Somberheid en Depressie na Hersenletsel Hoe ziet het eruit;wat doe je ermee? Bert ter Mors, psychiater NAH Huize Padua GGZ Oost Brabant Voorkomen Bij traumatisch hersenletsel komen depressieve klachten bij klinische populaties naar schatting in 25% van de gevallen voor. Bij beroerte varieert dit in de eerste 6 maanden erna van 20 tot 50% Effecten depressie gedurende revalidatie Langere ziekenhuisopname Lagere functionele uitkomst In mindere mate hervatten van sociale activiteiten na revalidatie Meer doorplaatsing naar verblijfsinstelling Hoe kom je somberheid/depressie tegen? De patiënt klaagt erover. De patiënt klaagt niet , maar jou of je team leden valt iets op: Patiënt is verdrietig; huilt; zit stil in een hoekje; komt to niets; geen gevoelsuitdrukking in het gelaat; ziet er somber uit De familie wijst jullie op dergelijke symptomen. Wanneer is het een probleem? Patiënt lijdt Patiënt vraagt hulp voor de somberheid Patiënt uit zich suicidaal De familie wil dat er iets gebeurt Jij of je team vinden dat er iets moet; jullie kunnen het niet aanzien. Wat te doen? Eerst gegevens verzamelen. Stel de vraag wordt aan mij gesteld. Wat ga ik doen? Ik ga met patiënt in gesprek. Ik vraag hem/haar over de klachten. Hoe lang ze al bestaan etc. Ik vraag ook hoe het staat met de verwerking Ik praat met familie en begeleidingsteam Ik vraag mijn rijtje uit Fenomenologie van depressie bij hersenletsel Depressieve stemming Interesseverlies Gewichtsvermindering Verstoorde slaap Psychomotoire remming of agitatie Moeheid Schuldgevoelens Verminderde concentratie Suicidaliteit gedragsproblemen Wat doe ik nog meer? Ik kijk naar de patiënt (psychiatrisch onderzoek) Hoe zit hij erbij, hoe kijkt hij uit zijn ogen, zijn er emoties te zien of is hij vlak, beweegt hij veel of juist weinig, praat hij veel of weinig, praat hij met intonatie in de stem, praat hij reëel over zijn situatie of ziet hij alles te negatief/zwart, is er doemdenken, kan hij relativeren? Daarna wil ik meer over de achtergronden weten! Neurologische aspecten Cognitieve stoornissen Fatische/communicatie stoornissen Functioneren voor het letsel Psychiatrische voorgeschiedenis Huidige leef/woonsituatie Gezinssituatie en onderlinge verhoudingen Huidige medicatie Persoonlijkheidsverandering Want wat wil ik namelijk weten? Welke symptomen zie ik als een direct gevolg van het letsel en de beperkingen? (dus niet als horend bij depressie) Is er sprake van een goede energiebalans; een goede afstemming van belasting op belastbaarheid? (comp. voor beperk.?) Wat wordt veroorzaakt door de medicatie? Zijn er gedragsproblemen? Is er sprake van gewone somberheid? Vind ik dat er sprake is van een depressie Gebruik depressie vragenlijsten Deze schalen hebben vooral waarde om het verloop van sombere gevoelens in de tijd vast te leggen. Je kunt met lijsten niet een depressie diagnosticeren Een klinische beoordeling blijft onmisbaar Depressie Depressie is een pathologische toestand(die dus ook onderscheiden moet worden van “gewone” somberheid) Het is een blijvende verstoring van de stemming (emotionele baseline) naar de negatieve kant. Zich zowel uitend in een subjectief als somber ervaren stemming, als in objectief waarneembare signalen daarvan. Bijpassende aandoening van gevoelsuitingen, zowel subjectief als objectief: niet modulerend affect. Depressie specifiek voor NAH. Eerder genoemde is niet altijd even duidelijk, noch anamnestisch, noch bij observatie De presentatie is vaak in de vorm van gedragsproblemen, zoals afweer, oppositioneel gedrag, aspecifieke onrust gecombineerd met angst, ontremming, agressie, moeheid, en terugtrekken. Bij elk gedragsprobleem ook denken aan depressie. Waar moet je depressie van onderscheiden? van “gewone somberheid” van directe gevolgen van het letsel b.v. frontaal letsel: Apathie, initiatiefloosheid, affectvlakheid. (Vaak geen subjectieve beleving van depressie.) Denk eraan dat cognitieve en fatische problemen het beeld kunnen kleuren en het beoordelen of er sprake is van een depressie kunnen bemoeilijken Oorzaak gedragsproblemen OVERBELASTING Bij afasie wordt meer begrip en communicatievaardigheid verondersteld dan aanwezig is.Gevolg:MISVERSTANDEN Bij geheugenproblemen wordt ervan uit gegaan dat meer onthouden wordt dan mogelijk is.Gevolg: IRRITATIE Aandachtsproblemen en prikkelgevoeligheid worden niet eens gezien. Gevolg: OVERPRIKKELING Onvoldoende rust (verstoorde energiebalans) Wat gaan we doen? Altijd eerst energiebalans op orde brengen Altijd eerst overbelasting, onvoldoende aanpassing aan- en compenseren voor beperkingen terugdringen Medicatie saneren voor zover de bijwerkingen nadelig zijn en als de toestand het toelaat Waar op te letten bij terugdringen overbelasting? Energiebalans Communicatie Teveel prikkels in de omgeving Te weinig rekening houden met cognitive stoornissen. B.v. afspraken maken met iemand zonder geheugen; iemand die niet kan plannen en organiseren intensief ADL trainen Onvoldoende rust, ritme, regelmaat De symptomen zijn een direct gevolg van het letsel Uitleg aan patiënt, familie en team: psycho-educatie Symptoombestrijding (ritalin, amantadine) Externe structuur of andere compensatie bieden voor beperkingen. B.v. iemand met apathie op gang brengen zodat hij/zij de basis doet om in leven te blijven (eten en drinken) Maar patiënt niet over de kling jagen! Begeleiding bij “gewone” somberheid Steunende attitude met begrip en ruimte voor de gevoelens Geen clichés als “het komt wel weer goed”of “het had nog erger kunnen zijn” Neem dat gevoel niet af. Het kan nodig zijn voor de verwerking Behandeling depressie Eerst doen wat eerder is gemeld aan overvragen Cognitieve gedragstherapie/ dan wel steunende gesprekken Als laatste kan medicatie worden overwogen Wetenschappelijk bewijs I Over depressie na traumatisch hersenletsel bestaan nauwelijks adequate onderzoeksgegevens. Er is dan ook geen wetenschappelijk bewijs voor het effect van “psychologische“ dan wel medicamenteuze behandeling. Er zijn wel aanwijzingen dat behandeling met antidepressiva zinvol kan zijn. Wetenschappelijk bewijs II Over depressie na beroerte bestaan wel meer onderzoeksgegevens. Er wordt ook hier geen wetenschappelijk bewijs gevonden voor de effectiviteit van “psychologische” behandeling. Antidepressiva hebben een (gering) positief effect. Aanbevelingen richtlijn 2007 Er kunnen wat “psychologische” interventies betreft geen aanbevelingen worden gedaan. Aangeraden wordt het gebruik van antidepressiva te beperken tot patiënten met langer (maanden) durende ernstige depressieve klachten, i.v.m. specifieke risico’s van bijwerkingen bij de doelgroep (valneiging, insulten, delier) Vanwege bijwerkingenprofiel gaat de voorkeur uit naar een SSRI (cave combinatie met antistolling) Tweede keus bij onvoldoende effect is een TCA. Nortriptyline heeft de voorkeur vanwege het beperkte anticholinerge effect. Algemene aanbevelingen t.a.v. medicatie Start low go slow Zorg voor goede effectbeoordeling Cave interacties (b.v.antistolling) Bij geen effect STOPPEN! 1 ander middel uit andere groep proberen. Bij opnieuw geen effect STOPPEN! (wel lang genoeg in adequate dosering geven) Half jaar na begin effect start afbouw op geleide van het beeld Zowel bij afbouw vanwege geen effect als bij afbouw na een half jaar moet dit geleidelijk gebeuren en er moet rekening worden gehouden met rebound effecten. Dit laatste moet geen aanleiding zijn om het middel te blijven geven. Als laatste Als laatste zou ik aandacht willen vragen voor wat misschien op de eerste plaats zou moeten staan. Realiseert U zich dat er in de regel na hersenletsel sprake is van een enorme existentiële problematiek zowel bij de getroffenen zelf als bij zijn/haar omgeving. Het letsel zal voor alle betrokkenen veel in de rest van hun leven bepalen.
© Copyright 2024 ExpyDoc