Nummer Waarderings- instructie Toelichting 1 0a Het totaal aantal

1
Nummer
Waarderingsinstructie
0a
Toelichting
Het totaal aantal WOZ-objecten per 1 januari van het lopende jaar in de
gemeente dat wordt gevraagd, is het aantal objecten:
Inclusief
- geblokkeerde objecten;
- sluimerende WOZ-objecten;
- nieuwbouw.
(dit betreft gebruikscodes 10, 11, 12, 20, 21, 30, 31, 40 en 90)
2
1a
3
1c
Exclusief
- bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond
- openbare wegen
(gebruikscode 80)
Vermeld de maand waarin de mutatie door het Kadaster is geregistreerd.
Bijvoorbeeld: een kadastrale mutatie is in mei van kracht geworden en
door het Kadaster geregistreerd. In juni is deze door het Kadaster
geleverd aan de gemeente en in juli is deze kadastrale mutatie door de
gemeente verwerkt in de WOZ-administratie. Vul dan "mei" in. Indien de
kadastrale mutaties van juni volledig zijn verwerkt en die van juli slechts
gedeeltelijk, vul dan in "juni".
De meest actuele versie van het beoordelingsprotocol is te vinden op de
site www.waarderingskamer.nl.
Wanneer een onderzoek is gedaan aan de hand van eigen query's, kan
de datum van dit onderzoek worden weergegeven mits de diverse
onderwerpen in het beoordelingsprotocol aansluiting Basisregistratie
Kadaster voldoende aan het licht zijn gekomen.
4
1d
De vastlegging kan diverse vormen hebben. Er kan sprake zijn van een
vastlegging op papier, maar ook het digitaal bewaren van de resultaten
van uitgevoerde query's kan als vastlegging worden aangemerkt, mits
ook helder is tot welke conclusies deze query's hebben geleid.
5
1e
Dit betreft de totaaltelling van de kadastrale oppervlakte van alle actuele
gehele percelen binnen de gemeente. Dit betreft zowel de gehele
kadastrale percelen die niet gesplitst zijn in deelpercelen (geen affiliatie)
als de gehele kadastrale percelen die wel gesplitst zijn in deelpercelen
(wel affiliatie).
6
1f
In de totaaltelling van de grondoppervlakte van alle WOZ-objecten die
geleverd worden aan de afnemers worden meegeteld:
- objecten waarvoor WOZ-beschikking is verzonden (de WOZ-objecten
waarvoor een "80-record" bestaat);
- geblokkeerde objecten (de WOZ-objecten met een blokkeringscode
ongelijk aan "00");
- sluimerende WOZ-objecten (de WOZ-objecten met een gebruikscode
"90");
- uitgezonderde gebouwde objecten (bijvoorbeeld kerken,
waterzuiveringsinstallaties, etc., dit zijn WOZ-objecten met een code "G"
voor gebouwd (of "B"), geen blokkering en een vastgestelde waarde "0".
Van elk van deze objecten wordt het gegeven 12.10 Grondoppervlakte
meegeteld om de totale grondoppervlakte van alle WOZ-objecten te
krijgen.
7
1g
De uitgezonderde ongebouwde WOZ-objecten behoeven niet in de
Basisregistratie WOZ te worden vastgelegd en worden niet aan de
afnemers geleverd. De gemeente kan deze uitgezonderde ongebouwde
WOZ-objecten op verschillende manieren registreren en bewaken.
Afhankelijk van de wijze van registratie (in WOZ-objectenbestand, in GISpakket, in afzonderlijk database of spreadsheet) zal de gemeente op één
of andere manier moeten beoordelen welke "uitzondering" van
toepassing is en of deze uitzondering nog steeds van toepassing is.
Afhankelijk van de wijze van registreren kan de gemeente deze
totaaltelling maken. Wanneer deze uitgezonderde ongebouwde WOZobjecten in het WOZ-objectenbestand zijn vastgelegd (met gebruikscode
"80"), dan kan een totaaltelling worden gemaakt van het gegeven 12.10
Grondoppervlakte. Bij andere wijzen van vastlegging zal de gemeente de
kadastrale oppervlakte van de desbetreffende (delen van) kadastrale
percelen moeten optellen.
8
1h
Gevraagd wordt naar de totale fysieke oppervlakte binnen de
gemeentegrenzen. Hierin kan ook wateroppervlakte betrokken zijn.
Wanneer de gemeente beschikt over een GIS-omgeving waarin
grootschalige basiskaarten, kadastrale kaarten en WOZ-kaarten zijn
opgenomen, dan kan deze oppervlakte relatief eenvoudig worden
afgelezen uit de grootschalige kaart.
Ook het CBS publiceert gegevens over de oppervlakte van elke
gemeente. Deze door het CBS vastgestelde oppervlakte wordt onder
andere gebruikt voor het bepalen van de uitkering die de gemeente
ontvangt uit het gemeentefonds.
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
2b
-
Bijvoorbeeld: indien u in maart 2014 de (ver)bouw mutaties heeft
verwerkt die in januari 2014 waren afgerond vult u in "januari 2014". De
eventuele nieuwe waarde hoeft nog niet bepaald en verwerkt te zijn.
Actieve verblijfsobjecten in de BAG zijn de verblijfsobjecten met een
status: "verblijfsobject in gebruik (niet ingemeten)" of "verblijfsobject in
gebruik".
Voor nadere informatie zie het Beoordelingsprotocol aansluiting
Basisregistraties adressen en gebouwen op de site
www.waarderingskamer.nl
Actieve panden in de BAG zijn de panden met een status; "bouw
gestart", "pand in gebruik (niet ingemeten)", "pand in gebruik" of
sloopvergunning verleend.
In deze vraag zijn uitsluitend de "bijgebouwen" van belang, dus panden
in de BAG waarin zich geen verblijfsobject bevindt.
19
20
21
Vermeld de maand van afronding van de bouw en niet van de
verwerking in de WOZ-administratie.
3-I a
Voor nadere informatie zie het Beoordelingsprotocol aansluiting
Basisregistraties adressen en gebouwen op de site
www.waarderingskamer.nl
Vermeld de maand waarin de transactie plaats heeft gevonden.
Verwerken betekent voor deze vraag dat u de gegevens heeft verwerkt
in uw registratie van marktgegevens inclusief de relatie naar het
betrokken WOZ-object (de betrokken WOZ-objecten). Verwerking hoeft
nog niet te betekenen dat de marktgegevens volledig zijn geanalyseerd.
22
3-I b
23
24
25
26
27
28
29
30
31
6b i
Vermeld de maand waarin de transacties hebben plaatsgevonden.
Geanalyseerd betekent dat alle stappen zoals beschreven in de
Waarderingsinstructie zijn doorlopen.
Gevraagd wordt naar het totaal aantal objecten waarvoor nog
beschikkingen moeten worden verzonden. Het gaat alleen om die
objecten, waarvoor in het geheel nog geen beschikking is verzonden.
Indien bijvoorbeeld voor 100 winkelunits de beschikking aan de huurder
nog verzonden moet worden, maar de eigenaar heeft al wel de WOZbeschikking ontvangen, worden deze 100 winkelunits niet in het
antwoord van deze vraag meegeteld.
Indien als gevolg van een vernietiging van een beschikking een nieuwe
beschikking voor een object verzonden moet worden telt dit object wel
mee bij deze vraag.
32
33
6b ii
7b
Vermeld het aantal WOZ-objecten dat ook daadwerkelijk een
beschikking moet krijgen.
Deze vraag heeft betrekking op het aantal ontvangen bezwaarschriften,
maar telt het aantal WOZ-objecten waarvoor bezwaar is gemaakt. Het
aantal objecten onder bezwaar kan kleiner zijn dan het aantal
bezwaarschriften (wanneer eigenaar en gebruiker beiden afzonderlijk
bezwaar hebben gemaakt voor hetzelfde object), maar kan ook groter
zijn dan het aantal bezwaarschriften (wanneer bijvoorbeeld een
woningcorporatie voor een aantal woningen in één bezwaarschrift
bezwaar heeft aangetekend). Hierbij is wel van belang dat goed bekeken
wordt op welke WOZ-objecten het bezwaar betrekking heeft.
Bijvoorbeeld wanneer een corporatie voor 1000 woningen een WOZbeschikking heeft ontvangen, betekent het indienen van een
bezwaarschrift door deze corporatie niet automatisch dat alle 1000
woningen onder bezwaar komen.
De gevraagde aantallen betreffen het aantal WOZ-objecten (woningen
respectievelijk niet-woningen) waarvan een status beschikking in de
Basisregistratie WOZ is vastgelegd (en via Stuf-WOZ geleverd is of
geleverd moet worden) met de waarde "10: bezwaar ingediend", "11:
bezwaar afgehandeld, beschikking gehandhaafd" of "12: bezwaar
afgehandeld, vastgestelde waarde veranderd".
34
7c i
35
7d i
Dit betreft het aantal WOZ-objecten (woningen respectievelijk nietwoningen) waarvoor het bezwaar nog niet is afgehandeld. Dit betreft dus
WOZ-objecten waarvoor de laatste "status beschikking" die in de
Basisregistratie WOZ is vastgelegd (en met behulp van Stuf-WOZ
geleverd is of geleverd moet worden) de waarde "10: bezwaar
ingediend" heeft.
Deze telling kan worden afgeleid uit het gegeven "datum status", zoals
die wordt vastgelegd in de Basisregistratie WOZ (en via Stuf-WOZ wordt
geleverd aan de afnemers).
Geteld wordt het aantal objecten (woningen, respectievelijk nietwoningen), dat in de Basisregistratie WOZ op 1 januari van het
genoemde jaar een "status beschikking" had met de waarde "10:
bezwaar ingediend".
36
Deze telling kan worden afgeleid uit het gegeven "datum status", zoals
die wordt vastgelegd in de Basisregistratie WOZ (en via Stuf-WOZ wordt
geleverd aan de afnemers).
Geteld wordt het aantal objecten (woningen, respectievelijk nietwoningen), dat in de Basisregistratie WOZ op 1 januari van het
genoemde jaar een "status beschikking" had met de waarde "10:
bezwaar ingediend", terwijl bij deze status een "datum status" is vastgelegd die is gelegen na 15 november van het genoemde jaar.
37
38
-
"Niet tijdig" heeft hierbij betrekking op de bezwaren die op 1 januari nog
niet waren afgerond, maar wel voor 15 november waren ingediend.
39
40
41
42
43
44
45
-
-
46
7d ii
Deze telling kan worden afgeleid uit het gegeven "datum status", zoals
die wordt vastgelegd in de Basisregistratie WOZ (en via Stuf-WOZ wordt
geleverd aan de afnemers).
Geteld wordt het aantal objecten (woningen, respectievelijk nietwoningen), waarvan het verschil tussen "datum status" behorend bij de
"status beschikking" met waarde "11: bezwaar afgehandeld, beschikking
gehandhaafd", "12: bezwaar afgehandeld, vastgestelde waarde
veranderd" of "02: vernietiging beschikking" en de "datum status"
behorend bij de "status beschikking" met waarde "10: bezwaar
ingediend", minder bedraagt dan het aantal gevraagde maanden.
Indien voor het object meerdere WOZ-beschikkingen zijn verzonden
(meerdere belanghebbenden en/of medebelanghebbenden) is van
belang dat de vergelijking van "status beschikking" en "datum status"
geschiedt voor dezelfde belanghebbende.
47
7d iii
48
49
50
51
52
53
54
7e i
7 e ii
7 e iii
7 e iv
7 e iv
7 e iv
7e v
55
-
De berekening van dit kengetal kan worden afgeleid uit het gegeven
"datum status", zoals die wordt vastgelegd in de Basisregistratie WOZ
(en via Stuf-WOZ wordt geleverd aan de afnemers).
Voor de objecten (woningen, respectievelijk niet-woningen) waarvoor de
afhandeling van een bezwaar gereed is, wordt het verschil tussen de
"datum status" behorend bij de "status beschikking" met waarde "11:
bezwaar afgehandeld, beschikking gehandhaafd", "12: bezwaar
afgehandeld, vastgestelde waarde veranderd", of "02: vernietiging
beschikking" en de datum status" behorend bij de "status beschikking"
met waarde "10: bezwaar ingediend" bepaald. De aldus berekende
afhandelingstermijn per object wordt gemiddeld voor alle woningen,
respectievelijk alle niet-woningen.
De tellingen genoemd bij 48 t/m 54 kunnen worden afgeleid uit de
Basisregistratie WOZ (code "status beschikking", zoals deze ook via StufWOZ levering aan de afnemers is geleverd).
Van belang is of voor dit object de genoemde status beschikking voor
deze waardepeildatum ooit heeft gegolden. Dit hoeft niet de actuele
status beschikking te zijn, want het is mogelijk dat inmiddels een
beroepsprocedure is gestart of afgerond.
De uitsplitsing van de verschillende soorten vernietiging kan niet direct
worden afgeleid uit de Basisregistratie WOZ. Dit onderscheid is wel van
belang voor de planning en bewaking van de voortgang van de
werkzaamheden. Een vernietiging in verband met een verkeerde
belanghebbende vergt relatief weinig werk voor herstel (achterhalen van
juiste belanghebbende), waarna WOZ-beschikking en aanslag opnieuw
kan worden verzonden. Bij onjuiste afbakening zal niet alleen de
afbakening in de administratie aangepast moeten worden, maar zal ook
een nieuwe waarde moeten worden bepaald voor de wel juist
afgebakende objecten.
-
56
7 e vii
57
7 e viii
58
7f
59
7g
60
61
62
63
64
65
66
67
-
Bij deze vraag worden alleen meegenomen de WOZ-objecten (woningen,
respectievelijk niet-woningen) die nu een status beschikking 12 (bezwaar
afgehandeld, vastgestelde waarde veranderd) of 13 (waarde ambtshalve
verminderd) hebben of deze status voor deze waardepeildatum hebben
gehad, voorafgaand aan een eventuele beroepsprocedure.
Bij deze vraag wordt voor de genoemde WOZ-objecten de vastgestelde
waarden opgeteld, zoals deze oorspronkelijk op de WOZ-beschikking is
bekend gemaakt.
Bij deze vraag worden alleen meegenomen de WOZ-objecten (woningen,
respectievelijk niet-woningen) die nu een status beschikking 12 (bezwaar
afgehandeld, vastgestelde waarde veranderd) of 13 (waarde ambtshalve
verminderd) hebben of deze status voor deze waardepeildatum hebben
gehad, voorafgaand aan een eventuele beroepsprocedure.
Bij deze vraag wordt voor de genoemde WOZ-objecten de vastgestelde
waarden opgeteld, zoals deze is vastgesteld in de uitspraak op bezwaar
of na ambtshalve vermindering.
De gevraagde aantallen betreffen het aantal WOZ-objecten (woningen
respectievelijk niet-woningen) waarvan een "status beschikking" in de
Basisregistratie WOZ is vastgelegd (en via Stuf-WOZ geleverd is of
geleverd moet worden aan de afnemers) met de waarde "20: beroep
aangetekend". Het object telt ook wanneer de "status beschikking"
inmiddels is veranderd in verband een uitspraak ("21: uitspraak beroep,
beschikking gehandhaafd" of "22: uitspraak beroep, vastgestelde waarde
veranderd") of codes in verband met hoger beroep en beroep in
cassatie.
Dit betreft het aantal WOZ-objecten (woningen respectievelijk nietwoningen) waarvoor het beroep bij de rechtbank nog niet is
afgehandeld. Dit betreft dus die WOZ-objecten waarvoor de laatste
"status beschikking" die met behulp van Stuf-WOZ geleverd is of
geleverd moet worden de waarde "20: beroep aangetekend" heeft. Het
betreft hier die WOZ-beschikkingen met de genoemde
waardepeildatum.
-
68
69
70
71
72
6a
6b i
6c
Met betrekking tot één WOZ object kunnen meerdere beschikkingen zijn
verzonden (gebruiker, eigenaar, medebelanghebbende). Bij deze vraag
gaat het uitdrukkelijk om het aantal objecten. Gevraagd wordt naar het
totaal aantal objecten waarvoor vanaf de eerste dagtekening
beschikkingen zijn verzonden.
Indien sprake is van een object waarvoor een beschikking vernietigd is,
omdat sprake was van een onjuiste afbakening en later is voor een
anders afgebakend object een nieuwe beschikking verzonden, dan is
sprake van één object. Het object behorend bij die vernietigde
beschikking telt dus niet meer mee om te voorkomen dat het aantal
groter kan worden dan het totale aantal objecten binnen de gemeente.
Voor het maken van het onderscheid tussen woningen en niet-woningen
kan dezelfde indeling worden gebruikt als voor de tariefdifferentiatie bij
de onroerende-zaakbelastingen of voor de bepaling van de
belastingcapaciteit door het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Gevraagd wordt naar het totaal aantal objecten waarvoor nog
beschikkingen moeten worden verzonden. Het gaat alleen om die
objecten, waarvoor in het geheel nog geen beschikking is verzonden.
Indien bijvoorbeeld voor 100 winkelunits de beschikking aan de huurder
nog verzonden moet worden, maar de eigenaar heeft al wel de WOZbeschikking ontvangen, worden deze 100 winkelunits niet in het
antwoord van deze vraag meegeteld.
Indien als gevolg van een vernietiging van een beschikking een nieuwe
beschikking voor een object verzonden moet worden telt dit object wel
mee bij deze vraag.
Vermeld het aantal WOZ-objecten dat ook daadwerkelijk een
beschikking moet krijgen, dus exclusief de sluimerende en vrijgestelde
objecten, maar inclusief de geblokkeerde objecten waarvoor nog een
beschikking genomen moet worden.
In deze vraag wordt gevraagd naar het totaal aantal geschriften
(aanslagbiljetten) dat u vanaf het begin van het genoemde jaar met
betrekking tot de beschikkingen met waardepeildatum 1 januari 2013
heeft verzonden. Een aanslagbiljet voor een woningbouwvereniging met
bijvoorbeeld 1000 objecten telt als één geschrift (met daarop 1000
beschikkingsregels). Het is niet de bedoeling dat u hier het aantal WOZobjecten waarvoor een beschikking is verzonden vermeldt.
Voor zover het aantal geschriften niet is geadministreerd is dit wellicht te
achterhalen via de aanleveringen voor de ter post bezorging.
Het totaal aantal verzonden geschriften is met name bij het begin van
het kalenderjaar van belang als referentie voor het aantal
bezwaarschriften dat als reactie wordt ontvangen.
73
7a i
Deze vraag betreft het aantal ontvangen formele bezwaarschriften tegen
de WOZ-beschikkingen (gecombineerde aanslagen/WOZ-beschikkingen).
Deze telling van aantal bezwaarschriften is met name van belang
wanneer bij het eind van de bezwaarperiode (in beginsel april van het
kalenderjaar) inzicht verkregen moet worden in de omvang van het
aantal bezwaarschriften. Op dat moment zijn de bezwaarschriften wel
ontvangen en waarschijnlijk als poststuk geregistreerd
(ontvangstbevestiging), maar zal nog niet voor alle (pro forma)
bezwaarschriften een relatie gelegd zijn met de WOZ-objecten waarop
het bezwaar betrekking heeft. Op dat moment is dan ook een telling van
het aantal WOZ-objecten onder bezwaar nog niet altijd mogelijk.
De telling van het aantal bezwaarschriften kan het eenvoudigst
geschieden vanuit de registratie waarmee de afhandeling van de
bezwaarschriften wordt gevolgd (bezwaarmodule o.i.d.).
74
7a ii
Dit betreft het aantal bezwaarschriften waarvoor geen verdere actie
meer nodig is. Dit kan zijn omdat het bezwaar is afgehandeld, omdat het
bezwaar is ingetrokken of omdat men heeft aangegeven dat een proforma bezwaar niet gemotiveerd zal worden etc.
75
7a iii
Vermeld de datum waarop, volgens de huidige planning van de
gemeente, voor minimaal 99% van de ingekomen bezwaarschriften geen
verdere actie meer benodigd is. Dit kan zijn omdat het bezwaar is
afgehandeld, omdat het bezwaar is ingetrokken of omdat men heeft
aangegeven dat een pro-forma bezwaar niet gemotiveerd zal worden
etc.
76
7b
77
78
-
Deze vraag heeft ook betrekking op het aantal ontvangen
bezwaarschriften, maar richt zich dan op het aantal WOZ-objecten
waarvoor bezwaar is gemaakt. Het aantal objecten onder bezwaar kan
kleiner zijn dan het aantal bezwaarschriften (wanneer eigenaar en
gebruiker beiden afzonderlijk bezwaar hebben gemaakt voor hetzelfde
object), maar kan ook groter zijn dan het aantal bezwaarschriften
(wanneer bijvoorbeeld een woningcorporatie voor een aantal woningen
in één bezwaarschrift bezwaar heeft aangetekend). Hierbij is wel van
belang dat goed bekeken wordt op welke WOZ-objecten het bezwaar
betrekking heeft. Bijvoorbeeld wanneer een corporatie voor 1000
woningen een WOZ-beschikking heeft ontvangen, betekent het indienen
van een bezwaarschrift door deze corporatie niet automatisch dat alle
1000 woningen onder bezwaar komen.
De gevraagde aantallen betreffen het aantal WOZ-objecten (woningen
respectievelijk niet-woningen) waarvan een status beschikking in de
Basisregistratie WOZ is vastgelegd (en via Stuf-WOZ geleverd is of
geleverd moet worden) met de waarde "10: bezwaar ingediend", "11:
bezwaar afgehandeld, beschikking gehandhaafd" of "12: bezwaar
afgehandeld, vastgestelde waarde veranderd".
-
79
8a i
Deze vraag betreft de initiële levering van een totaalstand Stuf-WOZ dat
aan het begin van het kalenderjaar wordt geleverd aan de
Belastingdienst en de waterschappen, respectievelijk de levering aan het
CBS van de voorlopige opgave over het desbetreffende jaar met een
Stuf-CAP bestand.
De datum is de datum waarop het bestand is verzonden aan de
genoemde afnemer.
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
3-I d i
3-II c
De waardeverandering wordt berekend door:
"totaaltelling nieuwe waarde minus totaaltelling oude waarde" te delen
door "totaaltelling oude waarde". In deze totaaltelling worden
meegenomen alle woningen waarvoor zowel een (reële) oude als nieuwe
waarde beschikbaar is. Hieronder vallen niet de nieuwbouwobjecten die
vorig jaar nog niet 100% gereed waren (code 5100).
Dit percentage is bijvoorbeeld ook van belang bij het vaststellen van de
OZB-tarieven door de gemeenteraad. Het percentage kan met een
precisie van maximaal één decimaal worden ingevuld.
Gevraagd wordt om de verwachte waardeverandering weer te geven van
de niet-woningen tussen de twee genoemde waardepeildata. Voor de
berekening van het percentage wordt uitgegaan van alle (categorieën)
niet-woningen.
De waardeverandering wordt berekend door:
"totaaltelling nieuwe waarde minus totaaltelling oude waarde" te delen
door "totaaltelling oude waarde". In deze totaaltelling worden alle nietwoningen meegenomen waarvoor zowel een (reële) oude als nieuwe
waarde beschikbaar is. Hieronder vallen niet de nieuwbouwobjecten die
vorig jaar nog niet 100% gereed waren (code 5300).
91
92
9a i
Dit percentage is bijvoorbeeld ook van belang bij het vaststellen van de
OZB-tarieven door de gemeenteraad. Het percentage kan met een
precisie van maximaal één decimaal worden ingevuld.
Vermeld de naam van de leverancier van het automatiseringssysteem
dat, in het kader van de herwaardering naar waardepeildatum 1 januari
2014 wordt gebruikt als ondersteuning bij de modelmatige
waardebepaling van woningen.
93
9a ii
94
9a iii
95
9b i
96
97
9b iia
98
9b iib
99
100
101
102
103
104
9c i
9c ii
-
Vermeld de naam van de leverancier van het automatiseringssysteem
dat, in het kader van de herwaardering naar waardepeildatum 1 januari
2014 wordt gebruikt als ondersteuning bij de (modelmatige)
waardebepaling van niet-woningen.
Vermeld de naam van de leverancier van het automatiseringssysteem
dat, in het genoemde kalender wordt gebruikt om de WOZ-administratie
(centrale bestand met WOZ-objecten) te ondersteunen.
Voor de beantwoording van deze vraag is het onderscheid tussen
uitbesteding of inhuur van deskundigen die binnen de gemeentelijke
organisatie komen werken niet van belang.
Het gaat bij deze vraag alleen om inhuur van deskundigen van (of
uitbesteding aan) in WOZ-activiteiten gespecialiseerde bureaus
(medewerkers WOZ-administratie, taxateurs, modelbouwers,
procesmanagers, bezwaarbehandelaars etc.). Het inhuren van krachten
vanuit algemene uitzendbureaus is hierbij niet van belang.
Vermeld de naam van het bureau dat is ingehuurd. Vermeld alleen
"Gemeente zelf" wanneer voor die activiteit geen uitbesteding of inhuur
plaats vindt (met uitzondering van incidentele inhuur van freelancetaxateurs).
Vermeld de naam van het bureau dat is ingehuurd. Vermeld alleen
"Gemeente zelf" wanneer voor die activiteit geen uitbesteding of inhuur
plaats vindt (met uitzondering van incidentele inhuur van freelancetaxateurs).
-