Homogene combinaties van autisme en ADHD

Homogene combinaties van autisme en ADHD-symptomen en hun
cognitieve en gedragsmatige correlaten in de algemene populatie
[Homogeneous combinations of ASD-ADHD traits and their cognitive and behavioral correlates
in a population-based sample].
Journal of Attention Disorders.
Jolanda M.J. van der Meer, Martijn G.A. Lappenschaar, Catharina A. Hartman, Corina U. Greven,
Jan K. Buitelaar, Nanda N.J. Rommelse.
Doel
Van de diagnoses autisme en ADHD wordt aangenomen dat zij de extreme uitersten zijn van
symptomen die ook in de populatie die geen diagnose heeft (de ‘normaal ontwikkelende populatie’)
veel samen voorkomen. In deze studie proberen we verschillende combinaties van autisme en ADHD
symptomen bij kinderen uit deze normaal
ontwikkelende populatie te identificeren. Vervolgens
willen we het cognitief functioneren tussen deze
subgroepen vergelijken.
Opzet
Bij SPIDER (Schoolkids Project Interrelating DNA and
Endofenotype Research) is zowel gedragsdata als
cognitieve data van 378 kinderen tussen de 6 en 13
jaar oud verzameld, veelal via het regulier
basisonderwijs. Door latente classe analyses (LCA) uit
te voeren op gedragsdata identificeerden we meer
gelijke subgroepen in de normaal ontwikkelende populatie.
Resultaten
De LCA identificeerden 5 verschillende subgroepen (‘classes’); 3 classes die vergelijkbare scores lieten
zien op autisme en ADHD symptoomschalen (77.5% van de kinderen) en 2 subgroepen die meer
ADHD-symptomen dan autismesymptomen lieten zien (18.3%), of andersom (4.2%). Deze resultaten
indiceren dat niet alleen de diagnoses autisme en ADHD veel samen voorkomen, maar dat ook in de
normaal ontwikkelende populatie dit soort symptomen veel samen voorkomen (77.5%). Interessant is
dat het cognitief functioneren van kinderen die meer autismesymptomen of meer ADHD-symptomen
lieten zien (22.5%) van elkaar afwijkt qua visuospatieel functioneren. Kinderen met meer
autismesymptomen dan ADHD-symptomen presteerden beter op dit soort taken dan kinderen die
meer ADHD-symptomen dan autismesymptomen hebben.
Conclusies
Het verschil in visuospatieel functioneren binnen de normaal ontwikkelende populatie wordt ook bij
kinderen met autisme en ADHD gevonden. Dat dit onderscheid nu binnen de normaal ontwikkelende
populatie in samenhang met autisme en ADHD symptomen gevonden wordt suggereert dat de
grondslag voor dit soort cognitieve verschillen ten dele verborgen ligt in de normale variatie.