Identiteit Klik hier

Lesbrief na Loser!
Lesbrief thema: Identiteit
Deze lesbrief is onderdeel van het na programma van de voorstelling Loser! van Theaterhart. Deze
begeleidende brief is voor het thema: identiteit en hoort bij de PowerPoint die te vinden is op:
http://www.theaterhart.com/projecten/loser/voor-de-klas/
Voor de leerkracht
Om het effect van de voorstelling te behouden in de klas hebben we een module ontwikkeld om
Loser! levendig te houden. Door middel van diverse thema’s en bijbehorende opdrachten neem je de
klas weer even mee terug naar de voorstelling en wordt het onderwerp pesten makkelijker
bespreekbaar.
Opdrachten
In vier korte lessen worden korte opdrachten uitgevoerd met een creatieve maar ook sociale inslag.
Er wordt gekeken naar eigen ontwikkeling en samenwerking binnen de opdrachten. Bij elke les is
informatie bijgevoegd over de duur en de benodigdheden. Wij raden aan om de volgorde van de
opdrachten wel aan te houden echter is dit niet vereist. Verder wensen wij u veel plezier met de
opdrachten.
Contact
heeft u vragen of opmerkingen dan kunt u altijd contact met ons opnemen via:
[email protected]
www.theaterhart.com
06-50257572
1
Les 1: Wie ben jij?
Praktische informatie:
2 opdrachten
+/- 20 minuten
Benodigdheden:
A4’tjes
Pennen
Lees de volgende tekst voor in de klas:
Hallo ‘klasgenoten’!
Het is alweer een tijdje geleden dat ik jullie gezien heb en er is een hoop veranderd. Het is veel
gezelliger in de klas nu Liz en ik het goed hebben gemaakt en zelfs Chantal/Mike is opgehouden met
roddelen over iedereen! Eigenlijk is nu niemand meer echt ‘de populaire’ in de klas, iedereen spreekt
weleens met elkaar af en we vragen altijd of iemand mee kan doen.
Maar hoe was het hiervoor ook alweer? Het lijkt alweer heel lang geleden dat ik Liz begon te pesten
en ik weet eigenlijk niet eens meer hoe het was in die tijd. Was ik populair of was ik gewoon? En hoe
was Liz, was zij heel stil of kreeg ze altijd alle aandacht? En Chantal/Mike, hoe deed die?
Weten jullie nog hoe het was tijdens de voorstelling van Loser?
Groetjes, Julius/Julia
Klassikale opdracht:
Bespreek met de klas hoe het ook alweer was tijdens de voorstelling. Laat de kinderen de personages
voor zich halen, wat deden zij en waarom deden ze zo?
Bespreek met de klas waar je een "pester" aan kunt herkennen, wat doet hij/zij en waarom zou hij/zij
zo doen? En een meeloper, wat doet een meeloper? En hoe zie je aan iemand dat hij/zij gepest
wordt?
Individuele opdracht:
De leerlingen schrijven een opstel van minimaal een half a4 over het personage uit de voorstelling
waarin ze zich het meeste herkennen.
2
Les 2: Heb je een tip voor mij?
Praktische informatie:
1 opdracht
+/- 15 minuten
Benodigdheden:
A4’tjes
Pennen
Lesopening:
De leerlingen hebben de vorige keer een opstel geschreven over het personage uit de voorstelling
waarin ze zich het meeste herkennen.
Laat de kinderen nadenken over wat ze willen veranderen in hun eigen gedrag, zodat het gezelliger
wordt in de klas. Denk bijvoorbeeld aan opkomen voor de ander of voor jezelf of meer complimenten
geven. De leerlingen mogen dit op een blaadje schrijven zodat ze nog even kunnen afkijken, maar ze
mogen het nog niet aan iemand laten zien.
Opdracht:
Stap 1: laat de kinderen opschrijven wat ze willen verbeteren aan zichzelf.
Stap 2: Laat de leerlingen rond lopen door de klas.
Stap 3: Als u in uw handen klapt moeten ze iemand opzoeken die dicht bij ze staat. Op uw teken
vertellen ze aan diegene wat ze willen veranderen en vragen ze de ander om een tip die kan helpen
bij het veranderen. Als ze de tip hebben gekregen zeggen ze dankjewel, daarna is de ander aan de
beurt.
Stap 4: Als ze allebei aan de beurt zijn geweest lopen ze weer door de klas. U kunt dit meerdere
keren herhalen, zodat ze van verschillende kinderen een tip krijgen en deze kunnen opschrijven.
3
Les 3: Wat maakt jou uniek?
Praktische informatie:
1 opdracht
+/- 15 minuten
Benodigdheden:
Geen
Lees het volgende gedicht voor:
Is je eigenlijk wel bekend
Wie en Wat en Hoe je bent?
En Wat heb je in je mars,
of interesseert je dat geen snars?
Hoe maak je nu de goede keus
Uit al die dingen voor je neus
Als je niet weet van Hoe en Wat?
Doe je nu dit of doe je dat,
't Blijft steeds maar vallen op je gat!
Want al het mooie in 't verschiet,
Daarvan weet je immers niet,
Als je niet weet van deze drie: Hoe en Wat en Wie."
(Uit: Tao van Poeh, Benjamin Hoff)
Iedereen heeft wel wat unieks, maar wat maak de leerlingen uniek?
Opdracht:
Alle kinderen gaan zich voorstellen aan de hand van drie vragen
1) Wat is je naam?
2) Wat vind je het aller-leukste om te doen?
3) Wat maakt jou uniek?
Als voorbeeld kunt u noemen:
Als voorbeeld kunt u zichzelf nemen of terugkoppelen aan de voorstelling Loser!
Bijvoorbeeld: Mijn naam is Julius, ik vind het het allerleukste om te voetballen en wat mij in deze klas
uniek maakt is dat ik volgende maand een keer bij een professionele voetbalclub mag voetballen.
U kunt benoemen dat alle antwoorden goed zijn, want dat is wat hun uniek maakt.
4
Les 4: Complimenten
Praktische informatie:
2 opdrachten
+/- 30 minuten
Benodigdheden:
Papier
Potloden, stiften, eventueel verf en waskrijt
Lesopening:
De vorige keer hebben we het er over gehad dat iedereen iets unieks heeft, iedereen in de klas is dus
anders. Sommigen kunnen heel goed luisteren en anderen kunnen weer heel goed vertellen, de een
heeft een bril en de ander misschien weer lenzen. Als we goed naar elkaar kijken zien we steeds
meer dingen die de ander bijzonder maakt.
Opdracht deel 1:
De leerlingen gaan een portret maken, u kunt zelf kiezen of ze een portret maken van zichzelf of van
iemand anders uit de klas.
Dit kan met kleurpotloden, stiften, verf of waskrijt. Als iedereen dat gedaan heeft is er van iedereen
een beeld van hoe hij of zij er uit ziet.
Opdracht deel 2:
Na het maken van het portret wordt de verdiepingsslag gemaakt naar het innerlijk. Hoe is iemand
van binnen? Alle kinderen lopen langs de tafels en schrijven bij elk portret een woord op waarvan ze
vinden dat het bij de ander past. Het moet een positieve lading hebben en dus een compliment voor
de ander.
Opdracht deel 3:
Bij elke leerling ligt nu een portret met complimenten erom heen geschreven. Hang de portretten op
in de klas zodat alle te zien zijn. Het staat hierbij voorop dat het duidelijk wordt wat voor bijzondere
kinderen er in de klas zitten.
5