelt het boeiende maar veelal onbekende verhaal van het vredesverdrag maar leert ons ook merkwaardige dingen over onze stad, over hoe de stad erbij lag in 1814, op de drempel van een aanstormende industrialisatie. Voor de liefhebbers nog dit: Het boek is voor 12 euro te koop in de Stadswinkel, de museumshops, de boekhandels en bij Uitbureau. Behalve de Stad plant ook de vzw Treaty of Ghent een aantal initiatieven om het verdrag te herdenken. De Stad ondersteunt de vzw met een jaarlijkse werkingssubsidie van 10.000 euro en dit voor 4 jaar. De vzw organiseerde vorig jaar al een gastcollege en een vredesconcert en plant in juli een rondreis doorheen Canada en de Verenigde Staten waarbij het de ambitie is dat zij in de tuin van het Witte Huis een vredesbloem planten. Een vredesroos die de Floraliën gekweekt hebben naar model van de bloem die de onderhandelaars hier destijds gekregen hebben. Over eventuele andere activiteiten zal de vzw nog zelf communiceren. 20. 2014_MC_00083 - MONDELINGE VRAAG - MOBILHOMEPLAATSEN. STEPHANIE D'HOSE OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : D'hose Stephanie Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Voor toeristen die reizen met een kampeerwagen zijn er in onze stad slechts een beperkt aantal voorzieningen. Men kan zich wenden tot camping Blaarmeersen en er zijn ook enkele plaatsen aan sporthal Driebeek in Gentbrugge. Deze laatste locatie biedt echter weinig of geen faciliteiten aan. Nochtans zou het vanuit toeristisch oogpunt nuttig kunnen zijn om Gent ook bij mobilhomegebruikers te kunnen promoten, zodat zij meer geneigd zijn halt te houden aan onze stad. Vraag Hoe staat het stadsbestuur tegenover het voorzien van bijkomende mobilhomeplaatsen met aangepaste faciliteiten? ANTWOORD Geregeld krijgen wij vragen naar meer en betere infrastructuur voor kampeerwagens in Gent. De huidige plekken (Dampoort, Yachtdreef, Land Van Rodelaan, Driebeek) zijn momenteel weinig of niet uitgerust, en niet vergund door Toerisme Vlaanderen. Driebeek wordt door de Duitse ADAC (te vergelijken met VAB) gepromoot, omdat er een lozingspunt is en openbaar vervoer naar het centrum. Niet elke kampeerwagentoerist, wil op een viersterrencamping staan zoals de Blaarmeersen. Een kampeerwagenterrein moet aan volgende voorwaarden voldoen om vergund te zijn door Toerisme Vlaanderen: - Een aftappunt met drinkbaar water - Een lozingspunt voor chemische toiletten - Een afvalverzamelplaats - Een landschappelijk verantwoorde afscherming van de openbare weg - Een staanplaats meet minstens 3m x 8 m per kampeerwagen - Een afgebakend terrein met 3 of meer plaatsen, uitsluitend voor kampeerwagens Toerisme Vlaanderen heeft een kampeerautobeleid om wild kamperen tegen te gaan en het kampeerwagentoerisme te bevorderen. In mei 2011 vroeg Toerisme Vlaanderen de gemeenten om dit beleid mee te helpen realiseren, waarop de stad per brief positief reageerde. Eind vorige legislatuur startten diensten stedenbouw en toerisme een locatiestudie, met als doel de plekken aan te duiden waar kampeerwagenterreinen mogelijk zijn. De terreinen moeten stedenbouwkundig in een goede bestemmingszone gelegen zijn, en op een praktische plaats vanuit het standpunt van de gebruiker (toegang vanaf het hoofdwegennet, verbinding met de Kuip). Deze studie is bijna afgewerkt, en zal aan het college voorgelegd worden ter aktename. Slechts een beperkt aantal sites zouden in aanmerking komen. De resultaten van deze studie zullen in een volgende fase verder geconcretiseerd worden. Immers, er stellen zich nog verdere vragen en voorwaarden. Zoals het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning, aansluitingen op de nutsvoorzieningen, vorm van beheer en exploitatie, prijszetting, manier van beveiliging en toegang tot het terrein. In januari is dit onderwerp besproken in het college. Het standpunt is dat de stad Gent ook voor deze vorm van toerisme mogelijkheden moet scheppen. Wij zullen dan ook binnen het voor toerisme beschikbaar investeringsbedrag (228.000 €) middelen voorzien voor de aanleg van een Gents kampeerwagenterrein. Aangezien zo’n terrein al vlug 50.000 € kost, zullen we ook een subsidiedossier indienen bij Toerisme Vlaanderen. 21. 2014_MC_00086 - MONDELINGE VRAAG - CROWDFUNDING. - STEPHANIE D'HOSE OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : D'hose Stephanie Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Crowdfunding, een alternatieve vorm om projecten te financieren vindt ook in de cultuursector meer en meer ingang. Ik verwijs hierbij graag naar het initiatief van het MIAT waarbij stukjes van het schilderij van Joseph Cornelis tegen een kleine kostprijs kunnen “geadopteerd” worden, om het restauratieproject ervan te kunnen opstarten. Voor mij is dit een mooie manier om op een innovatieve wijze cultuur te financieren. Het doet appel op het culturele bewustzijn van een gemeenschap en zorgt daarbij voor extra financiering. Ongetwijfeld zijn er nog andere projecten denkbaar die door een gelijkaardige aanpak vooruit kunnen geholpen worden. Vraag Is het stadsbestuur bereid te onderzoeken hoe het een stimulans kan bieden aan de Gentse culturele actoren om het principe van crowdfunding meer ingang te doen vinden in de Gentse cultuursector? ANTWOORD ik zou als antwoord op uw vraag gewoon ‘ja’ kunnen antwoorden maar dat is wellicht een beetje kort. Crowdfunding is niet nieuw. Toen de Fransen het vrijheidsbeeld schonken aan de Amerikanen was overeengekomen dat Frankrijk de kost van het beeld zou dragen en de Verenigde Staten de kost van de aanleg van de site en de sokkel voor het beeld. In 1885 waren de kosten daarvoor echter al zo opgelopen dat de bouw werd stilgelegd. Er was crisis en het geld was op. Een krant lanceerde daarop een crowdfunding campagne en 120.000 Amerikanen leverden met bijdrages tussen 1 en 10 dollar al het nodige geld om het beeld alsnog te kunnen plaatsen. Er kunnen heel veel goede redenen zijn om als gewone sterveling een (beetje) geld te steken in een interessant project of initiatief. Steeds meer mensen lijken ook bereid om dat te doen. Dankzij de opkomst van sociale media is het ook steeds eenvoudiger om een breed netwerk van mensen te bereiken en hen te proberen overtuigen om bij te dragen. Crowdfunding is niet alleen een manier om aan geld te geraken, het is ook een manier om een actieve betrokkenheid te creëren. Als mensen letterlijk in iets geïnvesteerd hebben, schatten ze het ook naar waarde en voelen ze zich mede-eigenaar van een verhaal. Een mooi voorbeeld van dat laatste is het crowdfunding project van het MIAT dat onlangs werd opgestart en waarnaar u a verwees. Onder de slogan ‘adopteer een stukje schilderij’ worden mensen opgeroepen om bij te dragen aan de restauratie van reusachtig schilderij van Joseph Cornelis. (4m hoog 8m lang). Door mensen een kleine bijdrage te laten doen wordt er niet alleen geld ingezameld maar voelen mensen zich ook verwant met hun stukje schilderij. Wie wil er niet zijn of haar familie en vrienden eens meenemen naar het museum om daar het schilderij te tonen? Op dit moment is al meer dan 2.000 van de noodzakelijke 3.000 euro gevonden om de restauratie van het schilderij mogelijk te maken. Crowdfunding is fantastisch, het zorgt voor financiering, het zorgt voor betrokkenheid, het brengt mensen samen rond een gemeenschappelijk doel, het biedt kansen aan kunstenaars of projecten die anders niet aan geld geraken…. Maar toch wil ik daar ook een nuance bij aanbrengen. We mogen ons niet de illusie wijsmaken dat alle heil in de toekomst van crowdfunding zal komen. Crowdfunding kan een bijzonder interessante manier zijn om aanvullend op reguliere middelen een aantal extra dingen mogelijk te maken, maar kan er niet in de plaats van treden. Het blijft de verantwoordelijkheid voor de overheden om ervoor te zorgen dat organisaties de nodige slagkracht krijgen om hun kerntaken naar behoren uit te voeren. Ze afhankelijk maken van de willekeur van wat het publiek wel en niet wil zou geen goede keuze zijn. Toch, ondersteun ik het idee dat we de cultuursector moeten blijven aanmoedigen om aanvullend op zoek te blijven gaan naar manier om de eigen inkomsten en de financiële onafhankelijkheid te versterken. Crowdfunding is daarbij 1 manier, maar er zijn er ook heel wat andere. Op de studiedag rond coöperatief ondernemen vorige week in Vooruit werd onder andere een zeer mooi project rond een coöperatieve onderneming van theatertechnici voorgesteld. En onze cultuurhuizen werken oa. in het kader van Greentrack ook pistes uit om via samenaankoopprojecten méér te kunnen doen met hetzelfde geld. Dus om op uw vraag te antwoorden mevrouw D’Hose. Ja ik ben bereid om te onderzoeken hoe we crowdfunding meer ingang kunnen doen vinden in de Gentse cultuursector. Ik bekijk of we hier bijvoorbeeld een sessie aan kunnen wijden tijdens de trefdag voor de cultuursector. Daarenboven geef ik ook graag mee dat de stad Gent vorige maand een dossier indiende in het kader van de Bloomberg Mayors Challenge. Dit is een internationale wedstrijd voor innovatieve projecten rond typisch stedelijke uitdagingen waarbij maar liefst 5 miljoen euro gewonnen kan worden. Het dossier dat Gent indiende gaat over de uitbouw van de ‘Co-creation Engine’. In de kern moet het cocreatieplatform een soort digitale marktplaats zijn, waar verschillende initiatieven elkaar vinden en waar de lokale overheid en lokale initiatiefnemers mogelijkheden tot samenwerking kunnen verkennen. Eén van de onderdelen daarin zou ook een Gents crowdfunding platform zijn. In april van dit jaar zullen we weten of het Gentse project bij de finalisten zit. Mochten we winnen kunnen we dit zeker ontwikkelen, indien niet zullen we moeten bekijken welke onderdelen van dit project we al of niet kunnen verder realiseren. 22. 2014_MC_00088 - MONDELINGE VRAAG - TOEKOMST HOTEL D'HANE STEENHUYSE. - KARLIJN DEENE OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In het kader van de budgetbesprekingen in december bleek dat het stadsbestuur plant om het beschermde monument Hotel D’Hane Steenhuyse in de Veldstraat in concessie te geven. Met betrekking tot de toekomstige bestemming van het pand verklaarde de schepen in de commissie cultuur dat deze “compatibel zal moeten zijn met de erfgoedwaarde van het hotel. Kortom met het nodige respect en het extra tot uiting laten komen van het erfgoed. Het zal dus een rustige activiteit zijn die geen beschadiging brengt aan het gebouw en vooral toegankelijk moet zijn voor het publiek.” Begin januari sprak collega-schepen Peeters in de pers echter een zekere voorkeur voor een commerciële bestemming uit: “Verschillende grote spelers hebben interesse om er winkels in onder te brengen, maar dat kan niet zomaar uiteraard. Het interieur van het hotel is immers enorm waardevol. Er hangen bijvoorbeeld Chinese wandtapijten. Ook de opdeling van de kamers kan niet zomaar teniet gedaan worden. Al worden winkels niet per definitie uitgesloten. In de Korte Dagsteeg staat immers het bewijs dat het wel degelijk kan, een winkel in een historische ruimte.” Vraag Beide visies op de toekomst van het hotel staan toch op gespannen voet met elkaar. 1. Kan de schepen toelichten wat zij verstaat onder een rustige en toegankelijke activiteit? 2. Hoe verhoudt haar visie op de toekomst van het pand zich tot die van haar collega-schepen? 3. Welke stappen werden er al gezet in dit dossier? ANTWOORD Vraag ter zitting teruggetrokken en zal opnieuw worden ingediend voor het Vragenuurtje. 23. 2014_MC_00089 - MONDELINGE VRAAG - SPERPERIODE GENTSE FEESTEN. KARLIJN DEENE OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Een collegebesluit van 18 juli 2013 legt vast dat met ingang van 2014: voor én na de Gentse Feesten een sperperiode geldt van telkens 2 weken voor evenementen op het openbare domein binnen de Gentse Feestenperimeter en op de Kouter, het Woodrow Wilsonplein, het Koning Albertpark en de Sint-Baafssite. Het college van burgemeester en schepenen kan - indien zij dit nodig acht - van deze regel afwijken. Deze sperperiode geldt niet enkel voor nieuwe evenementen maar betekent ook dat sommige reeds bestaande initiatieven niet meer kunnen doorgaan. Het evenement “Gent Zingt” wordt al vijf jaar georganiseerd maar zoekt voor dit jaar nog een podium. “Gent Zingt” wordt georganiseerd in het kader van 11 juli en valt dus vanaf dit jaar volop in de ingevoerde sperperiode. Dit brengt de organisator zwaar in de problemen. Vraag Heeft de schepen opgelijst welke feesten er de voorbije jaren in de “bufferperiode” werden georganiseerd? Heeft hij proactief met hen contact opgenomen? Voor hoeveel organisaties werd er een oplossing gevonden door hun evenement naar een ander moment of andere locatie te verplaatsen? Is er ondertussen al een oplossing gevonden voor Gent Zingt? Het collegebesluit voorziet de mogelijkheid van een uitzondering. “Gent Zingt” wordt georganiseerd in het kader van Gent Feest dat in het teken staat van de officiële feestdag van de Vlaamse Gemeenschap. Meent de schepen dat dit geen belangrijk argument is voor een uitzondering op de sperperiode? Aangezien de officiële feestdag van de Vlaamse Gemeenschap altijd zal vallen in de sperperiode, betekent dit dat deze feestdag nooit in openlucht in Gent Centrum kan worden gevierd? ANTWOORD antwoord te beluisteren op www.gent.be 24. 2014_MC_00092 - MONDELINGE VRAAG - SUBSIDIËRING VZW LYRICA. KARLIJN DEENE OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De vzw Lyrica kreeg eind vorig jaar te horen dat ze de nominatieve subsidie verliezen die zij al vele jaren vanwege het stadsbestuur ontvingen. De laatste jaren was deze subsidie op initiatief van de vorige schepen van cultuur nog verhoogd van 2500 tot 5000 euro, omwille van het waardevolle karakter van hun werking. In de brief van de schepen met betrekking tot deze beslissing wordt geen enkele motivering opgegeven. De vzw wordt doorverwezen naar de subsidies voor culturele projecten. Dit is echter geen optie: de diensten hebben aan de vzw al duidelijk gemaakt dat de focus ligt op vernieuwende of experimentele kunstwerken (cf. ook art. 4, §2, b) van het reglement in kwestie). Het reglement bepaalt bovendien dat alleen initiatieven die buiten de reguliere werking van de initiatiefnemer vallen in aanmerking komen voor subsidiëring (cf. art. 3, §1, 4°) . Zodoende bekwam de vzw in het verleden alleen in uitzonderlijke situaties een dergelijke projectsubsidie, met name voor recreaties naar aanleiding van historische verjaardagen (vb. van de opera 'Bouchard d'Avesnes' van Karel Miry die in maart 1864 in Gent in première ging). Ik heb begrepen dat de vzw zijn werking zal moeten stopzetten wanneer ondersteuning vanwege de stad uitblijft. Vraag 1. Kan de schepen motiveren waarom de nominatieve subsidie van vzw Lyrica geschrapt werd, nadat deze door haar voorganger net nog verhoogd was? 2. Waarom verwijst de schepen de vzw naar projectsubsidiëring die voor hen geen valabel alternatief is? 3. Is de schepen bereid om naar een oplossing voor de vzw te zoeken? ANTWOORD op vraag van de auteur wordt deze vraag teruggetrokken en zal opnieuw ingediend worden voor het vragenuurtje 25. 2014_MC_00094 - MONDELINGE VRAAG - MSK EN WOII. - KARLIJN DEENE OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Onlangs was in de pers te lezen dat ook het Gentse MSK in zijn collectie een aantal werken telt die tijdens WOII door de Duitse bezetters geconfisqueerd werden en die na afloop van de oorlog niet werden terugbezorgd aan de rechtmatige eigenaar of diens erfgenamen. Het zou volgens de bijlage bij het rapport over de schadeloosstellingen aan de Joodse gemeenschap uit 2008 om drie schilderijen gaan (‘De dorpsadvocaat’ van Pieter Brueghel de Jonge en twee werken van Frits Van den Berghe). Vraag 1. Welke stappen werden in het verleden al ondernomen om de rechtmatige erfgenamen van de eigenaars op te sporen? Zijn hier nog nieuwe stappen mogelijk? Werd hierover al contact gezocht met de Joodse gemeenschap? 2. Telt het MSK nog andere werken met een problematisch verleden in zijn collectie? 3. Hoe wordt in de publiekswerking van het MSK omgegaan met dergelijke problematische werken? Werden op dit vlak al initiatieven genomen? ANTWOORD beantwoord samen met de vraag IR. 3 van mevrouw Anne Schiettekatte 1. Schiettekatte: 2. Is de naam van de eigenaar van deze twee werken van Fritz Van den Berghe gekend of kan dit nog verder opgezocht worden in de archieven? 3. Is er een procedure om de eigenaars van deze werken op te sporen? 4. Hoe wordt er verder gehandeld om de werken aan de respectievelijke eigenaar of erfgenamen terug te bezorgen? K. Deene: 1. Welke stappen werden in het verleden al ondernomen om de rechtmatige erfgenamen van de eigenaars op te sporen? Zijn hier nog nieuwe stappen mogelijk? Werd hierover al contact gezocht met de Joodse gemeenschap? 2. Telt het MSK nog andere werken met een problematisch verleden in zijn collectie? 3. Hoe wordt in de publiekswerking van het MSK omgegaan met dergelijke problematische werken? Werden op dit vlak al initiatieven genomen? Antwoord In het MSK zijn er twee dossier die in verband zouden kunnen gebracht worden met zogenaamd gespolieerd bezit. Het ene dossier gaat over 2 schilderijen van Frits van den Berghe namelijk: Zittende naakten en Naakt met sleep. Deze werken werden voor de oorlog in bruikleen gegeven door Emile Henri David en sindsdien konden geen rechtmatige eigenaars worden opgespoord. Het andere dossier gaat over 4 werken die na de oorlog door de Belgische staat uit Duitsland werden gerecupereerd. Ook hier konden nog geen rechtmatige eigenaars worden opgespoord. Het gaat om De kruisdraging van de Monogrammist DR, Landschap met boerderij van Pieter de Bloot, SintJoriskermis van Gillis I Mostaert en Dorpsadvocaat van Pieter II Breughel. 1. 1. Is de rechtmatige eigenaar bekend? Het antwoord op deze vraag is duidelijk: neen. In beide dossiers werd samengewerkt met de Commissie schadeloosstelling leden van de Joodse Gemeenschap de zogenaamde commissie Buysse. De dossierbehandelaar voor het dossier van twee werken van Frits Van den Berghe is Jacques Lust. Tot op heden heeft de commissie wel al enkele pistes terug gevonden die zouden kunnen leiden tot de rechtmatige eigenaars maar nog niks concreet. In het andere dossier: de 4 werken die het MSK in bruikleen kreeg van de Belgische Staat werd door de studiecommissie geen Joodse herkomst vastgesteld. In geen van beide dossiers werden de werken ooit gecommuniceerd als eigendom van de Stad Gent. Dit zijn werken waarvan het beheer tot op heden in handen is van het MSK. Van zodra de rechtmatige eigenaars bekend zouden zijn worden de werken uiteraard aan de rechthebbenden overgedragen. 1. 2. Telt het MSK nog andere werken met een problematisch verleden in zijn collectie? Neen, buiten deze 2 dossiers met in totaal 6 werken zijn er geen andere gespolieerde bezittingen. Enkele jaren geleden was de herkomst van het schilderij Portret van Ludwig Adler van Oskar Kokoschka onderwerp van onderzoek in dit kader. Op aandringen van het museum heeft de Stad Gent toen een comité van externe experts samengebracht, dat aangetoond heeft dat ook in dit dossier geen sprake was van een onrechtmatige toe-eigening door de stad. 1. 3. Wat is de gangbare procedure? De gangbare procedure wordt gevolgd, namelijk via justitiële weg en via gespecialiseerde externe onderzoekers. 1. 4. Hoe wordt er in de publiekswerking mee omgegaan? Centrale vraag is of het hier gaat om problematische werken in de context van de Joodse kwestie, namelijk kunstwerken die onrechtmatig vervreemd zijn tussen 1933 en 1945 uit oorspronkelijk Joods bezit. Van de betrokken werken is aangetoond dat de Stad Gent geen fouten heeft gemaakt. De werken werden niet onrechtmatig door de stad toegeëigend en er worden continu inspanningen geleverd om de rechtmatige eigenaars op te sporen. Voor de werken uit het dossier David wordt door verschillende partijen gezocht naar de rechtmatige eigenaar. Voor deze kunstwerken geldt hetzelfde als voor alle kunstwerken die op een bepaald moment in depot werden aanvaard. Het MSK draagt er ‘als een goede huisvader’ zorg voor, in het geval van het dossier David tot de rechtmatige eigenaar wordt getraceerd. Van de vier andere werken, in bruikleen van de Vlaamse Gemeenschap, is door de Studiecommissie Joodse Goederen gemotiveerd dat ze geen Joodse achtergrond hebben. 26. 2014_MC_00095 - MONDELINGE VRAAG - POP EN ROCK-ZAAL IN HET WINTERCIRCUS? - BRAM VANDEKERCKHOVE OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Vandekerckhove Bram Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Reeds jaren leven er plannen in Gent voor een pop- en rockzaal voor middelgrote concerten. In de meerjarenbegroting zijn daar nu ook middelen voor voorzien. De pop- en rockzaal krijgt een plek in het voormalige wintercircus aan de Krook. Vraag Wat is de stand van zaken in dit dossier? Hoe zullen die plannen verder worden ontwikkeld? Wat is de verdere timing? Hoe zal het beheer van de pop-en rockzaal worden ingevuld? ANTWOORD Wat is de stand van zaken in dit dossier? Hoe zullen die plannen verder worden ontwikkeld? Zoals u wellicht weet heeft het stadsontwikkelingsbedrijf in 2005 het gebouw van het wintercircus aangekocht en werd eind 2012 gekozen voor het bureau Kempe-Till om de renovatie en reconversie van het wintercircus mee vorm te geven. In hun winnende inzending was reeds het idee opgenomen om onder de middenpiste een concertzaal voor ongeveer 500 toeschouwers te bouwen. Afgelopen jaar werd op basis van het oorspronkelijke ontwerp verder gewerkt aan een voorontwerp voor deze pop-rockzaal. Afgelopen najaar hield Sogent een marktverkenning. Het doel van deze marktverkenning was tweeledig: - Enerzijds: zicht krijgen op wie mogelijks geïnteresseerd is voor de exploitatie van deze rockzaal Anderzijds: kennis te krijgen va de randvoorwaarden en concrete eisen die nodig zijn voor de exploitatie van zo’n rockzaal. Het gaat daarbij zowel om technische, financiële, operationele als andere randvoorwaarden. Bij deze marktverkenning was er 1 kandidaat-exploitant die zich aandiende met name een samenwerkingsverband tussen Vooruit en Democrazy. Op dit moment wordt met deze kandidaat exploitant overlegd over het voorontwerp en wordt samen bekeken waar er nog eventuele bijsturingen nodig zijn. Wat is de verdere timing? Sogent wil de bouwaanvraag voor de renovatie van het Wintercircus graag indienen voor de zomer op deze manier zou er immers voor kunnen gezorgd worden dat de werkzaamheden voor de renovatie deels gelijk kunnen lopen met de bouw van De Krook zodat in het ideale geval werken aan de achterkant van het circus (dus de kant die grenst aan De Krook) klaar zijn tegen dat de nieuwe bibliotheek wordt geopend. Op dit moment wordt daarom niet alleen hard gewerkt aan de plannen maar wordt hard gewerkt aan de financiering van het renovatie project. Immers, de mogelijke realisatie van de rock- en popzaal is afhankelijk van een sluitend financieel plan voor het volledige wintercircus en hiervoor moeten nog subsidies en kredieten verkregen worden. De realisatie van rock- en popzaal wordt dus nagestreefd, maar is op dit moment nog niet 100% zeker. Hoe zal het beheer van de pop -en rockzaal worden ingevuld? De pop-rockzaal zal in erfpacht gegeven worden aan de exploitant. Aangezien er tijdens de marktverkenning maar 1 kandidaat-exploitant zich aandiende is SoGent een onderhandeling gestart om met de tijdelijke vereniging Vooruit-Democrazy tot een overeenkomst te komen. 27. 2014_MC_00097 - MONDELINGE VRAAG - DE TOEKOMST VAN DE STADSDICHTER/COMPONIST IN GENT. - BRAM VANDEKERCKHOVE OPSCHRIFT Commissie Cultuur, Sport en Feesten - vergadering van maandag 10 februari 2014 Raadslid (-leden) : Vandekerckhove Bram Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Eind november namen we afscheid van stadscomponiste An Pierlé. Een opvolger was er nog niet. Eerst zou nog eens goed worden nagedacht over de verdere invulling. Vraag Is er al zicht of en hoe de traditie van de stadsdichter zal worden verder gezet? Wat is de verdere timing? ANTWOORD Ik heb deze kwestie lang moeten laten bezinken vooraleer ik de knoop kon doorhakken, maar ik ben er nu uit en heel overtuigd: we gaan opnieuw voor een stadsdichter. Zeker nu we in de aanloop naar de Krook zitten, zou het te jammer zijn om de Letteren niet opnieuw in de kijker te zetten. De ervaringen met An Pierlé in 2013 hebben me geleerd dat het belangrijk is om iemand te kiezen die een breed artistiek netwerk heeft in Gent. Zo ontstaan leuke samenwerkingsverbanden en kunnen cross – overs worden gemaakt. Bij de keuze van een nieuwe stadsdichter vind ik 3 dingen belangrijk: 1. ruimte voor experimentele cross overs tussen verschillende disciplines 2. diversiteit 3. jong talent ondersteunen. Ik zal dat even uitleggen. An Pierlé heeft tijdens haar stadscomponisten-schap zowel samen gewerkt met andere muzikanten als mode-ontwerpers, musea en sociaal-culturele organisaties. Dat enthousiasme en die gedrevenheid wil ik ook graag terugvinden bij een stadsdichter. Ik wil een dichter kiezen die zin heeft om diverse samenwerkingsverbanden aan te gaan. Poëzie en taal zijn makkelijk te combineren met tal van andere kunstdisciplines of werkingen van sociale en artistieke organisaties. Ik wil ook straffer inzetten op diversiteit in cultuur. Met het herdenkingsjaar 50 jaar migratie zien we nieuwe samenwerkingsverbanden ontstaan, ik heb veel mensen ontmoet na de academische zitting die ontroerd waren. Het lijkt me dan ook belangrijk om een stadsdichter te kiezen die niet alleen oog heeft voor diversiteit in kunstdisciplines maar ook diversiteit in publieken. Tenslotte wil ik meer kansen geven aan jong talent om professioneel door te breken. Er zijn heel wat jonge kunstenaars die in het circuit van semi-professionelen blijven steken terwijl ze bakken talent hebben, omdat ze niet genoeg kennis hebben van ondernemen of je juiste kanalen niet kennen. Met het stadsdichterschap wil ik een debuterende dichter vinden die bijzonder goed en professioneel is, maar nog niet gekend bij een breed publiek. Een mooi voorbeeld van zo iemand was bijvoorbeeld Dennis Gaens, die geboren is in 1982 en in 2011 en 2012 stadsdichter was van Nijmegen. Hij wist ook door zijn verfrissende stijl een breed publiek te bereiken, bijvoorbeeld door op watertaxi’s en muziekfestivals op te duiken om zijn favoriete gedichten voor te dragen. Ik ga de komende weken op zoek naar een stadsdichter die die drie elementen kan verenigen. Het is spannend of we zo iemand kunnen vinden in Gent maar ik denk en hoop van wel. Ik plan de komende weken gesprekken met het poëziecentrum als eerste gesprekspartner, maar ook met minder conventionele partners die de vinger aan de pols hebben. Tegen de paasvakantie zou ik graag landen. De opdracht voor de stadsdichter zelf wil ik graag in overleg met de dichter in kwestie verder uit werken. Ik denk dat er verschillende invullingen mogelijk zijn zoals bijvoorbeeld schrijfopdrachten gekoppeld aan podiumperformances. Ik heb me laten inspireren door een aantal sympathieke literaire evenementen, Poetry Slam festivals en spoken word festivals in andere steden. 28. 2014_MC_00087 - MONDELINGE VRAAG - WEDSTRIJDREGLEMENT COWORKINGRUIMTE RABOT. - MEHMET KARANFIL SADIK OPSCHRIFT Commissie Haven, Economie en Financiën - vergadering van dinsdag 11 februari 2014 Raadslid (-leden) : Karanfil Mehmet Sadik Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In de gemeenteraad van september 2013 is het wedstrijdreglement goedgekeurd voor het inrichting van een coworkingruimte in de wijk Rabot-Blaisantvest. Deze wedstrijd werd gelanceerd vanuit aanbevelingen van onder meer expert Charles Landry, die stelde dat ruimte creëren voor creatieve ondernemers ook kan gekoppeld worden aan het ontwikkelen van nieuwe creatieve hubs/wijken buiten de stadskern. Hij stelde bovendien dat het stimuleren van dergelijk creatief milieu ook bijdraagt tot een heropleving van deze gebieden. In het wedstrijdreglement is bepaald dat partijen tot 31 januari een dossier konden indienen. Aangezien dit een pilootproject is, wil ik weten of er hiervoor interesse is. Vraag Kan de schepen aangeven hoeveel dossiers er effectief zijn ingediend in het kader van dit wedstrijdreglement? Welke procedure is er nu verder voorzien? ANTWOORD Zoals reeds eerder meegegeven , willen we met het initiatief Creatief Kwartier Rabot 2 belangrijke beleidsdoelstellingen realiseren. Het stimuleren van creatieve economie in wijken buiten de stadskern moet bijdragen aan een verdere positieve impuls aan deze wijken. Dit past volledig in de filosofie van een integrale aanpak, op basis van verschillende sporen, rond stadsvernieuwing. Daarnaast draagt dit voorstel ook bij aan onze ambitie om de creatieve economie in Gent te ondersteunen en te versterken. De oproep rond het organiseren van een coworkingruimte moet onder meer inspelen op de nood aan betaalbare ruimte, werkplekken, voor creatieve ondernemers. Het wedstrijdreglement voor de coworking voorzag inderdaad dat dossiers konden ingediend worden tot 31 januari jongstleden. Er was hiervoor heel wat interesse. In totaal werden 6 dossiers ingediend. Het toont aan dat men ook vanuit de private markt gelooft in de realisatie van dergelijke coworkingruimte in deze wijk. Binnen de drie maanden zal het College van Burgemeester en Schepenen over deze 6 dossiers een beslissing nemen op advies van een jury, zoals ook bepaald in het wedstrijdreglement. Een jury die naast vertegenwoordigers van de stedelijke diensten ook zal bestaan uit een vertegenwoordiger van het Team Stedenbeleid Vlaanderen en een vertegenwoordiger van Flanders DC. De dossiers zullen op verschillende criteria worden beoordeeld zoals opgenomen in artikel 7 van het wedstrijdreglement. Finaal zal er met de winnaar een overeenkomst worden afgesloten waarin alle rechten en plichten worden opgenomen tussen de Stad Gent en de gekozen winnaar voor de periode 2014-2019. Deze overeenkomst zal ook geagendeerd worden op deze commissie ter bespreking en goedkeuring in de gemeenteraad. De komende weken zal de jury nu dus de zes ingediende dossiers beoordelen en haar advies formuleren naar het College. 29. 2014_MC_00066 - MONDELINGE VRAAG - VERHUIS FRACTIESECRETARIATEN. - WIS VERSYP OPSCHRIFT Commissie Onderwijs, Personeel en FM - vergadering van woensdag 12 februari 2014 Raadslid (-leden) : Versyp Wis Vlaams Belang OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op de commissie FM van januari 2014 werd ons door de schepen meegedeeld dat het Electrabelgebouw aan de Rooseveltlaan door de stad zou aangekocht worden om er stadsdiensten in te herhuisvesten. Voor herlokalisatie op termijn werden vooral de personeelsleden werkzaam in het AC Portus en in de kantoren in de Sint-Niklaasstraat genoemd. Nu is er echter sprake van herlokalisatie van de fractiesecretariaten in de Sint-Niklaasstraat naar het pand in de Onderstraat. Vraag Is dit een tijdelijke herlokalisatie van de fractiesecretariaten in afwachting van de definitieve lokalisatie in het Electrabelgebouw? Schept deze verhuis de mogelijkheid de huur van het kantoorgebouw in de Sint-Niklaasstraat voortijdig op te zeggen? Is het de bedoeling de fractiesecretariaten definitief in de Onderstraat onder te brengen? ANTWOORD Op de commissie FM van januari 2014 werd ons door de schepen meegedeeld dat het Electrabelgebouw aan de Rooseveltlaan door de stad zou aangekocht worden om er stadsdiensten in te herhuisvesten. Voor herlokalisatie op termijn werden vooral de personeelsleden werkzaam in het AC Portus en in de kantoren in de Sint-Niklaasstraat genoemd. Nu is er echter sprake van herlokalisatie van de fractiesecretariaten in de Sint-Niklaasstraat naar het pand in de Onderstraat. ANTWOORD: Het is inderdaad de bedoeling dat de fractiesecretariaten verhuizen. De huur van het gebouw in de Sint-Niklaasstraat moet tijdig opgezegd worden. De fractiesecretariaten verhuizen definitief naar de Onderstraat, waar momenteel nog andere stadsdiensten gehuisvest zijn. De andere diensten in de SintNiklaasstraat worden ook geherlokaliseerd maar naar waar is momenteel nog niet zeker, het plan voor de verhuis van deze stadsdiensten is men nog aan het opmaken. De fracties gaan dus definitief naar de Onderstraat, zowel naar het Hof van Ryhove als naar het Huis Bolle. Dit is een definitieve oplossing zodat de fractiesecretariaten maar 1 maal de verhuisbeweging moeten maken. Het huurcontract van de Sint-Niklaasstraat is ondertussen opgezegd op 31/01/2014, want er moet 1 jaar vooropzeg gegeven worden. Dat betekent dat het gebouw ontruimd moet zijn tegen 1 februari 2015 daardoor zal de verhuis in de loop van december 2014 gebeuren. 30. 2014_MC_00072 - MONDELINGE VRAAG - AFBRAAK CLUBHUIS SINTLAURENTIUSPARK OOSTAKKER. - SANDRA VAN RENTERGHEM OPSCHRIFT Commissie Onderwijs, Personeel en FM - vergadering van woensdag 12 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Begin vorig jaar zei u dat dit clubhuis zou worden afgebroken in de loop van 2013. De kosten om het op te knappen en weer een invulling te geven waren te hoog. Echter het clubhuis staat er nog, verder te vervallen. Vraag Is het nog steeds de bedoeling het gebouw te slopen? Waarom is dat nog niet gebeurd? ANTWOORD Het is nog steeds de bedoeling het pand te slopen. De voeding van de vijverpomp (er is een vijver in het park) bevindt zich momenteel in het te slopen lokaal en daarvoor moet er een alternatief voorzien worden. Er dient een voetpadkast geplaatst te worden ter hoogte van de hoogspanningscabine (voorzien eind februari), waarna Imewo een nieuwe aansluiting dient te voorzien. Momenteel is men bezig met de opmaak van het bestek voor de sloping. Dit zal vermoedelijk in de loop van de maand april voorgelegd worden aan het college ter goedkeuring, waarna de bouwaanvraag kan ingediend worden. De eigenlijke sloping zal eind dit jaar gebeuren. 31. 2014_MC_00077 - MONDELINGE VRAAG - TE WEINIG PLAATSEN VOOR INSTAPPERTJES IN GENTSE SCHOLEN. - SANDRA VAN RENTERGHEM OPSCHRIFT Commissie Onderwijs, Personeel en FM - vergadering van woensdag 12 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Het Lokaal Overlegplatform waarschuwt dat er voor naar schatting 150 instappende kleuters (geboren in 2012) geen oplossing in Gent te vinden zal zijn. Er wordt verwacht dat een aantal kinderen buiten Gent school zullen lopen. Vraag Graag wat uitleg bij deze cijfers. Wat is de actuele stand van zaken bij de inschrijvingen? Hoeveel kinderen kunnen daar nog bij komen? In welke wijken/scholen stelt het probleem zich vooral? Welke maatregelen neemt u om het tekort aan plaatsen op te vangen? ANTWOORD 1. 1. Structureel capaciteitstekort voor geboortejaar 2012 In de pers verscheen inderdaad een schatting van het structureel capaciteitstekort op het Gentse grondgebied voor volgend schooljaar. De voorzitter van het Lokaal Overlegplatform (LOP) Basisonderwijs Gent, Jean-Pierre Verhaeghe, gaf het cijfer van 150 plaatsen mee. Dit is een schatting op basis van enkele factoren: 1. 1. We vertrekken van het Genst geboortecijfer 2012 van 3.323. 2. Daarbij tellen we het migratiesaldo op. De voorbije tien jaar is er een negatief migratiesaldo. Meer gezinnen met jonge kinderen verlaten Gent dan er bij komen. Op basis van voorlopige cijfers (31/10/2013) schatten we het migratie--saldo tegen 31/12/2014 rond -6%. Dit brengt het aantal Gentse instappertjes geboren in 2012 op 3.120. 3. Er is in het Gentse kleuteronderwijs een netto inkomende schoolpendel. Het aantal kleuters dat buiten Gent woont, maar in Gent naar school komt, is groter dan de omgekeerde beweging. Volgens de telling van 01/02/2013 van het ministerie van onderwijs (AgODi) bedraagt die +2,8%. Dat brengt het totaal te verwachten aantal instappertjes van geboortejaar 2012 op 3.200. Zelfs binnen huidige het aanmeldingssysteem is inkomende schoolpendel mogelijk, ondanks de capaciteitsproblemen en de voorrang op basis van afstand, omdat kinderen die al een broer of zus in de school hebben en kinderen van personeel in de school voorrang krijgen. Conclusie: er zijn naar schatting 3.200 plaatsen nodig, terwijl de totale capaciteit voor de instapklas voorlopig 3.053 bedraagt. Dit levert een geschat capaciteitstekort op van ongeveer 150 plaatsen. Een structureel tekort leidt niet noodzakelijk tot een reëel tekort omdat: Sommige Gentse ouders hun kind nog niet op 2,5 jaar of op 3 jaar naar school sturen. Volgens de meest recente cijfers van Kind en Gezin (geboortejaar 2009) zijn een 60-tal Gentse driejarigen niet in het kleuteronderwijs ingeschreven. (Dat is minder dan 2%). Sommige Gentse ouders voor hun kleuter een school buiten Gent zoeken. Deze uitgaande pendel is evenredig verspreid over de buurgemeenten. ACHTERGRONDINFO: Uit cijfers van het ministerie van onderwijs blijkt dat op 01/02/2012 150 driejarigen uit Gent elders naar school ging. o Destelbergen (28 kinderen) o Merelbeke (22 kinderen) o Evergem (21 kinderen) o Lochristi (13 kinderen) o St.-Martens-Latem (11 kinderen) o Melle ( 9 kinderen) Scholen van alle netten doen na de aanmeldingsperiode steeds hun best om toch nog een ad hoc capaciteitsverhoging te doen als ze merken dat er voor hun school een wachtlijst is. Dat schattingen niet altijd uitkomen werd de voorbije maanden duidelijk. Het voorspelde tekort van 250 plaatsen voor het lopende schooljaar kwam niet uit. Voor geboortejaar 2011 hadden we eind september 2013 zelfs nog een licht overschot aan plaatsen. Maar men moet er rekening mee houden dat sommige ouders toch nog altijd tot de instapdag zelf wachten om hun kind in te schrijven. Dit overschot valt overigens te relativeren: de helft ervan is te vinden in twee ver afgelegen scholen (Baarle-Drongen en Oostakker-Noord). De druk is en blijft erg groot op een meerderheid van Gentse wijken. Daar gaan we nu dieper op in. 1. 2. In welke wijken / scholen stelt het probleem zich vooral? Op basis van de school/woon-ratio die het LOP berekende voor elk van de 16 deelgebieden die ze onderscheidt, stellen we de grootste tekorten vast in deze 6 wijken: Brugse Poort – Rooigem: o 40% van de kleuters en lagere schoolkinderen moet buiten hun eigen buurt op zoek naar een school: Wondelgem: o 32% van de kleuters en lagere schoolkinderen vindt er geen plaats; Nieuw Gent: o 30% van de kleuters en 37% van de lagere schoolkinderen moet uitwijken naar andere scholen; Sluizeken-Tolhuis-Ham-Muide-Meulestede: o daar is geen plaats voor 27% van de kleuters en voor 31% van de lagere schoolkinderen; Gentbrugge-Ledeberg: o daar is geen plaats voor 12% van de kleuters; Bloemekenswijk: o een tekort aan plaatsen voor 5% van de kleuters en 30% van de lagere schoolkinderen. Daar tegenover zijn er 4 deelgebieden die veel meer schoolcapaciteit hebben dan er kinderen wonen en daardoor een bufferfunctie vervullen: Binnenstad 1 en Binnenstad 2: o 1,7 respectieveliijk 4 keer zoveel capaciteit voor kleuters als er wonen. Voor het lager onderwijs is de capaciteit zelfs tot 5 keer hoger. Stationsbuurt – Watersportbaan: o 2,3 tot 2,8 keer zoveel plaats als er kleuters en lagere schoolkinderen wonen Mariakerke: o 1,8 keer zoveel plaats als er kinderen wonen. 1. 3. Actuele stand van zaken bij de inschrijvingen in CAR? De aanmeldingsperiode voor het Gentse basisonderwijs voor instappertjes van het geboortejaar 2012 is intussen op 31 januari 2014 van start gegaan. Op basis van de voorrangsregels werden er daarvoor al instappertjes ingeschreven, nog voor de aanmeldingsperiode van start ging. In oktober werden 1.292 broertjes en zusjes van een al ingeschreven leerling en kinderen van een personeelslid van een school al ingeschreven. Dat komt overeen met 42% van de capaciteit voor geboortejaar 2012. Wat de overige kinderen betreft waren er vandaag om 12.00u zijn al 1.107 instappertjes aangemeld. Samen vormt dat 2.399 instappertjes of een bereik van 74%. Vorig jaar hadden we een bereik van 85% op het eind van de aanmeldingsperiode. Er resten dus in principe nog 654 plaatsen (3.053 – 2.399) voor geboortejaar 2012. Wellicht zullen niet alle aangemelde instappertjes een toegangsticket verwerven. Deze kinderen kunnen alsnog ingeschreven worden in een school met vrije plaatsen vanaf 22 april. Dan start de inschrijvingen op de school zonder ticket (volgens het systeem “wie eerst komt, eerst maalt”!. Maar in elk geval is het belangrijk dat alle ouders die hun kind nog niet aangemeld hebben dat wel doen. Want anders is de kans heel klein dat ze nog terecht kunnen in een school van hun keuze. Men kan zich nog steeds aanmelden tot 21 februari 2014. 1. 4. Maatregelen om capaciteit uit te breiden Ik rond af met de maatregelen die nog zullen genomen worden om capaciteit in het basisonderwijs uit te breiden. We kijken hier naar structurele en naar noodmaatregelen. Wat de structurele maatregelen betreft, kan ik verwijzen naar de themacommissie van 9 januari 2014. Toen werd een overzicht gekregen van de 19 netoverschrijdende projecten die tot hiertoe door de Lokale Taskforce Capaciteit zijn goedgekeurd. Wat noodmaatregelen betreft, worden voorbereidingen getroffen om tijdelijk modulaire units te plaatsen indien nodig. In De Sassepoort aan de Bevelandstraat kunnen bij hoogdringendheid 50 extra plaatsen gecreëerd worden. Een andere mogelijkheid is dat er modulaire units geplaatst worden in de Moutstraat in afwachting van dat de bouwwerken voor de nieuwe basisschool klaar zijn. Collega’s, We houden de situatie goed in de gaten en zullen de nodige initiatieven nemen om tegen 1 september de capaciteitsdruk waar mogelijk te verlichten. We blijven tevens aandringen aan de Vlaamse regering – de huidige en de volgende – om een meerjarenplanning op te maken en de nodige middelen prioritair te voorzien. Enkel zo kan het structurele tekort helemaal opgelost worden. 32. 2014_MC_00080 - MONDELINGE VRAAG - LEOPOLDSKAZERNE. - KARLIJN DEENE OPSCHRIFT Commissie Onderwijs, Personeel en FM - vergadering van woensdag 12 februari 2014 Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De provincie schrapt het Urbis project volledig en centraliseert haar diensten in de Leopoldskazerne. Daarbij zou de provincie interesse hebben voor een aantal blokken die eigendom zijn van de Stad Gent. Vraag -Wat is de stand van zaken? Heeft de provincie al aan de stad Gent formeel gevraagd om delen van de Leopoldskazerne te kopen? -Zo ja, over welke blokken gaat het concreet? Is de stad Gent bereid deze te verkopen? -Wat betekent een eventuele verkoop voor de huidige gebruikers van de ruimten in de Leopoldskazerne? Zijn er alternatieve lokalen voor verenigingen die eventueel hierdoor moeten verhuizen? ANTWOORD De provincie heeft inderdaad op 14 januari formeel kenbaar gemaakt per brief dat ze alle delen die eigendom zijn van de stad Gent wenst te kopen. De eerste gesprekken zijn opgestart met de provincie om te kijken wat de mogelijkheden zijn naar prijs, timing en gebruikers die nu op de site zijn. Er moet rekening gehouden worden met de huidige gebruikers en hun behoeften en daarbij gaat het vooral over het HISK, dat nu vooral de gebouwen van blok D gebruikt en nog enkele andere delen, en ook over de basketbalvereniging Gentson, die zijn activiteiten vooral heeft in de sporthal. Het is heel belangrijk dat er een duurzaam alternatief kan worden geboden aan die verenigingen en momenteel onderzoeken we de alternatieven en vooraleer definitief te trancheren moet er dus een duurzame herlocalisatie voor het HISK en Gentson gevonden zijn. We gaan ervan uit dat we zullen verkopen maar de alternatieven zijn er nu nog niet omdat de tijd sinds 14/01 te kort is. Verkoop natuurlijk op voorwaarde dat er een overeenkomst kan gevonden worden over de prijs en met een duurzame herlocalisatie voor de verenigingen. 33. 2014_MC_00085 - MONDELINGE VRAAG - BEDNET IN DE ZIEKENHUISSCHOOL. - PAUL GOOSSENS OPSCHRIFT Commissie Onderwijs, Personeel en FM - vergadering van woensdag 12 februari 2014 Raadslid (-leden) : Goossens Paul CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Bednet vzw zorgt ervoor dat langdurig en chronisch zieke kinderen vanop afstand (thuis of in de ziekenhuisschool) naar school kunnen gaan. De oplossing is gebruiksvriendelijk en kindvriendelijk. Een computer in de klas van het zieke kind wordt verbonden met een computer bij het kind thuis of in het ziekenhuis. Via speciale software volgt het kind alles wat in de klas gebeurt. Via webcamera's kan het kind de lessen volgen en/of met zijn klasgenoten spelen en praten. De leerling ziet zijn leerkracht en zijn klasgenoten in de virtuele klas. Hij kan vragen stellen en met iedereen communiceren. Hij kan foto's nemen van het schoolbord en via een bel de aandacht van de leerkracht vragen. Zelf een vinger opsteken is mogelijk. Tot op vandaag is er echter nog geen samenwerking met de UZ-school, alhoewel ook daar ongetwijfeld kinderen in aanmerking zouden komen. Vraag Heeft het stadsbestuur plannen om in de UZ-school met Bednet vzw samen te werken? Zo ja, wanneer kan dit aanvangen? Zo neen, waarom gaat men een samenwerking uit de weg? ANTWOORD Mevr. Els Janssens, directeur van Bednet vzw, liet weten dat er absoluut geen probleem is met de samenwerking tussen de UZ-school en haar vereniging. Zij schrijft: “ Wij dragen – net zoals de UZ-school – samenwerking hoog in het vaandel, met de partners die ook instaan voor onderwijs aan zieke kinderen. De samenwerking loopt voor ons goed. Wij informeren elkaar ook regelmatig. Vele van onze Bednetkinderen krijgen wij van de UZ-school doorverwezen.”. Ook de directeur van de van de UZ-school is verwonderd over de vraag van dhr. Paul Goossens. Haar reactie luidt: “Een en ander was voor mij een zeer grote verrassing, omdat samenwerking in het algemeen een speerpunt is van onze werking. In het bijzonder over de samenwerking met Bednet was de verbazing nog groter omdat ik die samenwerking van meet af aan heb gepromoot, hier intern op school, maar ook in het ziekenhuis en als lid mede in de Algemene Vergadering zit. Wij brengen kinderen aan en leggen contacten met afdelingen waar Bednet nog niet is geïntroduceerd, onderzoeken verdere mogelijkheden van Bednet voor onze jongeren. In onze planning wordt rekening gehouden met de Bednetlessen zodat het kind optimale onderwijskansen krijgt. Voor ons is Bednet een van de onderwijsactoren voor het zieke kind, waar wij in het belang van dat zieke kind, graag mee overleggen en samenwerken.” Verder deelt ze mee: “Paul Goossens is de leerkracht van een van onze schoolkinderen. Het enige waarop de vraag zou kunnen slaan, gaat over de mindere kwaliteit van de internetverbinding waarvan de Bednetkinderen in het UZ Gent gebruik maken. Intussen zijn er in het UZ contacten aan de gang om de werking van Bednet technisch betere garanties te geven.” 34. 2014_MC_00091 - MONDELINGE VRAAG - VERWIJDEREN VAN INFOKIOSKEN. - SANDRA VAN RENTERGHEM OPSCHRIFT Commissie Onderwijs, Personeel en FM - vergadering van woensdag 12 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Via een persbericht meldt de schepen dat de infokiosken die op verschillende plaatsen in onze stad staan zullen verwijderd worden. Graag had ik hier wat toelichting bij. Vraag Wat is de reden om deze kiosken te verwijderen.? Hoe dikwijls werden deze nog gebruikt? Hoeveel kostte het in werking houden van deze kiosken jaarlijks? Het persbericht verwijst naar de “digitaal talent punten”, worden deze uitgebreid? Wat is de kostprijs voor deze “digitaal talent punten” ? ANTWOORD ANTWOORD Wat is de reden om deze kiosken te verwijderen? De (20) infokiosken waren een kind van hun tijd en waren vooruitstrevend in 2005. Ze getuigden van de digitale (r)evolutie in de stad op het vlak van de ontsluiting van informatie op locatie, maar zijn in het huidige medialandschap (met smartphones, tablets en mobiel internet) voorbijgestreefd. Ze bieden functioneel niet langer de informatie en toepassingen waarnaar potentiële gebruikers op zoek zijn, en hun meerwaarde is niet in verhouding tot de kosten om ze up to date te brengen en technische defecten te verhelpen. Bovendien zijn er alternatieven, met oa de Digitaal Talent Punten (DTP). De Stad Gent bouwde deze openbare computerruimtes uit, met pc’s die een grotere toegang tot informatie en internet bieden, veelal met ondersteuning voor wie dat wenst. Mobiele toestellen (tablets en smartphones) hebben informatie ook zonder kiosken op locatie toegankelijk gemaakt en het aantal gratis wifi-spots neemt nog steeds toe. ANTWOORD Hoe dikwijls werden deze nog gebruikt? In 2009 en 2010 haalden de kiosken een maandgemiddelde van ruim 4500 raadplegingen. dalende cijfers resulteerde. In januari en februari 2013 werden met moeite nog 2000 raadplegingen per maand gehaald en de meeste raadplegingen gebeurden dan nog vanuit het Sint-Pietersstation. Vandaar de keuze om ze af te bouwen. Het zou een veel te grote investering gevergd hebben om ze te updaten. ANTWOORD Hoeveel kostte het in werking houden van deze kiosken jaarlijks? Voor het uitvoeren van het onderhoudscontract was bij Digipolis jaarlijks 100.000 EUR voorzien. Dit onderhoudscontract werd in 2011 opgezegd. Digipolis nam het onderhoud van de infokiosken op zich en voorzag daarvoor 20.000 €. Bij de dienst Voorlichting hadden ze ook een klein budget voorzien voor speciale acties. ANTWOORD Uitbreiding + kostprijs van de “digitaal talent punten” ? De Digitaal Talent Punten, die tijdens de vorige legislatuur opgestart zijn, zijn een beter concept. Momenteel zijn er 78 punten, waar mensen terecht kunnen. Op sommige plekken is er ook iemand aanwezig om mensen wegwijs te maken en te helpen in het omgaan met de computer als ze bijvoorbeeld bepaalde documenten nodig hebben. In het najaar van 2014 zullen er nog 7 ruimtes bijkomen. Dat aantal is wel relatief want als er bv. een vrijwilliger er mee ophoudt of tijdelijk kan een punt niet beschikbaar zijn door renovatiewerken aan een gebouw waar zo’n punt gevestigd is. Het kan ook zijn dat er andere geïnteresseerden zijn die dat zien zitten om zo’n Digitaal Talent Punt te huisvesten. Maar op het einde van het jaar zouden er dus naar schatting 85 Digitaal Talent Punten zijn. De kostprijs van de DTP bedraagt 147.000 €, waarvan een groot deel wordt geïnvesteerd in lokale diensteneconomie die 10 VTE begeleiders tewerkstelt en 1 VTE voor omkadering. Dienst Werk voorziet hiervoor 72.000€ per jaar en Digipolis, voorziet de rest van het bedrag. De openingsuren hangen af van de openingsuren van de gebouwen. Dat varieert van de locatie. Zo zijn bepaalde gebouwen wel open in het weekend andere doen enkel dienst tijdens de week. 35. 2014_MC_00106 - MONDELINGE VRAAG - ZOMERSPEELTUIN IN DE KUIP VAN GENT. - ASTRID DE BRUYCKER OPSCHRIFT Commissie Onderwijs, Personeel en FM - vergadering van woensdag 12 februari 2014 Raadslid (-leden) : De Bruycker Astrid sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Onze Gentse ambitie om de meest kindvriendelijke stad van het land te worden, uit zich onder meer in het streven naar voldoende kwalitatieve speelruimte voor de kinderen en jongeren in de Gentse wijken. Een plek die daarbij soms over het hoofd wordt gezien is het centrum van de stad. Ook daar wonen gezinnen met kinderen. Gezinnen uit de rand brengen tijd door in het centrum en ook toeristen komen onze stad soms bewonderen in het bijzijn van hun kroost. Helaas biedt de kuip van de stad weinig mogelijkheden tot kinderspel. Daarom zou ik volgend voorstel willen doen. Vraag Kunnen we het initiatief nemen om kinderen en jongeren tijdens de zomermaanden een tijdelijke speeltuin aan te bieden op een centrumplein in onze stad? Dit zou de kindvriendelijke uitstraling van Gent immers sterk ten goede komen. We zouden ons daarbij kunnen laten inspireren door het voorbeeld van Kortrijk, waar van juni tot en met september 2013 een speeltuin werd ingericht midden op de Grote Markt. Ondanks de wantrouwige houding van sommigen vooraf, werd het initiatief een schot in de roos. Dit niet alleen naar de mening van de kinderen en jongeren, maar ook naar die van de horeca in de buurt. ANTWOORD Als we van Gent de meest kindvriendelijke stad willen maken, dan is verder inzetten op voldoende kwalitatieve speelruimte inderdaad één van de voor de hand liggende acties. Dit gaat over meer dan de inrichting van klassieke speelpleinen. Ook het realiseren van tijdelijke speelruimte en spelprikkels en het stimuleren van meervoudig gebruik van ruimtes moeten bijdragen tot een kindvriendelijke stad. Ook in het bestuursakkoord is hiervan sprake. Dit is geen nieuw verhaal. Zo nam de stad, enkele jaren geleden, op aansturen van toenmalig raadslid Decruynaere, het initiatief om voetbalgoaltjes te plaatsen op het braakliggend terrein in het Acaciapark in de Brugse Poort. In die richting zal de komende jaren verder gewerkt worden. Er wordt ook ingezet op het meervoudig gebruik van schoolspeelplaatsen en andere terreinen. Zo werd de speelplaats van de jeugddienst op zondagnamiddag opengesteld voor de kinderen uit de buurt, in samenwerking met de buurtbewoners. Dit wordt wegens succes verlengd. De jeugddienst onderhandelt momenteel ook met enkele scholen om speelplaatsen deze zomer open te stellen na de schooluren. In Kortrijk was het project, waarbij een tijdelijk speelplein in een reusachtige zandbak werd ingeplant op de grote markt, een gelukkige samenloop van omstandigheden. Enerzijds was het zand al beschikbaar op de grote markt vanwege het jaarlijks beachvolleytornooi. Men kwam op het idee om het zand gewoon enkele weken extra te laten liggen en er een grote zandbak van te maken. De stad, die de aanleg van een speelplein op een andere locatie had gepland, liet de toestellen iets vroeger leveren zodat ze in eerste instantie op de grote markt in de zandbak konden worden geplaatst om ze daarna pas op hun uiteindelijke bestemming in te planten. Mevrouw De Bruycker, we kunnen uw vraag dus positief beantwoorden. De Gentse jeugddienst kreeg de opdracht om te onderzoeken waar en wanneer een tijdelijke speelplek gecreëerd kan worden in het centrum van de stad. We zien hier een opportuniteit in om het idee van kindvriendelijke stad duidelijk zichtbaar en voelbaar te maken. Er zal hiervoor overleg worden opgestart met een aantal stedelijke partners, waaronder stadspromotie, toerisme, evenementen en feesten… om de mogelijkheden te onderzoeken naar timing, plaats en randvoorwaarden. Tijdens de zomermaanden zijn er immers talrijke evenementen in de binnenstad die aanspraak maken op de openbare ruimte, waardoor een degelijke afstemming duidelijk wordt. De stad krijgt regelmatig bewonersvragen over speelruimte. Wat opvalt, is dat het niet zozeer gaat over inrichting van grote speelpleinen, maar eerder vragen voor kleinschalige ontmoetingsplekken en spelprikkels in de nabije buurt. Momenteel wordt daarom een kader uitgewerkt waarbij er sterker kan ingezet worden op co-creatie met de Gentenaar. Zo willen we met buurtbewoners aan de slag gaan om de bestaande openbare ruimte in de buurt aantrekkelijker en toegankelijker te maken voor kinderen. Een goed voorbeeld van samenwerking met Gentenaren om speelruimte te creëren is de Lagen Lakendreef in Drongen. Dit werd op de vorige commissie al besproken en door iedereen ondersteund. Ook de toekomstige heraanleg van het Baudelopark biedt kansen om aan de speelnoden van kinderen in het centrum van de stad tegemoet te komen. 36. 2014_MC_00107 - MONDELINGE VRAAG - SAMENWERKING TUSSEN DE VERSCHILLENDE ONDERWIJSNETTEN OP DIVERSE VLAKKEN. - BRAM VAN BRAECKEVELT OPSCHRIFT Commissie Onderwijs, Personeel en FM - vergadering van woensdag 12 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Braeckevelt Bram Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In de actualiteit van de voorbije weken kwamen een aantal thema's aan bod die alle scholen in een stedelijke context aanbelangen zoals de armoede op school en de stijging van de jeugdwerkloosheid. De stedelijke scholen staan voor een immense uitdaging in het zoeken naar antwoorden. Vraag Is er in dat verband samenwerking tussen de verschillende onderwijsnetten om problemen zoals armoede, ongekwalificeerde uitstroom edm. aan te pakken? ANTWOORD We zijn ons bewust van de nood aan overleg tussen de verschillende netten en over de verschillende onderwijsniveaus heen. De uitdagingen in onze samenleving zijn groot. De stad Gent scoort hoog op de armoede-indicatoren, 20% van de gezinnen leeft in moeilijke omstandigheden. Scholen zijn de barometer voor sociale problemen in de samenleving en voelen de gevolgen van de stijgende armoede. Om antwoord te bieden op deze uitdaging moeten we netoverschrijdend samenwerken. In Gent hebben we een lange traditie van goede netoverschrijdende samenwerking en overleg. Een voorbeeld hiervan is de netoverschrijdende samenwerking rond het brugfigurenproject. Een ander voorbeeld van netoverschrijdende samenwerking is de oprichting van vzw TOPunt, waarbij de 3 Gentse Centra Voor Leerlingenbegeleiding de handen in elkaar slaan. De stad Gent speelt ook een belangrijke rol in het faciliteren van de werking van de lokale overlegplatforms (zoals de aanmelding in CAR via meldjeaan.be) en als regisseur van de lokale taskforce capaciteit basisonderwijs. Dit zijn vormen van netoverschrijdende werken binnen één onderwijsniveau (basis of secundair). Het overlegorgaan voor netoverschrijdende en niveau-overschrijdende samenwerking in Gent is de Beleidsgroep Onderwijs Gent of kortweg BOG. De vorige schepen van Onderwijs installeerde vanuit de regisseursfunctie de Beleidsgroep Onderwijs Gent om de samenwerking tussen de netten en de onderwijsniveaus te bevorderen. Uit de evaluatie van de werking van de BOG bleek het binnen dit forum moeilijk om rond concrete thema’s te debatteren en te werken. Daarom besliste schepen van Onderwijs Elke Decruynaere om de werking van deze Beleidsgroep te hervormen. Zodat debat en samenwerking over de netten en de onderwijsniveaus heen verder uitgebouwd, verdiept en gestructureerd kan worden en we samen de uitdagingen kunnen aangaan. Deze hervorming werd voorbereid door een tijdelijke stuurgroep, met vertegenwoordigers uit alle netten. Op de algemene vergadering van 6/2/2014 werd een nieuwe, performantere structuur voorgesteld. Er zullen verschillende werkgroepen geïnstalleerd worden onder de BOG. Deze 6 werkof themagroepen worden opgericht: Werkgroep Ouderbetrokkenheid Werkgroep Jongerenbetrokkenheid Themagroep Gekwalificeerde uitstroom Themagroep Armoede Themagroep Hoger onderwijs en onderwijspraktijk en samenleving Themagroep Duurzaamheid Naast de onderwijspartners van alle netten worden vanuit de verschillende netten ook externe partners en diensten uitgenodigd voor deelname aan deze werkgroepen. Een overkoepelende regiegroep bewaakt de samenhang en de aansturing, en bereidt de beslissingen voor. Op de Algemene Vergadering van de BOG wordt er effectief beslist, onder andere over het advies ten aanzien van de Vlaamse middelen voor het Flankerend Onderwijsbeleid. Om terug te komen op het armoedebeleid op school. De gevolgen van armoede voor de ontwikkeling van kinderen zijn enorm. Om het armoedebeleid op school netoverschrijdend te bespreken en aan te pakken, zal de themagroep Armoede het onderwijsveld samenbrengen met belangrijke partners, zoals het OCMW, de verenigingen waar armen het woord nemen, mensen uit het middenveld die met specifieke doelgroepen werken. Zo kan de samenwerking tussen de verschillende geledingen van de stad en het middenveld op een structurele manier uitgebouwd worden en gaan we samen op zoek naar oplossingen. Een eerste doelstelling van de themagroep is de samenwerking tussen onderwijs en welzijn bevorderen, en de grijze zone tussen welzijn en onderwijs scherper krijgen, zodat het onderwijs zich kan focussen op hun pedagogisch project en de welzijnstaken door de betrokken diensten kunnen opgenomen worden. Daarnaast zullen good practices gedeeld worden en wordt een begeleid traject voor scholen uitgetekend in de implementatie van een armoedebeleid op school. Ook het inhoudelijk luik van het Sociaal Steunfonds zal een belangrijke input geven voor de werking van deze themagroep. De scholen zullen aangeven welke acties ze ondernemen rond armoedebeleid op school. Vanuit deze acties kan gekeken worden waar extra ondersteuning kan geboden worden. Daarnaast zal een jaarlijks intervisiemoment georganiseerd worden vanuit het Departement Onderwijs en Opvoeding voor inhoudelijke input en uitwisseling. 37. 2014_MC_00054 - MONDELINGE VRAAG - DOORRIJVERBOD VOOR FIETSERS IN DE KORTRIJKSEPOORTSTRAAT. - SAS VAN ROUVEROIJ OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : van Rouveroij Sas Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Omwille van de doorstroming van tramlijn 1 is het verboden via de Kortrijksepoortstraat in Gent staduitwaarts te fietsen. De reden voor dit verbod is dat de Kortrijksespoortstraat te smal is om tussen de tramsporen en het voetpad in een fietspad te voorzien en fietsers tussen de tramsporen het openbaar vervoer zouden vertragen. Ik ondervroeg de schepen hierover enkele maanden geleden. De schepen stelde akkoord te gaan met de afweging van De Lijn en het verbod staduitwaarts te blijven handhaven. Er is al meerdere keren gebleken dat er totaal geen draagvlak bestaat voor dit verbod, getuige het protest van de buurtbewoners en de frequente overtredingen. Het is bijzonder pijnlijk om te moeten vaststellen dat het beboeten van de overtreders de enige actie is die op dit moment in dit dossier wordt ondernomen. Op maandag 14 oktober betrapte de politie op één uur tijd niet minder dan 32 fietsers bij het rijden in de verboden richting. Ik heb daarom zelf een alternatief uitgewerkt. Wat beoog ik: 1. Respecteren van het co-modaal, dus redelijk toepassen van het STOP Principe, dat betekent eerst stappen, dan trappen, dan openbaar vervoer, dan privaat verkeer. 2. Het openbaar vervoer dusdanig ontzien dat de hinder die rest niet opweegt tegen het voordeel voor het fietsverkeer. 3. Tot stand brengen van de kortste fietsas tussen Zuid-St-Pietersstation. 4. Gebruik van het verkeersbord D10 (=deel van de openbare weg voorbehouden voor het verkeer van voetgangers en fietsers) als conform het vademecum fietsvoorzieningen “andere wijzigingen in het dwarsprofiel, die beogen plaats te winnen voor de afwikkeling van voetgangers en fietsers, om verkeerskundige of planologische redenen geen goede opties zijn”. Met andere woorden indien minder dan 3 m, maar meer dan 2m ruimte beschikbaar is in een voldoende aaneengesloten geheel. Volgens de definiëring en toepassingsgebied van fietsvoorzieningen wordt namelijk voor de plaatsing van D10 een breedte van 2 m aanbevolen, rekening houdende met het profiel van vrije ruimte voor een voetganger, de breedte van een fietser en de nodige schuwafstand. Wat het aantal voetgangers en fietsers betreft om een D 10 bord te kunnen plaatsen, bestaat geen vastgelegde norm. Nederlands empirisch onderzoek heeft wel uitgewezen dat een voetgangersdichtheid boven 200 voetgangers per uur per meter profielbreedte uitstijgt, de combinatie van fietsers en voetgangers niet langer mogelijk is. Uit eigen tellingen in de Kortrijksepoort blijkt dat deze norm niet wordt gehaald. Gemiddeld tellen we nooit meer dan ongeveer 58 voetgangers per uur. 5. Gebruik van het verkeersbord D7 met onderbord M7 (=deel van de openbare weg voorbehouden voor fietsverkeer met verbod voor Bromfietser Klasse B) indien er meer dan 3 m ruimte beschikbaar is in een voldoende aaneengesloten geheel. In concreto betekent dit: Vanaf Verloren Kost tot aan Kortrijksepoortstraat 132: D10 Vanaf Kortrijksepoortstraat 176 tot aan Veergrep: D10 Vanaf Kortrijksepoortstraat 218 tot aan de stadsring: D7 met onderbord M7 Vandaar mijn vraag: Vraag Hoe kijkt de schepen aan tegen dit voorstel? Is de schepen bereid dit voorstel, al dan niet door hem verfijnd, verbeterd of aangevuld, te implementeren? ANTWOORD Ik heb na uw vorige vraag de opdracht gegeven aan het Mobiliteitsbedrijf om de verschillende oplossingspistes grondig te onderzoeken. Ook uw scenario met een gemengd fiets- en voetpad werd daarbij onderzocht. Op het eerste zicht lijkt uw oplossing mogelijk, maar ik vrees helaas dat het niet de beste is. Indien we het voetpad van de Kortrijksepoortstraat zouden openstellen voor fietsers, bestaat er geen twijfel over dat dit druk zal worden gebruikt. De verwachte intensiteit van fietsers komt daarbij in conflict met de voetgangersstromen. Het fietsvademecum waarnaar u verwijst, is daarin heel duidelijk: het verkeersbord D10 moet gelden als een absolute uitzonderingsmaatregel voor plaatsen waar er geen alternatieven voorhanden zijn en kan enkel worden gebruikt bij lage voetgangers- en fietsersintensiteiten. Aan deze voorwaarden is hier zeker niet voldaan. Ik probeer hier – net als uzelf – het STOP-principe te respecteren en het kan dus zeker niet zo zijn dat de voetgangers hier het onderspit moeten delven. Voor de fietsers bestaat er een veel comfortabeler en veiliger alternatief via de Baertsoenkaai en Bijlokekaai. In vergelijking met het kunnen doorrijden door de Kortrijksepoortstraat betekent dit een omrijbeweging van 200m. Als je dat nadeel afweegt tegen de voordelen (veilige en comfortabele route zonder kasseien en tramsporen of zonder conflicten met voetgangers, een conflictloze onderdoorgang van de R40), lijken die laatste mij door te wegen. Toegegeven, voor de bewoners van de Kortrijksepoortstraat is dit geen oplossing. In het bijzonder voor een specifieke bewoonster met een fysieke beperking die zich verplaatst op een bakfiets, is het moeten omrijden via de Bijlokekaai problematisch. Zoals ik eerder in deze commissie heb gezegd, betreur ik het dan ook dat hiervoor geen oplossing wordt gevonden. 38. 2014_MC_00060 - MONDELINGE VRAAG - GENTSE GROENE HALTE. - SVEN TAELDEMAN OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Taeldeman Sven sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Sedert een tiental jaar werkt de reizigersvereniging Trein-Tram-Bus lokale projecten uit, in opdracht en ism lokale besturen, waarbij men vanuit een openbaar vervoershalte – die aan bepaalde kwaliteitseisen dient te voldoen (uitrusting, frequentie) – een wandeling door de natuur kan aanvatten. Het einde van de wandeling ligt aan een andere openbaar vervoershalte, die eveneens aan de nodige kwaliteitseisen voldoet. Het project heet ‘groene halte’, en combineert een wandeling met voor- en natransport met het openbaar vervoer. Met andere woorden, een duurzame recreatieve uitstap. Ondertussen bestaan er een 40-tal van deze ‘groene-halte-wandelingen’ in Vlaanderen, waaronder ook in de rand van de centrumsteden Brugge, Oostende, Mechelen, Leuven, Brussel. Navraag leert dat de format ondertussen beproefd is, en dit met een relatief beperkte kostprijs tot een bereikbare recreatieve uitstap kan leiden. Het grondgebied van Gent, en de rand, beschikt over heel wat potentieel om deze format ook op Gent toe te passen: een uitgebreid openbaar vervoersnetwerk van trein, tram en bus, 4 in ontwikkeling zijnde groenpolen, en vooral vele stadsbewoners die graag eens op wandel gaan. Vraag Het lijkt de moeite om deze format ook in Gent op de 4 geselecteerde groenpolen (Parkbos, Gentbrugse Meersen – Damvallei, Oud Vliegveld Oostakker-Lochristi, en Vinderhoutse bossen) te gaan toepassen, en zo de groenpolen op een snelle, pragmatische manier te gaan ontsluiten. Zelfs in afwachting van ‘perfect’ ingerichte groenpolen. Is de stad bereid om deze format toe te passen op haar grondgebied? En hiervoor concrete projecten uit te werken voor de 4 groenpolen, desnoods door gefaseerd te werk te gaan en de ene groenpool na de andere aan te pakken? Op welke termijn zou dit kunnen worden gerealiseerd, en in welke volgorde van groenpolen (welke groenpool eerst?)? Of heeft u al een concreet voorstel in gedachte? Dit gaat dan vermoedelijk ook gepaard met de nodige omkadering (brochures, bewegwijzering, etc.)? ANTWOORD U stelt voor om ook in Gent één of meerdere ‘groene-haltewandelingen’ uit te werken. De Stad Gent is zeker bereid om hieraan mee te werken. Met de vier groenpolen – in –wording en de diverse Gentse parken hebben we de recreant inderdaad heel wat te bieden. Bovendien maken we in Gent werk van het ‘verbinden’ van parken en natuurgebieden, zowel voor mensen als voor plant en dier. In die zin passen de groene-haltewandelingen dus perfect in die lijn. Hoewel de komende jaren nog volop werk wordt gemaakt van de realisatie van de groenpolen, is het toch al mogelijk om er aangenaam te wandelen. Het verst gevorderd is de inrichting van de Gentbrugse Meersen. Op 18 mei 2014 zullen we het eerste deel van deze groenpool - goed voor 40 hectare extra park en natuur- feestelijk openen met de Gentenaars. Eind 2014 starten we de aanleg van de volgende +/- 80 hectare. Een concrete groene halte die we voor ogen hebben vertrekt aan de eindhalte van tramlijn 22 (halte Braemkasteel), loopt door het Noordelijke gedeelte van de Gentbrugse Meersen (langs de geboortebossen en kasteel Coninxdonck) tot aan de Heusdenbaan in Melle, waar je op bus 27 kan stappen (halte Wevershof) De realisatie van de groenpolen Parkbos en Vinderhoutse Bossen wordt gecoördineerd door respectievelijk de Provincie Oost-Vlaanderen en de Vlaamse Landmaatschappij. De Stad Gent is hier een belangrijke partner in. In beide groenpolen wordt momenteel onder andere werk gemaakt van het openstellen en/of inrichten van enkele recreatieve netwerken. In die zin is een groene-haltewandeling dus zeker ook een haalbaar idee. Onze vierde groenpool, Oud-Vliegveld Oostakker-Lochristi is in een minst gevorderd stadium. Een klein deel van de groenpool, dat momenteel in beheer is van het Agentschap Wegen en Verkeer, zou op relatief korte termijn ingericht en opengesteld worden voor het publiek. Deze beloofde werken laten echter nog op zich wachten. Omdat de groenpool op dit moment voor het grootste deel ontoegankelijk is, is een groene-haltewandeling hier wellicht voorlopig nog toekomstmuziek. Ook los van de groenpolen zie ik mogelijkheden, zoals langs de Lieve. Vanaf de tramhalte van Lijn 1 in Wondelgem Heinakker, kan je heel mooi wandelen door de Lange Velden, en zo verder in de buffer langs de R4 tot aan de Brugse Vaart, waar je de bus terug kan nemen. En zo zijn er zeker nog meer Groene Haltes te vinden in Gent. Ik vraag de medewerkers van de Groendienst om contact op te nemen met de vzw TreinTramBus en samen verder werk maken van de Gentse Groene Halte-wandelingen. 40. 2014_MC_00071 - MONDELINGE VRAAG - PARKING WINKELCENTRUM DAMPOORT. - VELI YÜKSEL OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Yüksel Veli CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De parking voor het Winkelcentrum Dampoort in de Dendermondsesteenweg is zeer geregeld volzet. Winkeliers klagen dat mensen minder geneigd zijn om naar hun winkels te komen omdat ze er vaak geen parkeerplaats vinden. Navraag leert dat deze parking door een groot deel van de parkeerders zou worden gebruikt als Park&Ride. Mensen laten er hun wagen achter en nemen de bus naar het centrum. Vraag Kunt u de geschetste situatie bevestigen? Beschikt u over cijfers of officiële vaststellingen? Heeft u hierover reeds klachten ontvangen? Bent u van plan deze toestand aan te pakken? Hoe zult u dat doen? ANTWOORD Dit terrein is volledig in erfpacht bij de firma Siklos. In principe kan de stad dus deze situatie niet aanpakken. Er zijn geen cijfers m.b.t. parkeerbezetting, maar de erfpachter acht het parkeerprobleem voldoende groot om actie te ondernemen. De Firma Siklos heeft een tijdje geleden contact opgenomen met het Mobiliteitsbedrijf Stad Gent. Hij haalt aan dat de gewijzigde situatie op de parking aan het station Gent Dampoort het parkeerprobleem op zijn parking nog verergerde. In dit gesprek formuleerde Siklos de vraag om via een parkeerregime de parkeerrotatie op deze parking te bevorderen en langparkeren te beperken. Het Mobiliteitsbedrijf onderzoekt deze vraag momenteel. Als eventuele onderhandelingen tot een voor beide partijen aanvaardbare overeenkomst leidt, zal deze overeenkomst aan de gemeenteraad worden voorgelegd ter goedkeuring, waarna de in de overeenkomst vastgelegde afspraken zullen uitgevoerd worden. 41. 2014_MC_00074 - MONDELINGE VRAAG - EVALUATIE PARKING SAVAANSTRAAT. - SANDRA VAN RENTERGHEM OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In november werd besloten om een promotiecampagne te voeren voor de door het mobiliteitsbedrijf uitgebate parkeergarage in de Savaanstraat. De campagne hield onder meer een naamsverandering in (van ‘Kouterpoort’ naar ‘Savaanstraat’). Ondertussen zijn we ruim twee maanden verder en had ik graag vernomen of de campagne resultaten oplevert: Vraag 1. Hoe is de bezettingsgraad van de parking Savaanstraat de voorbije maanden geëvolueerd? Hoe verhoudt deze zich nu tot de andere door het mobiliteitsbedrijf uitgebate garages? 2. Waaruit bestond de campagne? Blijft deze nog een tijd lopen? ANTWOORD Sinds de naamswijziging en promotiecampagne die startte op 1 december 2013 is reeds een stijging in de bezetting merkbaar. In de maanden december en januari brachten in totaal 29.594 wagens een bezoek aan de parking, dit zijn er 12.701 meer dan een jaar eerder. Op gewone weekdagen stijgt de bezetting gestaag: in oktober en november was de parking op deze tijdstippen voor maximaal 55% bezet, ondertussen bedraagt dit 65%. Uiteraard is deze bezetting nog een stuk lager dan de andere parkings van het Mobiliteitsbedrijf: in parking Reep werden bijvoorbeeld tijdens de maanden december en januari ongeveer dubbel zoveel wagens geparkeerd als in parking Savaanstraat. Maar ook parking Reep kende destijds een moeizame start: eind 2006 (d.i. anderhalf jaar na opening). Daar waren de bezettingscijfers nagenoeg identiek aan deze van parking Savaanstraat. Wat betreft de campagne; deze bestond uit een promotiefilmpje dat gedurende de tweede week van december op AVS vertoond werd. De audiovisuele bijdrage werd ondersteund door een advertentiecampagne in de Zondagkrant, Streekkrant en Zone 09. De campagne kondigde bovendien aan dat iedere bewoner (die in een straal van 500 meter rond parking Savaanstraat woont) bij aankoop van 1 maandabonnement, één maandabonnement gratis kreeg. Deze actie loopt van 16 december 2013 tot en met 16 februari 2014. 42. 2014_MC_00075 - MONDELINGE VRAAG - PROBLEMATIEK VAN NIETGEREGISTREERDE STUDENTENKOTEN. - VELI YÜKSEL OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Yüksel Veli CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op vrijdag 31 januari kostte een brand in een studentenkot in Leuven het leven aan twee Ierse uitwisselingsstudentes. Naderhand bleek dat het gebouw niet als studentenwoning was aangegeven, maar als gezinswoning geregistreerd stond. Niet-geregistreerde koten komen in elke studentenstad voor, ook in Gent. Over hoeveel koten het gaat, is onduidelijk. Het ‘Politiereglement op kamerwoningen’ bepaalt nochtans dat de verantwoordelijke voor het gebouw aangifte moet doen van zijn verhuurde kamerwoning(en). Private koten die door de eigenaars/verhuurders worden aangegeven bij de universiteit, worden gegroepeerd op Kot@Gent. De registratie is echter niet verplicht. De brandweer van Gent gaf aan weet te hebben van 2968 unieke adressen, met twee tot dertig kamers. Het gaat om gebouwen die door de eigenaar zelf werden aangegeven of door de universiteit werden doorgegeven. Hoeveel niet-geregistreerde koten er zijn, is ook door de brandweer niet geweten. In het bestuursakkoord lezen we onder punt 5.19 het volgende: “Tegelijk zal er blijvend ingezet worden op controles zodat de studenten op een veilige en kwalitatieve manier kunnen wonen en de te beschermen eengezinswoningen opnieuw vrijkomen voor de gezinnen.” Vraag 1) Heeft de schepen zicht op de grootteorde van het aantal niet-geregistreerde studentenkoten in Gent? 2) Kunnen in samenwerking tussen de stadsdiensten, de brandweer, de universiteit en hogescholen bijkomende inspanningen worden gedaan om snel zicht te krijgen op het aantal niet-geregistreerde studentenkoten, opdat deze problematiek doelgericht kan worden aangepakt en de veiligheid en kwaliteit van de studentenhuisvesting in onze stad kan worden vergroot? 3) Op welke wijze en met welke regelmaat wordt controle gevoerd op de geregistreerde koten om na te gaan of deze voldoen aan de minimumvereisten voor studentenhuisvesting? ANTWOORD DEZE VRAAG WERD SAMEN BEANTWOORD MET DE VRAAG IR. 6 VAN MEVROUW ISABELLE DE CLERCQ Sinds 1990 (gewijzigd in de gemeenteraad in 1994 en 2004 en nu wijziging in opmaak) kent de Stad Gent een politiereglement op kamerwoningen. Dit reglement bepaalt dat een eigenaar verplicht is zich kenbaar te maken bij de Stad als hij één of meerdere kamers in Gent verhuurt. Op basis van deze aangifte als kamerwoning, wordt een controlebezoek ter plaatse ingepland en wordt gecontroleerd of de kamers voldoen aan de brandveiligheidsvereisten die de stad Gent oplegt voor de kamers (voor studenten en niet-studenten) op haar grondgebied. In het kader van dit reglement werden bij de Dienst Preventie (Brandweer Gent) 2968 unieke adressen geregistreerd (gaande van twee tot dertig kamers per adres, goed voor bij benadering 24.250 kamers). Deze zijn aan een eerste onderzoek door de brandweer onderworpen. De recent opgerichte grootschalige collectieve verblijfsaccommodaties voor studenten zijn hier nog niet in meegerekend. 1. 1. Vraag Veli Yüksel: Op welke wijze en met welke regelmaat wordt controle gevoerd op de geregistreerde koten om na te gaan of deze voldoen aan de minimumvereisten voor studentenhuisvesting? Antwoord: Sinds de zomer van 2010 is de Stad Gent gestart met een proactieve aanpak van de kwaliteit en (brand)veiligheid van (studenten)kamers via systematische controle van studentenkamers. Voordien werden enkel controles uitgevoerd na melding of klacht. Dit betekent concreet dat controleurs van de Afdeling Bouw- en Woontoezicht (bevoegd voor de woonkwaliteit en het stedenbouwkundig aspect) samen met de Gentse Brandweer op eigen initiatief én op basis van klachten/meldingen controles uitvoeren in studentenkamers. Om dit mogelijk te maken werd het aantal preventionisten bij de brandweer uitgebreid in 2010. Sinds januari 2014 werden onderling afspraken gemaakt om het aantal wekelijkse gezamenlijke controles nog op te drijven. Vraag Isabelle DC: Wat zijn de resultaten van de controles in de geregistreerde panden: voldoen deze over het algemeen of is er vaak sprake van ernstige tekortkomingen? Hoe gebeurt de opvolging bij vastgestelde problemen? Zou het niet zinvol zijn om het aantal controles per jaar op te drijven? Antwoord: Van de gecontroleerde kamerwoningen in 2012 waren er bij eerste controle meteen 11% conform het integratiedecreet*, 28% dienden finaal ongeschikt of onbewoonbaar verklaard te worden. De andere werden dus in orde gebracht na de bemiddelingsprocedure. Bij niet conforme kamerwoningen volgt immers eerst een bemiddelingsprocedure (met aanmaning om werken uit te voeren) en nadien een officiële procedure tot ongeschikt of onbewoonbaar verklaring. Voor 2013 kon ik nog geen globale cijfers ontvangen. (* integratiedecreet = nieuw decreet waarbij de Vlaamse Wooncode is geïntegreerd in het voormalige kamerdecreet, in werking getreden op 11/08/2013) 1. 2. Vraag Isabelle DC: Is er zicht op het aantal niet-geregistreerde studentenkamers- of woningen en op de brandveiligheid van deze woningen? Wat gebeurt er al dan niet om dit alles in kaart te proberen brengen? 2. 3. Vraag 1 Veli Yüksel: Heeft de schepen zicht op de grootteorde van het aantal nietgeregistreerde studentenkoten in Gent? Antwoord: Gezien het feit dat studenten nergens hun kotadres moeten registreren, is het moeilijk te achterhalen waar de studentenkoten in niet geregistreerde studentenkamers of – woningen zich allemaal bevinden. De dienst Administratie – afdeling bouw- en woontoezicht startte in 2012 met een databank waar alle woningen die betrekking hebben op studentenhuisvesting in worden opgenomen. Op vandaag zijn hier 1440 adressen (goed voor ongeveer 11.000 kamers) in opgenomen. Dit omvat zowel aangemelde als niet aangemelde kamers. Daarnaast houdt de brandweer, in het kader van het politiereglement op de kamerwoningen, eveneens een lijst bij van de aangemelde kamers. Hier zijn 2960 adressen (goed voor ongeveer 24.000 kamers in opgenomen). Sinds januari 2014 is het project kwalitatieve kamerwoningen opgestart bij dienst Administratie. Eén van de doelstellingen van dit project is de aanmaak van een databank van kamerwoningen met als doel het in kaart brengen van de spreiding over het Gentse grondgebied. Volgens de studie van Sum Research (uitgevoerd in 2010) zijn er naar schatting 2.800 gezinswoningen of grote appartementen waar studenten verblijven. 1. 4. Vraag Veli Yüksel: Kunnen in samenwerking tussen de stadsdiensten, de brandweer, de universiteit en hogescholen bijkomende inspanningen worden gedaan om snel zicht te krijgen op het aantal niet-geregistreerde studentenkoten, opdat deze problematiek doelgericht kan worden aangepakt en de veiligheid en kwaliteit van de studentenhuisvesting in onze stad kan worden vergroot? Antwoord: Op dit moment is de stad bezig met de opmaak van een studentenhuisvestingsplan waarbij de moeilijke registratie en de verdere uitbouw van de database mee opgenomen wordt. Een databestand met daarin alle gegevens van de verschillende diensten en hoger onderwijsinstellingen in verzameld, zou een goed overzicht kunnen opleveren. Let wel: de universiteiten en hogescholen weten ook niet steeds waar studenten verblijven. Zij moeten immers enkel hun officieel adres opgeven. Daarnaast is er nu reeds een continue samenwerking tussen de stadsdiensten, de brandweer en de onderwijsinstellingen ikv brandveiligheid en woonkwaliteit. Naar aanleiding van de resultaten van de kotenquête uit 2010, de druk op de eengezinswoningen en het beleid inzake de ‘te beschermen eengezinswoningen’ werd dit academiejaar gestart met een ontradingscampagne tegen de inname van gezinswoningen. Deze richt zich in de eerste plaats tot de verhuurders en studenten die een nieuw contract afsluiten. Het is belangrijk dat zowel eigenaars, ouders als studenten zich altijd grondig informeren vooraleer ze een huurovereenkomst afsluiten. Studenten kunnen enkel wonen in vergunde kamerwoningen. Nu al kan dit leiden tot een controle (na klacht) van de afdeling Bouw- en woontoezicht en tot sancties voor de eigenaar-verhuurders (en dus niet voor de studenten) voor de omvorming van een gezinswoning tot kamerwoning zonder vergunning. Een afzonderlijke campagne voor eigenaars en immobiliënmakelaars wordt hiervoor opgestart. Na verder overleg met de sleutelfiguren uit de Hogescholen en Universiteit, studentenafvaardiging en de stadsdiensten en met de inbreng van enkele experts wil de stad een globaal studentenhuisvestingsplan uitwerken en voorleggen aan de gemeenteraad. Dat zal vermoedelijk in mei of juni gebeuren. * * In aanvulling hierbij meld ik ook dat de federale minister van binnenlandse zaken en de Vlaamse minister van wonen recent het initiatief namen om de burgemeesters en de schepenen van wonen van de grote universiteitssteden uit te nodigen voor een overleg rond de problematiek van de brandveiligheid in aangemelde en niet aangemelde studentenverblijven. 43. 2014_MC_00078 - MONDELINGE VRAAG - BRANDVEILIGHEID STUDENTENWONINGEN. - ISABELLE DE CLERCQ OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : De Clercq Isabelle N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Recent was er een brand met tragische afloop in een studentenwoning in Leuven. De woning in kwestie zou niet geregistreerd hebben gestaan als studentenwoning. De Gentse brandweer bevestigt dat er - ondanks de verplichting in het politiereglement ter zake om aangifte te doen van kamerwoningen - ook in onze stad heel wat niet geregistreerde studentenwoningen zijn, maar zou niet over concrete cijfers beschikken. Wat de wél geregistreerde studentenwoningen betreft, is het aantal jaarlijkse brandveiligheidscontroles eerder beperkt te noemen: 200 op 2968 adressen, met elk 2 tot 30 kamers. De schepen werkt ondertussen al langer aan een globaal studentenhuisvestingsplan. Vraag 1. Is er zicht op het aantal niet-geregistreerde studentenkamers- of woningen en op de brandveiligheid van deze woningen? Wat gebeurt er al dan niet om dit alles in kaart te proberen brengen? 2. Wat zijn de resultaten van de controles in de geregistreerde panden: voldoen deze over het algemeen of is er vaak sprake van ernstige tekortkomingen? Hoe gebeurt de opvolging bij vastgestelde problemen? Zou het niet zinvol zijn om het aantal controles per jaar op te drijven? 3. Welke aandacht zal in het studentenhuisvestingsplan besteed worden aan brandveiligheid? Welke nieuwe initiatieven zullen hierin al dan niet genomen worden om de brandveiligheid van studentenwoningen te maximaliseren? ANTWOORD DEZE VRAAG WERD SAMEN BEANTWOORD MET DE VRAAG IR. 5 VAN DE HEER VELI YÜKSEL Sinds 1990 (gewijzigd in de gemeenteraad in 1994 en 2004 en nu wijziging in opmaak) kent de Stad Gent een politiereglement op kamerwoningen. Dit reglement bepaalt dat een eigenaar verplicht is zich kenbaar te maken bij de Stad als hij één of meerdere kamers in Gent verhuurt. Op basis van deze aangifte als kamerwoning, wordt een controlebezoek ter plaatse ingepland en wordt gecontroleerd of de kamers voldoen aan de brandveiligheidsvereisten die de stad Gent oplegt voor de kamers (voor studenten en niet-studenten) op haar grondgebied. In het kader van dit reglement werden bij de Dienst Preventie (Brandweer Gent) 2968 unieke adressen geregistreerd (gaande van twee tot dertig kamers per adres, goed voor bij benadering 24.250 kamers). Deze zijn aan een eerste onderzoek door de brandweer onderworpen. De recent opgerichte grootschalige collectieve verblijfsaccommodaties voor studenten zijn hier nog niet in meegerekend. 1. 1. Vraag Veli Yüksel: Op welke wijze en met welke regelmaat wordt controle gevoerd op de geregistreerde koten om na te gaan of deze voldoen aan de minimumvereisten voor studentenhuisvesting? Antwoord: Sinds de zomer van 2010 is de Stad Gent gestart met een proactieve aanpak van de kwaliteit en (brand)veiligheid van (studenten)kamers via systematische controle van studentenkamers. Voordien werden enkel controles uitgevoerd na melding of klacht. Dit betekent concreet dat controleurs van de Afdeling Bouw- en Woontoezicht (bevoegd voor de woonkwaliteit en het stedenbouwkundig aspect) samen met de Gentse Brandweer op eigen initiatief én op basis van klachten/meldingen controles uitvoeren in studentenkamers. Om dit mogelijk te maken werd het aantal preventionisten bij de brandweer uitgebreid in 2010. Sinds januari 2014 werden onderling afspraken gemaakt om het aantal wekelijkse gezamenlijke controles nog op te drijven. Vraag Isabelle DC: Wat zijn de resultaten van de controles in de geregistreerde panden: voldoen deze over het algemeen of is er vaak sprake van ernstige tekortkomingen? Hoe gebeurt de opvolging bij vastgestelde problemen? Zou het niet zinvol zijn om het aantal controles per jaar op te drijven? Antwoord: Van de gecontroleerde kamerwoningen in 2012 waren er bij eerste controle meteen 11% conform het integratiedecreet*, 28% dienden finaal ongeschikt of onbewoonbaar verklaard te worden. De andere werden dus in orde gebracht na de bemiddelingsprocedure. Bij niet conforme kamerwoningen volgt immers eerst een bemiddelingsprocedure (met aanmaning om werken uit te voeren) en nadien een officiële procedure tot ongeschikt of onbewoonbaar verklaring. Voor 2013 kon ik nog geen globale cijfers ontvangen. (* integratiedecreet = nieuw decreet waarbij de Vlaamse Wooncode is geïntegreerd in het voormalige kamerdecreet, in werking getreden op 11/08/2013) 1. 2. Vraag Isabelle DC: Is er zicht op het aantal niet-geregistreerde studentenkamers- of woningen en op de brandveiligheid van deze woningen? Wat gebeurt er al dan niet om dit alles in kaart te proberen brengen? 2. 3. Vraag 1 Veli Yüksel: Heeft de schepen zicht op de grootteorde van het aantal nietgeregistreerde studentenkoten in Gent? Antwoord: Gezien het feit dat studenten nergens hun kotadres moeten registreren, is het moeilijk te achterhalen waar de studentenkoten in niet geregistreerde studentenkamers of – woningen zich allemaal bevinden. De dienst Administratie – afdeling bouw- en woontoezicht startte in 2012 met een databank waar alle woningen die betrekking hebben op studentenhuisvesting in worden opgenomen. Op vandaag zijn hier 1440 adressen (goed voor ongeveer 11.000 kamers) in opgenomen. Dit omvat zowel aangemelde als niet aangemelde kamers. Daarnaast houdt de brandweer, in het kader van het politiereglement op de kamerwoningen, eveneens een lijst bij van de aangemelde kamers. Hier zijn 2960 adressen (goed voor ongeveer 24.000 kamers in opgenomen). Sinds januari 2014 is het project kwalitatieve kamerwoningen opgestart bij dienst Administratie. Eén van de doelstellingen van dit project is de aanmaak van een databank van kamerwoningen met als doel het in kaart brengen van de spreiding over het Gentse grondgebied. Volgens de studie van Sum Research (uitgevoerd in 2010) zijn er naar schatting 2.800 gezinswoningen of grote appartementen waar studenten verblijven. 1. 4. Vraag Veli Yüksel: Kunnen in samenwerking tussen de stadsdiensten, de brandweer, de universiteit en hogescholen bijkomende inspanningen worden gedaan om snel zicht te krijgen op het aantal niet-geregistreerde studentenkoten, opdat deze problematiek doelgericht kan worden aangepakt en de veiligheid en kwaliteit van de studentenhuisvesting in onze stad kan worden vergroot? Antwoord: Op dit moment is de stad bezig met de opmaak van een studentenhuisvestingsplan waarbij de moeilijke registratie en de verdere uitbouw van de database mee opgenomen wordt. Een databestand met daarin alle gegevens van de verschillende diensten en hoger onderwijsinstellingen in verzameld, zou een goed overzicht kunnen opleveren. Let wel: de universiteiten en hogescholen weten ook niet steeds waar studenten verblijven. Zij moeten immers enkel hun officieel adres opgeven. Daarnaast is er nu reeds een continue samenwerking tussen de stadsdiensten, de brandweer en de onderwijsinstellingen ikv brandveiligheid en woonkwaliteit. Naar aanleiding van de resultaten van de kotenquête uit 2010, de druk op de eengezinswoningen en het beleid inzake de ‘te beschermen eengezinswoningen’ werd dit academiejaar gestart met een ontradingscampagne tegen de inname van gezinswoningen. Deze richt zich in de eerste plaats tot de verhuurders en studenten die een nieuw contract afsluiten. Het is belangrijk dat zowel eigenaars, ouders als studenten zich altijd grondig informeren vooraleer ze een huurovereenkomst afsluiten. Studenten kunnen enkel wonen in vergunde kamerwoningen. Nu al kan dit leiden tot een controle (na klacht) van de afdeling Bouw- en woontoezicht en tot sancties voor de eigenaar-verhuurders (en dus niet voor de studenten) voor de omvorming van een gezinswoning tot kamerwoning zonder vergunning. Een afzonderlijke campagne voor eigenaars en immobiliënmakelaars wordt hiervoor opgestart. Na verder overleg met de sleutelfiguren uit de Hogescholen en Universiteit, studentenafvaardiging en de stadsdiensten en met de inbreng van enkele experts wil de stad een globaal studentenhuisvestingsplan uitwerken en voorleggen aan de gemeenteraad. Dat zal vermoedelijk in mei of juni gebeuren. * * In aanvulling hierbij meld ik ook dat de federale minister van binnenlandse zaken en de Vlaamse minister van wonen recent het initiatief namen om de burgemeesters en de schepenen van wonen van de grote universiteitssteden uit te nodigen voor een overleg rond de problematiek van de brandveiligheid in aangemelde en niet aangemelde studentenverblijven. 44. 2014_MC_00093 - MONDELINGE VRAAG - COMMUNICATIE WERKEN BRUSSELSESTEENWEG. - GERT ROBERT OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Robert Gert N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Vorige maand deelde de schepen mee dat het communicatiebureau voor de werken op de Brusselsesteenweg - die in principe in april zouden starten - nog niet was aangesteld, maar dat dit zeer spoedig zou gebeuren. Tegelijk kondigde de schepen een infovergadering voor de bewoners en handelaars aan in maart. Ondertussen vernam ik via het antwoord op één van mijn schriftelijke vragen dat er na de winter werken (toplaagvernieuwingen) zijn gepland voor een aantal straten die tijdens de werken aan de steenweg een alternatieve route kunnen vormen (Tweekapellenstraat, Sint-Simonsstraat, Odilon Vanderlindenstraat, Emanuel Hielstraat). Vraag 1. Werd het communicatiebureau ondertussen aangesteld? Waaruit zal de communicatie en informatie tijdens de werken voor/met de burgers bestaan? 2. Is er ondertussen een datum en plaats voor de infovergadering? Werd dit al gecommuniceerd aan de burgers? 3. Hoe zullen de vermelde toplaagvernieuwingswerken afgestemd worden met de werken aan de steenweg? ANTWOORD Het communicatiebureau werd ondertussen inderdaad aangesteld. De opdracht werd gegund aan Antenno Marketing Services. Vermits AWV deze opdracht pas vorige week aan het bureau heeft gegund, is een volledig communicatieplan nog in opmaak. De datum voor die infomarkt is voorlopig vastgelegd op 1 april. Deze datum is echter nog onder voorbehoud omdat er nog geen bevestiging is van alle partners in het dossier. Daarom is deze datum ook nog niet gecommuniceerd naar de bewoners. De concrete omleidingen tijdens de verschillende fases van de werken moeten nog worden vastgelegd, maar uiteraard zullen deze afgestemd worden op de geplande toplaagvernieuwingen in de omgeving. Via de technische werkgroep Minder Hinder van BUZZ worden deze werken gecoördineerd aangepakt. Ik merk ook nog graag op dat deze toplaagvernieuwingen ook een eerder beperkte impact zullen hebben. Een straat voorzien van een nieuwe laag asfalt neemt slechts 1 à 2 weken in beslag. 45. 2014_MC_00082 - MONDELINGE VRAAG - LEEGSTANDSBELASTING VOOR HET GEBOUW VAN DE VOORMALIGE CINEMA REX AAN HET MARIA HENDRIKAPLEIN. - GUY REYNEBEAU OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Reynebeau Guy sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Ik verneem dat er voor het gebouw van de voormalige cinema Rex aan het Maria Hendrikaplein aan de Stad Gent een leegstandsbelasting zal moeten betaald worden. Enerzijds is er de aankoop van een gebouw dat geklasseerd is als erfgoed en waarbij men bij mijn weten ook de verplichting heeft een renovatie binnen een bepaalde termijn uit te voeren en anderzijds stellen we vast dat er nu blijkbaar voor dit zelfde gebouw een leegstandsbelasting moet betaald worden. Wat veronderstel ik het gevolg is van het feit dat er geen start is van werkzaamheden. Vraag Mijn vraag is dan ook of er ondertussen een zicht is op de start van renovatie èn of er enig zicht is op de nieuwe bestemming/functie van het gebouw (horeca?, wonen?, cultuur,...). ANTWOORD op vraag van de auteur wordt deze vraag teruggetrokken en opnieuw ingediend voor het vragenuurtje 46. 2014_MC_00090 - MONDELINGE VRAAG - PARKEERKAART VOOR VOERTUIGEN MET BUITENLANDSE NUMMERPLAAT. - ISABELLE DE CLERCQ OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : De Clercq Isabelle N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Volgens de info op de website van het mobiliteitsbedrijf kan men voor een wagen met buitenlandse nummerplaat geen bewonerskaart krijgen: er staat het volgende: “U rijdt met een buitenlandse nummerplaat Jammer genoeg kunt u geen bewonerskaart aanvragen voor een voertuig met buitenlandse nummerplaat. Het Mobiliteitsbedrijf levert alleen bewonerskaarten af voor voertuigen met Belgische nummerplaat. Dat zegt de wet (Koninklijk Besluit van 20 juli 2001).” Vraag Dat is ook logisch want om in Gent in aanmerking te komen voor een bewonerskaart moet de aanvrager gedomicilieerd zijn op een Gents adres. Dit betekent dat die persoon in ons land woont en dus zijn voertuig in ons land moet laten inschrijven. Toch staan er in de Gentse straten voertuigen met een buitenlandse nummerplaat en een geldige bewonerskaart op die nummerplaat. Hoe verklaart u dit? Hoeveel van dergelijke bewonerskaarten (voor voertuigen met een buitenlandse nummerplaat) zijn er in gebruik? ANTWOORD Bovenstaande regeling wordt binnen het Mobiliteitsbedrijf correct toegepast. Er zijn echter twee uitzonderingen op deze regel die worden toegepast: 1. Wie in Gent gedomicilieerd is en over een voertuig met een buitenlandse nummerplaat beschikt, kan in afwachting van de aanvraag van een nieuwe Belgische nummerplaat voor 3 maand een tijdelijke bewonerskaart krijgen voor zijn voertuig met buitenlandse nummerplaat. Net zoals bij andere tijdelijke bewonerskaarten is deze periode éénmalig verlengbaar met 3 maand. Indien men dan niet voldoet aan de voorwaarden, kan men geen definitieve bewonerskaart ontvangen. Er worden voor deze personen geen definitieve bewonerskaarten uitgereikt op buitenlandse nummerplaten aangezien zij niet voldoen aan het KB. 2. Binnen het KB werd een uitzondering voorzien voor voertuigen die door een buitenlandse werkgever ter beschikking gesteld worden, en waarvoor via een attest kan bewezen worden dat voor het beschikking stellen van dit voertuig BTW wordt betaald bij de federale overheidsdienst Financiën. Zij kunnen dus wel over een permanente bewonerskaart beschikken. Aangezien binnen het huidige softwarepakket van het Mobiliteitsbedrijf geen mogelijkheid is om buitenlandse nummerplaten te identificeren, hebben we geen gegevens ter beschikking over het aantal bewonerskaarten afgeleverd voor buitenlandse nummerplaten. Het gaat echter niet om een overvloed aan kaarten, buitenlandse voertuigen zijn eerder de uitzondering dan de regel. 47. 2014_MC_00096 - MONDELINGE VRAAG - VERBETEREN VAN SPEELMOGELIJKHEDEN IN OOSTAKKER. - SANDRA VAN RENTERGHEM OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In april vorig jaar heb ik u een aantal voorstellen en vragen van burgers uit Oostakker bezorgd in verband met speelplekken in hun buurt. Toen zei u: “Zowel de Groendienst als de Jeugddienst zijn momenteel aan het bekijken wat er kan verbeterd worden aan de speelterreinen in Oostakker. Tevens wordt nagegaan of er nieuwe locaties als speelterrein kunnen ingericht worden.” Vraag Welke beslissingen of concrete acties zijn er gepland als resultaat van deze denkoefening van de diensten? 1. Godelieve Joliestraat Kinderen uit de buurt hadden zelf een voetbaldoel geplaatst op het centrale grasveldje in de wijk. Na klachten van de buurt heeft de Groendienst dat voetbaldoel verwijderd. De suggestie was om op die plek een speeltuin te maken en verder in de buurt naar een terrein te zoeken dat wel geschikt is om te voetballen. Werd er over dit speelterrein verder overleg gepleegd met de buurtbewoners? Zijn er nog klachten over spelende of voetballende kinderen? Zijn er plannen voor dit speelterrein? Is er een oplossing gevonden voor de duidelijke vraag van de kinderen naar een voetbalterrein in de buurt? Is er voor dit speelterrein of voetbalveldje een budget voorzien in 2014? Wordt er eventueel verder in deze legislatuur een project en bijhorend budget voorzien? 2. Laurentiusplein De sloop van het clubhuis kan een opportuniteit zijn om dit park ook voor iets grotere kinderen aantrekkelijk te maken. Is er met de omwonenden/gebruikers overleg over de invulling van dit park? Is er al een heraanleg van het park voorzien? Zijn er voor dit park middelen voorzien in het budget 2014? Wordt er eventueel verder in deze legislatuur een project en bijhorend budget voor het SintLaurentuispark voorzien? 3. Bruisteke In Bruisteke buurt zijn er nieuwe verkavelingen er wonen heel wat jonge gezinnen. U zou navragen of er effectief mogelijkheden zijn voor de aanleg van een speelterrein binnen deze buurt en of dit kan opgenomen worden in de begroting van de Groendienst. Wat heeft het schepencollege in dit verband beslist? is er in 2014 of verder in deze legislatuur een concreet project voorzien? Zo ja, welke is die, wat is de timing en welk budget staat daartegenover? 4. Lotusbosje in april zei u hierover: “ Dit is een bos dat nu nog eigendom is van de Lotusfabriek, maar dit willen we als stad inrichten als speelbos” Is het Lotusbosje al ingericht als speelbos? Graag de stand van zaken. U ging deze plek beter bekend maken, is dit reeds gebeurd? Zo ja, op welke manier? Als dit project nog moet worden uitgevoerd wat is de timing hiervoor? Welk budget is er in het meerjarenplan voorzien? 5. Edward Ronsestraat Het terrein in de Edward Ronsestraat ligt middenin de wijk en bevat naast een kleine speelzone en een verbindingsweg tussen Edmond Ronsestraat en Jozef Cardijnstraat ook een polyvalent grasterrein. Recent werd er door de Sportdienst en op vraag van de buurt ook een fit-point geplaatst. Buurtbewoners vragen om het terrein wat avontuurlijker te maken. De Groendienst ging dit samen met de jeugddienst bekijken. Wat heeft het overleg tussen de diensten opgeleverd? Wat zijn de concrete plannen voor dit terreintje? Wat is de timing en welk budget is hiervoor voorzien? Is hierover verder overlegd met de buurtbewoners? 6. Schansakker Hier werd een bestaand speeltuintje na klachten van omwonenden verwijderd. zijn er verder nog plannen voor dit terreintje? U ging laten onderzoeken of er een nieuw speelterrein kon worden ingericht in de centrale groenzone binnen de wijk Schansakker. Is het overleg hierover met de jeugddienst en met de buurtbewoners opgestart? Zijn er op het overleg al concrete plannen gevolgd? Zo ja, welke zijn die, wat is de timing en welk is het voorziene budget? 7. Staan er eventueel andere projecten op het vlak van speelmogelijkheden voor de vele kinderen en jongeren in Oostakker op stapel? Zo ja, graag hierover meer uitleg. ANTWOORD In overleg met de Jeugddienst van de Stad Gent werd Oostakker als een prioritair gebied naar voor geschoven. Er is alvast een bedrag van 60.000 euro vastgelegd waarmee we nog binnen deze legislatuur een drietal speelzones willen aanpakken in Oostakker. 1. De Godelieve Joliestraat, het terrein aan de Edmond Ronsestraat en de wijk Schansakker komen voor de Groendienst / Jeugddienst hiervoor in aanmerking. Dit wordt nog verder besproken met de Dienst Gebiedsgerichte werking en van zodra de plannen meer concreet worden zullen deze zeker ook aan de buurtbewoners worden voorgelegd. 2. De renovatie van het Laurentiusplein is te recent om nu reeds in aanmerking te komen voor een nieuwe heraanleg van dit park. Bij de afbraak van het clubhuis zullen we moeten kijken hoe de ruimte opnieuw kan ingevuld worden, maar dat zal gebeuren in de rand van het park en zal geen volledige aanpak van het park vragen. Maar ook hier zullen we de omwonenden bevragen over hun wensen. 3. Bruisteke ligt binnen een dicht bebouwde wijk en de mogelijkheden voor de aanleg van een speelterrein liggen niet voor het grijpen. Op dit moment en rekening houdend met de beperkte middelen die er momenteel zijn, zien we daar geen mogelijkheden. Deze wijk ligt wel op loopafstand van de wijk Schansakker die zoals eerder aangegeven in aanmerking komt voor de uitbouw van een speelterrein. 4. Het Lotusbosje is nog steeds eigendom van de firma Lotus Bakeries. Het verwerven van de gronden werd niet opgenomen in de lijst met prioriteiten, wat maakt dat deze realisatie niet binnen de huidige legislatuur zal aangepakt worden. Als de firma Lotus Bakeries dat vrijwillig wil openstellen, zou dat een mooie geste zijn. Maar zoals gezegd zorgen we dus in de Godelieve Joliestraat, aan het terrein aan de Edmond Ronsestraat en in de wijk Schansakker voor nieuwe avontuurlijke speelpleintjes. 48. 2014_MC_00098 - MONDELINGE VRAAG - DEELFIETSEN VOOR GENT. - GERT ROBERT OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Robert Gert N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Midden januari verklaarde de schepen in de pers dat er een nieuw deelfietssysteem komt voor onze stad. Volgens het artikel hebben de Vlaamse ministers van mobiliteit en stedenbeleid toegezegd de helft van het nodige budget te zullen financieren. De stad zorgt zelf voor de andere helft van de middelen. Het nieuwe systeem zou afgestemd worden op de in Gent al bestaande systemen (blue bikes van de NMBS, de rode fietsen van Max Mobiel, de gele fietsen van StudentENmobiliteit). Anders dan in bijvoorbeeld in Antwerpen en Brussel zou het ook de bedoeling zijn dat de fietsen via de gebruikers zelf terugkeren naar de plek waar ze opgepikt zijn. Als argument wordt ingeroepen dat het systeem van Antwerpen en Brussel - waarbij fietsen door gebruikers kunnen achtergelaten worden aan om het even welk fietsstation - te duur is voor een kleinere stad als Gent. Namen heeft nochtans ook een deelfietsensysteem waarbij gebruikers fietsen in om het even welk fietsstation kunnen achterlaten. Vraag 1. Kan de schepen het nieuwe systeem toelichten? Hoe zit de financiering precies in elkaar? Hoeveel zal dit systeem kosten? Wat is de rol van De Lijn? Wat is de timing? 2. Hoe zullen de verschillende deelfietssystemen op elkaar afgestemd worden? Hoe vullen ze elkaar aan? Zullen alle systemen naast elkaar blijven bestaan? 3. Zal het nieuwe systeem gebruiksvriendelijk genoeg zijn om echt aan te slaan? Waarom kan in Gent niet wat in het kleinere Namen blijkbaar wel kan? ANTWOORD Vanuit de Vlaamse Overheid werd de studie “introductie van publieke fijnmazige fietsdeelsystemen in de Vlaamse centrumsteden adhv 2 pilootsteden” gelanceerd. Een studiebureau heeft een aantal scenario’s uitgewerkt, waarbij alle kosten, rollen en financieringsmogelijkheden in kaart gebracht worden. Deze studie heeft aangetoond dat er wel degelijk potentie is in Gent voor een fietsdeelsysteem. Als gevolg van deze studie hebben we beslist het systeem ‘kleinschalig fietsdeelsysteem’ als voorkeursvariant te selecteren. Ik wil in de eerste helft van 2014 de goedkeuring van een bestek voor een ‘kleinschalig fietsdeelsysteem’ aan de Gemeenteraad voor leggen. In dit bestek wordt een opdrachtomschrijving uitwerken waarbij er tussen 75 en 150 fietsen op een 10 tal verschillende locaties ter beschikking gesteld zullen van potentiële fietsdelers. Volgens de studie zouden de geraamde exploitatiekosten van een dergelijk systeem variëren tussen de 100.000 euro tot 200.000 euro, maar deze raming zal nog verder verfijnd worden door het Mobiliteitsbedrijf. We starten met een systeem “back to one”. Dit betekent dat de fietsen teruggebracht moeten worden naar dezelfde plaats waar men vertrokken is. De voornaamste reden voor dit systeem is het hoge fietsbezit in Gent en de veel lagere kost van dit systeem. Een systeem zoals in Antwerpen en Brussel (“back to many”) is al onderzocht in het verleden, in kwam neer op een kostenplaatje van 1.2 miljoen euro per jaar. U begrijpt dat we een dergelijke recurrente kost in deze tijden niet kunnen dragen. Dit systeem kan doorgroeien naar een systeem “back to many”, maar hierover nu al speculeren is veel te vroeg. We willen eerst starten met een eerder kleinschalig initiatief. Door een goed opgebouwd systeem dat zich vooral richt op de niches die er momenteel zijn (P&B, bedrijventerreinen, enkele dichtbevolkte woonbuurten, etc) denken dat we daar het fietsen verder kunnen stimuleren met dit deelfietsensysteem. Afstemming met de andere systemen van StudentENmobiliteit, MaxMobiel en Blue Bike wordt verder bekeken. Het is echter duidelijk dat een kostenefficient en performant systeem als de StudentENmobiliteit niet zo maar kan vervangen worden door een deelfietsensysteem. Dit is veel duurder en sluit veel minder aan op de behoeftes van de studenten. Ik ken het systeem in Namen niet in detail, maar vermoedelijk gaat het om een “back to many”systeem. Blijkbaar maakt men in Namen andere keuzes dan in Gent. Namen is dan ook een andere stad, van een andere grootte met een ander mobiliteitsprofiel. Ik heb me niet verdiept in het mobiliteitsprofiel in Namen, maar het lijkt me aannemelijk om te denken dat het fietsbezit daar veel lager is dan in Gent. En juist dat is van groot belang indien je kiest voor een bepaald systeem, want dat betekent dat je bewoners een duidelijke doelgroep zijn, terwijl die bewoners in Gent veel minder een doelgroep is, juist omwille van het hoog fietsbezit. 49. 2014_MC_00100 - MONDELINGE VRAAG - ACTIEGROEP TEGEN LAWAAIHINDER E17. - SARA MATTHIEU OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Matthieu Sara Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op een mobiliteitsavond in het kader van de wijk van de maand in Gentbrugge presenteerde zich een nieuwe actiegroep tegen de geluidshinder van het E17 viaduct. Ondanks de trajectcontrole die de snelheid ter plekke heeft verlaagd, is het lawaai van het viaduct nog steeds een groot probleem voor de buurtbewoners. Ook het natuurgebied de Gentbrugse Meersen, waar vele Gentbruggenaars op zoek gaan naar wat rust en natuur, heeft te lijden onder het lawaai. De actiegroep duidt een aantal pijnpunten aan, zoals een gat in de geluidsschermen, maar vooral de voegen in de brug zorgen voor erg veel hinder wanneer er over gereden wordt. Dit sinds de heraanleg in 2003. Vraag Bent u bereid deze problematiek aan te kaarten bij de Vlaamse regering, met als specifieke vragen: -Te bekijken of we vrachtverkeer langs de R4 om kunnen leiden; -De snelheid verder kunnen verlagen op het viaduct; -Het geluidsscherm volledig te dichten; -Voor fluisterasfalt te kiezen en de voegen aan te pakken bij een volgende heraanleg van het wegdek? ANTWOORD De problematiek van de geluidsoverlast van het viaduct is inderdaad al een oud zeer. Ik ondersteun dan ook zeker de vragen vanuit de actiegroep en via gebiedsgerichte werking hebben we met deze groep bewoners ook al contact gehad. Ik heb vernomen dat zij gisteren een overleg hadden met Peter De Backer, directeur van AWV Oost-Vlaanderen, maar dat hier weinig concrete engagementen zijn uitgesproken. Ik heb vernomen dat AWV bereid zou zijn om de omleiding van het vrachtverkeer via de R4 te onderzoeken, maar voor de pistes om de snelheid verder te verlagen, bekomende geluidsschermen te plaatsen of na te denken over een tunnelscenario op lange termijn, bleek weinig animo. De problematiek van de voegen zal wel – zij het in beperkte mate – zeer binnenkort worden aangepakt. AWV zal hieraan opnieuw herstellingswerken uitvoeren. Deze werken staan voorlopig gepland voor volgende week – van vrijdagavond 21u00 tot maandagochtend 6u – maar zijn afhankelijk van het weer. Sowieso wordt er de woensdag voordien communicatie verstuurd naar de pers en belangrijke stakeholders zoals de transportfederatie, VOKA en UNIZO. De aanleiding van de werken is een kapotte voeg ter hoogte van de Emiel van Swedenlaan in de richting van Antwerpen, maar AWV zal van de gelegenheid gebruik maken om ook een aantal andere voegen aan te pakken. Voor deze werken gaat de oprit Gentbrugge richting Antwerpen een weekend dicht en is op het viaduct richting Antwerpen enkel de linkerrijstrook beschikbaar. De andere vragen van het actiecomité waarop AWV blijkbaar niet onmiddellijk kan of wenst in te gaan, zal ik zeker meenemen in mijn verdere besprekingen met AWV. 50. 2014_MC_00103 - MONDELINGE VRAAG - OVERLEG ROND VERNIEUWING MOSKEE ELYZEESE VELDEN. - ASTRID DE BRUYCKER OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : De Bruycker Astrid sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De vzw Al Markaz Idara heeft eind vorig jaar een aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning ingediend met het oog op de volledige vernieuwing van de moskee gelegen aan de Elyzeese Velden 35-37. De bedoeling zou zijn om de huidige gebedsruimte, het sanitair en de klassen te slopen en een volledig nieuw educatief socio-cultureel centrum met moskee te bouwen. Tot op vandaag heerst er een goede verstandhouding met de buurtbewoners. Het enige probleem dat regelmatig wordt aangekaart is de parkeeroverlast op drukke momenten zoals vrijdagen. Wel roepen de aangekondigde bouwplannen verschillende vragen op bij de buurtbewoners, voornamelijk met betrekking tot de uitbreiding van de bezoekerscapaciteit, mogelijke geluidsoverlast en mogelijke inkijk. Hoewel de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning intussen werd teruggetrokken, denk ik dat, met het oog op een nieuwe aanvraag, het wenselijk zou zijn dat de stad in dit dossier een faciliterende rol opneemt. Het gaat weliswaar om de ontwikkeling van privaat terrein, maar door de omvang van het project kan de impact op de buurt groot zijn. Vraag Kan men vanuit de stad een dialoog opstarten tussen de vzw en de buurtbewoners? In zo’n kader zou de vzw meer duidelijkheid kunnen verschaffen over de toekomstplannen met betrekking tot de moskee en kunnen buurtbewoners op hun beurt hun bezorgdheden delen. ANTWOORD De Moskee Al Markaz in de Elyzeese Velden is van Marokkaanse oorsprong en is daar ongeveer 10 jaar gehuisvest. De Moskee werd ingericht in een bestaand magazijn en bijhorende gebouwen. Er was voor deze functiewijziging destijds geen stedenbouwkundige vergunning vereist. Als de hoofdfunctie van een onroerend bebouwd goed geheel of gedeeltelijk wordt gewijzigd naar de hoofdfunctie gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen is geen stedenbouwkundige vergunning noodzakelijk. Een moskee is een religieuze instelling, een gebouw voor erediensten en valt onder de functiecategorie gemeenschapsvoorziening en openbare nutsvoorziening. De bestaande functie wordt dan ook aanzien als behoorlijk vergund. Het gebouw is nu reeds een aantal jaren in gebruik maar voldoet niet aan de hedendaagse normen. Daarom wenst men nu aan vernieuwbouw te doen. Op 14/11/2013 werd een stedenbouwkundige vergunning aangevraagd voor ‘het slopen van een gebedsruimte, sanitair en klassen voor het bouwen van een educatief socio-cultureel centrum met moskee’. Deze aanvraag werd op verzoek van de aanvrager en architect ingetrokken op 17/01/2014. Vermoedelijk zal binnenkort een nieuwe aanvraag worden ingediend. Deze aanvraag zal, net zoals de vorige aanvraag, worden onderworpen aan een openbaar onderzoek. Alle rechtstreeks aanpalende eigenaars worden aangeschreven en daarnaast dient de aankondiging van het openbaar onderzoek ook op een duidelijk zichtbare plaats aan het gebouw te worden aangeplakt. Gedurende die 30 dagen kan iedereen, ook zij die niet werden aangeschreven, deze aanvraag komen inkijken en eventuele opmerkingen of bezwaren formuleren. Tijdens het openbaar onderzoek van de vorige aanvraag werden 28 eigenaars aangeschreven en werden er 11 bezwaarschriften ingediend. De vernieuwbouw van de moskee is een privaat initiatief, een infomoment tussen de mensen van Al Markaz en de buren is zeker een goede suggestie en dit gebeurt best vòòr het openbaar onderzoek. De wijkregisseur zal contact opnemen met de vergunningsaanvragers en hen vragen een infomoment te organiseren voor de buurt, voorafgaand aan het openbaar onderzoek van de nieuwe vergunningsaanvraag. Wij kunnen hen hier echter niet toe verplichten. 51. 2014_MC_00101 - MONDELINGE VRAAG - WEGENWERKEN SINTLAURENTIUSLAAN TE OOSTAKKER. - SANDRA VAN RENTERGHEM OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op de Sint-Laurentiuslaan wordt er aan de weg gewerkt. De baan staat vol paaltjes en hekjes rond de stroken van het wegdek die worden aangepakt. Dit betekent dat het verkeer tussen de afsluitingen moet zigzaggen, ook de fietsers die tussen de auto’s op de rijbaan moeten fietsen. Het is een zeer gevaarlijke situatie vooral ook als het regent of donker is, zoals in bijgevoegde foto’s te zien is. Vraag Dit is niet de eerste keer dat deze weg opgelapt wordt. De werken die nu gebeuren zullen ook maar een tijdelijke verbetering zijn. Waarom wordt deze weg niet volledig en grondig hersteld zodat dergelijke situaties niet meer nodig zijn? BIJLAGEN ANTWOORD De noodzakelijke herstelling van de beschadigde betonvakken in de Sint-Laurentiuslaan is ingrijpend en zorgt inderdaad voor enige hinder. Er is dan ook op voorhand beslist de werken in meerdere fases te laten verlopen. Tijdens de eerste twee fases werd telkens maar gewerkt aan één kant van de rijbaan, waardoor het verkeer nog op een gepaste manier de werken enigszins kon passeren. Bij de opstart van de derde fase heeft de aannemer helaas meerdere herstellingswerken uitgevoerd aan beide kanten van de rijbaan, waardoor er inderdaad een ongelukkige situatie is ontstaan en weggebruikers enigszins gehinderd worden. Bij de opstart van de volgende (vierde) fase zal dergelijke situatie vermeden worden. Er zal aan de aannemer gevraagd worden om de herstellingswerken terug te groeperen en slechts aan één kant van de rijbaan te werken om de doorstroming van alle weggebruikers te vereenvoudigen. Ook zal waar het mogelijk is voorzien worden dat fietsers aan de rechterzijde, overheen de parkeerstrook langsheen een herstelling, zou kunnen fietsen. De huidige situatie blijft evenwel nog gehandhaafd tot eind februari 2014. Om een kwalitatieve afwerking te garanderen moeten de herstellingswerken (gegoten betonplaten) immers minstens 3 weken uitharden. De situatie nu veranderen en verkeer over de pas gegoten betonplaten laten rijden, zou de herstelling beschadigen. De herstellingswerken zijn inderdaad ingrijpend, maar zouden ook zeer duurzaam moeten zijn. Een integrale heraanleg van deze straat staat niet gepland. De fietssuggestiestroken zullen evenwel, als het weer het toelaat, in het voorjaar terug opgefrist worden in heel de laan 52. 2014_MC_00104 - MONDELINGE VRAAG - BOMEN OP DE KORENMARKT. SARA MATTHIEU OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Matthieu Sara Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In de commissie van september vorig jaar stelde ik de vraag naar de mogelijkheid tot het alsnog voorzien van bomen op de korenmarkt. Heel wat Gentenaars alsook plaatselijke horeca reageerden positief op de oproep voor meer groen op deze centrale plaats in onze stad. Het introduceren van bomen zou er ongetwijfeld een aangenamer plein van kunnen maken. De schepen antwoordde op mijn vraag met de bevestiging dat de stadsdiensten het nodige studiewerk zouden verrichten om te bekijken of dit zou kunnen worden gerealiseerd. Vraag Zijn er ondertussen resultaten van dit onderzoek? Wat betekent dit voor de concrete realisatie van groen op de Korenmarkt? ANTWOORD Naar aanleiding van uw vraag in september naar een onderzoek naar groen op de Korenmarkt heb ik de stadsdiensten meteen gevraagd om dit te onderzoeken of er groen op de Korenmarkt kan voorzien worden De stadsdiensten zijn gestart met het historisch onderzoek naar groen op de Korenmarkt. Volgens het archiefmateriaal waren er tegen de Sint-Niklaaskerk, kant Cataloniëstraat, en Korenmarkt bomen ingeplant. Voor de cafés kant Postgebouw en voor de huidige Mac Donalds werden planten in korven of bakken terug gevonden. Daarnaast is het ook interessant om op de historische kaarten en foto’s de voormalige bouwblokken en kiosk terug te zien. Op de terrassenzones kant Klein Turkije/Donkersteeg stonden er ook een aantal solitaire bomen, tot net voor de recente heraanleg van de Korenmarkt. Afgelopen maanden zijn in overleg met de stadsdiensten ook belangrijke randvoorwaarden aangehaald voor het voorzien van groen op de Korenmarkt. Ik geef ze u graag alvast mee: - Voor een grote boom is al gauw een plantvolume van 60m³ en voor een kleine boom een plantvolume van 20 à 30 m³ vereist ondergronds zodat deze volwaardig zou kunnen uitgroeien; - Boven een riolering is geen boom gewenst; - De nutsleidingen kunnen we slechts beperkt verplaatsen; - De bovenleidingen van de tram zijn ook bepalend voor de exacte inplanting van een boom; - Gevels moeten bereikbaar zijn voor brandweer en hulpdiensten; - Evenementen, markten en foren moet kunnen plaats vinden in veilige omstandigheden; - Loopstromen zijn te respecteren; - Monumenten moeten degelijk verlicht kunnenblijven - Zicht op de unieke torenrij is te behouden - Tot slot de verwachte kunstwerken dienen in het geheel tot hun recht te kunnen komen In functie van deze randvoorwaarden zijn diverse voorstellen besproken en opgemaakt. Nog maar pas heb ik ook advies gevraagd en ontvangen van de ontwerpers van het plein Robbrecht en Daem Architecten en Marie-José Van Hee. Hun advies omvat enkele goeie voorstellen aanvullend op de eerdere voorstellen die we gemaakt hebben. Deze gaan we nu van nabij verder bestuderen. We informeerden ook bij de eigenaar van het gerenoveerde ‘Sarma-complex’ om een groengevel te voorzien, maar de eigenaar vond dit niet wenselijk om diverse redenen. Welke stappen nemen we verder? - We zijn nog in overleg met de organisatoren van de Gentse Feesten voor de realisatie van hun constructies (o.a. het podium) in functie van de bomen; - Het overleg met horeca wordt gepland; - Besprekingen over het detailontwerp met de betrokken stadsdiensten, De Lijn, Onroerend Erfgoed en de nutsmaatschappijen; - We verzorgen afstemming inzake inplanting van de bomen met de concepten in opmaak voor de 2 kunstwerken. Timing Gezien de lopende contracten met de standhouders van de Gentse Feesten kunnen de bomen ten vroegste in het najaar 2015 gepland worden. Het is niet de bedoeling dat wij de bestaande contracten stopzetten en hiervoor schadevergoeding zullen betalen. Het is ook nodig om een stedenbouwkundige vergunning aan te vragen bij een uitbraak vanaf 150 m². Dit is de stand van zaken. 53. 2014_MC_00105 - MONDELINGE VRAAG - ZWAAR SLUIPVERKEER WITTEWALLE. - SANDRA VAN RENTERGHEM OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Het smal stukje weg dat van de Kennedylaan richting Wittewalle gaat wordt vaak gebruikt als sluipweg voor zwaar verkeer. Er zijn hierover al lange tijd veel klachten. De bewoners hebben regelmatig schade aan hun eigendom veroorzaakt door voorbijrijdende vrachtwagens. Er wordt zelfs tegen de rijrichting in gereden wat levensgevaarlijk is. De oplossing is bekend namelijk het doorknippen van de weg maar het stadsbestuur zou daarmee wachten tot de werken aan het op- en afrittencomplex van de R4 – Langerbruggestraat klaar zijn. Er circuleren wel geruchten dat de weg eerder zou afgesloten worden. Bewoners melden mij dat zij op hun herhaalde klachten en vragen naar informatie geen antwoord krijgen van het bestuur. Vraag Wanneer precies wordt dit stukje weg afgesloten voor doorgaand verkeer? Welke maatregelen neemt u om het probleem van het doorgaand zwaar verkeer daar aan te pakken? Wat doet u om de bewoners goed te informeren? ANTWOORD De werken voor het op- en afrittencomplex aan de Langerbruggestraat worden nog dit voorjaar gegund. AWV voorziet dat deze 1,5 jaar zullen duren. Een meer exacte startdatum of timing kan ik u op dit moment niet geven maar de start is voorzien in het najaar van dit jaar. We hebben inderdaad nog steeds het plan om Wittewalle te knippen, maar wachten daarmee inderdaad tot het afrittencomplex Langerbrugge is afgewerkt. Dit is voornamelijk om veiligheidsredenen. Wanneer Wittewalle wordt geknipt, kan het vrachtverkeer dan nu aan de bedrijven moet zijn die in het smalle stuk Wittewalle liggen – tegen de R4 – enkel nog wegrijden via de R4 en niet meer via Oostakker. Momenteel is dat een zeer gevaarlijk manoeuvre. Vrachtwagens moeten een steile helling nemen en dan vanuit bijna-stilstand invoegen op de R4, waar er 90km/u wordt gereden. En dat zonder invoegstrook. Vanaf het moment dat het nieuwe afrittencomplex aangelegd is, zal de oprit richting Zelzate doorgetrokken worden tot voorbij Wittewalle en dienst doen als een parallelweg en invoegstrook waarop de vrachtwagens snelheid kunnen maken alvorens te moeten invoegen op de R4. Om de problematiek van het doorgaand vrachtverkeer aan te pakken, geldt er nu al een tonnagebeperking van 3,5 ton. Tegen zwaarder vrachtverkeer, alsook uiteraard tegen verkeer dat in de tegengestelde rijrichting rijdt, kan dus door de politie worden opgetreden. Het algemeen weren van zwaar verkeer in Oostakker ligt niet voor de hand. Uit de studie van het projectenbureau Gentse Kanaalzone blijkt dat er van het vrachtverkeer door Oostakker slechts 4% doorgaand verkeer is. De overige 96% hebben er een bestemming. Maar dus wat de lokale problematiek van de onveilige en hinderlijke situatie in Wittewalle betreft, zien we het knippen als een oplossing vanaf het moment dat het afrittencomplex Langerbrugge is voltooid. De communicatie over de werken aan het afrittencomplex ligt in handen van AWV. We voorzien in een gezamenlijke infovergadering, waarop we ook de plannen voor het knippen van Wittewalle op termijn kunnen communiceren. Vanaf het moment dat de timing voor de werken vastligt, kan ook het moment voor deze infovergadering worden afgesproken. 54. 2014_MC_00108 - MONDELINGE VRAAG - BESLISSING OM DE VOLDERSSTRAAT PERMANENT TE ‘KNIPPEN’. - VELI YÜKSEL OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Yüksel Veli CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Eind januari besliste het stadsbestuur om de tijdelijke verkeerssituatie in de Voldersstraat, waarbij autoverkeer uit de Korte Meer niet langer linksaf kan, permanent te maken. De beslissing wordt ondersteund met een enquête van het Mobiliteitsbedrijf, waarbij 139 ‘passanten, handelaars, klanten, buurtbewoners, fietsers, voetgangers en autogebruikers’ werden bevraagd. Vraag i. Graag wat meer uitleg over deze enquête, de manier waarop deze werd afgenomen (tijdstip, vraagstelling, selectie geënquêteerden) en de resultaten. ii. Om laden en lossen mogelijk in het afgesloten gedeelte mogelijk te maken, wordt naar verluidt overwogen om dynamische paaltjes te plaatsen. Wanneer zal dat kunnen gebeuren? Dat zou immers ook de doorgang van de hulpdiensten vergemakkelijken. iii. In de pers werd gemeld dat de Hoornstraat en het geknipte stuk van de Voldersstraat zullen worden heraangelegd om ze beter te doen aansluiten bij het winkelwandelgebied van de Veldstraat. Wanneer zal dat gebeuren? ANTWOORD vraag werd niet behandeld tijdens de commissie omdat de auteur reeds afwezig was. Na overleg met de fractie, wordt deze vraag opnieuw ingediend als schriftelijke vraag 55. 2014_MC_00109 - MONDELINGE VRAAG - FIETSONDERDOORGANG TER PLATEN. - SARA MATTHIEU OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Matthieu Sara Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Onlangs werd de langverwachte fietsonderdoorgang aan ter platen in gebruik genomen. De komst van de nieuwe fietsonderdoorgang is goed nieuws voor de zwakke weggebruikers. Dankzij de verbinding tussen de Isabellakaai en de Stropkaai hoeven zij niet langer de drukke stadsring over te steken. Gezien het hier om een druk gebruikte fietsas gaat is dit een belangrijke stap voor de verkeersveiligheid. De toegang tot de onderdoorgang is echter nog een pijnpunt. De fietsers op de stropkaai worden geconfronteerd met vaak gevaarlijke manoeuvres van auto's die van de R4 komen of zelfs de straat in de verkeerde richting inrijden. Vraag Komen er maatregelen om de stropkaai veiliger te maken voor zwakke weggebruikers? Bijvoorbeeld bijkomende signalisatie, verkeersremmende maatregelen of het zogeheten 'knippen' van de straat? ANTWOORD Het is inderdaad voor de hand liggend dat we in de Stropkaai maatregelen nemen om het comfort en de veiligheid voor de fietsers te verhogen. Naar mijn mening doen we dit het best door de Stropkaai zelf een stuk autoluwer te maken. Ik ben dan ook uw idee voor het knippen van de Stropkaai het meest genegen. Dit moet echter bekeken worden binnen het bredere perspectief van de verkeerscirculatie in de Stropwijk en rekening houdend met de bereikbaarheid van bepaalde bedrijven en functies daar. Als eerste stap heb ik aan het Vlaams gewest gevraagd om de linksafslag op de Terplatenbrug, komende van de Sint-Lievenspoort, af te schaffen. Observaties leren dat deze afslagbeweging sluipverkeer mogelijk maakt tussen de R40 en de Burggravenlaan en dat dit ook veruit de gevaarlijkste beweging is voor fietsers op de Stropkaai en de Citadellaan. Hier zijn al ongevallen met fietsers gebeurd. Ik heb nog geen officiële goedkeuring ontvangen, maar de gesprekken daarover verliepen positief. Ik ben ervan overtuigd dat deze maatregel al heel veel autoverkeer van de Stropkaai zal wegnemen. Vanaf het moment dat we hiervoor groen licht krijgen van Vlaanderen, zullen we dit onmiddellijk invoeren en uiteraard goed monitoren om te bekijken of er nog bijkomende maatregelen nodig zijn. 56. 2014_MC_00110 - MONDELINGE VRAAG - VERNIEUWING HONDELEE (ZWIJNAARDE). - SAMI SOUGUIR OPSCHRIFT Commissie Openbare Werken, Mobiliteit en Stedenbouw - vergadering van donderdag 13 februari 2014 Raadslid (-leden) : Souguir Sami Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op 29 januari vond in het Ontmoetingscentrum Zwijnaarde een informatievergadering voor buurtbewoners plaats over de geplande rioleringswerken en de integrale vernieuwing van de Hondelee en Zwartekobenstraat. De bedoeling van deze informatievergaderingen is dat bezorgdheden kunnen worden meegenomen. Uit de signalen die ik uit de buurt opvang blijken er heel wat bezorgdheden te zijn, meer bepaald over de ingrijpende rioleringswerken waarbij men er, in een deel van de Hondelee, voor kiest de bestaande riolering te vervangen door open grachten. Dit zal niet alleen het straatbeeld ingrijpend veranderen. Men zal hierdoor ook niet meer dwars kunnen parkeren, waardoor heel wat parkeercapaciteit verloren gaat en de toegang tot de woningen zal worden beperkt tot een smalle oprit. Hoewel nabij de voetbalterreinen wel gekozen wordt voor dwarsparkeerplaatsen waardoor de bestaande parkeercapaciteit behouden blijft vrezen bewoners dat keuzes gemaakt werden op basis van momentopnames en dat de parkeerproblemen, die er nu soms al zijn, alleen maar erger zullen worden. Concreet heb ik dan ook volgende vragen: Vraag Waarom werd in de ontwerpplannen gekozen voor het gebruik van open grachten? Zal met de bezorgdheden van de bewoners rekening gehouden worden? Zullen de ontwerpplannen op basis hiervan nog aangepast worden? ANTWOORD Er werd gekozen voor het gebruik van open grachten omdat het steeds duidelijker wordt dat het niet mogelijk zal zijn klimaatverandering volledig te voorkomen (mitigatie). Een weldoordacht ontwerp van de openbare ruimte kan de gevolgen van de klimaatverandering mee opvangen (adaptatie). Open water draagt bij om hitte-eilandeffecten, extreme droogte en wateroverlast te beperken. Bijkomende voordelen zijn de positieve beleving van open water en de positieve ecologische effecten, zoals het zelfreinigende vermogen van open waterlopen en een toename van de biodiversiteit. Volgens de krachtlijnen van het integraal waterbeheer moet in de ruimtelijke planning het watersysteem, waartoe grachten behoren, mee worden herkend als een ordenend principe bij de toekenning van functies in een gebied. In de woongebieden moet water als een element van ruimtelijke kwaliteit worden geherwaardeerd. De grachten dragen bijgevolg bij voor een opwaardering van de kwaliteiten van het ontwerp van Hondelee op verschillende vlakken: Stedenbouwkundig zullen ze in het geval van Hondelee instaan om het landelijk karakter te versterken. Door het invoeren van de grachten kunnen we het huidige overgedimensioneerde verkavelingsbeeld breken. Op hydraulisch vlak staan de grachten enerzijds in voor de infiltratie, hierdoor worden de waterlopen minder belast en de grondwatertafel op peil gehouden. Anderzijds hebben de grachten ook een groot bufferend vermogen, waardoor het water dat niet infiltreert, vertraagd afgevoerd wordt richting de stroomafwaarts gelegen waterlopen. Milieutechnisch is het ook een must om op plaatsen waar het mogelijk is, zoals in het breedste deel van Hondelee, open grachten aan te leggen. Hierdoor creëren we binnen het openbaar domein een duurzaam ecosysteem waar waterplanten, kikkers, insecten,… een nieuwe thuis krijgen. Aangezien we ook veel minder bodemvreemd materiaal zoals beton nodig hebben om grachten aan te leggen dan bij een traditioneel systeem is deze oplossing ook veel duurzamer. Verkeerstechnisch zorgen de grachten voor een snelheidsremmend effect aangezien ze samen met de bomen het straatbeeld een deel gaan versmallen. In uw vraag stelt u ook dat men niet meer zou kunnen dwarsparkeren. Mag ik er u op wijzen dat dit vandaag eigenlijk niet toegelaten is. Er zijn vandaag geen dwarse parkeerplaatsen aangelegd of aangeduid. Bijgevolg moet er volgens de wegcode evenwijdig met de rijbaan geparkeerd worden. In de toekomst worden 43 reglementaire dwarsparkeerplaatsen gerealiseerd ter hoogte van het voetbalveld in functie van het occasioneel bijbehorend gebruik. Gelet op dit niet permanent gebruik worden deze aangelegd in grasdallen om het aandeel verharding maximaal te beperken. Ik hoef u gelet om mijn eerder betoog over de open grachten niet meer te herhalen waarom we streven naar beperking van verharding (misschien ook de situatie in Verenigd Koninkrijk aanhalen tot wat dit allemaal kan leiden in cumulatie) Alle opmerkingen o.m. van het infomoment worden bijgevolg geëvalueerd. Hiervoor zal het ontwerp terug op agenda geplaatst worden van de werkgroep IKZ heraanleg wegen. Deze werkgroep stond in voor de opmaak van het huidige voorontwerp en zal deze opmerkingen verder onderzoeken. Afhankelijk van de consensus die bereikt wordt binnen de werkgroep IKZ heraanleg wegen zullen de plannen behouden of aangepast worden. 57. 2014_MC_00057 - MONDELINGE VRAAG - SLUITING BUURTCENTRUM DE KLUTS, LINNENSTRAAT. - JEF VAN PEE OPSCHRIFT Commissie Welzijn, Werk en Milieu - vergadering van dinsdag 18 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Pee Jef CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In september 2012 opende buurtcentrum De Kluts in de Linnenstraat zijn deuren. Er worden ondertussen heel wat activiteiten georganiseerd. De buurt is enthousiast over de werking. Nochtans zijn er geruchten dat het buurtcentrum binnenkort zal sluiten. Vraag Kan het stadsbestuur dit bevestigen? Wat is de reden voor deze sluiting anderhalf jaar na de opening? Kadert dit in de besparingsmaatregelen van de stad? Wat is de toekomstvisie inzake het gebouw? Wat gebeurt er met de medewerkers? ANTWOORD Alle diensten moeten besparen, ook de Dienst Buurtwerk. Er werd een oefening gemaakt gebaseerd op enerzijds de kansarmoede-cijfers, anderzijds het proces waar de buurtwerken inzitten. Wat is de toekomstvisie inzake het gebouw? Er werd niet gekozen om een werking te stoppen. Dit zou met het oog op de komende nieuwe departementsstructuur geen goed beleid zijn. Wel werd er bekeken op welke wijze deze werking kon geheroriënteerd worden. Buurtwerk Rooigem heeft zich in deze startfase vooral gericht op het verkennen van de wijk en zijn organisaties en heeft al enkele prikkels georganiseerd vanuit het nieuwe centrum om na te gaan wat best werkt in deze wijk. Vanuit dit materiaal zal nu samen met het OCMW bekeken worden met welke partners best in zee kan worden gegaan, om een geïntegreerd aanbod in deze wijk uit te bouwen. Een integrale samenwerking met andere partners in de wijk is een oefening die ook wordt meegenomen in de werkingen van de andere buurtcentra. De inzet vanuit de Dienst Buurtwerk wordt inderdaad afgeslankt, maar door deze geïntegreerde uitbouw zal de werking in de wijk Rooigem meer groeikansen krijgen. Op deze wijze wordt de wijk Rooigem één van de piloten binnen de nieuwe geïntegreerde aanpak op wijkniveau, waarbij het lokaal dienstencentrum en het welzijnsbureau worden betrokken. De groepen die nu reeds door buurtwerk worden ondersteund, zoals de straatcomité’s en de groepen die binnen de nieuwe werking vooral binnen het centrum vorm kregen, worden opgenomen binnen deze nieuwe aanpak. Wat gebeurt er met de medewerkers? 1 medewerker blijft in het buurtwerk Rooigem, 1 buurtwerk vult een plaats in het buurtwerk Nieuw Gent. 58. 2014_MC_00067 - MONDELINGE VRAAG - ENERGIEARMOEDE EN ACHTERSTALLIGE FACTUREN NUTSMAATSCHAPPIJEN. - GREET RIEBBELS OPSCHRIFT Commissie Welzijn, Werk en Milieu - vergadering van dinsdag 18 februari 2014 Raadslid (-leden) : Riebbels Greet sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Als burgers hun facturen voor gas, elektriciteit en water niet tijdig betalen treedt er bij de leveranciers een procedure in werking die moet leiden tot een sociaal haalbaar afbetalingsplan. De nutsmaatschappijen organiseren daarbij samen met het OCMW op regelmatige tijdstippen zogenaamde LACs (lokale advies commissies). De burger met nutsschulden wordt dan opgeroepen om uitleg te geven bij zijn financiële situatie en de reden van de achterstalligheid. Hij krijgt daar ook inspraak in de snelheid waarmee hij zijn schuld zal en kan afbetalen. In de jongste zitting van de ‘Lac TMVW’ viel mij op dat 20 van de 57 opgeroepen burgers, dat is meer dan een derde, een achterstallige waterfactuur had van boven de 2000€. Meer dan 20 procent keek aan tegen een factuur boven de 3000€. Er waren zelfs uitschieters van 5000 en van 7000€. Als je zo’n bedrag moet afbetalen aan vb 50 euro per maand dan ben je 140 maanden bezig. (11 jaar) De LAC-procedure is er nochtans op gericht om zo snel en menselijk mogelijk in te grijpen in een situatie die dreigt mis te lopen. Vraag De frequentie “Lac Eandis – gas en elektriciteit” en de Lac TMVW – water” verschilt. De ene vindt wekelijks plaats, de andere maandelijks. Wat is de reden van dat verschil? Speelt de lagere frequentie van de Lac TMVW” een rol in het laten oplopen van schulden tov de watermaatschappij? Overweegt het OCMW om deze frequentie (en het maandelijks behandeld aantal dossiers ‘waterschulden bij Gentse gezinnen’ - ongeveer 60 per maand) op te drijven als zou blijken dat TMVW meer achterstallige betalingen zou vaststellen? Op het einde van de lange onderhandelings- en aanmaningsprocedure volgt in sommige gevallen de afsluiting van het water. Budgetmeters voor water (zoals wel mogelijk voor elektriciteit) zijn vooralsnog niet mogelijk? ANTWOORD Er zijn verschillende redenen waarom de frequentie verschilt van de Lokale advies commissies van gas en elektriciteit én die van water. Ten eerste zijn de redenen om vanuit Eandis ( de verdeler van Gas en elektriciteit) een dossier voor de Lokale Adviescommissie te brengen, veel uitgebreider dan deze bij TMVW ( verdeler van water) Bij TMVW gaat het enkel over achterstallige waterfacturen, terwijl dit bij Eandis breder gaat: ook niet-betaalde maandelijkse factuur van gas en/of elektriciteit, maar ook - het niet opvolgen van een afbetalingsplan gas en/of elektriciteit - het niet opladen van een budgetmeter gas en/of elektriciteit (- uitschakelen vermogensbegrenzer elektriciteit, onbetaalde oplaadfactuur gas en/of elektriciteit, enz.) De energiemarkt voor gas en elektriciteit is ook complexer dan bij water: bij gas en elektriciteit zijn er verschillende spelers op de markt, commerciële leveranciers en Eandis, die de sociale openbare dienstverplichtingen uitvoert ( budgetmeters bij betalingsmoeilijkheden) Bij water is TMVW de enige leverancier in Gent. Vandaar dat het logisch is dat het aantal LAC-dossiers bij Eandis hoger ligt dan bij TMVW, omdat er meerdere actoren zijn. Ten tweede zijn er ook in aantal meer dossiers bij Eandis dan bij TMVW; het aantal klanten en het aantal wanbetalers is hoger bij Eandis dan bij TMVW. Ten derde probeert TMVW soms de achterstal eerst via andere kanalen te innen: bv. afbetalingsplan, via gerechtsdeurwaarder Pas indien dit niet lukt, kan een dossier voor de lokale adviescommissie worden gebracht. Elk OCMW voert de werking met Lokale adviescommissies uit met eigen middelen. OCMW Gent staat gekend als good-practice wat deze werking betreft en het voeren van sociale onderzoeken. We proberen eerder de nadruk te leggen op kwalitatief werk (ipv kwantitatief werk), zo bijvoorbeeld gaan we bij elk dossier dat op deze commissies gebracht wordt op huisbezoek. Vraag Speelt de lagere frequentie van de Lac TMVW een rol in het laten oplopen van schulden tov de watermaatschappij? Antwoord De redenen waarom er soms hoge bedragen voor de LAC komen zijn ook divers: standaard hoog verbruik (geen regenwaterput in de woning aanwezig) niet rationeel omgaan met waterverbruik waterlekken en/of slechte huisvestingssituaties jarenlange schattingen wegens ontbreken van correcte meterstanden niet of onjuist doorgeven van verhuizen slecht of niet gemaakte afspraken tussen eigenaars/huurders bij collectieve watermeters … Daarnaast is er ook een categorie van dossiers die pas na een vruchteloze juridische procedure voor de Lokaal Adviescommissie komen. Tenslotte ligt er ook een reden in de procedure zelf. Aangezien we binnen de sociale dienst van OCMW Gent het beschikken over water als een basisrecht beschouwen, gaan we iets omzichtiger om met het nemen van een advies van een Lokale Adviescommissie tot afsluiting bij water, dan bij gas of elektriciteit. Bij gas en elektriciteit is er in bepaalde gevallen nog een minimale levering mogelijk, maar water beschouwen we als een basisrecht. Daarom gaan we op een eerste zitting van een waterschuld nooit een advies tot afsluiting nemen, we doen dit maar ten vroegste op een tweede of zelfs pas op een derde Lokale Adviescommissie. Hierdoor geven we de cliënt meer kansen om tot een oplossing te komen, en wordt hij beter beschermd tegen afsluiting van water. Op die manier wordt de burger vaak meerdere keren voor de Lokale Adviescommissie uitgenodigd, waardoor de procedure wordt verlengd. Vraag Overweegt het OCMW om deze frequentie (en het maandelijks behandeld aantal dossiers ‘waterschulden bij Gentse gezinnen’ - ongeveer 60 per maand) op te drijven als zou blijken dat TMVW meer achterstallige betalingen zou vaststellen? Antwoord Het lijkt ons niet opportuun de frequentie van deze zittingen op te drijven. Enerzijds beschikken wij hiervoor over onvoldoende middelen, anderzijds zijn er niet voldoende dossiers om aan een hoger interval te voldoen. Vraag Op het einde van de lange onderhandelings- en aanmaningsprocedure volgt in sommige gevallen de afsluiting van het water. Budgetmeters voor water (zoals wel mogelijk voor elektriciteit) zijn vooralsnog niet mogelijk? Antwoord: Neen Ik heb me geïnformeerd bij TMVW, maar budgetmeters gelijkaardig aan deze voor elektriciteit en gas bestaan niet. 59. 2014_MC_00102 - MONDELINGE VRAAG - SUBSIDIES VOOR MILIEUVRIENDELIJKE MOBILITEIT. - KARLIJN DEENE OPSCHRIFT Commissie Welzijn, Werk en Milieu - vergadering van dinsdag 18 februari 2014 Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Het stedelijk subsidiereglement milieuvriendelijke mobiliteit liep ten einde op 31 december 2013. De gemeenteraad nam nog geen beslissing over de al dan niet verlenging van dit subsidiereglement in 2014. Dat betekent dat er op dit moment geen subsidies meer kunnen worden aangevraagd bijvoorbeeld voor de aankoop van een elektrische fiets. Tijdens de budgetbespreking zei schepen Heyse dat deze subsidie zou blijven bestaan maar dat ze wou herbekijken Vraag Welk budget is er voor dit jaar voorzien voor deze subsidie? Wanneer zal de schepen met een nieuw subsidiereglement naar de raad komen? ANTWOORD Het klopt inderdaad dat het subsidiereglement milieuvriendelijke mobiliteit is afgelopen op 31 december ll. De Milieudienst is op dit ogenblik hard aan het werk om een nieuw subsidiereglement op te maken (op timing hiervoor kom ik zo terug). Momenteel is er dus geen subsidiereglement. We dienden immers eerst zicht te krijgen op de budgetten die gedurende de periode 2014-2019 beschikbaar zouden zijn. Nu is er duidelijkheid: namelijk 150 000 euro (per jaar). Ook zo dat we het voorbije subsidiereglement en de impact er van evalueren. Die evaluatie wordt ook meegenomen in opmaak nieuw reglement. Er zullen dus zeker zaken worden aangepast. Timing nieuw reglement Qua timing kan ik alvast zeggen dat goedkeuring van het nieuwe reglement volgende week donderdag een eerste keer naar het college gaat. Daarna wordt tijdens de minaraad van maart een advies gevraagd, waarna we het reglement eventueel nog kunnen bijsturen. Daarna komt het op de commissie en de gemeenteraad in april. Concreet : College 27/02: voorlopige goedkeuring + vraag advies MINA-raad op het reglement Minaraad 11/03 College 10/04: goedkeuring reglement onder voorbehoud goedkeuren reglement door GR Commissie: 22/04 Gemeenteraad 28/04 M.a.w., Mevrouw Deene, zullen we u het subsidiereglement ter bespreking voorleggen op de commissie van april. Van zodra het nieuwe reglement is goedgekeurd, zal er door de milieudienst ook een gerichte communicatiecampagne worden opgezet om de burger hiervan op de hoogte te brengen. 60. 2014_MC_00111 - MONDELINGE VRAAG - GELD VOOR STRIJD TEGEN KINDERARMOEDE. - SIEGFRIED BRACKE OPSCHRIFT Commissie Welzijn, Werk en Milieu - vergadering van dinsdag 18 februari 2014 Raadslid (-leden) : Bracke Siegfried N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Minister Lieten trekt geld uit voor de strijd tegen kinderarmoede. De middelen worden verdeeld over de Vlaamse gemeenten en steden. Gent zou een bedrag van 275 000 euro krijgen. Gevraagd naar waarvoor het geld zal gebruikt worden zegt schepen Coddens: , “Gent hoopt met het geld twee nieuwe mensen aan te stellen, en zo een 50-tal gezinnen extra te ondersteunen. De extra middelen gaan we niet gebruiken voor nieuwe projecten, maar om onze bestaande acties op het vlak van integrale gezinsbegeleiding te versterken". Vraag De minister verwacht van de gemeenten dat ze een lokaal netwerk kinderarmoede opstarten. Bestaat er in Gent een netwerk kinderarmoede? Wie beslist over de besteding van deze extra middelen? Is hierover overleg met organisaties of mensen op het terrein? De schepen spreekt over het aanwerven van bijkomende mensen. Over welke functies heeft hij het precies, bij welke organisatie komen deze mensen in dienst? Welk deel van de middelen zal naar aanwervingen gaan? Welk deel van de middelen zal gebruikt worden voor het versterken van bestaande acties? Over welke acties gaat dit? Hoeveel gezinnen worden er nu al in onze stad begeleid in het kader van bestrijding van kinderarmoede? Hoeveel medewerkers worden daarvoor ingezet? Waaruit bestaat deze begeleiding? Kunt u zeggen hoe effectief deze begeleiding is? Een goede opleiding is voor kinderen een doeltreffende weg om uit armoede te geraken. Worden er ook acties voorzien of versterkt gericht op onderwijs? Onlangs werden wij geconfronteerd met het verhaal van de “lege brooddozen”. Waarom een deel van dit geld niet gebruiken om iets te doen aan armoede op school? Het stadsbestuur werkt aan een armoedebeleidsplan. Dit plan zou begin 2014 worden afgewerkt. Wanneer komt de schepen met het armoedebeleidsplan naar de raad? ANTWOORD Bestaat er in Gent een netwerk kinderarmoede? Momenteel is er nog geen formeel lokaal netwerk kinderarmoede, maar de voorbije jaren zaten wel de verschillende belanghebbende partijen rond dit thema samen. We hebben de intentie deze samenwerking verder te zetten. Daarnaast zijn er op de verschillende lokale wijk gebonden overlegplatformen speciale bijeenkomsten rond het thema kinderen en jongeren in armoede. (bv. op welzijnsoverleg) Ik voorzie wel om binnen het armoedebeleidsplan rond kinderarmoede een kader uit te bouwen dat inzet op een integraal netwerk van hulp- en dienstverleners voor kinderen en hun gezinnen. Vandaag werd vanuit het OCMW – ik kom net van dit Bijzonder Comité - met een aantal partners (Kind en Gezin, CLB = Centra voor Leerlingen Begeleiding, LOP= Lokale overlegplatforms Onderwijs,...) bij de POD MI (= Programmatorische Federale Overheid Maatschappelijke Integratie, Armoedebestrijding en Sociale Economie) een project ingediend om middelen te verkrijgen voor een specifiek overlegplatform rond kinderarmoede. Daarnaast krijgen De Huizen van het Kind binnen hun werking ook de opdracht bijzondere aandacht te hebben voor kinderen in armoede. Wie beslist over de besteding van deze extra middelen? Is hierover overleg met organisaties of mensen op het terrein? De schepen spreekt over het aanwerven van bijkomende mensen. Over welke functies heeft hij het precies, bij welke organisatie komen deze mensen in dienst? Welk deel van de middelen zal naar aanwervingen gaan? Welk deel van de middelen zal gebruikt worden voor het versterken van bestaande acties? Over welke acties gaat dit? Het OCMW is de regisseur van het armoedebeleid in de stad. Als voorzitter van het OCMW en schepen van armoedebestrijding heb ik aan mijn diensten gevraagd om voorstellen te ontwikkelen. Op basis van de noden en verwachtingen die geformuleerd werden in de omzendbrief én ook rekening houdend met de noden die we vanuit onze eigen ervaringen en die van onze partners detecteren. Ik wil met deze structurele middelen voornamelijk inzetten op het versterken en uitbreiden van initiatieven die goed resultaat leveren, zowel binnen het OCMW als bij onze partners uit het middenveld. Binnen het OCMW zal ik de integrale gezinsbegeleiding versterken met 2 extra Voltijdse Equivalenten. De cel integrale gezinsbegeleiding begeleidt gezinnen geconfronteerd met een multi-problematiek. Er wordt gewerkt binnen verschillende levensdomeinen in het gezin waardoor dit gezin opnieuw een stabiele omgeving kan zijn voor de opgroeiende kinderen. Zo krijgen deze kinderen en hun gezin de begeleiding op maat die ze nodig hebben. Ik wil ook verdere uitbreiding geven aan de werking van de vakantiewerking van het OCMW, door ook op woensdagnamiddag activiteiten aan te bieden. Op dit moment loopt er een proefproject. Daarnaast wil ik onze partners uit het middenveld versterken die goede resultaten in de strijd tegen kinderarmoede behaald hebben. Ik denk hierbij bijvoorbeeld aan de schoolse ondersteuning. De middelen van vzw Uilenspel wil ik op een zelfde niveau brengen van vzw. Katrol. Op deze manier kan de organisatie nog doorgroeien én nog meer gezinnen begeleiden. Daar we deze week nog maar pas het exacte bedrag van deze middelen weten, heb ik ook de opdracht gegeven aan de diensten om bijkomende voorstellen te ontwikkelen op basis van dit extra geld. U zult daar zeker verder van op de hoogte gebracht worden bij de voorstelling van het armoedebeleidsplan. Hoeveel gezinnen worden er nu al in onze stad begeleid in het kader van bestrijding van kinderarmoede? Hoeveel medewerkers worden daarvoor ingezet? Waaruit bestaat deze begeleiding? Kunt u zeggen hoe effectief deze begeleiding is? In 2013 werden 110 gezinnen begeleid binnen Integrale Gezinsbegeleiding. Deze begeleidingen worden gespreid over 7 maatschappelijk werkers, of 4 VTE, verdeeld over de verschillende wijken, zodat we in elke regio van de stad kunnen beschikken over een maatschappelijk werker die inhoudelijk geschoold is in gezinsbegeleiding en veel kennis heeft over bijzondere jeugdzorg. Deze maatschappelijk werkers worden aangestuurd en gecoacht door 2 psychologen. De begeleiding bestaat uit een zeer laagdrempelige, outreachende ondersteuning op alle levensdomeinen waar er noden zijn: gezin, wonen, activering, schoolgaan van de kinderen, gezondheid, ... met extra ondersteuning naar opvoeding. We bieden opvoedingsondersteuning op vraag van de ouder; hulp aan ouders met een psychiatrische problematiek; ondersteuning aan ouders met een verslavingsproblematiek, enz… We zetten vooral in op vertrouwen, emancipatie, op persoonlijke ontwikkeling... We verzorgen contacten met scholen, voorzien overleg met betrokken diensten, kijken voor een zinvolle vrijetijdsbesteding, werken aan het welbevinden van elk gezinslid. De effectiviteit wordt elk jaar gemeten aan de hand van een vragenlijst die door hulpverlener en cliënt wordt ingevuld. Integrale gezinsbegeleiding is al jaren een effectieve hulpverlening en wordt zelfs regelmatig als 'behandelmaatregel' uitgesproken door de bijzondere jeugdzorg. Het proces van begeleiding zorgt vaak op zichzelf al voor een resultaat. Maar naast deze methodische en specifieke begeleiding voor de meest kwetsbare gezinnen worden er uiteraard nog veel meer gezinnen bereikt in het kader van armoedebestrijding in onze stad, vb. via het reguliere wijkwerk, de Krasdiensten, CAW(= Centrum voor Algemeen Welzijnswerk) en andere partners uit het middenveld. De psychologen en maatschappelijke werkers binnen integrale gezinsbegeleiding staan met hun expertise ter beschikking voor hun collega’s uit het wijkwerk met specifieke vragen rond gezinnen en opvoedingsondersteuning. Een goede opleiding is voor kinderen een doeltreffende weg om uit armoede te geraken. Worden er ook acties voorzien of versterkt gericht op onderwijs? Onlangs werden wij geconfronteerd met het verhaal van de “lege brooddozen”. Waarom een deel van dit geld niet gebruiken om iets te doen aan armoede op school? Onderwijs is een primaire partner in de bestrijding van kinderarmoede. Daarom ga ik samen met de schepen van onderwijs verder een aantal acties uitwerken. Momenteel geeft OCMW ook middelen voor het sociaal steunfonds die rechtstreeks gaan naar kinderen in armoede op scholen. Scholen zullen hierbij moeten aangeven wat hun armoedebeleid op school is. In 2014-2015 zullen alle Gentse scholen uitgenodigd worden voor een studie-/denkdag over hun armoedebeleid op hun school zodat we vanuit onze sector hen hierin kunnen ondersteunen. Het stadsbestuur werkt aan een armoedebeleidsplan. Dit plan zou begin 2014 worden afgewerkt. Wanneer komt de schepen met het armoedebeleidsplan naar de raad? Het armoedebeleidsplan heeft ondertussen een heel participatief parcours afgelegd, dat ik toegelicht heb in de commissie van november. Momenteel worden de laatste opmerkingen verwerkt en vervolgens start de eindredactie. Ik verwacht dat het besluitvormingsproces voor het armoedebeleidsplan uiterlijk voor de zomer zal afgerond worden. 61. 2014_MC_00114 - MONDELINGE VRAAG - CONTACT MET VEREENZAAMDE BEJAARDEN. - SAMI SOUGUIR OPSCHRIFT Commissie Welzijn, Werk en Milieu - vergadering van dinsdag 18 februari 2014 Raadslid (-leden) : Souguir Sami Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Onze samenleving vergrijst. Dit stelt ons niet alleen voor grote uitdagingen zoals langer thuis wonen mogelijk maken voor senioren, ook voor de toenemende eenzaamheid onder senioren moeten we aandacht blijven hebben. Onderzoek van de KUL toont aan dat bijna een kwart van de senioren zich niet alleen eenzaam voelt, maar zich ook in een situatie van sociaal isolement bevindt, aangezien ze een klein sociaal netwerk combineren met gevoelens van eenzaamheid. Sommigen brengen dagen door zonder iemand te zien. Hierdoor wordt vaak te laat gepaste hulp geboden aan mensen in nood. Eenzame senioren zijn vaak een moeilijk bereikbare doelgroep. Ondanks de reeds talrijke initiatieven in onze stad zoals o.a. de vrijwilligersorganisatie 'Kontakt-bejaarden', het project 'Gezelschap voor senioren’ van collega Mathias De Clercq en diverse kleinschalige initiatieven van het OCMW dreigen sommige senioren door de mazen van het net te glippen. Omdat niet iedereen bekend is met de beschikbare dienstverlening nam het OCMW van Oostende het initiatief met BPost te gaan samenwerken om de noden van bejaarden in kaart te brengen die ze nog niet bereiken. Postbodes komen immers met iedereen in contact en zijn goed geplaatst om noden of problemen te signaleren. Vraag In welke mate zou een gelijkaardig initiatief in Gent kunnen bijdragen tot het in kaart brengen van de noden van deze moeilijk bereikbare doelgroep? Hoe staat het OCMW Gent tegenover dergelijke samenwerking en/of welke initiatieven zullen genomen worden om de dreigende toenemende vereenzaming van bejaarden tegen te gaan? ANTWOORD Sinds 2008 zet OCMW Gent extra in op detectie van sociaal isolement vanuit de lokale dienstencentra en de projectmedewerkers. Dit gebeurde door systematische huisbezoeken bij tachtig-plussers. Van 2008 tot eind 2013 werden in dit kader 5269 geslaagde huisbezoeken gedaan. (geslaagde = d.w.z. binnengeraakt bij de bejaarden thuis) Hierbij werden 915 personen als risicopersoon gedetecteerd én effectief op maat opgevolgd. Deze personen werden doorverwezen naar de Lokale Dienstencentra die instaan voor de verdere opvolging en deze mensen proberen te her-activeren. De Lokale dienstencentra bereikten echter hun grens van aantal personen die ze kunnen opvolgen, waardoor de intensiteit van preventieve huisbezoeken geringer wordt. Bijkomend werd er in 3 lokale dienstencentra - De Thuishaven, De Boei en De Waterspiegel - een eerstelijnspsycholoog aangesteld om de senioren in die regio te ondersteunen op vlak van het voorkomen van een depressie, die vaak gelinkt is aan sociaal isolement. Het personeel en de vrijwilligers van al onze diensten hebben allen aandacht voor tekenen van sociaal isolement. Iedereen die in een thuissituatie komt, heeft de opdracht om bepaalde signalen op te merken en te bespreken met betrokkenen. Ondertussen is het ‘ project sociaal isolement’ van de Lokale Dienstencentra hertekend geworden. De maatschappelijk werkers gaan buurtgericht inzetten op de detectie bij thuiswonende senioren van af 65 jaar die een “life-event “ zoals het overlijden van een partner, een scheiding, een verhuis of ziekte hebben meegemaakt. Rond de senioren met een vereenzamings-gerelateerde problematiek zal geprobeerd worden om wijkgerichte netwerken uit te bouwen in samenwerking met én ter versterking van het bestaande aanbod. De Lokale Dienstencentra zullen hierbij ondersteuning krijgen van de medewerkers van de 'expertisecel - sociaal isolement' van het OCMW Gent. Standpunt inzake eventuele samenwerking met BPost: Postbodes komen inderdaad veel aan huis en zouden de noden van bejaarden in kaart kunnen brengen. Zij zijn hier echter niet voor opgeleid en krijgen weinig tijd om de noden effectief te bevragen, waarbij de ‘echte’ vraag soms verloren gaat. Het volstaat daarbij niet enkel om de noden te detecteren. Eenmaal gedetecteerd, moet er een adequate opvolging gebeuren. Gezien al onze medewerkers oog hebben voor de tekenen van sociaal isolement en dat dit ook wijkgebonden opgevolgd wordt, lijkt een samenwerking met BPost niet opportuun. BPost is een commerciële speler en vraagt hiervoor een vergoeding. In het verleden werkten vrijwilligers van de Lokale Diensten Centra al mee aan bevragingen o.a. bij het behoeftenonderzoek van professor Verté. Het kan een denkpiste zijn om eveneens vrijwilligers in te schakelen bij de detectie van sociaal geïsoleerden. 62. 2014_MC_00115 - MONDELINGE VRAAG - FIJN STOF. - SVEN TAELDEMAN OPSCHRIFT Commissie Welzijn, Werk en Milieu - vergadering van dinsdag 18 februari 2014 Raadslid (-leden) : Taeldeman Sven sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Recent werd een opnieuw een onderzoek gepubliceerd met de resultaten van fijnstofmetingen en andere luchtkwaliteitsparameters. De centrumsteden, verkeersassen en grote industriële omgevingen, blijven ‘black spots’. Gent erkent de problematiek in haar bestuursakkoord, en formuleert de ambitie voor een aanpak van het probleem. Vraag Wat zijn uw bevindingen bij het pas gepubliceerde onderzoek en de evolutie van de luchtkwaliteit in het Gentse? (bv op basis van eigen metingen, of deze van de Vl Overheid (VMM)) Luchtkwaliteit is een ‘multi-problematiek’, waarvoor een ‘multi-aanpak’ vereist is, vandaar de vraag of er op stadsniveau een planmatige aanpak is van het probleem, bv via een soort actieplan? Loopt hierover overleg met de Vlaamse overheid, bv n.a.v. het Vlaams Luchtkwaliteitsplan? Zijn er concrete maatregelen die vanuit de stad of vanuit Vlaanderen op korte termijn op ons af komen? zo ja, de welke, en welke middelen worden daarvoor ingezet? ANTWOORD Stavaza ivm de luchtkwaliteit Sinds 1997 gebeuren er in Gent (fijnstof)metingen door de Vlaamse MilieuMaatschappij (VMM). In Gent-Centrum zijn er 2 meetstations die het fijnstofgehalte monitoren: het achtergrondmeetstation in het Baudelopark en sinds medio 2013 bijkomend het zogenaamde verkeersstation nabij de fly-over in de Gustaaf Callierlaan. (er komt ook nog een 3de meetstation- ook een achtergrondstation) Daarnaast worden er ook fijnstofmetingen gedaan op 3 verschillende locaties in de Gentse haven: in Sint-KruisWinkel (grondgebied Gent), Evergem en Zelzate. De meetresultaten geven aan dat er op vlak van fijn stof en andere luchtvervuilende deeltjes een verbetering wordt vastgesteld in de concentraties. In Gent-centrum (Baudelo) werd in 2012 en 2013 voor het eerst sinds het begin van de metingen geen overschrijding van de Europese daggrenswaarde PM10 fijn stof (max. 35 dagen met een PM10 concentratie hoger dan 50µg/m³) meer vastgesteld (zie ook onderstaande tabel). Ook in de havenmeetstations is op de lange termijn een gunstige evolutie merkbaar. Vorig jaar werd de daggrenswaarde PM10 echter nog steeds overschreden in de meetstations Evergem en Sint-Kruiswinkel. Op respectievelijk 41 en 39 dagen werd de daggrenswaarde van 50µg/m³ overschreden. Op de specifieke situatie van de Gentse Kanaalzone komt ik straks terug. Voor Gent-centrum is er dus laatste 2 jaar geen overschrijding meer van de fijnstofnorm. Toch wil ik hier zeker nog geen hoerastemming over. En dit om meerdere redenen: 1) Hopelijk is dat een duurzame trend (en is dit niet aan betere atmosferische omstandigheden te wijten) 2) de richtwaarden van de Wereldgezondheidsorganisatie liggen een pak lager dan wat er op Europees niveau toegelaten is. Deze veel strengere richtwaarden in acht nemende halen we op geen enkele van de meetpunten in Gent de “normen” voor fijn stof (PM10). Voor roetdeeltjes (black carbon) bestaan er zelfs nog geen officiële normen, nochtans behoren deze deeltjes tot de meest schadelijke voor onze gezondheid 3) We hebben nu een extra meetpunt (aan de fly-over) dat meer inzicht zal geven in de bijdrage van verkeer. Nu moeilijk met zekerheid te voorspellen of hier wel nog overschrijdingen zullen hebben. Feit dat een verkeersgerelateerd station: vermoedelijk vooral problemen met roet (geen normen voor) en mogelijks ook met stikstofdioxides. 4) Bovendien geven de kaarten van Atmosys (waarnaar u verwees in uw vraag – zie hierbijgevoegde kaarten) aan dat er los van de genoemde meetpunten verschillende hotspots zijn in de (binnen)stad waar de luchtkwaliteit slecht is. Het meest problematisch zijn de roetconcentraties (black carbon) in de lucht. Ook wat de gehaltes aan stikstofdioxides betreft scoren we nog altijd slecht. De roetdeeltjes en stikstofdioxides in de lucht zijn direct gelinkt met de uitlaatemissies van (diesel)voertuigen. Op de Atmosyskaarten is dan ook een duidelijke link te zien met de verkeersdrukke assen. Beleid en maatregelen Als stad hebben we geen verplichtingen omtrent luchtkwaliteit, dat is “Vlaamse bevoegdheid”. Uiteraard kan en wil ik mij daar niet achter verschuilen. Zo kan de lokale verkeersbijdrage zorgen voor extra pieken. Daarom vind ik dat we als lokale overheid voornamelijk een rol te spelen hebben inzake het beperken (van Gent een autoluwere stad maken) en het verduurzamen van het lokale wegverkeer. Dit kunnen we doen conform het STOP-principe, alsook door het vervoer op alternatieve brandstoffen te promoten, en door te sensibiliseren over de luchtkwaliteit. Op dit moment wordt er op lokaal niveau gewerkt aan verschillende beleidsplannen die tevens sturend moeten zijn op het vlak van luchtkwaliteit. - Klimaatplan: maatregelen met betrekking tot energie-efficiëntie hebben ook een positief effect op de luchtkwaliteit - Mobiliteitsplan, parkeerplan, stadsdistributie, fietsbeleid, voetgangersgebied: hierin worden sturende maatregelen genomen die moeten leiden tot een duurzamere mobiliteit en een autoluwere stad. Mijn beleidsplan en de up-date van het lokaal luchtkwaliteitsplan: dit plan zal nieuwe acties met betrekking tot luchtkwaliteit bevatten. Voorbeelden: subsidies voor milieuvriendelijke mobiliteit (gemeenteraad april), belastingvermindering CNG pompen, faciliteren van CNG tankmogelijkheden, voorzien van elektrische laadinfrastructuur op strategische locaties, … (naast de maatregelen op vlak van mobiliteit die gunstige invloed hebben op luchtkwaliteit) Naar een geïntegreerd luchtkwaliteitsplan voor de Gentse Kanaalzone en de Gentse agglomeratie? Ik kom nu even terug op de Gentse kanaalzone. De aanpak hiervoor is een Vlaamse bevoegdheid. Er is in 2007 een actieplan opgemaakt. Deze morgen was ik, samen met andere, uitgenodigd op het kabinet van minister Schauvlieghe met betrekking tot de opmaak van een nieuw actieplan voor de Gentse Kanaalzone, en met vroeg voor een geïntegreerd actieplan voor de Gentse Kanaalzone en de agglomeratie Gent. Nog een aftastende vergadering. Vanuit Gent alleszins voor gepleit om tot een geïntegreerd plan te komen. Enerzijds omdat de luchtkwaliteit van de ganse zone niet zo maar op te splitsen valt en omdat we ook om goede luchtkwaliteit in Gentse stad willen krijgen absoluut ook moeten samen werken met de Vlaamse overheid. We kunnen en moeten als stad volop in zetten op autoluwere stad en andere luchtkwaliteitsmaatregelen nemen, maar we hebben ook acties nodig van Vlaamse partners bv De Lijn, de Vlaamse MilieuMaatschappij, Vlaams mobilteitsbeleid re gewestwegen. De fasering is dat er eerste week na de paasvakantie een startconferentie doorgaat in Gent. Dit op initiatief van minister Schauvliege en in samenwerking met de verschillende partners, waaronder uiteraard de stad Gent. Bedoeling is om samen een traject af te leggen om tegen eind dit jaar tot een geïntegreerd nieuw actieplan te komen. Tabel: aantal dagen waarop de daggemiddelde PM10 concentratie hoger was dan 50 µg/m3. Indien de daggemiddelde fijn stof (PM10) concentraties op meer dan 35 dagen hoger zijn dan 50 µg/m3 wordt dit weergegeven in het oranje (vanaf 2005 in het rood). zie bijlage 1 *Gegevens voor 2013 moeten nog worden gekalibreerd door VMM en kunnen nog licht wijzigen **Het verkeersstation is pas operationeel sinds midden 2013 Uitleg bij de kleuren: oranje => periode voor Europese norm fijn stof PM10 (was hoger dan de huidige norm) Uitleg bij de kleuren: rood => periode na invoeren Europese norm fijn stof PM10 (overschrijding van de bestaande norm) zie bijlage 2 BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- 63. 2014_MC_00118 - MONDELINGE VRAAG - VERHOGING AANVRAGEN LEEFLOON DOOR JONGEREN. - BRAM VAN BRAECKEVELT OPSCHRIFT Commissie Welzijn, Werk en Milieu - vergadering van dinsdag 18 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Braeckevelt Bram Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Begin februari raakte bekend wat de gevolgen zijn van de hervorming van de wachtuitkering door regering Di Rupo. Zoals bekend is de wachttijd om de inschakelingsuitkering te krijgen van 9 maand naar 12 maand verschoven en deze is bovendien beperkt in de tijd, namelijk 3 jaar. Bovendien besloot de RVA om de jongeren te controleren mét strengere voorwaarden. Het ABVV berekende dat vanaf volgend jaar 10.000en jongeren hun werkloosuitkering zouden kwijt geraken. Waarvan een kleine duizend in Gent. Dit is een sociaal drama voor die jongeren en zal bovendien ook een zware impact hebben op het OCMW. In De Morgen van 6 februari verklaarde de schepen bovendien dat er nu reeds maandelijks een stijging is van het aantal jongeren dat een leefloon vraagt (terwijl de hervorming van de wachtuitkering pas ingaat vanaf 2015). Vraag Hoeveel nieuwe jonge leefloners zouden er volgens u bijkomen? Hoe kunnen we vanuit Gent deze groep meer perspectief bieden? Hoe plant u als schepen van Werk en voorzitter van het OCMW hiermee om te gaan? Wat is daarnaast de verklaring van het feit dat er nu al zoveel jongeren een leefloon aanvragen, en worden ook nu al extra maatregelen/initiatieven voor deze groep overwogen? ANTWOORD Het aantal leefloners in Gent is in 2013 gestegen met ongeveer 5 %, van januari tot december (van 4681 tot 4939- de meest recente cijfers). In 2012 was er nog een daling van ongeveer 9%: van 5195 in januari tot 4705 eind december. De meest recente cijfers over jongeren met een leefloon zal ik u nu schetsen: op 1 januari 2013 telde het OCMW 1214 jongeren die een leefloon of ekwivalent leefloon kregen. In december 2013 is dat aantal opgelopen tot 1408 of dus een stijging van 17%. We merken dus in 2013 een stijging van het aantal jongeren en dat door de minder goede economische situatie van het afgelopen jaar. De stijging is mogelijks ook het gevolg van de gewijzigde werkloosheidsreglementering. Het verlengen van de wachttijd van 9 tot 12 maand is al in voege sinds 2012. De RVA voerde in maart 2013 de eerste evaluatiegesprekken rond het zoekgedrag naar werk van deze jongeren. In 2013 werden de effecten dan pas duidelijk. Als daar straks nog een groep bijkomt door de verdere maatregelen rond de controle van de schoolverlaters en de beperking van de wachtuitkering in de tijd tot 3 jaar, wordt het ook voor ons OCMW een mogelijks financiële zware dobber. Hoe groot die groep zal zijn is moeilijk in te schatten. Het spreekt voor zich dat als door de maatregelen van de hogere overheden het aantal jongeren met leefloon stijgt, de hogere overheden de steden en gemeentes meer moeten ondersteunen. Het is voor mij dan ook van groot belang dat er op alle vlakken -federaal, Vlaams en lokaalmaatregelen genomen worden om werk te maken van dit groot maatschappelijk probleem. Niet op jeugdwerkloosheid inzetten, kan ervoor zorgen dat voor een grote groep jongeren hun toekomst verloren gaat, met alle gevolgen vandien. Wat ons eigen OCMW betreft wordt er vanuit de wetgeving al specifieke aandacht geschonken aan deze leeftijdsgroep vermits elke jongeren een Geïndividualiseerd Project Maatschappelijke Integratie moet volgen, hetzij rond opleiding, studies of werk. Dit houdt concreet in dat onze maatschappelijk werkers bijzondere aandacht besteden aan studeren enerzijds en andere vormen van activering. Concreet tellen we aan ons OCMW ongeveer 500 studenten in de totale groep LL/LM waarvan ongeveer 300 les volgen in het secundair onderwijs. Ik vind dit heel belangrijk! Hierbij zijn ook meerderjarigen die dan toch nog de kans krijgen om hun secundair onderwijs af te werken. De jongeren met een ‘multi-probleem’ (voornamelijk afkomstig uit de bijzondere jeugdzorg) worden begeleid door “jongerenwerkers” van de methodische cel jongeren (ongeveer een 300 jongeren). Om extra aandacht te kunnen besteden aan deze jongeren, hebben deze “ jongerenwerkers” een lagere bezetting (“caseload “) dan hun collega’s in het jeugdwerk. Binnen onze emancipatorische werking is er een specifiek project ontwikkeld voor jongeren tussen 18 en 25 jaar: Extra Time. In dit project wordt met groepswerk en individuele begeleiding gewerkt aan attitudes en competenties. In ons armoedebeleidsplan zal er sterk gefocust worden op wat eigenlijk het kernprobleem is van de Gentse werkloosheid: de ongekwalificeerde uitstroom uit het secundair onderwijs. Enkele aspecten hieruit: ·bv. ouders stimuleren om hun kinderen zo vroeg mogelijk naar de kleuterschool te sturen om schoolse achterstand te beperken én inzetten op schoolse begeleiding. De Stad met het OCMW als partner heeft ondertussen een nieuw project: ‘Vindplaatsgericht werken’. Dit project heeft tot doel jaarlijks 120 jongeren te bereiken en hen met vliegende coaches een werkperspectief aan te reiken. Die 120 jongeren zullen aangereikt worden door jongeren-en welzijnsorganisaties én ons OCMW. Binnen het eigen Opleidings-en tewerkstellingscentrum van het OCMW Gent zijn er ongeveer een 320 jongeren tussen 18 en 24 jaar waar we een traject aanbieden richting werk (project Snelwerk interim-bureaus, ..) Sinds kort benutten we nu ook mogelijkheden om, tijdens artikel 60, contracten, stages aan te bieden in de bedrijven. Extra aandacht zal ook besteed worden naar begeleiding van jongeren bij hun sollicitaties en meer bepaald het verzamelen en bijhouden van hun sollicitatiebewijzen. Op die manier vermijden we dat jongeren dikwijls uit onwetendheid negatieve evaluaties zouden krijgen van de RVA. Jeugdwerkloosheid is voor mij en mijn collega’s schepenen een topprioriteit. Dat betekent dat, zowel in de komende convenant VDAB-Stad-OCMW als binnen “Gent Stad in Werking” én in het beleidsplan Werk jeugdwerkloosheid dit mijn hoofdbekommernis zal zijn. In het kader van deze samenwerkingsakkoorden kunnen dan nog verdere acties uitgewerkt worden. Uiteraard zal ik hierbij inspelen op de Vlaamse en federale maatregelen-zie bijvoorbeeld de huidige instapstages voor jongeren. Daarbij wil ik toch ook benadrukken dat Stad Gent al ongelooglijk veel gedaan heeft rond jongerenwerkloosheid, hoewel dit eigenlijk niet tot de prioriteiten van een lokaal bestuur behoort. Omdat we in Gent dagelijks zeer sterk geconfronteerd worden met werkloze jongeren, nemen we hier lokaal onze verantwoordelijkheid op. Waar ik niet mee akkoord kan gaan is de uitspraak dat de schuld bij de jongeren ligt. Door de complexiteit van de huidige jobs, de moeilijke omstandigheden van bepaalde jongeren, de vereiste competenties die gevraagd worden bij sommige jobs, is het onze taak om deze jongeren zeer goed te begeleiden. 76. 2014_MV_00022 - MONDELINGE VRAAG - LEEGSTANDSBELASTING VOOR HET GEBOUW VAN DE VOORMALIGE CINEMA REX AAN HET MARIA HENDRIKAPLEIN - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID GUY REYNEBEAU OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Reynebeau Guy sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Ik verneem dat er voor het gebouw van de voormalige cinema Rex aan het Maria Hendrikaplein aan de Stad Gent een leegstandsbelasting zal moeten betaald worden. Enerzijds is er de aankoop van een gebouw dat geklasseerd is als erfgoed en waarbij men bij mijn weten ook de verplichting heeft een renovatie binnen een bepaalde termijn uit te voeren en anderzijds stellen we vast dat er nu blijkbaar voor dit zelfde gebouw een leegstandsbelasting moet betaald worden. Wat veronderstel ik het gevolg is van het feit dat er geen start is van werkzaamheden. Vraag Mijn vraag is dan ook of er ondertussen een zicht is op de start van renovatie èn of er enig zicht is op de nieuwe bestemming/functie van het gebouw (horeca?, wonen?, cultuur,...). ANTWOORD Het is inderdaad zo dat dit monumentale gebouw is opgenomen in ons leegstandsregister om de eigenaar aan te sporen zo spoedig mogelijk een gepaste (her)bestemming te vinden. De eigenaar gaf vorig jaar aan het pand uiteindelijk niet te willen verkopen, hoewel er oorspronkelijk wel uitgebreide plannen waren met een vzw voor socio-artistieke producties (vzw Handicum en Platform K). Maar hij maakt ook geen aanstalten om onderhouds- of instandhoudingswerken te laten uitvoeren. Naar aanleiding van de slechte toestand van de voormalige Cinéma Rex en de recent opgetrokken stelling aan de straatgevel, heeft Onroerend Erfgoed op 09/10/2013 de eigenaar aangeschreven. In dit schrijven werd de slechte staat van de straatgevel aangekaart: ontbrekend schrijnwerk in de dakkapellen, gebroken ramen, begroeiing op de gevel, ontbrekend onderhoud en schilderwerk voor het oorspronkelijk buitenschrijnwerk,... In de brief werd de eigenaar gevraagd om in het kader van de noodzakelijke instandhoudingswerken tegen 15 november 2013 contact op te nemen met Onroerend Erfgoed om een plaatsbezoek te kunnen brengen om de toestand van het gehele pand te kunnen evalueren en de nodige onderhoudswerken te kunnen bespreken. Dit bezoek en overleg vonden op woensdag 5 februari 2014 plaats in aanwezigheid van een medewerker en de architect van de eigenaar. Een medewerker van Onroerend Erfgoed en van de Stedelijke Dienst Monumentenzorg en Architectuur. Hieruit bleek dat de stelling aan de gevel werd opgericht om onderhoud aan dakkapellen, dakdichting, glas en schrijnwerk uit te voeren en dit om verder verval te voorkomen. Afspraak is dat deze werken worden verdergezet en binnen de maand (onder voorbehoud van eventuele noodzakelijke wijzigingen van deze timing in overleg met Onroerend Erfgoed) worden afgerond. Ondertussen zal de architect voor de eigenaar een voorstel formuleren voor een bestemming van het pand. De eigenaar wenst het gebouw zeker verder te behouden en wil een restaurant of café-functie aan de gelijkvloerse verdieping geven. De Dienst Monumentenzorg en Architectuur en Onroerend Erfgoed hebben benadrukt dat ook de verdiepingen best een functie krijgen omdat dit sowieso de beste oplossing is om onderhoud van het volledige gebouw te garanderen. 77. 2014_MV_00023 - MONDELINGE VRAAG - LEIEPROMENADE - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID SVEN TAELDEMAN OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Taeldeman Sven sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De Leiepromenade is een van onze drukst bereden hoofdfietsroutes. Deze is knap aangelegd tussen de Europabrug en de brug van de stadsring over de Leie thv de Henleykaai. Langs de Bijlokekaai is er een voorlopige afbakening voorzien van het fietspad met paaltjes op de oorspronkelijke rijbaan. De Baertsoenkaai kent geen beveiliging voor fietsers. Voornamelijk de oversteek thv de Verloren Kost, richting Lindelei, is een gevaarlijk, onoverzichtelijke knoop op de fietsroute. Vraag Hoe ver staat het met de concretisering van de plannen voor de verdere beveiliging van de fietsroute langs de Baertsoenkaai? Timing, type-oplossing? Zijn er concrete plannen voor de heraanleg van de oversteek aan de Verloren Kost? Zo ja, binnen welke timing, welk type oplossing? ANTWOORD De screening van deze fietsroute is achter de rug. Momenteel blijven nog twee pistes open: - de as Bijlokekaai-Baertsoenkaai-Lindelei omvormen tot een fietsstraat, met aanpassing van het kruispunt en de circulatie in de omliggende straten; - het fietspad Bijlokekaai doortrekken tot aan het kruispunt met de Verlorenkost, dus langsheen de Baertsoenkaai, een veilige kruispuntoplossing en Lindelei omvormen tot fietsstraat. De kruispuntoplossingen Baertsoenkaai-Verlorenkost en Lindelei-Coupure Rechts zullen telkens uitgaan van een verhoogde veiligheid voor de fietser, en het duidelijk structureren van deze kruispunten. Ze zullen de plaats van de fietser beter in beeld brengen en de rijbreedte voor het gemotoriseerd verkeer zal beperkt worden. Nu ligt daar namelijk een zee van ruimte. Een timing kunnen we nog niet meegeven, we zitten nog in de fase van ontwerpend onderzoek. 78. 2014_MV_00027 - MONDELINGE VRAAG - NIEUWE LOCATIE VOOR HET DIVKANTOOR - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID KARIN TEMMERMAN OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Temmerman Karin sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Begin juni 2013 verhuisde de Dienst Inschrijving Voertuigen zijn kantoren van de buitenring in Zwijnaarde naar de Visserij. De overlast veroorzaakt door de inplanting van het DIV-kantoor in de Visserij, is u welbekend. De affichecampagnes in de straat maken duidelijk wat de buurt ervan vindt. College Anne Schiettekatte heeft u hier eerder al een vraag over gesteld. Tijdens de Gemeenteraad van oktober gaf u te kennen dat de stad niet werd betrokken bij de verhuis naar de Visserij. Daarop heb ik staatssecretaris voor Mobiliteit, Melchior Wathelet, om uitleg gevraagd. Voor de staatssecretaris is een verhuis van het DIV-kantoor bespreekbaar. In tegenstelling tot voordien, wil hij de stad actief betrekken. Indien de stad Gent een locatie kan aanbieden met een goede bereikbaarheid via het openbaar vervoer, is de FOD Mobiliteit en Vervoer bereid om hierover een constructief gesprek aan te gaan met de stad en met SBAT. Vraag Bent u bereid om de nodige prospectie te doen met het oog op de verhuis van het DIV-kantoor uit de Visserij? ANTWOORD Ik heb identiek hetzelfde antwoord gekregen over deze zaak. Het goede nieuws is dat DIV bereid is om alternatieve locaties te overwegen. Het slechte nieuws is dat DIV van de stad verwacht een kant en klare oplossing aangeboden te krijgen. Het is natuurlijk geen kerntaak van het Mobiliteitsbedrijf of van de stad om prospectie te doen voor andere overheden voor een mogelijke kantoorlocatie. Wat we wel kunnen doen is goed bereikbare buurten suggereren, waarbij DIV zelf op zoek gaat naar mogelijk gepaste kantoren. Ik denk bijvoorbeeld aan de stationsbuurt, de omgeving van het Wilsonplein, kantoren in de Kuip van Gent, enz. 79. 2014_MV_00019 - MONDELINGE VRAAG - MOTORCROSSTERREIN IN SINTKRUIS-WINKEL - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID JEF VAN PEE OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Pee Jef CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op de agenda van de Stuurgroep Gentse Kanaalzone staat het plan voor het inplanten van een motorcrossterrein te Knippegroen, Sint-Kruis-Winkel Vraag Hoever staan de plannen? Is dit de uiteindelijke locatie die per provincie diende gezocht te worden op vraag van het Gewest m.n. Minister Muyters? Hoe zal de communicatie naar de bewoners van Sint-Kruis-Winkel gebeuren? ANTWOORD De plannen voor het motorcrossterrein bevinden zich in een voorbereidende fase. Momenteel zijn er nog geen vergunningsaanvragen ingediend. Voor de aanleg van het terrein is een stedenbouwkundige vergunning en een milieuvergunning nodig. De stedenbouwkundige vergunning dient aangevraagd te worden bij de stad, de milieuvergunning bij de deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen. We hebben absoluut nog niet toegezegd dat dit kan vergund worden. Minister Muyters heeft inderdaad in 2012 de 5 provincies opdracht gegeven terreinen te zoeken op hun grondgebied. Deze zoektocht leverde echter niet veel resultaten op. Daarom besliste de Vlaamse regering eind vorig jaar om te onderzoeken of het mogelijk is om in elk van de 4 zeehavens een terrein voor geluidshinderlijke sporten aan te leggen. De plannen die nu bestaan voor een motorcrossterrein te Knippegroen vloeien voort uit deze beslissing. De initiatiefnemer van het motorcrossterrein zal zijn project toelichten op volgende fora. Er is een toelichting over het project voorzien begin maart op het overleg van de bevoorrechte getuigen van het Project Gentse Kanaalzone. De bevoorrechte getuigen zijn de vertegenwoordigers van de kanaaldorpen. Van elk kanaaldorp zijn steeds 1 tot 3 vertegenwoordigers aanwezig. De vertegenwoordigde kanaaldorpen of -wijken op Gents grondgebied zijn Sint-Kruis-Winkel/Mendonk, Desteldonk, Oostakker, Muide/Meulestede, Omgeving Hoge Weg. Ook de Evergemse kanaaldorpen en Zelzate zijn vertegenwoordigd. Op 2 april 2014 is er een toelichting voorzien op de stuurgroep van het Project Gentse Kanaalzone, waar de relevante stakeholders uit de kanaalzone bij betrokken zijn. Nadien wordt een infoavond voorzien voor alle geïnteresseerde bewoners van de kanaaldorpen. 80. 2014_MV_00020 - MONDELINGE VRAAG - ZWEMBAD ROSAS - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID JEF VAN PEE OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Van Pee Jef CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op vrijdag 24 januari 2014 hadden de mensen van de administratie een eerste vergadering met de werkgroep schoolvoorzitters, bestuursleden van de zwemclub en ouderraadvertegenwoordigers om aan te tonen dat ze zelf een plan moesten opmaken dat past in het besparingsplan van de schepen. Maandagmorgen 24 februari 2014 is er een tweede overleg gepland om aan de hand van cijfermateriaal en besparingsmaatregelen aan te tonen dat het lokaal zwembad verder kan worden opengehouden. Het sluiten van het zwembad zou immers, gezien de cijfers van het aantal schoolkinderen- en volwassengebruikers, onverantwoord zijn. Vraag Wat is het resultaat van het tweede overleg? ANTWOORD Ik zat inderdaad deze ochtend samen met de werkgroep omtrent zwembad Rosas. Op het vorige overleg vroeg de werkgroep om concrete cijfers te kunnen krijgen zodat zij een tegenvoorstel konden doen om het zwembad open te houden. Ik heb in alle openheid die informatie doorgegeven met als duidelijke boodschap dat op het einde van de rit ik mijn besparingstarget moet halen. Vandaag is men het tegenvoorstel kort komen toelichten. Sta me toe dit voorstel op mijn gemak te bekijken en vooral na te rekenen. 81. 2014_MV_00021 - MONDELINGE VRAAG - HET KRAKEN VAN WONINGEN IN DE LÜBECKSTRAAT - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID JOHAN DECKMYN OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Deckmyn Johan Vlaams Belang OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Enkele woningen in de Lübeckstraat worden sinds kort door Oost-Europeanen gekraakt. Het zou gaan om de huisnummers 1, 28 en 33. Sommige buurtbewoners stellen dat de krakers Roma zijn en zouden reeds een klacht ingediend hebben bij WoninGent en de Gentse politie. Ook het stadsbestuur zou omtrent deze problematiek aangeschreven zijn. Naar verluidt worden intussen mensen uit deze wijk lastiggevallen. Recentelijk zouden ook al een aantal inbraken in de buurt vastgesteld zijn. Vraag Welke maatregelen heeft de stad Gent ondernomen om deze problematiek aan te pakken? Hoeveel klachten werden er hieromtrent geregistreerd bij de stad Gent, WoninGent en de politie? Welke klachten werden er geregistreerd en op welke manier werd er tegemoet gekomen aan deze klachten? ANTWOORD Volgens de informatie waarover we beschikken werden er in de Lübeckstraat drie woningen gekraakt, waarvan 1 inmiddels weer verlaten. WoninGent stelde de krakers voor om hen in contact te brengen met straathoekwerk, CAW of OCMW. Zij weigerden, waarna WoninGent een procedure startte en de politie werd gewaarschuwd. Enige info over het verloop van kraakdossiers bij WoninGent: op het moment dat de dossiers aan de raadsman worden doorgestuurd, wordt gelijktijdig de dienst Overlastmeldingen van de stad Gent verwittigd én de wijkpolitie. De dienst Overlastmeldingen verwittigt op haar beurt de buurtstewards en straathoekwerkers. Aan de wijkpolitie wordt steeds gevraagd om in de buurt waar gekraakt wordt verhoogd toezicht te doen (meer patrouilles, aanspreken buurtbewoners,...). De wijkpolitie vraagt op haar beurt aan de interventiepolitie om 's nachts ook een kijkje te gaan nemen tijdens de nachtelijke patrouilles. Bij elk kraakdossier gaat WoninGent ter plaatse om de buurtbewoners van de ondernomen stappen in kennis te stellen, contactgegevens door te geven zodat zij een aanspreekpunt hebben bij problemen. De sociale dienst van WoninGent sprak tijdens een plaatsbezoek een aantal bewoners aan. Deze huurders waren blij te horen dat er inderdaad werk gemaakt wordt om deze krakers zo snel mogelijk te doen vertrekken. Bij problemen zullen zij onmiddellijk de politie verwittigen. Schepen Balthazar (voorzitter WoninGent) brengt op zaterdag 1 maart in gezelschap van de Sociale Dienst van WoninGent een bezoek aan de buurtbewoners. 82. 2014_MV_00035 - MONDELINGE VRAAG - PLAATSING AUTOMATISCHE EXTERNE DEFIBRILLATOREN (AED'S) DOOR STAD GENT - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID SAMI SOUGUIR OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Souguir Sami Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Afgelopen jaren heb ik al meermaals gepleit voor de plaatsing van automatische externe defibrillatoren (AED's) op door de Stad beheerde drukbezochte publieke plaatsen. Twee jaar geleden werd door het College beslist de adviesnota vanuit de Gezondheidsdienst te volgen. In de adviesnota werden toen de locaties opgelijst waar het nuttig kan zijn een AED te plaatsen. Het gaat om publieke plaatsen met veel passage, waar er mogelijkheid is om een AED te installeren en personeel die opgeleid kan worden voor het bedienen ervan. Er werd echter beslist de overweging om effectief tot de plaatsing van een AED over te gaan niet door de Gezondheidsdienst te laten maken, maar door de diensten en bevoegde schepenen zelf. Ik meen dat enkel de sportdienst en schepen Peeters hier gevolg aan hebben gegeven met het plaatsen van AED’s in het zwembad Van Eyck, sporthal Hekers en De Blaarmeersen. Er zijn uiteraard nog heel wat sporthallen en zwembaden waar de aanwezigheid van een AED nuttig kan zijn, maar ook andere publieke plaatsen zoals het stadshuis, het Infopunt toerisme, de stedelijke parkings e.d., werden in de behoeftenlijst opgenomen. Vraag Welk verder gevolg werd aan de adviesnota van de Gezondheidsdienst gegeven? Wat is de actuele stand van zaken van AED’s, geplaatst door de stad Gent? Zal de Gezondheidsdienst verdere initiatieven nemen om stadsdiensten en/of andere partners te informeren en sensibiliseren over de plaatsing van AED’s? ANTWOORD De Gezondheidsdienst werkte in 2012 op vraag van het college een prioriteitenlijst uit van de stadsgebouwen die in aanmerking komen voor het plaatsen van een AED-toestel als service voor de bevolking. De prioriteitenlijst omvatte 15 stadsgebouwen waar het relevant is om een AED te plaatsen zoals zwembaden en sporthallen. De gebouwen werden geselecteerd aan de hand van een aantal essentiële criteria zoals: - loketfunctie met voldoende lange openingsuren; - permanente aanwezigheid van een groot aantal volwassen mensen; - binnen een straal van 250 meter waar minstens 250 mensen van ouder dan 50 jaar gedurende minstens 16 uur per dag permanent op één plaats aanwezig zijn (=criterium Europese Reanimatieraad); - uitoefening van fysieke activiteiten binnenin het domein/gebouw en geen snelle interventie mogelijk binnenin gebied door mUG/ziekenwagens. In 2012 en 2013 werden in alle sporthallen en zwembaden een AED geplaatst, gezien de aard van de activiteiten die daar doorgaan. Uiteindelijk zijn er voor zover de gegevens Gezondheidsdienst reiken, nu geen 3 maar 10 stadsgebouwen waar een AED binnenin het gebouw werd geplaatst. Momenteel zijn er nog 5 stadsgebouwen waar het mogelijk nuttig kan zijn om een AED te plaatsen. Het is aan de verantwoordelijke diensten van deze gebouwen om te beslissen of ze al dan niet een AED wensen te plaatsen op basis van hun budgettaire draagkracht en personeelsbezetting. AED's moeten immers binnenin de gebouwen geplaatst worden onder toezicht en begeleiding van stadspersoneel. 83. 2014_MV_00034 - MONDELINGE VRAAG - MOBIELE WEBSITE - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID STEPHANIE D'HOSE OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : D'hose Stephanie Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Mobiel surfen maakte de laatste jaren een evolutie, misschien zelfs een revolutie mee. Mensen surfen meer en meer mobiel en hun aantal blijft stijgen. Mensen gebruiken steeds meer verschillende soorten toestellen om het internet te consulteren en vinden hun info voor een groot stuk door ernaar te zoeken via een zoekmachine. Een goede vindbaarheid en optimale weergave op elk Mobiel toestel is dus noodzakelijk. In 2009 al lanceerde Stad Gent, in samenwerking met Digipolis en het IBBT, het proefproject ‘Gent in de sjakosj’, een mobiele website website met alle mogelijke stadsinformatie. Vandaag lijkt het mobiele informatieaanbod grotendeels te zijn verdwenen en de website gent.be is niet echt gebruiksvriendelijk voor mobiele apparaten zoals de iPhone, iPad en Android. Vraag Zijn er momenteel plannen om opnieuw op de trend van het mobiel surfen te gaan inspelen? Zo ja, welke en op welke termijn? Zo nee, is de schepen het met mij eens dat hier opnieuw aandacht aan besteed moet worden en welke initiatieven zullen hier desgevallend voor worden genomen? ANTWOORD De vraagsteller merkt terecht op dat de Stad Gent en Digipolis er steeds voor gekozen hebben om de websites van de stad optimaal te ontsluiten, zowel voor surfers met een beperking als voor surfers met mobiele toestellen: iPhone, iPad, Android en diverse smartphones. In dat kader heeft de Stad en Digipolis in 2009 bijvoorbeeld ingezet op het succesvol innovatie-project ‘Gent in de sjakosj’ en in 2010 specifieke mobiele websites ontwikkeld. Zij waren bereikbaar op specifieke mobiele adressen zoals toen gebruikelijk was zoals m.gent.be en m.gentsefeesten.be. De technologie evolueert. Momenteel worden er geen afzonderlijke websites gebouwd: er wordt gekozen voor sites die zich automatisch aanpassen aan het gebruikte toestel. Deze websites worden ‘responsief’ genoemd en maken gebruik van de laatste evoluties in webtechnologie. De Stad Gent en Digipolis lanceerden recent reeds websites die met deze technologie zijn uitgerust, bijvoorbeeld http://wijkvandemaand.gent.be http://www.gentsefeesten.be (zowel de versie 2013 als de wachtpagina voor 2014) http://www.gentleentuit.be De stad en de collega’s van Digipolis zijn de trend van het mobiel surfen dus blijven volgen! Zoals u ongetwijfeld weet wordt momenteel aan een nieuwe versie van de website http://www.gent.be gewerkt. De huidige website is technologisch achterhaald – en bijvoorbeeld het niet-mobiel karakter is één van de gevolgen. Er is gekozen om ook deze nieuwe website ‘responsief’ te bouwen. Op het einde van dit jaar zal de algemene site van de Stad Gent zich bijgevolg aanpassen aan de mobiele toestellen. Ook de versie 2014 van de Gentse feesten website zal ‘responsief’ zijn. Bij elke website wordt de afweging gemaakt of de site zich moet aanpassen aan mobiele toestellen. Deze ontwikkeling heeft een kostprijs, en daarom kunnen we ook bewust kiezen voor een goedkopere versie. Een klassieke website is immers met de huidige mobiele apparaten ook toegankelijk, al kan de gebruiksvriendelijkheid beter - zoals de vraagsteller terecht opmerkt. Als stadsbestuur vinden we het wel belangrijk dat we deze afweging telkens blijven maken zodat we informatie kunnen aanbieden aan de beste prijs/kwaliteitsverhouding. 84. 2014_MV_00033 - MONDELINGE VRAAG - GROENE KLOKKENSTOEL INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID STEPHANIE D'HOSE OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : D'hose Stephanie Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Tijdens het vragenuurtje van januari van vorig jaar informeerde ik naar de intenties van het stadsbestuur om de klokkenstoel op het E. Braunplein van een groene toets te voorzien. De schepen antwoordde toen dat mijn vraag door de bevoegde diensten zou onderzocht worden. Vraag Nu we meer dan een jaar verder zijn, had ik graag vernomen of dit onderzoek ondertussen al werd afgerond en welke resultaten dit heeft opgeleverd. ANTWOORD Zoals ook gesteld in mijn antwoord in het vragenuur van 23 september 2013 naar de stand van zaken in het onderzoek, heeft dit enkel geleid tot het plaatsen van struiken aan de voet van de klokkenstoel om de overgang met de Green te verzachten. Dit onderzoek is ondertussen ook afgerond omdat een andere interventie met de klokkenstoel wordt voorbereid binnen de werkgroep Kunst in Publieke Ruimte (KIPR) waarvoor collega schepen Storms bevoegd is. Het herstel van de publieke lift in de klokkenstoel wordt behartigd door collega schepen De Regge bevoegd voor Facilitair Beleid en Patrimonium. Het afbreken van de klokkenstoel is dan ook niet aan de orde. 85. 2014_MV_00024 - MONDELINGE VRAAG - DE FINSE PISTE ROND DE WATERSPORTBAAN - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID ELKE SLEURS OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Sleurs Elke N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting . Vraag De Finse piste rond de Watersportbaan is bijzonder populair onder de sportieve Gentenaars en wordt dagelijks door een groot aantal joggers gebruikt. In november kondigde u reeds aan dat er wordt gekeken om op termijn de piste volledig door te trekken ter hoogte van de ontbrekende stukken aan de bocht aan de kant van Drongen, de roeiclub en tegenover het Jan Palfijn ziekenhuis. U liet toen ook weten dat er begin december onderhoudswerken aan de piste zouden gedaan werden, waarbij er onder andere boomschors zou worden geplaatst. Het is mij niet duidelijk of deze onderhoudswerken heel slecht of gewoonweg niet gebeurd zijn, maar sindsdien ligt de piste er in slechte staat bij. Verspreid over de volledige piste zijn er oneffenheden en putten, waardoor het zeker ’s avonds voor de joggers uitkijken is om geen ongelukken te hebben. Ter hoogte van het stuk van de Zuidlaan aan de kant van Drongen zijn de putten zo talrijk dat het merendeel van de sporters verkiest om naast de piste te lopen uit veiligheidsoverwegingen. Hoe komt het dat de piste er zo slecht bij ligt sinds de onderhoudswerken en wanneer is er verbetering in zicht? ANTWOORD Voor wat het onderhoud betreft kan ik u bevestigen dat het volledige deel Zuiderlaan en de volledige bocht kant Gent tot aan de Koninklijke Roeivereniging Sport Gent eind november een onderhoudsbeurt kreeg, nl. het verwijderen van onkruid, het vrijmaken van de boordsteen, het afvoeren van onkruid en vuil en het aanvullen over de volledige lengte met pinus sylvestre (schors). De sportdienst kreeg zelfs heel wat positieve reacties na deze ingreep. Voor het gedeelte Noorderlaan wordt een zelfde uitvoering voorzien in april 2014. Uit nazicht blijkt dat de Zuiderlaan er relatief goed bijligt, behalve aan het einde voor de bocht kant Drongen. Ik heb dan ook de opdracht gegeven aan de Sportdienst om dat kleine deel met eigen personeel te verbeteren in de week van 24 februari. Anderzijds mag men niet vergeten dat we uit een periode komen met heel veel regen, waardoor de houdbaarheid van de schors sterk gereduceerd wordt. De verende toplaag wordt daardoor snel herleid tot een samengedrukte massa. Wat de uitbreiding Finse piste betreft kan ik melden dat zowel de dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen als de Sportdienst dit blijven opvolgen en we op dit moment op schema zitten om eind 2014 te halen. 86. 2014_MV_00025 - MONDELINGE VRAAG - KAMPIOENSCHAP VOOR FIETSKOERIERS - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID STEVEN VROMMAN OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Vromman Steven Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De stad Gent zet volop in op stimuleren van de zachte mobiliteit. Wat transport van briefwisseling en pakjes betreft is het inzetten van fietskoeriers een snel en duurzaam alternatief. Dat deze koerierdiensten per fiets in stadsregio’s sterk aan belang winnen blijkt ook uit het feit dat er jaarlijks een Europees en een wereldkampioenschap voor fietskoeriers wordt georganiseerd. Daarbij nemen fietskoeriers uit verschillende steden het tegen elkaar op in diverse disciplines zoals een snelheidswedstrijd, cargo races en hindernissen. Het Europees kampioenschap vindt dit jaar plaats in Bern, het wereldkampioenschap in Mexico. Beide evenementen zijn ondertussen uitgegroeid tot publiektrekkers. Aangezien Gent meerdere fietskoeriers rijk is, en het promoten van fietsmobiliteit een belangrijke plaats in het bestuursakkoord inneemt zou dit voor Gent een mooie gelegenheid kunnen zijn om als eerste Vlaamse stad het Europees of Wereldkampioenschap te organiseren. Vraag Is de schepen bereid contact te zoeken met de organiserende koepel van fietskoeriers om te bekijken of het mogelijk is om een Europees of Wereldkampioenschap te organiseren? Indien dit op korte termijn om praktische of financiële redenen te moeilijk blijkt zou zijn kan een eerste Belgisch kampioen voor fietskoeriers onderzocht worden? ANTWOORD U heeft overschot van gelijk wanneer u stelt dat fietskoeriers een belangrijke bijdrage leveren aan efficiënte en duurzame leveringen in onze binnenstad. In het project 'stadsdistributie' dat ik samen met collega Peeters op poten zet, is het inschakelen van onze lokale fietskoeriers voor de verplaatsingen van het distributiecentrum naar de binnenstad dan ook een voorwaarde. Ik sta dan ook zeer positief tegenover initiatieven die de fietskoeriers meer "in the picture" plaatsen en wil ik de piste van een wereldkampioenschap in Gent zeker onderzoeken. Via de Internationale Federatie van Fietskoeriers weten we ondertussen dat de procedure om als gaststad op te treden minstens 2 jaar in beslag neemt. Dat zal dus ten vroegste voor 2016 zijn. In de tussentijd wil ik zeker bekijken of we een eigen Belgische kampioenschap uit de grond kunnen stampen in 2015. Ik heb al vernomen dat enkele Gentse fietskoeriers hiervoor mee aan de kar willen trekken. Uiteraard heeft zo'n kampioenschap ook heel wat financiële en organisatorische impact. Ik zal dit idee met college Tapmaz en in samenspraak met de sector verder onderzoeken. 87. 2014_MV_00026 - MONDELINGE VRAAG - KLOKKETOREN STADSHAL INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID KARLIJN DEENE OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De betonnen klokketoren nabij de stadshal vlak naast de St-Niklaaskerk blijft in de ogen van velen een architecturale miskleun die de hele site ontsiert. Vorig jaar werden al een aantal suggesties gedaan om de situatie toch ietwat te verbeteren. In opvolging daarvan zou onder meer het vergroenen van de klokketoren onderzocht worden. Er zou ook een opschrift aangebracht worden met informatie over de klok die in de toren hangt. Ondertussen zijn we een jaar verder en tot op vandaag blijft de situatie onveranderd. De lift in de toren is ondertussen ook al lange tijd stuk en niet in gebruik. Vraag Is de finaal beste oplossing niet om de toren alsnog terug af te breken? ANTWOORD Zoals ook gesteld in mijn antwoord aan mevrouw D'Hose in het vragenuur van 23 september 2013 naar de stand van zaken in het onderzoek, heeft dit enkel geleid tot het plaatsen van struiken aan de voet van de klokkenstoel om de overgang met de Green te verzachten. Dit onderzoek is ondertussen ook afgerond omdat een andere interventie met de klokkenstoel wordt voorbereid binnen de werkgroep Kunst in Publieke Ruimte (KIPR) waarvoor collega Storms bevoegd is. Het herstel van de publieke lift in de klokkenstoel wordt behartigd door collega De Regge bevoegd voor Facilitair Beleid en Patrimonium. Het afbreken van de klokkenstoel is dan ook niet aan de orde. 88. 2014_MV_00028 - MONDELINGE VRAAG - VERKEERSPROBLEMATIEK TUINWIJKLAAN EN OMGEVING - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID SARA MATTHIEU OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Matthieu Sara Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Sinds november loopt in de Tuinwijklaan achter het Sint-Pieters-station een campagne tegen hardrijders, gelanceerd door de buurtwerkgroep Sint-Pieters-Buiten. Met een groot spandoek en affiches in de hele buurt roepen buurtbewoners op om te 'rijden alsof je eigen kinderen hier wonen'. Deze voorheen rustige woonwijk krijgt tegenwoordig erg veel verkeer te slikken, ondermeer door de grote werven in de buurt, zoals aan de Sterre recentelijk, maar ook aan het station zelf. Volgens tellingen van de bewoners passeren er op 1 dag 3700 auto's, die vaak veel te snel rijden. Dat het debat leeft in de buurt blijkt ondermeer uit een druk bijgewoonde infoavond van de werkgroep, waar men aankondigde ook over oplossingen op lange termijn te willen nadenken. Maar ook de affichecampagne werd zeer goed opgevolgd. De bewoners vragen vandaag concreet om dringend actie te ondernemen tegen snelrijders om de buurt weer leefbaar te krijgen. Vraag Is het mogelijk op korte termijn snelheidsvertragende maatregelen te nemen in de Tuinwijklaan? Zo ja, dewelke? Zijn extra snelheidscontroles een optie? Staat de stad open voor overleg met de werkgroep om een verkeerscirculatieplan uit te werken voor de buurt? ANTWOORD Het dossier van de Tuinwijklaan is al een oud zeer. In het verleden zijn hier al geregeld snelheidscontroles uitgevoerd en is er door de politie ook repressief opgetreden. De problematiek van het sluipverkeer is recenter. Ik heb al enkele keren met de mensen van de werkgroep Sint-Pieters-Buiten overlegd. Zij hebben enkele ideeën rond wijzigingen in de verkeerscirculatie in de wijk maar willen deze eerst verder uitwerken in samenspraak met de rest van de bewoners. Hiervoor willen ze de tijd nemen. Ik heb duidelijk aan deze bewonersgroep laten weten dat ik - samen met het Mobiliteitsbedrijf - de voorstellen wil onderzoeken en verder uitwerken. We hebben wel recent beslist dat er in de tussentijd maatregelen moeten worden genomen tegen overdreven snelheid. Een eerste onderzoek van het Mobiliteitsbedrijf heeft uitgewezen dat één of meerdere asverschuivingen in de straat wellicht mogelijk zijn. Dit moet echter nog verder onderzocht worden. Van zodra er een gedetailleerder plan voorligt, willen we dit bespreken met de buurt. Maar ik wil de snelheidsremmende maatregelen nog voor deze zomer ingericht hebben. Ik moet met de burgemeester en de politie bekijken of op korte termijn extra snelheidscontroles kunnen gebeuren. Het zal u niet verbazen dat de politie zeer veel vragen krijgt voor dit soort controles. Met het oog op het terugdringen van de verkeersongevallen door overdreven snelheid, richten zij hun acties ook vooral op ongevalsgevoelige locaties. De Tuinwijklaan ligt in een zone 30 en de effectieve gereden snelheid ligt daar gemiddeld rond de 35km/u. Het risico op ongevallen is hier dus relatief laag ten opzichte van heel wat andere straten en wegen in Gent. 89. 2014_MV_00029 - MONDELINGE VRAAG - MISSING LINK FIETSPAD DE PINTE - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID SARA MATTHIEU OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Matthieu Sara Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Er zijn jammer genoeg nog steeds een aantal missing links in de fietsverbindingen binnen Gent, die momenteel in kaart worden gebracht en hopelijk snel opgelost. Maar ook voor de bewoners van de randgemeenten is het belangrijk een veilige en comfortabele route te hebben naar de stad. Op de verbinding tussen de Pinte en Hoog-Latem met Gent is er een stuk fietspad van 100m dat ontbreekt in de Keistraat. Dit net op het punt waar deze straat bijzonder smal is en een bocht neemt, waardoor fietsers en wandelaars zich in een onveilige situatie bevinden. De rest van de straat heeft wél een mooi tweerichtingsfietspad. Vraag Is het mogelijk om, in samenwerking met de collega's van de Pinte, deze missing link te verhelpen? ANTWOORD We zijn in samenwerking met de gemeente De Pinte en TMVW bezig met de opmaak van het ontwerp voor dit ontbrekend stukje fietspad. Momenteel zitten we in de fase van het voorontwerp. Het is op dit moment nog niet mogelijk om een timing mee te geven voor deze heraanleg. Er is namelijk een kans dat er onteigeningen zullen moeten gebeuren om dit fietspad mogelijk te maken. De timing van onteigeningen is altijd zeer onzeker, waardoor het ook onmogelijk is om een timing te plakken op dit dossier. 2014_MV_00031 - MONDELINGE VRAAG - VERSLAGGEVING EN LIVE STREAMING VAN DE GEMEENTERAAD - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID ASTRID DE BRUYCKER 90. OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : De Bruycker Astrid sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In het kader van de openbaarheid van bestuur is het belangrijk dat de burger op een vlotte manier toegang heeft tot verslaggeving en besluitvorming van de werkzaamheden van de gemeenteraad. Op dit moment is het via de website van de stad mogelijk om alle commissies en gemeenteraden punt per punt te herbeluisteren. Ik heb ook begrepen dat de schriftelijke verslaggeving en besluitvorming sedert kort ook voor de burgers beschikbaar gesteld zijn op de website. Dit is een goede dienstverlening, maar niet altijd gebruiksvriendelijk voor wie met het materiaal aan de slag wil. Zo is het soms moeilijk om via de zoekfunctie van de website bij relevante informatie te belanden. Daarnaast bestaat ook de vraag naar het live kunnen volgen van de gemeenteraad. Vraag Is het mogelijk om de (eventueel samenvattende) verslagen van minstens de gemeenteraden, maar graag ook de commissies schriftelijk aan te bieden op de website, dit op een manier die ook toelaat om via de zoekfunctie van de website vlot toegang te hebben tot de inhoud van de verslaggeving? Is het mogelijk om de zittingen van de gemeenteraad, die in elk geval al worden opgenomen, ook live te streamen (audio)? ANTWOORD Volgens het decreet inzake openbaarheid van bestuur houdt actieve openbaarmaking inderdaad in dat alle belanghebbenden moeten geïnformeerd worden over het beleid, de regelgeving en de dienstverlening. Deze informatieverlening moet systematisch, correct, evenwichtig, tijdig en op verstaanbare manier gebeuren. Voor wat betreft de actieve openbaarheid over de werking van de gemeenteraad werden door het bestuur in de loop van deze legislatuur al een aantal initiatieven genomen: 1. Audioverslaggeving Het principe inzake audioverslaggeving is niet nieuw, maar bestaat in Gent als sinds 2008. Gent was op dit vlak een beetje een voorloper. Via de link ‘herbeluister de gemeenteraad’ komt de burger terecht op een webpagina waar de audioverslagen van de commissievergaderingen en gemeenteraadsvergadering kunnen worden geraadpleegd. Deze audioverslaggeving is per punt en per spreker opgedeeld en op deze webpagina is het mogelijk om te zoeken op orgaan, datum, spreker en onderwerp. Voor de volledigheid worden via deze webpagina ook per vergadering de schriftelijke verslagen ter beschikking gesteld: - Syntheseverslagen van de commissies - Woordelijk verslag van de gemeenteraad 2. Raadplegen van de agenda’s en (ontwerp)besluiten Via de link ‘agenda en beslissingen’ onder de gemeenteraad heeft de burger toegang tot een webpagina met de agenda’s van de verschillende commissies en van de gemeenteraad. De burger kan vanuit de agenda doorklikken naar de (ontwerp)beslissingen die openbaar zijn gemaakt (dit wil zeggen waarop geen uitzonderingsgronden van het openbaarheidsdecreet van toepassing zijn). Op deze webpagina bevindt zich ook een zoekfunctie om specifieke agendapunten op te sporen. 3. Geplande optimalisaties Het is inderdaad zo dat de zoekfunctie van de website van de stad Gent niet toelaat te zoeken op de inhoud van de documenten en audiobestanden die zich op deze twee eerder genoemde webpagina’s bevinden. Onze verantwoordelijke diensten zijn zich daar ook van bewust en werken aan de optimalisatie van de ontsluiting van de informatie over de werking van de commissies en gemeenteraad. Eerst diende echter de volle aandacht te worden besteed aan andere prioriteiten, meer bepaald het mogelijk maken van de digitale voorbereiding van de gemeenteraad en de digitale ondersteuning van de zitting. Nu het digitale besluitvormingsproces praktisch op punt staat, kan verder worden gewerkt aan de uitbouw van de actieve openbaarmaking van de documenten die hieruit voortkomen. Er is een nieuwe versie van Q-besluitvorming in de maak (de zgn. productversie, die is gebaseerd op de inbreng van de stad Gent, OCMW Gent en de stad Antwerpen) die zal dienen als standaard voor andere steden zoals Kortrijk, Brugge, Leuven,… In deze versie, die we verwachten te kunnen invoeren in de eerste helft van 2015, wordt geïnvesteerd in een performante zoekfunctie. Tegelijkertijd wordt er gewerkt aan een geïntegreerde oplossing die moet toelaten om vanuit de audioverslaggeving de documenten uit de vergaderingen te raadplegen. Er wordt dus hard gewerkt aan een betere ontsluiting en toegankelijkheid van de raads- en commissieinformatie. 4. Live-streaming In de huidige budgettaire context is het uitbreiden van de audioverslaggeving naar live-streaming vooralsnog niet voorzien en – tenzij de gemeenteraad er anders over denkt - ook niet echt prioritair. 91. 2014_MV_00030 - MONDELINGE VRAAG - VERKOOP VAN HET SINTJORISHOF EN ANDERE STADSEIGENDOMMEN - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID KARLIJN DEENE OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In november vorig jaar werd eindelijk een koper gevonden voor het Sint-Jorishof. In een collegebesluit van december lees ik 18 februari als datum voor het verlijden van de akte. Het aanpalende gebouw “de Witte Moor” staat nog steeds te koop. Vraag In november vorig jaar werd eindelijk een koper gevonden voor het Sint-Jorishof. In een collegebesluit van december lees ik 18 februari als datum voor het verlijden van de akte - Wat is de stand van zaken? Is het pand effectief verkocht? - Kunt u uitleg geven over de aard van het project dat er zal worden verwezenlijkt? - Op welke manier zullen de aanwezige erfgoedwaarden (zoals de kapel) in het project ingepast worden? Het aanpalende gebouw “de Witte Moor” staat nog steeds te koop. - Zijn er voor dit pand al potentiële kopers gevonden? - Welke bestemming zal het pand in de tussentijd krijgen? ANTWOORD 1) Botermarkt 2 (Sint – Jorishof) In het kader van de verkoop via bemiddeling van FED-net werden uiteindelijk twee onvoorwaardelijke biedingen uitgebracht op betreffend pand, namelijk een bod van 1.405.000 EUR en een bod van 1.565.000 EUR. Het betreffend pand werd toegewezen aan de hoogste bieder, de authentieke akte werd zonder problemen verleden op 18 februari 2014. De nieuwe eigenaar is actief in het horeca – wezen en wenst een brasserie annex restaurant onder te brengen in het pand. Hiertoe zullen geen structurele ingrepen uitgevoerd worden aan het pand, wat trouwens onmogelijk is wegens het beschermde statuut van het goed. Het interieur zal grondig gereinigd en hersteld worden in z’n oorspronkelijke staat. Originele elementen zoals kroonluchters, lambriseringen, toortshouders enz. zullen in ere hersteld worden. Verder zal de historische kapel ‘geopend’ worden zoals gevraagd door de Dienst Monumentenzorg en Architectuur. Hiertoe heeft de nieuwe eigenaar reeds herhaaldelijke contacten gehad met bevoegde diensten. Bij het verlijden van de akte kondigde hij een nieuw overleg aan met betreffende diensten om de geplande werken hiertoe in volledige samenspraak uit te werken. Eens deze kapel opnieuw ‘geopend’ zal zijn, wordt er gedacht aan expositieruimte, ruimte voor voordrachten, kleine recepties enz. De stedenbouwkundige mogelijkheden inzake de ‘achterbouw’, tot heden in gebruik als parking, zullen verder onderzocht worden met de bevoegde diensten. De nieuwe eigenaar wenst een ‘autoluw’ project gezien de ligging van het pand. Hij denkt aan een soort ‘overdekte markt’ met streekproducten. Het advies van de Dienst Monumentenzorg en Architectuur werd volledig ingevoegd in de notariële akte als contractvoorwaarde: “Sint-Jorishof Het Sint-Jorishof werd gebouwd in 1470 (oostelijke deel) en 1474-1476. Een ingrijpende beeldbepalende restauratie/renovatie gebeurde in 1911-1912. Het is een beschermd monument (28 september 1911 édifice monumental public de 2ième classe en verdere bescherming 13 oktober 1943). In het gehele complex moeten alle oude interieurs (lambriseringen, binnendeuren, balkenzolderingen, glas-in-loodramen, …) bewaard blijven en de verbouwde ruimtes moeten terug in ere worden hersteld. De historische binnendeuren worden desnoods gedubbeld met branddeuren. Bij verplaatsing van deuropeningen worden de oude deuren hergebruikt. Historische planken- en tegelvloeren en balkenlagen zijn te bewaren. De houten vloeren worden indien nodig brandveilig gemaakt met behoud van de structuur, materiaal en afwerking. De neogotische wanden, scheidingswanden en lambriseringen tussen de voormalige receptie en restaurant, ook op de vide, moeten behouden blijven en worden geïntegreerd in de nieuwe situatie. De gebrandschilderde ramen moeten in situ behouden blijven. Het glas-in-loodpaneel met de voorstelling van Sint-Joris wordt in de originele deur (deur sas gelijkvloers kant Hoogpoort) teruggeplaatst (heden uitgeleend aan de Sint-Jorisgilde). De wanden die destijds op de eerste verdieping van het hoofdgebouw werden geplaatst om hotelkamers te vormen, en de vloerconstructie die de voormalige kapel horizontaal in twee delen splitst moeten worden verwijderd zodat er terug één geheel gevormd wordt met de gewelfde zolder. Dit stemt overeen met het volume van de oude kapel en het doksaal van de Sint-Jorisgilde. Deze kapel besloeg een ruimte over de volle breedte van de gevel aan de Botermarkt en acht traveeën van de gevel aan de Hoogpoort. Dit historisch volume mag niet opnieuw worden opgedeeld. De historische dakconstructies van het hoofdgebouw en de dwarsvleugel moeten behouden blijven en worden hersteld. De aanpalende bijgebouwen (dwarsvleugel) kunnen met behoud van de historische muren en (vloer)constructies beperkt worden verbouwd. Het koetsgebouw heeft vooral een belangrijke voorgevel. Inwendig kan het pand worden verbouwd, met evenwel behoud van de dakspanten. Dit pand is volledig beschermd als monument. Alle werken aan het gebouw zullen worden opgevolgd door de dienst Monumentenzorg en Architectuur, de dienst Stadsarcheologie en het Agentschap Onroerend Erfgoed, en moeten vooraf ter goedkeuring worden voorgelegd en besproken.” 2) Hoogpoort 60 (villa Witte Moor) Betreffend pand staat nog altijd te koop via bemiddeling van FED-net. Er is ruime interesse voor dit pand maar tot heden werd nog geen bevredigend bod uitgebracht. Het spreekt voor zich dat ook hier een nieuwe eigenaar rekening zal moeten houden met de erfgoedwaarde van het pand. Tussentijds zijn er kunstenaars in ondergebracht via een samenwerking met Interim Vastgoedbeheer ikv het anti-kraakbeleid. Zo heeft het gebouw nog een functie en worden vandalen en krakers geweerd. Tot aan het verlijden van de authentieke akte was het Sint – Jorishof ook in beheer van Interim Vastgoedbeheer. Aan dit contract werd een einde gesteld met de verkoop. De oplevering van het gebouw verliep probleemloos. Een opmerking over enkele verfresten op de houten vloerbedekking werd opgevolgd, verfresten volledig verwijderd. 92. 2014_MV_00032 - MONDELINGE VRAAG - WERKEN AAN DE BEUKENLAAN INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID ELKE SLEURS OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Sleurs Elke N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Als gevolg van de grote werven aan de hoofdwegen rond Sint-Denijs-Westrem is de verkeerssituatie er bijzonder moeilijk. Heel wat verkeer moet langs de as Beukenlaan – Snepkaai rijden. Net nu worden daar herstellingen aan het wegdek uitgevoerd. Het is natuurlijk positief dat de weg waar nodig aangepakt wordt maar de timing is toch wat ongelukkig. Vraag Hoe lang duren deze werken nog? Is het niet mogelijk om te wachten met dergelijke werken tot andere wegen weer open zijn (bijvoorbeeld de Maaltebrug) en het verkeer wat vlotter verloopt? ANTWOORD De mensen van de Wegendienst hebben het traject (Beukenlaan-Snepkaai) van de Gordunakaai tot aan de Loofboomstraat afgelegd naar aanleiding van uw vraag. Zij hebben geen vaststelling gedaan van werken in uitvoering. Dus ook niet door nutsbedrijven. Wel stelden ze vast dat in een recent verleden 2 stukken rijweg (betonvakken) zijn vernieuwd door de onderhoudsaannemer. Er is 1 stuk rijweg vernieuwd ter hoogte van de parking van Sint-Camillus. Omdat het om kleine lokale herstellingen gaat, waarvoor geen omleidingen noodzakelijk zijn en de hinder dus eerder beperkt is, werd geopteerd deze niet te koppelen of afhankelijk te maken van andere werken. Dergelijke werken kunnen we ook niet blijvend uitstellen om schade-uitbreiding en bijgevolg meer hindervormende herstellingswerken te vermijden. 93. 2013_MV_00179 - MONDELINGE VRAAG - HOE MOGELIJKE WILDGROEI DRONES INPERKEN? - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID DIRK HOLEMANS OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Holemans Dirk Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Tot voor kort hoorden we enkel over drones in het kader van militaire toepassingen in het buitenland. Ondertussen is dit snel aan het veranderen. Deze kleine onbemande vliegtuigen, van op afstand bestuurbaar en meer en meer uitgerust met een camera, worden nu ook al sporadisch voor civiele toepassingen ingezet. En gelet op de sterk dalende prijs voor hobbymodellen is de kans niet denkbeeldig dat ook heel wat gewone burgers zich een drone zullen aanschaffen in de toekomst. Dit roept heel wat vragen op over de bescherming van de privacy en ook de veiligheid. Zo berichtte recent de pers over de vastgoedwebsite Billionhomes die hoopt binnen drie maanden een drone de lucht in te sturen om alle Belgische woningen te fotograferen, dus ook in Gent. Hiermee willen ze een vastgoeddatabank aanleggen, los van of je huis nu te koop staat of niet. En zeker los van het feit of je hier nu toestemming voor verleent of niet. In hetzelfde persartikel erkent de woordvoerder van de Confederatie van Immobiliënberoepen (CIB) dat er momenteel al enkele vastgoedmakelaars drones gebruiken. De plannen van Billionhomes zijn alleszins in strijd met de wetgeving, volgens een woordvoerder van de privacycommissie. En omdat met de snelle technologische innovaties fictie soms de realiteit inhaalt, wordt er best nu al nagedacht over de gevolgen mochten dievenbendes gebruik zouden maken van drones om hun acties voor te bereiden. Het is duidelijk dat hier zo snel mogelijk een beleid moet rond ontwikkeld worden. Vraag Graag verneem ik dan ook van de burgemeester over welke middelen hij en de politie beschikken om commercieel of ander ongeoorloofd gebruik van drones te beteugelen. En mochten deze ontoereikend zijn, welke stappen hij zal ondernemen om dit aan te kaarten bij de gepaste instanties? ANTWOORD Voor wat onbemande vliegende toestellen betreft, beter bekend als "drones" is er momenteel geen enkele regelgeving die geldt. Momenteel is een specifieke wetgeving voor drones in voorbereiding. Het gaat om een federale bevoegdheid. De bevoegdheid over het luchtruim ligt volledig bij het Directoraat-Generaal Luchtvaart van de FOD Mobiliteit en Vervoer. Deze instantie beslist over het al dan niet toelaten/vergunnen van een vlucht en bepaalt ook de voorwaarden waaronder deze plaatsvindt. De bestaande wetgeving regelt tot dusver de reguliere luchtvaart. In uitzonderlijke gevallen worden onbemande vluchten toegestaan door FOD Mobiliteit Luchtvaart. Het dossier wordt dan grondig onderzocht en al dan niet goedgekeurd. Altijd worden hieraan strikte voorwaarden gekoppeld (ook naar privacy toe). Vluchten omwille van wetenschappelijke redenen, testvluchten of vluchten omwille van veiligheid komen in aanmerking voor goedkeuring. De politie kan drones inzetten wanneer hiervoor een opdracht van de overheid bestaat (zal doorgaans omwille van veiligheidsredenen zijn of een andere reden van algemeen belang). De aanvraag dient dus aan FOD Mobiliteit Luchtvaart (directoraat generaal) gericht worden. Deze instantie vraagt met betrekking tot dergelijke dossiers ook de goedkeuring van de burgemeester(s) over wiens grondgebied de drones vliegen. Ook aan deze toelating kunnen specifieke veiligheidsvoorschriften gekoppeld worden. Vanuit mijn verantwoordelijkheid als burgemeester vind ik dat voor de toelating de volgende zaken dienen onderzocht te worden vooraleer eventueel een toestemming te geven: - of de aanvrager zich ertoe verbindt de drone niet boven gebouwen of het verkeer te laten stilhangen; - dat de drone niet dusdanig wordt gepositioneerd dat de weggebruikers hierdoor worden verstrooid of gehinderd; - dat de privacy van de gefilmden wordt gerespecteerd (geen nummerplaat zichtbaar weergeven); - dat het concrete tijdstip van het onderzoek exact wordt weergegeven; - dat het toestel (via afstandsbediening) bestuurd wordt door mensen met ervaring. Om concreet te antwoorden op uw vraag over welke middelen ik en de politie beschikken om commercieel of ander ongeoorloofd gebruik van drones te beteugelen, kan ik enkel zeggen: bitter weinig. Zelfs in geval de aanwezigheid van een onbemand toestel boven het Gentse grondgebied gemeld wordt, is het niet zo evident om na te gaan wie daarvan eigenaar is en of die over een vergunning beschikt. In het beste geval kunnen we nagaan of voor die bepaalde datum inderdaad een vergunning is toegekend. Maar daar blijft het voorlopig bij. Maar laat ons de invoering van een specifieke regelgeving ter zake afwachten en kijken of ons dan middelen te hand worden gedaan om dergelijke praktijken binnen de perken te houden. 94. 2014_MV_00036 - MONDELINGE VRAAG - HERAANLEG HEIVELDSTRAAT INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID PAUL GOOSSENS OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Goossens Paul CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In antwoord op mijn schriftelijke vraag ivm de heraanleg van de Heiveldstraat schreef u het volgende: "Bij het nazicht zijn in de inschrijvingen speculatieve prijzen en leemtes (ten gevolge van mogelijkheid tot verschillende interpretatie van een bepaalde tekst, geen ontbrekende zaken in de letterlijke zin van het woord) vastgesteld. De wetgeving overheidsopdrachten voorziet uiteraard het voeren van dergelijk onderzoek. Indien niet kan overgegaan worden tot 1. wering van de betrokken inschrijvingen 2. de opmaak een rangschikking met eenduidig vergelijkbare prijzen (van de resterende inschrijvingen na eventuele weringen), zal dit de heraanbesteding tot gevolg hebben." Dit betekent weer uitstel voor zeker 6 maanden voor de heraanleg van een straat die levengevaarlijk is en druk gebruikt wordt door fietsende schoolgaande kinderen. Vraag Graag wat meer uitleg over wat er feitelijk is misgelopen? Worden de bewoners formeel ingelicht over dit uitstel? ANTWOORD Het studiebureau is momenteel bezig met de opmaak van het gunningsverslag waarbij de eindconclusie omstandig zal gemotiveerd worden waarom er voorgesteld wordt om niet over te gaan tot gunning. De goedkeuring van deze eindconclusie is een bevoegdheid van het college en moet door ieder meegaand bestuurd goedgekeurd worden (concreet: het Regionaal Directiecomité van TMVW). Een goedgekeurd besluit, met als bijlage de motivatie in het verslag, zal u een antwoord bieden over wat er feitelijk is misgelopen en u ook overgemaakt worden. Een voorafname kan ik hier nu niet op doen en wordt in maart voorgelegd aan het college. De bewoners zullen na goedkeuring van bovengenoemd college middels bewonersbrief geïnformeerd worden alsook inzicht krijgen in het verdere verloop en de vermoedelijke nieuwe start van de werken wanneer er overgegaan wordt tot heraanbesteding. 95. 2014_MV_00037 - MONDELINGE VRAAG - ERKENNING EN SUBSIDIES VOOR DE WIJKGERICHTE GEZONDHEIDSPROMOTIE VOOR DE WIJKGEZONDHEIDSCENTRA - INGEDIEND DOOR GEMEENTERAADSLID GUY REYNEBEAU OPSCHRIFT Gemeenteraad - Vragenuurtje - vergadering van maandag 24 februari 2014 Raadslid (-leden) : Reynebeau Guy sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In Gent staat de eerstelijnsgezondheidszorg bijzonder sterk: een sterke Huisartsenvereniging met een goed werkend netwerk van wachtposten en voldoende en diverse artsenpraktijken, waar het systeem derde betaler toegepast wordt. Daarnaast zijn verschillende diensten en zorgverstrekkers actief, thuisverpleegkundigen, kinesitherapeuten, tandartsen,… Uniek in Gent is de aanwezigheid van negen wijkgezondheidscentra, die naast het verstrekken van de klassieke curatieve en preventieve medische zorgen, ook een sterke nadruk leggen op de link met welzijn (aanwezigheid van maatschappelijk werk). Met de ondersteuning van de stad trachten zij om de gezondheid van de lokale gemeenschappen te verbeteren door het voeren van wijkgerichte gezondheidspromotie. Deze kan de vorm aannemen van op plaatselijke prioriteiten gebaseerde gezondheidsbevorderende of informatieve acties en het vormen en versterken van lokale netwerken (oa door actieve participatie aan het wijkwelzijnsoverleg). Met de huisartspraktijk als lokale antenne vormt het signaleren van chronische of acute gezondheidsbedreigende elementen in de leefomgeving en gemeenschap een bijzondere opdracht. Daarnaast behoort ook het samenwerken met en ondersteunen van de lokale huisartsen en andere gezondheidswerkers op gebied van gezondheidspromotie de opdracht, versterkt door de intersectorale samenwerking. Dit resulteert in een actieve samenwerking in de wijk rond gezondheidsthema’s, met als doel het bewerkstelligen van structurele maatregelen op beleids- of organisatieniveau, die de keuze voor een gezonde levenswijze of gezondheid rechtstreeks kunnen beïnvloeden en of ondersteunen. Een wijkgezondheidscentrum combineert de expertise van verschillende verzorgende disciplines die een zeer nauw contact hebben met de bevolking, met de deskundigheid van welzijnswerkers en specialisten in gezondheidspromotie. De meerwaarde van dit model wordt unaniem erkend door verschillende wetenschappelijke en politieke instanties, maar een meer algemene ondersteuning door middel van een geïntegreerde financiering en erkenning blijft uit. Nochtans slagen de wijkgezondheidscentra erin de toegankelijkheid van de eerstelijnsgezondheidszorg te realiseren voor groepen in de samenleving die een moeilijke toegang ervaren in de prestatiegeneeskunde, door het wegwerken van drempels (financieel, in het kader van de forfaitaire betaling, cultureel, ed).Wijkgezondheidscentra zetten uitdrukkelijk in op het verkleinen van de sociale gezondheidskloof zowel op het vlak van gezondheidszorg als op het domein van de gezondheidspromotie. Deze 9 Gentse wijkgezondheidscentra worden voor ongeveer 85% met RIZIV-middelen gefinancierd (systeem forfaitaire betaling voor huisartsgeneeskunde, verpleging en kine) waarmee ook de disciplines onthaal en coördinatie, maatschappelijk werk, diëtiek en andere, worden betaald. De opdracht van gezondheidspromotie wordt gedeeltelijk gefinancierd met de middelen van de stad. De ondersteuning van de lokale overheid aan dit sterke netwerk ten dienste van de Gentse bevolking, en de goede lokale communicatie en samenwerking tussen stad, stedelijke gezondheidsraad, lokale huisartsenvereniging en lokale wijkgezondheidscentra, is een voorbeeld voor andere steden. Nochtans blijft het belangrijk om te blijven ijveren voor een wettelijke basis voor erkenning, met daaraan gekoppelde financiering. Elk beleidsniveau dient hierin zijn taak op te nemen, zodat het opstarten en operationeel maken van wijkgezondheidscentra eenvoudiger wordt. Vraag Kan zoals gevraagd in de Commissie Welzijn van de maand februari deze bezorgdheid aan de Vlaamse Regering overgemaakt worden? ANTWOORD Ik deel uw bezorgdheid. Het feit dat wij in Gent over 9, en hopelijk vanaf vanaf volgend jaar ook over 10, wijkgezondheidscentra beschikken, is een unicum in ons land waar we trots op mogen zijn. Dit toont tegelijk de nood aan in onze stad om in wijken met kansengroepen bijzondere inspanningen te leveren voor een laagdrempelige toegang tot de eerstelijnsgezondheid. Ik wil daar op blijven inzetten. De subsidies die in de voorbije jaren ter beschikking gesteld werden van gezondheidspromotie in de WGC blijven onverminderd. Dat betekent dat in elke wijkgezondheidscentrum een halftijdse gezondheidspromotor gefinancierd wordt door de Stad die werkt aan gezondheidspromotie en ziektepreventie met de buurtbewoners. Door dit inzetten op preventie willen we de bevolking zo lang mogelijk in goede gezondheid actief houden binnen hun wijk. We gaan trouwens de wijkgezondheidscentra expliciet als referentiepunt gezondheid aanduiden in de wijk om er samen met het wijkwelzijnsoverleg wijkstrategieën gezondheidspromotie op te zetten, er komt een nieuw Netwerk Gezondheidspromotie en ik wil hen ook betrekken bij geestelijke gezondheid. Momenteel wordt gezocht naar een locatie voor het 10e WGC in Gent in de wijk Muide-Meulestede. Zoals u reeds weet voorzie ik 50.000 euro om te helpen bij de opstart. Ik ben het met u eens dat er vanuit de Vlaamse Overheid op structurele wijze financiële ondersteuning van gezondheidspromotie in wijikgezondheidscentra moet komen. We zullen dit opnemen in het memorandum dat dit college aan het opstellen is. NR. 010/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 010/14 - TOEGANGSPOORT DODOENSDREEF - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN MARTINE DE REGGE - DD. 7 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Meersschaut Guido N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De monumentale toegangspoort van de oude Kruidtuin (Baudeloohof) In de Steendam werd aangereden en zwaar beschadigd. Daardoor moest heel het rechterdeel gedemonteerd worden. Vraag Zal dit in de oorspronkelijke staat worden hersteld? Wat is hiervoor de timing? ANTWOORD Na de aanrijding is de pilaar preventief afgebroken. De reststukken zijn tijdelijk opgeslagen. Volgens een eerste raming zou de kostprijs voor herstel meer dan 45.000 euro bedragen. Dit zal moeten gebeuren op investeringsbudgetten via een collegedossier. De overgebleven pilaar en het metalen hekwerk zijn ook aan een restauratie toe. De bijkomende kost hiervoor is ongeveer 15.000 euro. Het is uiteraard wenselijk de herstelling en de bijkomende restauratie in één dossier uit te voeren. Voor 2014 kan dit niet meer binnen de beschikbare investeringsbudgetten voorzien worden. daarom wordt dit ingepland voor uitvoering in 2015. NR. 013/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 013/14 -GEVELTUINTJES - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 7 JANUARI 2014. OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De algemene vergadering van de Minaraad heeft in zitting van 9 juli 2013 advies uitgebracht over de procedure voor de aanleg van een geveltuin. Het college van burgemeester en schepenen nam hiervan akte op 24 okt 2013 (Besluit nummer: 2013_CBS_12612) en gaf opdracht aan de bevoegde diensten om op het advies een antwoord te formuleren. Dit advies bevat een aantal interessante suggesties: (1) Kleine geveltuintjes toestaan mits een eenvoudige melding en zonder administratieve rompslomp (2) Bij nieuw aan te leggen straten Geveltuintjes inplannen (3) toestaan dat organisaties met één dossier een hele reeks tuintjes aanvragen. Vraag Wat was het antwoord van de diensten op dit advies? Komen er aanpassingen aan het reglement voor geveltuintjes of aan de aanvraag procedure naar aanleiding van dit advies? Zo ja, welke zijn die? ANTWOORD In bijlage vindt u het antwoord aan de Minaraad betreffende hun advies 2013/12 over geveltuintjes. Samen met de betrokken stadsdiensten bereid ik inderdaad een aanpassing van het reglement voor om dit te kunnen voorleggen aan de gemeenteraad voor goedkeuring. Mits eenvoudige melding, namelijk het doorgeven van contactgegevens en adres waar het geveltuintje door een bewoner gewenst wordt, zou overgegaan kunnen worden tot de aanleg van een geveltuintje. Uiteraard zal de bewoner hierbij rekening dienen te houden met de specifieke bepalingen die opgenomen zullen worden in het nieuwe reglement. Tijdens bewoners infomomenten in aanloop van een integrale heraanleg van de straat of dergelijke wordt momenteel reeds de aandacht gevestigd op de aanleg van een geveltuin en bij effectieve wens ook in de heraanleg opgenomen (namelijk het uitsparen van het plantvak in het trottoir). We bekijken momenteel hoe in de toekomst ook via andere kanalen de aanleg van geveltuintjes kan gestimuleerd worden om zo onze stad meer te voorzien van kwaliteitsvol groen ten voordele van de leefbaarheid en een fraai stads- en straatbeeld. NR. 015/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 015/14 - BRANDVEILIGHEID SCHOLEN BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN ELKE DECRUYNAERE - DD. 9 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Stevens Helga N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In 2010 stelde ik een vraag in verband met de brandveiligheid van de stadsscholen en stedelijke buitenschoolse opvang en kinderdagverblijven. Uit het antwoord bleek dat de brandweer in de periode 2006-2009 42 brandweerverslagen ter zake had opgesteld. In 17 verslagen werden ernstige tekortkomingen vastgesteld. In opvolging hiervan werd een planning opgemaakt om deze tekortkomingen weg te werken tegen begin 2011. Na uitvoering van de nodige werken zou de brandweer een nieuwe inspectieronde organiseren. Vraag 1. Werden de ernstige tekortkomingen in de 17 genoemde verslagen ondertussen effectief weggewerkt (graag een gedetailleerde oplijsting van de al dan niet weggewerkte tekortkomingen en dit per school, buitenschoolse opvang en kinderdagverblijf)? Werd dit door de brandweer ook vastgesteld in het kader van een nieuwe inspectieronde? Graag had ik de betreffende verslagen ontvangen. 2. Werden in de periode 2010-2013 bijkomende inspecties gedaan door de brandweer in tijdens de periode 2006-2009 niet gecontroleerde instellingen? Indien ja, welke vaststellingen werden er gedaan en welk plan van aanpak (en welke budgetten) werd er eventueel aan gekoppeld? Graag had ik de betreffende brandweerverslagen ontvangen. ANTWOORD Antwoord op vraag 1 De tekortkomingen in de verslagen zijn nog niet allemaal weggewerkt. Vanuit de Dienst Onderhoud Gebouwen is er een laatste groot dossier opgestart rond compartimenteringen, voor een totaal bedrag van 183.000 euro (dossier klaar voor gunning nadat visum op investeringen 2014 kan gegeven worden, dit wordt nog deze maand verwacht). Dit dossier zal in uitvoering gaan in maart en de werken zullen beëindigd worden na het bouwverlof. Samen met nog een aantal andere kleinere opmerkingen zal dit er toe leiden dat deze opmerkingen opgelost zijn. Antwoord op vraag 2 In alle locaties gebeuren er periodieke keuringen van bijvoorbeeld de stookinstallatie, elektrische installaties, liften,... Die keuringen kunnen leiden tot tekorten en opmerkingen. De tekorten baseren zich meestal op tekorten tegenover wettelijke vereisten, deze worden op korte termijn aangepakt. Opmerkingen worden met andere prioriteiten aangepakt en volgens de beschikbaarheid van middelen. Wanneer de brandweer een inspectie uitvoert, verwacht die blanco verslagen. Praktisch betekent dit dat het keuren en in orde stellen van de meeste gebouwen een cyclus is waarbij omwille van de vorderende regelgevingen, inzichten of lokale gebruiken van gebouwen er steeds verbeteringen en aanpassingen nodig zullen zijn en blijven. We streven er wel naar om de periode tussen het vaststellen en het aanpakken van de tekorten zo kort mogelijk te maken. In de bijgevoegde bijlage wordt per locatie een overzicht gegeven van: - de keuringen, met de geldigheidsdatum; - de stand van zaken op datum met de uit te voeren werken aan de installaties; - de stand van zaken op datum van de uit te voeren bouwkundige werken; - opmerkingen vanuit een tweede ronde of vanuit de keuringsattesten. BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- NR. 019/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 019 /14 - PARKEERPLAATSEN VOOR MINDERVALIDEN AAN DE KERKEN VAN SINT-DENIJS-WESTREM EN AFSNEE - BURGEMEESTER - DD. 14 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Goossens Paul CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Bewoners uit Sint-Denijs-Westrem en Afsnee vragen dat er in beide dorpen aan de kerk een parkeerplaats zou komen voor mindervaliden. Dat zou het voor mensen die moeilijk te been zijn veel gemakkelijker maken om naar de kerk te gaan of het kerkhof te bezoeken. Wat Sint-Denijs-Westrem betreft, wordt gesuggereerd om de parkeerplaats in te richten naast de pastorie. Daar is geen verhoogde stoep die het uitstappen bemoeilijkt. Vraag 1) Is de schepen van oordeel dat de inrichting van een parkeerplaats voor mindervaliden aan de kerk van Sint-Denijs-Westrem en Afsnee zinvol en wenselijk is? 2) Is de schepen bereid de nodige stappen te zetten om deze parkeerplaatsen te laten inrichten? Zo ja, op welke termijn? Zo neen, waarom niet? ANTWOORD Ook via mijn ambt zijn er geregeld vragen voor het aanbrengen van voorbehouden parkeerplaatsen voor gehandicapten. Ik stuur die telkens door naar het Bureau voor Verkeerstechniek (BVT) en LPZ (Lokale Politiezone) Gent. Deze dienst onderzoekt telkens zeer grondig of de aanduiding van een voorbehouden plek noodzakelijk en realiseerbaar is. Ook voor de omgeving van de kerk van SintDenijs-Westrem en Afsnee is dit gebeurd. Het onderzoek ter plaatse heeft echter uitgemaakt dat er op geen enkel ogenblik een tekort is aan vrije parkeerplaatsen in de onmiddellijke omgeving van beide kerken, en het dus niet nodig is daar voorbehouden plaats(en) te voorzien. NR. 020/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 020/14 - AFVALCONTAINERS IN SCHUDDEVEESTRAAT - BEVOEGDE SCHEPEN - CHRISTOPHE PEETERS DD. 13 JANUARI 2014 (HERINGEDIEND 3 FEBRUARI) OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Meersschaut Guido N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Geachte schepen op 27 mei stelde ik u een vraag over de Schuddeveestraat. In het antwoord lees ik: “Recent werd de dienst Vastgoedbeheer geconfronteerd met de aldaar heersende discussie van afvalcontainers in het Schuddeveestraatje. De dienst tracht te werken naar een oplossing en zal ten gepaste tijde een voorstel naar het beleid brengen. “ Verder heb ik over deze zaak niets meer gehoord. Vraag Graag een stand van zaken. Heeft de dienst al een oplossing gevonden? Welke is die? Kan tegemoetgekomen worden aan de vraag van handelaars om afvalcontainers in deze straat te zetten? ANTWOORD De laatste stand van zaken met betrekking tot dit dossier (dd. 14/10/2013). Na nader onderzoek kan gesteld worden dat dit steegje behoort tot het privaat domein van de stad Gent (sedert de 19de eeuw) en niet tot het openbaar domein zoals aanvankelijk werd gedacht. Er werd ooit door de stad Gent een hekken geplaatst aan het steegje, om wildplassers, sluikstorters e.d. tegen te gaan. Dit hekken is door de dag niet afgesloten. Enkel 's avonds wordt dit afgesloten om vandalisme en inbraak tegen te gaan. Alle handelaars met een rechtstreekse uitgang op het steegje beschikken over een sleutel (een situatie die zo'n 30 jaar bestaat). Er van uitgaande dat dit steegje behoort tot het privaat domein van de stad Gent zijn er een aantal pistes mogelijk: 1. De huidige situatie behouden: er wordt een officieel gebruiksrecht verleend aan de rechtstreekse aangelanden en niet aan naburige geïnteresseerden, want het is erg moeilijk daar een grens te trekken (wie wel/wie niet). 2. Niemand krijgt een gebruiksrecht toegewezen: dit heeft tot gevolg dat alle rechtstreekse aangeladen een alternatief zullen moeten zoeken voor hun vuilnisbakken, met andere woorden de afvalproblematiek vergroten. 3. Het steegje verkopen: wat vanzelfsprekend de minst evidente oplossing is (opdelen, in 1 geheel verkopen,...). Er zijn een aantal horeca-uitbaters die momenteel problemen hebben met de stalling van hun afvalcontainer. Voor deze horeca-uitbaters kunnen we momenteel geen pasklare oplossing bieden. NR. 024/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 024/14 - VLOOTBEHEER STAD GENT BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN MARTINE DE REGGE - DD. 14 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Vromman Steven Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In het kader van de doelstelling om van Gent een klimaatneutrale stad te maken is het ook belangrijk om het wagenpark van de Stad en het gebruik ervan onder de loep te nemen. Een eerste stap daarin is een inventaris van dat wagenpark, van het verbruik van de wagens en van de types verbruikte brandstof. Vraag Daarom vernam ik graag het volgende van de schepen: Het overzicht van het volledige wagenpark van de Stad Gent meer bepaald het totaal aantal wagens en dit per brandstoftype, Het totaal aantal gereden kilometer per wagen per jaar gedurende de afgelopen 5 jaar. ANTWOORD In bijlage vindt u een overzicht van de voertuigen van de stad Gent van 2009 tot 2013. Per jaar vindt u ook het aantal gereden kilometers per voertuig. Voor 2013 werd uitgegaan van de cijfers na doorvoeren van de bewarende maatregelen. De kilometerstanden zijn gebaseerd op de gegevens die bij het tanken door de gebruikers worden ingegeven. Hierna geven we samenvattend enkele kerncijfers. Sinds 2009 is het aantal voertuigen als volgt geëvolueerd: Aantal voertuigen Aantal voertuigen 2009 2010 2011 2012 2013 Loodvrij 199 210 187 133 101 Diesel 402 446 468 460 429 CNG 9 Elektrisch 1 1 1 14 26 Hybride 7 7 7 7 7 609 664 663 614 572 Totaal De evolutie van het totaal aantal kilometer ziet er als volgt uit: Aantal kilometer 2009 2010 2011 2012 2013 4.152.427 4.273.218 4.151.979 3.931.812 3.924.986 Het aantal voertuigen van de stad Gent zit in dalende lijn. Ook het aantal gereden kilometers volgt deze dalende trend. In 2010 zien we nog een toename van het aantal voertuigen aangezien toen een inhaalbeweging werd gedaan en een aantal noodzakelijke vervangingen van de voorgaande jaren werden doorgevoerd. Dit was mogelijk door de gunning van enkele nieuwe raamcontracten. We zien gedurende de jaren 2010 en 2011 ook een toename van het aantal dieselvoertuigen. Dit is te wijten aan de gunstige Ecoscore die dieselvoertuigen destijds kregen. De formule voor de berekening van de Ecoscore werd in 2013 aangepast waardoor deze voertuigen nu minder gunstig worden beoordeeld. In de toekomst is het hoe dan ook de bedoeling deze dalende trends verder te zetten. Dankzij een nieuw softwaresysteem voor het beheer van de stadsvloot, kan elk voertuig afzonderlijk en de vloot als geheel efficiënt worden opgevolgd en beheerd. Door concrete maatregelen zoals de vorming van pools (ondersteund door een reserveringstool voor voertuigen die in het eerste kwartaal van 2014 live gaat voor de pilootdiensten) en het gebruik van Cambio worden verdere stappen in de goede richting gezet. In projecten zoals de POD Logistiek wordt dan weer onderzocht hoe bijvoorbeeld het gebruik van ITS en het centraliseren van locaties kan bijdragen tot het verder afslanken van de stadsvloot. NR. 025/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 025/14 - KRUISPUNT LINDENLEI – COUPURE RECHTS VEILIGER MAKEN VOOR FIETSERS - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 15 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Meersschaut Guido N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op het kruispunt Lindenlei – Coupure Rechts is de verkeersituatie gewijzigd door de recente aanpassingen van de rijrichting. Fietsers die van de Lindenlei richting Sint-Agnetebrug en Coupure Links fietsen moeten voorrang geven aan verkeer dat indraait vanuit de Coupure Rechts. Weinig fietsers verwachten zich hieraan. Het is ook moeilijk om verkeer van de Coupure rechts te zien aankomen. Daardoor ontstaat op dat kruispunt een potentieel gevaarlijke situatie. Het aanbrengen van “haaietanden” op het einde van de Coupure Rechts, waardoor automobilisten voorrang moeten geven aan het verkeer op de fietsas, kan misschien een oplossing zijn. Vraag Wilt u de verkeerssituatie aan dit kruispunt laten nakijken en onderzoeken of maatregelen voor een verhoogde veiligheid aangewezen zijn? ANTWOORD Na het wijzigen van de circulatie in de Lindenlei en Recollettenlei is dit punt inderdaad minder evident geworden voor fietsers. Ook in de vroegere situatie waren er reeds conflicten bekend tussen rechtsafslaand verkeer (vanuit de Lindelei naar Coupure Rechts) en fietsers die rechtdoor over de Sint-Agnetabrug reden. Uw voorstel voor het wijzigen van de voorrangsregeling is ook al binnen de stad geopperd. Binnen de werkgroep die zich buigt over de verkeerscirculatie in de binnenstad, wordt deze piste bekeken. Daarover zou snel uitsluitsel moeten zijn. In tweede instantie is er ook de langere termijn. De verkeerscirculatie in de Recollettenlei en Lindelei is tot nader order een tijdelijke maatregel die kadert in het bereikbaar houden van de omgeving Onderbergen tijdens de PAG-aswerken. Binnen de opmaak van het mobiliteitsplan loopt een studie naar de verkeerscirculatie in de binnenstad (na afronding van alle grote infrastructuurwerken). Binnen die toekomstige situatie moet worden onderzocht hoe alle fietsroutes kunnen worden geoptimaliseerd in functie van comfort en veiligheid voor de fietser, ook op dit specifieke kruispunt. In de buurt kruisen namelijk twee fietsroutes: een vertakking van de Oost-Westroute en de Leiepromenade. NR. 026/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 026/14 - ZWERFAFVAL IN DE ZUIDBUURT - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN TINE HEYSE - DD. 15 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Sleurs Elke N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op het jongste overleg tussen het stadsbestuur en de buurtbewoners van de Zuidbuurt over de overlast veroorzaakt door de prostitutiebuurt kwam het probleem van het zwerfvuil ter sprake. Vooral tijdens de weekends blijkt er veel overlast door de hoeveelheid afval die bezoekers van de prostitutiebuurt en aanpalende cafés achterlaten op straat. Tijdens het overleg werd er onder andere geopperd om grotere vuilnisbakken te plaatsen om zo hopelijk de hoeveelheid zwerfvuil te doen verminderen. Burgemeester Termont zei toen dat hij samen met Ivago zou bekijken of het haalbaar was om tijdens de weekends tijdelijke vuilnisbakken, zoals we die kennen van de Gentse Feesten, te plaatsen. Vraag Is er hier al een overleg over geweest? Wat was het resultaat van deze bespreking? Is de optie ook bekeken om permanente grotere vuilnisbakken en/of een groter aantal vuilnisbakken te plaatsen? Zijn er andere mogelijkheden om het probleem van het zwerfvuil aan te pakken? ANTWOORD De vraag om tijdens het weekend afvalkorven te plaatsen in de Brabantdam werd door IVAGO onderzocht. Afvalkorven dienen om het zwerfafval in te deponeren, dit gaat dus over blikjes, flesjes, afval van etenswaren, enz. Grotere afvalkorven plaatsen, met name Gentse Feesten containers, zal waarschijnlijk aanleiding geven tot het oneigenlijk gebruik ervan: deponeren van huisvuil of sluikstorten. Indien er enkel tijdens de weekend grotere afvalkorven zouden geplaatst worden, zou dit een wekelijks inzet van mensen en materieel vragen (laden van vrachtwagen, voeren, afladen, leegmaken tijdens het weekend, 's maandags terug opladen enz.). Daarvoor zijn momenteel geen mensen en middelen ter beschikking. De kosten ervan zouden erg hoog oplopen. Uitbaters, van bijvoorbeeld nachtwinkels, moeten ook steeds een korf plaatsen zodat hun klanten het aangekochte afval in de korf van het verbruikspunt kwijt kunnen. Hier wordt ook effectief op gecontroleerd door de Gemeenschapswachten. Bij de laatste controle in december 2013 waren alle nachtwinkels in orde. De uitbaters moeten tevens de onmiddellijke omgeving van hun zaak netjes houden door de stoep te vegen, dit was bij de laatste controles door de Gemeenschapswachten in orde. NR. 027/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 027/14 - DUIDELIJKE WEGMARKERING TER HANDHAVING VAN DE ZONE 30 - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 15 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Temmerman Karin sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In uw antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 619 betreffende een algemeen verkeerscirculatieplan voor Gentbrugge verwijst u naar de verkeerssituatie in de Kerkstraat. Aangezien deze gedeeltelijk is ingericht als eenrichtingsstraat en er op verschillende plaatsen verkeersplateaus voorzien zijn om het verkeer af te remmen, zijn er geen extra maatregelen nodig ter handhaving van snelheid. Nochtans bevestigen verschillende bewoners van de Kerkstraat dat automobilisten maar al te vaak veel te hoge snelheden hanteren in de straat. Een bewoner sprak zelfs dat er al twee maal een auto tegen zijn gevel was gereden. In vele delen van Gentbrugge geldt een zone 30. Een duidelijkere signalisatie van die zone 30 kan helpen bij de handhaving van de snelheid. Nu is er in vele straten enkel een vage, onduidelijke of afgesleten markering op de baan, waardoor het zou kunnen dat het niet voor alle weggebruikers duidelijk is dat daar zone 30 geldt. Het zou nuttig zijn om de wegmarkeringen te herhalen, maar niet enkel in Gentbrugge maar over het hele grondgebied. Vraag Bent u bereid om te onderzoeken welke straten in aanmerking komen voor de (her)aanbreng van de wegmarkeringen ‘zone 30’? ANTWOORD Bij invoering van een afgebakende zone 30 is het van groot belang elke mogelijke toegangsweg tot die zone 30 aan te duiden met een verkeersbord F4a (zone 30). Ook bij het verlaten van dezelfde zone is een verkeersbord F4b voorzien (einde zone 30). Ter ondersteuning van de zone 30 grens is het gebruikelijk deze nogmaals te accentueren, niet meer of minder én zonder wettelijke meerwaarde, met een markeringspoctogram 30 km. Op deze manier is de weggebruiker duidelijk en ondubbelzinnig op de hoogte of hij zich al of niet bevindt in een zonaal gebied met snelheidsbeperking. Ter herinnering is het in grotere zones tevens gebruikelijk binnenin deze zone op regelmatige basis een herhalingsbord zone 30 te plaatsen, meestal ondersteunend met een grondpictogram. Bij de invoering van de zone 30 zijn de plaatsen van deze herhalingsborden eveneens bepaald, in die mate dat er steeds op gelet is geen overbebording te creëren, dit leidt immers tot verwatering van de andere (belangrijke) verkeerstekens. Het onderhoud van borden en pictogrammen gebeurt door de stadsdienst, Wegen, Bruggen en Waterlopen. De noodzaak tot vervangen of heropfrissen van borden en markeringen wordt bepaald bij oplijsting tijdens regelmatige inspectieronden of naar aanleiding van tussentijdse specifieke klachten over onduidelijkheid. We zullen deze werkwijze verder aanhouden. NR. 028/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 028/14 - SNELHEIDSMETINGEN IN DE MEERHOUTSTRAAT - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - 16 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Pee Jef CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In november werd in de Meerhoutstraat een snelheidsidentificatiebord geplaatst. Vraag Wat zijn de resultaten van deze metingen? Welke maatregelen zullen worden genomen op basis van voornoemde resultaten? Wanneer zullen die worden uitgevoerd? ANTWOORD In de Meerhoutstraat ter hoogte van de school stond een snelheidsindicatiebord opgesteld van 13/11/2013 tot 24/11/2013. Uit de metingen blijkt dat de gemiddelde snelheid 35km/u is op een passage van 16.418 voertuigen in die periode. 85% van de metingen ligt lager dan 46 km/u. 34% van de bestuurders houdt zich aan de maximum toegelaten snelheid van 3. km/u. We werken momenteel aan een typebenadering van klachten over te hoge snelheid. In deze typebenadering zullen er afspraken gemaakt worden met de Politie over opvolging van klachten over te hoge snelheid, en zullen typeoplossingen uitgewerkt worden voor dergelijke straten met een dergelijk snelheidsbeeld. Voorlopig zijn er dus geen maatregelen gepland. We nemen deze straat mee in onze verdere structurele aanpak. NR. 029/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 029/14 - HINDER DIV-KANTOOR VISSERIJ - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 20 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Souguir Sami Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Uit het antwoord op een vraag van collega Schiettekatte in het vragenuur van oktober laatstleden, bleek dat het stadsbestuur niet werd betrokken bij de verhuis van de DIV naar de Visserij. U deelde de bekommernis dat de verhuis voor een bijkomende belasting van de straat zorgt, alsook voor heel wat hinder. U zou dan ook een brief schrijven aan de bevoegde staatssecretaris om deze problematiek aan te kaarten. Vandaag melden bewoners mij de aanhoudende hinder die ze ervaren van het DIVkantoor. Concreet heb ik dan ook volgende vragen: Vraag Wat was het antwoord van de bevoegde staatssecretaris op deze problematiek? Werden maatregelen gepland of genomen om de hinder voor de buurt zo beperkt mogelijk te houden? ANTWOORD Er is effectief een brief verstuurd naar de bevoegde staatssecretaris. In zijn antwoord stelt de staatssecretaris dat er wettelijk geen noodzaak was om de stad Gent te raadplegen bij de nieuwe vestiging van de DIV. Men wou echter een vestiging die goed bereikbaar was met het openbaar vervoer en door het feit dat de Visserij als fietsstraat ingekleurd staat, dacht de FOD hier zijn doel te kunnen bereiken, aldus de brief. De staatssecretaris wijst er ook op dat men als FOD moeilijk zelf kan optreden tegen foutparkeren. De brief sluit af met de belofte dat de FOD zeker een gesprek wil aangaan met de stad, als de stad "een locatie kan aanbieden die goed bereikbaar is met het openbaar vervoer'. Wanneer de stad daartoe voorstellen naar voor kan brengen dan zou de FOD zeker bereid zijn er naar te luisteren. Het Mobiliteitsbedrijf heeft dit aanbod op haar beurt overgemaakt aan de Dienst Economie. De cel acquisitie en vestigingsbeleid zal contact opnemen om te kijken of er een goeie locatie mogelijk is. Er is een verschil tussen locaties suggereren als bijvoorbeeld de stationsomgeving en een op maat toegesneden aanbod te doen. NR. 030/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 030/14 - COMPENSATIE VOOR GEBRUIK TROPISCH HARDHOUT OP STADSHAL - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN MARTINE DE REGGE - DD. 20 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Bracke Siegfried N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De stedelijke adviesraad voor Milieu en Natuur bracht op 12/06/2013 advies uit over het hout dat gebruikt werd bij de bouw van de stadshal. In een collegebesluit van 10/01/2014 geeft het stadsbestuur antwoord op het advies van de MINAraad. In dit antwoord bevestigt het schepencollege dat zij het gebruik van tropisch hardhout wil compenseren door te investeren in een bebossingsproject. Het college wacht op een advies van het departement Facility Management dat een aantal voorstellen onderzoekt. Het hardhout werd in februari 2012 op het dak van de stadshal gelegd. Vraag 1. Waarom duurt dit allemaal zo lang? 2. Wanneer zal de compensatie uitgevoerd worden, waaruit zal die bestaan en wat zal dat kosten? ANTWOORD Antwoord op vraag 1 Op het einde van de werf hebben zowel de controleur als de projectleider om persoonlijke redenen loopbaanonderbreking genomen. Hierdoor dienden andere mensen dit niet eenvoudige dossier over te nemen. Hierdoor hebben bepaalde deelaspecten van het dossier vertraging opgelopen. Antwoord op vraag 2 Het stadsbestuur stelt een compensatie van ongeveer 10.000 euro voor om een project te ondersteunen voor de aanplant van nieuwe bossen. Hiervoor liggen momenteel een aantal voorstellen ter onderzoek bij het departement Facility Management, dat daarop een advies zal uitbrengen naar het college van burgemeester en schepenen. Het is immers belangrijk de zekerheid te hebben dat de steun of compensatie daadwerkelijk bij de juiste personen/organisaties terechtkomt. NR. 033/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 033/14 - DEFECTE LIFTEN STADSHAL BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN MARTINE DE REGGE - DD. 20 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Bracke Siegfried N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op 18 december raakte een groep kinderen geblokkeerd in een lift van de stadshal. Sindsdien zijn de liften buiten gebruik. De defecte lift was volgens het stadsbestuur nog in garantie tot 21 december. Het lijkt logisch dat de stad voor de periode vanaf 21 december een onderhoudscontract voor deze liften zou hebben voorzien. Ik vind de liften van de stadshal echter niet terug op de inventaris van liften in stadsgebouwen die onder het onderhoudscontract van de Stad Gent vallen. Vraag Hoe verklaart u dat? Wanneer zullen de liften van de stadshal weer in gebruik worden genomen? Wie betaalt voor de herstelling ervan? Wanneer wordt er een onderhoudscontract voor deze liften afgesloten? ANTWOORD De bewuste lift was contractueel tot 21 december 2013 nog in garantie en in onderhoud bij de aannemer. Het totale project Kobra 2 had een garantieperiode van 2 jaar te starten op 21 december 2012, inclusief de 3 liften. De FM-diensten waren er van uitgegaan dat deze periode garantie en onderhoud betrof, meestal vallen die twee termijnen samen. Daarom was er ook nog geen onderhoudscontract voorzien vanaf 21 december 2013, maar was dit pas voor 21 december 2014 ingepland. Bij nalezen van het contract naar aanleiding van het incident met de groep kinderen bleek dat in het contract was voorzien dat het onderhoud van de liften door de aannemer slechts één jaar bedroeg na oplevering. ->Concreet betekende dit dat op het ogenblik van het incident op 18 december 2013 de leverancier nog de volle verantwoordelijkheid had over de lift. Stad Gent heeft daarom de liften door een onafhankelijk extern organisme laten keuren, en is met deze keuringsverslagen aan tafel gaan zitten met de aannemer op 16 januari 2014. De aannemer samen met de leverancier van de lift hebben zich aansluitend bij dit overleg geëngageerd om de opmerkingen aan te pakken en de 3 liften terug operationeel te maken, de kosten om de mankementen aan de lift in orde te brengen zullen ten laste genomen worden door de aannemer en de leverancier van de lift ->Drie dagen NA het incident had Stad Gent het contract moeten overnemen. Wij waren hier niet op voorbereid, daarom ook zijn deze liften niet terug te vinden in de lijst met onderhoudscontracten liften. Onmiddellijk na het incident hebben we de onderhandelingen hierrond opgestart, we moeten namelijk een actief bijstands- en onderhoudscontract hebben vooraleer de lift terug in dienst kan komen. Pas als ALLE tekorten aangepakt zijn laten we de liften opnieuw keuren, pas na een goed keuringsverslag en na het afsluiten van een onderhoudscontract kan die in dienst genomen worden. Wat is de huidige status: De leverancier van de liften heeft op 21 januari meerdere punten aangepakt. Bij nazicht door Stad Gent bleken nog niet alle punten conform te zijn zodat we bijkomende interventies van de leverancier gevraagd hebben. Het gaat hierbij over diverse zaken waarvan een deel moet in orde zijn vooraleer de liften gekeurd en daarna in gebruik kan genomen worden (bvb. correcte werking noodbediening, alarmtelefoon) , een deel kan later (bvb. roestvorming verhelpen) We zijn ook in onderhandeling om deze lift binnen een onderhoudscontract te brengen. Gezien deze lift nog gedurende één jaar in garantie is bij de fabrikant zullen we dit onderhoudscontract voor diezelfde periode bij deze fabrikant afsluiten en dit niet binnen het lopende raamcontract brengen. We verwachten een positieve keuring na aanpassingen alsook een operationeel onderhoudscontract tegen de week van 10 februari, waarna we de lift onmiddellijk in gebruik zullen nemen. NR. 034/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 034/14 - VERKEERSONVEILIGHEID OMGEVING GANZENDRIES – TUINWIJKLAAN – MAALTEBRUGGESTRAAT - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 21 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Yüksel Veli CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De buurt aan de achterkant van het Sint-Pietersstation, tussen de Voskenslaan en de Kortrijksesteenweg, heeft af te rekenen met heel veel sluipverkeer. De werkzaamheden aan het SintPietersstation en recenter ook aan De Sterre hebben de verkeersintensiteit nog zeer sterk doen toenemen. Bovendien hanteren veel bestuurders een totaal onaangepaste snelheid in deze buurt, waar een zone 30 geldt. De buurtbewoners hebben zich verenigd in een comité en vragen verkeersremmende maatregelen Vraag 1) Erkent de schepen het probleem van sluipverkeer en overdreven snelheid in deze buurt? 2) Welke maatregelen zal de schepen nemen om aan dit probleem te verhelpen? Op welke termijn zal dat gebeuren? ANTWOORD Er is overleg geweest met de bewoners uit deze buurt. De afspraak was dat de bewoners een voorstel zouden ontwikkelen voor een alternatieve circulatie in de buurt. Als het doorgaand verkeer drastisch kan geweerd worden, is er immers veel minder nood aan snelheidsremmende maatregelen. We kregen echter recent de boodschap dat de bewoners er zelf niet uit komen. Dit is begrijpelijk, want ingrijpende circulatiemaatregelen hebben tot gevolg dat weliswaar doorgaand verkeer sterk ontmoedigd wordt, maar tegelijkertijd moeten bewoners zelf fors omrijden. Daarom is er afgesproken dat we toch gaan werken aan snelheidsremmende maatregelen. Het Mobiliteitsbedrijf bekijkt momenteel hoe we dit zullen aanpakken. Een echter termijn kan ik daarom nog niet meegeven. NR. 036/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 036/14 - DREIGENDE AFBRAAK KASTEEL ‘LE BOIS DORMANT’ SINT-DENIJS-WESTREM - BEVOEGDE SCHEPEN SCHEPEN TOM BALTHAZAR - DD. 22 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Vandekerckhove Bram Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Naar verluidt bestaat het plan om een merkwaardig monumentaal gebouw af te breken in het kader van de opbouw van een nieuw ziekenhuis op de site van Marie Middelares in Sint-Denijs-Westrem. Het gaat meer bepaald om het kasteel dat werd gebouwd in 1913 door de textielbaron Fernand Hanus (Hanet). Hij liet het majestueuze gebouw bouwen aan de Kortrijksesteenweg ter hoogte van de Maaltebeek als zijn buitenverblijf. De plannen waren gesigneerd door de Brusselse architect G.Hobe. In 1925 werd het kasteel, dat de naam kreeg “Le Bois Dormant”, uitgebreid met twee ovaalvormige vleugels, naar een ontwerp van de Parijse architect Jacquelin. In 1934 kwam het gebouw in het bezit van de zusters cisterciënzers die er een ziekenhuis rond bouwden, het nu in volle heropbouw verkerende ziekenhuis Maria Middelares. In de plannen van het nieuw opgerichte ziekenhuis zou het kasteel “Le Bois Dormant”, dat de kern vormde van het oude ziekenhuis worden afgebroken. Als dit gebeurt, verdwijnt ongetwijfeld een waardevol onderdeel van ons bouwkundig patrimonium. Vraag Klopt het dat de sloop van het kasteel ‘Le Bois Dormant’ opgenomen is in de plannen voor de nieuwbouw van Maria Middelares? Zo ja, van wanneer dateert de stedenbouwkundige vergunning hiervoor verleend door de stad? - Werd bij het verlenen van de stedenbouwkundige vergunning rekening gehouden met de erfgoedkundige waarde van dit kasteel? Door wie werd deze toets gedaan en wat was het resultaat/welk advies werd er gegeven? - Zijn er nog pistes mogelijk om het kasteel alsnog van de sloop te redden? ANTWOORD In opdracht van het AZ Maria Middelares werd door de ontwerpers EGM-LOXX "een masterplan opgemaakt dat de toekomstige ontwikkelingen van de gelijknamige site langs de Kortrijksesteenweg kadert. Dit masterplan gaat uit van een transformatie van de campus waarbij op gefaseerde wijze de bestaande gebouwen worden gesloopt en vervangen door nieuwe. De bestaande functies: ziekenhuis, school, kinderdagverblijf en klooster blijven behouden en worden in de toekomst nog uitgebreid met andere aan zorg- en opleiding gerelateerde activiteiten. In 2008 nam het college formeel akte van dit masterplan. In uitvoering ervan werd kort daarna door het college een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd voor de sloop van de pastorie om op deze plaats een nieuw kinderdagverblijf op te richten. In 2010 werd een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd voor het oprichten van een nieuw ziekenhuis op de plaats waar zich vroeger het kinderdagverblijf en de materniteit bevonden. De materniteit wordt momenteel ondergebracht in een tijdelijk vergund gebouw ter hoogte van de toegang aan de Poolse Winglaan er werd ook een tijdelijke parkeertoren vergund. Voor de sloop van het zogenaamde "kasteel Hanus", zoals beschreven in de Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (ID18423), werd tot vandaag nog geen stedenbouwkundige vergunning aangevraagd of verleend. Zoals al vermeld gaat het masterplan wel uit van de sloop ervan en wordt daarna voorzien in een centrale wandelas die zal zorgen voor een rechtstreekse leesbare verbinding van het nieuwe ziekenhuis met de Kortrijksesteenweg. Sinds de aktename van het masterplan zijn er echter verschillende elementen bijgekomen die tot een mogelijke bijsturing kunnen leiden. Zo kreeg in 2009 de vermelde Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed een juridische basis waardoor sloop van deze items pas kan na een erfgoedtoets en werd in datzelfde jaar de Amberboom in de voortuin opgenomen als beschermd monument. Intussen vernamen we ook dat de afbraak van het klooster niet meteen gevraagd wordt. Al deze elementen vragen een mogelijke bijsturing van de keuzes die destijds werden gemaakt voor de toekomstige inrichting, minstens voor het voorste gedeelte van de campus. In het kader van deze bijsturing kan het eventueel behoud (al dan niet deels) van het voormalig kasteel mee in overweging worden genomen, uiteraard in afweging met de gewenste structuur en ontwikkelingsperspectief van de campus. Deze bezorgdheid werd overigens expliciet meegegeven bij het toekennen van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw van het nieuw ziekenhuis in 2010 (aandachtspunten bij verder realisatie van het masterplan: de nodige aandacht en betrokkenheid wordt gevraagd bij de toekomstige ontwikkeling van de gebouwen vermeld in de Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed en gelegen aan de Kortrijksesteenweg...). NR. 037/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 037/14 - INCIDENTEN WEDSTRIJDEN GHELAMCO ARENA - BURGEMEESTER - DD. 22 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Yüksel Veli CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Zowel bij de wedstrijd tegen RSC Anderlecht op 15 december als bij die tegen Club Brugge op 22 december kwam het in de Ghelamco Arena tot schermutselingen tussen de supporters van de thuisploeg en de bezoekers. Het open karakter van de Ghelamco Arena, waarbij alle vakken met elkaar verbonden zijn, draagt ertoe bij dat er gemakkelijker incidenten kunnen ontstaan. De supporters van de thuisploeg en de bezoekers zijn immers niet van elkaar gescheiden, zoals destijds in het Ottenstadion. Ondanks de incidenten houdt KAA Gent vast aan het open karakter van het stadion. Wel brengt de club alle hens aan dek om het aantal incidenten te beperken. Voor de wedstrijd tegen Club Brugge werden liefst 320 stewards ingezet, dubbel zoveel als ooit in het Ottenstadion. Intussen werd ook een nultolerantiebeleid ingevoerd. Supporters die zich misdragen krijgen een geldboete of een stadionverbod. Een veertigtal supporters zouden al zo’n stadionverbod hebben gekregen. Ook de politie heeft haar handen meer dan vol met het bewaken van de veiligheid in de Ghelamco Arena. Tijdens de wedstrijd tegen Club Brugge werden bijvoorbeeld een dertigtal processen-verbaal opgemaakt. Om na te gaan welke maatregelen kunnen worden genomen om de veiligheidssituatie in het stadion te verbeteren en incidenten in de toekomst te vermijden, werd overleg gepland met de club, de Gentse politie en het ministerie van Binnenlandse Zaken. Vraag 1) Welke inzet van de lokale politie vergen thuiswedstrijden van KAA Gent in de Ghelamco Arena (naargelang het risicotype van de wedstrijd)? Hoe verhoudt dit zich ten aanzien van de inzet die nodig was in en rond het Ottenstadion? 2) Heeft er intussen overleg plaatsgevonden tussen de club, de Gentse politie en het ministerie van Binnenlandse Zaken? Zo ja, wat waren de resultaten van dat overleg? Zo neen, wanneer is dit overleg gepland? 3) Wat is het standpunt van de Gentse politie en van de burgemeester aangaande de veiligheidssituatie in de Ghelamco Arena en eventuele maatregelen die moeten worden genomen om incidenten te vermijden? ANTWOORD Antwoord op vraag 1 Teneinde hier een concreet antwoord te kunnen geven vergelijken wij de standaardinzet voor drie wedstrijden uit elke categorie van risicoprofiel. Hierbij dient opgemerkt dat er voor elke wedstrijd een bijkomende afzonderlijke risico-analyse uitgevoerd wordt en dat er op basis van deze analyse, indien nodig, meer politie voorzien wordt dan wat standaard voorzien werd. Risico laag: (KAA Gent-Waasland Beveren) Ottenstadion 08/12/2012: inzet PZ Gent 177 manuren - inzet Hycap 9 manuren (spotters Beveren)= 186. Ghelamco Arena 23/11/2013: inzet PZ Gent 239 manuren - inzet Hycap en federale steun 63 manuren (spotters + Sectie Cavalerie) = 302 (116 +). Risico gemiddeld: KAA Gent-Standard de Liège) Ottenstadion 19/01/2013: inzet PZ Gent 683 manuren - inzet Hycap en federale steun 130 manuren = 813. Ghelamco Arena 03/11/2013: inzet PZ Gent 459 manuren - inzet Hycap en federale steun 172 manuren = 631 (-182). Risico zeer ernstig: KAA Gent-Club Brugge Ottenstadion 30/09/2012: inzet PZ Gent 797 manuren - inzet Hycap en federale steun 505 manuren = 1302. Ghelamco Arena 22/12/2013: inzet PZ Gent 446 manuren - inzet Hycap en federale steun 544 manuren = 990 (-312). Antwoord op vraag 2 Bij de wedstrijden waarbij zich problemen hebben voorgedaan heeft er telkens onmiddellijk na de wedstrijd een debriefingvergadering plaatsgevonden met Politie en Veiligheidsverantwoordelijke waarbij de probleemsituaties werden geanalyseerd. In de dagen na de wedstrijden waarbij zich problemen hebben voorgedaan was er via mailverkeer overleg tussen het diensthoofd van de Voetbalcel bij MinBiza, diensthoofd DOOB PZ Gent en de Veiligheidsverantwoordelijke van de club waarbij de te volgen strategieën en de te nemen maatregelen werden besproken. Door de Veiligheidsverantwoordelijke werden bepaalde richtlijnen verstrekt waarbij supporters, zowel bezoekende als thuissupporters, duidelijk werden geïnformeerd hoe zij zich dienden te gedragen. Aan de huurders van office-boxes en jumbo loges wordt voortaan door KAA Gent een bijkomende overeenkomst afgesloten waarin gedragsregels van de bezoekers ervan werden vastgelegd. Er werd een Burgemeestersbesluit genomen waarbij de gedragsregels voor de bezoekende supporters werden geregeld (wedstrijd KAA Gent-Club Brugge). Door de Politie wordt een zerotolerantie gehanteerd voor wat betreft onderlinge provocaties van supportersgroepen aan de vakscheiding en de collectieve verplaatsingen die bepaalde supporters binnen het stadion maken teneinde andere supporters te provoceren. Antwoord op vraag 3 Probleemsituaties zijn gelet op de open structuur van het stadion nooit uit te sluiten en het is en blijft de bedoeling dat (familie)supporters gezellig naar de voetbal kunnen gaan. De tot op heden genomen maatregelen (lik-op-stukbeleid) lijken voorlopig te volstaan, maar de toekomst zal dit later dienen uit te wijzen. Desgevallend dient te worden bijgestuurd. Proactieve werking, communicatie en streng reageren op (potentiële) relschoppers is nodig. Een strikt verbaliseringsbeleid op basis van de voetbalwet tegenover de personen die zich niet aan de gedragsregels houden dient verder te worden toegepast en heeft ook een afschrikeffect naar supportersgroepen die bepaalde intenties zouden hebben die tegen de algemene gedragsregels indruisen. NR. 038/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 038/14 - DE GENTSE STADSGIDS BURGEMEESTER - DD. 23 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Deckmyn Johan Vlaams Belang OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Uit diverse bronnen vernam ik dat de Stadsgids, editie 2014-2015, met onder meer informatie over de Gentse stadsdiensten, niet meer publiekelijk zal worden gebust in Gent. Deze gids is echter voor vele Gentenaars een handig opzoekingsdocument met tal van publieke en particuliere informatie. Vele adverteerders zijn echter ook vragende partij voor een blijvende publieke verdeling van deze Stadsgids overal in Gent. Vraag Kloppen deze geruchten? Is het juist dat deze Stadsgids niet meer bus aan bus verdeeld zal worden? Welke initiatieven nam de stad Gent hieromtrent? Hebben de adverteerders hieromtrent al gereageerd? ANTWOORD Het college heeft inderdaad beslist geen nieuwe offertevraag te lanceren voor de publicatie van een volgende editie van de Stadsgids. Het college oordeelt dat de meeste Gentenaars ondertussen beschikken over een internetverbinding, of - in het andere geval - er voldoende mogelijkheden zijn om een publieke PC met internetverbinding te raadplegen. Het is u ongetwijfeld bekend dat alle gegevens die tot nu toe raadpleegbaar waren in de gedrukte stadsgids op een zeer gebruiksvriendelijke wijze te vinden zijn op de website www.gent.be. Bijkomend voordeel is dat de gegevens op de website meteen kunnen aangepast worden, van zodra er zich een wijziging voordoet. Wat voor een gedrukt exemplaar uiteraard niet geldt. Daarnaast kan iedereen via een eenvoudig telefoontje naar Gentinfo, alle gewenste informatie bekomen. Gelet op de aanzienlijke hoeveelheden grondstoffen en energie die met de productie en de distributie (in 137.000 brievenbussen!) gepaard gaan, acht het college het onverantwoord om nog langer een initiatief te nemen ten einde een gedrukte versie van de stadsgids in iedere Gentse brievenbus te verspreiden. NR. 039/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 039/14 - WANDELWEGEN VOOR RUITERS - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 24 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Pee Jef CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Recent werd het verbodsbord voor ruiters teruggeplaatst in de Krijtekerkwegel. De ruiters hebben dan ook een aantal vragen. Vraag 1. Wat is voor ruiters de meest veilige route tussen de Rapenburgstraat en de Albert De Smetstraat? 2. Wat is de minimumbreedte van een weg opdat die zou kunnen gebruikt worden door zowel wandelaars, fietsers als ruiters? 3. Kan de verdwenen (kerk)wegel die begon rechtover het klooster van Sint-Kruis-Winkel en liep naar het pomphuisje aan de Moervaart opnieuw in gebruik worden genomen over een breedte zodat zowel wandelaars, fietsers als ruiters er gebruik kunnen van maken? ANTWOORD Een ruiter te paard wordt beschouwd als een voertuig. We kunnen dan ook enkel aanraden de openbare weg te volgen met inachtneming van de geldende gedragsregels. De vraag naar een minimumbreedte voor een weg opdat die kan gebruikt worden door wandelaars, fietsers en ruiters is niet zomaar te beantwoorden. Zeer veel hangt af van de frequentie van passage van deze verschillende categorieën weggebruikers en van de lokale plaatsgesteldheid. De aanwezigheid van al dan niet brede bermen maakt dat bijvoorbeeld ruiters of voetgangers even kunnen uitwijken. Het Mobiliteitsbedrijf is niet op de hoogte van klachten die zouden voortkomen over het medegebruik van wegen door ruiters. Wat uw derde vraag betreft, deden we navraag bij de Groendienst. Van zodra we hun antwoord ontvangen, sturen wij dit u na. NR. 040/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 040/14 - TOEGANGSSLAGBOMEN CONTAINERPARK DRONGEN - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN TINE HEYSE - DD. 24 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Goossens Paul CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Reeds meerdere keren wordt vastgesteld dat er iets mis loopt met de infrastructuur bij de ingang van het containerpark in Drongen. Er is altijd wel iets aan de hand. Vraag Is dit toeval of gaat het om een structureel probleem? Indien het een structureel probleem is komt dit ook op andere containerparken voor? Welke oplossing zal hiervoor worden geboden? ANTWOORD IVAGO ging na welke incidenten zich voordeden met betrekking tot de toegangsinfrastructuur aan het recyclagepark Drongen-Koninginnelaan. Tussen 1 december 2013 en 30 januari 2014 deden zich volgende problemen voor: - 10 december (van 11u. tot 14.45u.): probleem met slagboom. Onderhoudsfirma diende hiervoor ter plaatse te komen. - 11 december (10.40u. tot 14.30u.): opnieuw probleem met slagboom waarvoor de onderhoudsfirma ter plaatse diende te komen. - 13 december (13.35u. tot 13.36u.): probleem met de inritzuil. Dit kon van op afstand worden opgelost. - 10 januari (12.05u. tot 12.32u.): probleem met de betaalzuil dat eveneens van op afstand kon worden opgelost. Deze problemen doen zich sporadisch ook op andere parken voor, maar het betreft geen structureel probleem. Een ander probleem dat zich sporadisch voordoet betreft de melding die sommige bezoekers bij het verlaten van het park krijgen dat hun kaart "ongekend is". Dit is een anomalie daar zij met dezelfde kaart toegang tot het park kregen. Dit deed zich in Drongen in dezelfde periode 57 keer voor op een totaal van 5.365bezoekers. Op alle parken samen kwam dit probleem in totaal 112 keer voor, op een totaal van ruim 40.000 bezoeken. Het betreft een complex probleem dat wellicht te maken heeft met het dataverkeer tussen de recyclageparken en de IVAGO-server waarvan we de oorzaak momenteel nog niet hebben kunnen achterhalen. Er wordt volop naar een oplossing hiervoor gezorgd. NR. 041/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 041/14 - WATERSTRAAT / JACOBUS DE KEUKELAERESTRAAT, OOSTAKKER - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 27 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Pee Jef CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Er werden in de Waterstraat, hoek Jacobus De Keukelaerestraat werken uitgevoerd in opdracht van TMVW / Aquafin. Daarbij werd een verhoogde trottoirband aangelegd. Deze verhoogde trottoirband zorgt er voor dat fietsers, vaak ouderen, bij regenweer ten val komen. Een oplossing kan er in bestaan om deze verhoogde trottoirband van een hellend vlak te voorzien. Vraag Is het stadsbestuur bereid, ten voordele van de fietsers, dit hellend vlak te voorzien? Zo ja, wanneer kan dit worden uitgevoerd? Zo neen, waarom niet? ANTWOORD Een doorlopend trottoir is een constructie die vaak wordt uitgevoerd om een verkeersgebied te scheiden van een woongebied en de voetganger een veiligere oversteek aan te bieden. Op die manier krijgen rijweggebruikers een duidelijk signaal dat ze een ander gebied in- of uitrijden en hun rijsnelheid dienen aan te passen. Een doorlopend trottoir betekent ook dat de voetganger voorrang heeft. Daarom wordt er best met een licht hoogteverschil gewerkt. Op deze locatie is een doorlopend voetpad uitgevoerd, volledig conform de ontwerprichtlijnen, met schuine boordstenen. NR. 043/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 043/14 - VERKEER WIELEWAALSTRAAT BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 27 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : D'hose Stephanie Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De bewoners van de Wielewaalstraat klagen over te snel verkeer in hun straat, die vaak als sluipweg dient om het kruispunt Brugsesteenweg-Rooigemlaan te vermijden. Vraag Zijn er reeds verkeerstellingen uitgevoerd in deze straat? Zo ja, wat hebben deze uitgewezen en tot welke maatregelen kunnen deze leiden? Zo nee, is de schepen bereid de nodige stappen te ondernemen om verkeerstellingen te laten uitvoeren? ANTWOORD Er zijn geen tellingen beschikbaar uit de Wielewaalstraat. Deze kunnen zeker uitgevoerd worden om de intensiteiten in de straat in kaart te brengen. Op die manier kunnen we de klacht objectiveren en nagaan of er maatregelen mogelijk zijn. Het Mobiliteitsbedrijf heeft een telling ingepland. Deze zal uitgevoerd worden vlak voor of net na de krokusvakantie. NR. 044/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 044/14 - TROTTOIR GUISLAINBRUG BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 27 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : D'hose Stephanie Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Het trottoir op de Guislainbrug (stadinwaarts, zijde Palinghuizen), ligt er na kabelwerken belabberd bij. Het is trottoir is er al smal wegens de aanwezige elektriciteitskasten, het ligt er nu ook nog eens slecht bij. De brug is nochtans een belangrijke oversteekplaats voor voetgangers die vanuit de wijk Brugsepoort naar de halte van tramlijn 1 in de Jozef Guislainstraat gaan. Vraag Welke stappen zal u ondernemen om verbeteringswerken aan dit trottoir te laten uitvoeren? ANTWOORD De dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen heeft het nodige onderzoek verricht. De brug is eigendom van AWV, maar de dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen staat in voor het onderhoud van de voetpaden op de brug. De verslechtering van het voetpad door nutswerken kunnen wij niet bevestigen. De dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen heeft geen weet van nutswerken op de brug en ook de Vlaamse Overheid, die in principe een vergunning dient af te leveren voor werken op de brug, is niet op de hoogte. Momenteel worden in de Palinghuizen (voetpad kant woningen) wel nutswerken uitgevoerd in opdracht van Elia. Mogelijks zorgt dit voor de verwarring? Los van de mogelijke oorzaak zal aan de bevoegde sector van de dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen wel opdracht gegeven worden om de toestand van de voetpaden op de brug na te gaan en indien nodig bijkomende herstellingen uit te voeren. Wij kunnen u wel al meegeven dat de dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen reeds herstellingen uitgevoerd heeft op de Guislainbrug op 06/01, 07/01, 08/01 en 03/02.. NR. 047/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 047/14 - ADOLF BAEYENSSTRAAT BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 28 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Taeldeman Sven sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De Adolf Baeyensstraat is een centrale as in de woonwijk tussen de Land van Waaslaan en de Dendermondsesteenweg. Het snelheidsregime is er ‘zone 30’ met gemengd verkeer en veel fietsers. Uit de resultaten van de snelheidsmetingen in 2012 bleek dat 75% van de automobilisten er te snel reden. Het is de langste en de breedste kaarsrechte straat, met parkeren aan 1 zijde in dit deel van SintAmandsberg (tussen voornoemde steenwegen). Vermoedelijk is het hierdoor ook de moeilijkste straat in dit deel van Sint-Amandsberg om het 30km/u-regime te laten naleven en zo de verkeersveiligheid en -leefbaarheid beter te garanderen. Het buurtcomité en de Sint-Amandsbergse scholen wijzen op deze problematiek en vragen bijkomende snelheidsremmende maatregelen. Ook het buurtcomité Adolf Baeyensstraat bezorgde in oktober rond deze problematiek een brief aan het stadsbestuur. De ‘Velodroom-groep’ van de Sint-Amandsbergse scholen bracht dit ook reeds ter sprake tijdens het debat rond verkeersveilige schoolomgevingen in Sint-Amandsberg op 16 november ll. Vraag - Erkent u de problematiek van te snel rijden en het er aan gekoppelde verkeersonveiligheidsgevoel? - Het buurtcomité wenst een sensibiliseringscampage ‘zone 30, niet voor har(d)(t)rijders’ op te starten. Steunt de stad dit initiatief of wordt een andere sensiliseringscampagne voorbereid (en op welke termijn)? - Bent u bereid om mits relatief beperkte ingrepen van deze straat een betere ‘zone 30’ te maken? Bijvoorbeeld door : Fietssuggestiestroken aan te brengen Snelheidsremmende maatregelen te nemen door bv asverschuivingen aan de uiteinden van de parkeervakken in te richten als plantvak met boom. Eén of twee extra asverschuivingen aan te brengen (resp. wegvak tussen Van Cleemputteplein en Jos Verdegemstraat, en tussen Oscar Colbrandtstraat – Wijmakker) Het nog beter accentueren van de schoolingang aan de kleuterschool Wijze Boom … - Zo ja, welke maatregelen kunnen er genomen worden, en op welke termijn? ANTWOORD In eerste instantie denk ik dat een mogelijke sensibiliseringscampagne rond trager rijden breder moet worden gezien dan enkel een buurtgebonden campagne. Het is echter zo dat dit eveneens moet kaderen in mogelijke uitbreidingen van zone-30 gebieden in onze stad. De beslissing hierover is echter nog niet genomen, zodat ik nog niet kan antwoorden op de vraag naar een mogelijke campagne ter zake. Ik ondersteun de vraag dus zeker, maar er moet worden bekeken welke middelen we kunnen inzetten voor een stadsbrede campagne en op welk moment. Ik wil verder zeker onderzoeken of bijkomende snelheidsremmende maatregelen mogelijk zijn. Ik heb in elk geval al de Adolf Baeyensstraat laten opnemen op de lijst van straten die in aanmerking komen voor fietssuggestiestroken. Toch is het zo dat er al verkeersplateaus zijn in de Adolf Baeyensstraat, waaronder één halfweg in de straat ter hoogte van de Verdegemstraat. Door geschrankt parkeren zijn er reeds bescheiden vormen van asverschuivingen en we moeten er ook rekening mee houden dat de straat op een busroute ligt, waarbij we moeten opletten om de doorstroming van de bus niet te hinderen. Ik wil wel nagaan of we ter hoogte van de school geen voetpaduitstulping kunnen maken, die het oversteken vergemakkelijkt en het wegbeeld ook wat vernauwt. Tenslotte zal er contact opgenomen worden met de "Velodroom"-groep om na te gaan hoe we de schoolomgevingen in de buurt veiliger kunnen maken. Zoals u wellicht weet, heb ik voor deze legislatuur een budget uitgetrokken dat kan worden besteed aan veiligere schoolomgevingen. Het Mobiliteitsbedrijf maakt momenteel een inventaris op van welke ingrepen op welke plaats nodig zijn. NR. 048/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 048/14 - VEILIGHEID VOOR FIETSERS IN DE JACQUES EGGERMONTSTRAAT - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 28 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De Jacques Eggermontstraat is een van de typische straten met tramsporen en geparkeerde wagens die zo onveilig zijn voor fietsers. Er gebeuren dan ook van tijd tot tijd ongevallen. Nu er een nieuwe parkeertoren aan de Speurder in Ledeberg komt is het een ideaal moment om het parkeren in de straten in de omgeving te herbekijken en waar mogelijk de veiligheid voor fietsers te verhogen. Vraag Onderzoekt het stadsbestuur wijzigingen van het parkeerregime in Ledeberg naar aanleiding van de bouw van de nieuwe parkeertoren? Ziet de schepen in de bouw van de parkeertoren een kans om de fietsveiligheid te verhogen in de omgeving en meer specifiek in de J. Eggermontstraat? Zo ja, welke concrete maatregelen worden overwogen? ANTWOORD In het kader van het parkeerplan 2020 zullen stellingen worden ingenomen over de verschillende regimes in de verschillende buurten. Er wordt daarbij logischerwijze rekening gehouden met de P&R's die daar aanwezig zullen zijn. Vermits het parkeerplan nog niet is afgewerkt, kunnen we nog geen stelling innemen over locatie. Het parkeren in de Eggermontstraat heeft in de huidige constellatie nauwelijks impact op fietsen in de Eggermontstraat. Vooral fietsen richting Ledebergplein heeft last van de tramsporen. In de andere richting kan het fietsen tussen de tramsporen en de geparkeerde auto's. Enkel bij het naderen van het kruispunt wordt de ruimte voor fietsers nauwer. Het weghalen van de geparkeerde auto's heeft dus nauwelijks impact op het fietsen in deze straat. Dit kan slechts grondig aangepakt worden mits volledige heraanleg, wat niet in de planning is voorzien. NR. 049/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 049/14 - INTEGRALE HERAANLEG JULES DE SAINT-GENOISSTRAAT EN PETER BENOITLAAN - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 28 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Robert Gert N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In uw antwoord op mijn vraag SV023/14 stelt u dat dossiers voor een integrale heraanleg van de Jules De Saint-Genoisstraat en de Peter Benoitlaan in opmaak zijn. Vraag Kan u aangeven in welk stadium deze dossiers zitten en welke timing er gehanteerd wordt (door stad, TMVW, ...)? Tegen wanneer zal de heraanleg volgens de planning afgewerkt zijn? ANTWOORD De integrale heraanleg van de Jules de Saint-Genoisstraat en de Peter Benoitlaan zijn opgenomen in één dossier. Het hydraulisch concept is rond en de projectafbakening ligt vast. De IKZ-procedure voor dit dossier werd opgestart. Het dossier bevindt zich nu in de conceptfase. Er wordt verwacht met de concrete uitvoering van de werken te kunnen starten eind 2016-voorjaar 2017. Gezien de omvang van de werken zullen deze gefaseerd uitgevoerd worden. De timing is vanzelfsprekend onder voorbehoud van een vlotte doorstroming van het dossier. NR. 050/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 050/14 - GEWEIGERDE EVENEMENTEN BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN CHRISTOPHE PEETERS - DD. 28 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Alle bijeenkomsten die in Gent worden georganiseerd al dan niet in open lucht of met inname van het openbaar domein dienen vooraf gemeld of aangevraagd te worden. Niet alle aangevraagde evenementen krijgen toelating zo werd bijvoorbeeld concert van Bruce Springsteen op het Sint Pietersplein geweigerd omdat het samen viel met de Gentse Feesten. Vraag Hoeveel aanvragen tot het organiseren van een evenement werden er geweigerd sinds 2010 opgesplitst per jaar? Graag ook per jaar een opsplitsing naar het type evenement: cultureel, sportief, manifestatie… Wat zijn de belangrijkste redenen om aanvragen te weigeren? Ongeveer welk percentage van alle aangevraagde bijeenkomsten worden er niet toegestaan? ANTWOORD Als bijlage kan u de geweigerde aanvragen vinden voor 2012 en 2013. Voor de jaren daarvoor zijn er jammer genoeg geen cijfers beschikbaar. De tabellen bevatten voor 2012 43 geweigerde aanvragen, voor 2013 zijn het er 60. In 2012 werden er 606 vergunningen inname openbaar domein aangevraagd en ligt het percentage van weigeringen dus op 7,64. In 2013 werden er 658 aanvragen ingediend en is het weigeringspercentage dus 9,12. Ik wil u echter een belangrijke nuance meegeven bij deze cijfers. Heel wat aanvragen worden in een vroeg stadium ingetrokken of nooit formeel ingediend nadat de Dienst Evenementen en Feesten de aanvrager heeft ingelicht over de (on)beschikbaarheid van een bepaalde locatie, de randvoorwaarden,... Aangezien daar nooit een concreet dossier van heeft bestaan zijn deze informele aanvragen niet opgenomen in de cijfers. De redenen om een aanvraag te weigeren, kunnen zoals u in de tabel kan zien, heel divers zijn. Enkele regelmatig voorkomende voorbeelden zijn: - een niet publiek toegankelijk evenement, bijvoorbeeld een personeelsfeest; - een negatief advies van de betrokken stadsdiensten, bijvoorbeeld een evenement dat schade zou aanbrengen aan een park; - te laat ingediende aanvragen -.... BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- NR. 052/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 052/14 - ONDERHOUD GROEN DRONGENPLEIN - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN TOM BALTHAZAR DD. 29 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : D'hose Stephanie Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Handelaars uit Drongen merken op dat de hagen aan het oorlogsmonument op Drongenplein het zicht ontnemen en dringend aan een onderhoudsbeurt toe zijn. Vraag Is er periodiek onderhoudsschema voor het groen in de omgeving van Drongenplein? Zo ja, wat is de frequentie en wanneer zal een eerstvolgende onderhoudsbeurt plaatsvinden? Zo nee, op welke manier wordt het onderhoud gepland en kan Drongenplein in die planning opgenomen worden? ANTWOORD De beplanting die in het plantvak rond het oorlogsmonument staat is volledig gesloten en vormt geen belemmering voor het zicht op het monument. Zij bestaat uit een bodembedekkende heester (Cotoneaster of dwergmispel) met aan de randen een kruidlaag van klimop. In deze beplanting staan - symmetrisch opgesteld - 4 zuilvormige taxussen die enkele jaren terug drastisch werden gesnoeid (1,5 m) omdat zij door hevige sneeuwval waren opengevallen. Het bas-reliëf is goed zichtbaar en de tekst vooraan en achteraan is goed leesbaar. Het onderste deel van de sokkel zit wat verborgen achter de bodem bedekkende heesters en doet geen afbreuk aan de essentie van het monument. Het onderhoudsschema is als volgt: - de Cotoneaster wordt 1 x per jaar geschoren (voor 11 november); - de taxussen en de Hedera zijn quasi onderhoudsvrij. De randen worden jaarlijks bijgeschoren en de ongewenste kruiden op de verharding gemaaid; - ongewenste kruiden in de bodembedekkende heesters zoals distels worden verwijderd zodra zij zichtbaar zijn; in de herfst worden de bladeren die in de beplanting vallen systematisch verwijderd. De bladeren die u nog kan zien op de foto zijn intussen weg; - de lindes achter het monument en op het plein worden tweemaal per jaar ontdaan van stamscheuten (in juni en december). Het knotten van de lindes vindt gemiddeld om de 7 jaar plaats. Vandaag ligt het plantvak rond het monument er verzorgd bij. Tijdens de eerstvolgende onderhoudsbeurt zullen alle nog resterende bladeren worden verwijderd. Ter illustratie vindt u 3 foto's als bijlage. BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- NR. 053/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 053/14 - SNELHEIDSREMMENDE MAATREGELEN IN DE EIKSTRAAT - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 29 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Pee Jef CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Vooral bij voetbalwedstrijden op het voetbalterrein in de Eikstraat wordt er heel snel gereden door de auto's, het lijken soms wel straatraces. De buurt vraagt dan ook of er, vooral dan tijdens de wedstrijddagen, snelheidsremmende maatregelen kunnen worden genomen. Vraag Kan het stadsbestuur snelheidsremmende maatregelen uitwerken, vooral tijdens de wedstrijddagen, in de Eikstraat te Oostakker? ANTWOORD We beschikken als stad momenteel niet over snelheidsremmende maatregelen die zouden kunnen worden geplaatst ter gelegenheid van wedstrijden en die daarna weggenomen kunnen worden. Dat er bij wedstrijden sneller zou worden gereden dan op andere tijdstippen is op zich merkwaardig. Een hogere verkeersconcentratie zou eerder snelheidsremmend moeten werken dan omgekeerd. Indien het effectief om georganiseerde straatraces gaat, is dit een zaak van de politie. Momenteel hebben we geen aanwijzingen dat er in de Eikstraat te Oostakker definitieve snelheidsremmende maatregelen zich opdringen. Het Mobiliteitsbedrijf werkt op dit moment aan een structureel plan rond snelheidsbeheersing, waarbij onder meer de aanpak in andere steden onder de loep wordt genomen. Dit plan moet op termijn onder meer uitspraak doen over waar er met infrastructurele snelheidsremmende maatregelen moet worden gewerkt. In de tussentijd moeten snelheidsmetingen - uitgevoerd door het Mobiliteitsbedrijf of de Verkeersdienst van de Gentse politie - uitsluitsel geven over de straten waar er de hoogste nood is aan snelheidsremmers. NR. 054/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 054/14 - VERKEERSDREMPELS ASSELSTRAAT (DRONGEN) - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 30 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : De Boever Gabi Vlaams Belang OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op 27/08/2013 stelde ik schriftelijk de vraag (Nr. 429) of de verkeersdrempels in de Asselstraat te Drongen conform zijn aan de reglementaire voorschriften. De schepen antwoordde op 03/09/2013 dat de verkeersdrempels werden aangebracht door Infrabel. Een personeelslid van de Dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen kwam ter plaatse om de verkeersdrempels na te meten. Deze zouden volledig conform de vigerende wetgeving aangelegd zijn (aanrijlengte van 1m20 en hoogte/opstand van 11 cm). Om deze rudimentaire meting te bevestigen, werd bijkomend aan bouwheer Infrabel gevraagd om een conform verklaard opmetingsplan van deze verkeersdrempel te bezorgen. De aanpassingen zijn voor rekening van Infrabel zijn, mocht uit deze meting blijken dat er buiten de normering werd gegaan in de aanrijroutes of hellingen. Vraag Heeft Infrabel intussen al een conform verklaard opmetingsplan van deze verkeersdrempel afgeleverd? Wat was het resultaat? ANTWOORD Op 3 september 2013 werd aan Infrabel gevraagd om een conform verklaard opmetingsplan van beide drempels en aanrijroutes, afgetoetst aan de geldende normering over te maken. De verkeersplateaus mogen slechts aangelegd worden: - loodrecht op de as van de rijbaan en tenminste over haar totale breedte evenwel, wanneer de rijrichtingen op een rijbaan van elkaar gescheiden zijn anders dan door wegmarkeringen, mag de breedte van de verkeersdrempel beperkt zijn tot het gedeelte van de rijbaan bestemd voor één rijrichting; - zodanig dat de op- en afritten van het verkeersplateau buiten bochten liggen en zichtbaar zijn vanop voldoende afstand; - op een minimumafstand van ongeveer 75 meter van een andere verhoogde inrichting, behalve wanneer ze op kruispunten zijn aangebracht en behoudens plaatselijke omstandigheden; - wanneer op een hellende weg het percentage van de helling van de weg en van de inrichting samen niet groter is dan 15%. Op 9 oktober 2013 kregen wij echter enkel een rudimentaire opmeting van de wegwas waarbij enkele belangrijke metingspunten ontbreken (bewust en onbewust houden we ter zijde). Deze meting kunnen wij bezwaarlijk aanvaarden als een conform verklaard opmetingsplan daar met de beschikbare opmeting het maximale hellingspercentage van 15% niet te controleren valt. Hoewel door extrapolatie van de beschikbare meetgegevens het vermoeden groot is dat de drempel nog net de maximaal toegelaten hellingsgraad zal halen (en dus conform is) kunnen wij dit niet 100% bevestigen. We hebben daarom aangedrongen bij Infrabel om dit opnieuw op te meten zoals een verkeersdrempel hoort opgemeten te worden en een attest toe te voegen waarbij zij verklaren dat deze verkeersplateau conform het koninklijk besluit van 9 oktober 1998 - tot bepaling van de vereisten voor de aanleg van verhoogde inrichtingen op de openbare weg (bestemd om de maximumsnelheid te beperken tot 30 km per uur) en de technische voorschriften voldoet. Zodra wij dit ontvangen zullen wij dit spontaan overmaken. Ter info "rudimentaire" opmeting die we van Infrabel mochten ontvangen. Zoals je kan zien ontbreekt nu net de hoogte en tussenafstand tussen start drempel en eerste helling. Idem bij de verkeersplateau verderop. NR. 055/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 055/14 - ONVEILIGE FIETSSITUATIE IN DRONGENSTATIONSTRAAT - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 30 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Holemans Dirk Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De inrichting van de Drongenstationstraat dateert reeds van decennia terug toen het nog een provincieweg was. Er is een smal fietspad in beton langs weerzijden, dat langs de kant van de oneven huisnummers (oostkant) aan het voetpad paalt (aan de andere kant ligt er een parkeerstrook tussen). Tot midden de jaren negentig mocht langs de oostkant ook niet geparkeerd worden, zodat dit toen een logische verkeersinrichting was. Nadien is echter, om tegemoet te komen aan de stijgende parkeerdruk, ook parkeren toegelaten aan de oostzijde, zodat het fietspad kwam te liggen tussen het voetpad en de geparkeerde auto’s. Een ongemakkelijke en vaak gevaarlijke situatie voor fietsers (als bijvoorbeeld mensen spullen uit hun auto uitladen). En het fietspad gebruiken is ook quasi onmogelijk is voor fietsen met een fietskar. Hier komt nog sinds kort bij dat door de werken aan de spoorwegen, de situatie is veranderd voor fietsers die uit het tunneltje onder de spoorweg komen. Ze zien het fietspad aan de oostzijde nauwelijks liggen, gebruiken dit dan ook amper en rijden dus ook op de rijweg. Vraag Graag verneem ik van de schepen: Of het mogelijk is, om de verkeersveiligheid voor fietsers te verhogen, de auto’s aan de kant van de oneven huisnummers ook aansluitend bij het voetpad te laten parkeren, en naast deze parkeerstrook het fietspad te leggen (een markering in verf kan waarschijnlijk volstaan, in afwachting van een heraanleg van deze straat). Zo krijgt de straat ook een logische en symmetrische inrichting. ANTWOORD U doet een interessante suggestie. Zoals u terecht stelt zijn die fietspaden er gekomen toen de Drongensesteenweg nog een "rijksweg" was en men door het schilderen van smalle strookjes fietspaden dacht te kunnen creëren. De situatie is sindsdien grondig veranderd en er is geen sprake meer van doorgaand verkeer in dit stukje straat. We moeten ook de vraag durven stellen of fietspaden op een doodlopende weg in zone-30 statuut nog opportuun zijn. Een goede inrichting van deze weg volgens de zone 30-principes zou de positie van de fiets kunnen verbeteren en fietspaden overbodig maken. Als we in een ander scenario zouden gaan voor fietspaden, moeten we gaan voor fietspaden van minstens 1,50 m. breed de minimumcomfortnorm. Ik vrees echter dat de straat hier niet breed genoeg is om zowel voldoende brede fietspaden te hebben en voldoende ruimte om auto's te laten kruisen zonder dat ze het fietspad moeten gebruiken. Het project van de heraanleg van het Drongenplein biedt misschien potenties, in de zin dat naar aanleiding hiervan de verkeerscirculatie eventueel herbekeken kan worden, en er misschien ruimte voor fietspaden gecreëerd kan worden. Ik laat mijn diensten uw suggestie verder onderzoeken. NR. 056/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 056/14 - VERKEERSONVEILIGHEID ANTOON CATRIESTRAAT - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 30 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Holemans Dirk Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op dinsdag 19 november jl. organiseerden het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV), de Stad Gent en TMVW een informatievergadering over de heraanleg van de gewestwegen Antoon Catriestraat en Boskeetstraat in Drongen. Deze infovergadering werd druk bijgewoond, wat wijst op een grote betrokkenheid van de omwonenden. Daarnaast was er ook veel commotie toen bleek dat de timing van de heraanleg opnieuw uitgesteld was naar 2017. Op basis van de getoonde schetsen bleek dat er wordt uitgegaan van een totale breedte van 18m (rooilijn tot rooilijn). Dit houdt in dat er langs beide zijden van de straat fietspaden kunnen komen, een gracht, bomenrij, ... Een eigentijdse kwalitatieve aanleg dus. Er werden die avond een aantal relevante opmerkingen gemaakt, die aansluiten bij eerder geformuleerde bezorgdheden in Drongen: - is die breedte van 18 meter niet overdreven, zal dit niet juist aanleiding geven tot snel rijdend autoverkeer? En/of komen er snelheidsremmende ingrepen (verkeersdrempels, asverschuivingen, …) - Kan er zolang gewacht worden op het kruispunt Boskeetstraat - A. Catriestraat - Beekstraat veiliger te maken? Kunnen hier geen tijdelijke maatregelen genomen worden? - Kunnen er geen fietssuggestiestroken komen om de veiligheid voor de fietsers te verhogen? - Is het niet mogelijk de Zone 30 rond de school De Mijlpaal uit te breiden zodat de fietsoversteekplaats tussen De Boelenaar en Congregatiestraat hier invalt? Vraag Graag verneem ik van de schepen, in het besef dat het om een gewestweg gaat: - hoe hij staat ten aanzien van de breedte van 18 meter, en de mogelijkheid van snelheidsremmers? - of het mogelijk is om de hoger vermelde tijdelijke maatregelen te bepleiten bij AWV, ten einde de verkeersveiligheid reeds in 2014 te verhogen, in het bijzonder voor fietsers? ANTWOORD Zoals u zelf in uw vraag naar voorbrengt, biedt het profiel van 18m. ruimte voor een eigentijdse kwalitatieve aanleg. Die 18 m. gaan dus ook naar een gracht - belangrijk voor waterinfiltratie en huishouding), bomerij (belangrijk voor het vergroenen van de stad) en fietspaden (belangrijk voor de veiligheid van de fietsers), zodat ik geen problemen zie in deze breedte. Er zal nauwelijks 6 meter overblijven voor de rijweg, wat een minimum is voor om kruisende vrachtwagens mogelijk te maken. Overigens zal de 18 m. niet overal worden aangehouden, plaatselijk zal die breedte minder zijn om bijvoorbeeld extra onteigeningen te vermijden. Er zal ook aandacht gaan naar de oversteekbaarheid van de weg, door bijvoorbeeld het voorzien van middengeleiders en middeneilanden, die plaatselijk ook een snelheidsremmend effect kunnen hebben. We nemen uw suggestie om deze problematiek aan te kaarten mee in onze gesprekken met AWV. Het is echter wel zo dat er momenteel nog veel openstaande vragen zijn aan het adres van AWV, waarbij wij prioriteit willen geven aan dossiers waarvoor binnen deze legislatuur geen heraanleg voorzien is. NR. 057/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 057/14 - BUSHALTE OOSTAKKERDORP BURGEMEESTER - DD. 30 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : D'hose Stephanie Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Ondanks de wegmarkering die het parkeerverbod aan de bushalte Oostakkerdorp t.h.v. huisnummer 4 benadrukt wordt er vaak foutgeparkeerd. Buurtbewoners vragen of de arcering die de wegmarkering beëindigd kan worden uitgebreid om extra te benadrukken dat op deze plaats niet mag geparkeerd worden. Vraag Is de schepen bereid te laten nagaan op welke manier het foutparkeren op de bushalte kan worden aangepakt en of het uitbreiden van de arcering een mogelijke oplossing kan bieden? ANTWOORD Naar aanleiding van uw vraag heeft de korpschef van LPZ (Lokale Politiezone) Gent het wijkcommissariaat Oostakker - dat vlakbij de bedoelde bushalte gelegen is - hierover aangesproken. Het wijkcommissariaat meldde dat er tot op heden niet is vastgesteld dat er foutief geparkeerd wordt op de bushalte voor het commissariaat. Waarmee niet ontkend wordt dat dit af en toe wel eens zou kunnen gebeuren! Maar er zijn in elk geval nog geen processen-verbaal opgesteld. Een uitbreiding van de arcering is volgens de wijkcommissaris niet nodig maar de aanduiding van de bushalte mag wel wat bijgewerkt worden. De verf is op sommige plaatsen een beetje afgesleten en maakt de halte hierdoor minder zichtbaar. Het wijkcommissariaat neemt zich voor er in de toekomst speciaal op toe te zien dat er niet meer foutief geparkeerd wordt op de bushalte. Wanneer dit toch gebeurt zonder dat agenten van de politie in de omgeving zijn, dan zijn er nog altijd beambten van De Lijn die over de bevoegdheid beschikken om overtreders te verbaliseren. 37. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 058/14 - INZET CAMERA TEGEN SLUIKSTORTEN DENDERMONDSESTEENWEG - BURGEMEESTER - DD. 30 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Yüksel Veli CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De wijk Dampoort werd door de gemeenteraad aangeduid als een van de zeven prioritaire wijken voor het bestrijden van sluikstorten. Binnen deze wijken worden in overleg tussen IVAGO, het Overlastteam van de politie, de Gemeenschapswacht en de dienst Milieutoezicht tweemaandelijks hotspots vastgelegd. In het overleg van 7 november 2013 werd beslist de Dendermondsesteenweg als hotspot op te nemen. In antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 565 zei de burgemeester dat door IVAGO nog diende te worden bepaald waar de beschikbare camera precies zou worden ingezet. Vraag - Werd intussen op de Dendermondsesteenweg reeds een camera ingezet om sluikstorters te betrappen? Zo neen, wanneer zal dit gebeuren? Waar zal de camera worden geplaatst en hoe lang zal die daar blijven? Zo ja, waar werd de camera geplaatst en gedurende welke periode heeft die er gehangen? Welke vaststellingen werden gedaan? Welk gevolg werd aan deze vaststellingen gegeven? - Zal in de toekomst opnieuw een camera worden ingezet op de Dendermondsesteenweg? Zo ja, waar en wanneer? Zo neen, waarom niet? ANTWOORD Wij kregen van de korpsleiding van LPZ (Lokale Politiezone) Gent volgende toelichting. Momenteel is 1 hotspot weerhouden op de Dendermondsesteenweg ter hoogte van een bepaald kruispunt. Tot op heden is daar nog geen daadwerkelijk cameratoezicht geweest. Het eerstvolgende cameratoezicht op deze locatie is voorzien in de loop van februari en dit gedurende maximum 1 week. Daartoe werden op deze hotspot reeds preventief borden aangebracht cfr. de wet op camerabewaking. Eventuele vaststellingen zullen dezelfde afhandeling krijgen als voordien. Er wordt eerst getracht deze sluikstorters door middel van politioneel onderzoek te identificeren. Daarna worden zij verhoord en wordt tegen hen een GAS opgesteld die wordt overgemaakt aan de gemachtigde ambtenaar. IVAGO wordt ingelicht tot recuperatie van de opruimingskosten. Toekomstig cameratoezicht zal afhangen van de nog aan te duiden hotspots. Deze hotspots worden tijdens een driemaandelijks overleg samen met IVAGO, Gemeenschapswacht en Dienst Milieutoezicht vastgelegd. Behoudens Dendermondsesteenweg zijn - verspreid over de 7 prioritaire wijken - momenteel nog 17 andere hotspots aangeduid. NR. 059/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 059/14 - IVAGO STOPT MET OPKUIS TERREIN TAPUITSTRAAT - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN TINE HEYSE DD. 30 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De omgeving van de Tapuitstraat is een echt “zwart punt” wat sluikstorten betreft. Tot nu toe kwam er regelmatig een ploeg van IVAGO langs om de rommel op te kuisen. IVAGO stopt echter met de opkuis omdat het niet om openbare domein gaat maar om terreinen van het stadsontwikkelingsbedrijf sogent. Vraag Wat is er aan de situatie veranderd dat geleid heeft tot deze beslissing? Wie staat er in voor het opruimen van sluikstorten op die plaats in de toekomst? ANTWOORD IVAGO ruimt sluikstorten steeds op indien het sluikstort op de openbare weg (inclusief berm) ligt en zal dit blijven doen zolang de straten openbaar domein zijn. Sluikstorten op privaat domein moeten opgeruimd worden door de eigenaar zelf. Aan die regeling is niets veranderd. In de omgeving van de Tapuitstraat haalt IVAGO nog steeds de sluikstorten op die zich op openbaar domein bevinden. In bijlage vindt u een overzicht van de meldingen van sluikstort die bij IVAGO zijn binnengekomen en door hen zijn opgekuist. Deze tonen voldoende aan dat inspanningen hier niet verminderd zijn. De private terreinen in de omgeving van de Tapuitstraat zijn grotendeels eigendom van SOGent. SOGent meldt ons dat een grote opkuis uitgevoerd werd in september 2013 en in januari 2014, waarbij een container werd geplaatst en gevuld. Verder wordt er af en toe nog wat afval meegenomen, kleinere hoeveelheden maar dan met remorque (zonder container). SOGent heeft ondertussen ook preventieve maatregelen genomen: er werden betonblokken geplaatst aan de ingang van Paketbootstraat 2 om de toegang tot het terrein te blokkeren. Verder zal binnenkort ook de ingang naar de 'straat' richting forensisch centrum geblokkeerd worden. Dit zou de sluikstorters al moeten beletten van de openbare weg af te rijden om hun afval te dumpen. Dit jaar plant SOGent ook preventieve rondgangen (voorlopig om de twee weken) met onmiddellijk opkuis indien nodig. Daarmee willen ze kort op de bal spelen en proberen vast te stellen of deze aanpak de sluikstorters ontraadt. Dit wordt later op het jaar nog geëvalueerd en waar nodig bijgestuurd. Er werden ook reeds verschillende repressieve acties gehouden. Op 17 mei 2013 ging de dienst Milieutoezicht ter plaatse voor een doorzoeking van sluikstort. Er werd 1 PV opgemaakt. In samenwerking met de lokale politie voerde de dienst Milieutoezicht op 28 en 30 mei 2013 een observatieactie uit in de regio Tapuitstraat-Paketbootstraat-Zeilschipstraat, telkens van 20u. tot 22u. Er werd 1 BV opgesteld. Het Overlast-team voerde tijdens diezelfde week observatieacties uit op 29 en 31 mei 2013. De acties gebeurden telkens door twee ploegen in burger van 21u. tot 01u. Zonder resultaat. Op 7 januari 2014 ging de dienst Milieutoezicht ter plaatse voor een doorzoeking van sluikstort. Er werden 2 BV's opgemaakt en 1 PV. Sinds januari 2014 wordt de repressieve inzet sterk verhoogd wegens het verslechteren van de situatie op vlak van sluikstorten. Het wijkcommissariaat en het Overlast-team wisselen elkaar af voor observaties in burger (a rato van ongeveer 3 maal per week). Voorlopig zonder resultaat. De Gemeenschapswacht-Vaststellers doorzoeken wekelijks het sluikstort op de openbare weg in samenwerking met IVAGO. Voorlopig zonder resultaat. De versterkte inzet wordt nog 2 weken aangehouden. Daarna wordt deze inzet geëvalueerd. Zoals in schriftelijke vraag nr. 229/13 reeds aangegeven, is observatie met camera's niet mogelijk aangezien deze straten niet in een prioritaire wijk liggen en niet werden opgenomen in de lijst van straten waar cameratoezicht is toegelaten, die werd goedgekeurd door de gemeenteraad. NR. 060/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 060/14 - DKO EN GENTSE VERENIGINGEN BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN ELKE DECRUYNAERE - DD. 31 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In het DKO bestaat de laatste jaren de mogelijkheid om het lidmaatschap in een vereniging gelijk te laten stellen aan één van de verplichte vakken (vb. muzikant zijn in een harmonieorkest als vervanging voor de klas “samenspel”). Vraag Tussen welke Gentse DKO-scholen en Gentse verenigingen bestaat deze samenwerking? Voor welke vakken? Aan welke voorwaarden moet de vereniging voldoen om in te mogen stappen in dergelijke samenwerking? Kan u voor elke vereniging die in dit samenwerkingsmodel zit het aantal “leerlingen” meegeven. ANTWOORD Academies kunnen inderdaad vrijstellingen verlenen voor het volgen van het vak Samenspel aan leerlingen die actief lid zijn van een muziekvereniging. Enkel de directeur is, in samenspraak met de leerkrachten, bevoegd voor het verlenen van vrijstelling. De voorwaarden voor de vrijstelling worden in een overeenkomst met de vereniging vastgelegd. Voor leerlingen die dergelijke vrijstelling krijgen, ontvangt de school slechts 70% van de reguliere subsidie. Het betreft hier een besparingsmaatregel die op 1 september 2010 van kracht werd. Noch in de Acadelue de Kunstbrug noch in de Academie voor Podiumkunsten hebben leerlingen deze vrijstelling tot op heden aangevraagd. Er zijn daarom momenteel geen samenwerkingsverbanden tussen de stedelijke Deeltijdse Kunstonderwijsinstellingen en Gentse verenigingen naar aanleiding van vrijstellingen. NR. 061/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR 061/14 - INSPIRATIESESSIE DIGIPOLIS OVER ICT - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN MARTINE DE REGGE - DD. 31 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Op woe 29 jan 2014 organiseerde Digipolis een “Inspiratiesessie over ICT, innovatie en creativiteit in de wijze stad”. Vraag 1. Wat was het doel van deze informatiesessie? 2. Welk doelpubliek werd uitgenodigd om deel te nemen? 3. Hoeveel effectieve deelnemers waren er? 4. Hoeveel heeft het organiseren van deze sessie gekost aan vergoeding voor de sprekers, huur zaal, catering enz? 5. Bestaat er een neerslag van wat er tijdens deze sessie aan bod kwam? Zo ja, had ik graag een exemplaar hiervan gekregen. ANTWOORD De dienst Bestuursondersteuning stelt dat dergelijke vragen betreft het functioneren van andere besturen, i.c. Digipolis, in principe via openbaarheid van bestuur dienen gericht te worden aan het desbetreffende bestuur. Bij deze maak ik toch onderstaand antwoord over op de door u gestelde vragen betreffende de 'inspiratiesessie ICT, innovatie en creativiteit in de wijze stad' van Digipolis. Graag vraag ik u dan ook om in de toekomst dergelijke vragen te richten aan Digipolis. Digipolis is 10 jaar geleden ontstaan uit de samensmelting van de ICT werkingen van de Stad Gent, OCMW Gent en het vroegere Telepolis. Digipolis kreeg de vorm van een intercommunale bevoegd voor de telematica voor Gent en Antwerpen. Onder invloed van constante evoluties op vlak van ICT en als antwoord op divergerende vragen vanuit de besturen van beide steden wordt er door de beide steden wordt er door de beide vestigingen gewerkt aan een nieuwe strategie. In Gent werd er inmiddels een strategisch kader opgemaakt dat de basis vormt en verder dient geoperationaliseerd te worden. Hiertoe werd o.a. eren inspiratiesessie met als thema "inspiratiesessie over ICT, innovatie en creativiteit in de wijze stad" georganiseerd. Antwoord op vraag 1 De inspiratiesessie had tot doel om de medewerkers en stakeholders van Digipolis te helpen inspireren en nieuwe denkpistes aan te reiken om te verzekeren dat de ICT dienstverlening van de Groep Gent toekomstgericht wordt en "futureproof" blijft. Concreet had deze sessie de volgende doelstellingen: - communicatie over de strategische basis van Digipolis Gent; - inspireren over de toekomst van ICT overheidsdienstverlening; - hoe kunnen wij de uitdaging van een constant veranderend ICT landschap best aan? - welke innovatieve modellen kunnen ons inspireren en motiveren? - informele samenkomst van Digipolis met zijn stakeholders rond de toekomst van ICT overheidsdienstverlening. Antwoord op vraag 2 - de medewerkers van Digipolis in Gent; - de stakeholders van Digipolis Gent (Stad Gent, OCMW Gent, Politie Gent, Brandweer, SoGent, Haven Gent, WoninGent...); - de Gentse leden van de Raad van Bestuur van Digipolis; - en het college van burgemeester en schepenen. Antwoord op vraag 3 77 personen namen deel aan deze inspiratiesessie. Antwoord op vraag 4 - huur zalen en technische ondersteuning: 450.000 euro (btw incl.); - catering: 786,50 euro (btw incl.); - bedanking van de sprekers: 88 euro (btw incl). Antwoord op vraag 5 Via onderstaande link vindt u de verschillende presentaties die elk van de sprekers ter ondersteuning van hun toelichting hanteerden: https://www.dropbox.com/sh/gwn2qvib8brw755.IA-zeGVGC5. NR. 062/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR 062/14 - HERAANLEG STATIONSOMGEVING DRONGEN ONGUNSTIG VOOR FIETSERS BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 31 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Holemans Dirk Groen OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In het kader van de aanleg van twee extra treinsporen op de lijn Gent-Brugge is ook de omgeving van het station Drongen heraangelegd. Zo is er werk gemaakt van 1. een fietsverbinding tussen Drongen-station en Gent-Sint-Pieters station; 2. tevens is de aansluiting van de fietstunnel, die de Drongenstationstraat verbindt met de Deinse Horsweg, op deze wegen heraangelegd. Jammer genoeg moeten we hier spreken van een gemiste kans. De heraanleg is door Infrabel gebeurd vanuit een visie waar de auto nog altijd de prioriteit krijgt. Dat blijkt uit de situatie na de heraanleg: 1. het nieuwe fietspad begint niet vanaf de Drongenstationstraat, maar vertrekt slechts achter de nieuwe autoparking. De parking ligt dus tussen de straat en het fietspad. Dat betekent dat fietsers, zeker in de spits, moeten laveren tussen geparkeerde auto’s, auto’s die aan en oprijden, alsook tussen automobilisten die een parkeerplaats verlaten. Bovendien is de oprijweg van de parking zo smal dat er nauwelijks een fiets en een auto naast elkaar kunnen rijden. Dit is duidelijk een gemiste kans om een conflictvrij fietspad aan te leggen, hoe mooi en waardevol het fietspad dat vertrekt achter de parking ook is. 2. De fietstunnel is een belangrijke schakel in een veilige fietsverbinding tussen Baarle, en Drongen en Gent: hij laat toe aan fietsers om veilig Drongen centrum te bereiken en eventueel zo door te rijden richting Gent, zonder twee onveilige kruispunten op de Deinsesteenweg te moeten kruisen. In het verleden konden fietsers deze tunnel vlot in en uit rijden, wat belangrijk is: ook fietsende pendelaars hebben recht op veilige en vlotte verbindingen, zeker als we mensen willen motiveren om vanuit de deelgemeenten meer met de fiets naar Gent te komen. Daarnaast is dit ook een geliefkoosde route van recreatieve fietsers, het ligt immers op een fietsroute tussen de knooppunten 58 en61! De realiteit is echter dat aan beide uiteinden van de tunnel een mini-pleintje is gecreëerd, waardoor de fietsers verplicht worden om quasi stil te staan, om dan te moeten laveren tussen paaltjes met heel smalle tussenruimte. Mensen met een fietskar of een ligfiets kunnen hier eenvoudigweg niet door. Conclusie: deze heraanleg is een stap terug voor de fietsers, de auto heeft voorrang gekregen. Vraag Graag vernam ik van de schepen: 1. voor het fietspad: fietssuggestiestroken op de parking en de oprijweg lijken hier een mogelijkheid, in combinatie met signalisatie die automobilisten wijst op de aanwezigheid van fietsers (die automobilisten niet verwachten op een fiesparking); 2. voor de tunnel: op zijn minst het verwijderen van de paaltjes, maar eigenlijk zouden die minipleintjes best heraangelegd worden; daarnaast is het aangeraden, opdat de fietsers vlot kunnen passeren, ze voorrang krijgen op de automobilisten. ANTWOORD In eerste instantie moet ik meegeven dat de configuratie met het fietspad dat pas begint na de parking een bewuste keuze was van het vorige bestuur. Een extra fietspad langs de parking zou extra onteigeningen met zich meegebracht hebben. Het betreft hier een pendelparking, met een lage rotatiegraad, waarbij wagens vooral toekomen in de ochtendspits en vertrekken in de avondspits. Er werd destijds geoordeeld dat deze situatie geen probleem zou vormen vermits er voldoende plaats is voor de fietsers tussen de geparkeerde wagens. De situatie is misschien niet ideaal, maar aan de essentie, namelijk fietsers over de parking, kan er niet veel veranderd worden. Het klopt dat de toegangsweg tot de parking nauw is (ook hier om extra onteigeningen te vermijden). Ik ben zeker bereid te laten bekijken hoe we hier kunnen optimaliseren door bijvoorbeeld het plaatsen van een spiegel en/of signalisatie. Ik laat dit dan ook opnemen in de screening van de fietsroutes die momenteel bezig zijn. Wat de tunnels betreft: in het verleden waren er klachten over bromfietsers die zeer snel de tunnel uitreden zonder op ander verkeer te letten. Door de heraanleg met deze pleintjes is dit nu onmogelijk geworden, wat de veiligheid voor verschillende weggebruikers verhoogd. Het klopt echter wel dat de paaltjes beter hadden kunnen worden geplaatst. Ik zal dan ook vragen om de positionering van de paaltjes te herbekijken. NR. 063/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 063/14 - HERAANLEG HEIVELDSTRAAT BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 31 JANUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Goossens Paul CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De werken voor de heraanleg van de Heiveldstraat zijn al jaren een oud zeer. In oktober 2013 antwoordde de schepen mij het volgende i.v.m. de timing van de werken: "Men hoopt eind 2013 de opdracht voor deze werken te kunnen gunnen. De werken zouden dan (onder voorbehoud van de weersomstandigheden) kunnen starten in het voorjaar van 2014. De weersomstandigheden zijn ons in elk geval gunstig gezind, maar geruchten doen in de buurt de ronde dat de start van de werken weer zou verschoven zijn naar het najaar 2014. Vraag Klopt dit gerucht? Wanneer zullen de werken nu worden uitgevoerd? Wat is de reden van de vertraging? ANTWOORD Bij het nazicht zijn in de inschrijvingen speculatieve prijzen en leemtes (ten gevolge van mogelijkheid tot verschillende interpretatie van een bepaalde tekst, geen ontbrekende zaken in de letterlijke zin van het woord) vastgesteld. De wetgeving overheidsopdrachten voorziet uiteraard het voeren van dergelijk onderzoek. indien niet kan overgegaan worden tot: - werving van de betrokken inschrijvingen; - de opmaak een rangschikking met eenduidig vergelijkbare prijzen (van de resterende inschrijving na eventuele wervingen), zal dit de heraanbesteding tot gevolg hebben. Vermits het dossier nog in behandeling is, kan ik u verder geen concrete details geven, dit eveneens omwille van de afhandeling binnen het kader van de wetgeving overheidsopdrachten. De gedetailleerde informatie komt daarentegen wel beschikbaar na de opmaak en goedkeuring van het gemotiveerd verslag tot al dan niet gunning (voorzien bij TMVW in maart). In het geval van nietgunning is heraanbesteding vervolgens mogelijk in mei-juni, met start der werken eind 2014. Wat ons spijtig genoeg meer dan zes maanden vertraging oplevert. 45. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 066/14 - INSCHRIJVING SPORTKAMPEN BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN RESUL TAPMAZ - DD. 3 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Inschrijven voor sportkampen georganiseerd door de stad Gent blijft een probleem. Ik vernam in verband met de sportkampen in de krokusvakantie van verschillende mensen dat het online inschrijven niet naar behoren functioneerde. Inloggen lukte niet en toen het na een kwartier dan toch lukte, bleken alle kampen alle volzet. Dit is geen nieuw probleem: vorige jaren waren er ook al herhaaldelijk gelijkaardige problemen. Daarnaast blijkt het ook moeilijk om de sportdienst telefonisch te bereiken: er werden mij wachttijden tot een half uur gemeld. Ik merk ook op dat wanneer de inschrijvingen starten op een werkdag om 9u en een kwartier later alle plaatsen al volzet zijn, het voor gewone werkmensen onmogelijk wordt om hun kinderen in te schrijven. Vraag 1. Hoe komt het dat het online-inschrijvingssysteem opnieuw of nog altijd niet behoorlijk functioneerde? Welke stappen worden ondernomen om dit eindelijk op punt te stellen? 2. Hoe komt het dat de sportdienst zo moeilijk telefonisch bereikbaar is? Zal dit verbeterd worden? 3. Is er geen nood aan een herdenken van het inschrijvingssysteem, zodat werkende mensen ook kans hebben om hun kinderen in te schrijven? ANTWOORD Er is geen aanwijzing dat het online inschrijvingssysteem opnieuw of nog altijd niet behoorlijk functioneert. Bij de laatste inschrijvingsmomenten waren er geen noemenswaardige problemen vastgesteld en waren er ook geen klachten of meldingen in verband met problemen bij het inschrijven. Uit cijfers blijkt dat 52% zich online inschreef, waarvan nog eens de helft daarvan binnen de 1ste minuut. Dat zijn normale waarden in vergelijking met andere inschrijvingsperiodes en geven niet aan dat er zich problemen zouden voorgedaan hebben. Aangezien de inschrijvingen telkens om stipt 9u. starten, is er uiteraard wel een piekmoment waarbij sommige activiteiten heel snel volzet raken. Ook de bewering dat de Sportdienst telefonisch moeilijk bereikbaar is, klopt niet. Er is uiteraard rond 9u. een piekmoment waardoor niet iedereen tegelijk kan geholpen worden. Daarom wordt er gewerkt met een wachtrij, waarbij iedereen in volgorde van het inbellen verder doorschuift tot hij of zij kan geholpen worden. Die wachtrij is bij de inschrijvingen voor de krokuskampen nooit langer geweest dan 14 minuten, zoals blijkt uit de cijfers die na iedere inschrijving vanuit Gentinfo aan de Sportdienst worden bezorgd. Sedert het inschakelen van Gentinfo voor de telefonische inschrijvingen is de capaciteit voor het behandelen van telefoonoproepen al enorm toegenomen, maar ook hier is er een limiet. Een ideaal moment zal er nooit voor iedereen zijn, maar om het aantal geïnteresseerden maximaal de kans te geven, vallen de 4 grootste inschrijvingsmomenten op een zaterdag, waardoor het probleem zich alvast veel minder stelt (met uitzondering van de zaterdagwerkers natuurlijk). NR. 067/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 067/14 - RINGLEIDING EN CULTUUR BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN ANNELIES STORMS - DD. 3 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Voor mensen met een auditieve beperking die communiceren met gesproken taal is de ringleiding een belangrijk hulpmiddel om te kunnen participeren aan cultuur. Graag had ik daarom een antwoord gekregen op volgende vragen. Vraag 1. Welke zalen in eigendom of beheer van de stad waar culturele evenementen plaats vinden beschikken op dit moment al over een ringleiding? Zijn er investeringen terzake gepland (vernieuwing, bijkomende locatiesruimtes/zalen): zo ja, waar en wanneer? 2. In welke mate worden er voorwaarden met betrekking tot ringleiding opgenomen bij subsidies aan organisatoren van culturele evenementen in Gent? ANTWOORD Antwoord op vraag 1 Momenteel beschikt NTGent (Sint-Baafsplein) over een vaste ringleiding. De Pacificatiezaal van het stadhuis beschikt over een mobiele ringleiding (individuele zenders die de bezoeker rond de hals kan hangen). CIRCA-zalen, beschikt over een ringleiding die in het kader van de zalenverhuur ter beschikking kan gesteld worden. Ook de dienst Feesten en Cel Personen met een Handicap hebben dergelijke ringleiding ter beschikking voor bruikleen. Er zijn geen nieuwe investeringen gepland, wel in het sensibiliseren van de sector met betrekking tot integraal toegankelijke voorstellen een werkspoor van de dienst Cultuurparticipatie. De voorbije 2 jaren hebben enkele geslaagde proefprojecten inzicht geboden in de mechanismen en randvoorwaarden die bij de culturele sector meespelen, zowel op vlak van mentaliteit, geplogenheden als op vlak van voorzieningen. Deze good partice zal nu ingezet worden om verder te stimuleren. Het is de bedoeling om een charter op te stellen dat door cultuurhuizen onderschreven wordt. Hiertoe wordt er samengewerkt met Cel Personen met een Handicap en enkele cultuurhuizen (NTGent, Kopergietery, Opera,...) er is in dit verband ook contact met organisaties zoals vzw Ahosa (die onder andere gespreksavonden organiseert met mensen met een auditieve beperking en organisatoren van culturele evenementen). Antwoord op vraag 2 Bij het verlenen van werkings- en/of projectsubsidies aan organisatoren van culturele evenementen worden geen voorwaarden opgelegd in verband met ringleidingen. Overigens kunnen dergelijke subsidies ook niet aangewend worden voor investeringen in materiaal. Bij de infrastructuursubsidies die tot op heden werden toegekend, is het installeren van een ringleiding nergens als voorwaarde opgelegd. NR. 068/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 068/14 - WERKEN IN SINT-KRUIS-WINKEL BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 5 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Pee Jef CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Aquafin plant grote werken in Sint-Kruis-Winkel. In mei vorig jaar werd gesteld dat die zouden aanvangen na het bouwverlof van 2014. De inwoners zijn benieuwd, maar vooral de handelaars zijn erg bezorgd en willen graag de concrete timing van de werken weten om dit te kunnen inplannen. Er zou een infovergadering volgen, maar tot nu toe is nog niets bekend. Vraag Is er al een concreet zicht op de timing van de werken? De aanvang, de duur? Wanneer zal de infovergadering voor de buurtbewoners/handelaars plaats hebben? ANTWOORD Een concrete aanvangsdatum voor de werken in Sint-Kruis-Winkel is nog niet vastgelegd. De werken moeten immers nog aanbesteed worden. Het ontwerp is momenteel zo goed als af. De stad Gent heeft begin februari 2014 de laatste opmerkingen op het ontwerpplan doorgestuurd aan Aquafin die opdrachtgevend bestuur is. Indien de volgende administratieve stappen: finaliseren ontwerpplan, aanbesteding, gunning,... vlot verlopen kunnen werken in het najaar van 2014 starten. De voorziene uitvoeringstermijn is 200 werkdagen. In praktijk (rekening houdend met verlofperiodes, weerverlet, onvoorziene werfomstandigheden enz.) betekent dit dat de werken iets langer dan een jaar zullen duren. Voor de start van de werken zullen de inwoners zeker nog geïnformeerd worden. Het is nu echter nog te vroeg om een concrete datum te prikken, aangezien de administratieve procedure nog volop bezig is. NR. 070/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 070/14 WEIGERING VAN DE DIENST BURGERZAKEN OM VREEMDELINGEN MET EEN BELGISCHE VERBLIJFSVERGUNNING TOE TE STAAN HET LAND TE VERLATEN VOOR EEN PERIODE VAN MEER DAN ZES MAANDEN - BEVOEGDE SCHEPEN SCHEPEN SOFIE BRACKE - DD. 6 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Yüksel Veli CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Artikel 19 §1 van de Wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen (kortweg ‘Vreemdelingenwet’) bepaalt dat een vreemdeling die houder is van een geldige Belgische verblijfs- of vestigingsvergunning en het land verlaat, gedurende een jaar recht heeft op terugkeer in het Rijk. Betrokkene dient zijn vertrek aan te geven bij het gemeentebestuur en ontvangt dan een bijlage 18 ‘Attest van vertrek’. Recent werd mij gesignaleerd dat de Dienst Burgerzaken van de Stad Gent echter weigert om vreemdelingen met een geldige verblijfsvergunning het recht te verlenen om langer dan zes maanden het grondgebied te verlaten. Naar verluidt baseert men zich daarvoor op het artikel 42 quinquies van de Vreemdelingenwet, waarin in §3 het volgende wordt gesteld “Het ononderbroken karakter van het verblijf wordt niet beïnvloed door tijdelijke afwezigheden van niet meer dan zes maanden per jaar [...]” Het bewuste artikel is in dezen echter niet van toepassing. Het handelt immers over de procedure om een duurzaam verblijfsrecht te bekomen voor EU-onderdanen en familieleden van EU-onderdanen. Daartoe dienen deze vijf jaar ononderbroken verblijf aan te tonen, waarbij een verblijf van minder dan zes maanden per jaar in het buitenland het ononderbroken karakter niet beïnvloedt. De weigering om vreemdelingen met een Belgische verblijfsvergunning het recht te verlenen het Belgische grondgebied te verlaten voor een periode van meer dan zes maanden is dan ook in strijd met de Vreemdelingenwet. Vraag 1) Klopt het dat de Dienst Burgerzaken van de Stad Gent vreemdelingen met een Belgische verblijfsvergunning het recht ontzegt om het Belgische grondgebied langer dan zes maanden te verlaten? 2) Klopt het dat men zich daarvoor baseert op artikel 42 quinquies van de Vreemdelingenwet? 3) Bent u het met mij eens dat het betreffende artikel niet van toepassing is op het recht op terugkeer van vreemdelingen met een Belgische verblijfsvergunning? 4) Op welke manier zult u ervoor zorgen dat de betreffende bepalingen uit de Vreemdelingenwet in de toekomst correct worden toegepast? ANTWOORD Antwoord op vraag 1 Het recht om het Belgische grondgebied te verlaten, kan in principe geenszins ontzegd worden conform het internationaal recht. Wat zich wel voordoet, is dat een afwezigheid van meer dan zes maanden aanleiding kan geven tot een ambtshalve schrapping uit de gemeentelijke registers. Om dit te vermijden kan voor het vertrek een tijdelijke afwezigheid (bijlage 18) worden aangevraagd. Het is echter niet meer mogelijk herhaaldelijk dergelijke tijdelijke afwezigheid aan te vragen, als daardoor de daadwerkelijkheid van de hoofdverblijfplaats in België in het gedrang komt. Antwoord op vraag 2 Neen. Zoals in de vraag terecht aangehaald, is dit artikel in dezen niet van toepassing. Het handelt inderdaad over de procedure om een duurzaam verblijfsrecht te bekomen voor unieburgers en hun familieleden. De juridische grondslag hiervoor is niet te vinden in de verblijfswetgeving maar in de regelgeving over de bevolkingsregisters. Alle personen die hun hoofdverblijfplaats op het grondgebied van een gemeente gevestigd hebben, worden ingeschreven in de bevolkingsregisters. De hoofdverblijfplaats is de plaats waar de leden van hun huishouden dat uit verscheidene personen is samengesteld gewoonlijk leven, ongeacht of die personen al dan niet door verwantschap verbonden zijn, of de plaats waar een alleenstaande gewoonlijk leeft. De bepaling van de hoofdverblijfplaats is gebaseerd op een feitelijke situatie, dat wil zeggen de vaststelling van een effectief verblijf in een gemeente gedurende het grootste deel van het jaar (artikel 16, § 1 koninklijk besluit van 16 juli 1992 betreffende de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister). Het volstaat niet dat iemand enkel de bedoeling uit om zijn hoofdverblijfplaats op een gegeven plaats te vestigen om voor het betrokken gemeentebestuur de inschrijving als hoofdverblijfplaats te rechtvaardigen. Als bij het onderzoek blijkt dat de betrokken persoon zich in het buitenland gevestigd heeft, voert het college van burgemeester en schepenen hem van ambtswege af, tenzij hij zich bevindt in één van de gevallen van tijdelijke afwezigheid. Wanneer wordt vastgesteld dat een burger zich herhaaldelijk beroept op tijdelijke afwezigheid, dient in elk geval te worden onderzocht of de betrokkene nog wel zijn hoofdverblijfplaats heeft in de gemeente. In geval er geen hoofdverblijfplaats meer in de gemeente is, wordt overgegaan tot een ambtshalve afvoering. Concreet hanteert de dienst Burgerzaken van de stad Gent volgende werkwijze. Bij een aangifte tijdelijke afwezigheid moet altijd gekeken worden of r vroeger al een tijdelijke afwezigheid (bijlage 18) werd aangevraagd: - als er vroeger nog geen bijlage 18 is afgeleverd, kan een bijlage 18 worden afgeleverd; - als er vroeger wel een bijlage 18 NR. 069/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 069/14 - GEBEDSRUIMTES VOOR MOSLIMS - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN RESUL TAPMAZ - DD. 6 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : De Boever Gabi Vlaams Belang OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Steeds meer instellingen en bedrijven creëren gebedsruimtes voor moslims. Vraag Zijn er momenteel gebedsruimtes voor moslims voorzien in stedelijke gebouwen en scholen? Zo ja, hoeveel en waar situeren zij zich? Zo ja, op wiens vraag zijn deze tot stand gekomen? Zijn er stedelijke gebouwen ingericht als moskee? Zo ja, hoeveel en waar situeren zij zich? Hoeveel aanvragen zijn nog lopende? Aan welke voorwaarden moeten de gebouwen voldoen? Over hoeveel gelovigen per moskee gaat het hier? ANTWOORD Er zijn geen gebedsruimtes voor moslims voorzien in stedelijke gebouwen en scholen. Daardoor vervallen ook de verdere vragen. NR. 071/14 - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 071/14 - COMFORTDIENST IVAGO BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN TINE HEYSE - DD. 6 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting IVAGO levert in Gent een "comfortdienst". Op aanvraag kan een hoeveelheid afval aan huis worden opgehaald – kostprijs 12 euro (restafval) of 8 euro ( GFT). Vraag Hoeveel keer werd hierop beroep gedaan in de loop van respectievelijk 2012, 2013? Is dit enkel bedoeld voor particulieren of kunnen ook verenigingen of bedrijven hierop beroep doen? Moet deze dienst elke keer opnieuw worden aangevraagd of kan iemand ervoor kiezen met een bepaalde regelmaat van deze “comfortdienst” gebruik te maken? Kan een burger onbeperkt van deze dienst gebruik maken? Klopt het dat dit cash kan betaald worden? Hoe gaat dat dan concreet? Hoe vaak wordt er cash betaald en hoe vaak via overschrijving? Wat was het totaal bedrag betaald in cash voor 2012 respectievelijk 2013? Wat was het totaal bedrag betaald per overschrijving voor 2012 respectievelijk 2013? ANTWOORD Burgers kunnen ook buiten de op de kalender voorziene ophaaldagen restafval of GFT door IVAGO laten ophalen. Deze service werd voornamelijk in het leven geroepen voor bewoners van het 'landelijk gebied', wanneer de container eenmalig niet volstaat voor het aangeboden afval (bijvoorbeeld voor wie een feestje heeft gegeven of de container niet tijdig buiten plaatste). In dat geval kan men tot een maximum van 240 l aanbieden. Dit mag in gewone vuilniszakken (géén IVAGO-zakken). Bedrijven kunnen geen gebruik maken van deze service. Zij kunnen beroep doen op IVAGObedrijfsafval of op andere ophalers van bedrijfsafval en sluiten daarvoor een contract af. De ophaalfrequentie, volumes en eventuele extra ophalingen worden contractueel vastgelegd. Verenigingen die gelijkgesteld worden met huisgezinnen (erkende jeugd-, sport- en culturele verenigingen zonder commerciële activiteiten) kunnen hiervan ook gebruik maken. Hiervoor maakt men vooraf een afspraak met IVAGO. Indien men meerdere malen van deze service gebruik wenst te maken, dient men telkens opnieuw een afspraak te maken. De kostprijs bedraagt momenteel 12 euro voor restafval en 8 euro voor een extra ophaling van de GFT-container. In 2012 werden 489 'comfortdiensten' uitgevoerd. In 2013 waren er dat 445. Het verschuldigde bedrag wordt tot nu toe cash betaald aan de chauffeur. In ruil ontvangt men een kwijting; Indien men niet aanwezig kan zijn, worden vooraf afspraken gemaakt over de betalingswijze, bijvoorbeeld via een buur. Het aantal betalingen aan de balie van IVAGO is nihil. Er kan nog niet per overschrijving worden betaald. De inkomsten voor 2012 bedroegen 6.770 euro. IN 2013 werd 6.478 euro geïnd. 51. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 072/14 - CLUBHUIZEN VOOR SENIOREN BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN RUDY CODDENS - DD. 6 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Sleurs Elke N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Enkele maanden geleden kondigde u de sluiting aan van 2 clubhuizen voor senioren, met name Vogelzang en Citadel. Daarmee blijven er in totaal 24 van deze clubhuizen aanwezig in de stad Gent. Voor deze clubhuizen zal er een budget van 1,4 miljoen euro worden uitgetrokken voor brandveiligheid en bijkomende werken om ze toegankelijker en comfortabeler te maken. Verder is er in vele clubhuizen ook een digitaal punt waar de senioren toegang hebben tot een computer met internetaansluiting. Vraag Ik had graag volgende gegevens van u ontvangen: 1. Kan u mij per clubhuis het gemiddelde maandelijkse bezoekersaantal geven? Graag had ik deze cijfers opgesplitst per maand, jaar en per clubhuis. 2. Kan u mij per clubhuis zeggen hoe het bezoekersaantal zich verhoudt tot het aantal 55- plussers in desbetreffende wijk? 3. In welke van deze clubhuizen is er een digitaal punt aanwezig? Hoeveel computers zijn er telkens ter beschikking? ANTWOORD De stad heeft 24 clubhuizen voor Senioren. Elk clubhuis heeft zijn eigen sfeer en programmatie. De reden tot bezoek kan hierdoor sterk verschillen van clubhuis tot clubhuis. In de tabel (zie bijlage) worden de clubhuizen opgelijst, een raming gemaakt van de bezoekers per week en de unieke bezoekers en, zoals gevraagd, in een bijkomende kolom de 55+ van die wijk weergegeven. NB. In sommige wijken zijn meerdere clubhuizen aanwezig, in andere geen enkel. We onderscheiden verschillende types van bezoekers. Sommige bezoekers nemen trouw deel aan een activiteit van hun voorkeur op een vaste dag. Anderen brengen een bezoek wanneer het past in hun variabele agenda, met een dagelijkse, wekelijkse of nog ruimere regelmaat. Dit kan beïnvloed worden door de aangekondigde aanwezigheid van vrienden, kennissen,… Sommige bezoekers komen op onregelmatige basis op bezoek. Al dan niet naar aanleiding van een specifiek activiteit of de aangekondigde aanwezigheid van vrienden, kennissen, buren,…. Voor een groot deel van de bezoekers is er geen koppeling tussen hun wijk van woonplaats en het clubhuis in die wijk. Mensen blijken bereid de verplaatsing te maken naar hun clubhuis van voorkeur, vb. een aantal mensen uit Gentbrugge stappen op buslijn 9 die hen afzet aan clubhuis Palinghuizen… aan de andere kant van de stad maar vlot verbonden. Groepen biljarters spelen met regelmaat de ene dag in het ene clubhuis, de andere vaste dag in een ander. Een minderheid van de bezoekers komt van buiten Gent. Er zijn momenteel geen concrete cijfers beschikbaar. Deze werden in het verleden niet permanent bijgehouden. Tijdens 1 bepaalde week in oktober zal, met ingang van 2014 en naar analogie met de LDCS van het OCMW, steeds het bezoekersaantal worden gemeten. De Seniorendienst plant een uitgebreide bevraging naar aantallen, eigenheid, wijze van deelname, enzovoort in het najaar 2015. We schatten het totaal aantal gebruikers voor alle clubhuizen rond de 2500. Dit komt overeen met een benaderingswijze via het aantal aanwezigen op de feestmaaltijden die clubhuizen regelmatig organiseren. Zij worden grotendeels bijgewoond door bezoekers met een weerkerend bezoekerspatroon, en ook daar wordt het totaal aantal unieke deelnemers geschat op ongeveer 2.500 personen. In welke van deze clubhuizen is er een digitaal punt aanwezig? Hoeveel computers zijn er telkens ter beschikking ? In volgende clubhuizen zijn momenteel Digitale Talentpunten ingericht. In 2014 worden de nodige stappen gezet om: Extra computerbuddies te werven, bij voorkeur kan er immers bij computergebruik beroep worden gedaan op wat uitleg. Of kunnen bezoekers deelnemen aan IT-activiteiten die door de buddies worden georganiseerd? In elk van de 24 clubhuizen (opnieuw) computers te installeren. En dit bij voorkeur laptops omdat deze minder plaats innemen, of makkelijk kunnen worden opgeborgen bij activiteiten of terbeschikkingstelling van de lokalen. We streven op termijn naar minstens 3 halve dagen per week DTP-gebruik per clubhuis. De computers centraal in de ontmoetingszaal te installeren zodat ze meer in het oog springen. Stapsgewijs zal ook meer worden gecommuniceerd mbt deze DTPs… onder andere om senioren die nu de weg nog niet vinden naar het clubhuis, en misschien wel eens van de computer willen gebruik maken op deze manier, ook eens met de werking in contact te laten komen. Zolang de aanwezigheid van niet-senioren de seniorenwerking van het clubhuis niet stoort staan deze DTPs natuurlijk ter beschikking van iedereen, niet enkel 55+. Dit biedt ook kansen tot intergenerationele ontmoeting (zie bijlage 2). 52. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 073/14 - DE SENIORENWEEK - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN RUDY CODDENS - DD. 6 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Sleurs Elke N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Tussen 18 en 24 november 2013 vond de jaarlijkse Seniorenweek in Gent plaats, een jaarlijks initiatief van het OCMW Gent, de Seniorenraad en de Seniorendienst van de Stad Gent in samenwerking met andere externe partners. Er worden verschillende activiteiten georganiseerd zoals een seniorenbal, voordrachten, wandelingen, sportnamiddag etc. De toegangsprijs tot al deze activiteiten bedraagt 3 euro, welke verlaagd wordt tot 1 euro voor mensen met een OMNIO-statuut of wie recht heeft op een verhoogde tegemoetkoming bij de mutualiteit. Ook dit jaar zal er een Seniorenweek georganiseerd worden eind november. Ik had graag meer gegevens gekregen over voorbije editie: Vraag 1. Hoeveel senioren namen er deel aan de voorbije seniorenweek? Kan u mij een overzicht per activiteit geven? 2. Hoeveel personen die deelnamen hebben een OMNIO-statuut of een verhoogde tegemoetkoming bij de mutualiteit? 3. Hoeveel senioren namen er deel aan de seniorenweken van de voorbije 3 jaar? Graag had ik een opsplitsing per jaar en per statuut. ANTWOORD vrijdag 21 februari 2014 Onder wordt voor de jaren 2010 – 2013 steeds het totaal aantal deelnemers, opgedeeld per activiteit weergegeven. Het reductietarief van 1 euro werd pas in 2013 voor de eerste maal gehanteerd. De prijs werd ook pas toen opgetrokken naar 3 euro per activiteit. Enkel voor 2013 kunnen dan ook de aantallen worden weergegeven. De Seniorendienst veronderstelt dat het hierbij gaat over mensen die sowieso zouden hebben deelgenomen. Het is de gewoonte dat pogingen worden gedaan om personen in de armoede te bereiken, tot nu toe zonder al te veel resultaat. Pas in 2013 werd dit nog actiever gedaan en deze inspanningen zullen ook de komende jaren worden voortgezet. De schommelingen in het totale aantal deelnemers aan de Seniorenweek zijn te wijten aan de deelname aan het (slot)concert. Met ingang van 2012 werd gewijzigd van locatie én gestart met 2 concerten. Het ene concert in de Handelsbeurs was de voorgaande jaren immers steeds uitverkocht. De aanwezigheid wordt waarschijnlijk sterk bepaald door de bekendheid van de geprogrammeerde artiest. Koen Crucke trok in 2012 veel meer geïnteresseerden dan de combinatie Gary Hagger/Marino Punk in 2013. In 2014 wordt de Seniorenweek geëvalueerd en deels bijgesteld. Er wordt o.a. bekeken om de (voorlopig nog 2) concerten op een weekdag te plannen in plaats van op zondag én vanaf nu overdag. Niet alleen is dit qua organisatie goedkoper maar op vlak van bereikbaarheid ook veel toegankelijker. Senioren zien over het algemeen immers op tegen verplaatsingen ’s avonds. Ook voor Woonzorgcentra zal een verhuis naar een weekdag voordelen opleveren. Deze nieuwe aanpak zal nadien opnieuw worden geëvalueerd op zijn effect. 2013 Tussen 18 en 24 november 2013 vond de jaarlijkse Seniorenweek in Gent plaats. In 2013 namen er 1.997 personen deel aan de seniorenweek. Overzicht van het aantal deelnemers per activiteit: Maandag 18 november: Officiële opening seniorenweek – Open Algemene vergadering Seniorenraad: 200 deelnemers Dinsdag 19 november: Seniorenbal: 376 deelnemers Woensdag 20 november: Voordracht: “’k ben een beetje deur de neuze”: 50 deelnemers Donderdag 21 november: Sportnamiddag: 132 deelnemers Vrijdag 22 november: Wandelingen: De Gentse dierentuin: 50 deelnemers Gent 1913, de stad in weelde herboren: 33 deelnemers Van kommer en kwel tot paradijselijke lofts: 27 deelnemers Zaterdag 23 november: Wandelingen De Gentse coupure een dame met allure: 50 deelnemers Kleine kinderen, grote kinderen: de jeugd van toen en tegenwoordig: 13 deelnemers Het Miljoenenkwartier, herinneringen aan de Wereldtentoonstelling va 1913: 50 deelnemers Zondag 24 november: Slotconcert: 1.016 deelnemers Deelnemers met een verhoogde tegemoetkoming of Omnio-statuut 195 personen met een verhoogde tegemoetkoming of Omnio-statuut namen deel aan de Seniorenweek 2013. Seniorenbal: 41 personen Voordracht” ‘k ben een beetje deur de neuze’: 3 personen Sportnamiddag: 17 personen Wandelingen op vrijdag: 9 personen Wandelingen op zaterdag: 7 personen Slotconcert: 118 personen 2012 Tussen 19 en 25 november 2012 vond de jaarlijkse Seniorenweek in Gent plaats. In 2012 namen er 2.572 personen deel aan de seniorenweek Overzicht van het aantal deelnemers per activiteit: Maandag 19 november: Officiële opening seniorenweek – Open Algemene vergadering Seniorenraad: 270 deelnemers Dinsdag 20 november: Seniorenbal: 350 deelnemers Woensdag 21 november: Tentoonstelling “Helden”: 45 jongeren en 88 senioren namen deel Woensdag 21 november: Zwemmen met je kleinkind 6j – 8j: 2 grootouders en 2 kleinkinderen Woensdag 21 november: Zwemmen met je kleinkind 3j – 5j: 10 grootouders en 10 kleinkinderen Donderdag 22 november: Wandelingen: Bezoek Emiel Braunschool: 30 deelnemers Hartstocht: 49 deelnemers Enkele reis Gent-Zuid: 49 deelnemers Straffe madams: 45 deelnemers Vrijdag 23 november: Wandelingen: Pittoresk Prinsenhof: 52 deelnemers Beeldige borsten: 41 deelnemers Crimineel Wijs: 50 deelnemers Arm Gent: 38 deelnemers Zaterdag 24 november: Sportnamiddag: 113 deelnemers Zondag 25 november: slotconcert: 1.385 deelnemers 2011 Tussen 21 en 27 november 2011 vond de jaarlijkse Seniorenweek in Gent plaats. In 2011 namen er 1.573 personen deel aan de seniorenweek Overzicht van het aantal deelnemers per activiteit: Maandag 21 november: Officiële opening + Open Algemene vergadering Seniorenraad: 250 deelnemers Dinsdag 22 november: Seniorenbal: 320 deelnemers Woensdag 23 november: Wandeling rondom de Minnemeers: 65 deelnemers Donderdag 24 november: Sportnamiddag: 120 deelnemers Vrijdag 25 november: Verhalen uit de holebiseniorenkast: 73 deelnemers Zaterdag 26 november: Brouwerijwandeling – Tournee générale: 45 deelnemers Zondag 27 november: Slotconcert: 700 deelnemers 2010 Tussen 15 en21 november 2010 vond de jaarlijkse Seniorenweek in Gent plaats. In 2010 namen er 1.722 personen deel aan de seniorenweek Overzicht van het aantal deelnemers per activiteit: Maandag 15 november: Officiële opening + Open Algemene vergadering Seniorenraad: 250 deelnemers Maandag 15 november: Seniorenbal: 350 deelnemers Dinsdag 16 november: Interculturele wandeling: 50 deelnemers Woensdag 17 november: Culturele avond: 150 deelnemers Donderdag 18 november: Sportnamiddag: 102 deelnemers Zaterdag 20 november: Gezonde voeding: 120 deelnemers Zondag 21 november: Slotconcert: 700 deelnemers 53. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 074/14 - DE VISPUT OOSTAKKER BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN TOM BALTHAZAR - DD. 6 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De visput te Oostakker is een aangename plek en deel van het groenpoolproject “oud vliegveld”. Spijtig genoeg brengt niet iedereen het nodige respect op voor dit stukje natuur wat tot een aantal problemen leidt. Vraag 1. Sluikstorten, zoals op heel wat andere plaatsen in onze stad wordt ook hier op grote schaal afval gedumpt, vooral aan de parking. Zie de bijgevoegde foto’s. Welke maatregelen neemt u om dit op te ruimen – de daders op te sporen en te sanctioneren – het sluikstorten in de toekomst te voorkomen? 2. Het terrein wordt gebruikt als cross terrein voor brommertjes wat hinderlijk is voor wandelaars en mensen die net de rust en natuur opzoeken. De bandensporen zijn ook duidelijk te zien (bijgevoegde foto). Welke maatregelen neemt u om dit te verhinderen en om de bewuste “bestuurders” aan te spreken op hun gedrag? BIJLAGEN ANTWOORD De Groendienst laat mij weten dat zij al stappen ondernomen hebben om de vervuiling in de ruime omgeving van de visvijver aan te pakken. De medewerkers van de Groendienst ruimen met maandelijkse regelmaat zwerfvuil en sluikstort op in de groenzone rond de visvijver. In de zomermaanden wordt deze frequentie opgedreven. De Groendienst heeft met IVAGO eerder al een afspraak gemaakt om het sluikstortprobleem op de parking aan te pakken. Zo neemt IVAGO de opkuis van deze zone op in hun structurele planning en komen zij op maandelijkse basis langs om het sluikstort op en rond de parking te verwijderen. Naar aanleiding van de laatste sluikstortmelding heeft IVAGO onder toezicht van de parkwachter op donderdag 13 februari 2014 het sluikstort doorzocht op zoek naar adressen. Helaas hebben zij geen gegevens gevonden en konden zij geen bestuurlijk verslag opmaken. IVAGO heeft wel het volledige terrein netjes achtergelaten. Afgelopen jaren zijn al heel wat maatregelen genomen om de overlast in de omgeving van de visvijver te beperken. Zo is de toegang voor vrachtwagens onmogelijk gemaakt, wordt de barbecuezone in de zomermaanden met wekelijkse regelmaat gecontroleerd door de parkwachter en/of politie en ruimen zowel IVAGO en Groendienst de barbecuezone 5 keer per week op. De pogingen om de toegang tot het grasplein onmogelijk te maken voor auto's zijn meerdere malen teniet gedaan door vandalisme. De Groendienst blijft dit echter verder opvolgen. Diezelfde toegang afsluiten voor brommers is echter niet mogelijk omdat je zo ook de toegankelijkheid beperkt voor de gewone gebruiker. 54. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 075/14 - UITWIJZINGEN DIENST VREEMDELINGENZAKEN - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN SOFIE BRACKE - DD. 6 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Bracke Siegfried N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting De Europese regelgeving schrijft voor dat economisch niet-actieve EU-burgers en hun familieleden hun verblijfsrecht in ons land kunnen verliezen wanneer zij een onredelijke belasting vormen voor de sociale bijstand. In dit kader stuurt de federale POD Maatschappelijke Integratie de gegevens van personen die meer dan 3 maanden (90 dagen) OCMW-steun ontvangen door naar de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ). Die laatste dienst onderzoekt dan het individuele dossier en beslist rekening houdend met de globale persoonlijke situatie - vervolgens of de persoon in kwestie al dan niet een onredelijke belasting vormt en uitgewezen wordt. De toegang tot gegevens uit de kruispuntbank sociale zekerheid werd in 2011 ingevoerd en zorgde ten opzichte van 2010 voor een vervijfvoudiging van dit type uitwijzingen: 2712 in 2013. Personen die met een uitwijzing worden geconfronteerd krijgen daarvan bericht en hun verblijfskaart wordt afgenomen. Ze worden geacht vervolgens het grondgebied te verlaten. Vraag 1. Hoeveel EU-burgers stonden ingeschreven in de Gentse bevolkingsregisters in de periode 20102013? (graag opgesplitst volgens nationaliteit en volgens type verblijfsrecht) 2. Hoeveel EU-burgers ontvingen OCMW-steun in de periode 2010-2013? (graag opgesplitst volgens nationaliteit) 3. Hoeveel EU-burgers ontvingen meer dan 3 maanden OCMW-steun in de periode 2010-2013? (graag opgesplitst volgens nationaliteit) 4. a. Zijn de stad Gent en/of het Gentse OCMW betrokken bij het doorsturen van gegevens van EUOCMW-cliënten aan DVZ? Zo ja, op welke manier? 4. b.Van hoeveel EU-burgers werden de gegevens eventueel doorgestuurd aan DVZ? Graag de cijfers voor de jaren 2010-2013, opgesplitst volgens nationaliteit. 5. Zijn de stad en/of het Gentse OCMW betrokken bij het individuele onderzoek dat DVZ voert (doorspelen gegevens, adviseren, etc.)? Zo ja, op welke manier? 6. Hoeveel EU-burgers ingeschreven in de Gentse bevolkingsregisters werden in de jaren 2010-2013 door DVZ uitgewezen? (graag opgesplitst per nationaliteit) 7. a. Is de stad betrokken bij het bezorgen van het bericht van uitwijzing en/of bij het afnemen van de verblijfskaart? Indien ja, hoe gaat dit concreet in zijn werk? 7. b. Hoeveel verblijfskaarten werden in de jaren 2010-2013 eventueel gerecupereerd? 7.c. Zijn er omstandigheden waarbij de verblijfskaarten niet worden gerecupereerd? 8. a. Is er zicht op hoeveel door DVZ uitgewezen personen effectief de stad verlaten? 8. b. Wordt door de stad/politie gecontroleerd/opgevolgd of mensen effectief terugkeren, en zo ja, met welke intensiteit: welke cijfers of andere gegevens zijn er beschikbaar? 8. c. Is er begeleiding voor de personen die terugkeren, en zo ja: hoe gaat dit in zijn werk en hoeveel personen werden op die manier bereikt (graag de gegevens voor 2010-2013, per nationaliteit)? ANTWOORD Antwoord op vraag 1 zie jaartabellen in bijlage (1 tem 4) Antwoord op vraag 2 zie jaartabellen in bijlage (5) Antwoord op vraag 3 Idem als de cijfers bij vraag 2. Hulpverleningsperiodes korter dan drie maanden zijn zeer uitzonderlijk. (zie jaartabellen in bijlage (5). Antwoord op vraag 4a De opéénvolgende fasen van een inschrijvings- en verblijfsprocedure voor unieburgers voorzien onder ander volgende opvolgings- en controlepunten: - de bewijsstukken van het ingeroepen verblijfmotief (zelfstandige activiteit, werknemersschap, werkzoekende, studies,...) worden systematisch gecontroleerd op hun volledigheid en correctheid. Deze stukken worden ook systematisch overgemaakt aan de Dienst Vreemdelingenzaken in Brussel. Bij twijfelgevallen wordt aan die dienst een uitgebreid tweedelijnsonderzoek gevraagd. - eens het verblijfsrecht is erkend, blijft betrokkene onderworpen aan een controleperiode van 5 jaar. Binnen die periode kan het verblijfsrecht worden ingetrokken, eens vaststaat dat betrokkene niet langer aan de verblijfsvoorwaarden (bijvoorbeeld eigen bestaansmiddelen) voldoet. In functie van deze controles komt het voor dat de Dienst Vreemdelingenzaken de stad Gent de opdracht geeft betrokkene een attest te laten voorleggen waaruit blijkt of er al dan niet ocmw-steun wordt of werd genoten. Deze attesten worden ter beoordeling overgemaakt aan de Dienst Vreemdelingenzaken. De Dienst Vreemdelingenzaken krijgt zelf rechtstreeks gegevens uit de Kruispuntbank Sociale Zekerheid. Het OCMW is dus niet betrokken bij het doorsturen van gegevens. Ook deze informatie kan aanleiding geven tot bijkomend onderzoek waarbij de stad Gent gevraagd wordt betrokkene uit te nodigen om bepaalde documenten te komen voorleggen. Antwoord op vraag 4b DVZ verkrijgt dus automatisch de gegevens uit de Kruispuntbank Sociale Zekerheid. Antwoord op vraag 5 DVZ beslist autonoom en wint hiervoor geen advies in bij het OCMW-Gent. Wat betreft de Stad Gent, zie antwoord vraag 4.a. Antwoord op vraag 6 Unieburgers kunnen een beslissing van verblijfsweigering bekomen zowel vóór als na de erkenning van hun verblijfsrecht. Die beslissing neemt respectievelijk de vorm aan van een bijlage 20 of 21. Een bijlage 20 wordt - naargelang de stand van de verblijfsprocedure met of zonder uitwijzingsbevel betekend. Het aantal betekende bijlagen 20 met of zonder uitwijzingsbevel (cijfers voor loket Migratie beschikbaar sinds 2011 maar niet per nationaliteit beschikbaar): Bijlage 20 2011 2012 2013 30 239 144 Het aantal betekende bijlagen 21 (cijfers voor loket Migratie beschikbaar sinds 2011): Bulgarije Estland Hongarije Letland Litouwen Polen Roemenië Slovakije Slovenië Tsjechië Andere EUnationaliteiten 2011 2012 2013 135 0 0 0 0 1 0 36 0 5 0 95 0 0 0 0 1 0 49 0 3 0 80 0 3 0 0 3 0 16 0 6 16 179 148 124 BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- 55. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 076/14 - PETANQUEBANEN, OOSTAKKER BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN RESUL TAPMAZ - DD. 7 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Pee Jef CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Achter het ontmoetingscentrum in Oostakker zijn 2 petanquebanen aangelegd. De laag waarop gespeeld wordt is momenteel nog een grove substantie. Dit is moeilijk om op te spelen. De schepen had beloofd dat de petanquebanen zouden afgewerkt worden met een fijne eindlaag. Vraag Wanneer kan deze fijne eindlaag worden aangebracht? Concrete timing? ANTWOORD Het klopt dat de petanquebanen aan de Pijphoekstraat in Oostakker nood hebben aan een toplaag met fijne dolemiet. Intussen zal ook op de nieuw aangelegde baan de grove dolemiet zich vaster hebben gevormd. De aannemer zal beide petanquebanen in orde stellen en de nodige fijne toplaag aanbrengen. Werken worden uitgevoerd tussen half en eind maart 2014. 56. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 078 VERKEERSLEEFBAARHEIDSPLANNEN - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 7 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Taeldeman Sven sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In 2000 werden gebiedsdekkend voor alle Gentse wijken zgn ‘verkeersleefbaarheidsplannen’ opgemaakt. Deze plannen bevatten allerlei kleinere en grotere maatregelen om de wijken verkeersveiliger en verkeersleefbaarder te maken. Ze zijn ahw een verdere invulling op wijkniveau, van wat het Mobiliteitsplan op stadsniveau is. Het idee leeft/bestaat dat er al heel wat maatregelen zijn ingevuld, opgenomen, gerealiseerd. Maar het is minder duidelijk hoe ver de stad hier nu in staat, en of deze verkeersleefbaarheidsplannen nog gehanteerd worden. Op de website van de stad zie ik bv dat ze nog steeds beschikbaar zijn, en voor de uitvoering ervan wordt verwezen naar de nieuwsbrief ‘slimopweg’ (in de brievenbus, en op de website van de stad). In ieder geval zijn het heel waardevolle, degelijk onderbouwde, maatregelenpakketten voor de wijken, maar vergen ze m.i. na 15 jaar een actualisatie. Deze lange levensduur alleen al, geeft aan dat het interessante, goede werkinstrumenten zijn. Een ‘actualisatie’ betekent ook mogelijks in een nieuwe format, een interactievere format. De verkeersleefbaarheidsplannen zijn 15 jaar oud, zijn opgemaakt in een Gent met een pak minder inwoners, sedertdien werd de aantrekkingskracht van de centrumfunctie van de stad er alleen maar groter op o.m. door stadsvernieuwing (zie ook de sterk toegenomen studentenpopulatie), en stellen we ook gewoon vast dat het verkeer met een kwart is toegenomen. Dit noopt m.i. tot een verderzetting en actualisatie of vernieuwing van de verkeersleefbaarheidsplannen. Vraag Wordt centraal bijgehouden welke maatregelen uit de Verkeersleefbaarheidsplannen finaal gerealiseerd zijn? Hoe? En is dit beschikbaar? Is er een soort evaluatie voorzien van dit instrument? Wat zijn de krijtlijnen hiervan? Is er een actualisatie, en een toekomst, weggelegd voor een reeks Verkeersleefbaarheidsplannen 2.0, en hoe past dit in het in opmaak zijnd Mobiliteitsplan voor de stad Gent? Zo ja, onder welke vorm, en op welke termijn? Of zijn er nog andere initiatieven hiermee gepland? ANTWOORD De evaluatie is een paar jaar geleden gebeurd door de dienst Mobiliteit. Conclusie was dat in de VLP's te veel maatregelen werden opgesomd ten overstaan van de beschikbare middelen, zowel op vlak van financiën als op vlak van personeel. Omwille van deze beperking is beslist om de focus te leggen op de 19de-eeuwse gordel. Na afwerking van de weerhouden infrastructuurwerken werd beslist geen nieuwe ronde VLP's meer op te maken. In de lopende herziening van het mobiliteitsplan (verbreden en verdiepen) wordt wel onderzocht hoe dit planningsniveau (wijken) in het mobiliteitsbeleid moet opgenomen worden. Binnen de verkenningsnota werd opgenomen dat dit onderwerp een verdiepingsthema is. Het proces van verbreden en verdiepen is dit jaar terug opgestart en zal in het najaar 2014 afgerond zijn. Uiterlijk tegen dan moet er duidelijkheid zijn over de wijze waarop Gent om zal gaan met mobiliteitsplanning op wijkniveau. Het is duidelijk dat binnen het mobiliteitsplan een typebenadering voor verkeersplanning op wijkniveau zal worden uitgewerkt. Gent is echter een dynamische stad, met veel ideeën van mondige bewoners en bottom-up initiatieven, die de co-creatiegedachte zeer genegen zijn. In het kader van de missie van de stad wordt (stadsbreed) ook onderzocht hoe onze organisatie met deze wijkgebonden initiatieven kunnen begeleid en opgevolgd worden, en eventueel input kunnen geven voor het wijkgebonden planningsinstrument in de toekomst. Initiatieven zoals bijvoorbeeld Velodroom kunnen een mogelijke partner worden in de zoektocht naar een werkbare, haalbare planningsvorm. 58. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 079/14 - PARKEERDRUK BOLLEBERGEN (ZWIJNAARDE) - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 10 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Souguir Sami Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In de Grotesteenweg Noord en Bollebergen in Zwijnaarde worden bewoners geconfronteerd met een hoge parkeerdruk ten gevolge de parkeerbehoefte van de werknemers van de nabijgelegen kantoorgebouwen die deels op het openbaar domein lijkt te worden afgewenteld. Vraag Hoe beoordeelt u deze situatie en welke maatregelen overweegt u desgevallend om de parkeerdruk voor buurtbewoners beheersbaar te houden? ANTWOORD De parkeerproblematiek te Bollebergen werd eind 2012 grondig door het Mobiliteitsbedrijf onderzocht. Uit deze analyse kwam als beste oplossing het inrichten van tien voorbehouden bewonersplaatsen (verspreid over 2 locaties te Bollebergen), om overdag tegemoet te komen aan de parkeerbehoefte van de bewoners. Dit werd ook uitgevoerd. Er werden intussen aan de bewoners van Bollebergen 30 bewonerskaarten uitgereikt, waarmee ze gratis op deze voorbehouden bewonersplaatsen kunnen parkeren. Zonder bewonerskaart riskeert men hier 24/24u een retributie van 60 euro. Uit een veelheid van parkeeronderzoeken stelt het Mobiliteitsbedrijf vast dat doorgaans rond 30% van de voertuigen van bewoners overdag op straat geparkeerd staan. Die 10 voorbehouden bewonersplaatsen zijn hier met andere woorden op afgestemd. Buiten de kantooruren is er geen parkeerprobleem voor bewoners. Intussen werd ook door de bedrijven geïnvesteerd in hun parkeerinfrastructuur. Zo werd bijvoorbeeld een parkeerterrein op het eind van Bollebergen beter aangeduid, zodat dit nu effectief gebruikt wordt, waar dit voordien eerder leeg stond. Deze maatregelen sluiten natuurlijk niet uit dat hier tijdens de kantooruren een groot aantal parkeerders een plaatsje zoekt. Wij achten het echter niet wenselijk om lokaal een parkeerregime zoals betalend parkeren of blauwe zone in te voeren, omdat dit al te veel zou leiden tot de verschuiving van de parkeerdruk naar een aanpalende straat of buurt. Met de voorbehouden bewonersplaatsen werd een parkeermaatregel op maat aangeboden, zonder de parkeerdruk van bezoekers te verschuiven. 60. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 080/14 - WERKING DEKENIJEN BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN CHRISTOPHE PEETERS - DD. 10 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Deene Karlijn N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Gentse dekenijen Vraag Met betrekking tot de Gentse dekenijen had ik graag volgende informatie opgevraagd: -Wat is de evolutie van het aantal Gentse dekenijen? Graag een overzicht van de dekenijen voor de laatste 5 jaren. -Welke bedragen aan werkingssubsidies ontvangen de dekenijen (cf. het Reglement voor de subsidiëring van de dekenijwerking)? Graag een overzicht per dekenij voor de laatste 5 jaren, alsook een overzicht van subsidieaanvragen die eventueel geweigerd werden (+ de motivatie). -Kunnen dekenijen daarnaast eventueel nog andere subsidies ontvangen voor aparte evenementen, projecten, enz. die ze opzetten? Zo ja, graag een overzicht per dekenij voor de laatste 5 jaren, alsook een overzicht van subsidieaanvragen die eventueel geweigerd werden (+ de motivatie). ANTWOORD Als algemeen beginsel wil ik meegeven dat de relatie die de dienst Evenementen en Feesten onderhoudt met de dekenijen hoofdzakelijk verloopt via de opperdekenij, met als contactpersoon opperdeken Eli De Rijck. Tijdens de algemene vergaderingen van de opperdekenij is er formeel overlegt met de medewerkers van de dienst, alsook met mijzelf of mijn kabinet. Periodiek vindt tevens bilateraal overleg plaats op de dienst, waarbij dekenijen die vragen hebben omtrent de procedure inname openbaar domein (voor bijvoorbeeld de organisatie van dekenijfeesten) worden geholpen. De procedure voor het verkrijgen van een vergunning inname openbaar domein is kosteloos. Er wordt ook toelichting gegeven bij de mogelijkheden tot betoelaging. Voor grootschalige dekenijfeesten wordt een overleg in het bijzijn van de veiligheidsdiensten georganiseerd. De opperdekenij ontvangt jaarlijks 10.000 euro (in 2013 bedroeg dit 18.000 euro) die het zelf verdeelt naar de aangesloten dekenijen. Dat bedrag moet dienen voor de algemene kosten van hun jaarwerking. Tevens ontvangt de opperdekenij 73.000 euro die ze verdeelt, mits bewijslast, naar de aangesloten dekenijen (led-) eindejaarsverlichting ophangen. Een gegeven dat in 2014 zal worden herbekeken. Als bijlage vindt u een overzicht van de dekenijen die bij de dienst toelage hebben aangevraagd in 2013 en vorige jaren. Tevens zijn de bedragen van de effectieve toelage vermeld. We hebben weet van 54 dekenijen (2013) die aangesloten zijn bij de opperdekenij. Een scan van de straten die tot deze dekenijen behoren kan u terugvinden als bijlage. Niet alle dekenijen organiseren een dekenijfeest en vragen toelage aan bij de dienst. Het is de opperdekenij die de dekenijbesturen aanstelt en de straten bepaalt die er deel van uitmaken. Voor wijzigingen van dekenijen moeten we u naar het bestuur van de opperdekenij verwijzen. Een medewerker van de dienst Evenementen en Feesten houdt toezicht op het niet cumuleren van toelagen van eigen dienst naar toelagen van Wijk aan zet en het Departement Cultuur van de stad. Het is de dekenijen vrij om toelage aan te vragen bij deze twee diensten maar er geldt een nietcumuleerbaarheidsprincpe. BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- 62. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 083/14 - BEDRIJVENTERREIN WIEDAUWKAAI WONDELGEMSEMEERSEN - BEVOEGDE SCHEPEN SCHEPEN MATHIAS DE CLERCQ - DD. 10 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Renterghem Sandra N-VA OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In de gemeenteraad van januari werd het uitgiftebeleid vastgelegd voor het toekomstig lokaal bedrijventerrein Wiedauwkaai Wondelgemsemeersen. Vraag In dit verband heb ik volgende vragen: 1. Onteigeningen Zijn alle onteigeningen in het gebied al gebeurd? Zo niet, hoeveel eigendommen moeten er nog verworven worden? Met hoeveel eigenaars is men nog in onderhandeling? Wanneer zal dit afgerond zijn? 2. Bodemsanering Een deel van het gebied is een brownfield met historische vervuiling. Is deze vervuiling al volledig gesaneerd? Zo nee, wat is de timing hiervan? is er eventueel vervuiling in andere delen van het gebied? Zo ja, om welke terreinen gaat het en wat is de timing voor de eventuele saneringswerken? Grond kan niet verkocht worden zonder een bodemattest. Is er voor alle toekomstige kavels al een geldig bodemattest uitgereikt? 3.Aanleg nieuwe wegenis Het gebied moet ontsloten worden door nieuwe wegen aan te leggen. Wat is de timing voor de aanleg van de nodige infrastructuur? 4.Effectieve uitgifte Het gebied wordt in verschillende fases op de markt gebracht Graag een overzicht van wanneer welke delen van het gebied klaar zullen zijn voor uitgifte. ANTWOORD 1. Onteigeningen De verwervingen voor het bedrijventerrein gebeuren gefaseerd en worden uitgevoerd door sogent. De eerste fase van de verwervingen is voltooid. De tweede fase is lopende. Er zijn nog met 6 eigenaars gesprekken lopende. Het is voorzien om alle aankopen eind 2014 afgerond te hebben. 2. Bodemsanering De aanwezige vervuiling is nog niet gesaneerd. Een deel hiervan zal gesaneerd worden bij aanleg van de wegenis, de rest gebeurt na de aanleg van de wegenis. De gronden in eigendom van sogent zullen gesaneerd worden bij het bouwrijp maken. Voor de eerste fase is dit voorzien in 2015. De gronden van NMBS zullen door de NMBS zelf gesaneerd worden. Hiervoor wordt een bodemsaneringstraject afgesproken met OVAM. Timing hiervan is nog niet gekend. Er zijn nog geen bodemattesten uitgereikt, dit is voorzien na het bouwrijp maken van de kavels. 3. Aanleg nieuwe wegenis De start van de infrastructuurwerken is voorzien in het najaar van 2014. De werken zullen in totaal 2 jaar duren. De eerste fase van de infrastructuurwerken zal klaar zijn medio 2015. 4. Effectieve uitgifte Het bedrijventerrein wordt in 3 fases op de markt gebracht, elk met een uitgeefbare oppervlakte van ongeveer 4 ha Geraamde timing uitgiftefases (zie kaart verder): - Start fase 1(groen): oktober 2014 - Start fase 2 (oranje): eind 2015 - Start fase 3 (rood): begin 2017 Fase 2 en 3 zijn sterk afhankelijk van vooruitgang infrastructuurwerken en saneringswerken. BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- 64. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 085/14 - WANDELWEGEN VOOR RUITERS BURGEMEESTER - DD. 18 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Van Pee Jef CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Recent werd het verbodsbord voor ruiters teruggeplaatst in de Krijtekerkwegel. De ruiters hebben dan ook een aantal vragen. Vraag 1. Wat is voor ruiters de meest veilige route tussen de Rapenburgstraat en de Albert De Smetstraat? 2. Wat is de minimumbreedte van een weg opdat die zou kunnen gebruikt worden door zowel wandelaars, fietsers als ruiters? 3. Kan de verdwenen (kerk)wegel die begon rechtover het klooster van Sint-Kruis-Winkel en liep naar het pomphuisje aan de Moervaart opnieuw in gebruik worden genomen over een breedte zodat zowel wandelaars, fietsers als ruiters er gebruik kunnen van maken? ANTWOORD Aansluitend op het antwoord dat u ontving van schepen Watteeuw op dezelfde vraag, ontvingen wij van de korpsleiding van LPZ (Lokale Politiezone) Gent volgende toelichting: Het Bureau Verkeerstoezicht (BVT) heeft mij op 13 juni 2013 een advies overgemaakt inzake SintKruis-Winkeldorp en de signalisatie van kerk– en veldwegels, dit naar aanleiding van uw vraag om de toegang tot de veldwegen aldaar te verbieden voor ruiters. In dit advies werd volgende gesteld: Beide wegen, slechts circa 1,7 m breed en verhard middels los grind, zijn in feite van oudsher kerken veldwegels welke tot op heden nog steeds toegankelijk zijn en hoofdzakelijk worden gebruikt door voetgangers en fietsers/mountainbikers. Ze zijn vooral in trek bij wandelevenementen. De eerste veldweg vormt de verbinding tussen Sint-Kruiswinkeldorp (pad begint naast de kerk en kerkhof) en Albert De Smetstraat (naast woning nr. 29a). De tweede veldweg vormt de verbinding tussen SintKruiswinkeldorp (pad begint naast woning nr. 58) en het kruispunt Marcel Herpelinckstraat Rapenburgstraat (naast de kapel). Het eerste deel van het pad is 3 m breed en is dienstig als toegangsweg tot een tweetal woningen. Voorbij de in/uitrij van woning nr. 1 begint de feitelijke veldweg. Er wordt regelmatig vastgesteld dat deze wegen tevens worden gebruikt door ruiters, al dan niet te paard of met pony’s. Er ontstaat een gevaarlijke situatie wanneer voetgangers en ruiters elkaar kruisen of voetgangers worden ingehaald. Gelet op de beperkte breedte van deze wegen hebben voetgangers quasi geen ruimte om opzij te gaan. Quasi overal worden de paden enerzijds afgebakend door beken/grachten, anderzijds door weide- of akkerafspanningen, al dan niet met prikkeldraad. De conclusie luidde: “Met het oog op het vrijwaren van de verkeersveiligheid op deze paden lijkt het aangewezen de toegang ervan te beperken tot voetgangers en fietsers en (beperkt) voor diensten langsheen de kerk en kerkhof. Ik geef dan ook gunstig advies tot: verwijderen combinatie C15/C5-C7/uitgezonderd diensten en te vervangen door combinatie C3/M2/uitgezonderd diensten (te hernieuwen) in Sint-Kruiswinkeldorp naast de kerk; verwijderen bord C15 en plaatsing borden C3/M2 op het einde van het kerkhof; plaatsing borden C3/M2 in Albert De Smetstraat naast woning nr. 29a; plaatsing borden C3/M2 in Sint-Kruis-Winkeldorp naast woning nr. 58; plaatsing borden C3/M2 kant Rapenburgstraat voorbij de woning (nr. 1). Dit advies werd overgemaakt aan de Dienst Wegen Bruggen en Waterlopen voor uitvoering, wat intussen gebeurd is. Bijkomende noot: volgens het besluit van de Vlaamse regering dd. 29 april 1997 inzake wegen voor voetgangersverkeer, art. 3 mag er slechts 0.5 m door obstakels ingenomen worden als de breedte zich situeert tussen 1.50 m en 2.00 m. Voor fietsers zijn er ontwerprichtlijnen voor fietsroutes en dan heb je al minstens een doorgang van 1.75 m nodig voor éénrichting. Het gaat hier echter om kerkwegels en niet om fietsroutes. Het antwoord op uw derde vraag vergt nader onderzoek vanwege onze diensten. Van zodra ons hierover een antwoord bereikt, zullen wij het nasturen. 65. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 086/14 - PARKING SIVI MAÏSSTRAAT BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 14 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Karanfil Mehmet Sadik Open Vld OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting In 2006 heeft de stad, met het oog op de integrale heraanleg, een erfpacht gevestigd op de omgeving rondom de Sint-Vincentiuskerk in de Maïsstraat, die momenteel gebruikt wordt als parking voor ontmoetingscentrum SIVI. Door het intensief gebruik ontstaan er na verloop van tijd putten in de parking. In het verleden werd door de stad gravé bijgestort om hieraan te verhelpen, maar vandaag ligt de parking er opnieuw desolaat bij. Vraag Welke actie zal ondernomen worden om de staat van de parking terug te verbeteren? Wat is de stand van zaken van de integrale heraanleg van de omgeving en met welke timing dient rekening te worden gehouden voor de uitvoering ervan? ANTWOORD De parking en doorsteek tussen de Roggestraat en Maïsstraat worden door middel van een integrale heraanleg aangepakt. In het verleden werd door de dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen hier nog geen enkele interventie op uitgevoerd daar dit een taak is van de gebruiker. Dat hier ooit door de stad Gent een lading gravé werd gespreid zullen we niet ontkennen maar kan de dienst evenmin bevestigen. Gelet op de huidige erfpachtovereenkomst voor de integrale heraanleg en in afwachting van deze integrale heraanleg zullen we inplannen om met eigen personeel eens de bestaande sintels aan te vullen en dus de putten te dichten als curatieve maatregelen. Wat betreft uw vraag over de stand van zaken over de integrale heraanleg, kan ik u meegeven dat binnen het ontwerp enerzijds een doorgang voor voetgangers en fietsers wordt aangelegd met een breedte van 3m in betonstraatstenen van het dubbelklinkerformaat. Anderzijds wordt op de brede zone ter hoogte van de Roggestraat een buurtparking ingericht. De effectieve parkeerplaatsen worden aangelegd in kasseien. Omdat deze parking enkel druk gebruikt wordt bij activiteiten in het buurtcentrum houden we er rekening mee dat de verharding op andere momenten functioneel moet zijn voor andere doeleinden, bijvoorbeeld leren fietsen of voor spelende kinderen. Hiervoor wordt geopteerd om het centrale deel van de parking aan te leggen in een vlakke cementbetonverharding. Bij het ontwerp van de parking wordt rekening gehouden met een mogelijke toegang naar het naastgelegen plein dat ook eigendom is van de parochie. Het stenige beeld wordt gebroken door op de parking één bestaande boom behouden en een aantal nieuwe bomen aan te planten die uiteindelijk tot een groen kader moeten leiden. Door de randen van de kerk verder te vergroenen kunnen we deze architectuur terug beter tot zijn recht laten komen. Verder worden slechts de noodzakelijke verhardingen voorzien om toegang te verlenen aan de aanpalende gebouwen. Aangezien het niet meer toegelaten zal zijn om te parkeren voor het portaal van de kerk, worden in de Maïsstraat zelf 2 parkeerplaatsen omgevormd tot parkeerplaatsen voor personen met een handicap. In 2012 werd voor deze aanleg reeds een vergunning aangevraagd en bekomen. De deputatie heeft in zitting van 22 november 2012 echter het beroep van derden (vzw Sivi en de kerkfabriek) tegen de stedenbouwkundige vergunning voor het maken van een doorsteek voor voetgangers en fietsers ingewilligd. Op 1 februari 2013 hebben we hetzelfde dossier ingediend onder een andere meer omvattende titel en volgens de bijzondere procedure zodat we tegemoet kwamen aan de redenen waardoor de vorige bouwvergunning geweigerd was. Op basis van gesprekken die met de VZW SIVI gevoerd werden tijdens het openbaar onderzoek hebben we deze procedure geannuleerd. Het plan dat sinds 3 december 2013 terug ingediend is voor bouwvergunning is op volgende punten gewijzigd om tegemoet te komen aan de bedenkingen van de gebruikers: - ter hoogte van de doorgang naar het aanpalende perceel wordt een slopingsaanvraag meegenomen voor een bijgebouw om de toegang naar dit perceel beter te faciliteren. De daadwerkelijke afbraak zal door de eigenaar opgenomen worden. - In het ontwerp werden fietsenstallingen toegevoegd langsheen het verbindingspad tussen de Roggestraat en de Maïsstraat. - Er werd één smalle groenzone gesupprimeerd om ruimte te maken voor een laad- en loszone in functie van de feestzaal die door middel van bebording aangeduid zal worden. - Ter hoogte van de cafetaria is de ruimte voor het terras behouden als verharde zone. - Het toegangspad tot het schutterlokaal is versmald tot 1,5m en er wordt een extra parkeerplaats voorzien. - Eén parkeerplaats wordt omgevormd tot een parkeerplaats voor personen met een handicap op de parking aan de Roggestraat. Volgens de huidige planning worden de werken voor de integrale heraanleg uitgevoerd vanaf midden 2015. 66. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 087/14 - BESLISSING OM DE VOLDERSSTRAAT PERMANENT TE 'KNIPPEN' - BEVOEGDE SCHEPEN SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 14 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Yüksel Veli CD&V OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Eind januari besliste het stadsbestuur om de tijdelijke verkeerssituatie in de Voldersstraat, waarbij autoverkeer uit de Korte Meer niet langer linksaf kan, permanent te maken. De beslissing wordt ondersteund met een enquête van het Mobiliteitsbedrijf, waarbij 139 ‘passanten, handelaars, klanten, buurtbewoners, fietsers, voetgangers en autogebruikers’ werden bevraagd. Vraag 1. Graag wat meer uitleg over deze enquête, de manier waarop deze werd afgenomen (tijdstip, vraagstelling, selectie geënquêteerden) en de resultaten. 2. Om laden en lossen mogelijk in het afgesloten gedeelte mogelijk te maken, wordt naar verluidt overwogen om dynamische paaltjes te plaatsen. Wanneer zal dat kunnen gebeuren? Dat zou immers ook de doorgang van de hulpdiensten vergemakkelijken. 3. In de pers werd gemeld dat de Hoornstraat en het geknipte stuk van de Voldersstraat zullen worden heraangelegd om ze beter te doen aansluiten bij het winkelwandelgebied van de Veldstraat. Wanneer zal dat gebeuren? ANTWOORD De enquête is uitgevoerd in de week van 27 januari. Deze timing is ingegeven door de overweging dat we eerst een korte" gewenningsperiode" wilden inlassen, om zo een meer objectieve kijk te krijgen op de impact van het afsluiten. De vraagstelling op zich is zo eenvoudig mogelijk gehouden, om zo recht mogelijk naar de essentie te gaan. Uiteraard speelt ook hier het korte tijdsbestek waarin de enquête kon worden voorbereid, uitgevoerd en verwerkt, een rol. We hebben de verschillende betrokken doelgroepen bevraagd, zijnde de handelaars in de directe omgeving, buurtbewoners, winkelende mensen en passanten. Naar vervoersmodus is gepeild bij voetgangers, fietsers, openbaar vervoersgebruikers én automobilisten. Ten slotte is er een onderscheid gemaakt tussen Gentenaars en niet-Gentenaars. Inhoudelijk is gepeild naar het feit of de betrokkenen al dan niet op de hoogte waren van de maatregel enerzijds en is de betrokkenen naar hun mening gevraagd over het afsluiten van dit straatgedeelte anderzijds. Gedetailleerde resultaten vindt u in de onderstaande tabel. Uit de bevraging bleek dus: - dat 63% van de bevraagden op voorhand wist dat de Voldersstraat geknopt was voor het autoverkeer; - dat vooral Gentenaars, handelaars en fietsers de maatregel het best kennen; - dat 7 op 10 (68%) tevreden is met de autovrije straat. Vooral winkelende passanten en fietsers zijn positief. Handelaars zijn verdeeld. - en dat Gentenaars meer achter de maatregel staan dan bezoekers van de stad. In de proefperiode is op het terrein en uit de enquête gebleken dat het laden en lossen is inderdaad niet ideaal. Dat moet nu gebeuren via de Veldstraat. Vandaar dat onlangs de idee is gerezen om de paaltjes effectief te vervangen door verzinkbare paaltjes. Dit idee moet nu verder worden uitgewerkt. Het is zeker te vroeg om daar nu al een timing op te plakken. Deze oplossing speelt meteen ook in op uw terechte vraag naar de bereikbaarheid door hulpdiensten. Om op korte termijn de vraag naar laden en lossen te kunnen oplossen, zullen enkele fietsenstallingen op de voormalige parkeerstrook worden weggenomen, waar er vervolgens een laad- en loszone zal worden ingericht. Wat betreft de heraanleg van het stuk Voldersstraat en Hoornstraat geldt evenzeer dat dit nog verder moet uitgewerkt en getimed worden. Het is duidelijk dat deze straatgedeeltes, die de facto een onderdeel worden van het winkelwandelgebied én op een cruciale fietsas liggen, een meer aan die functies aangepaste inrichting verdienen. Dit zal in nauw overleg met alle betrokkenen moeten gebeuren, zeker met de handelaars. Het is dus te vroeg om daar nu een timing op te plakken. BIJLAGEN BIJ HET ANTWOORD Bijgevoegde bijlage(n) : -- 68. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 089/14 - OPROEP VAN MINISTER BOURGEOIS AAN DE GEMEENTEN OM ACTIE TE ONDERNEMEN WANNEER BLIJKT DAT ER INDERDAAD BELASTINGONTDUIKING GEWEEST IS BIJ GDF SUEZ - BURGEMEESTER - DD. 17 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Reynebeau Guy sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden Geert Bourgeois raadt de gemeenten aan om actie te ondernemen wanneer blijkt dat de feiten over de belastingontduiking van GDF Suez kloppen. Hij waarschuwt voor een omgekeerde stroom waarbij gemeenten niet alleen geld hebben mislopen, maar ook zelf hebben bijgedragen. Er is inderdaad door het verlies bij ECS geen dividend voor de gemeenten, maar een totaal van 680.000 € die via Finiwo door de aangesloten gemeenten als negatieve beheersvergoeding aan ECS zal moeten betaald worden. Voor de Stad Gent bedraagt dit ongeveer de helft van dit bedrag. Of de Bijzondere Belastings Inspectie (BBI) deze belastingontwijking effectief zal kunnen bewijzen is uiteraard een andere zaak. Over de recente oproep van Minister Bourgeois vermeldt De Standaard hierover: ‘Als de feiten kloppen waarover De Tijd zaterdag bericht, dan gaat het om bedrog’, aldus Bourgeois in een reactie op het nieuws dat de Bijzondere Belastingsinspectie (BBI) een onderzoek voert naar belastingontwijking bij Electrabel en zijn Franse moederbedrijf GDF Suez. ‘Samen met de fiscus en de consumenten zijn ook de gemeenten gedupeerd. Ik raad hen, als aandeelhouders, aan de buitengewone algemene vergadering van Electrabel Customer Solutions samen te roepen om tekst en uitleg te krijgen. Ook omdat ik vermeen dat er een omgekeerde stroom bezig is waarbij de gemeenten niet alleen een dividend mislopen, maar ook zelf moeten bijdragen.’ Vier op de vijf gemeenten benadeeld Aan de basis van het onderzoek ligt een vertrouwelijk rapport van energietoezichthouder CREG, waarin wordt blootgelegd dat moederbedrijf GDF Suez zijn Belgische dochter in 2012 minstens een half miljard euro te veel heeft aangerekend voor gas. De CREG is van mening dat daardoor zowel de Belgische fiscus als de Belgische gemeenten zwaar zijn benadeeld. Vier op de vijf gemeenten zijn aandeelhouder van Electrabel Customer Solutions, en kregen geen dividend uitbetaald. ‘Dit is zwaar bedrog, en moet rechtgezet worden’, zegt Bourgeois. ‘Het gaat om grote bedragen die niet uitgekeerd zijn aan de gemeenten. Als ik de periode 2009-2012 bekijk, dan gaat het in het slechtste jaar nog om negen miljoen euro. In andere jaren ligt dat bedrag rond de vijftig miljoen.’ Als minister van Binnenlandse Aangelegenheden is het niet aan Bourgeois om hiertegen actie te ondernemen. ‘Het is in de eerste plaats aan de gemeenten. Zij zijn sterk genoeg en hebben voldoende kennis in huis. Zij moeten alle middelen die ze in huis hebben daartoe aanwenden, al zijn wij wel bereid om ondersteuning te bieden.’ Vraag 1. Hoe staat de Stad Gent tegenover de oproep van Minister Bourgeois? Kan er nu al "actie" ondernomen worden zoals Minister Bourgeois dit vraagt? 2. Is er ook vanuit Gent een vraag tot samenroepen van een buitengewone algemene vergadering van Electrabel Customer Solutions om tekst en uitleg te krijgen, zoals hier ook de Minister suggereert? ANTWOORD Historiek Tot de vrijmaking van de energiemarkt stonden de opdrachthoudende verenigingen ('intercommunales') van de Vlaamse gemeenten in voor zowel de distributie als de levering van elektriciteit en aardgas. Sinds de vrijmaking van de energiemarkt is de leveringsactiviteit van de zogenaamde 'gemengde intercommunales' ondergebracht bij Electrabel Customer Solutions. ECS is nationaal actief, maar de opbrengsten worden in regionale rekeningsectoren verdeeld. De Vlaamse gemeenten hebben via hun financieringsverenigingen recht op 40% van de opbrengsten van de Vlaamse rekeningsector van ECS. De resterende 60% is bestemd voor de moedervennootschap Electrabel die op haar beurt een volle dochter van GDF Suez is. Tot voor kort genereerde deze participatie opbrengsten voor de gemeentelijke sector. In de loop van 2013 kregen de financieringsverenigingen evenwel het nieuws dat over boekjaar 2012 geen opbrengsten werden uitgekeerd en dat daarentegen een negatief bedrag in de rekeningen van de financieringsverenigingen diende te worden verwerkt. Vanuit de gemeentelijke sector werd de vraag gesteld of het nog opportuun was in een commercieel leveringsbedrijf als ECS aanwezig te blijven, rekening houdend met de hoge volatiliteit van de resultaten en het eerder historische karakter van deze participatie in een ondertussen sterk gewijzigde marktstructuur. In de schoot van Intermixt werd dan ook beslist onderhandelingen op te starten met GDF Suez over een eventuele uitstap van de gemeentelijke sector uit ECS, gekoppeld aan een eventuele uitstap van GDF Suez uit de gemengde distributienetbeheerders (met als werkmaatschappij Eandis). Ondertussen hebben de drie vertegenwoordigers van de Vlaamse financieringsverenigingen in de raad van bestuur van ECS systematisch vragen gesteld over onder meer de aankooppolitiek van ECS. Tot recent was er evenwel geen aanleiding om de juistheid van de verschafte informatie in vraag te stellen, temeer daar binnen ECS de marktconformiteit van de aankoopcontracten van energie door de commissaris-revisor werd bevestigd. Recente ontwikkelingen Na kennisname van de persberichten heeft het Vlaams Bureau van Intermixt onverwijld volgende initiatieven genomen: - vertegenwoordigers van Intermixt zijn in overleg getreden met de Vlaamse minister voor Binnenlands bestuur, de heer Geert Bourgeois; - vanuit Intermixt wordt aan zowel de CREG als de bevoegde federale ministers of staatssecretarissen gevraagd een kopie van de CREG-studie te overhandigen; - samen met externe juridische adviseurs onderzoekt Intermixt welke bijkomende stappen kunnen worden ondernomen om de belangen van de gemeentelijke aandeelhouders te vrijwaren; de onderhandelingen met GDF Suez over een mogelijke uitstap van de gemeenten uit ECS en een uitstap van GDF Suez uit de gemengde distributienetbeheerders werden in afwachting van meer duidelijkheid tijdelijk opgeschort. Tezelfdertijd hebben de vertegenwoordigers van de Vlaamse financieringsverenigingen in de raad van bestuur van ECS aan het auditcomité van ECS een extra audit gevraagd over de marktconformiteit van de aankoopcontracten. Tot zover de nota die Intermixt ons op 21 februari overmaakte en waarin de organisatie bevestigt ons op de hoogte te zullen houden van verdere ontwikkelingen. 69. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 090/14 - LEERLINGENCIJFERS STEDELIJK ONDERWIJS - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN ELKE DECRUYNAERE - DD. 17 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Versyp Wis Vlaams Belang OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Leerlingencijfers 1 februari 2014. Vraag Graag de leerlingencijfers per 1 februari 2014 van alle stedelijke scholen. ANTWOORD In bjlage vindt u de leerlingencijfers van het stedelijk onderwijs op teldatum 1 februari 2014. 72. - - SCHRIFTELIJKE VRAAG - NR. 093/14 - MAATREGELEN OM DE SNELHEID TE REMMEN AAN KLEUTERSCHOOL ‘DE SPEURDER’ - BEVOEGDE SCHEPEN - SCHEPEN FILIP WATTEEUW - DD. 18 FEBRUARI 2014 OPSCHRIFT Raadslid (-leden) : Temmerman Karin sp.a OMSCHRIJVING VAN DE VRAAG Toelichting Heel wat buurtbewoners in Oud-Gentbrugge storen zich aan de snelheden waarmee wagens zich verplaatsen in de Kerkstraat ter hoogte van kleuterschool ‘De Speurder’. Auto's trekken daar hard op. De straat is er op die plaats vrij breed en het voetpad smal waardoor er een gevoel van onveiligheid heerst. De bezorgde buurtbewoners pleiten voor een verbreding van het voetpad, in combinatie met andere verkeersremmende maatregelen als een verkeersplateau of een duidelijke signalering van de zone 30. Vraag Zal u laten onderzoeken welke maatregelen kunnen worden genomen ter hoogte van kleuterschool ‘De Speurder’, opdat de veiligheid van alle zwakke weggebruikers gevrijwaard is? ANTWOORD We nemen aan dat het gaat om de school "De Speurneus" gelinkt aan de school Henri D'Haese in de Kerkstraat 85 Gentbrugge. De Kerkstraat is ter hoogte van de school niet erg breed. De aangelegde asverschuiving werkt snelheidsremmend. Het voetpad ter hoogte van de school is reeds verbreed. Sabine Van Lancker van het Mobiliteitsbedrijf is ons aanspreekpunt inzake scholen en heeft een bezoek aan de school ingepland (eerste week na de krokusvakantie) waarbij verdere vragen en maatregelen besproken zullen worden.
© Copyright 2024 ExpyDoc