regels CSE voor docenten/ surveillanten

Surveillance Protocol Eindexamens
Dit document is specifiek voor de surveillance van de examens.
(Voor de leerlingen is een apart document met regels verschenen, dat ook op de website staat.)
1. Aanvang van het examen.
 Alle examens beginnen om 7.30u. Om ook daadwerkelijk op tijd te beginnen worden de
surveillanten een kwartier eerder in de examenzaal verwacht.
 Kandidaten moeten zich kunnen identificeren met cedula, rijbewijs of paspoort. Indien u twijfelt
over de naam, vraag dan om identificatie.
 Tassen moeten achter of voor in de zaal gelaten worden. Telefoons en geluidsdragers in de tas
en uitgeschakeld. Geen etui op de tafel. Gelieve dit bij elk examen nog mondeling te herhalen.
Geen zonnebrillen of petten.
 De kandidaten mogen bij elk examen op hun tafel de basishulpmiddelen hebben:
Schrijfgerei (blauwe/zwarte pen, potlood, gum maar geen typex), liniaal/geodriehoek, passer,
een gewone rekenmachine(geen grafische) en een verklarend Nederlands woordenboek.
 Bij sommige examens zijn er specifieke hulpmiddelen toegestaan, zoals:
o Alleen bij H5: wiskunde, natuurkunde, scheikunde, m&o: grafische rekenmachine
(geheugen hoeft niet gewist te worden voor aanvang van examen)
o moderne vreemde talen (incl. Papiaments): woordenboek (waarin niet geschreven)
vanuit en naar de doeltaal.
o Natuurkunde, biologie en scheikunde: Binas 5e druk (waarin niet geschreven).
o Aardrijkskunde: de bosatlas 53e of 54e editie.
 Controleer steekproefsgewijs woordenboek en Binas.
 De kandidaat mag enkel op (gestempeld) papier van de school werken. Laat de kandidaten
beginnen met naam, examennummer en docent op het papier schrijven.
 De kandidaat mag iets te eten en drinken op tafel hebben. (dat mag geen lawaai maken)
 Het examen wordt geopend door een directielid (of vertegenwoordiger) door het oplezen van
het vak, tijdvak en tijdsduur. Hierna wordt het door de surveillanten uitgedeeld. Het moet stil
zijn in de zaal.
 Op het bord wordt duidelijk het vak en de begin- en eindtijd aangegeven.
 De surveillanten lopen langs de tafels met het procesverbaal wat door elke kandidaat getekend
dient te worden.
2. Gedurende het examen.
 Een half uur na aanvang mogen kandidaten niet meer aan het examen beginnen zonder
toestemming van directie/inspectie. Stuur deze kandidaten naar de directie.
 Bij te laat komen blijft toch de officiële eindtijd gelden. (uitgezonderd speciale gevallen: directie)
 Kandidaten mogen de zaal binnen het eerste half uur na aanvang van het examen niet verlaten.
 Kandidaten die eerder inleveren mogen vóór het einde van het examen de opgaven niet
meenemen. Ze kunnen ze eventueel na het examen komen halen.
 Een kwartier voor het einde van het examen wordt dit aan de kandidaten verteld. Vanaf dat
moment mogen de kandidaten niet meer vertrekken.
 De kandidaat mag gedurende het examen niets lenen van een andere kandidaat.
 Kandidaten mogen tijdens het examen niet van hun plaats opstaan. D.m.v. vinger opsteken
kunnen ze kenbaar maken dat ze iets nodig hebben of naar het toilet moeten.
Versie 2014
Pag 1
Surveillance Protocol Eindexamens








Indien een kandidaat wil inleveren (niet binnen een half uur na aanvang of later dan een
kwartier voor het einde) wordt eerst het werk ingenomen, waarna hij/zij mag vertrekken.
Kandidaten die naar het toilet moeten, worden door een surveillant daarnaar begeleid.
De surveillant mag geen antwoord geven op vragen betreffende de examenopgaven. Ook niet bij
eventuele fouten in het examenwerk. Dat laatste kan enkel door de inspectie/directie worden
gedaan.
Als een kandidaat tijdens het examen ziek wordt, dan wordt hij/zij door een surveillant begeleid
naar de directie (ook gedurende het laatste kwartier). Zijn/haar werk wordt ingenomen en apart
gehouden. Op het procesverbaal wordt dit aangegeven, met tijdstip. Bij hervatting van examen
dit ook vermelden.
De surveillant tekent zijn aanwezigheid af op het procesverbaal. Dit kunnen meerdere blaadjes
zijn.
Tijdens het examen is het een surveillant niet toegestaan andere werkzaamheden te verrichten.
Alle zaken die buiten het normale verloop van het examen vallen moeten op het proces verbaal
vermeld worden met tijdstip.
Eindverantwoordelijke voor de gang van zaken is de examensecretaris/rector. Met hem/haar
moet contact opgenomen worden bij problemen.
3. Einde van het examen.
 Een kwartier vóór het einde van het examen wordt dit verteld. Kandidaten mogen niet meer
vertrekken.
 Op het einde van het examen (tijdstip op het bord) wordt dit verteld aan de kandidaten. Er mag
niet meer geschreven worden. De kandidaten moeten blijven zitten totdat alle werken door de
surveillanten zijn opgehaald.
 Alles wat de kandidaat inlevert wordt bij elkaar gedaan en daarna in de daarvoor bestemde
envelop gedaan. Let a.u.b. op inleveren van bijlagen en of de gegevens van de kandidaat
vermeld zijn.
 Wanneer iedereen heeft ingeleverd, wordt door de surveillanten geteld of het aantal werken
overeenkomt met het proces verbaal.
 De enveloppen met het gemaakte werk en het proces verbaal worden ingeleverd bij de
examensecretaris.
4. Wat te doen bij geconstateerde onregelmatigheden/fraude.
Vraag de kandidaat zich te identificeren (paspoort, cedula, rijbewijs) indien u hem/haar niet kent of
twijfelt over de naam.
Indien u fraude constateert meldt u dat meteen bij de examensecretaris. Eventuele spiekbriefjes en
ander ongeoorloofd materiaal wordt ingenomen. Laat de kandidaat zitten en doorwerken.
Maak hiervan aantekening op het proces verbaal.
De kandidaat mag i.h.a. het examen wel afmaken, maar over de geldigheid daarvan wordt door de
inspectie in overleg met de directie beslist.
Versie 2014
Pag 2