Verslag 17 april 2014

Faculteit der Sociale Wetenschappen
Verslag van de 390ste vergadering van de faculteitsraad d.d.
17 april 2014
Aanwezige raadsleden:
Mw. S. Akerboom
Dhr. P. te Beest
Dhr. T. van den Berg
Dhr. B. Bisschop
Mw. W. Gebhardt
Dhr. S. de Groot
Dhr. J. Jansen (tot 14.45 uur)
Mw. M. Ketelaars
Dhr. R. Khusial
Mw. K. Minnebo
Dhr. C. Verduin
Mw. A. Voorwald
Mw. G. Zantinge
Afwezige raadsleden:
Mw. C. Koster
Aanwezige leden van het faculteitsbestuur:
Mw. H. Swaab (voorzitter)
Dhr. P. Nieuwenburg
Dhr. M. Tuurenhout
Dhr. D. Jacobs
Verder aanwezig:
Mw. I. van Iperen
Dhr. P. Janse
Mw. N. Ritsma (verslag)
Publieke tribune: Mw. P. Meijer (Mare)
1.
Opening en vaststelling agenda
Swaab opent de vergadering. De agenda wordt vastgesteld conform het voorstel.
2.
Verslag, besluitenlijst en actiepuntenlijst d.d. 13 maart 2014
De besluitenlijst en de actiepuntenlijst worden goedgekeurd.
Tekstuele wijziging: Op blz. 3 eerste alinea wordt toegevoegd “De Groot vraagt het
bestuur om de cijfers over te late inschrijvingen en no show gevallen voor de
volgende vergadering beschikbaar te stellen”. Deze opmerking wordt toegevoegd in
de tekst. N.a.v.:
- Ad 3 Toegankelijkheid computerlokalen en de beschikbaarheid van studenten
p.c.’s. Tim Smit, informatiemanager FSW, is aanwezig om uitleg te geven. De
informatie over de computerwerkplekken, uitgesplitst naar doelgroep, zal op de
ISSC-pagina up to date gemaakt worden met vermelding van een URL.
Studenten die het gebouw binnenlopen hebben behoefte aan informatie over de
beschikbaarheid. De vraag is of deze informatie op één van de schermen bij de
ingang kan komen. De Groot tekent het ideale plaatje. Smit gaat hiermee aan de
slag en zal zorgen dat informatie over de beschikbaarheid van
computerwerkplekken op enigerlei wijze duidelijk beschikbaar komt.
- Ad 5c Beschikbaarstellen van promotieplaatsen in de research master. Hiervoor is
nog geen beleid geformuleerd. Het punt kan daarom niet naar de actiepuntenlijst.
- Blz. 3 het aantal “no shows” bedraagt voor de bachelor (16%) en
masteropleidingen (14%) van Psychologie. Het is veel werk om de cijfers boven
tafel te krijgen en de verwachting is niet dat dit percentage verschilt bij andere
opleidingen. Het is een hoog percentage dat vraagt om beleid. Verduin vraagt hoe
deze cijfers tot stand zijn gekomen; er zou een vertekend beeld kunnen ontstaan.
Jacobs licht toe dat er meerdere samples zijn gebruikt. De raad heeft behoefte aan
meer specifieke informatie en uitleg hoe de informatie is verkregen. Alvorens hier
dieper op in te gaan, vraagt de voorzitter aan de raad om de probleemstelling te
formuleren. Dit punt komt terug.
- Stichting VALK. De vraag wordt gesteld of de periodes van herplaatsing en
ontslagbescherming goed zijn weergegeven. Tuurenhout zal nagaan of de
genoemde periodes kloppen; er is in ieder geval geen sprake van een
reorganisatie.
3.
Lijst van ingekomen en uitgegane post
Hierover worden geen vragen gesteld.
4.
Mededelingen
- Stand van zaken m.b.t. regeling te late inschrijving bij tentamens en ontwikkelingen
die zich op dit vlak afspelen. Nieuwenburg licht toe dat de antwoorden van de
minister verhelderend en van belang is. Dit onderwerp speelt bij verschillende
faculteiten en vanuit het Onderwijsberaad is het CvB gevraagd dit punt ter hand te
nemen. Vooruitlopend op het antwoord van het CvB zal Nieuwenburg het gesprek
aangaan met de voorzitters van de examencommissies en de manager van het
Onderwijs Service Center. Uitgangspunt is een facultaire regeling die per 1-9-2014
van kracht gaat.
Gebhardt: “maar het in rekening brengen van extra kosten is niet toegestaan op grond
van de wet” lijkt haaks te staan op alle punten. Nieuwenburg legt uit dat er geen
wettelijke basis is voor het in rekening brengen van extra kosten aan de student. Deze
regeling is dan ook van de baan. De vraag is nu welke regeling voor inschrijving van
tentamens er per 1 september van kracht gaat. Een dergelijke regeling moet de
goedkeuring van de examencommissies hebben.
Te Beest vraagt naar de rol van de faculteitsraad bij het tot stand komen van deze
regeling. Nieuwenburg antwoordt dat de rechten van de student via de
2
examencommissies lopen. Het bestuur en de raad moeten zich neerleggen bij een
besluit van de examencommissie, die de rechtsbescherming van de student waarborgt.
Akerboom leest dat er geen wettelijke grondslag is voor de berekening van extra
kosten, maar het is ook niet verboden om kosten te rekenen? Nieuwenburg legt uit dat
de minister bedoelt dat de universiteit niet de bevoegdheid heeft om een dergelijke
boeteregeling te treffen. Gebhardt concludeert dat de regeling moet voldoen aan twee
voorwaarden: het systeem moet deugdelijk zijn en moet goed gecommuniceerd
worden.
De Groot vraagt of er nog sprake is van een email alert, ter preventie van te laat
inschrijven? Nieuwenburg antwoordt dat dit al gebeurt bij sommige instituten en dat
dit punt wordt meegenomen in de bespreking.
V.d. Berg vraagt waarom het proces in Leiden is omgedraaid en de student niet
automatisch is ingeschreven voor een tentamen, tenzij een student zich afmeldt.
Nieuwenburg weet niet of dit praktisch uitvoerbaar is, maar deze werkwijze levert het
probleem van de “no show”. Het hangt o.a. af van de omvang van de opleiding of dit
een oplossing is. Het punt wordt vervolgd.
- Stand van zaken Onderwijs Service Centrum: Er wordt ontzettend hard gewerkt
door de medewerkers. Men heeft veel last van het eigen beleid dat door instituten
wordt gevoerd. Het is de verantwoordelijkheid van het bestuur om met de opleidingen
te kijken naar harmonisatie van alle regelingen. Er wordt regelmatig overleg gevoerd
met het hoofd van het OSC. Zover bekend zijn er geen klachten van studenten. Het
vraagt veel inspanning van de medewerkers van het OSC om alle processen goed te
ondersteunen.
Te Beest vraagt of er feedback is gekomen van de medewerkers zelf op het
functioneren van het OSC. Tuurenhout antwoordt dat er een heimiddag is geweest
met het personeel, maar dat hij hierover nog geen informatie heeft gekregen.
De Groot vraagt of het bestuur van plan is om een peiling onder studenten te houden
over het functioneren van de het OSC na een bepaalde periode. Tuurenhout geeft een
bevestigend antwoord.
Verduin informeert naar de bezetting van het OSC ten opzichte van de eerste
planning. Tuurenhout deelt mee dat er formatie is toegevoegd, omdat het aantal
studenten is toegenomen en vanwege de inwerkperiode. De formatie-omvang hangt
ook af van de gewilligheid van instituten om mee te werken aan harmonisatie van
regelingen. Vermindering van de kwetsbaarheid is vooralsnog een groot pluspunt dat
met het OSC is bereikt.
Te Beest vraagt of de medewerkers niet beter voorbereid hadden kunnen worden.
Tuurenhout brengt hier tegen in dat instituten de best ingewerkte medewerkers bij
zich gehouden hebben. Hierop had het bestuur geen invloed. De Groot concludeert
dat de ambities van het bestuur heel groot waren en de ruime openingstijden te
voorbarig zijn gebleken. De inschatting van het bestuur was niet correct, het bestuur
ging ervan uit dat er meer bereidheid was bij de instituten tot harmonisatie. Dit is
tegengevallen.
5.
Onderwijs- en Examenregelingen van de bachelor- en masteropleidingen FSW
2014-2015
Alvorens het punt te behandelen, wordt er een voorstel uit de raad op tafel gelegd.
De raad gaat er bij de behandeling van de OER’en van uit dat er onvoorwaardelijk
positieve adviezen van de opleidingscommissies zijn ontvangen. Het is de raad ter ore
gekomen dat dit niet is gebeurd bij de opleidingscommissie van Politieke
Wetenschap. De opleidingscommissie heeft daar een voorwaardelijk advies gegeven
in afwachting van een reactie van het opleidingsbestuur. De raad heeft
instemmingsadvies en wil dus uitstel aanvragen van de behandeling van de OER’en.
De raad verzoekt de behandeling te verdagen naar de vergadering van 22 mei. Een
3
ander argument is dat de stukken pas één week voor de vergadering beschikbaar zijn
gesteld. De raad vindt deze termijn te kort.
Geïnformeerd wordt naar de adviezen van de opleidingscommissies, aangezien die
niet zijn meegestuurd. Janse antwoordt dat de regelingen aan de raad zijn
aangeboden, zoals die zijn besproken in de opleidingscommissies. Er zijn hem geen
amendementen bekend. De Groot geeft aan dat de opl.cie. bachelor Politieke
Wetenschap opmerkingen heeft gemaakt, die niet aan de raad bekend zijn gemaakt.
Nieuwenburg vindt het vreemd. Het advies van de opleidingscommissies is unaniem.
Janse heeft dit nagevraagd en hij heeft te horen gekregen dat er geen opmerkingen
zijn. In het vervolg zal het bestuur de adviezen schriftelijk opvragen.
Verduin geeft aan dat de raad onvoldoende tijd heeft gehad om een weloverwogen
besluit te nemen. De volgende vergadering is op 22 mei, dit is te laat voor de
opleidingen, die aan de slag moeten met de e-studiegids. Verduin vraagt of er een
tussentijdse vergadering kan worden belegd, en dat de adviezen van de
opleidingscommissies aan de raad worden toegestuurd. Nieuwenburg antwoordt dat
het bestuur uitgaat van de regelingen zoals die door de opleidingsbesturen zijn
vastgelegd, gehoord hebbende de opleidingscommissies.
De raad krijgt de OER’en die door het opleidingsbestuur zijn vastgelegd.
Vanuit de raad volgt de toelichting dat de discussie voort komt uit bezorgdheid van
een lid van een opleidingscommissie die bepaalde opmerkingen heeft gemaakt over
een OER die niet worden gedeeld door het opleidingsbestuur. De Groot stelt voor dit
punt te bespreken in de raad.
Swaab vindt het tijdsargument niet valide, maar gaat in op het verzoek van de raad
om een extra vergadering in te lassen op donderdag, 24 april 2014 te 13.30 uur, nadat
er is gecontroleerd of er op dit tijdstip een quorum aanwezig is.
Jansen wijst op art. 3.5.2: Bachelor studenten mogen niet dupliceren, maar dit punt
staat niet bij master OER’en. Janse vraagt dit na.
6.
Rondvraag
Verduin vraagt of de OER’en in het vervolg eerder toegestuurd kunnen worden in het
vervolg. Het bestuur doet hierover geen toezegging, aangezien dit verzoek niet kan
worden gegarandeerd.
Sluiting: 15.00 uur
Besluitenlijst van de faculteitsraadvergadering d.d. 17 april 2014:
- Het verslag en besluitenlijst van de vergadering d.d. 13 maart 2014 wordt
goedgekeurd met één aanvulling op blz. 3 eerste alinea.
Actiepuntenlijst faculteitsraad
- De raad informeren over ontwikkelingen m.b.t. een uniforme regeling inzake
boete voor te laat inschrijving van tentamens
- Nagaan of het computersysteem van de UB voor bezetting van computers bij
FSW kan worden overgenomen.
- Verslag doen van het bestuurlijk overleg met het CvB (22 mei 2014)
- Onderzoek doen naar problematiek “no-show gevallen” bij tentamens.
NR/april 2014
4