Irene Wijnmaalen.

K Portretfotografie
Door Hans Arend de Wit
Irene Wijnmaalen na drie jaar reeds succesvol
’Vaak denk ik dat ik tijd te kort kom’
Dat de mooie foto’s die zij op Facebook plaatst zoveel enthousiaste reacties
opleveren, verbaast Irene Wijnmaalen nog steeds. ‘Maar hoe kwamen jullie op het
idee voor dit interview?’
Hoe kom je tegenwoordig op zo’n idee?
Zoals dat gaat: op de prachtige foto’s van
Danielle van Zadelhoff kwamen geregeld
‘likes’ van jou en toen gingen we verder
kijken. Google wijst dan meestal de weg
Alinda.
en er kwam voldoende beeld en info
om een indruk te krijgen wie Irene is. De
foto’s waren – toen we eenmaal ‘friends’
waren – zó bijzonder dat een poging tot
een interview wel het gevolg moest zijn.
Irene Wijnmaalen. Zelfportret.
Bij het doorbladeren van een exemplaar
van De FOTOgraaf zei Irene dat ze een
fijne indruk van de mooie opmaak had
en dat ze geloofde dat haar foto’s in die
stijl mooi tot hun recht zouden komen. Ze
voelde zich vereerd dat ze dat van haar
foto’s ook kon verwachten. “Danielle heb
ik nog niet ontmoet, maar daar zal het
beslist van komen.” Haar expositie op Art
Square op het Museumplein van 14 t/m
26 oktober zou daar volgens Irene een
goede gelegenheid voor zijn.
Inhaalslag
Hoelang fotografeert Irene al? “Ik had altijd
al een fascinatie gehad voor fotografie,
maar ik had een grote vrees om ooit zelf
foto’s te maken, ik wist niet wat er allemaal bij kwam kijken. Ik keek alleen naar
mooie foto’s en ik heb me vooral toegelegd op saxofoon spelen.”
Het was in 2011 dat een collega (in de
zorg) de aanzet gaf voor een ommekeer.
“Die collega wilde een foto van zichzelf
hebben. Met een compactcameraatje heb
ik een opname gemaakt waarvan één
afdruk die ik liet maken mij geweldig verraste. De collega zag het, was er verrukt
over en zette de foto meteen enthousiast
op Facebook. Iedereen vond het een
prachtfoto en zei dat ik met fotograferen
door moest gaan, dat het echt iets voor
mij was. En nu is het precies drie jaar later.
In een compulsief hoog tempo ben ik
nu als autodidact een inhaalslag aan het
maken. Ooit heb ik een belichtingscursus
gedaan en in aansluiting daarop heb ik
veel YouTube filmpjes gevonden – van
soortgelijke technieken die je op de Fotovakschool kunt leren – die me verder hebben geholpen.
Ik geloof dat je met sommige talenten
geboren bent. De manier hoe ik het leven
aanvoel en alles om me heen ervaar, daar
pieker ik niet zo over, maar ik probeer wél
6
de dingen te benutten die ik van pas vind
komen.”
En met een openhartige blik: “Ik ben een
mensenmens. Ik vind het een belangrijke
voorwaarde dat de mensen die ik portretteer helemaal meegaan in de fotoshoot. Ik
kan daar dan enorm van genieten.”
“Het ging zó snel de afgelopen drie jaar,
met Facebook en al die nieuwe contacten
en berichten die ongefilterd binnenkomen. De laatste tijd heb ik in al die hectiek
een soort rust gevonden. Ik kan me er nu
helemaal aan wijden; het is het leukste en
mooiste dat er voor mij is. Ik doe wel een
beetje aan straatfotografie, of een stilleven
af en toe, maar portretfotografie vind ik
wel het mooiste, écht geweldig.”
KLM
Ondanks het verhaal dat Irene vertelde,
zo merkte ik op, zaten er nog aardig wat
jaren tussen haar schooljaren en het
heden. Hoe zijn die jaren verlopen?
“Ik heb havo gedaan, daarna een blauwe
maandag een kappersopleiding, maar
eigenlijk wilde ik gelijk gaan werken. In
een kapsalon op de Prinsengracht knipte
ik een paar stewardessen van de KLM
die aan mij vroegen of dat niet iets voor
mij was, stewardess worden. ‘Wij zien jou
dat wel doen’, zeiden ze. Het personeelsbestand fluctueerde enorm bij de KLM
toentertijd. We hadden net de Golfoorlog
gehad. Ik dacht in het nadeel te zijn
omdat ik geen ‘parelkettingmeisje’ was
maar ik werd wel aangenomen en ik heb
vanaf toen tien jaar lang gevlogen. In die
jaren heb ik de wereld gezien en werd
ik enorm met mijzelf geconfronteerd,
door al die vreemde omgevingen met de
collega’s te verkennen. En dan al die nationaliteiten aan boord, die verschillende
gedragingen, eenzame hotelkamers,
megafeesten. Deltavliegen op Ipanema
Beach, waterskiën, wilde feestjes dus.
Nadat ik tien jaar volop in dit wervelend
circus had meegedraaid, ben ik gaan
nadenken over mijn toekomst en ben ik
uiteindelijk de zorg ingegaan.”
In wezen ongeveer hetzelfde, zei ik tegen
Irene, alleen op een ander niveau – je
toekomst lag op de basis. “Ik heb een
opleiding in de zorg en de verpleging
gedaan, heel erg leuk! Dat werk bevalt
me erg goed en ik doe het nog steeds.
De drama’s in de zorg? Daar gaan we het
nu maar niet over hebben.”
Wie inspireerden jou om voor fotografie te
kiezen? “Mijn grootste held is Koos Breu-
Layla.
7
Charlotte.
8
9
Annika.
kel. In mijn optiek de beste portrettist die
mij het meest raakt. Erwin Olaf natuurlijk
ook; zo ongelofelijk die stijl, zo mooi, likkebaardend, een heel bijzondere man.
Hendrik Kerstens ook natuurlijk, Jan van
Breda, geweldig. Joost van den Broek, een
heel goeie, heel mooi als portretfotograaf.
Rineke Dijkstra, geweldig origineel. Desiree
Dolron, die een geweldige stijl heeft. En
de buitenlanders, Irving Penn, gigantisch
voor portretwerk, Yousuf Karsh, Helmut
Newton, Josef Koudelka, Richard Avedon,
Diane Arbus, Sally Mann, Annie Leibowitz,
Steven Meisel, die vaak grootse foto’s in
Vogue heeft – af en toe een triptiek dat
ik als een apotheose van de huidige fotografie zie. Oh, oh, Van Fleteren vergeet ik
helemaal, terwijl die in m’n top drie zou
moeten staan! Die vind ik zó waanzinnig
goed. En Bettina Reims, kan die er nog
bij?” Nu raakt Irene helemaal begeesterd.
“Ik ben nog maar kort bezig. Een leerling
doet normaal vier jaar over de Fotoacademie, waar docenten je van alles laten zien.
En onderling slepen de leerlingen elkaar
mee in hun interesses. Ik heb mijn werk,
waar ik me – zeg maar parttime – ook
volledig aan moet geven. Vaak denk ik dat
ik tijd te kort kom, dat ik te veel op safe
in de comfort zone werk, en me te veel
aan regels houd, waardoor ik ook niet de
‘verrassing’ kan vinden. Geen neusgaten,
geen harde schaduwen... Veel fotografen
hebben bij het maken van hun toppers de
regels aan hun laars gelapt. Trouwens, we
mogen Ed van der Elsken niet vergeten te
noemen!”
er aan toe moet zijn. Het is zoals je weet
niet alleen de fotografie. Je moet met
zoveel zaken buiten het beeld dealen. Ik
denk dat dit moment er zal komen. Facebook neemt me ook in beslag; ik krijg veel
vragen; vragen hoe ik dingen doe of hoe
ik iets heb geregeld; er zijn zelfs mensen
die stage willen lopen! Of mannen die
schrijven ‘Wat ben je mooi!’, doelend op
een van mijn modellen. Het is net een
circus. Maar in alle stilte wil ik me voorbereiden om een weerbare, doortastende,
onverstoorbare professional te worden.”
Irene op Facebook: www.facebook.com/
irene.wijnmaalen
M
Annemarie.
Voorbereiden
Hoe nu verder? Op Facebook lees ik
steeds dat veel lezers heel enthousiast
op haar foto’s reageren, merk ik op. Heeft
Irene een idee hoe je die waardering zou
kunnen omzetten in een activiteit die
iets minder vrijblijvend is; in opdrachten
dus? “Het gaat geleidelijk al een beetje.
Eerst zou ik mijzelf goed genoeg willen
voelen om een website te laten maken.
Uiteindelijk ben ik nog maar heel kort
bezig, hoewel velen dat aan m’n werk niet
afzien. Maar het gaat om de kenners en
de professionals; met deze mensen zou
ik op een gelijk niveau moeten komen. En
dan is er het slechte economische klimaat.
Ik moet er nu geen halszaak van maken.
Geleidelijk aan zal ik verder groeien, daar
ga ik van uit. Een heleboel mensen zeggen dat ze m’n foto’s zo mooi vinden,
maar dat is als signaal niet voldoende om
een sprong te maken, want ik vind dat ik
10
11