Lesinstructie B - Kidsweek in de klas

Lesinstructie Niveau B Begrijpend Lezen schooljaar 2013‐2014 week 15 Toelichting Deze week gaan we aan de slag met strategie 4: Welke vragen heb ik? Het is belangrijk dat uw leerlingen zich tijdens het lezen van een tekst afvragen welke vragen ze over een tekst hebben. De vraag: Welke vragen heb ik? Kun je verdelen in de volgende subvragen:  Welke vragen heb ik over dit onderwerp?  Welke antwoorden op mijn vragen vind ik in de tekst?  Zijn er nog vragen onbeantwoord? Hoe kan ik verder zoeken? Tijdsindicatie De les Begrijpend Lezen duurt ongeveer 60 minuten. Hoe de leerkracht deze 60 minuten in de lesweek inzet is aan de leerkracht zelf. Je kunt de les in 1 dag, 2 dagen of 3 dagen geven. Materialen  Kidsweek + lesboekje week 15  Strategiepoppetje 4 (deze kunt u downloaden op www.kidsweek.nl/poster) Introductie (10 minuten) Laat uw leerlingen 10 minuten verschillende artikelen uit Kidsweek lezen. Uw leerlingen mogen zelf weten welke artikelen ze lezen. Wij adviseren om Kidsweek op meerdere momenten in de week te gebruiken. Bijvoorbeeld als ondersteuning bij zaakvakken, maar Kidsweek kan ook worden ingezet bij technisch lezen. Kern: klassikale instructie (20 minuten) 1) Vertel de leerlingen dat we deze les aan de slag gaan met de vraag: Welke vragen heb ik? Schrijf deze vraag met grote letters op het schoolbord en plak ‘het strategiepoppetje’ onder de vraag. Je kunt de strategiepoppetjes downloaden en printen op www.kidsweek.nl/poster. 2) Kinderen leren deze les om vragen te stellen over het onderwerp of over een (deel)onderwerp uit de tekst. Als je voor jezelf duidelijk hebt, wat je wilt weten (wat je vragen zijn) kun je tijdens het lezen gerichter op zoek gaan naar de antwoorden op die vragen. Ook leren de leerlingen waar ze kunnen zoeken naar antwoorden op vragen als deze niet in de tekst staan. 3) Laat uw leerlingen het artikel ‘Hoe scoort jouw chocopasta?’ op pagina 5 erbij pakken. U leest vervolgens het tekstvak op de volgende bladzijde voor. U laat de kinderen horen welke vragen u stelt TIJDENS het lezen van een tekst. Hoe scoort jouw chocopasta? Door Marlies Ruijter ‐ Wil jij weten of de makers van de chocopasta die jij op je boterham smeert rekening houden met het milieu? (Ja, daar ben ik eigenlijk best nieuwsgierig naar!) Of dat de mensen die de cacaobonen plukken goed worden behandeld? (Ja, dat vind ik wel belangrijk.) Een nieuwe gratis app geeft daarop antwoord. Bij Kidsweek probeerden we ’m uit op onze eigen lunch en ai, niet alles scoort even goed! (Oei! Ben benieuwd hoe mijn lunch scoort in de app.) Questionmark heet de app, vraagteken dus. De app geeft informatie over producten die je in de supermarkt kunt kopen door de streepjescodes te scannen. (Scannen? Ik wist niet dat je met je telefoon kon scannen.) Daarna kun je lezen hoe het product scoort op het gebied van milieu, diervriendelijkheid, mensenrechten en volksgezondheid. Je ziet ook welke merken beter scoren op deze dingen. (Leuk! Ik ga de app zeker downloaden.) ‘We hebben nu 23.000 producten onderzocht’, vertelt Questionmark‐directeur Charlotte Linnebank. ‘Die hebben we rapportcijfers gegeven en kun je met elkaar vergelijken. Ook lees je waar de ingrediënten vandaan komen en hoe het product wordt gemaakt.’ (Dat vind ik vooral interessant. Weten waar mijn eten vandaan komt!) Even testen hoe onze Kidsweek‐lunch scoort. De Nutella hazelnootpasta scoort gemiddeld op milieu een 8,2. Maar op mensenrechten een magere 6,4. (Woow! Wat een verschil zeg!) We kunnen beter Duo Hazelnoot Spread van Albert Heijn Basic kopen, zegt de app. Die scoort een 9 op milieu en een 8 op mensenrechten. Dan onze roompaté, oei… een 3,4 gemiddeld. Vooral het cijfer voor dierenwelzijn is afschrikwekkend: een 2,4. (Dat is wel heel erg laag! Ik smeer dat gelukkig nooit op mijn brood!) We zullen op zoek moeten naar een diervriendelijke paté. De jus d’orange kunnen we nog niet testen. ‘Dat klopt. Je kunt nu al alles vinden alles over vlees, zuivel, kaas, eieren en chocolade. We onderzoeken nu vis, groente en fruit en frisdranken’, vertelt Charlotte. Die gegevens kun je later lezen op de app. Over vijf jaar willen we zo’n 100.000 producten onderzocht hebben. Er is dus nog wat werk aan de winkel.’ (Ik ga de app zeker downloaden! Leuk om meer te weten te komen over wat we eten!) 4) Vraag of uw leerlingen hebben kunnen volgen wat er in uw hoofd afspeelde tijdens het lezen van de tekst. Vertel de leerlingen dat er tijdens het lezen van een tekst vaak vragen in uw hoofd komen. Vraag de leerlingen of zij dit ook wel eens hebben. Deze vragen zeg je vaak niet hardop, maar denk je in je hoofd. 5) Laat uw leerlingen zelfstandig het artikel ‘Hoe scoort jouw chocopasta?’ op pagina 5 lezen of lees het artikel voor. Oefen met de leerlingen het bepalen van het onderwerp van een tekst. Wat is het onderwerp van het artikel? Waar gaat het artikel over? Laat uw leerlingen de volgende twee zinnen af maken:  Het artikel gaat over ….  Dat weet ik omdat …. Wat wil ik eigenlijk weten over dit onderwerp? Bedenk samen met de klas drie vragen en schrijf ze op het bord. Staan de antwoorden op deze vragen in de tekst? Waar zou ik de antwoorden kunnen vinden? Bijvoorbeeld in een encyclopedie, een woordenboek, op internet, in een informatieboek, in de bibliotheek, etc. Kern: zelfstandige verwerking (15 minuten) Laat uw leerlingen zelfstandig het lesboekje maken. Afsluiting (10 minuten) Bespreek met de leerlingen wat ze hebben ingevuld, waar ze tegen problemen aanliepen en hoe ze deze hebben opgelost. VRAGEN OVER KIDSWEEK IN DE KLAS?
Voor al uw vragen over de methode Kidsweek in de Klas kunt u mailen naar [email protected].