Liturgie 18 mei 2014 Ochtend

2014 05 18 WK – Hand. 1:5
bediening Heilige Doop

Welkom (ovd: Henk Sanders)
o
Opw 733 – Tienduizend redenen
De zon komt op, maakt de morgen wakker;
mijn dag begint met een lied voor U.
Heer, wat er ook gebeurt en wat mij mag overkomen,
laat mij nog zingen als de avond valt.
Refr:
Loof de Heer, o mijn ziel.
O mijn ziel, prijs nu zijn heilige Naam.
Met meer passie dan ooit;
o mijn ziel, verheerlijk zijn heilige Naam.
Heer, vol geduld toont U ons Uw liefde.
Uw Naam is groot en Uw hart is zacht.
Van al Uw goedheid wil ik blijven zingen;
tienduizend redenen tot dankbaarheid.
Refrein
En op die dag, als mijn kracht vermindert,
mijn adem stokt en mijn einde komt,
zal toch mijn ziel Uw loflied blijven zingen;
tienduizend jaar en tot in eeuwigheid.
Refrein +
Verheerlijk zijn heilige naam.
Verheerlijk zijn heilige naam.

Stilte… (voor persoonlijke voorbereiding)

Votum en groet
o
Ps. 150: 1, 2 NB
1
Looft God, looft Hem overal.
Looft de Koning van 't heelal
om zijn wonderbare macht,
om de heerlijkheid en kracht
van zijn naam en eeuwig wezen.
Looft de daden, groot en goed,
die Hij triomferend doet.
Hem zij eer, Hij zij geprezen.
2
Hef, bazuin, uw gouden stem,
harp en fluit, verheerlijkt Hem!
Cither, cimbel, tamboerijn,
laat uw maat de maatslag zijn
van Gods ongemeten wezen,
opdat zinge al wat leeft,
juiche al wat adem heeft
tot Gods eer. Hij zij geprezen.

Gods gebod voor ons leven
-
Deut. 6:1-9
o
Ps. 25: 2, 3 NB
2
HERE, maak mij uwe wegen
door uw Woord en Geest bekend;
leer mij, hoe die zijn gelegen
en waarheen G'uw treden wendt;
leid mij in uw rechte leer,
laat mij trouw uw wet betrachten,
want Gij zijt mijn heil, o Heer,
'k blijf U al den dag verwachten.
3
Denk aan 't vaderlijk meedogen,
Heer, waarop ik biddend pleit:
milde handen, vriendlijk' ogen
zijn bij U van eeuwigheid.
Denk toch aan de zonde niet
van mijn onbedachte jaren!
HEER, die al mijn ontrouw ziet,
wil mij in uw goedheid sparen.

Gebed

Schriftlezing: Handelingen 1:1-8 NBV
1 In mijn eerste boek, Theofilus, heb ik de daden en
het onderricht van Jezus beschreven, 2 vanaf het
begin tot aan de dag waarop hij in de hemel werd
opgenomen, nadat hij de apostelen die hij door de
heilige Geest had uitgekozen, had gezegd wat hun
opdracht was. 3 Na zijn lijden en dood heeft hij hun
herhaaldelijk bewezen dat hij leefde; gedurende
veertig dagen is hij in hun midden verschenen en
sprak hij met hen over het koninkrijk van God.
4 Toen hij eens bij hen was, droeg hij hun op: ‘Ga
niet weg uit Jeruzalem, maar blijf daar wachten tot
de belofte van de Vader, waarover jullie van mij
hebben gehoord, in vervulling zal gaan. 5 Johannes
doopte met water, maar binnenkort worden jullie
gedoopt met de heilige Geest.’ 6 Zij die
bijeengekomen waren, vroegen hem: ‘Heer, gaat u
dan binnen afzienbare tijd het koningschap over Israël
herstellen?’ 7 Hij antwoordde: ‘Het is niet jullie zaak
om te weten wat de Vader in zijn macht heeft
vastgesteld over de tijd en het ogenblik waarop deze
gebeurtenissen zullen plaatsvinden. 8 Maar wanneer
de heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht
ontvangen en van mij getuigen in Jeruzalem, in heel
Judea en Samaria, tot aan de uiteinden van de
aarde.’
o
Gez. 319: 1, 4
1
Looft God, die zegent al wat leeft,
der heemlen Heer is Hij,
die tussen ons zijn woning heeft.
Die ver is, is nabij.
4
Looft God, want Hij spreekt onze taal,
Hij troont op onze lof.
In woord en doop en avondmaal
houdt Hij bij ons zijn hof.

Verkondiging: Dopen met de Heilige Geest
o
Gez. 335: 1, 2, 3
1
Heer van uw kerk,
Gij hebt het woord genomen
en zegt ons: laat de kindren tot Mij komen,
want hunner is het koninkrijk.
2
Hier zijn wij dan:
van U is 't jonge leven,
het moet U dankend worden weergegeven,
want alles komt uit uwe hand.
3
Reeds staat Gij klaar
en komt ons vriendlijk tegen,
uw liefde vindt ons langs verborgen wegen,
eer wij U zoeken zijt Gij daar.

Lezing van het doopformulier

Geloofsbelijdenis (staande)
o
Opw. 630 – Op elk moment van mijn leven
-
meteen na het zingen worden de dopelingen binnengebracht
Op elk moment van mijn leven
in voor- of tegenspoed
aanbid ik u, mijn jezus
en dank u voor uw bloed
Ik vind kracht in U, mijn vader,
als ik heel dicht bij U ben.
Mijn hart en mijn gedachten
worden warm als ik bedenk:
Refr:
Vader, U bent goed,
U bent heilig, U bent liefde.
Jezus, U bent groot,
U bent sterker dan de dood.
Vader deze dag geef ik mijzelf aan U
en ik zing met heel mijn hart:
'ik hou van U'.
Op elk moment van mijn leven
bij dag en bij nacht
wil ik uw woorden lezen
en dragen in mijn hart.
In de stormen van mijn leven,
in de regen, in de kou,
wil ik schuilen in Uw vrede,
wil ik rusten in uw trouw.
Refrein +
Vader, deze dag geef ik mijzelf aan U
en ik zing met heel mijn hart:
'ik hou van U'.

Doopvragen en –gelofte
-
o
Wilbert & Aline van Eden - van Wijk
Frank & Ilona Huizer - van Nieuw-Amerongen
Marc & Barbara van Nieuw-Amerongen - Bakker
Maarten & Joanne Versteeg – Goedegebuure
Met de kinderen… (oppas C en uit de kerk)
-
gesprekje over ‘dopen’
ze zingen bij de doopvont:
OTH 431 – Jezus is de goede Herder (refrein)
1e keer Jezus is de goede Herder.
Jezus, Hij is overal.
Jezus is de goede Herder,
brengt mij veilig naar de stal.
2e keer Jezus is de goede Herder.
Jezus, Hij is overal.
Jezus is de goede Herder,
brengt JOU veilig naar de stal.

Bediening van de Heilige Doop
- aan Mirthe, dochter van Wilbert & Aline van Eden (geb. 15 mrt. 2014)
Marina Theadora van Eden
“…”
(…)
- aan Feline, dochter van Frank & Ilona Huizer (geb. 23 apr. 2014)
Feline Huizer
“…”
(…)
- aan Roos, dochter van Marc & Barbara van Nieuw-Amerongen (geb. 2
mrt. 2014)
Rosanne Maria van Nieuw-Amerongen
“…”
(…)
- aan Elze, dochter van Maarten & Joanne Versteeg (geb. 28 mrt. 2014)
Eliza Maeike Versteeg
“…”
(…)
o
Zingen: Psalm 134: 3 (OB; staande)
3
Dat 's HEEREN zegen op u daal';
Zijn gunst uit Sion u bestraal';
Hij schiep 't heelal, Zijn naam ter eer;
Looft, looft dan aller heren HEER.

Dankgebed uit het doopformulier

Muzikaal intermezzo
-
de gedoopte kinderen verlaten de kerkzaal
op het orgel klinkt …

Dankgebed + voorbede

Inzameling van de gaven
-
Kerkbeheer: onderhoud gebouwen
Diaconie: Dorcas  vluchtelingen Zuid-Soedan
Zendingsbussen
o
Gez. 95: 1, 3
1
Nu bidden wij met ootmoed en ontzag
de Vader aan, wiens naam aan elk geslacht
in hemel en op aarde aanzijn gaf,
dat, naar zijn heerlijk wezen,
Hij ons de kracht des Heiligen Geestes geve
en de Messias bij ons intrek neme.
Zijn liefde is de grondslag van ons leven,
de oorsprong van ons hart.
3
Hem nu die in ons werkt en ons geleidt,
die verder gaat dan al ons bidden reikt
en meer is dan ons diepste denken peilt,
zij heerlijkheid en glorie
in de gemeente die Hij heeft verkoren,
in elk geslacht dat van zijn naam zal horen,
door Jezus Christus, nu gelijk tevoren
en tot in eeuwigheid.

o
Zegen