Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Cohort 2014 Kaderfunctionaris Uitvoering Bouw - Infra | Drachten 93872 Kaderfunctionaris Uitvoering 1 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Voorwoord Voorwoord Voor je ligt de studiegids van de opleiding Kaderfunctionaris Uitvoering. In deze studiegids staat informatie over de opleiding die jij gaat volgen. Lees de studiegids goed door. Zo weet je precies wat je kunt verwachten tijdens de opleiding. Het lezen van de studiegids is niet alleen handig voordat je begint aan je opleiding, het is ook verstandig om de studiegids goed te bewaren. Ook tijdens de opleiding kun je veel antwoorden vinden op je vragen. Wij wensen je veel plezier en succes bij deze opleiding. ROC Friese Poort/ TECTUM 2 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Inhoudsopgave 1. ROC Friese Poort 1.1 Leren bij ROC Friese Poort 1.1.1 Christelijke school 1.1.2 Beroepsgericht Onderwijs 1.1.3 Actief leren 1.1.4 Leerwegen 1.1.5 Rechten en plichten 1.1.6 TECTUM Beroepsbeeld 2. 2.1 Hoe ziet het beroep eruit? 3. Hoe ziet je opleiding er uit? 3.1 Inleiding 3.2 Kerntaken en werkprocessen 4 4 4 4 4 4 5 5 3.2.1 Kerntaken 3.2.2 Werkprocessen 3.3.1 J aarindeling van de opleiding 10 3.3.2 Studieplanning van de opleiding 10 3.4 Overige vakken 3.4.1 G enerieke eisen Nederlands en rekenen 3.4.2 Moderne vreemde talen 3.4.3 Loopbaan en burgerschap 6 6 8 8 8 3.3 L engte en planning van de opleiding 4. Beroepspraktijkvorming (BPV) 5. Toetsen en examens 5.1 De weg naar het examen 5.2 De examens 16 18 18 19 5.2.1 H oe zien de examens er uit? 5.2.2 E xamens Nederlands, rekenen en Engels 5.2.3 Wanneer ben je geslaagd? 19 22 Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage 27 28 29 30 23 5.3 Regels bij het examen 24 6. Begeleiding 26 6.1 B egeleiding bij 26 ROC Friese Poort Bijlagen27 8 8 10 12 12 13 14 3 I II III IV ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 1. ROC Friese Poort Wat voor school is dit? ROC Friese Poort is een school met mbo-opleidingen (middelbaar beroeps onderwijs). Je kunt er zo’n 150 verschillende opleidingen volgen. Deze opleidingen worden gegeven in Leeuwarden, Dokkum, Drachten, Sneek en Emmeloord. 1.1 Leren bij ROC Friese Poort Om je rijexamen te kunnen halen moet je kennis, vaardigheden, inzicht en houding tegelijk toepassen: • je moet kennis van de verkeersregels hebben •je moet vaardigheden hebben om de auto goed te bedienen •je gebruikt inzicht om goed te reageren op verschillende verkeerssituaties •je moet een sociale houding hebben (je moet rekening houden met alle verkeersdeelnemers en je moet je houden aan de verkeersregels) 1.1.1 Christelijke school 1.1.3 Actief leren ROC Friese Poort is een christelijke school. Dit betekent dat we met elkaar het gesprek aangaan over levensbeschouwelijke zaken en de christelijke levensvisie. Van alle studenten wordt verwacht dat ze hieraan meedoen. Ook studenten die geen christelijke achtergrond hebben. De christelijke identiteit wordt zichtbaar gemaakt in activiteiten in de school, zoals vieringen en de posterprojecten rondom de christelijke feestdagen. Bij ROC Friese Poort kiezen we voor onderwijs dat uitgaat van actief leren. Dit betekent dat: • je stap voor stap leert zelfstandig te werken en te leren. Aan het begin van je opleiding krijg je nog veel begeleiding, later minder. • jouw ontwikkeling centraal staat. Er wordt gekeken naar wat je al weet, wat je wilt bereiken en hoe snel je dit kunt. • je opgeleid wordt voor een beroep. Bedrijven zoeken mensen die hun werk goed uitvoeren. Dit leer je door veel ervaring op te doen in de praktijk. Daarom bestaat de opleiding uit veel praktijk. We vinden het belangrijk om aandacht te hebben voor jou als persoon. Het gaat bij ROC Friese Poort vooral om leren en het uitwisselen van kennis en ervaringen. We doen ons best om jou zo goed mogelijk voor te bereiden op het beroep dat jij gekozen hebt. We proberen je ook goed voor te bereiden op jouw rol in de samenleving. We doen dit door steeds te kijken naar wat je al kunt (niveau), wat je wilt (ambitie) en waar je goed in bent (talent). 1.1.2 Beroepsgericht Onderwijs Omdat het mbo opleidt voor een beroep, vinden wij naast het KENNEN (kennis) en het KUNNEN (vaardigheden) ook HOUDING erg belangrijk. Dit wordt ook wel ‘beroepsgericht onderwijs’ genoemd. Aan de hand van het volgende voorbeeld leggen we uit wat hiermee bedoeld wordt. 4 1.1.4 Leerwegen ROC Friese Poort biedt beroepsopleidingen aan op verschillende kwalificatieniveaus (entreeopleiding, niveau 2, 3 en 4). Bij veel beroepsopleidingen zijn twee verschillende leerwegen mogelijk. •Beroeps Opleidende Leerweg (BOL): je gaat in principe elke dag naar school en volgt tijdens de opleiding beroepspraktijkvorming (BPV) bij een bedrijf of instelling om praktijk ervaring op te doen. Soms loop je één dag in de week stage, maar het kan ook zijn dat je meerdere weken achter elkaar stage loopt, of zelfs een half jaar. •Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL): je werkt (of loopt stage) bij een bedrijf of instelling en gaat één of twee dagen per week naar school. ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 1.1.5 Rechten en plichten Het is prettig dat je weet wat je kunt verwachten van ROC Friese Poort. Ook is het goed om te weten wat ROC Friese Poort van jou verwacht. Voordat je aan de opleiding begint, teken je samen met de school een onderwijsovereenkomst. Deze overeenkomst bevat een reglement waarin staat wat je rechten en plichten zijn. Jij mag ons aanspreken op alles wat in deze onderwijs-overeenkomst staat. Wij mogen jou hier ook op aanspreken. Deze regels geven duidelijkheid over wat kan en mag. De regels leggen de basis voor een goede verhouding tussen jou en docenten, voor goed onderwijs en een goede beroepspraktijkvorming. Onderwijsovereenkomst Met elke student wordt een onderwijsovereenkomst (OOK) afgesloten. Hier staat in wat jouw rechten en plichten zijn. De onderwijsovereenkomst moet getekend zijn voordat jij start met de opleiding. Praktijkovereenkomst Met elke student wordt een praktijkovereenkomst (POK) afgesloten. Hier staat in wat jouw rechten en plichten zijn als je je BPV doet. Jij mag het bedrijf en de school aanspreken op alles wat in deze overeenkomst staat. Het bedrijf en de school mogen jou hier ook op aanspreken. Naast rechten en plichten zorgt een getekende POK er ook voor dat je verzekerd bent tijdens je stage. Dit betekent dan ook dat je zonder getekende POK niet op stage mag! 1.1.6 TECTUM ROC Friese Poort en TECTUM verzorgen samen de beroepsopleiding Dakdekker en de opleiding Allround Dakdekker Bitumen ne Kunststof. Zij hebben daar onderling afspraken over gemaakt. Als student van één van beide opleidingen zal je de opleiding volgen op een van de locaties van TECTUM. 5 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 2. Beroepsbeeld Hoe ziet het beroep er uit? Wat doet een Uitvoerder in de Bitumineuze en kunststof dakbedekkingsbranche? Waar werk je, wat moet je kunnen? Je volgt een opleiding tot het beroep Kaderfunc tionaris Uitvoering (bitumen en kunststof (93872). Je bent werkzaam in de latte dakenbranche en je wilt op termijn aan de slag als Uitvoerder. Als uitvoerder doe je je werk onder leiding van een projectleider of bedrijfsleider. Je zult afhankelijk van het bedrijf waar je werkt, meewerken aan een groter deel van het project of een meer specialistische taak uitvoeren. 2.1 Hoe ziet het beroep er uit? Als uitvoerder ben je de spil van het bouwproject. Je geeft leiding aan het personeel, bespreekt werkopdrachten met (onder)aannemers en je houdt toezicht op het werk. Je let op de kwaliteit van materialen en het geleverde werk. Je bent verantwoordelijk voor de voortgang, de kosten en de kwaliteit van het werk. Je krijgt je opdrachten zelf van de uitvoerder, maar de uitvoering ervan is jouw verantwoordelijkheid. Je bent ook verantwoordelijk voor de veiligheid van de werkers op de bouwplaats. 6 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 7 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 3. Hoe ziet je opleiding eruit? Wat ga ik tijdens mijn studie doen? 3.1 Inleiding In dit hoofdstuk kan je informatie vinden over de opleiding Kaderfunctionaris Uitvoering bitumen en kunststof. Deze opleiding beslaat één opleidingsjaar. Voorwaarde voor toelating is een afgeronde opleiding tot dakdekker niveau 3 of een vergelijkbare opleiding. De opleiding bestaat uit meerdere beroepstaken. Deze beroepstaken staan in de Trajectmap die je aan het begin van de opleiding uitgereikt krijgt. De beroepstaken worden afgesloten met kennisen inzichttoetsen. Tijdens de opleiding wordt ook gekeken of en hoe je je beroepshouding ontwikkeld hebt, op school en bij het leerbedrijf. In de Trajectmap zijn per beroepstaak voorbeelden van de bij de die taak behorende toetsing opgenomen. Ook vind je in die map beschreven welke werkprocessen uit de beroepstaken worden beoordeeld. Daarnaast staat er ook in vermeld welke prestaties je moet leveren, als bijvoorbeeld: werkstuk, verslagen, tekeningen. 3.2 Kerntaken en werkprocessen 3.2.1 Kerntaken In het beroep (Assistent-) Uitvoerder heb je een aantal taken die heel bepalend zijn voor je werk. We noemen dit kerntaken. Een kerntaak is bijvoorbeeld: Bereidt de uitvoering van werkzaamheden voor en bewaakt deze. 3.2.2 Werkprocessen Bij een kerntaak horen handelingen die je goed moet beheersen. Deze handelingen worden werkprocessen genoemd. Een werkproces is bijvoorbeeld: Organiseert en plant het uitvoeringsproces 8 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Kerntaken Kaderfunctionaris Uitvoering bitumen en kunststof niveau 4 Kerntaak Werkproces Kerntaak 1: Calculeert en stelt offertes op 1.2 Verricht werkopname Kerntaak 2: Bereidt de uitvoering van werkzaamheden voor en bewaakt deze 2.1 Organiseert en plant het uitvoeringsproces 2.2 Bewaakt en controleert de voortgang 2.3 Bewaakt en controleert de kwaliteit 2.4 Bewaakt de begroting Kerntaak 3: Leidt de uitvoering van de werkzaamheden 3.1 Organiseert en coördineert de uitvoering 3.2 Voert KAM-beleid uit 3.3 Maakt detailplanningen 3.4 Stuurt personeel aan 3.6 Verricht administratieve werkzaamheden 9 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 3.3 Lengte en planning van de opleiding 3.3.1 Jaarindeling van de opleiding Het schooljaar voor een Kaderfunctionaris Uitvoering bitumen en kunststof loopt van september tot en met juni het volgende jaar. Het lesprogramma van de opleidingen is als volgt opgebouwd: Ongeveer 45 lesdagen (inclusief examinering), in de regel een lesdag per week. In de winterperiode kunnen dat 2 tot 3 lesdagen per week zijn. 3.3.2 Studieplanning van de opleiding Opleiding Kaderfunctionaris Uitvoering bitumen en kunststof Niveau 4 Beoordelingseenheden Kerntaken Werkprocessen Werk opnemen Werk plannen Werk organiseren • • Werk KAM adminiuitvoeren streren en bewaken Kerntaak 1: Calculeert en stelt offertes op 1.1 Adviseert opdrachtgevers 1.2 Verricht werkopname 1.3 Calculeert werkzaamheden 1.4 Offreert producten en/of diensten 1.5 Verricht nacalculatie van werkzaam-heden • Kerntaak 2: Bereidt de uitvoering van werkzaamheden voor en bewaakt deze 2.1 Organiseert en plant het uitvoeringsproces 2.2 Bewaakt en controleert voortgang • 2.3 Bewaakt en controleert kwaliteit • 2.4 Maakt actieplan • 2.5 Verzorgt en communiceert projectinformatie 2.6 Werkt KAM-beleid uit 10 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Beoordelingseenheden Kerntaken Werkprocessen Werk opnemen Werk plannen Werk organiseren Werk KAM adminiuitvoeren streren en bewaken Kerntaak 3: Leidt de uitvoering van werkzaamheden • 3.1 Organiseert en coördineert de uitvoering 3.2 Voert KAM-beleid uit 3.3 Maakt detailplanningen • 3.4 Stuurt personeel aan • 3.5 Verzorgt maatvoering en stelwerk 3.6 Verricht administratieve werkzaamheden • • 11 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 3.4 Overige vakken Een goede beroepshouding en kennis en vaardig heden zijn belangrijk voor het beroep dat jij wilt leren. Daarnaast is er een aantal andere vakken 16waar je examen in moet doen. Vakken die je, naast je beroepsgerichte examens, moet halen zijn: rekenen en Nederlands. 3.4.1 Generieke eisen Nederlands en rekenen Generieke niveaus Aan het begin van de opleiding worden instaptoetsen afgenomen, waarbij bepaald wordt welk niveau je hebt. De niveaus heten referentieniveaus. De referentieniveaus worden gebruikt in het basisonderwijs, het voortgezet onderwijs en het mbo, zodat je ze met elkaar kunt vergelijken. Omdat deze referentieniveaus voor alle opleidingen op hetzelfde niveau gelden, worden ze ook wel ‘generieke’ niveaus genoemd. Op basis van de resultaten van de instaptoets krijg je passend onderwijs aangeboden. Aan het einde van elke opleiding moet worden aangetoond (door examens) dat je de vereiste niveaus (nog) beheerst. 12 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Overzichten niveaus In de onderstaande overzichten kun je zien welk niveau jij moet beheersen voor de opleiding die je volgt. Wil je meer weten over wat het niveau precies inhoudt, dan kun je het vragen aan je docent. Nederlands Luisteren Lezen Gesprekken voeren Spreken Schrijven Taalverzorging 4F 3F 2F 1F Rekenen Getallen Verhoudingen Meten en meetkunde Verbanden 4F 3F 2F 1F 3.4.2 Moderne vreemde talen Engels Luisteren Lezen Gesprekken voeren C2 C1 B2 B1 A2 A1 13 Spreken Schrijven ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 3.4.3 Loopbaan en burgerschap Tijdens je opleiding wordt aandacht besteed aan Loopbaan en Burgerschap (LB). Loopbaan en Burgerschap gaan over studievaardigheden, je loopbaan en over jouw rol in onze samenleving. Het onderdeel loopbaan komt uitgebreid aan bod tijdens je studieloopbaanbegeleiding. Voor het onderdeel burgerschap, worden aparte lessen en projecten of activiteiten georganiseerd. 14 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 15 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 4. Beroepspraktijkvorming (BPV) Kennismaken met de dagelijkse beroepspraktijk is erg belangrijk bij ROC Friese Poort. Je gaat daarom tijdens je opleiding ervaring opdoen in een leer bedrijf. Dit noemen we de beroepspraktijkvorming (BPV).. Tijdens je BPV leer je het werkveld kennen en breng je kennis in de praktijk. Gedurende de BPV-periode houd je je aan de regels van de BPVovereenkomst. Alleen als een leerling met succes de BPV bij een erkend leerbedrijf heeft gevolgd, kan hij een diploma behalen. Leren op school Bij de opleiding Kaderfunctionaris Uitvoering bitumen en kunststof bekwaam je je in alle voor het beroep benodigde aspecten, anders gezegd de werkprocessen (zie bladzijde 12 en 13). Deze werkprocessen leer je voor een groot deel in de praktijk, bij je leerbedrijf, maar ook tijdens de praktijklessen op de opleiding. In de opleiding krijg je les in de achterliggende theorie van een werkproces en krijg je de gelegenheid om bijvoorbeeld te oefenen met onderdelen van werkprocessen die je nog niet beheerst. Bijvoorbeeld het opnemen van een werk of het maken van een detailplanning. De vakdocent helpt je hierbij en zorgt voor individuele uitleg of verzorgt klassikale lessen. Leren in de praktijk Tijdens de opleiding breng je de meeste tijd door bij je leerbedrijf. Hier voer je op de werkplek alle werkzaamheden uit die bij de eerdergenoemde werkprocessen horen. Dit doe je onder leiding van een praktijkbegeleider. Deze werkprocessen sluit je af met een praktijkopdracht, die je in het leerbedrijf onder begeleiding van de praktijkbegeleider maakt. Je wordt gedurende de gehele opleiding zowel door school als door het leerbedrijf beoordeeld. 16 Trajectmap Om je door de opleiding te loodsen is de Trajectmap ontwikkeld. Deze map is het spoorboekje dat jou door de opleiding leidt. Je hebt de trajectmap altijd bij je, op school en tijdens de beroepspraktijkvorming. Hierdoor hebben je docent, je opleidingsbegeleider en je praktijkbeleider op elk moment inzicht in waar jij mee bezig is, op school, bij het opleidingsbedrijf en bij het leerbedrijf. In de trajectmap zit alle informatie die docent, opleidingsbegeleider en praktijkbegeleider nodig hebben om jou goed te begeleiden en te kunnen beoordelen. Aan het begin van de opleiding zal veel aandacht besteed worden aan de uitleg en functie van de trajectmap. VAO-Dak (Voorlichting, Advies en Ondersteuning) Om de afstemming tussen de dagelijkse werkpraktijk en de opleiding optimaal te laten verlopen is in de bedrijfstak VAO-Dak in het leven geroepen. Elke praktijkopleider die een leerlingdakdekker in de praktijk begeleidt krijgt in een opleidingsjaar twee werkplekbezoeken door een VAO-Dakfunc-tionaris/ docent van ROC Friese Poort/TECTUM. De praktijbegeleiders worden op de werkplek vaardigheden bijgebracht die bij de begeleiding en beoordeling van een leerlingdakdekker van pas komen. Ook tijdens dit bezoek is neemt de Trajectmap een belangrijke plaats in. Je krijgt vanuit school opdrachten mee die in het leerbedrijf uitgevoerd moeten worden. Deze opdrachten worden beoordeeld door de praktijkbegeleider, die verantwoordelijk is voor de begeleiding vanuit het leerbedrijf. De opleidings begeleider van TECTUM zal regelmatig het leerbedrijf bezoeken om te beoordelen of de beroepspraktijkvorming naar wens verloopt. Om te kijken of je genoeg uren maakt, moet je in de trajectmap bijhouden hoeveel uren je werkt. ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 17 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 5. Toetsen en examens Wanneer zijn er toetsen en examens en wat moet ik daarvoor doen? 5.1 De weg naar het examen Toetsvormen en beoordelingsmethoden Je toont aan dat je de competenties en vakvaardigheid voor het beroepsgerichte deel voldoende hebt ontwikkeld. 18 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 5.2 De examens 5.2.1 Hoe zien de examens er uit? Examenplannen Kwalificatie/crebocode Uitstroom/crebocode Cohort Kwalificatiedossier : Kaderfunctionaris bouw, infra en gespecialiseerde aannemerij 22011 : Kaderfunctionaris uitvoering 93872 : 2014 : Kaderfunctionaris bouw, infra en gespecialiseerde aannemerij 2014 Examencode Kerntaken en werk processen Inhoud/ beoor delings eenheid Examen Duur vorm Periode Wanneer voldoende Weging binnen BE BPV 1,4 1.2 Werk opnemen P Variabel Variabel ≥5,5 0,5 T Variabel Variabel P Variabel Variabel T Variabel Variabel P Variabel Variabel TOETS2013-01 BPV 6,7,8,31 2.1, 3.3 TOETS2013-03 BPV 27,28,32,33,34 3.4 Werk plannen Werk organiseren TOETS2013-05 BPV 10,11,12,36 T Variabel Variabel P Variabel Variabel TOETS2013-04 2.2, 2.3, 2.4, Werk admini3.6 streren en bewaken T Variabel Variabel BPV 32,33,34 3.1, 3.2 P Variabel Variabel T Variabel Variabel TOETS2013-02 Uitvoeren KAM-beleid ≥5,5 BE ≥5,5 BE ≥5,5 0,5 0,5 0,5 ≥5,5 BE ≥5,5 0,5 ≥5,5 BE ≥5,5 0,5 ≥5,5 BE ≥5,5 0,5 0,5 0,5 0,5 * V oldoende is als 55% van de beoordelingscriteria voldoende zijn. Het resultaat van alle beoordelingen in het praktijkexamen moet per kerntaak ≥5,5 zijn. Resultaat per kerntaak (Bijlage diploma) Kerntaak Het resultaat van de kerntaak wordt bepaald door het gezamenlijk resultaat van de hieronder vermelde beoordelingseenheden. Een rekenmodel voor het berekenen van het eindresultaat per kerntaak is onlosmakelijk verbonden aan dit examenplan. Het eindcijfer per kerntaak moet ≥ 5,5 zijn. Kerntaak Het resultaat van de kerntaak wordt bepaald door het gezamenlijk resultaat van de volgende beoordelingseenheden. 1. Calculeert en stelt offertes op 1 2. Bereidt de uitvoering van werkzaamheden voor en bewaakt deze 2, 4 (K2) 3. Leidt de uitvoering van werkzaamheden 3, 4 (K3), 5 * P = praktijkexamen, T = schriftelijk examen 19 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Examenplan Nederlands 3F (met centraal examen) Examen code Examen onderdeel Inhoud Examen vorm Duur Periode*** Weging Centraal examen Lezen Informatieve teksten, instructies, betogende teksten D 120 min. 2e helft opleiding 100% Luisteren* Teksten over alledaagse onderwerpen Gesprekken voeren* Gespreks vaardigheidspreek vaardigheid M Variabel 2e helft opleiding Spreken* Monoloog: opbouw, inhoud, presentatievaardigheden M Variabel 2e helft opleiding Schrijven** Zakelijke brief, instruerende e-mail, betoog D/S Variabel 2e helft opleiding Instellings examens 2e helft opleiding 100% * Luisteren, gesprekken voeren en spreken vallen onder ‘mondelinge taalvaardigheid’ * * begrippenlijst en taalverzorging worden beoordeeld binnen het examen schrijven ***De exacte examenplanning wordt verstrekt bij de start van het cursusjaar waarin de examens plaatsvinden Examenplan Rekenen 3F (centraal examen) Examen code Examen onderdeel Inhoud Examen vorm Duur Periode* Weging Instellings examens Getallen verhoudingen metenmeetkunde verbanden Getallen, Verbanden, Meten en Meetkunde, Verhoudingen D/S Variabel 2e helft opleiding 100% * De exacte examenplanning wordt verstrekt bij de start van het cursusjaar waarin de examens plaatsvinden 20 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Examenplan Engels Examen code Examen onderdeel Inhoud Examen vorm Duur Periode*** Weging Instellings examens Lezen B1 Feitelijke teksten over onderwerpen uit de eigen werk- of leefomgeving lezen met een redelijke mate van begrip D 120 min. 2e helft opleiding 100% Luisteren B1 Begrijpt feitelijke informatie over veel voorkomende onderwerpen uit dagelijks leven en werk. Schrijven A2 In eenvoudige bewoorM dingen een beschrijving geven van mensen, leef- en werkomstandigheden, dagelijkse routines enz. Variabel 2e helft opleiding 100% Spreken A2 Korte gesprekken voeren in M standaardsituaties. Vragen stellen en beantwoorden en ideeën en informatie uitwisselen over vertrouwde onderwerpen in voorspelbare, alledaagse situaties. Variabel 2e helft opleiding Gesprekken voeren A2 Korte, informele briefjes D/S schrijven en boodschappen noteren in telegramstijl Variabel 2e helft opleiding * De exacte examenplanning wordt verstrekt bij de start van het cursusjaar waarin de examens plaatsvinden Voor meer informatie over de examens kun je terecht bij je studieloopbaanbegeleider. Soort examen: Wanneer: Duur: Examencode: S = schriftelijk, M= mondeling, V = verslag, P= praktijk, PvB = Proeve van Bekwaamheid periode van het jaar waarin je het examen krijgt hoe lang duurt het examen de naam van het examen Voor meer informatie over de examens kun je terecht bij je studieloopbaanbegeleider. 21 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 5.2.2 Examens Nederlands, rekenen en Engels Examens Nederlands, rekenen en Engels (niveau 4) Welke gevolgen de resultaten voor de examens voor de generieke eisen Nederlands, rekenen en Engels hebben voor het behalen van jouw diploma, hangt af van het jaar waarin je examen doet. Examenjaar Regeling 2014-2015 De resultaten voor de examens generieke eisen Nederlands en Engels tellen mee voor het diploma. Het eindcijfer voor rekenen heeft geen gevolgen voor het behalen van jouw diploma. Van de eindcijfers voor Nederlands en Engels mag één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5). Het andere cijfer moet ten minste een 6 zijn. 2015-2016 De resultaten voor de examens generieke eisen Nederlands, Engels en rekenen tellen mee voor het diploma. Van de eindcijfers voor Nederlands, rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5). De twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. 2016-2017 De resultaten voor de examens generieke eisen Nederlands, Engels en rekenen tellen mee voor het diploma. Van de eindcijfers voor Nederlands, rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5). De twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. Examens Nederlands en rekenen (niveau 2 en 3) Welke gevolgen de resultaten voor de examens voor de generieke eisen Nederlands, rekenen en Engels hebben voor het behalen van jouw diploma, hangt af van het jaar waarin jij je diploma behaalt. Examenjaar Regeling 2014-2015 Het eindcijfer voor Nederlands en/of rekenen heeft geen gevolgen voor het behalen van jouw diploma. 2015-2016 De resultaten voor de examens generieke eisen Nederlands tellen mee voor het diploma. Het gemiddelde eindcijfer voor Nederlands mag niet lager zijn dan een 5. Het eindcijfer voor rekenen heeft geen gevolgen voor het behalen van jouw diploma. 2016-2017 De resultaten voor de examens generieke eisen Nederlands en rekenen tellen mee voor het diploma. Van de eindcijfers voor Nederlands en rekenen mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5). Het andere eindcijfer moet ten minste een 6 zijn. 22 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 5.2.3 Wanneer ben je geslaagd? Je bent geslaagd als je de volgende examens met een voldoende hebt afgesloten: • Alle examenonderdelen van het beroepsgerichte deel, • Nederlandse taal en rekenen Daarnaast moet je: • Voldaan hebben aan de verplichtingen met betrekking tot Loopbaan en Burgerschap (LB). • Een voldoende hebt op je BPV. 23 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 5.3 Regels bij het examen Belangrijke adressen ROC Friese Poort heeft een examenreglement (bijlage II). Hier staan alle regels in die belangrijk zijn wanneer je een examen moet doen. Hieronder staan de belangrijkste regels. • Je bent verplicht om aan de examens van je opleiding mee te doen. • Als je niet aanwezig bent, heb je één examenkans gemist. • Je hebt recht op een herkansing, kijk voor het aantal in het examenreglement. • Ben je meer dan 15 minuten te laat, dan mag je niet meer meedoen aan het examen. • Je mag bij het examen alleen hulpmiddelen gebruiken als dit op het examen staat. • Er is een aantal dingen die jij tijdens het examen niet mag doen, bijvoorbeeld frauderen en hulpmiddelen gebruiken die niet toegestaan zijn. Als je je niet aan deze regels houdt, kan het zijn dat je niet meer mee mag doen aan het examen. De (sub)examencommissie beslist wat voor gevolgen dit heeft. • De school moet de uitslag van het examen binnen 20 werkdagen schriftelijk of digitaal (ELO/Edu-Mail) bekend maken. • Je kunt bij de subexamencommissie een vrijstelling (of meer) aanvragen voor een examen. Het formulier dat hiervoor nodig is kun je krijgen bij je studieloopbaanbegeleider. • Als je een beperking hebt (bijv. dyslexie), kan het examen aangepast worden. Informatie hierover kun je krijgen bij je studieloopbaanbegeleider. • Je mag jouw gemaakte examen en de beoor deling inzien en de beoordelaar vragen om uitleg te geven bij de uitslag van het examen. • Je mag een bezwaar indienen bij de examen commissie als je het niet eens bent met de uitslag van jouw examen. Dit moet je wel doen binnen vijf kalenderdagen nadat jij de uitslag hebt ontvangen. 24 Bezwaarschrift: ROC Friese Poort Techniek en Vormgeving: Aan de voorzitter van de examencommissie: Dhr. M. Scheweer Postbus 15 9200 AA Drachten Beroepschrift: M.b.t examenreglement artikel 5.1 – 5.3 Aan de commissie van Beroep voor de Examens P/a College van Bestuur Postbus 140 8900 AC Leeuwarden ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 25 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 6. Begeleiding Hoe word ik tijdens mijn studie begeleid? BPV-begeleider De BPV-begeleider komt van ROC Friese Poort/ TECTUM en helpt je bij je BPV. BPV staat voor: ‘beroepspraktijkvorming’.. De BPV-begeleider komt zo nu en dan op bezoek om te kijken of jij het goed doet tijdens je BPV. Ook praat hij met de praktijkbegeleider van je BPV-adres. Voor meer informatie over de BPV kun je kijken in hoofdstuk 4: BPV. Nieuwe manieren van leren kom je bij alle ROC’s tegen, maar het is niet overal hetzelfde. Bij ROC Friese Poort leer je stapsgewijs zelfstandig werken en leren. Aan het begin van je opleiding krijg je nog veel begeleiding, later minder. De ene student kan sneller zelfstandig werken dan de andere, daarom houden we rekening met wat jij aankunt. Vanaf het moment dat jij begint op onze school proberen wij jou zo goed mogelijk te begeleiden en te helpen. VAO-Dakmedewerker De VAO-Dakmedewerker komt van ROC Friese Poort/TECTUM en helpt je bij je BPV. BPV staat voor: ‘beroepspraktijkvorming’.. De BPV-begeleider komt twee keer in het opleidingsjaar bij jou op de werkplek (aan het begin en halverwege). Deze medewerker helpt jouw opleiding zo goed mogelijk te laten verlopen. 6.1 Begeleiding bij ROC Friese Poort Je hebt tijdens je opleiding een vaste begeleider, je opleidingsbegeleider. Deze persoon kan jou helpen bij je opleiding. Er zijn ook nog andere mensen die jou hulp kunnen bieden. Hieronder wordt uitgelegd wat er allemaal mogelijk is, bij welke mensen je terecht kunt en wat zij doen. Zo weet je precies bij wie je terecht kunt als je een vraag of probleem hebt. Opleidings-begeleider Je krijgt aan het begin van je opleiding een studieloopbaanbegeleider toegewezen. De opleidingsbegeleider kan je helpen met allerlei zaken. Dus zit je met een vraag of heb je een probleem, neem contact op met je opleidingsbegeleider. Ook als je informatie wilt over jouw studieresultaten, kun je bij de SLB-er terecht. (Vak)docent Een docent geeft les aan groepen. Soms geeft een docent één vak, soms meerdere vakken. Een docent kan je ook begeleiden tijdens je stage. Ook als je informatie wilt over jouw studieresultaten, kun je bij de docent terecht. 26 Er werken natuurlijk nog veel meer mensen bij ROC Friese Poort/TECTUM, maar je zult het meest te maken krijgen met de mensen die we hier genoemd hebben. Klachtencommissie Je kunt een klacht indienen als je het niet eens bent met de manier waarop je bent behandeld door de school, maar ook voor klachten op het gebied van seksuele intimidatie, discriminatie, agressie, geweld of ongewenst gedrag. De regels kun je vinden in het ‘handboek reglementen’ dat bij de opleidingsmanager of de studentenadministratie in te zien is. Daarnaast is er een algemene klachtenregeling. Deze regeling wordt beschreven in het ‘reglement voor de behandeling van klachten’. Ook deze regeling is in te zien bij je opleidingsmanager of de studentenadministratie. ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Bijlage I Studieduur/SBU Niveau 4 1e leerjaar Totaal School begeleid 368 368 School onbegeleid 16 16 Totaal school 384 384 BPV begeleid 1280 1280 Totaal BPV 1280 1280 Totaal SBU (min. 1600 p.jr) 1664 1664 Waarvan begeleid 1648 1648 Waarvan onbegeleid 16 16 Percentage bpv 76,9% 76,9% BPV onbegeleid 27 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Bijlage II Formulier 850 urennorm BBL Naam Instelling ROC Friese Poort LocatieDrachten Brinnummer Instelling 08PG Naam Kwalificatie en Dakdekker Crebonummer93872 Cohort2014 Uitgangspunt is een studiebelasting van 1600 uur per jaar (40 weken van 40 uur). Elk studiejaar van de bbl-opleiding omvat in totaal ten minste 850 uur. Het onderwijsprogramma van een bbl-opleiding omvat per jaar minimaal 200 uur begeleide onderwijstijd op school en minimaal 610 uur beroepspraktijkvorming. Niveau 2 en niveau 3 Klokuren 1e Leerjaar Het totaal aantal klokuren dat dit studiejaar aan lessen wordt besteed 266 Het totaal aantal klokuren dat dit studiejaar aan stage en/of beroepspraktijkvorming wordt besteed 1066 Het totaal aantal toetsuren buiten de lesuren (op basis van klokuren) 26 Het aantal klokuren dat wordt besteed aan de andere, hieronder genoemde activiteiten die binnen het kader van de opleiding worden aangeboden: Introductie 8 Geplande excursies Af: Uitval o.a. door: studiedagen, toets/bufferweken % onvoorziene lesuitval (indien geen ringsgegevens 10%) 0 erva- 0 Totaal aantal klokuren 1366 Aantal effectieve lesweken: 38 Aantal effectieve lesdagen: 186 28 2e Leerjaar 3e Leerjaar 4e Leerjaar ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Bijlage III Examencommissie Voorzitter Dhr. M. Scheweer Secretaris Dhr. P. Goslinga Lid Mevr. J. van der Wiel Lid Dhr. P. Jansma Lid Mevr. S.H. Santema (NHL) (extern lid) Lid Mevr. G. Jeeninga Adviserend lid Dhr. A. de Boer (Philips) (extern lid) Adviserend lid Vacature Subexamencommissie Locatie Drachten Voorzitter Dhr. D. van der Wier Secretaris Dhr. H. de Vries Lid Dhr. S. Timmermans Lid Dhr. A. de Voest (Tectum) 29 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Bijlage IV Wettelijke vereisten Examenreglement Inleiding Het examenreglement is een verzameling regels, die gaat over procedures en voorschriften rond de totstandkoming, organisatie en beoordeling van examens. Het examenreglement is onderdeel van de onderwijs- en examenregeling van de opleiding. Het examenreglement geeft geen inzicht in de inhoud van het examen, deze informatie staat in het examenplan van de betreffende opleiding. 1. Relevante wetsartikelen Artikel 8.1.1 Dit artikel gaat over toelating tot de onderwijs instelling en de bevoegdheid om al dan niet als onderwijsvolgende gebruik te mogen maken van de examenvoorzieningen. Artikel 8.1.3 Dit artikel gaat over de onderwijsovereenkomst. Deze overeenkomst heeft niet direct met examens te maken. In het reglement wordt echter een enkele keer naar de onderwijsovereenkomst verwezen. 2. Begrippenlijst Afnamecondities Beschreven voorwaarden en omstandigheden waaronder een exameneenheid wordt afgenomen. Het examenreglement vindt zijn basis in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB). In dit deel worden wetsartikelen geciteerd of genoemd die direct betrekking hebben op dit reglement. WEB (Wet Educatie en Beroepsonderwijs) Artikel 7.4.8 1. Het bevoegd gezag zorgt voor en goede organisatie en kwaliteit van het onderwijsprogramma en de examinering. 2. Het bevoegd gezag zorgt ervoor dat studenten volledig en tijdig worden geïnformeerd over het onderwijsprogramma en de examens. 3. Het bevoegd gezag zorgt ervoor dat voltijdse beroepsopleidingen aantoonbaar voldoen aan de eisen van artikel 7.2.7, derde lid. 4. Het bevoegd gezag zorgt ervoor dat de instelling beschikt over een studentenstatuut waarin de rechten en plichten van de studenten zijn opgenomen. 5. De examencommissie stelt regels vast met betrekking tot de goede gang van zaken tijdens het afnemen van de toetsen, het examen of de examenonderdelen. 6. Indien ten aanzien van een beroepsopleiding toepassing is gegeven aan artikel 7.4.4a, dan treedt de examenregeling van de instelling of exameninstelling die de examinering verzorgt in de plaats van de examenregeling van de instelling die het onderwijs verzorgt. Artikel 7.5.1 e.v. Deze artikelen gaan over de commissie van beroep voor de examens. In dit artikel staat dat de commissie moet worden ingesteld. 30 Assessment Het instrument waarmee studenten - in de praktijk vereiste competenties hebben verworven. Assessor Beoordelaar die een prestatie van een examenkandidaat beoordeelt op basis van een beoordelingsvoorschrift. Authenticiteit 1. Mate waarin kan worden vastgesteld of de prestatie bij een exameneenheid daadwerkelijk van de examenkandidaat afkomstig is. 2. Criterium dat bepaalt of de prestatie van de examenkandidaat bij een exameneenheid geleverd is in een relevante beroepscontext. Beoordelaar Een examenkandidaat op basis van een beoordelingsvoorschrift. Beoordelingscriterium Criterium aan de hand waarvan de beoordeling plaatsvindt. Beoordelingsvoorschrift Document waarin is voorgeschreven op grond waarvan een prestatie van een examenkandidaat met een bepaalde score moet worden gewaardeerd. ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Beroepspraktijkvorming Dat deel van de beroepsopleiding dat in de praktijk van het beroep wordt uitgevoerd. Het kan bestaan uit één of meer praktijkperioden, al dan niet in een reëel dienstverband. Cohort Groep examenkandidaten die op basis van hetzelfde kwalificatiedossier en hetzelfde examenplan, examen aflegt. Competentie Een samenhangend geheel van vaardigheden, kennis, attituden en inzicht, dat een beroepsbeoefenaar nodig heeft om een bij zijn of haar rollen en verantwoordelijkheden passende taak in de praktijk uit te oefenen in overeenstemming met de proces- en producteisen. Beroepsprocedure Wettelijk geregelde procedure langs welke de examenkandidaat bij een Commissie van beroep voor examen in beroep kan gaan tegen een uitspraak van de Examencommissie. Aan een beroepsprocedure kan een bezwaarprocedure vooraf gaan. College van Bestuur Eén of meer leden van het College van Bestuur ROC Friese Poort. Betrouwbaarheid Mate waarin men erop kan vertrouwen dat het resultaat van een examen consistent , nauwkeurig en reproduceerbaar is. Commissie van Beroep voor examens Onafhankelijke commissie, ingesteld door het bevoegd gezag, die het beroep behandelt dat door een examenkandidaat is ingesteld tegen een uitspraak van de Examencommissie. Bevoegd gezag Het Bestuur van de Stichting voor Christelijk Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie Friesland/Flevoland te Leeuwarden. Bezwaarprocedure Procedure langs welke de examenkandidaat bij de Examencommissie bezwaar kan aantekenen over de gang van zaken rondom examinering. Certificaat Een (door overheid en bedrijfsleven) erkend document waarmee is aangetoond en vastgelegd dat een met een certificeerbare eenheid corresponderend deel van een opleiding met goed gevolg is doorlopen. Constructeur Persoon die examens ontwikkelt of samenstelt. Dekkingsgraad Mate waarin de te behalen onderdelen van de kwalificatie opgenomen zijn in het examenplan. Diploma Krachtens de wet erkend document waarmee is aangetoond en vastgelegd dat de eigenaar een omschreven kwalificatie behaald heeft. Diploma-eisen Geheel aan vereisten waaraan studenten moeten voldoen om een diploma te behalen. Certificeerbare eenheid Deel van de werkzaamheden in een bepaald beroep dat binnen een kwalificatiedossier apart wordt onderscheiden wanneer dat deel arbeidsmarktrelevatie heeft. Cesuur Grens tussen de hoogste score waaraan een onvoldoende wordt toegekend en de laagste score waaraan een voldoende wordt toegekend. 31 Educatie Educatie is gericht op het bevorderen van de persoonlijke ontplooiing ten dienste van het maatschappelijk functioneren van volwassenen. EVC Erkenning verworven competenties. ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Examen Door een daartoe bevoegde instantie ingesteld onderzoek naar kennis, houding en vaardigheden, die de examenkandidaat zich op grond van de diploma-eisen moet hebben eigen gemaakt en de beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek aan de hand van beoordelingscriteria en beslisregels. Examenbureau Organisatorische eenheid binnen de onderwijs instelling die zich onder verantwoordelijkheid van een examenmanager bezighoudt met het logistieke en administratieve proces van de examinering en diplomering. Examenkandidaat Persoon die deelneemt aan een examen. Examenleverancier Instantie die examens (-onderdelen/ -eenheden) levert. Examenplan Overzicht van examenonderdelen en – eenheden die per kwalificatie per cohort ingezet worden voor een kwalificerende beoordeling. Dit betreft zowel informatie over de examenvormen en de planning als beslisregels om te komen tot de uitslag. Examenreglement Formele regels en afspraken die gelden bij examinering en diplomering. Examencommissie De commissie die verantwoordelijk is voor examinering en diplomering binnen de instelling. Het College van Bestuur benoemt de leden. Examenvorm Wijze waarop een examen wordt afgenomen. Gesimuleerde examenomgeving Omgeving waar een examen wordt afgenomen die lijkt op de beroepspraktijk, maar hiervan afwijkt doordat de examencondities zijn vastgesteld en worden beheerst. Examendeelnemer Een persoon die is ingeschreven bij een instelling, (uitsluitend) voor deelname aan (extraneus) examenactiviteiten. Examendossier Totaal van examengerichte resultaten en onderliggende bewijsstukken op grond waarvan kan worden besloten over diplomering van de examenkandidaat. Handboek examinering Document waarin ten behoeve van de direct bij de examinering betrokkenen alle relevante processen, procedures en verantwoordelijkheden met betrekking tot de examinering zijn weergegeven. Exameninstelling Instelling die wettelijk bevoegd is om examens, examenonderdelen en/of exameneenheden uit te voeren. Herkansing Een herkansing is de mogelijkheid om een examen opnieuw te maken. Exameninstrument Concrete uitwerking van een exameneenheid die wordt gebruikt om de prestaties van de examenkandidaat te beoordelen. Deze bestaat in ieder geval uit een vastgestelde set van: - Opdracht(en) met bijbehorende afnamecondities; - Instructie voor de examenkandidaat; - Criteria en instructie voor beoordelaars en andere betrokkenen; - Beoordelingsmodel, beoordelingscriteria en de cesuur. 32 Inschrijving De inschrijving van studenten, die door het College van Bestuur zijn toegelaten tot de onderwijsinstelling. Kenbaarheid Het principe waarbij iedereen die betrokken is bij examens op tijd alle informatie op toegankelijke wijze ter beschikking heeft. ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Kenniscentra Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (KBB) Per bedrijfstak of groep van bedrijfstakken is er een Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (KBB). Het bestuur van een Kenniscentrum bestaat uit werkgevers en werknemers of uit vertegenwoordigers van werkgevers, werknemers en onderwijsinstellingen. Methodenmix Samenhangend stelsel van verschillende examenvormen dat in zijn geheel een valide en betrouwbaar oordeel oplevert over de bekwaamheid van de te kwalificeren examenkandidaat. OER Onderwijs- en examenregeling. Kerntaken Kerntaken omschrijven de essentie van wat een beginnend beroepsbeoefenaar kan bij de start op de arbeidsmarkt. De verrijkte kerntaken staan in het kwalificatiedossier. Kwalificatie Een kwalificatie is een geheel aan kennis, inzicht, vaardigheden en houdingen, dat voor de uitoefening van een beroep, verdere studie en/of het maatschappelijk functioneren vereist wordt. Kwalificaties zijn primair afgeleid van beroepsprofielen, instroomprofielen van het vervolgonderwijs en maatschappelijke en culturele situaties en worden geformuleerd door de sociale partners. Onderwijsovereenkomst Een overeenkomst tussen student en College van Bestuur, die ten grondslag ligt aan de inschrijving. De overeenkomst regelt de rechten en verplichtingen tussen instelling en student. Onderwijsinstelling Een organisatie die bevoegd is certificaten of diploma’s van de landelijke kwalificatiestructuur voor het beroepsonderwijs uit te reiken. Opleiding Een samenhangend geheel van onderwijseenheden, gericht op het behalen van een diploma. Portfolio In het portfolio neemt de student bewijsstukken op die aangeven (bewijzen) dat hij de betreffende kerntaak/werkproces uit kan voeren in een bepaalde beroepscontext. Mogelijke bewijsstukken zijn: door de begeleider of praktijkopleider ondertekende documenten waaruit blijkt dat de student een kerntaak/werkproces uitgevoerd heeft volgens de daarvoor geldende criteria, foto’s, reflectieverslagen, brieven, commentaren van collega’s enzovoort. Kwalificatieniveau Een aanduiding van het niveau van beroeps uitoefening, gebaseerd op de mate van verantwoordelijkheid, complexiteit en transfer, dat de gediplomeerde heeft bereikt. De WEB onderscheidt 4 kwalificatieniveaus: Entreeopleiding niveau 2: basisberoepsopleiding niveau 3: vakopleiding niveau 4: middenkaderopleiding en specialistenopleiding Praktijkbeoordelaar Beoordelaar die een prestatie van een examen kandidaat in de beroepspraktijk of in een gesimuleerde beroepsomgeving beoordeelt op basis van een beoordelingsvoorschrift. Leerweg De opleidingen kunnen worden verzorgd in de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) en de beroepsopleidende leerweg (bol). Bij het vaststellen van de inhoud bepaalt de minister in welke leerweg of leerwegen de opleiding kan worden verzorgd. Praktijkovereenkomst De praktijkovereenkomst vormt de grondslag voor de beroepspraktijkvorming. De overeenkomst regelt de rechten en verplichtingen van partijen en omvat bepalingen met betrekking tot inhoud, begeleiding en beoordeling. 33 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Praktijkexamen Examen van praktijkvaardigheden in een leer of stagebedrijf of een examencentrum. Proeve van bekwaamheid Een instrument waarmee studenten - in de praktijk of op school - kunnen aantonen dat zij de vereiste competenties hebben verworven. Student Een student is een persoon, die zich met het oog op het gebruik van de onderwijsvoorzieningen laat inschrijven bij een onderwijsinstelling. Vaststellingscommissie Commissie die, onder verantwoordelijkheid van de examencommissie, de taak heeft om examens te borgen op hun toetstechnische kwaliteit (o.a. validiteit en betrouwbaarheid). Verificatie Vaststellen van voorlopige examenuitslagen. Weging Zwaarte van een examen (onderdeel) in het examenprogramma. Wettelijke beroepsvereisten In wet- en/of regelgeving vastgelegde eisen waaraan de beginnen beroepsbeoefenaar uitvoering moet kunnen geven om het beroep te mogen uitvoeren. Studiejaar Een normatief studiejaar bestaat uit veertig weken van elk veertig uren, waaronder begrepen de beroepspraktijkvorming. Studielast De studielast van elke opleiding wordt uitgedrukt in normatieve studiejaren. De normatieve studielast is de studielast die een student gemiddeld geacht wordt nodig te hebben om de opleiding te voltooien. 3. Regels rondom examinering 1. De regeling van de examens Artikel 1.1 Begrippenlijst en bijlagen De begrippenlijst en de bijlagen zijn een onderdeel van het examenreglement. Bijlage I en II over aangepaste examens en het examenreglement voor centrale examens taal en rekenen zijn te vinden op de ELO. Subexamencommissie Is namens de examencommissie belast met de uitvoerende taken die voortvloeien uit de ontwikkeling, vaststelling, planning en afname, beoordeling en uitslag van examens. Surveillant Iemand die bij afname van examens toezicht houdt. Transparantie Mate waarin betrokkenen een helder beeld hebben van hoe het examen er uit ziet en hoe het wordt uitgevoerd en beoordeeld. Validiteit Mate waarin een examen meet wat deze beoogt te meten. Artikel 1.2 Toegang en toelating lid 1: Degenen die aan een onderwijsinstelling als student zijn toegelaten, hebben toegang tot de examenvoorzieningen. lid 2: Degenen die uitsluitend tot de examenvoorzieningen wensen te worden toegelaten, kunnen zich als examendeelnemer in laten schrijven. Artikel 1.3 Aanwezigheid Kandidaten zijn verplicht deel te nemen aan de examens waarvoor zij zijn ingeschreven. Vaststeller Persoon die de bevoegdheid heeft de toets technische kwaliteit van exameneenheden vast te stellen. 34 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Artikel 1.4 Vrijstellingen De subexamencommissie kan op verzoek van de betrokkene op basis van vooropleiding of ervaring, vrijstelling verlenen voor het afleggen van een of meer examenonderdelen. De subexamencommissie baseert zich bij het verlenen van vrijstellingen op de richtlijnen opgesteld door het domein (beroepsgericht) en de examencommissie (generiek) en vastgesteld door de examencommissie. Artikel 1.5 Onderwijs- en examenregeling Gegevens met betrekking tot de inhoud en organisatie van de examens worden in de onderwijsen –examenregeling (OER) van een opleiding bekend gemaakt. Artikel 1.6 Fraudebepalingen lid 1:De examencommissie kan maatregelen treffen tegen kandidaten die ten aanzien van examinering onregelmatigheden plegen. lid 2: Als onregelmatigheid wordt in ieder geval aangemerkt: •plagiaat (woorden, gedachten, analyses, redeneringen, afbeeldingen, technieken, computerprogramma’s enz. die van een ander afkomstig zijn, maar die bedoeld of onbedoeld gepresenteerd worden als eigen werk) • fraude, waaronder; a.tijdens het examen in het bezit zijn van hulpmiddelen waarvan de raadpleging niet uitdrukkelijk is toegestaan; b.tijdens het examen afkijken of, binnen of buiten de examenruimte uitwisselen van informatie; c. zich tijdens het examen uitgeven voor iemand anders; d.zich tijdens het examen door iemand anders laten vertegenwoordigen; e.zich voor de datum of het tijdstip waarop het examen zal plaatsvinden, in het bezit stellen van de opgaven van het desbetreffend examen; •het niet opvolgen van instructies van surveillanten. 35 Verder staat het ter beoordeling van de examencommissie om gedragingen, handelingen en dergelijke aan te merken als onregelmatigheid in de zin van dit artikel. lid 3: Indien kandidaten tegen wie maatregelen zijn getroffen beroep aantekenen bij de Commissie van Beroep, wordt het College van Bestuur schriftelijk in kennis gesteld van de getroffen maatregelen. lid 4:De maatregelen bedoeld in dit artikel kunnen zijn: •ongeldigheidverklaring van de uitslag van het betreffende examen; •uitsluiting van (verdere) deelname aan het betreffende examen. lid 5:Indien de onregelmatigheid te wijten is aan het gedrag van personeel van de instelling of van hulpkrachten die door de instelling zijn aangetrokken, hetzij door gedraging hetzij door het verstrekken van verkeerde informatie, worden maatregelen als bedoeld in lid 4 alleen toegepast voor zover de student zelf verantwoordelijk is voor die onregelmatigheid. Artikel 1.7 Toezicht De Inspectie van het Onderwijs houdt namens de minister toezicht op het onderwijs en de examinering. Artikel 1.8 Uitslag De uitslag van elk examenonderdeel wordt door het team binnen twintig schooldagen na afname van het examenonderdeel definitief vastgesteld en aan de kandidaten bekend gemaakt. Het team kan besluiten van deze termijn af te wijken en maakt dit voor het examen aan de kandidaten bekend. Ook bij afname van examens door externe instellingen kan van deze termijn afgeweken worden. Artikel 1.9 Bezwaar/beroep Examenkandidaten kunnen tegen de uitslag van examenonderdelen en tegen maatregelen als bedoeld in artikel 1.6 lid 4 bezwaar aantekenen volgens de regels van Artikel 5. ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Artikel 1.10 Uitslagregels lid 1: Per examen wordt door het team vastgesteld of een student daarvoor geslaagd is of niet. De eindwaardering wordt minimaal weergegeven in 3-puntsschaal (onvoldoende, voldoende, goed), maar een tussenliggende puntsschaal mag ook, of in één van de volgende cijfers: 10 9 8 7 6 = uitmuntend = zeer goed = goed = ruim voldoende = voldoende 5 4 3 2 1 = bijna voldoende = onvoldoende = ruim onvoldoende = slecht = zeer slecht lid 2: Een student heeft een examen met goed gevolg afgerond indien de eindbeoordeling afgerond een 6 of hoger is, of is uitgedrukt in het begrip ‘voldoende’, ’’ruimvoldoende’’, ‘’goed’’, ‘’zeergoed’’ of ‘’ uitmuntend’’. lid 3:Een student is geslaagd voor de opleiding indien aan alle eisen, noodzakelijk voor het behalen van het diploma, is voldaan (diploma-eisen). lid 4:Indien gebruik wordt gemaakt van cijfers, worden de deelcijfers vastgesteld op één decimaal. Eindcijfers worden vastgesteld op een heel getal. Bij afronding worden breuken van een half of meer naar boven afgerond en breuken van minder dan een half naar beneden. In geval van afname door externe instellingen kan van deze regeling afgeweken worden. Artikel 1.11 Het herkansen van examens Praktijkexamens Een student heeft, gedurende de opleiding, recht op herkansing van het praktijkexamen (d.w.z. een examen in de praktijk of een praktijksimulatie op school), waarbij de student van de eerstvolgende herkansingsmogelijkheid gebruik moet maken. Wanneer een examen uit meerdere onderdelen bestaat, geldt herkansing van één onderdeel als herkansingsmogelijkheid voor het hele examen, tenzij de onderdelen apart benoemd worden in het examenplan. Artikel 1.12 Beroepspraktijkvorming Het team beoordeelt of de betreffende kerntaken/ werkprocessen zijn behaald. Het team betrekt het oordeel van het opleidend bedrijf of de opleidende organisatie bij haar beoordeling. Bij een onvoldoende beoordeling van de BPV, kan de student eenmalig in aanmerking komen voor een verlenging van een gehele BPV-periode of een deel daarvan. De duur van de verlenging hangt af van het onderwerp/onderdeel waarop de student onvoldoende resultaat behaald heeft. Een BPV periode mag eenmalig verlengd worden tot maximaal 10 weken. De verlenging mag de duur van de reguliere BPV periode waar een onvoldoende voor behaald is in ieder geval niet overschrijden (vb. reguliere BPV duur 8 weken, dan verlenging maximaal 8 weken, minder mag ook; reguliere BPV 15 weken, verlenging maximaal 10 weken). Artikel 1.13 Diploma, certificaten en resultatenlijst Een diploma met resultatenlijst wordt uitgereikt aan een student die geslaagd is voor alle examens die behoren bij de opleiding en voldaan heeft aan de overige diploma-eisen. De examen- en diplomaeisen zijn beschreven in de OER van de betreffende opleiding. In sommige gevallen is het mogelijk om voor bepaalde onderdelen een certificaat te ontvangen, als dit het geval is, staat dit in het desbetreffende kwalificatiedossier. Artikel 1.14 Onvoorziene omstandigheden In geval van omstandigheden waarin het reglement niet voorziet, beslist het College van Bestuur in samenspraak met de examencommissie. 2. De organisatie van de examens Overige examens Een student heeft, gedurende de opleiding, recht op twee herkansingen van een examen, anders dan een praktijkexamen, waarbij de student van de eerstvolgende herkansingsmogelijkheid gebruik moet maken. 36 Artikel 2.1 Examencommissie Het College van Bestuur stelt ten behoeve van de organisatie en het afnemen van de examens per domein een examencommissie samen, bestaande uit hoofd dienst onderwijs en kwaliteitszorg, onderwijskundige, een kwaliteitszorgmedewerker en (eventueel) een of twee extern deskundige(n). De taken van de examencommissie zijn uitgewerkt in het Handboek Examinering ROC Friese Poort. ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 Artikel 2.9 Afwikkeling van de examinering De gang van zaken voor, tijdens en na de examinering is omschreven in het Handboek Examinering ROC Friese Poort. Artikel 2.2 Bekendmaking Alle gegevens met betrekking tot de planning, organisatie en vorm van de examens worden in de examenprogrammering van de opleiding bekend gemaakt. Artikel 2.10 Inzagerecht, bewaartermijn en recht op bespreking De kandidaat mag het gemaakte examen en de beoordeling inzien en de beoordelaar vragen om uitleg bij de uitslag van het examen. Beoordelingsformulieren, gemaakt werk en andere examendocumenten worden, indien aard en omvang dat toelaten, door het examenbureau bewaard tot12 maanden na de vaststelling van diplomering. Na afloop van deze periode wordt het materiaal vernietigd. Artikel 2.3 Wijze van aanmelding Studenten die staan ingeschreven voor een opleidingstraject zijn automatisch aangemeld voor de bijbehorende examens. Artikel 2.4 Hulpmiddelen Voorafgaand aan de afname van het examen ontvangt de student informatie over de hulpmiddelen die eventueel bij het examen gebruikt mogen worden. Artikel 2.5 Surveillant Het team wijst de surveillant(en) aan. Artikel 2.6 Oproep Tenminste vijf schooldagen voor de vastgestelde examendatum worden studenten op de hoogte gesteld van tijdstip, plaats en examenonderdeel. Artikel 2.7 Overmacht Indien een student door overmacht niet in staat is om aan het examen deel te nemen, blijft deze kans bestaan. De subexamencommissie bepaalt in welke gevallen er sprake is van overmacht. Artikel 2.8 Begin- en eindtijd Een student die te laat komt, kan tot uiterlijk 15 minuten na het verstrekken van de examenopgaven tot het examen worden toegelaten. De eindtijd van het examen is voor een laatkomer gelijk aan die van de overige studenten. De examencommissie kan hier van afwijken, maar maakt dit bij de aankondiging van het examen bekend. 37 Artikel 2.11 Geheimhouding Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van de examinering en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van de examinering noodzaak tot bekendmaking voortvloeit. Artikel 2.12 Afwijkende examinering lid 1: Ten aanzien van specifieke doelgroepen en gehandicapten kan de subexamencommissie toestaan dat een examen in afwijkende vorm (op andere wijze, plaats of tijdstip) wordt afgenomen (zie bijlage 1 van het examenreglement, deze bijlage is te vinden op de ELO). De afwijkende vorm moet voldoen aan de technische eisen zoals validiteit en betrouwbaarheid. Het niveau en de doelstelling van de afwijkende examenvorm mogen niet anders zijn dan de doelstellingen en het niveau van het oorspronkelijke examen. lid 2:Als een student een afwijkende examinering wenst, moet hij dat schriftelijk aanvragen bij de betreffende subexamencommissie. De student stelt het verzoek tot afwijkende examinering op in ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 samenspraak met de studieloopbaanbegeleider (of ander lid van het opleidingsteam) en eventueel in overleg met een medewerker van Bureau TAB. In het verzoek wordt een aanpassing voorgesteld qua vorm, plaats of tijdstip van het examen. Bij het verzoek wordt, indien mogelijk, een verklaring gevoegd van een arts, psycholoog of orthopedagoog, of een audiologisch/diagnostisch onderzoek van een erkend instituut waaruit blijkt dat de uitvoering op de gewenste wijze noodzakelijk is. De subexamencommissie kent de afwijkende examinering toe en legt de verklaring vast in een dossier dat gebruikt en geraadpleegd kan worden. De subexamencommissie verstrekt de student een schriftelijk bewijs van het besluit over zijn verzoek. lid 3: De student kan een verzoek indienen bij de subexamencommissie om een verslag van de beroepspraktijkvorming of afstudeerverslag in het Fries te schrijven. De subexamencommissie willigt dit verzoek in indien: -een begeleidende docent de Friese taal voldoende beheerst; -er een regeling getroffen is voor correctie op het taalgebruik; -het BPV-bedrijf of externe opdrachtgever hiertegen geen bezwaar heeft; -er een samenvatting in het Nederlands wordt toegevoegd. Student en beoordelaar kunnen bij mondelinge examens overeenkomen ieder voor zich of beiden het Fries in plaats van het Nederlands te hanteren. Artikel 3.4 Spreiding Spreiding van de examenonderdelen over de kerntaken/werkprocessen wordt tijdig aan de student kenbaar gemaakt. 3. De richtlijnen voor de inhoud van de examens Artikel 4.3 Beoordelingscriteria Elke student wordt beoordeeld aan de hand van normen die vastgelegd zijn in een beoordelingsvoorschrift. Artikel 3.1 Vaststelling van de examens De vaststellingscommissie stelt de examens vast. Artikel 3.5 Moeilijkheidsgraad Elk examenonderdeel dat gebaseerd is op bepaalde kerntaken/werkprocessen, heeft een zoveel mogelijk vergelijkbare moeilijkheidsgraad als elk volgend examenonderdeel met dezelfde doelen, ongeacht de doelgroep waarvoor dit examenonderdeel bestemd is en ongeacht de vorm waarin dit examenonderdeel gesteld is. Artikel 3.6 Duur van examenafname De duur van elk examen wordt tijdig bekend gemaakt. 4. De richtlijnen voor de beoordeling van de examens Artikel 4.1 Objectiviteit Elke student wordt objectief beoordeeld. Artikel 4.2 Gelijkheid Elke student wordt aan de hand van dezelfde normen op gelijke wijze beoordeeld. Artikel 4.4 Motivering Beoordelaars moeten hun beoordeling kunnen motiveren. De beoordeling moet consistent zijn en in overeenstemming met de beoordelingscriteria. Artikel 3.2 Inhoud en vorm van de examens De doelen en de vorm van elk examenonderdeel worden tijdig aan de student bekend gemaakt. Artikel 3.3 Kerntaken/werkprocessen Het examen gaat de omvang van de kerntaken en werkprocessen niet te buiten. 38 ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 5. Bezwaar en beroep Artikel 5.1 Bezwaar en beroep Een student kan tegen een beslissing van het team of van een beoordelaars beroep aantekenen bij de Commissie van Beroep voor de Examens. Hij/zij heeft ook de mogelijkheid om eerst een bezwaarschrift in te dienen bij de examencommissie van de betreffende opleiding. Tegen de beslissing van de examencommissie op het bezwaarschrift kan vervolgens beroep worden aangetekend bij de Commissie van Beroep voor de Examens (zie Handboek Reglementen). Artikel 5.2 De bezwaarprocedure lid 1: Een student kan tegen een beslissing van het team of van een beoordelaar bezwaar aantekenen bij de examencommissie van de betreffende opleiding of de Commissie van Beroep voor de examens. lid 2: De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt vijf volledige kalenderdagen, te rekenen vanaf het moment waarop de student van de beslissing in kennis wordt gesteld. lid 3: Bezwaarschriften worden schriftelijk ingediend bij de voorzitter van de bevoegde examencommissie of de voorzitter van de Commissie van Beroep voor de Examens. Het moment waarop het bezwaarschrift aan de voorzitter van de examencommissie wordt verzonden, wordt aangemerkt als het moment waarop het bezwaarschrift wordt ingediend. lid 4: Het bezwaarschrift moet voldoen aan de voorwaarden zoals vastgelegd in het reglement Algemene Bepalingen dat de instelling hanteert voor de interne commissies voor bezwaar en beroep. lid 5: De examencommissie/ Commissie van Beroep voor de Examens kan voor de behandeling van het bezwaarschrift een hoorzitting vaststellen, maar is ook bevoegd om het bezwaar schriftelijk af te handelen. lid 6: Tenzij in de voorgaande bepalingen daarvan expliciet is afgeweken, geldt voor de behandeling van ingediende bezwaarschriften het reglement Algemene Bepalingen dat de instelling hanteert voor de interne commissies voor bezwaar en beroep, met uitzondering van artikel 2. 39 lid 7: Als de student het niet eens is met de beslissing van de examencommissie op zijn bezwaarschrift, kan hij tegen de uitspraak van de examencommissie beroep aantekenen bij de Commissie van Beroep voor de Examens. Artikel 5.3 De interne Commissie van Beroep voor de Examens De interne Commissie van Beroep voor de Examens bestaat uit een voorzitter, tevens lid, en twee leden. Alle leden worden benoemd door het College van Bestuur van de instelling. In afwijking van artikel 2 lid 2 van het reglement Algemene Bepalingen worden alle leden van deze commissie benoemd voor een periode van drie jaar. Na afloop van deze termijn zijn zij herbenoembaar. Artikel 5.4 De taak van de Commissie van Beroep voor de Examens. De commissie is belast met de beoordeling van beroepschriften tegen beslissingen van de examencommissie of van beoordelaar/assessor ten opzichte van examenkandidaten. Artikel 5.5 Bijzondere procedurevoorschriften lid 1: Beroepschriften worden ingediend bij het College van Bestuur. Na ontvangst worden de beroepschriften voorzien van een dagstempel en onmiddellijk doorgestuurd naar de Commissie van Beroep voor de Examens. Het moment waarop het beroepschrift aan het College van Bestuur wordt verzonden, wordt aangemerkt als het moment waarop het beroepschrift wordt ingediend. lid 2: Het beroepschrift moet voldoen aan de voorwaarden zoals vastgelegd in het reglement Algemene Bepalingen dat de instelling hanteert voor de interne commissies voor bezwaar en beroep. lid 3: De termijn waarbinnen een zaak aan de commissie moet worden voorgelegd, de termijn waarbinnen de commissie beslist, de mogelijke inhoud van de beslissing, de personen of organen die een exemplaar van de beslissing moeten ontvangen, de mogelijkheid van een voorlopige voorziening of de mogelijkheid van een herziening van de beslissing van de commissie, zijn geregeld in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (hoofdstuk 7, titel 5: commissie van beroep voor de examens). ROC Friese Poort Onderwijs- en examenregeling cohort 2014 lid 4: De leden van de examencommissie en de betrokken beoordelaars/assessoren verstrekken aan de commissie alle inlichtingen die de commissie voor de uitoefening van haar taak noodzakelijk acht. lid 5: Tenzij in de voorgaande artikelen daarvan expliciet is afgeweken, geldt voor de behandeling van ingediende beroepschriften het reglement Algemene Bepalingen dat de instelling hanteert voor de interne commissies voor bezwaar en beroep. Adressen Bezwaarschrift: ROC Friese Poort Economie en Dienstverlening: Aan de voorzitter van de examencommissie Wiebe Kloosterman Postbus 184 8600 AD Sneek ROC Friese Poort Techniek en Vormgeving: Aan de voorzitter van de examencommissie: Meine Scheweer Postbus 15 9200 AA Drachten ROC Friese Poort Zorg en Welzijn: Aan de voorzitter van de examencommissie: Bert Muller Postbus 6090 8902 HB Leeuwarden ROC Friese Poort UB, UV en Paspoort Aan de voorzitter van de examencommissie: Berend Okma Postbus 118 8300 AC Emmeloord Beroepschrift: M.b.t. Examenreglement artikel 5.1 – 5.3 Aan de Commissie van Beroep voor de Examens P/a College van Bestuur Postbus 140 8900 AC Leeuwarden 40
© Copyright 2024 ExpyDoc