Als ik de wereld kon maken … scheen elke dag de zon !

Als ik de wereld kon maken …
scheen elke dag de zon !
als ie boven aan de hemel staat is 't net of alles beter gaat
alles ziet er anders uit als de zon schijnt
iedereen komt uit z'n winterslaap door die mooie rooie koperen knaap
alles ziet er anders uit als de zon schijnt
niemand is zich meer van kwaad bewust, alle narigheid wordt uitgeblust
o wat is het leven fijn als de zon schijnt
en de allergrootste pessimist wordt een veelgevraagde humorist
o wat is het leven fijn als de zon schijnt
heel de wereld is een bloemtapijt, en de buurvrouw een mooie meid
alles ziet er anders uit als de zon schijnt
zilveren vogels vliegen door de lucht, ieder drama wordt een dolle klucht
alles ziet er anders uit als de zon schijnt
alle ziekenhuizen raken leeg, en de bakkersvrouw rolt door het deeg
o wat is het leven fijn als de zon schijnt
ja, de wereld krijgt een nieuwe kleur, overal hangt zo'n zalig, zoete geur
o wat is het leven fijn als de zon schijnt
o wat is het leven fijn als de zon schijnt
en terrasjes zitten overvol, alle mensen raken uit hun bol
o wat is het leven fijn in de zon
als de zon er toch niet was geweest was er nooit een reden voor een feest
o wat is het leven fijn als de zon schijnt
Pagina 1- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Wat is spelen ?
‘Wat deed je vandaag op school ?’ vraagt mama.
‘Ik heb gespeeld’, antwoordt de kleuter.
Maar wat bedoelt de kleuter ?
Bespreek met je schoudermaatje …
Noteer 5 woorden die volgens jullie in de definitie van spel MOETEN zitten.
1. ………………………………………………….
2. ………………………………………………...
3. ………………………………………………….
4. ………………………………………………...
5. ………………………………………………….
Spelen heeft voor verschillende mensen verschillende betekenissen.
- het is vrij - zelfgekozen
- het zijn spelletjes spelen
- het is gericht op resultaat met educatief spelmateriaal
- het is een uiting van spanning en emotie - ontladen en therapeutisch
- het is een tegenstelling van ‘werken’ of leren
- het heeft een ontspannende functie
- het is leren en ontwikkelen
- volwassenen moeten zich mengen met het spel - mogen zich niet mengen met het spel
- spelen is vrij kiezen – werken is ‘iets’ maken, een resultaat, een prestatie
- spelen mag, werken moet - eerst werken(iets dat moet) … dan mag je spelen …
 volwassenen ‘vertalen’ hun manier van spelen naar de kinderen. Spelen voor volwassenen is
een gezelschapsspel, niet ernstig bezig zijn, een spel op de computer …
 volwassenen die inzien dat spelen leren is zullen andere kansen bieden aan hun kinderen dan
volwassenen die vinden dat spelen maar een ‘stilhouder’ is.
 Er bestaat geen definitie van spelen … maar er zijn wel een aantal kernwoorden die een
permanente link zouden moeten hebben met spelen !
1. prettig
2. vrijheid
3. regels
4. vrijwillig
5. open en flexibel
- het zorgt voor een positieve ervaring en een grote betrokkenheid
(spelen is leuk, het brengt spanning in wat ik doe, het is iets dat ik
graag doe …)
- kleuters bepalen zelf wàt ze doen met de materialen en welke
betekenis ze eraan geven.
(een deken wordt een tent, gekleurde papiertjes zijn geld, houten
stokjes zijn lepels, met die pet ben ik een politieagent…)
- de kleuter kan spelen binnen begrenzingen
(als ik winkeljuffrouw ben heb ik een bepaalde rol en bij die rol horen
bepaalde regels – ik weet dat er bepaalde beperkingen zijn in de
poppenhoek, met materiaal, tegenover anderen … )
- een kleuter kan je niet dwingen of opleggen om te spelen.
(als een kleuter niet speelt kan dat te maken hebben met
betrokkenheid … in het aanbod is er niet echt iets dat ervoor zorgt
dat hij zich aangetrokken voelt … of hij weet niet hoe hij kan spelen
… of er is geen contact met de andere kleuters … )
- het gaat over een proces, minder over een product.
(In de watertafel beginnen kleuters eerst met experimenteren tot ze
later tot een spel komen waarbij ze bij elkaar op de koffie gaan …)
Pagina 2- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Kennen jullie deze nog ?
1. Buitenspelen is pauze, geen leertijd.
2. Buiten is het spel van de kinderen, daar moei ik mij niet mee.
3. Ouders vinden het vervelend dat de kinderen buiten vaak zo vies worden.
4. 15 minuten speeltijd is veel te kort, de moeite niet om materialen uit te halen.
Kinderen spelen veel minder buiten …
- Kleuters mogen, willen kunnen vanuit hun thuissituatie steeds minder buitenspelen
(tijd – te druk verkeer, overbescherming van onze kinderen, huidige maatschappij … )
- Er zijn te weinig geschikte speelgelegenheden in de buurt (vaak onveilig)
- Kleinere gezinnen
- Andere culturen hechten veel minder belang aan spel.
- Spelen is teveel lawaai en teveel rommel
- Onze kinderen behoren tot de achterbankgeneratie
Hun lichamelijke en (senso)motorische conditie is alarmerend !
Cijfers hierover :
Overgewicht/obesitas bij kinderen - 8
Jongens 1980 4% Jongens 2007 17%
Meisjes 1980
7% Meisjes 2007
25%
Dit is voor de kinderen geen tijdelijk probleem … Het zal een
leven lang kampen zijn met overgewicht en ook de sociale
gevolgen hiervan.
Toch worden jonge kinderen en spelen vaak in één adem genoemd … omdat het dé manier bij
uitstek is om op HUN manier met de wereld en kennis en vaardigheden om te gaan die hen
helpen om steeds beter aan die wereld deel te kunnen nemen.
Zou het dan kunnen dat kinderen spelen verleren/afleren ?
Zou het kunnen dat dit ‘natuurlijk gedrag’ opeens overgaat ?
Zou het vermogen tot spelen ophouden als er geen impulsen meer zijn ?
Wij moeten onze kinderen opnieuw leren spelen !!!
- speelruimte voorzien
- spelmateriaal voorzien
- hulp om opnieuw te leren (samen) spelen  begeleiding
- verschillende soorten spel aanbieden
- spel interessant en spannend maken
- zorgen voor spel op maat  betrokkenheid
Pagina 3- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Ontwikkeling van een kind.
SPEL
Materiële
omgeving
Leerkracht
DOET ERTOE !
Grootste beïnvloeder
van de andere factoren.
Staat bovenaan.
Gangmaker.
KIND
Het hart van de driehoek.
Onderwijsbehoeften centraal.
Andere
kinderen
Stimuleren elkaar.
Leren van elkaar.
Helpen elkaar
ontwikkelen.
En wat is de taak van de leerkracht in deze ontwikkeling ?
Van ontwikkeling is sprake als er nieuwe ervaringen
worden opgenomen in bestaande kennis, houding en
vaardigheden, met als resultaat dat de competenties
op cognitief, creatief, sociaal-emotioneel, zintuiglijk en
motorisch gebied toenemen
begeleiden
plannen
meespelen
observeren
organiseren
Pagina 4- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Kenmerken van buitenspelen.
VRIJHEID en UITDAGINGEN !
Er vallen ineens heel veel beperkingen weg die we in de klas wel hebben.
1. In ruimte :
Vrijheid  De kleuters kunnen bijna onbeperkt lopen, fietsen, … en zijn niet beperkt tot een hoek
in de klas. Kleuters leren afstanden inschatten, ruimtelijke begrippen, verschillende perspectieven,
lichaamsbewustzijn …
Uitdaging  De ruimte durven gebruiken – uithoudingsvermogen – doorzettingsvermogen –
ondernemingslust – lichamelijke uitdagingen – afstanden en snelheden – eerste ervaring als
verkeersdeelnemer – …
2. In materialen :
Vrijheid  De keuze van materialen (groot, lawaai, rijdend, grof motorisch, … ) - het materiaal kan
vrij ingezet worden in nieuwe spelsituaties – gemakkelijk wisselen van materialen en daardoor van
spel –
Uitdaging  klimmen op materialen, klauteren, rollen, rennen, … - er kan meer geëxploreerd
worden met natuurlijke materialen, zand, gras, aarde, water, hout, struiken, plantjes, stenen … fietsen, hardlopen, steppen, rolschaatsen, rijdende karren, ballen, springtouw, loopklossen
3. Geluid :
Vrijheid  Er zijn weinig of geen grenzen aan stemvolume – ook muziekinstrumenten en
materialen die lawaai maken kunnen ingezet worden.
Uitdaging  binnen de grenzen omgaan met deze vrijheid, spel ‘anders’ uitbreiden, er kan
gejuicht worden bij een wedstrijd … kleuters krijgen andere mogelijkheden door deze vrijheid in
inleving van situaties.
4. Snelheid :
Vrijheid  er kan sneller gefietst en gelopen worden ..
Uitdaging  er kunnen wedstrijdjes georganiseerd worden met de stopwatch, spel kan
avontuurlijker, risicovoller, grenzen kunnen verlegd worden… vooral jongens hebben hier
behoefte aan.
5. Initiatief :
Vrijheid  Doordat kleuters minder afhankelijk zijn van regels zoals in de hoeken, kunnen ze hier
andere initiatieven nemen in het spel. Kleuters voelen ook minder de behoefte om hier aan de
verwachtingen van een volwassene te gaan voldoen. Ze zijn meer zichzelf omwille van het
gevoel van vrijheid. Ze wanen zich onbespied.
Uitdaging  de grootste uitdaging hier zit bij de leerkracht … betrouwbare observaties ! Voor de
kleuters is er de uitdaging dat ze opgedane ervaringen op een andere manier gaan kunnen
verwerken. Ze kunnen zich hier echt gaan uitleven en ontladen … bevrijden van gevoelens van
onmacht en afhankelijkheid.
6. Sociale vrijheid :
Vrijheid  Er is volop gelegenheid om sociale contacten aan te gaan, rollen uit te proberen en
machtsverhoudingen af te tasten.
Uitdaging  Vriendschappen anders uitbouwen dan in de klas, samen conflicten op lossen,
problemen zelfstandig oplossen, meer rekening houden met elkaar.
Als leerkracht zal je meer moeten tussenkomen bij conflicten en kleuters coachen om deze zelf te
gaan oplossen. Kleuters gaan vaak primair reageren of zoals ze het thuis geleerd hebben.
Pagina 5- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
7. Uitdaging :
Vrijheid  Het spel is minder voorspelbaar dan in de klashoeken – het is veel meer veranderlijk
waardoor er meer ruimte is voor andere initiatieven en eigen creativiteit.
Uitdaging  flexibel omgaan met wisselende situaties en al spelend het spel veranderen op zoek
naar de gepaste uitdagingen.
8. Natuur en gezondheid.
Vrijheid  buiten komen kinderen in contact met natuurlijke elementen zoals frisse lucht,
temperatuurverschillen, zon, wind, regen, vorst, ijs en sneeuw. Door deze natuurlijke elementen
gaan kinderen weerstand op bouwen, lichamelijke conditie, spierontwikkeling, volume in longen,
harttraining … onmisbaar in de strijd tegen overgewicht. Bomen die hun bladeren verliezen,
takjes, steentjes, bloemetjes, kleine diertjes (mieren, wormen, pissebedden, spinnen … )
Uitdaging  voor de inrichter van de speelplaats – in hoeverre kunnen we deze natuurlijke
elementen naar voor laten komen voor onze kinderen ?
Dit kan niet in de klas … wel buiten
Yoghurtpotjes onder elkaar
met gaatjes … giet bovenaan water … en ervaar …
Dichtbij de natuur …
 Buitenspelen biedt kleuters unieke mogelijkheden die belangrijk zijn voor de totale
ontwikkeling. Het is een noodzakelijke aanvulling. Als leerkracht is kennis hierover belangrijk !
1. Biologische ontwikkeling
2. Welbevinden en betrokkenheid
3. Speltypes
4. Allochtone kinderen
Pagina 6- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
1. Biologische ontwikkeling
* Jongens en meisjes verschillen in gedrag en interesses.
Meisjes : kunnen vaak rustiger spelen – kunnen zich beter concentreren – stellen zich socialer op –
worden niet zo snel boos maar kunnen wel langer boos blijven – hebben speelruimte nodig waar
ze ongestoord kunnen spelen.
Jongens : zijn actiever – maken meer testosteron aan en dit hormoon zet aan tot handelen – ze
bewegen meer – laten zich meer horen – nemen meer ruimte in met hun spel – proberen graag
nieuwe dingen uit – hebben behoefte aan spannend spel met een zeker risico en een
competitieve ingesteldheid – ze worden sneller boos en geven daar een duidelijkere uiting aan
zoals vechten – ze hebben meer afspraken en regels nodig.
* Hersenontwikkeling.
De laatste jaren is hiernaar enorm veel onderzoek gepubliceerd. Hieruit blijkt dat er tussen het
derde en het zevende levensjaar een cruciale rol is weggelegd voor de nieuwe verbindingen die
tussen de verschillende gebieden in de hersenen worden gemaakt. Toename van deze
verbindingen zorgt voor nieuwe mogelijkheden die opnieuw kunnen vastgelegd worden.
Verbindingen die niet gebruikt worden, verdwijnen weer. Kleuters houden van herhaling, dat
doen ze om de verbindingen vast te leggen. Zo kan je soms zien dat een kleuter steeds een trapje
op en af gaat, of steeds opnieuw van een bankje springt … het oefent deze vaardigheid dat het
deze goed onder de knie heeft en de verbinding is vastgelegd.
Rond het zevende jaar is de ontwikkeling van de hersenen meestal voltooid. Dit betekent dat het
kind vooral in de levensfase daarvoor volop moet kunnen experimenteren, oefenen en ervaren.
In die periode wordt de basis gelegd voor de hele verdere motoriek.
2. Welbevinden en betrokkenheid.
* Welbevinden
Ik voel me goed in mijn vel – ik voel me veilig … alleen dan kan ik ten volle spelen = ontwikkelen.
In het spel buiten is dit heel erg goed te observeren : veel energie en vol leven – gevoelens van
plezier, boosheid, verdriet … alles kan geuit worden – speelt met verschillende materialen en er is
variatie in het spel – onderzoekend en explorerend gedrag – durf – samenspel met anderen – legt
contacten – neemt knuffels in ontvangst en deelt deze ook uit – stelt zich weerbaar op – kan
volgen en kan leiden – legt ook buiten nog contact met leerkracht – kan behoeften duidelijk
maken – staat open voor aanmoediging, troost en steun – kan een tijdje alleen spelen, zonder de
aandacht van de leerkracht.
* Betrokkenheid
Er kan maar ontwikkeling optreden als er betrokkenheid is.
Intensiteit van de activiteit – concentratie – aandacht die het
kind geeft aan de bezigheid – duur van de activiteit –
nauwkeurigheid waarmee wordt gespeeld – de energie
waarmee het kind speelt – de volharding die het kind
aan de dag legt.
Pagina 7- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
3. Speltypes.
Als we rekening willen houden met de verschillen van kleuters kunnen we ze ‘onderverdelen’ in
volgende types. Uiteraard zijn er overlappingen.
De vier leertypes kunnen we op de leerstijlen van Kolb leggen.
- Rauwers stuiven op iedere impuls af,
voegen zich ongeremd in bestaand
spel, maken soms ongewild dingen
van andere kinderen stuk en zijn
duidelijk aanwezig. Ze hebben veel
ruimte nodig en houden van groot
speelgoed. Ze wisselen buiten vaak
snel van spel. Deze kinderen kunnen
vaak moeilijk risico’s inschatten en
daardoor in gevaarlijke situaties
belanden.
- Bouwers zijn ondernemers, regelaars.
Het zijn kinderen die ervan houden
om dingen te construeren en te
maken. Zoals een huis van planken en
kisten, een hut van takken en doeken,
een zandkasteel met torens. Ze zijn
sociaal betrokken en nemen graag
de leiding. Deze kinderen hebben
behoefte aan materialen om te
construeren en aan spel met
spelregels en rolverdeling
- Schouwers kijken eerst toe hoe
dingen in hun werk gaan, ze leven op
hun zintuigen en zijn gericht op details
en uiterlijkheden. Ze willen alles horen,
zien, voelen en proeven. Ze houden
ervan te dromen en te fantaseren,
genieten van emoties en zijn vaak
introvert. Zij houden van verzamelen
en kunnen buiten ‘mooie dingetjes’
zoeken.
- Douwers hebben veel energie en
weten meestal niet van opgeven als
ze hun tanden eenmaal ergens
hebben ingezet. Ze houden ervan om
eigen oplossingen te verzinnen en
houden er een eigen logica op na.
Het zijn de uitvinders of de
onderzoekers die willen weten hoe en
waarom iets werkt. Douwers kunnen
zich meestal goed alleen vermaken,
maar zijn ook bereid tot samenspel.
Pagina 8- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
4. Spel van allochtone kinderen.
- In veel allochtone gezinnen wordt een ander belang gehecht aan spel.
Thuis is minder speelmateriaal en het spelende kind wordt vaak gescheiden van volwassenen.
Veel allochtone ouders vinden het zinloos dat hun kinderen op school spelen, zelf participeren ze
ook niet in spel.
Doordat het voorschoolse spel minder gestimuleerd wordt  waardoor de voorschoolse
ontwikkeling ‘anders’ is verlopen hebben deze kinderen niet alleen een taal achterstand als ze
starten op onze school maar ook rond probleemoplossende vaardigheden, sociale competentie
en cognitieve kennis. Voor hen is het moeilijk om zich vanuit een andere culturele bagage aan te
passen en zich te handhaven in ‘ons’ onderwijs.
- Dikwijls afkomstig uit minder welvarende buurten met minder buitenspelmogelijkheden waar
huizen ook kleiner zijn. Zeker in oude wijken van grote steden.
- Gaan veel minder naar kinderopvang of andere initiatieven. Ouders geven de voorkeur om zelf
te zorgen voor de opvang in de eigen, informele kring.
- Andere opvoedingswaarden : eigen initiatief van het kind wordt niet gewaardeerd. Deze
kinderen worden vooral gevraagd gehoorzaam en volgzaam te zijn. Bij buitenspel moeten deze
kinderen dus vaak gestimuleerd worden om te beginnen aan het spel.
- Gewenst speelgedrag van jongens en meisjes verschillen sterk. Jongens krijgen weinig
beperkingen, lichamelijke kracht en onderlinge fysieke strijd worden aangemoedigd ; van meisjes
wordt ingetogen gedrag verwacht en zorg voor jongere kinderen.
- Doordat de beheersing van de Nederlandse taal vaak minder is dan
bij autochtone kinderen zijn zij ook meer geneigd enkel contact te
zoeken met moedertaalgenootjes. Op die manier communiceren ze
ook minder met Nederlands sprekende kinderen en de leerkracht.
Daarbij is belangrijk dat ze heel weinig taal en spelimpulsen opsteken
van interactie met andere kinderen, een hele belangrijke schakel !
Aandachtspunten bij het begeleiden van allochtone kinderen :
- Leer kinderen spelen en toon dat jij hun spel belangrijk vindt door hen
veel te bevestigen en te stimuleren in hun spel en interesse te tonen
in hun spel en wat ze precies doen.
- Praat buiten ook zoveel mogelijk met deze kinderen. Verwoord wat
je doet. Eenvoudige taal, zinvol en functioneel, veel herhalingen ondersteunend door concrete
materialen of beeldmateriaal, in verschillende contexten.
- Stimuleer net die kinderen tot groot motorisch bewegen waarvan je weet dat ze er thuis weinig
kansen toe krijgen.
- Probeer meertalige groepjes samen te stellen, zodat de kinderen zich onderling in het
Nederlands moeten uitdrukken.
- Informeer alle ouders over het belang van spel en speels bewegen.
- Net bij deze kinderen is dus spelobservatie en spelstimulering zeer belangrijk
Pagina 9- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
1. Indeling van de speelplaats
2. Algemene aandachtspunten
3. Speelmaterialen
1. Indeling van de speelplaats.
- Om voor elk kind wat wils te geven is het goed om de speelplaats in zones in te delen. Op die
manier kan je een gevarieerde speel-leeromgeving aanbieden.
Je speelplaats kan bestaan uit verschillende ‘gebieden’.
* Open ruimte
- Ruimte waar kleuters volop kunnen bewegen, grove motoriek inoefenen, samen spelen,
regelspelletjes, rijden met fietsen, karren …
Er kan getekend worden met stoepkrijt, of vaste lijnen, wegen, hinkelbanen, springvelden, labyrint,
doolhof, getallenlijn, letterhinkelspel …
* Klim- en klauterdeel
Het klim- en klauterdeel is bedoeld voor grootmotorische activiteiten, spanning en uitdaging.
Vele kant-en klare speeltoestellen zijn zorgvuldig ontworpen.
* Zandgedeelte
Zand oefent een enorme aantrekkingskracht uit op kleuters. Zorg dan ook dat dit gedeelte ruim
genoeg is. De zandbak kan een bak zijn waar alle types van kleuters hun ding in vinden. Van de
kleuter die gaat voor een wedstrijdje verspringen als voor de kleuter die op het tafeltje rustig
taartjes maakt, of verkoopt door het raampje in de zandbak.
Het zandgedeelte kan dus uit één of twee zandbakken bestaan waar er verschillende
mogelijkheden zijn.
- gedeelte om met grote scheppen kuilen te graven en bergen te maken, te stoeien en te
springen in het zand.
- gedeelte dat geschikt is voor imitatie en rollenspel : werktafeltjes, speelaanleiding zoals
tussenschot, raam, loket …
- een gedeelte waar kinderen kunnen koken, bakken en braden.
- pannen, vergieten, schalen, borden, lepels …
- vormpjes, emmertjes, zeven, …
- vrachtauto’s, hijskranen, ..
- pvc buizen
- stukken landbouwplastiek of afdekzeilen
- plaats waar water en zand samen mogen
- mogelijkheid om zand te vervoeren
Pagina 10- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
* Waterzone
Kan een wisselbare bak zijn die niet altijd gevuld is met water, maar ook eens met keien,
herfstmaterialen. Het kan ook een waterwand zijn.
Een watertrap aan een wand met kosteloze materialen – snel stromen, traag stromen, overlopen …
Natuurlijk heb je bij warm meer mogelijkheden om water op de speelplaats te halen.
- een tuinslang met gaatjes op een kraan aansluiten zorgt voor leuke fonteintjes
- waterbakken / opblaasbadjes
- grote en kleine emmers, gieters, pvc-buizen, trechters, petflessen, spuiten …
* Rustige ruimten
Op verschillende plaatsen zijn hoekjes ingericht waar kleuters kunnen knikkeren, rollenspel spelen,
zitten en praten, elastieken, hoelahoepen… afgeschermd door struikjes, haagjes, waar kinderen
rustig kunnen zitten en bezig zijn … houten huisjes, hoekjes waar een kleuter zich even kan
terugtrekken…
* Onverhard deel
Gras is een heerlijke zachte ondergrond die erg geschikt is om tenten op te
zetten, rollen, koprollen, picknicken, … Nadeel van gras is : het groeit, het is
niet altijd bestand tegen intensief gebruik, en het blijft lang vochtig.
Kunstgras kan een alternatief zijn maar dan missen de kleuters de sensorische
ervaring van gras.
2. Algemene aandachtspunten.
* Niveauverschillen.
De ruimte wordt minder saai en geeft een spannende indruk. Kleuters kunnen de ruimte bekijken
vanuit verschillende perspectieven, want als je hoger staat zien de dingen er anders uit dan op
de grond. Het kunnen heuvels zijn die met elkaar verbonden zijn, er kan een kuil of greppel zijn,
misschien wel een laag gedeelte met afsluitbare afvoer waar je in de zomer in het water kan
spelen en in de winter een mini ijsbaan hebt, het geeft klimmogelijkheden …
* Afscheidingen
Tussen de verschillende zones, verstopplekjes, klimobjecten, windvangers, houten paaltjes,
klimmuurtje, een schot, struiken, een haag, aarden wal, grote keien, een liggende stam, …
* Natuur
Kinderen spelen meer betrokken en langer met natuurlijke materialen, drukke kinderen lijken
rustiger te worden … Speelgroen, struiken, bomen, bloemen, klassentuintjes, …
http://www.focus-wtv.tv/video/mooiste-speelplaats-van-het-land
Pagina 11- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
In de praktijk.
Bewegingsmaterialen.
- Ballen – ballonnen – strandballen –
tennisballen – proppen papier …
- Combineren met emmers,
bakken, manden … = gooien en mikken
- Hoepels – werpringen - loopklossen –
elastiek – parachute - kranten …
- Hinkelspelen aanleren
- Materialen in boxen aanbieden.
- Groepsactiviteiten : touwtrekken –
bal overgooien – elastieken –
verspringen – verstoppertje …
- Doe beroep op spelotheek !
Pagina 12- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Pagina 13- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Pagina 14- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Pagina 15- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Rijdende materialen.
- Karren – fietsen – step – buggy’s –
loopfietsen – kruiwagens –
driewielers – trekkarren …
Doe beroep op ouders hiervoor !
Pagina 16- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Constructiematerialen.
- bouwen (bakstenen – Ytong – kiezels –
houten blokken … )
- afvoerbuizen – regenpijpen …
- tractors met laadbak – bouwvakkershelmen – gereedschapskist …
- kampen en tenten bouwen : lakens –
stokken, een draad spannen over de
speelplaats – wasspelden – touwen …
- kratten – kartonnen dozen – stoelen –
tafels – paraplu’s
Pagina 17- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Pagina 18- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Meer dan een zandbak.
- VARIATIE !
- tractors – vrachtwagens - buizen –
plankjes – strooi- en zeefmateriaal –
deksels – tafeltjes in de zandbak –
kastanjes/steentjes verstoppen –
nat zand – takjes, stofjes, schelpen,
… om taartjes te versieren – vormpjes –
bakjes, strooibussen, wereldspelmateriaal als popjes, autootjes,
huisjes… , borstels in verschillende
soorten, vuilblikjes …
Pagina 19- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Muzische materialen.
- Muziekinstrumenten : drumhoekje –
percussiemateriaal – potten/pannen –
tonnen – omgekeerde metalen emmers …
- Rollenspel : verkleedkleren – hoeden –
sjaals – handtassen – oude gsms –
paraplu’s – prullenbak …
- Reismateriaal : rugzak – tentje – oude
fototoestellen – verrekijkers – picknickmand …
- Tekenmateriaal : bord/stoep krijt –
verfborstels met water – sponsen/proppen stof/verfrollen met water …
Je kan krijt verpulveren, daar een beetje water bijdoen en je kan schilderijen maken !
Pagina 20- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Pagina 21- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Pagina 22- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Actief met afsluitingen.
- regenpijpen aan afsluitingen
- weven doorheen de afsluiting
(Yarn bombing)
Pagina 23- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Kookhoekje.
- oude keuken- en huishoudmaterialen –
potten, pannen, houten lepels, soeplepels,
pollepels, taartenvormen …
- natuurlijke materialen : steentjes,
dennenappels, schelpen, kastanjes,
veren, zand, aarde, gras …
(mud kitchen – modderkeuken)
Pagina 24- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Poetsmaterialen.
- veegborstels – stoffer en blik – waslijn
met wasknijpers – wasmanden met
wasgoed – sponzen – emmers met sop –
schuurborstels …
Pagina 25- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Een regenkoffer.
- regenjassen – paraplu’s – plastic
flessen – kannen – regenpijp –
dakgoot – verfborstels …
Pagina 26- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Een windkoffer.
- windmolentjes – vliegers – plastic zakken –
windscherm – zeepbellen – vlaggen …
Pagina 27- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Een zonnekoffer.
- zonnehoedjes – petten – zonnebrillen –
lege flacons van zonnemelk – parasolletjes –
krijt om schaduwen te tekenen …
- waterspelen : vullen – gieten – legen …
Pagina 28- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Focus je op de natuur …
Elk seizoen geeft andere uitdagingen, materialen …
zomer : zon en water
herfst : herfstvruchten – regen – wind …
winter : sneeuw – ijs – koude …
lente : bloemen – kriebeldiertjes …
En … laat de natuur dichter bij onze kinderen komen.
Investeer in een groene speelplaats …
Pagina 29- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Pagina 30- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Schoolfiche : ………………………..
Materialen :
Afspraken :
Jongste kleuters
Oudste kleuters
Hoe, wat, waar, wanneer …
Hoe, wat, waar, wanneer …
Veiligheidsafspraken :
Veiligheidsafspraken :
Pagina 31- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Organisatorische afspraken :
Organisatorische afspraken :
Pictogrammen :
Pictogrammen :
Aandachtspunten voor observatie
Pagina 32- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Aandachtspunten voor begeleiding
Aandachtspunten voor
verdieping/verbreding
Dominante ontwikkelingsaspecten
(OA), ontwikkelingslijnen (OL)
en leerplandoelen (LP)
OA … :
OA … :
OL :
OL :
LD :
Pagina 33- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
OA … :
OA … :
OL :
OL :
LD :
OA … :
OA … :
OL :
OL :
LD :
OA … :
OA … :
OL :
OL :
LD :
Pagina 34- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
OA … :
OA … :
OL :
OL :
LD :
OA … :
OA … :
OL :
OL :
LD :
OA … :
OA … :
OL :
OL :
LD :
Pagina 35- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
OA … :
OA … :
OL :
OL :
LD :
Reflectie :
Pagina 36- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014
Pagina 37- Als de zon schijnt … - PEDIC schooljaar 2013-2014