uit de praktijk 1 JEUGD Oktober 2014 d g u e J nummer oktober 2 3 014 ❸ Kinderdienstencentra: het effect van de Jeugdwet en Wet langdurige zorg In dit e-zine: ❹ Actueel: 9 Extra overgangsrecht Wlz voor 10.000 cliënten ❺ Wat betekent het extra overgangsrecht voor gemeenten en zorgaanbieders? AGENDA ❻ Uit de praktijk: Kind en jeugd in beweging bij Radar ❽ Kind in beeld: Elk stapje vooruit is een overwinning voor Esila i ❾ Toolbox en agenda i Inhoudsopgave Inhoudsopgave d g u e J Nummer Oktober 2 INHOUD 3 014 COLOFON Uitgever Jeugd ‘Van AWBZ naar Jeugdwet’ is een e-zine van de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) over de transitie van de jeugdzorg. Het is bedoeld voor aanbieders in de gehandicaptenzorg en gemeenten. Deze editie gaat over jeugdhulp in kinderdienstencentra. Redactie: Maartje van der Rijt, Jan Visscher, Dianne van der Veen, Inge Wichink Kruit Fotografie: Uit de praktijk: Ons Tweede Thuis Kind in beeld: Adriaan Backer ❸ Kinderdienstencentra: Het effect van de Jeugwet en de Wlz ❹ Extra overgangsrecht in Wlz voor 10.000 cliënten overgangsrecht voor gemeenten en zorgaanbieders? Kind in beeld Uit de praktijk: 9 Vormgeving: Mariël Lam, Den Bosch AGENDA Contact: [email protected] ❻ Kind en jeugd in beweging bij Radar ❼ Elk stapje vooruit is een overwinning voor Esila ABONNEMENT Klik hier voor een gratis abonnement en hier om u af te melden. ❺ Wat betekent het extra Oudlaan 4 3515 GA Utrecht Postbus 413 3500 AK Utrecht ❾ Toolbox & Agenda 3 JEUGD Oktober 2014 Kennismaken met Kinderdienstencentra: Het effect van de Jeugdwet en Wlz Zo’n 140 gespecialiseerde kinderdienstencentra (KDC’s) en hun cliënten, kinderen met een achterstand in hun ontwikkeling, een verstandelijke of meervoudige beperking, krijgen in 2015 met verschillende nieuwe stelsels te maken. Een deel van de zorg voor deze kinderen valt per 1 januari 2015 onder de Jeugdwet. De Wlz is er voor de meest kwetsbare jeugdigen tot 18 jaar met meervoudige beperkingen of een (zeer) ernstige verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking. Onderzoeksbureau Andersson Elffers Felix (AEF) heeft in opdracht van het Transitiebureau Jeugd, en in samenwerking met de VGN, een impactanalyse KDC’s uitgevoerd. De centrale vraag is of continuïteit van zorg in 2015 en de specifieke kennis en expertisefunctie van KDC’s voor de toekomst is geborgd. deeld. Echter, voor bestaande cliënten is niet de prestatie leidend, maar de indicatie. Daardoor valt zorg die volgens de tabel aan de Jeugdwet is toebedeeld in sommige gevallen onder een van de andere wetten, of andersom. Ook blijkt uit de rapportage dat de KDC’s zich zorgen maken over de Jeugdwet of Wlz? financieringsmogelijkheden voor exDe signalen die in het rapport van de tramurale zorg binnen de Wlz. Eerder analyse worden beschreven, zijn heruitten Ieder(in) en VGN in een brandkenbaar voor de VGN. Een belangrijk brief deze zorg al aan de staatssecresignaal dat de KDC’s afgeven, is de taris. Inmiddels is het overgangsrecht onduidelijkheid over de toegang tot de van deze ‘vergeten groep’ uitgebreid. Wlz. In de praktijk werken KDC’s met Staatssecretaris van Rijn heeft hierde tabel met prestatiecodes die eerder over op 9 oktober een brief naar de dit jaar is gepubliceerd. Per code is in Kamer gestuurd. (Lees meer op deze tabel aangegeven of de code aan pagina 4 van deze nieuwsbrief.) de Wlz of aan de Jeugdwet is toege- Actueel Toeleiding tot diagnostiek en vroegbehandeling Een belangrijk signaal en punt van zorg in de rapportage vindt de VGN ook dat meer dan de helft van de KDC’s aangeeft dat zij nog helemaal niet weten hoe de toeleiding georganiseerd gaat worden. Dit terwijl het hier om een groep kinderen gaat waarvan de problematiek soms beperkt kan blijven als de kinderen zo vroeg mogelijk in beeld zijn. Een aantal KDC’s beantwoordt de vraag of ze duidelijkheid hebben over de toeleiding wel bevestigend, maar geeft daarbij wel aan dat nog niet bekend is hoe de praktische vertaling er op 1 januari 2015 uit gaat zien. De komende maanden moeten nog flinke stappen worden gezet om daadwerkelijk te realiseren dat de kinderen, voor wie dat nodig is, snel en via korte lijnen naar diagnostiek en vroegbehandeling worden toegeleid. vanuit de Jeugdwet. Pas wanneer het ontwikkelingsperspectief van deze kinderen helder is en duidelijk is dat ze blijvend zijn aangewezen op ‘permanent toezicht of op 24-uurszorg in de nabijheid’ krijgen zij toegang tot de Wlz. Zowel de invoering van de Wlz als de Jeugdwet zijn daarom van grote invloed op de KDC’s. Op de korte termijn is duidelijkheid nodig, zowel over de toedeling van kinderen aan de Jeugdwet of Wlz als over de beschikbare budgetten. Die duidelijkheid is ook nodig om vervolgens de toekomstvisie van KDC’s verder door te kunnen ontwikkelen en de specifieke kennis en expertise van KDC’s voor een kwetsbare groep kinderen voor de verdere toekomst te borgen. Impact van de Jeugdwet De conclusie dat de impact van de Jeugdwet op de infrastructuur van de KDC’s beperkt is, deelt de VGN niet. Want een deel van de behandeling die KDC’s bieden voor kinderen met een ontwikkelingsachterstand of een verstandelijke beperking gaat vanaf 1 januari 2015 naar de Jeugdwet. Daarnaast starten ook nieuwe kinderen die Lees hier het volledige rapport ‘Kinvanaf die datum instromen op een KDC derdienstencentra: Het effect van de Jeugdwet en de Wlz’. i Inhoudsopgave Actueel 4 JEUGD Oktober 2014 Extra overgangsrecht in Wlz voor 10.000 cliënten De VGN is blij met de oplossing van staatssecretaris Van Rijn voor de ‘vergeten groep’ kinderen en volwassenen die thuis wonen en veel zorg en ondersteuning nodig hebben. Sinds de zomer pleitte de VGN, samen met Ieder(in), ervoor om deze kwetsbare groep direct toegang te geven tot de Wet langdurige zorg (Wlz). Eerder maakte Van Rijn al bekend dat 4.000 mensen die thuis intensieve zorg en toezicht nodig hebben per 1 januari 2015 in de Wlz kunnen stromen. Op 7 oktober jl. werd duidelijk dat ook de overige 10.000 cliënten, waaronder iedereen met een indicatie voor kortdurend verblijf, een beroep op de Wlz kunnen doen. Een kwetsbare groep kinderen en volwassenen die met veel extra zorg en ondersteuning van ouders, familie en zorgaanbieders met een extramurale indicatie thuis wonen, werd in de zomerperiode onterecht niet meegenomen door zorgkantoren bij de inkoop voor de nieuwe Wet langdurige zorg. Ieder(in) en VGN trokken in de zomer aan de bel en drongen bij staatssecretaris Van Rijn aan op een snelle oplossing voor deze vergeten groep. Onvoldoende in beeld Van Rijn had eerder al toegezegd dat de Wlz voor deze mensen het passende stelsel was, maar de groep was niet voldoende in beeld. Het CIZ, de NZa en ZN hadden allemaal stukjes van de puzzel, maar geen van deze partijen nam de regie om deze bij elkaar te leggen. Hierdoor bleef voor veel kinderen, (jong)volwassenen, hun ouders/ familie, maar ook voor inkopende partijen zoals de gemeenten en zorgaanbieders lang onduidelijk op welk stelsel ze straks een beroep konden doen. Op 9 september kwam Van Rijn met een oplossing om 4.000 cliënten toe te laten tot de Wlz. De VGN vond dat ook de groep van 10.000 in de Wlz moest komen. Extra overgangsregeling Na intensief overleg met de VGN, Ieder(in), VNG, Per Saldo, VCSA, ZN en CIZ heeft Van Rijn een brief naar de Kamer gestuurd met daarin een over- gangsregeling die aansluit bij de brede oplossing die Ieder(in) en de VGN in de brandbrief voorstelden. Zo krijgt iedereen die op dit moment een indicatie heeft voor kortdurend verblijf in 2015 toegang tot de Wlz. Dit geldt ook voor thuiswonende volwassenen die een beroep doen op thuisbeademing. Tot slot kunnen thuiswonende mensen met een lichamelijke beperking die nu meer dan 25 uur persoonlijke verzorging, verpleging en begeleiding krijgen, een beroep doen op de nieuwe overgangsregeling. cliënten, maar is daarmee mogelijk minder nauwkeurig. Dit kan betekenen dat een aantal mensen straks onterecht een beroep doet op de Wlz. Het toegangsticket voor de Wlz is daarom een jaar geldig. In 2015 volgt alsnog een individuele beoordeling van het CIZ op basis van de nieuwe toegangsdrempel van de Wlz. Klik hier voor de brief van staatssecretaris van Rijn aan de Kamer over het extra overgangsrecht Wlz voor 10.000 cliënten. Herbeoordeling in 2015 De gekozen oplossing voor de totale groep van 14.000 mensen zorgt enerzijds voor duidelijkheid voor individuele i Inhoudsopgave Actueel 5 JEUGD Oktober 2014 Wat betekent het extra overgangsrecht voor gemeenten en zorgaanbieders? Nu zo’n 14.000 cliënten gebruik kunnen maken van het extra overgangsrecht, spelen de praktische vragen: wie kan er precies gebruikmaken van het speciale overgangsrecht Wlz, hoe worden cliënten geïnformeerd en welke gevolgen heeft het besluit voor gemeenten en aanbieders? Meer informatie vindt u via de volgende links: •Brief van staatssecretaris van Rijn naar de Kamer over extra overgangsrecht Wlz voor 10.000 cliënten •Informatie voor cliënten over het Wlz overgangsrecht •Nieuwsbericht VNG over gevolgen voor gemeenten van ‘Besluit Wlz-indiceerbaren’ •Nieuwsbericht VGN over het extra overgangsrecht Wlz voor zorgaanbieders •Nieuwsbericht VGN over wat het extra Wlz-overgangs- recht betekent voor ‘groep 3b’ voor zorgaanbieders met KDC’s i Inhoudsopgave 6 JEUGD Oktober 2014 Uit de praktijk Uit de praktijk: Kind en Jeugd in beweging bij Radar Kennis en expertise delen met alle betrokkenen Meer zorg in de eigen buurt of wijk. Een grotere betrokkenheid van ouders en het netwerk van het kind. Betere aansluiting met het reguliere onderwijs, algemene voorzieningen en omgeving. Zo schetst Armand Winthagen, hoofd Kinderbehandelcentrum (KBC) ’t Knoevelhöfke, de toekomstige zorg voor kinderen met een verstandelijke beperking. Radar, een zorgorganisatie in de regio ZuidLimburg, heeft de beweging naar die toekomst ingezet. Armand legt uit: “Er gaat veel veranderen in de zorg voor kind en jeugd en als Radar bereiden we ons daarop voor. De wetgeving verandert per 1 januari 2015, maar de beweging komt vooral voort uit onze eigen missie en visie.” Hij schetst een bestaande situatie. “Een kind komt vijf dagen per week met een busje naar het KBC, krijgt hier behandeling en begeleiding en gaat aan het einde van de dag weer naar huis. Het kind is een groot deel van de dag weg van huis en mist daardoor vaak de aansluiting met zijn ‘gewone’ omgeving. Dat is eigenlijk erg onlogisch en voor het kind niet altijd prettig. Daarom kijken we nu bewuster naar de mogelijkheden in de eigen omgeving. Bij team Individuele Gezondheidszorg (behandeling en begeleiding thuis) gebeurt dat al veelvuldig, maar in het KBC is nog veel winst te behalen.” Overstap verkleinen Voorbeelden dat het kan, zijn er al. Armand noemt het voorbeeld van Leo. “Leo krijgt ondersteuning van een begeleidster van het KBC in de peuterspeelzaal in zijn eigen woonplaats. Het mes snijdt aan twee kanten. Leo blijft in zijn eigen omgeving, heeft hier speelkameraadjes en de overstap naar school is straks waarschijnlijk een stuk makkelijker. De begeleiders in peuterspeelzaal leren bovendien stapje voor stapje hoe om te gaan met een kind met een beperking. Deze kennis kunnen ze straks ook bij andere kinderen gebruiken. Dat heeft een belangrijke preventieve functie. Armand Winthagen: “Ook KLIN© (Kinderen Leren Initiatieven Nemen in i Communicatie) laat zien hoe we de overstap naar het (speciaal) basisonderwijs zo klein mogelijk kunnen maken. Het KLIN©-atelier bevindt zich sinds 2012 in de Catharinaschool in Heerlen. De eerste groep is nu ‘afgezwaaid’ naar het Speciaal Onderwijs, de meesten op de Catharinaschool. We merken dat de overstap een stuk beter gaat; kinderen kennen het gebouw en de klas, leerkrachten van de Catharinaschool zijn bekend omdat ze hebben meegedraaid in KLIN©. Ook op de St. Jan Baptist zijn we dit schooljaar gestart met een groep kinderen. Daar zullen de eerste kinderen in augustus uitstromen. Radar is tevens in gesprek met andere ketenpartners, o.a. SBO (Speciaal Basisonderwijs Landgraaf, Inhoudsopgave Uit de praktijk 7 JEUGD Oktober 2014 Kerkrade en Brunssum) om ook hier een betere aansluiting te realiseren. Bijvoorbeeld door methoden en structuren beter op elkaar aan te laten sluiten. Zo kunnen kinderen wellicht eerder instromen, waardoor onnodige achterstand wordt voorkomen.” een cursus of een themaochtend. Radar doet dit vanuit haar missie en visie, maar de nieuwe wetgeving legt ook een grotere betrokkenheid van ouders op. De overheid stapt af van het ‘recht op zorg’ en gaat uit van het compenseren van de ondersteuning die ouders of het netwerk niet kunnen “Bij partners in de reguliere kinderop- bieden. Om dat te laten slagen is goevang probeert Radar aansluiting te de samenwerking met en afstemming vinden om samen te kijken in hoeverre tussen alle betrokkenen noodzakelijk. het mogelijk is om kinderen te laten Daarmee vermijden we dat verschilparticiperen in voorzieningen in hun lende zorgprofessionals langs elkaar eigen buurt of wijk. Samenwerking werken. In plaats daarvan komen we met andere zorgprofessionals is estot een passend ondersteuningsplan sentieel om daar het maximale uit te dat past bij de behoefte van het kind halen.” en zijn gezin: één gezin, één plan.” kinderen met een ernstige meervoudige beperking of met een zeer laag Elkaar versterken Kennis delen ontwikkelingsniveau en/of complex Armand geeft aan dat er een grotere “De rol van Radar verandert,” beseft gedrag. Daarnaast stel ik me voor dat betrokkenheid van ouders en het netArmand. “We zullen veel meer gaan sommige kinderen hier een korte werk van het kind wordt verwacht. inzetten op het delen van onze kennis periode van drie tot zes maanden zijn “Dat begint klein. Drie jaar geleden en expertise met ouders, vrijwilligers, waarin we ze met al onze expertise zijn we in het KBC begonnen ouders scholen, algemene voorzieningen en kunnen observeren en vervolgens uit te nodigen voor het Multidisciplipartners in de zorg. Voorliggende adviseren waar het kind met welke naire Overleg (MDO) over hun kind. voorzieningen worden op die manier ondersteuning het beste terecht kan. Ouders krijgen daardoor veel meer de beter voorbereid op het omgaan met In die zin wordt het KBC een kennisgelegenheid om aan te geven wat ze kinderen met een beperking. Dat is en expertisecentrum.” belangrijk vinden en wat de ondervooral nodig voor scholen, want zij steuningsbehoefte is. Ook hier draait hebben vanaf 1 augustus 2014 een Kansen het om betere aansluiting tussen KBC zorgplicht (wet Passend Onderwijs) en “De verandering betekent dat van onze en thuis. Je moet elkaar versterken. zijn vanaf dat moment verantwoordemedewerkers andere vaardigheden Structuren en methoden die we binnen lijk om elk kind een goede onderwijsworden verwacht,” zegt Armand. “Ze Radar gebruiken, ook thuis inzetten. plek te bieden. zorgen niet meer voor de kinderen, Daarvan kan het kind alleen maar Ik zie de rol van Radar in het ondermaar geven ouders en professionals profiteren. Maar die kennis en expersteunen van de professionals en hen van algemene voorzieningen de handtise kunnen we ook delen met mensen toerusten voor deze nieuwe taak. Het vatten en middelen om ervoor te zorbuiten de voorzieningen van Radar, KBC zal er na de wetswijzigingen gen dat het kind de juiste ondersteubijvoorbeeld door het aanbieden van waarschijnlijk vooral nog zijn voor ning krijgt. Dat betekent dat ze kennis i moeten kunnen overdragen, zelfstandig werken en ondernemerschap tonen. Ze worden meer en meer de coach van ouders en mede-opvoeders van het kind.” Armand ziet de verandering als een mooie uitdaging. “Ik ben ervan overtuigd dat we met veel kinderen echt de mogelijkheid hebben om hen veel dichter bij huis te ondersteunen. Zo bied je kinderen de kans om op jonge leeftijd te integreren in de buurt. Het zal soms met vallen en opstaan zijn, maar door samen met ouders, het netwerk en ketenpartners te streven naar wat het beste is voor het kind, kunnen we het kind zich optimaal laten ontwikkelen. In die zin bieden de veranderingen in de zorg echt kansen!”. Bron: Relatiemagazine Echo van Radar. Inhoudsopgave uit Kind de in praktijk beeld 8 JEUGD Oktober 2014 Elk stapje vooruit is een overwinning voor Esila Een poppetje om te zien. Een vredig, kwetsbaar kindje, maar met een duidelijke eigen wil. Esila (3) speelt graag met haar speelgoed en verkeert vaak in haar eigen wereld. Contact maken vindt ze moeilijk: ze heeft autisme en een ontwikkelingsachterstand. Maar sinds ze vier dagen per week naar de vroegbehandelgroep van Ipse de Bruggen gaat, boekt ze vooruitgang. Ze eet zelf, maakt meer contact en zet zelfs stapjes. Haar ouders hebben eindelijk een plek gevonden waar Esila zich kan ontwikkelen. “We willen eruit halen wat erin zit.” Kind in beeld Voornaam: Esila Leeftijd: 3 jaar Beperking: ontwikkelingsachterstand en autisme Zorg en ondersteuning: Esila is vier dagen per week bij de vroegbehandelgroep in een kinderdienstencentrum (KDC) van Ipse de Bruggen vroeg te starten, krijgen kinderen de beste kans om zich zoveel mogelijk te ontplooien. Begeleiders, fysiotherapeuten, logopedisten, ergotherapeut, spelagoog, teamarts en gedragskundigen bieden de zorg en ondersteuning die nodig is. Senior-begeleidster Irma: “We helpen kinderen zich op verschillende gebieden zoveel mogelijk te ontwikkelen. Toen Esila bij ons kwam, was eten bijvoorbeeld heel moeilijk. Nu zit ze tussen de middag echt te smullen van haar boterham met een dikke laag pasta.” Eerst oogcontact maken Esila loopt nog niet zelfstandig, maar “Toen we wisten dat Esila een ontwik- inmiddels zet ze wel stapjes achter haar poppenwagen. Ook maakt ze kelingsachterstand had, zijn we een meer contact. “Daar werken we heel plek voor haar gaan zoeken waar ze bewust aan”, vertelt Irma. “Ze glijdt zoveel mogelijk kan leren”, vertelt bijvoorbeeld graag van een schuine Aynur, de moeder van Esila. “Sinds plank af. Maar ze mag pas glijden als augustus 2012 gaat Esila naar de ze ons even heeft aangekeken. We vroegbehandelgroep van een kinderknijpen pas weer in de clownsneus dienstencentrum (KDC) van Ipse de met een piepje als ze oogcontact heeft Bruggen.” gemaakt. Het lukt niet altijd, maar zo proberen we steeds een ingang bij Vroegbehandeling haar te vinden. Ons specialisme is het In het kinderdienstencentrum werkt gedetailleerd kijken naar mogelijke een multidisciplinair team aan de ontwikkeling van kinderen van twee tot ontwikkelingsstapjes. Vanuit de verschillende disciplines wordt naar elk en met achttien jaar, in vijf groepen. kind gekeken en op basis daarvan Bij de groep vroegbehandeling gaan observatie, diagnostiek en werken aan maken we een plan op maat, met concrete doelen. Onze communicatie is de ontwikkeling hand in hand. Door Bekijk het filmpje over Esila i afgestemd op wat het kind nodig heeft, we hebben een heldere structuur en vaste routines voor activiteiten. Dat zorgt voor een veilig gevoel. Ook besteden we veel aandacht aan het prikkelen van de zintuigen.” Het totaalplaatje Aynur is blij met de vroegbehandelgroep. “De begeleiders doen hun werk met liefde”, zegt ze. “Dat voelt Esila ook, ze is daar op haar gemak. Bovendien zien we resultaat: ze wil nu op schoot zitten, vrij staan gaat steeds beter, ze eet zelf met een vork. Bovendien kijken ze op het KDC naar het totaalplaatje: naar het fysieke, het psychische én naar het gezin. Ze betrekken mij overal bij en zien het als het niet goed met mij gaat. Esila heeft periodes dat ze heel slecht slaapt. Een tijd geleden sliep ik maar twee uur per nacht en werkte ik fulltime. Irma zag dat ik uitgeput was en gaf dat aan bij onze begeleider van het Centrum Autisme. Zij zijn het gesprek met me aangegaan en daarna ben ik een dag minder gaan werken. Dat geeft rust.” Sterker Aynur: “Doordat ik nauw betrokken word bij Esila’s ontwikkeling, sta ik sterker in mijn schoenen. Ik probeer thuis op dezelfde manier met haar om te gaan als ze op het KDC doen. Dat versterkt elkaar. Ik hoop dat Esila uiteindelijk zelfredzaam wordt. Of het gaat lukken weet ik niet, maar ze ontwikkelt zich in elk geval. Al gaat het langzaam, ze gaat wel vooruit.” Inhoudsopgave Toolbox en praktijk agenda uit de 9 JEUGD Oktober 2014 Toolbox In de toolbox vindt u onder andere handreikingen en factsheets die u kunnen ondersteunen bij de transitie jeugdzorg. De kopjes zijn linkjes naar extra informatie. 9 AGENDA Agenda In de agenda vindt u een selectie van activiteiten georganiseerd over de jeugdzorg die belangrijk zijn om te weten of waarvoor u zich kunt aanmelden. De kopjes zijn linkjes naar extra informatie. Afspraken over een aantal vormen van specialistische jeugdhulp Staatssecretarissen Martin van Rijn (VWS) en Fred Teeven (VenJ), gemeenten en de branches hebben na intensief bestuurlijk overleg over een aantal vormen van specialistische jeugdhulp een serie afspraken gemaakt. De afspraken richten zich voor de gehandicaptenzorg op de bovenregionale specialistische behandeling voor jongeren met een licht verstandelijk beperking (ZZP LVG 4 en 5). Gegevensoverdracht Jeugd Per 1 januari 2015 worden gemeenten verantwoordelijk voor alle jeugdhulp in het kader van de Jeugdwet. Jongeren van wie de zorg doorloopt van 2014 naar 2015 blijven nog maximaal één jaar recht houden op de zorg die zij ontvangen. Dat geldt ook voor jongeren die op 31 december 2014 op een wachtlijst voor jeugdzorg staan. Om ervoor te zorgen dat gemeenten de continuïteit van de zorg voor deze jeugd kunnen garanderen, ontvangen zij in het najaar van 2014 informatie over deze cliënten: de gegevensoverdracht jeugd. Hoeverandertmijnzorg.nl is online Het ministerie van VWS heeft samen met cliënten en professionals in de zorg de website www.hoeverandertmijnzorg.nl gemaakt. De website geeft cliënten zo eenvoudig mogelijk uitleg over de overgang van AWBZ naar Wmo, Zorgverzekeringswet, Jeugdwet en Wet langdurige zorg in 2015. De veranderingen kunnen bij cliënten vragen oproepen zoals: Houd ik mijn recht op zorg? Moet ik meer gaan betalen? Houd ik dezelfde zorgverlener? Deze website legt uit welke rechten cliënten hebben bij de overgang naar de nieuwe zorg. 29 oktober 18 november 26 november 29 oktober Informatiebijeenkomsten Kwaliteitskader Jeugd Op 1 januari 2015 wordt de Jeugdwet ingevoerd. In de Jeugdwet zijn kwaliteitseisen voor zowel gemeenten als aanbieders van jeugdhulp opgenomen. Een nieuwe eis voor de gehandicaptenzorg is de invoering van de ‘norm van verantwoorde werktoedeling’. Het Kwaliteitskader Jeugd biedt een leidraad om deze norm toe te passen in de praktijk. Vanaf 29 oktober worden informatiebijeenkomsten georganiseerd voor jeugdhulpaanbieders, cliënten en gemeenten over dit nieuwe kwaliteitskader. 18 november Communicatie netwerkbijeenkomst ‘Samen voor de cliënt’ Op 1 januari 2015 zijn de taken op gebied van werk, zorg en jeugd overgedragen van het Rijk naar de gemeente. Inwoners en vooral cliënten moeten over de veranderingen geinformeerd worden. Hoe kunnen gemeenten en zorgaanbieders hierin optrekken? Wat zijn de dilemma’s voor de komende periode? Communicatieprofessionals uit de zorg (ActiZ, GGZ Nederland, Jeugdzorg Nederland, Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland) en gemeenten gaan hierover op 18 november met elkaar in gesprek. i 26 november De betekenis van de transities in het Jeugdstelsel voor onderwijs en zorg voor jeugd met een beperking De invoering van Passend Onderwijs, Jeugdwet, Wet Langdurige Zorg, Participatiewet en Wmo leiden tot grote veranderingen in de regelgeving voor onderwijs en zorg voor jeugdigen met een beperking. De VGN en LECSO organiseren hierover een informatiebijeenkomst voor instellingen in de gehandicaptenzorg en voor samenwerkingsverbanden Passend onderwijs.. Inhoudsopgave
© Copyright 2024 ExpyDoc