8_Column_De_Wachtkamer_files/column de

COLUMN
De wachtkamer Saskia Mootz
!
Tot voor kort heb ik in de kinder- en
jeugdpsychiatrie gewerkt als hulpverlener.
Negen jaar vol boeiende mensen en
ervaringen. Niet alleen in contact met de
mensen die kwamen voor hulp. Zoals dat
hoort waren er ook veel organisatorische
besprekingen. Daarin ging het minimaal
drie keer per jaar over de wachtkamer. ´De
wachtkamer? Hoezo dat?´ hoor ik je
vragen. Terecht. Op het eerste gezicht lijkt
deze ruimte misschien een detail in het
proces van hulp. Maar de ervaring leert
anders. Ga in gedachten maar eens terug
naar wachtkamers die je in de loop van je
leven hebt bezocht. De dokter, de tandarts
en dus ook de psycholoog. Daar ontstaat
de eerste indruk. Voelt het gemakkelijk,
warm of juist afstandelijk? Is het vol of
rustig, vies of schoon? Kun je wat lekkers
drinken, een boekje lezen en hangt er wat
aan de muur? Plof je er lekker neer of voelt
het na een minuut al alsof je billen van
hout zijn? Als collega´s vonden we het
belangrijk dat mensen zich er prettig
voelden. We wilden nieuwe
vloerbedekking, koffie uit stenen mokken
en een sfeer die zei: ´welkom´. Ik weet
zeker dat veel ´wachters´ er ook zo hun
ideeën over hadden. Al was het maar,
omdat er zoveel kon gebeuren in die
ruimte. !
Zo herinner ik me een groep jongeren die
ik in therapie had. Het begin van de sessie
had vaak al in de wachtkamer
plaatsgevonden. Daar zaten ze uitgebreid
met elkaar te kletsen en lol te maken.
Soms zelfs zo hard dat werd gevraagd of
het wat zachter kon. Tijdens ´het
beginrondje´ was het echter stil. ´Ja, we
hebben alles toch al besproken´, riepen ze
dan. ´Kom er dan gewoon bijzitten in de
wachtkamer!´ We hebben zelfs overwogen
inderdaad maar daar te starten in de
kennelijk ongedwongen sfeer van die
ruimte. Maar ook de mensen die voor het eerst
kwamen, staan nog op mijn netvlies.
Zoekend. Moeten we hier zijn? Hoe werkt
dat koffieapparaat? Ik zag het ze bijna
denken. Er hebben zelfs eens mensen
gezeten die dachten dat hun eerste
afspraak eerder was (waardoor ze dus veel
te vroeg waren), dit niet durfden te vragen
en geen koffie durfden te pakken. Wat een
opluchting toen ik er eindelijk aankwam
om ze op te halen én ze koffie aan te
bieden!
Zo kon ik als hulpverlener dus ook een
boel eerste indrukken opdoen. De laatste
wachtkamerherinnering gaat daar
eveneens over. Ik was bezig met een
intelligentieonderzoek bij een jongetje. In
de pauze wilde hij chocolademelk. Hij deed
er expres twee bekertjes om, vanwege de
warmte. Helaas ging er toch wat over de
rand. Hij schrok zo dat hij het hele boeltje
liet vallen. Werkelijk overal zat
chocolademelk. Op de stoelen, de muur en
de vloerbedekking. Zijn vader reageerde
alleen op zijn gebrul: ik heb later mijn best
gedaan met een doekje. De wens voor
nieuwe vloerbedekking was weer een
stukje dichterbij…
Kortom: de wachtkamer, daar gebeurt het!
Zowel voor hulpzoekende als hulpverlener!