2013-04 - Hersteld Hervormde Kerk

Jaargang 7 – 2013
Nummer 4
Zending
Hersteld
Hervormde
Kerk
In dit nummer o.a.:
l De kerk van ‘alle tijden’
l Getuigen als prediking
l Zendingswerk onder de Indianen
l Historische les vanuit China
l Vanuit de duisternis naar het licht
l Onder-dak bij de RPC
l De Heilige Geest voorzegd
De kerk van ‘alle tijden’
Inkijkje
Een zendingsgemeente in de buurt van Pretoria
nam een jaar of wat geleden een nieuw
gebouw in gebruik. De Nederlandse predikant
verrichtte de ‘opening’ door een groot bord op
de gevel te timmeren. Hij zei er wat bij in de
lokale taal en wees daarbij met zijn hand naar
het tijdstip van aanvang op dat bord.
De mensen lachten. Ze snapten wel wat deze
Hollander wilde. Iedereen moest aan het begin van
de dienst al aanwezig zijn.
Veel Nederlandse gemeenten doen ’s zondags belijdenis met de ‘kerk van alle tijden en alle plaatsen’.
De Afrikaanse kerk valt dan onder ‘alle plaatsen’.
Maar (met een knipoog) kun je ook zeggen dat de
kerk in Afrika die ‘van alle tijden’ is. Iedereen komt
daar immers op zijn eigen tijd binnenwandelen.
Niet dat er aan het begin van de dienst niemand is.
Integendeel, sommigen zijn er al lang van tevoren.
Vaak zetten een paar vrouwen een lied in en de rest
doet vanzelf mee. Maar ook na het begin van de
dienst komen velen nog binnendruppelen. Niemand
kijkt er vreemd van op als er zelfs een halfuur na
aanvangstijd nog mensen komen.
De ervaring van tijd is in de Afrikaanse cultuur heel
anders dan in het Westen. In Europa spreek je met
iemand een tijdstip af. Vervolgens moet je snel eten
om op tijd te komen. In Afrika beloof je gewoon ‘na
het eten’ op te komen dagen, waardoor je in alle
rust van het voedsel kunt genieten en er nog een
goed gesprek bij kunt voeren ook.
Heel bekend is hierbij de uitspraak: In Europa hebben ze horloges, in Afrika hebben we de tijd. De
mens is immers heer over de tijd, geen slaaf ervan.
De westerling verafgoodt de tijd, zegt de Afrikaan.
Ja, maar de Afrikaan verprutst zijn tijd, zegt de
Nederlander. Dit zijn twee heel verschillende benaderingen die natuurlijk wortelen in een andere cultuur.
Voor westerlingen die in Afrika wonen, is dit niet
altijd makkelijk. Want hoewel zij van lieverlee wennen aan de ‘Afrika-tijd’ en ook gerust iets later bij de
vergadering komen, moeten ze soms ervaren dat ze
hun tijd verknoeien door op andere mensen te
wachten. De kerk kan mensen leren elkaar hierin te
respecteren.
n
Evert van Vlastuin
Project Suriname
• Vacature zendings­
predikant: in voor­
bereiding en opleiding
kand. A. Meuleman
• Vacature kinderwerkster
(tijdelijk mw. K. Breddels
werkzaam)
Project Malawi
Uitgezonden werkers:
• Fam. R.J. Oomen (zendingspredikant)
• Fam. K. Klopstra (docent bijbelschool/ zendingspredikant)
• Vanuit Nederland werkzaam t.b.v.
projectcoördinatie Malawi:
Dhr. A.W. van Bragt
Post Malawi: P.O. Box 626, Zomba,
Malawi (Central-Africa)
co l o f on
Post Suriname: Postbus 1459,
Paramaribo, Suriname
Zicht Op Zending
is een (gratis) uitgave van de
Zending Hersteld Hervormde Kerk
Redactie
E. van Vlastuin
P. Vogelaar
Overname van artikelen, foto’s en
­informatie alleen na overleg met de
­eindredacteur.
Aanvragen voor gratis toezending
(indien u dit blad niet via de eigen
gemeente ontvangt):
Zending Hersteld Hervormde Kerk
Vendelier 51-D
3905 PC Veenendaal
T: (0318) 55 42 12
E: [email protected]
Eindredactie
Ds. J.C. den Ouden
T: (0488) 44 14 16
E: [email protected]
Bestuur Zending
Ds. J.C. den Ouden (voorz.)
J. Bergman (secr.)
E. Ebbers (penn.)
Ds. D. Heemskerk
Ds. W.M. van der Linden
E. de Jong
P. Vogelaar
W. de Kloe
Medewerk(st)ers
G.H. van Ooijen (coördinatie)
C.C. Snoek-van Nieuw Amerongen (correctie)
C. Klinkenberg (kinder- en jeugdrubriek)
L.H. de Kluijver (opmaak)
Zicht op Zending: ISSN 2215-101X
2
Bankgegevens
Rekening NL61 RABO 0113 2182 30
t.n.v. Zending Herst. Herv. Kerk
te Veenendaal
(s.v.p. met duidelijke omschrijving)
Foto voorzijde: Buurtbewoner in Powakka met kleine vogel.
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
N
D
I
N
G
Getuigen als prediking
Ds. J.C. den Ouden
Opheusden
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
voorafgegaan en we bidden dat het
in de gunst van de Heere is. De
voortgang van Gods Koninkrijk
staat of valt niet met de werkers.
God staat er Zelf voor in dat Zijn
werk doorgaat. Tegelijk gebruikt
God mensen en roept Hij wie Hij
wil en zendt ze uit.
Een andere verandering binnen
het zendingsteam van Suriname is
de terugkeer van onze kinderwerkster Windy de Wit naar
Nederland. Windy heeft zich voor
meer dan 100% gegeven aan het
werk in Suriname, dat zij met veel
liefde heeft gedaan. De afgelopen
twee jaren hebben echter zo veel
van Windy gevraagd dat in goed
overleg besloten is haar contract
niet te verlengen. We zijn dankbaar dat Windy op vrijwillige basis
vanuit Nederland wil bijdragen
aan de uitvoering van het zondagsschoolproject, waar de
Hervormde Zondagsscholenbond
actie voor heeft gevoerd. De Heere
gedenke Windy en zegene het
werk dat zij onder de kinderen
van Powakka en Paramaribo
gedaan heeft.
Windy wordt tijdelijk vervangen
door Karen Breddels, Gineke
Oudenaarden (als vervanging),
zodat het werk onder de kinderen
niet stagneert. Inmiddels is er een
procedure opgestart voor het werven van een kinderwerk(st)er. We
hopen in de volgende ZOZ u daarover verder te kunnen informeren.
Ten slotte, laten we bedenken dat
de kern van het zendingswerk is
dat de hele wereld zal horen dat
Jezus in de wereld is gekomen om
Zijn leven te geven tot een losprijs
voor velen. De Zaligmaker Die
door de Vader gezonden is in en
voor deze wereld. En God Zelf
heeft de verkondiging van de verzoening door Jezus Christus in de
handen gelegd van boodschappers.
Hij is ‘zonde voor ons gemaakt’,
schrijft Paulus.
Uw koninkrijk koom’ toch, o Heer’!
Ai, werp de troon des satans neer;
Regeer ons door Uw Geest en Woord;
Uw lof word’ eens alom gehoord,
En d’ aarde met Uw vrees vervuld,
Totdat Gij Uw rijk volmaken zult. n
N
D
I
N
G
3
I nzich t
Getuigen van Hem te zijn is de
opdracht die de Zaligmaker aan
Zijn apostelen en Zijn kerk heeft
gegeven. Een missionair werker in
China zei: We hebben geen predikers nodig, maar voorbeelden.
Prediking is onmisbaar en noodzakelijk. Maar een levend voorbeeld
is even nodig en onmisbaar.
De Heere zendt werkers uit en
haalt ze terug, maar Zijn werk
gaat door.
Afgelopen zomer zijn kandidaat
Joh. Fekkes en zijn vrouw teruggekeerd uit Suriname. Ze zijn in
2011 voor twee jaar naar
Suriname uitgezonden.
Als Commissie Zending kregen
wij daardoor gelegenheid een zendingswerker te werven die voor
langere tijd in Suriname werkzaam
kan zijn. Inmiddels is aan de termijn van de familie Fekkes een
einde gekomen. De Heere zegene
het werk dat zij beiden hebben
verricht in Gods Koninkrijk en we
danken hen voor hun bereidheid
voor twee jaar naar Suriname te
gaan.
Inmiddels heeft de Commissie
Zending kandidaat A. Meuleman
uit Hilversum de synode voorgedragen om beroepen te worden als
zendingspredikant voor Suriname.
Kand. A. Meuleman mocht positief reageren op het op hem uitgebrachte beroep. Er is een intensieve periode van voorbereiding aan
Er kwam een man bij Spurgeon die zei een grappig voorval te
hebben meegemaakt. ‘Twee jaar lang werk ik al naast
iemand in de fabriek en per ongeluk kwam ik erachter dat hij
ook christen is. Is dat niet vermakelijk?’ ‘Wat?’ zei Spurgeon,
‘daar is niets vermakelijks aan. Beiden moeten op de knieën
vallen om God om vergeving te smeken. Niet een van jullie
beiden is bekeerd, want anders had de Heilige Geest jullie
vast en zeker aangezet om van Christus te getuigen.’
Zaad strooien in Suriname
FOCUS
Zendingswerk onder de
Indianen
Het zendingsteam in
Klein-Powakka:
Karen Breddels, Gineke
Oudenaarden, echtpaar
Van Nieuw Amerongen
Een jaar of tien geleden zond de
Canadese Orthodox Presbyterian
Church (OPC) ds. G. Mynders
naar Suriname. Hij zou daar gaan
werken in Paramaribo en onder
de Indianen in Powakka. In 2009
besloot de OPC dit werk echter af
te bouwen, maar ds. G. Mynders
zocht wegen om het voort te zetten. Zo verzocht hij de Hersteld
Hervormde Kerk om overname
van het zendingswerk.
Ds. Mynders en zijn vrouw Marja
hebben samen de twee gemeenten
opgebouwd en daar heel veel
goed werk verricht. Aangezien
het werk voor één persoon te veel
Elke week gaan de zendingswerkers in Suriname op huisbe­
zoek bij de Indianen. Terwijl de kippen rondscharrelen strooi­
en zij daar het Woord. Om te mogen zien dat de Heere ook
hier werkt.
was, werd de aandacht geconcentreerd op Powakka en bleef in
Paramaribo eigenlijk alleen het
kinderwerk rond de
Reformatiekerk over. Nu zijn we
inmiddels vier jaar verder.
Kinderwerk
Zondagsschool wordt zowel in
Paramaribo als in Powakka
gehouden. Op beide plekken
komen ongeveer 20 kinderen.
Maar de beide groepen zijn totaal
verschillend. In Paramaribo zijn
het vooral Creoolse stadskinderen
die heel druk zijn. Bijna allemaal
komen ze uit probleemgezinnen
Kinderen van de tienerclub in Powakka
4
Z
I
C
H
T
waar de vader ontbreekt en moeder buitenshuis werkt. Deze kinderen vereisen een aparte aanpak.
Die moet je bezighouden.
Op zondagavond wordt van 17:15
tot 18:15 uur de zondagsschool
gehouden. Er wordt begonnen
met gebed en ook aan hen mag
een Bijbelse geschiedenis verteld
worden.
Vaak vraag je je af of de boodschap wel overkomt, maar een
enkele keer word je blij verrast,
wanneer toch bij een van de kinderen plaats komt voor geestelijke
zaken. Zo is een meisje van 13
heel vaak in haar eentje bezig met
het lezen uit de Bijbel. Ze heeft
van kinderen uit Nederland een
GBS-Bijbel met kanttekeningen
gekregen, waar ze dankbaar
gebruik van maakt.
Ze wil ook graag over de Bijbel
spreken. Ook leest ze met interesse ‘De Christenreis’ van Bunyan
en andere goede boeken. Aan
haar kun je het Woord kwijt, terwijl het gezin waaruit ze komt vol
problemen is.
In Powakka is de zondagsschool
op zondagmorgen, na de kerkdienst, van 11 tot 12 uur. Deze
kinderen zijn rustig en bescheiden; die gaan stilletjes hun gang.
Ze luisteren aandachtig naar de
Bijbelse geschiedenis en maken
daarna een kleurplaat of zo.
O
P
Z
E
N
D
I
N
G
Eenmaal per jaar wordt de kinderbijbelvakantieweek gehouden
in hun zomervakantie van school
in september. Dan is het op zijn
warmst. Zo’n week voorziet in
een behoefte. Zowel in
Paramaribo als in Powakka wordt
hieraan deelgenomen door meer
dan 30 kinderen.
Deze keer heeft ds. H. Wassink,
een rasverteller, die al 26 jaar in
Suriname zendingswerk verricht,
de Bijbelse geschiedenis van
Daniël verteld. Ook de drukste
kinderen luisteren geboeid.
Daarna breekt dan wel het spektakel los, zodat het geen overbodige luxe is dat er zes volwassenen zijn.
De afsluitende buitendag is ook
een hoogtepunt, maar ook dan
wordt eerst het Woord gebracht.
Het zaad wordt gestrooid in de
jonge jaren en we mogen dit ook
in Zijn hand leggen.
Rooms-katholiek
In Klein-Powakka, zo’n 10 kilometer van Groot-Powakka, heeft
ds. Mynders een kerk gebouwd
waar nog altijd iedere zondagmorgen dienst wordt gehouden.
Z
I
C
H
T
O
P
Z
De meeste Indianen in deze
streek waren vroeger in naam
rooms-katholiek. Maar omdat de
Bijbelse boodschap er nauwelijks
werd verkondigd, groeide de
onvrede, en gingen ze op zoek
naar meer geestelijke verkondiging.
Zo kwamen ze bij ds. Mynders.
Hij heeft, met veel volharding,
een kleine gemeente gesticht. Het
is opvallend dat we ook nu nog
Contact met een jonge indiaan
bij een huisbezoek
E
N
D
I
N
G
Invloeden
Het stemt tot dankbaarheid en
verwondering dat op eenvoudige
wijze het Evangelie doorgegeven
mag worden aan deze Indianen.
Zij zijn erg gevoelig voor vreemde
invloeden. Maar wanneer vertrouwen gewonnen wordt vanuit het
Woord, dan sluiten we elkaar in
het hart.
Ook hier werkt de Heere. Al is
het ook duidelijk dat de satan
voortdurend probeert om verwarring te stichten.
De Heere geve ons allen veel
gebed opdat het Woord vrijuit
verkondigd mag worden en er
n
zielen worden toegebracht.
5
FOCUS
De vrouwenochten creatief na de Bijbelstudie
horen dat hun ogen geopend werden dat ze onbekeerd waren en
niet voor God konden verschijnen. Bekering en wedergeboorte
spelen hier een grote rol. Daarop
kunnen de mensen worden aangesproken. Ook dood en eeuwigheid wegen zwaar voor de
Arowak-Indianen. Ook hebben ze
zich voorbereid hun begrafenissen te doen overeenkomstig de
Bijbel en niet volgens de
Indiaanse traditie.
Na de dienst op zondagmorgen
gaan de kinderen naar de zondagsschool, terwijl de volwassenen voor preekbespreking achterblijven. Deze gebeurt deels in het
Sranantongo. Het is fijn om te
horen dat de Bijbelse boodschap
goed is overgekomen.
De wekelijkse huisbezoeken,
samen met br. Leo, vormen een
scharnier. Elke week gaan we de
gezinnen langs om te horen of er
bijzonderheden zijn en om over
de preek nog na te spreken. Het
is heel bijzonder om bij hun
eigen huizen, met scharrelende
kippen om je heen, het Woord
door te geven. Schriftlezing en
gebed mogen van hen niet ontbreken.
V isi e
Historische lessen vanuit China
Er zijn diverse uitspraken die benadrukken
dat het van wezenlijk belang is om je geschiedenis te kennen en er vooral ook lessen uit te
trekken. Lessen die opgesloten liggen in boeken, brieven, ‘door-vertellingen’ en zeker niet
in de laatste plaats de zendingsbrieven van
Paulus. In dit artikel aandacht voor een aantal
lessen uit het boek ‘Gods reddende kracht, de
geschiedenis van het christendom in China’
van Bob Davey.
De geschiedenis van de zending in China dateert, volgens de bronnen, uit de vijfde eeuw na Christus. Die
geschiedenis begint bij de nestorianen, de Assyrische
Kerk van het Oosten. De beroemde prediker
Nestorius (381-451) was prediker/monnik in
Antiochië in Syrië maar werd verbannen omdat hij
een dwaalleer verkondigde. In zijn ballingschap in
Assyrië en Perzië (huidige Irak en Iran) vielen zijn
opvattingen in goede aarde. De volgelingen van
Nestorius, nestorianen, verspreiden vanaf de vijfde
eeuw na Christus vol zendingsijver hun leerstellingen
langs de handelsroutes die tot in Arabië, India,
Mongolië en China reikten. Een duidelijke aanwijzing
dat het Evangelie in China gekomen is blijkt uit een
gedenksteen uit het jaar 781. Opvallend in dit verhaal
is hoe de loop van het Evangelie is. Allereerst de
wijze waarop de mensen/handelaren dragers zijn van
een goede boodschap (overtuiging) en dat dit kennelijk bij de mensen opgemerkt wordt. Het tweede wat
opvalt is dat het overal komt via wegen en plaatsen
die ook in de Bijbel al genoemd worden. De volken
die eerst object van zending waren zijn nu zelf actief
betrokken bij zending.
Er zijn nog andere lessen uit de geschiedenis, die wij
nu halen uit het genoemde boek van Bob Davey, en
die nu nog actueel zijn. Twee dingen vallen op als het
gaat om de rol van de zendeling en het thuisfront.
Zendeling:
De Chinese Unie (opgericht 1844) was een zendingsorganisatie voor Chinese christenen, zij bestuurden
de organisatie. Nieuwe studenten werden uitgezonden in steden en langs wegen om te ‘colporteren’.
Naast hun kennis van complete Bijbelhoofdstukken,
de Tien Geboden en de apostolische geloofsbelijdenis
hielden ze er de volgende principes op na:
6
•alleen de Chinezen zelf kunnen heel China het
Evangelie brengen;
•de enige functie van buitenlandse zendelingen is het
geven van training om daarmee de Chinese Kerk te
dienen (onderwijs, geen bevoogding);
•buitenlandse zendelingen moeten zo veel mogelijk
als Chinezen gekleed gaan, leven en werken onder
de Chinezen;
•Chinese kerken zijn vanaf het begin autonoom;
•de angelsaksische christelijke cultuur inclusief haar
kerkelijke denominaties mag niet aan de Chinese
kerken worden opgedragen.
Hoewel dit principe destijds ook onder kritiek lag,
stellen we vast dat de hedendaagse uitgangspunten
voor zendingswerk hieraan gespiegeld mogen worden. Met even groot gemak kunnen we in plaats van
China elk ander land in de wereld invullen. Dit in
navolging van Paulus, de Jood een Jood, de Griek een
Griek. Omwille van het Evangelie!
Thuisfront:
Hoe verder het Evangelie werd verspreid in China
hoe meer tegenstand tegen de verbreiding werd
gemerkt. De voortgang van het Evangelie werd als
een even groot kwaad geacht als de handel in en het
gebruik van opium. Dit werd door werkers geduid als
de macht van de boze; het zendingswerk ging niet
vanzelf. Ziekte, vervolging, sterfte, het was het lot
waar de zendelingen mee te maken hadden.
De Amerikaanse zendeling Dwight L. Moody sprak in
Engeland in 1872 zijn gehoor toe nadat zij het zendingslied ‘Voert winden!’ hadden gezongen: Mijn
beste vrienden, de wind zal het nooit overbrengen.
Willen we dat het gezegende verhaal van Zijn liefde
naar de donkere plekken op aarde gebracht wordt,
dan moet het door mannen en vrouwen als onszelf
gebracht worden (…) die aan Zijn grote zendingsbevel willen gehoorzamen.
Met dit gebaar won hij de vriendschap van vrienden
voor de zending. Ondanks de tegenslag een
­verlangen, een oproep, een les. Tot verwondering,
God gebruikt mensen, toen en nu. Hij roept, toen en
nu. Om uit te gaan om het zendingswerk op te
n
­dragen. Ook ons! D. Boonzaaijer
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
N
D
I
N
G
Vanuit de duisternis naar het licht
Ds. W.J. op ’t Hof
Het licht uit vers 12 is hetzelfde
als ‘het koninkrijk van den Zoon
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
Zijner liefde’ uit het tekstvers.
Deze laatste uitdrukking behoedt
ons voor een foutieve opvatting
van licht. Bij licht zijn wij
geneigd te denken dat dit iets
heerlijks voor ons is. Met andere
woorden: bij de zaligheid gaat het
om ons heil, om ons geluk, om
ons geestelijk genot. Nee, zegt
dan het tekstvers, de zaligheid is
dat je onderdaan bent van de
Koning, dat je je leven en al je
capaciteiten in Zijn dienst stelt,
dat je leeft ter ere van Hem. De
ware bekering is dat je van
koning verandert: eerst de duivel,
die de plaats van de buitenste
duisternis bewoont, en daarna de
Heere, Die een ontoegankelijk
licht bewoont en Zelf het eeuwige
Licht is.
Bij de ware bekering weet een
mens niet alleen waarin hij
gebracht is, maar ook waarvan hij
verlost is. Dat brengt Paulus
onder woorden met ‘Die ons
getrokken heeft uit de macht der
duisternis’. Zij waren vervreemd
en vijanden door het verstand in
de boze werken (vers 21). Zij
waren zo aan dat zondige en duistere leven verknocht, dat zij er uit
zichzelf nooit los van waren gekomen. Zij zaten er zo aan verkleefd, dat er een enorme kracht
aan te pas moest komen om hen
over te zetten van het ene in het
andere koninkrijk. De nieuwere
vertalingen hebben ‘verlost’ of
N
D
I
N
G
‘gered’, maar de Statenvertaling
geeft ‘getrokken’. En dit geeft precies de bedoeling van het woord
weer. Er was een almachtige
kracht voor nodig om Paulus en
zijn lezers uit de geweldige macht
van de duisternis te rukken.
Gezien het menselijk onmogelijke
van die daad geeft Paulus de
Heere des te meer de eer.
Iedereen die in zijn of haar leven
weet heeft van het eenzijdig en
almachtig ingrijpen Gods, is
bewogen met het lot van allen die
deze ingreep (nog) niet kennen
en bidt of de Heere Zijn
Koninkrijk wil uitbreiden dichtbij
n
en ver weg.
Ter overdenking
Vraag 1 Kennen wij zelf in
ons leven de overgang van de
duisternis naar het licht en
weten wij dat die uitsluitend
te danken is aan het
­eenzijdige en almachtige
­trekken van God?
Vraag 2 Betonen wij de Heere
onze dank hiervoor door te
bidden voor en te werken
aan de toebrenging van
­onbekeerde christenen, van
heidenen en van allen die van
het Woord afgedwaald zijn?
7
V e rg e zich t
In het begin van zijn brief aan de
Kolossenzen dankt Paulus God
voor het geloof en de daaruit
voortspruitende liefde die Hij aan
de Kolossenzen heeft geschonken.
Hij stelt zich echter hiermee niet
tevreden, maar bidt tevens gedurig of de Heere de genadegaven
die Hij de Kolossenzen heeft verleend, zo wil vermeerderen dat zij
daarmee geheel vervuld worden.
Als zij daarmee vol zijn, is er
geen plaats meer voor iets anders.
In vers 12 concretiseert Paulus de
dank die hij en de Kolossenzen
de Heere hebben toe te brengen:
‘Dankende den Vader, Die ons
bekwaam gemaakt heeft om deel
te hebben in de erve der heiligen
in het licht.’ De beslissende overgang waar hij hier op doelt betreft
in zijn eigen leven de overgang
van het jodendom naar het christendom, maar in het leven van de
Kolossenzen de overgang uit het
heidendom naar het christendom.
Die overgang is geen menselijke
actie geweest gebaseerd op een
menselijke beslissing, maar was
een eenzijdig werk van de Heere.
De ware bekering is een soevereine Godsdaad. Vandaar de woorden ‘bekwaam gemaakt’. Paulus
brengt dan ook naar voren waar
die bekering in uitloopt: het licht.
Licht staat in de Bijbel symbool
voor leven, redding en vreugde.
“Die ons getrokken heeft uit de macht der duisternis en
overgezet heeft in het koninkrijk van den Zoon Zijner liefde.”
Kolossenzen 1:13
D i f f uus
n
en gaa
ame:
Komen k verblijf SurinAmerongen
j
Tijdeli ie Van Nieuw
reddels
il
m
aren B denaarden
a
K
f
,
)
n
De
le
u
Breuke en Gineke O n de
(HHG
)
ve
n
Houte sdijk) verble
dings­
(HHG
n
et zen
e
h
t
r
p
a
o
a
e
M
in de
d
(HHG
e perio baar dat zij erk
d
n
e
g
g
k
li
­achter zijn hen dan et zendingsw
e
W
.
res h
ld
en.
ve
vacatu
n
a
en nem
v
d
e
n
d
o
k
io
r
d
pe
an
k ter h
tijdelij
t op dit
erblijf jk het
v
n
li
e
m
eli
ilie Com
om tijd
De fam in Suriname
.
n
e
nem
t
momen werk waar te
gs
­zendin
gezocht
Vrijwilligers zijn vele vrijwilligers
se werk­
oor de ZHHK
Zendingspredikant
Graag stellen we kort het gezin Meuleman aan u voor:
Vader Meuleman, moeder Meuleman en hun zonen Willem,
Marc en Gerald. De familie woont momenteel in
Hilversum, de komende periode zullen zij zich op diverse
manier voorbereiden op hun uitzending naar Suriname,
D.V. medio mei 2014.
V
diver
it doen zij in
werkzaam. D
ek naar een
zijn nog op zo
groepen. Wij
rate vrij­
siaste en accu
aantal enthou
jn wij op
dit moment zi
willigers. Op
ng hebben
sen die ervari
zoek naar men
hrijven van
rijven, het sc
met tekstsch
veneens is er
brochures. E
teksten voor
lmmateriaal
iemand die fi
behoefte aan
ken.
iaal kan bewer
en fotomater
u contact
formatie kunt
Voor meer in
bureau.
het zendings
opnemen met
Gebedspunte
n
In deze rubri
ek willen wij
enkele punten
onder de aand
acht brengen
met het oog
meeleven en
op uw
gebed:
• dank voor ve
rvulling van d
e vacature va
­zendingspred
n
ikant
• bidden voor
het voorberei
dingstraject
zendingspred
van de
ikant en aans
taande uitzen
• bidden voor
ding
zegen op het
werk van de
Bijbelschool,
volharding bij
studenten en
docenten
• wijsheid bij
de ondersteu
ning van de lo
gemeente
kale
• vergroting
van Gods eer
in het zendin
de uitbreidin
gswerk,
g van Zijn Kon
inkrijk in Sur
en Malawi
iname
Actie
v
oor z
Heeft
u een a ending?
ctie
gevoer
d
sen!
ding? U voor de zen­
Zendingsbus n­
bent e
en wil
nthous
ze
gr
ia
Vergeet u de
delen in aag anderen st
et? Nog
ni
n
se
us
dingsb
h
e
t
r
e
Meld h
s
bus?
et ons ultaat?
geen zendings
!
n!
Vraag hem aa
8
Zendingswerkers vanuit de gemeenten
Wilt u in het gebed ook die leden van onze gemeenten
gedenken die elders in de wereld in kader van zending
of diaconaal maatschappelijk werk zijn uitgezonden?
• Familie Karels, HHG Ede, Bijbelvertaalwerk in
Tanzania
• Familie Bijkerk, HHG Leerbroek, vliegenier in
Suriname
• Familie Nijzink, HHG Lunteren, in opleiding en
­voorbereiding op uitzending naar Fillipijnen
• Renske Bakker, HHG Soest, werkzaam in Oeganda
• Jantina Mastenbroek, HHG Ouddorp, kinder­
evangelisatiewerk in Roemenië
• Familie Pauw, HHG Woudenberg, in opleiding en
­voorbereiding op uitzending in kader van
Bijbelvertaalwerk in Papua Nieuw Guinea
• Wim Akster, HHG Nieuwleusen, maatschappelijk
­diaconaal werk in Malawi (Timotheos)
• Corry de Jong, HHG Nieuw Lekkerland, werkzaam als
opbouwwerker/toeruster in Malawi voor Stephanos
• Wijneke Vermeer, HHG Kralingseveer, woonachtig in
Togo (gehuwd, biedt ondersteunend werk aan lokale
kerk)
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
N
D
I
N
G
Delen is vermenigvuldigen
Waardering voor noodzakelijke
betrokkenheid
Behoeften:
Zendingswerk is Gods werk.
Daarnaast is de voortgang van
­zendingswerk, naast Gods zegen,
afhankelijk van zendingswerkers,
van gebed en van financiële steun.
De afgelopen periode heeft de
commissie voorbereidingen
­kunnen treffen voor de uitzending
van twee zendingswerkers naar
Suriname. Daar zijn we erg
­dankbaar voor.
Samen met een aantal praktische
vragen zijn aan de voor­
bereidingen ook extra kosten
­verbonden. Weliswaar eenmalig,
maar toch noodzakelijk. Dat is
de ene kant van de behoefte. De
vraag vanuit het zendingsveld
benadrukt dat er blijvend veel
werk te doen is. Dat er nog veel
mogelijkheden zijn om mensen te
Betrokkenheid op het zendingswerk verdient waardering en is
zowel noodzakelijk als een Bijbelse opdracht. In 1982 schreef
een groep jonge evangelisten uit China, zij noemden zichzelf
zwakke broeders, een brief aan de christenen overzee. Deze
brief vroeg aandacht voor de zegen op het werk die werd
gezien. Zij deden een vurig appèl op het gebed en beschreven
ook de macht van de boze. Ook werd er verslag gedaan van een opwekking en de noodzaak van voortdurende
­betrokkenheid in gebed en het tegemoetkomen aan de
behoeften op het veld. In dit artikel betrekken wij u opnieuw
bij de ­financiële behoefte van het werk en uw betrokkenheid.
bereiken met het Evangelie. Die
behoefte en dat verlangen van de
uitbreiding van Gods Koninkrijk
mag voorop gaan, mag bij u
bekend zijn en mag in gebed aan
de Heere bekendgemaakt worden.
Financiële steun:
Uw steun blijft noodzakelijk. Voor
het realiseren van het zendingswerk mochten wij tot eind oktober
al € 468.955 aan giften en
­collecten ontvangen. De begrote
inkomsten voor 2013 zijn echter
Steunen kan als volgt:
Steunen van het zendingswerk kan op diverse manieren. U kunt een
doorlopende machtiging afgeven. Deze is bij deze ZOZ ingesloten.
Ook zijn er mogelijkheden om periodieke schenkingen te laten
plaatsvinden, dit kan via uw notaris of via het Bureau Zending. U
kunt ons steunen door uw gift over te maken op rekeningnummer
11.32.18.230 of een incassoformulier te sturen.
Indien u een legaat overweegt kunt u daarvoor de volgende tekst
opnemen: Ik legateer, vrij van rechten en kosten en af te geven
­binnen drie maanden na mijn overlijden, aan Zending Hersteld
Hervormde Kerk, gevestigd te Veenendaal, een bedrag in contanten
groot ... (hier invullen).Of neem contact op met uw notaris.
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
Transparant
E. Ebbers,
penningmeester
N
D
I
N
G
€ 735.000,–. Dit betekent dat er
nog € 266.045 aan inkomsten
nodig is om de begrote inkomsten
te halen.
De voorzichtige conclusie is dat er
nog veel geld nodig is om de
begroting rond te krijgen. Voor
2014 laat de begroting een bedrag
zien van €€760.000 aan totaal
benodigde inkomsten. Uw
­aandacht wordt daarvoor
gevraagd. Als we dit vertalen
naar hoofdelijke betrokkenheid
komen we op een bijdrage van
circa € 30,- per lid per jaar.
Toekomst:
Zendingswerk mag zijn doorgang
vinden, mede dankzij uw
­betrokkenheid. Tegelijkertijd
­willen we benadrukken dat het
Gods werk is. Hij zorgt voor
vrucht en wil daarbij mensen
inschakelen. Uw betrokkenheid
willen wij ook graag in dat licht
plaatsen, opdat Gods Koninkrijk
uitgebreid en Zijn eer vergroot
kan worden door dit werk. Blijft u
betrokken? In meeleven en vooral
n
ook in gebed?
9
Samen sterk
Onder-dak bij de RPC
Transparant
Albert van Bragt
Nieuw bij deze werkzaamheden is,
dat ik die nu op afstand volg en er
niet direct meer bij betrokken ben.
Sinds februari van dit jaar ben ik
terug in Nederland en stuur vanuit
Veenendaal de projecten aan. Dat
vormt een uitdaging. Gelukkig is
mijn collega Douglas Dizoni goed
bekend met de werkzaamheden en
weten wij wat we aan elkaar hebben.
In januari werd in overleg met het
moderamen van de RPC een lijst
opgesteld van de kerkgebouwen
die dit jaar onder handen genomen moeten worden. Sommige
gemeenten moeten jaren wachten
voordat hun kerk aan de beurt is.
Anderen komen soms verrassend
snel aan bod. Zo ook de gemeente
van Fikira. Fikira is een gehucht
vlak bij de stad Zomba. Het ligt
ongeveer 20 minuten rijden vanaf
de verharde weg. Onderweg moet
je een traject afleggen over allerlei rotsen en gruis. Harder
dan stapvoets rijden
kun je daar niet.
Al verschillende keren is over het ‘verbeteren van kerk­
gebouwen’ in ZOZ geschreven. Daarom wil ik u in deze
­aflevering meenemen naar de kerkbouw voor een van de
kleinere RPC-gemeenten, namelijk Fikira.
gemeente naar de RPC over te willen komen, vanwege de belangstelling die zij hadden voor de prediking in de RPC en het onderwijs
uit de catechismus. Tijdens de eerste maanden gingen verschillende
RPC-voorgangers voor in de diensten, die werden bezocht door ca.
55 mensen, maar na verloop van
enkele maanden ontstond er
onrust. Een deel van de gemeente
wilde terug naar de oude situatie,
andere gemeenteleden wilden bij
de RPC blijven. Er kwam een
moment dat het deel dat bij de
RPC wilde horen, werd genoodzaakt de bijeenkomsten ergens
anders te beleggen. Zij weken uit
naar een woonhuis. Na verloop
van tijd bouwden zij van bamboe
een eenvoudig bouwsel, dat enige
beschutting bood tijdens de diensten. Het aantal bezoekers lag
rond de 20. Enkele mensen werden beschouwd als de leiders van
de nieuw gevormde gemeente en
zij deden via de classis een verzoek bij het moderamen van de
RPC om hulp bij de bouw van een
eigen kerkje.
De aanvraag werd in januari dit
jaar goedgekeurd. De nieuwbouw
kon beginnen. Dat betekent dat de
gemeenteleden zelf de stenen hebben gebakken en de muren opgebouwd tot dakhoogte. De zending
verleende assistentie bij het kopen
van enkele zakken cement, om
een deugdelijke fundering te leggen en bij de aankoop van houten
deurkozijnen. Toen het bouwwerk
gereed was, heeft Douglas samen
met de gemeenteleden alle materialen ingekocht voor een dak. Met
een timmerman werden afspraken
gemaakt en binnen twee weken is
het bouwwerk keurig afgedekt met
een golfplaten dak. De totale kosten bedragen ca. € 1.100,-. Op
deze wijze werden
sinds januari zestien
nieuwe daken op
kerken geplaatst. n
De gemeente van
Fikira zocht contact
met de RPC in het
voorjaar van 2011.
Het betrof een
gemeente die op
zichzelf stond met
eigen leiders. Zij
gaven aan om als
10
Het nieuwe kerkje
te Nsumwa, classis
Machinga east
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
N
D
I
N
G
‘Hoe kun je toch volhouden?’
Deze vraag komt bij elke zendeling weleens
boven. Want zendingswerk is niet altijd eenvoudig. En dan kan zomaar de gedachte ontstaan: Ik stop ermee!
Vier en half jaar geleden vertrokken wij als gezin
naar Tanzania om daar te werken in een
Bijbelvertaalproject. Mooi en belangrijk werk! Toch
hebben we ook onze
moeilijke momenten.
En dan komt de
vraag soms boven:
‘Hoe houden we dit
vol?’
Juist dán, als het
moeilijk is, mogen
we naar Jezus Zelf
kijken. Jezus ‘vertrok’ vanuit de beste
Van een collega las
plek: de rechterhand
ik pas het voorbeeld
van Zijn Vader. En
van William Carey,
Hij kwam hier op
de eerste westerse
aarde tussen menzendeling naar India.
sen die niets van
Soms ervoer hij
Hem moesten hebzoveel tegenslag dat
ben. Stel dat menmensen hem advisen dat nu aan Jezus
seerden: ‘Stop
hadden gevraagd: of
ermee. Ga terug
Hij het hier naar Zijn
Fam. J. Karels
naar je thuisland.’
zin had. Wat zou Hij
Maar Carey bleef. En
gezegd hebben? Had
toen hij opnieuw tegenslag te verduren kreeg, riep
Hij niet alle reden om Zijn ‘missie’ snel stop te zethij wanhopig: ‘God, maar deze mensen dan?! Ze
ten? Maar Hij ging door. Hij kwam om te dienen. En
hebben U nodig!’
zo mogen wij Zijn voorbeeld volgen. Door mensen te
Dáár ligt een antwoord op de vraag hoe je vol kunt
dienen in liefde.
houden. Blijf om je heen kijken! Blijf de nood zien!
En blijf geloven dat God door jouw werk doorgaat
Als wij dus kijken naar ons werk, dan moeten we
met Zijn werk.
niet in de eerste plaats vragen: Vind ik het leuk?
Geniet ik genoeg? Heb ik wel zin om verder te
Om je heen kijken dus. En dan niet alleen de nood
gaan?’ Wél mogen we bidden: ‘Heere, laat me
van mensen zien, maar ook de mensen zélf. Mensen steeds oog hebben voor deze mensen. Help me
proberen te begrijpen. Dat is lang niet altijd makkegeduld te hebben met hun gebreken. En laat me
lijk. Want het zijn mensen met andere gewoontes,
vooral op Jezus zien. Die in de gestalte van een
andere zonden ook. En dan ontstaat er snel onbegrip dienstknecht kwam om de mensen te dienen. Laat
of boosheid. Zo had ik zelf eens zo’n ervaring. Ik
me Hem navolgen!’
n
hoorde hoe tijdens een grote brand in onze stad
Albertine Karels
nauwelijks geholpen maar wel veel geroofd werd.
Dat vond ik eerst onbegrijpelijk. Totdat ik me realiseerde dat dit roven alles te maken had met honger. Jacob en Albertine Karels zijn vanuit de HHG Ede
uitgezonden naar Tanzania. Zij werken daar aan
Deze brand gaf mensen een kans om die dag wat
de vertaling van de Bijbel (in samenwerking met
extra te eten …
Wycliffe) in de lokale taal. In deze rubriek geven
Maar als je alleen maar om je heen kijkt, kun je juist zij een impressie van het werk in Tanzania.
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
N
D
I
N
G
11
S p e c t ru m
ook heel moedeloos worden. Je ziet zoveel nood,
zoveel zorg. Zoveel zonden. Te veel. En dan kan
zomaar de neiging ontstaan om te zeggen: ‘Ik stop.
Ik wil fijne dingen om me heen zien. Ik wil genieten!’ Want die neiging hebben we. Om af te haken
zodra iets niet meer leuk is. Ons werk moet leuk of
boeiend zijn. We willen er zoveel mogelijk van
genieten. En als dat niet lukt, zoeken we liever wat
anders.
Jaarthema ‘de Heilige Geest’
De Heilige Geest voorzegd
T H EMA
Ds. N. Donselaar
Het is onmogelijk om in dit artikel alle Schriftplaatsen te noemen
waar ze profetisch spreekt over de
Heilige Geest Die komen zal. We
beperken ons tot het Woord van
Christus gesproken tot Zijn discipelen en de woorden van de profeet Joël geciteerd door Petrus op
de Pinksterdag ná de uitstorting
van de Heilige Geest.
Even voor de hemelvaart van
Jezus Christus ontvangen Zijn
apostelen bevelen dóór de Heilige
Geest uit Zijn mond. Ze moeten
van Jeruzalem niet scheiden, maar
de belofte van de Vader verwachten, die ze van Hem hebben
gehoord. We moeten bij deze
woorden denken aan het
Johannesevangelie (14:16; 15:26;
16:7). Heerlijk om te horen hoe
hier de Schrift trinitarisch
spreekt. Het is Christus Die door
de Heilige Geest spreekt van de
belofte van Zijn Vader: de apostelen zullen met de Heilige Geest
gedoopt worden. Niet lang na
Zijn hemelvaart (vgl. ook Markus
1:8).
Wanneer Petrus namens de andere apostelen het woord voert op
de Pinksterdag ná de uitstorting
van de Heilige Geest, citeert hij
de woorden van de profeet Joël.
Hiervoor gebruikt hij de Griekse
vertaling van het Oude Testament
(LXX). Waar Christus spreekt
12
In dit artikel willen we beluisteren waar en wat de Heilige
Schrift ons zegt over de belofte aangaande de Heilige Geest.
Dat wil zeggen dat we ons eerst afvragen waar in het Woord
van God gesproken wordt over deze belofte en ten tweede
luisteren we naar het Woord wat er profetisch voorzegd is
met betrekking tot de Heilige Geest.
over het dopen met de Heilige
Geest spreekt Petrus in navolging
van Joël over uitstorten of uitgieten op alle vlees. Een heerlijke
profetische belofte die eeuwen
later ook vervuld is. Waar de zon
veranderd werd in duisternis en
de maan in bloed heeft God Drieenig ook de Heilige Geest op deze
aarde uitgestort.
Dat brengt ons ook bij de vraag of
er verschil is tussen het dopen
met de Heilige Geest of het vervullen met de Heilige Geest. We
beluisteren beide woorden met
betrekking tot de belofte van de
Heilige Geest. Zowel Johannes de
Doper alsook Jezus Christus
voorzeggen dat de apostelen met
de Heilige Geest gedoopt zullen
worden, maar op andere plaatsen
wordt er ook gesproken van het
vervullen met de Heilige Geest.
Het Woord spreekt ook over vervullen met de Heilige Geest. We
denken aan het profetisch Woord
van Joël die spreekt over uitgieten
of uitstorten van de Heilige Geest
op alle vlees. Dat gebeurt nog
steeds in de verkondiging van
Gods Woord. Over het gehele
rond van de aarde waar het
Woord verkondigd wordt, daar
wordt de Heilige Geest uitgegoten. Niet met een paar regendruppels onder de bediening van het
Oude Verbond, maar als een fontein van levend water. En dat
samen met het bevel dat Petrus in
navolging van Joël belijdt: En het
zal zijn, dat een iegelijk, die den
Naam des Heeren zal aanroepen,
zal zalig worden. Verwachten wij
het biddend van Zijn beloftewoord? Over het ganse wereldn
rond?!
Het dopen met de Heilige Geest is
heilshistorisch van karakter. In
Zijn kracht zullen de apostelen
gaan. Hij zal over hen komen.
Om Zijn getuigen te zijn te
Jeruzalem, Judea en Samaria, tot
aan het uiterste einde van de
aarde. En deze belofte heeft God
vervuld. Ze zijn gedoopt met de
Heilige Geest. Dat werd zichtbaar
in het ontvangen van de Heilige
Geest. Ook in het heidense Efeze
(Handelingen 19:1vv.).
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
N
D
I
N
G
Zendingsdag 2013
Meer dan duizend zendingsvrienden, onder
wie tweehonderd kinderen en jongeren,
bezochten zaterdag 21 september de zevende
landelijke zendingsdag. De aula van het
Van Lodenstein College in Amersfoort was
overvol. De ouderen luisterden naar
­inleidingen. De kinderen en jongeren gingen
naar eigen programma’s.
Ds. L.M. Jongejan besloot de zendingsdag met het
laatste deelthema ‘De Geest en het gebed’. De
geestelijke wapenrusting, vooral het gebed in de
Geest, is volgens hem nodig als wapen tegen de
vijanden van de kerk.
Doel van het zendingswerk is het koningschap van
Jezus Christus wereldwijd te verkondigen. Daarvoor
blijft het zendingswerk van de Heilige Geest afhankelijk. Met deze woorden, vervat in het thema ‘De
Heilige Geest leidt’, opende voorzitter ds. J.C. den
Ouden de zendingsdag.
In Malawi leven de meeste mensen op het platteland onder primitieve omstandigheden. De maatschappij is er als gevolg van de aids ontwricht, vertelde de heer J. Bergman. Het zendingswerk in
Malawi spitst zich toe op de Bijbelschool, het werk
in de kerk en de hulpverlening. ‘Het gaat met
moeite en strijd’, zei Bergman, ‘maar de Heilige
Geest gaat door met Zijn werk.’
‘De Geest voorzegd’. Jesaja profeteerde ervan, stelde dr. W. van Vlastuin. De Heere zal water gieten
op de dorstigen en stromen op het droge, en Zijn
Geest en zegen uitgieten op de nakomelingen.
‘Ook nu mogen we daarvan de vruchten zien op
het zendingsveld’, aldus dr. Van Vlastuin.
Voor evangelist Jan-Dirk Liefting is ‘Nederland
Zendingsland’. ‘We hebben de opdracht alle mensen op te roepen tot geloof en bekering’, zei hij.
Liefting evangeliseert in verschillende grote steden.
‘Vervullen’ noemde ds. W.M. van der Linden de
sleutel tot het verstaan van het pinksterevangelie.
‘De Geest overal’ was het deelthema waarover hij
sprak. Met de tekenen van wind en vuur maakt de
Geest duidelijk hoe Hij werkt. ‘Bent u daar ook al
door aangeraakt?’ zo vroeg hij.
De muzikale bijdrage van de kinderen aan het eind
van de ochtendbijeenkomst was indrukwekkend.
’s Middags werden workshops gegeven over
Bijbelvertaalwerk, gebed en zending, zending
dichtbij en zending bedrijven via e-learning.
De opbrengst van de collecte bedroeg bijna
16.000 euro. De volgende zendingsdag wordt
gehouden op DV zaterdag 20 september 2014. n
‘Los van de Geest verstaan we de geestelijke dingen niet’, zei dr. R. van Kooten. Hij sprak over het
deelthema ‘de Geest als Trooster’. De Heilige Geest
is volgens hem niet beperkt tot een lichaam. Hij is
overal en opent de boodschap van Christus voor de
gelovigen.
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
N
D
I
N
G
A.M. Alblas
13
Reflectie
Over hoe het zendingswerk in Suriname gestalte
krijgt, vertelde drs. W. de Kloe. ‘De armoede in
Klein Powakka doet je wat!’ Het is er ploegen op
de rotsen, ‘maar je wordt herinnerd aan de trouw
van de Heere. We hoeven alleen maar te zaaien.’
Op bezoek in Malawi
I nformatief
J. Bergman / E. Ebbers
Na een voorspoedige reis van ruim
24 uur werden wij door ds. Oomen
en ds. Klopstra opgewacht bij het
vliegveld van Blantyre. Veel rust
werd ons niet gegund, want wij
werden in de stad gelijk gastvrij
onthaald door de Synod Council
(het bestuur) van de RPC.
Ontmoeting is erg belangrijk en
gesprekken maken een wezenlijk
onderdeel uit van de cultuur. Zij
laten daarmee ook zien dat ons
bezoek wordt gewaardeerd.
Zendingswerkers
De dagen na onze aankomst zijn we
opgetrokken met de zendingsgezinnen. Ook omdat ds. Klopstra en zijn
gezin aan het einde van ons verblijf
in Malawi op verlof ging naar
Nederland. Op zondag zijn wij allebei met een predikant op pad
gegaan om een kerkdienst bij te
wonen. Het binnenland in samen
met de vaste vertalers. Het blijft bijzonder om deze diensten mee te
maken. Bidden, zingen en in één
dienst zowel een vrije preek als een
preek over een catechismusvraag.
Eenvoudig en begrijpelijk preken
met voorbeelden uit het dagelijks
leven van de lokale bevolking vraagt
zichtbaar inspanning van de predikers. Hoe belangrijk is het om te
weten hoe de mensen leven en wat
hun dagelijkse zorgen zijn. Maar is
dat anders dan bij ons?
Bijbelschool
De nieuwe Bijbelschool hebben wij
14
Jongstleden juli zijn wij als afgevaardigden van de commissie
zending op bezoek geweest in Malawi. Een jaarlijks bezoek
dat in het teken staat van ontmoetingen op het zendings­
veld. Ontmoetingen met onze zendingswerkers en hun gezin­
nen in hun dagelijkse omgeving. Ook zijn de contacten aan­
gehaald met de lokale kerk (RPC) en hun leiders.
meerdere keren bezocht. De docenten zijn duidelijk trots op de aangekochte gebouwen en zijn dankbaar
voor deze nuttige faciliteiten.
Meerdere leslokalen, een bibliotheek en de mogelijkheid voor de
studenten om te overnachten waren
hard nodig. De opleiding tot lerend
ouderling en vooral het afstandsonderwijs tot predikant groeien sterk.
De aanpassingen aan de bestaande
gebouwen zijn nog niet geheel naar
wens uitgevoerd, waardoor er nog
enkele zaken geregeld moeten worden. Zo is er door de hevige regenval
een gedeelte van een muur omgevallen. Er is veel diefstal in Malawi en
voor de veiligheid zal de muur snel
hersteld moeten worden. Voordat
het regenseizoen weer begint zal ook
extra aandacht besteed moeten worden aan de waterafvoer rondom de
compound, waaronder het aanbrengen van een duiker.
RPC
De RPC is een jonge kerk die wil
groeien naar volwassenheid. Als
zending mogen wij daar een steentje
aan bijdragen. Ds. Oomen helpt met
het toerusten van ambtsdragers in
het veld. Ook is er een project
gestart voor de geestelijke toerusting
van vrouwen. Zij hebben een
belangrijke plaats in de Malawiaanse
samenleving. Een ander project dat
wij met de leiding van de RPC
besproken hebben is het psalmenproject. Nu worden er vooral geestelijke liederen, waarvan een groot
deel als niet-gereformeerd wordt
bezien, gezongen. Enkele psalmen
zijn inmiddels vertaald naar het
Chichewa en op voor Malawianen
bekende melodieën gezet. Het vraagt
nog wel wat oefening om de mensen
bekend te maken met de nieuwe
psalmberijming.
Tot slot
Wij kijken terug op een goede visitatie. Het was goed om onze geestelijke broeders en zusters in Malawi
te ontmoeten. De Heilige Geest
werkt overal en ook wij hebben de
wederkerigheid van zending mogen
ervaren. Mogen wij u oproepen te
bidden om de werking van die
Geest in ons leven en in het leven
n
van onze (verre) naaste!
Ontmoeting met Synod Counsil
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
N
D
I
N
G
Het Boek
dat spreken
kan
A. Vogelaar-van
Amersfoort
Lees je Bijbel, bid
elke dag, dat je
groeien mag.
Ken je dat versje? Daar zing je
dat je elke dag mag lezen in de
Bijbel. En ook mag je elke dag
bidden tot de Heere God. Wat
kun je dan bidden? Misschien wel
voor je opa of oma die ziek is. Je
mag bidden om vergeving voor
de verkeerde dingen die je
gedaan hebt. Je mag vergeving
vragen. En je mag altijd vragen
om een nieuw hart. Je mag ook
bidden voor de kinderen in andere landen. Want veel kinderen
hebben nog nooit gehoord over de Heere Jezus.
Zul je dat niet vergeten als je gaat bidden?
Groetjes van
Corinne Klinkenberg
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
N
D
I
N
G
15
Verrekij ker
In dit boek staan 35 verschillende verhalen over
de zending in Papoea
en Nigeria. De invloed
van ­medicijnmannen en
dorpshoofden is groot,
maar de macht van de
Heilige Geest is nog veel
groter.
Een mooi boek om voor
te lezen of zelf te lezen.
Vanaf 8 jaar.
EYE-OPENER
Spr. 1:10
Mijn zoon
eigenzinnig
je
heeft geen verstand.
Spr. 1:33
De Heere
naar mij
lijdt nooit
van je leven
Spr. 3:7
Wie
een kuil graaft
maar heb ontzag
zal veilig zijn
Spr. 3:26
De
als zondaars
vinden
tegen hinderlagen
Spr. 4:23
Wie
zijn medemens
voor een ander
voor de Heere
Spr. 28:27
Wie
vooral voor je hart
je proberen in te palmen geluk
Spr. 11:12
Wees niet
aan de armen geeft
luistert
gebrek
Spr. 26:27
Wie
oprechten
het is de bron
valt er zelf in.
Spr. 28:10
Waak
beschermt
kleineert
geef er niet aan toe.
Hierboven zie je in de eerste kolom waar je de tekst kan vinden die bij de zinnen horen. Alleen de
­zinnen zijn in stukjes geknipt en door elkaar gezet. Krijg jij het voor elkaar de zinnen weer goed te
­zetten achter de juiste tekst?
Salomo heeft veel wijsheid
gekregen van de Heere. Hij
schrijft veel wijze woorden. Veel
is te vinden in het boek
Spreuken.
Het boek heet dan ook eigenlijk
‘De spreuken van Salomo’.
Weet je wat me opvalt als ik in
Spreuken lees? Salomo heeft
heel vaak een woord voor jongeren zoals jij. Luister maar (Spr.
3:1-4):
Wist je:
n dat Suriname 4x zo groot is als Nederland?
n dat alleen het gebied aan de zee bewoond wordt?
n dat de rest van Suriname bestaat uit een ondoordringbaar
­oerwoud?
n dat de mensen die zending brengen moeten reizen met een
bootje of een vliegtuigje?
n dat de Surinamers wel Nederlands kunnen verstaan, maar
het liefs Sranantongo spreken?
n dat ook de zendingsmedewerkers in Suriname ons dagelijks
gebed nodig hebben?
n dat wij het heel fijn zouden vinden als ook jullie voor hen
bidden?
1. Mijn zoon! vergeet mijn wet
niet, maar uw hart beware
mijn geboden.
2. Want langheid van dagen, en
jaren van leven, en vrede zullen zij u vermeerderen.
3. Dat de goedertierenheid en
de trouw u niet verlaten; bind
ze aan uw hals, schrijf ze op
de tafel uws harten.
4. En vind gunst en goed verstand, in de ogen Gods en der
mensen.
16
Groetjes van
Corinne Klinkenberg
Z
I
C
H
T
O
P
Z
E
N
D
I
N
G