KBC LIFE INVEST PLAN

KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO DEFENSIVE
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO DYNAMIC
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO HIGHLY DYNAMIC
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 95 MAY
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 90 MAY
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 85 MAY
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 95 NOVEMBER
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 90 NOVEMBER
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 85 NOVEMBER
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 95 FEBRUARY
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 90 FEBRUARY
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 85 FEBRUARY
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 95 AUGUST
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 90 AUGUST
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 85 AUGUST
BEHEERSREGLEMENT
Bovenvermelde fondsen zijn interne beleggingsfondsen van KBC Verzekeringen NV, met zetel
van de vennootschap te B-3000 Leuven, Professor Van Overstraetenplein 2. Het
fondsvermogen wordt belegd via instellingen voor collectieve belegging (“icb’s”) en beheerd door KBC
Asset Management NV, met maatschappelijke zetel te B-1080 Brussel, Havenlaan 2 1. De
beleggingsfondsen hebben volgende kenmerken:
1
De identiteit van de beheerders kan te allen tijde worden gewijzigd
Pagina 1 van 7
1. BELEGGINGSPOLITIEK
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO DEFENSIVE
KBC-Life Privileged Portfolio Defensive wordt hoofdzakelijk belegd in een internationaal gespreide
portefeuille van obligaties, aangevuld met aandelen, en/of vastgoedcertificaten, -aandelen en fondsen, alternatieve beleggingen of hedge fondsen en/of onmiddellijk opeisbare of opvraagbare
deposito’s bij kredietinstellingen, geldmarktinstrumenten of kortlopende effecten, met een restlooptijd
van max. één jaar en uitgedrukt in euro, in functie van de KBC-beleggingsstrategie. Deze wordt
opgesteld aan de hand van de economische, rente-, wisselkoers- en beursvooruitzichten voor de
verschillende landen.
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO DYNAMIC
KBC-Life Privileged Portfolio Dynamic wordt hoofdzakelijk belegd in een internationaal gespreide
portefeuille van aandelen en obligaties, aangevuld met vastgoedcertificaten, -aandelen en -fondsen,
alternatieve beleggingen of hedge fondsen en/of onmiddellijk opeisbare of opvraagbare deposito’s bij
kredietinstellingen, geldmarktinstrumenten of kortlopende effecten, met een restlooptijd van max. één
jaar en uitgedrukt in euro, in functie van de KBC-beleggingsstrategie. Deze wordt opgesteld aan de
hand van de economische, rente-, wisselkoers- en beursvooruitzichten voor de verschillende landen.
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO HIGHLY DYNAMIC
KBC-Life Privileged Portfolio Highly Dynamic wordt hoofdzakelijk belegd in een internationaal gespreide
portefeuille van aandelen, aangevuld met obligaties, en/of vastgoedcertificaten, -aandelen en -fondsen,
alternatieve beleggingen of hedge fondsen en/of onmiddellijk opeisbare of opvraagbare deposito’s bij
kredietinstellingen, geldmarktinstrumenten of kortlopende effecten, met een restlooptijd van max. één
jaar en uitgedrukt in euro, in functie van de KBC-beleggingsstrategie. Deze wordt opgesteld aan de
hand van de economische, rente-, wisselkoers- en beursvooruitzichten voor de verschillende landen.
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 95 (May – February – November – August)
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 95 wordt belegd in een internationaal gespreide portefeuille van
aandelen, obligaties, vastgoedcertificaten, -aandelen en –fondsen, alternatieve beleggingen of hedge
fondsen en/of onmiddellijk opeisbare of opvraagbare deposito’s bij kredietinstellingen,
geldmarktinstrumenten of kortlopende effecten, met een restlooptijd van max. één jaar en uitgedrukt in
euro.
Deze wordt opgesteld aan de hand van de economische, rente-, wisselkoers- en beursvooruitzichten
voor de verschillende landen.
Het fonds stelt zich als doel aan de inventariswaarde op jaarbasis een bodemgrens te verbinden. Deze
bodemgrens heeft een geldigheidsduur van telkens 1 jaar en is steeds gelijk aan 95% van de
inventariswaarde op de laatste bankwerkdag van de voorgaande maand (april, januari, oktober of juli) 2.
Deze bescherming vormt echter geen garantie. Het rendement is afhankelijk van de marktevolutie.
Telkens na vastlegging van de bodemgrens wordt hoofdzakelijk belegd in obligaties (en/of obligatieICB’s) en/of geldmarktinstrumenten.
Bij een daling van de inventariswaarde in de richting van de bodemgrens zal de beheerder ingrijpen
door de beleggingen in meer risicovolle activa (vb. aandelen en/of aandelen-ICB’s) te vervangen door
beleggingen in minder risicovolle activa (vb. obligaties, obligatie-ICB’s en/of geldmarktinstrumenten).
Indien de inventariswaarde de bodemgrens raakt, zal de beheerder volledig omschakelen naar
beleggingen in geldmarktinstrumenten.
Omgekeerd zal de beheerder bij een stijging van de inventariswaarde weg van de bodemgrens
ingrijpen door de spreidingen van de activa opnieuw en gradueel aan te passen, teneinde, bij
voldoende sterke toename van de inventariswaarde, opnieuw de vermelde minder risicovolle activa te
vervangen door de vermelde meer risicovolle activa.
Bij gunstige marktontwikkelingen en voor zover de inventariswaarde voldoende hoog is ten opzichte
van de bodemgrens, en zolang deze voorwaarden vervuld zijn, kan het fonds tijdelijk afwijken van de
spreiding bij vastlegging van de bodemgrens, door de vermelde minder risicovolle activa te vervangen
door de vermelde meer risicovolle activa. Hierdoor zal het percentage meer risicovolle activa stijgen ten
opzichte van het percentage dat was bepaald bij vastlegging van de bodemgrens. Dit gebeurt op
weloverwogen manier die ondermeer functie is van de historische volatiliteit op de markten (die
2
de bodemgrens voor het eerste jaar wordt vastgesteld op basis van de initiële inventariswaarde
Pagina 2 van 7
voldoende laag moet zijn alvorens risicovolle activa verder te kunnen opbouwen), van de tijd die rest tot
de volgende vastlegging van de bodemgrens, van de afstand van de inventariswaarde tot de
bodemgrens en van de EURO rente met een looptijd tot het moment van de volgende vastlegging van
de bodemgrens. Hierdoor kan tijdelijk en eerder uitzonderlijk, bij zeer gunstige marktomstandigheden,
hoofdzakelijk belegd worden in aandelen en hiermee samenhangende financiële instrumenten, met als
doelstelling om, naast de bewaking van de bodemgrens, ook een zo hoog mogelijk rendement te
realiseren.
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 90 (May – February – November – August)
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 90 wordt belegd in een internationaal gespreide portefeuille van
aandelen, obligaties, vastgoedcertificaten, -aandelen en –fondsen, alternatieve beleggingen of hedge
fondsen en/of onmiddellijk opeisbare of opvraagbare deposito’s bij kredietinstellingen,
geldmarktinstrumenten of kortlopende effecten, met een restlooptijd van max. één jaar en uitgedrukt in
euro.
Deze wordt opgesteld aan de hand van de economische, rente-, wisselkoers- en beursvooruitzichten
voor de verschillende landen.
Het fonds stelt zich als doel aan de inventariswaarde op jaarbasis een bodemgrens te verbinden. Deze
bodemgrens heeft een geldigheidsduur van telkens 1 jaar en is steeds gelijk aan 90% van de
inventariswaarde op de laatste bankwerkdag van de voorgaande maand (april, januari, oktober of juli) 3.
Deze bescherming vormt echter geen garantie. Het rendement is afhankelijk van de marktevolutie.
Telkens na vastlegging van de bodemgrens wordt, in functie van het door de beheerder ingeschatte
marktpotentieel, voor minimaal 20% belegd in obligaties (en/of obligatie-ICB’s) en/of
geldmarktinstrumenten en voor minimaal 20% in aandelen (en/of aandelen-ICB’s) en/of hiermee
samenhangende financiële instrumenten. Het door de beheerder ingeschatte marktpotentieel wordt
voor obligaties bepaald door de verwachte rente-evolutie. Bij een verwachting van stijgende
middellange- tot langetermijnrente zal relatief minder worden belegd in obligaties en bij een
verwachting van stabiele of dalende rente zal relatief meer worden belegd in obligaties. Ook het
absolute niveau van deze rente is een bepalende factor, waarbij relatief hoge rente het gewicht
obligaties zal doen toenemen (en omgekeerd). Het door de beheerder ingeschatte marktpotentieel
wordt voor aandelen bepaald door o.m. de winstverwachtingen van de bedrijven en de brede macroeconomische context. Bij positieve winstverwachtingen en/of een brede macro-economische context
van bevredigende groeiverwachting zal relatief meer worden belegd in aandelen en bij negatieve
winstverwachtingen en/of een beperkte groeiverwachting zal relatief minder worden belegd in aandelen.
Het opbrengstpotentieel van beide activaklassen (obligaties en aandelen) wordt tegen elkaar
afgewogen rekening houdend met de risicopremie van aandelen (de som van de in de toekomst
verwachte aandelendividenden, verminderd met de risicoloze rente). Daarbij zal meer worden belegd in
die activaklasse waarvan het opbrengstpotentieel (rekening houdend met de risicopremie) het hoogst
wordt ingeschat. Indien het opbrengstpotentieel van beide activaklassen gelijkaardig is, kan
evenwichtig worden belegd in beide activaklassen.
Bij een daling van de inventariswaarde in de richting van de bodemgrens zal de beheerder ingrijpen
door de beleggingen in meer risicovolle activa (vb. aandelen en/of aandelen-ICB’s) te vervangen door
beleggingen in minder risicovolle activa (vb. obligaties, obligatie-ICB’s en/of geldmarktinstrumenten).
Indien de inventariswaarde de bodemgrens raakt, zal de beheerder volledig omschakelen naar
beleggingen in geldmarktinstrumenten.
Omgekeerd zal de beheerder bij een stijging van de inventariswaarde weg van de bodemgrens
ingrijpen door de spreidingen van de activa opnieuw en gradueel aan te passen, teneinde, bij
voldoende sterke toename van de inventariswaarde, opnieuw de vermelde minder risicovolle activa te
vervangen door de vermelde meer risicovolle activa.
Bij gunstige marktontwikkelingen en voor zover de inventariswaarde voldoende hoog is ten opzichte
van de bodemgrens, en zolang deze voorwaarden vervuld zijn, kan het fonds tijdelijk afwijken van de
spreiding bij vastlegging van de bodemgrens, door de vermelde minder risicovolle activa te vervangen
door de vermelde meer risicovolle activa. Hierdoor zal het percentage meer risicovolle activa stijgen ten
opzichte van het percentage dat was bepaald bij vastlegging van de bodemgrens. Dit gebeurt op
weloverwogen manier die ondermeer functie is van de historische volatiliteit op de markten (die
voldoende laag moet zijn alvorens risicovolle activa verder te kunnen opbouwen), van de tijd die rest tot
de volgende vastlegging van de bodemgrens, van de afstand van de inventariswaarde tot de
bodemgrens en van de EURO rente met een looptijd tot het moment van de volgende vastlegging van
de bodemgrens. Het is daarbij de doelstelling om, naast de bewaking van de bodemgrens, een zo hoog
mogelijk rendement te realiseren
3
idem 2
Pagina 3 van 7
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED 85 (May – February – November – August)
KBC-Life Privileged Porttfolio Protected 85 wordt belegd in een internationaal gespreide portefeuille van
aandelen, obligaties, vastgoedcertificaten, -aandelen en –fondsen, alternatieve beleggingen of hedge
fondsen en/of onmiddellijk opeisbare of opvraagbare deposito’s bij kredietinstellingen,
geldmarktinstrumenten of kortlopende effecten, met een restlooptijd van max. één jaar en uitgedrukt in
euro.
Deze wordt opgesteld aan de hand van de economische, rente-, wisselkoers- en beursvooruitzichten
voor de verschillende landen.
Het fonds stelt zich als doel aan de inventariswaarde op jaarbasis een bodemgrens te verbinden. Deze
bodemgrens heeft een geldigheidsduur van telkens 1 jaar en is steeds gelijk aan 85% van de
inventariswaarde op de laatste bankwerkdag van de voorgaande maand (april, januari, oktober, juli) 4.
Deze bescherming vormt echter geen garantie. Het rendement is afhankelijk van de marktevolutie.
Telkens na vastlegging van de bodemgrens wordt hoofdzakelijk belegd in aandelen (en/of aandelenICB’s) en hiermee samenhangende financiële instrumenten.
Bij een daling van de inventariswaarde in de richting van de bodemgrens zal de beheerder ingrijpen
door de beleggingen in meer risicovolle activa (vb. aandelen en/of aandelen-ICB’s) te vervangen door
beleggingen in minder risicovolle activa (vb. obligaties, obligatie-ICB’s en/of geldmarktinstrumenten).
Indien de inventariswaarde de bodemgrens raakt, zal de beheerder volledig omschakelen naar
beleggingen in geldmarktinstrumenten.
Omgekeerd zal de beheerder bij een stijging van de inventariswaarde weg van de bodemgrens
ingrijpen door de spreidingen van de activa opnieuw en gradueel aan te passen, teneinde, bij
voldoende sterke toename van de inventariswaarde, opnieuw de vermelde minder risicovolle activa te
vervangen door de vermelde meer risicovolle activa.
Bij gunstige marktontwikkelingen en voor zover de inventariswaarde voldoende hoog is ten opzichte
van de bodemgrens, en zolang deze voorwaarden vervuld zijn, kan het fonds tijdelijk afwijken van de
spreiding bij vastlegging van de bodemgrens, door de vermelde minder risicovolle activa te vervangen
door de vermelde meer risicovolle activa. Hierdoor zal het percentage meer risicovolle activa stijgen ten
opzichte van het percentage dat was bepaald bij vastlegging van de bodemgrens. Dit gebeurt op
weloverwogen manier die ondermeer functie is van de historische volatiliteit op de markten (die
voldoende laag moet zijn alvorens risicovolle activa verder te kunnen opbouwen), van de tijd die rest tot
de volgende vastlegging van de bodemgrens, van de afstand van de inventariswaarde tot de
bodemgrens en van de EURO rente met een looptijd tot het moment van de volgende vastlegging van
de bodemgrens. Het is daarbij de doelstelling om, naast de bewaking van de bodemgrens, een zo hoog
mogelijk rendement te realiseren.
2. OPRICHTINGSDATUM
-
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO DEFENSIVE, DYNAMIC en HIGHLY DYNAMIC: 16 juli 2001.
-
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED MAY (95 -90 -85) : 23 april 2004.
-
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED NOVEMBER (95 -90 -85): 29 oktober 2004.
-
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED FEBRUARY (95 -90 -85) : 28 januari 2005.
-
KBC-LIFE PRIVILEGED PORTFOLIO PROTECTED AUGUST (95 -90 -85): 29 juli 2005.
3. UITDRUKKINGSMUNT
De inventariswaarden van de beleggingsfondsen zijn uitgedrukt in euro.
4. BEHEERLOON
Het beheerloon, dat verrekend is in de inventariswaarde van de beleggingsfondsen, bedraagt maximum
1% op jaarbasis per fonds. De verzekeringsonderneming behoudt zich het recht voor, het beheerloon
van de fondsen te allen tijde aan te passen. Het effectief toepasselijke percentage bedraagt 0,25% voor
de fondsen Defensive, Dynamic en Highly Dynamic, en bedraagt 0,75% voor de fondsen Protected 95
May, Protected 90 May, Protected 85 May, Protected 95 November, Protected 90 November, Protected
85 November, Protected 95 February, Protected 90 February en Protected 85 February, Protected 95
August, Protected 90 August en Protected 85 August. Voor fondsen die beleggen in andere
onderliggende fondsen, kan er bij deze onderliggende fondsen eveneens een beheersvergoeding van
toepassing zijn.
4
idem 2
Pagina 4 van 7
5. BEOORDELING EN AANDUIDING RISICO
5
De beleggingsfondsen behoren tot de volgende risicoklassen:
Fonds
KBC-Life Privileged Portfolio Defensive
KBC-Life Privileged Portfolio Dynamic
KBC-Life Privileged Portfolio Highly Dynamic
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 95 May
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 90 May
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 85 May
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 95 November
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 90 November
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 85 November
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 95 February
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 90 February
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 85 February
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 95 August
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 90 August
KBC-Life Privileged Portfolio Protected 85 August
risicoklasse
2
2
3
1
2
2
1
2
2
1
2
2
1
2
2
6. INITIËLE INVENTARISWAARDE PER EENHEID
De initiële inventariswaarde per eenheid van alle beleggingsfondsen bedraagt 250 EUR.
7. TOETREDINGSVERGOEDING
-
Bij de premiestortingen zal een toetredingsvergoeding van 3% worden aangerekend op
contractsniveau. Dit brengt met zich mee dat de premie die wordt betaald, groter zal zijn dan de
waarden van de eenheden die worden toegekend.
-
De omzetting in eenheden gebeurt volgens de inventariswaarde van ten laatste de derde Belgische
bankwerkdag volgend op de ontvangst van de premiestortingen door de verzekeraar.
-
De minimuminschrijving bedraagt 25.000 euro
8. UITTREDINGSVERGOEDING
-
Bij een vervroegde opvraging van de reserve wordt er geen uittredingsvergoeding aangerekend.
-
De afkopen zullen worden afgehandeld aan de inventariswaarde van ten laatste de derde Belgische
bankwerkdag volgend op de dag dat de verzekeraar uw aanvraag ontvangen heeft, tenzij de
verzekeringsnemer om een latere uitwerkingsdatum heeft verzocht.
-
Voor een gedeeltelijke vervroegde opvraging van de reserve is het minimumbedrag 1.250 euro per
opvraging.
9. FONDSENWISSELING
Op ieder ogenblik kan de reserve die verbonden is aan een bepaald KBC-Life Privileged Portfolio fonds
geheel of gedeeltelijk overgedragen worden naar een ander KBC-Life Privileged Portfolio fonds zonder
kostenaanrekening.
5
Er zijn 7 risicoklassen waarbij klasse 0 het laagste risico aangeeft en klasse 6 het hoogste.
Pagina 5 van 7
10. EXTERNE FINANCIELE LASTEN
De externe financiële lasten die van toepassing zijn om de werking van het fonds mogelijk te maken,
zitten reeds vervat in de inventariswaarde van de eenheid. Deze externe financiële lasten mbt het
fonds en haar activa bestaan onder meer uit de kosten voor inventariswaardeberekening,
boekhouding, administratie en bewaargeving, transactiekosten, publicatiekosten, kosten voor het
naleven van de wettelijke verplichtingen en controles, verschuldigde belastingen en taksen, …
11. WAARDE VAN HET BELEGGINGSFONDS
De waarde van de activa van de beleggingsfondsen wordt bepaald op basis van de laatst gekende
netto-inventariswaarde van de onderliggende “icb’s”, of, indien deze beursgenoteerd zijn, op basis van
de laatste gekende beurskoers. De inventariswaarde per eenheid is gelijk aan de waarde van een
beleggingsfonds gedeeld door het aantal eenheden in dat beleggingsfonds op het ogenblik van de
waardebepaling.
12. WAARDEBEPALING
De waarde van de KBC-Life Privileged Portfolio beleggingsfondsen wordt iedere bankwerkdag bepaald.
De waarden van de eenheden zijn dagelijks beschikbaar bij de KBC-tussenpersonen.
In bepaalde omstandigheden kan de bepaling van de waarde van de eenheden evenals de stortingen
en inhoudingen worden opgeschort:
a) wanneer een beurs of een markt waarop een aanzienlijk deel van de activa van het
beleggingsfonds is genoteerd of wordt verhandeld of een belangrijke wisselmarkt waarop de
deviezen waarin de waarde van de netto activa is uitgedrukt, worden genoteerd of verhandeld, om
een andere reden dan wettelijke vakantie gesloten is of wanneer de transacties er opgeschort zijn
of aan beperkingen worden onderworpen;
b) wanneer de toestand zo ernstig is dat de verzekeringsonderneming de tegoeden en/of
verplichtingen niet correct kan waarderen, er niet normaal kan over beschikken of dit niet kan
doen zonder de belangen van de verzekeringnemers of begunstigden van het beleggingsfonds
ernstig te schaden;
c) wanneer de verzekeringsonderneming niet in staat is fondsen te transfereren of transacties te
verwezenlijken tegen een normale prijs of wisselkoers of wanneer beperkingen zijn opgelegd aan
de wisselmarkten of aan de financiële markten;
d) bij een substantiële opname van het fonds die meer dan 80% van de waarde van het fonds
bedraagt of hoger is dan 1.250.000 euro.
De verzekeringnemer kan de terugbetaling eisen van de tijdens die periode gestorte premies
verminderd met de bedragen die werden verbruikt om het risico te dekken.
13. VEREFFENING
Er kan door de verzekeraar tot vereffening van een beleggingsfonds worden overgegaan. In geval
van dergelijke vereffening heeft de verzekeringsnemer de keuze tussen de interne overdracht en de
opvraging van de reserve. Elk van beide opties gebeurt zonder dat hiervoor bij deze overdracht of
opvraging op de vereffeningsdatum door de verzekeraar kosten worden aangerekend.
De verzekeraar kan meer bepaald beslissen om het fonds te vereffenen in volgende
omstandigheden:
a) wanneer een beurs of een markt waarop een deel van de activa van het beleggingsfonds is
genoteerd of wordt verhandeld of een belangrijke wisselmarkt waarop de deviezen waarin de
waarde van de netto activa is uitgedrukt, worden genoteerd of verhandeld, niet meer naar behoren
functioneert of wanneer de transacties er opgeschort zijn of aan beperkingen worden
onderworpen;
b) wanneer de verzekeringsonderneming niet meer in staat is activa of fondsen te transfereren of
transacties te verwezenlijken tegen een normale prijs of wisselkoers;
c) wanneer de toestand van die aard is dat de verzekeringsonderneming de tegoeden en/of
verplichtingen niet meer correct kan waarderen of er niet meer normaal kan over beschikken.
d) wanneer de overeenkomsten voor de werking van het fonds en de afgesloten (on)rechtstreekse
contracten met tegenpartijen niet meer zoals overeengekomen hun uitwerking kunnen vinden,
zodat de instandhouding van het fonds niet meer mogelijk is aan de oorspronkelijke
Pagina 6 van 7
rendementscriteria zoals aanwezig bij de opstart (b.v. door de wijziging van het kostenregime of
het te laag volume van het fonds).
e) wanneer het beleggingsbeleid en kenmerken van de onderliggende activa of een deel ervan, om
welke reden ook zodanig wijzigt, dat daardoor de door het beleggingsfonds vooropgestelde
beleggingsdoeleinden of kenmerken niet meer kunnen gehandhaafd worden.
f) wanneer de economische toestand of de toestand op de financiële markten om welke reden ook
zodanig wijzigt, dat daardoor de door het beleggingsfonds vooropgestelde beleggingsdoeleinden
of kenmerken niet meer kunnen gehandhaafd worden.
g) bij een substantiële opname van het fonds die meer dan 20% van de netto-actief van het fonds
bedraagt of hoger is dan 1.250.000 euro, of indien de netto-actief van het fonds daalt onder de
12.500.000 euro.
h) in alle gevallen wanneer welke toestand ook van die aard is dat het voor de
verzekeringsonderneming niet meer mogelijk is de vooropgestelde beleggingsdoelstellingen te
realiseren of de vooropgestelde kenmerken van het beleggingsfonds te handhaven zonder de
belangen van de verzekeringnemers of begunstigden van het beleggingsfonds of de eigen
belangen van de verzekeringsonderneming te schaden;
14. VOORWAARDEN EN MODALITEITEN VAN WIJZIGING
De verzekeraar kan de vergoedingen en kosten verhogen en essentiële aanpassingen van de
beleggingsdoelstellingen en beleggingspolitiek doorvoeren. Deze wijzigingen zullen minstens 30
dagen voorafgaand aan de datum van inwerkingtreding meegedeeld worden aan de
verzekeringnemers via de financiële pers of via persoonlijke berichtgeving. Verzekeringnemers die
niet akkoord gaan met deze wijzigingen kunnen hun reserve kosteloos opvragen vóór de datum van
inwerkingtreding. Een essentiële aanpassing van de beleggingsdoelstellingen en beleggingspolitiek
is elke aanpassing die een wijziging van de risicoklasse tot gevolg heeft of elke aanpassing die een
wijziging van meer dan 20% van de samenstelling van het fonds met zich mee brengt of betrekking
heeft op meer dan 20% van de samenstelling van het fonds.
Daarnaast kan de verzekeraar zonder voorafgaandelijke mededeling andere aanpassingen aan het
beheersreglement doorvoeren:
1)
2)
3)
4)
5)
6)
wanneer het beheersreglement niet meer beantwoordt aan de door externe factoren
gewijzigde financiële, economische, juridische en/of fiscale realiteit.
wanneer het beleggingsbeleid van de onderliggende activa is geëvolueerd of gewijzigd en
het beleggingsbeleid van het fonds daar niet langer meer mee overeenstemt.
wanneer de economische conjunctuur, de financiële markten, de marktomstandigheden of
de marktpositie van het beleggingsfonds zodanig wijzigen dat het niet doorvoeren van de
aanpassing de belangen van de verzekeringnemers (of de verzekeraar) kunnen schaden.
wanneer deze aanpassingen gebeuren in het voordeel van de verzekeringnemers.
wanneer nieuwe financiële technieken of instrumenten op de markt voorhanden zijn, die aan
de beleggingspolitiek kunnen toegevoegd worden zonder dat dit essentiële aanpassingen
van de beleggingspolitiek met zich mee brengt.
wanneer aanpassingen louter formeel zijn en geen enkel gevolg hebben op de inhoudelijke
betekenis van het beheersreglement.
15. FISCALITEIT
Bij afkoop van het contract KBC-Life Privileged Portfolio zal geen roerende verheffing verschuldigd
zijn.
Stortingen vanaf 01/01/2013 zijn onderworpen aan een verzekeringstaks van 2%
Bovenstaande informatie is onder voorbehoud van toekomstige wetswijzigingen.
1-5-2014
Pagina 7 van 7