42 Zondag 6 april DBO 14 Johannes 15/16 De andere Trooster

Zondag 6 april DBO 14 Johannes 15/16 De andere Trooster De hoofdstukken 13-­‐17 van het Bijbelboek Johannes worden ook wel de afscheidsrede van Jezus genoemd. Toch gaat die toespraak niet alleen over Zijn afscheid, maar ook over het contact dat na Zijn heengaan altijd met Hem mogelijk zal zijn. Het woord rede, of toespraak, is eigenlijk niet goed. Deze hoofdstukken bevatten allerlei onderdelen van een heel lang gesprek dat Jezus aan het einde van de viering van het Pascha voerde met Zijn discipelen. Als ze daarna met elkaar op weg gaan naar Getsemane is Jezus nog steeds aan het woord. Hij wil hen graag zoveel mogelijk meegeven voor de tijd die komen gaat. Het zal straks niet gemakkelijk voor hen zijn. Het gemis zal groot zijn. Ze hebben immers jaren met elkaar opgetrokken. Hij was hun Leidsman. Zij waren Zijn leerlingen. Straks zullen ze zonder leider zijn. Het is dan hun beurt om leiding te geven aan Christus’ kerk. Hun geloof zal bestreden worden. Ze zullen net als Jezus beschuldigd worden door de leiders van Israël. Daarom wil Jezus dat ze luisteren naar wat Hij hen in deze laatste toespraak meegeeft: ‘Dit alles heb ik tegen jullie gezegd om te voorkomen dat jullie je geloof verliezen’ (Johannes 16:1). Jezus stelt heel veel onderwerpen aan de orde. Hij vertelt dat Hij nu teruggaat naar de hemel. Naar het Vaderhuis, om daar plaats te maken voor hen. Ooit zal Hij terugkomen om hen te halen. Maar tot die tijd zijn zij de vertegenwoordigers van Hem op aarde. Zijn discipelen. Zijn volgelingen. Jezus roept hen op om elkaar lief te hebben. Om elkaar te dienen. Dat doet Hij op een heel bijzondere manier voor. Tot hun grote verbazing wast Hij hen de voeten. Gewoon tijdens de maaltijd, tussen de gesprekken door, staat Hij op en begint als een slaaf, als een dienstknecht, hun voeten te wassen. Het leidt tot een heftig gesprek tussen Hem en Petrus. Dan vertelt Hij hen de gelijkenis van de wijnstok. Zij zullen zijn als ranken aan Hem, de Ware Wijnstok. Mensen die in hun leven de vruchten laten zien van het geloof in Hem. Veel, heel veel aandacht besteedt Jezus in dat laatste gesprek aan de komst en het werk van de Heilige Geest. Hoe belangrijk de Heilige Geest is voor hen, ja voor alle mensen die in Hem gaan geloven, totdat Jezus terugkomt. Het zijn zoveel onderwerpen dat Jezus bang is dat ze het allemaal niet kunnen onthouden. Op een gegeven moment zegt Hij: ‘Nog veel meer heb Ik u te zeggen, maar gij kunt het nu niet verdragen.’ 42 Gelukkig zal de Heilige Geest ook dat straks in Zijn plaats doen. Die zal Zijn werk voortzetten. Die zal hen ook leren. Hoor maar weer wat Hij zegt: ‘Wanneer Die komt, de Geest van de waarheid, zal Hij u de weg wijzen in heel de waarheid’ (Johannes 16:12). Ik gaf het al aan: wat Jezus in die laatste toespraak zegt en leert, is voor ons allemaal belangrijk. U en ik, we leven immers in de tijd vóór de wederkomst, de tussentijd. Jezus is niet meer in ons midden. Daarom is het zo belangrijk dat ook wij weten van het bestaan en het werk van Gods Geest in ons leven. Dat werk kun je het best onthouden als je de andere naam kent van de Heilige Geest. Jezus noemt Hem in dat laatste gesprek ‘de Trooster’. Ik moet het nog preciezer zeggen: de andere Trooster. Hoor maar: ‘En Ik zal de Vader bidden, en Hij zal u een andere Trooster geven, opdat Hij bij u blijft tot in eeuwigheid’ (14:16). Een andere trooster. Zoals Jezus troost gaf aan de Zijnen, zó zal ook die Ander een Trooster zijn. Jezus zei ooit: ‘Komt allen tot Mij die vermoeid en belast zijt en Ik zal u rust geven.’ Dat werk gaat de Heilige Geest voortzetten. Jezus is de Trooster, de Heilige Geest de andere Trooster. Het lijkt me goed om dat nog beter uit te leggen. Anders denken we bij het woord troosten alleen maar aan verdriet. Dan is de Heilige Geest een Trooster die alleen onze tranen droogt. Dat doet Hij ook, maar Hij doet nog veel meer. In het Grieks is dat het woord dat we vertaald hebben met trooster, het woord ‘paraklètos’. Het woord en de naam ‘paraklètos’ werd gebruikt in de rechtbank. De ‘parakleet’ is de advocaat die de verdachte verdedigt. Hij probeert aan te tonen dat de beschuldigingen niet waar zijn en zorgt zo voor een eerlijke rechtspraak. Maar het woord werd in de Griekse wereld ook gebruikt als de naam van een raadgever. Iemand op wie je kunt rekenen, die je advies geeft als je om raad verlegen zit. Dan krijg je verder inderdaad de betekenis van trooster. Een parakleet is dan als een moeder, maar dat kan ook een andere persoon zijn, die je op allerlei manieren troost. Het is allemaal samen te vatten als je de letterlijke betekenis van het werkwoord onthoudt: ‘parakaleo’ = er bij roepen. Een parakleet is iemand die er bij geroepen wordt, een hulpverlener. En dan nog even dit: Troosten doe je niet door je boven iemand te verheffen of op iemand neer te kijken. Troosten doe je door naast iemand te gaan staan. Je spoort de ander aan om door te gaan. Troosten kun je op vele manieren. Soms is het goed om te wijzen op een bepaald gegeven, een gebeurtenis of iets anders, maar je kunt ook iemand helpen door hem aan te sporen om juist vooruit te kijken. Zo’n trooster, zo’n parakleet, is Jezus al die jaren voor Zijn discipelen geweest. Hij stond niet boven hen, maar naast hen. Hij was er altijd voor hen. Jezus belooft nu dat dit werk zal worden voortgezet door de Heilige Geest. Die Geest komt van Jezus. Hij zal in hen zijn. Zal in hun hart spreken namens Jezus. De Heilige Geest zal zo ook het blijvende contact zijn met Jezus. Hij zal hen bemoedigen, met hen bidden, kracht geven. 43 Uit het leven van Jezus weten we wat de Heilige Geest in Zijn leven deed. Door de kracht van de Heilige Geest kon Hij de duivel weerstaan. Door de ingeving van de Heilige Geest wist en kon Hij de juiste Schriftwoorden gebruiken. Door de kracht van die Geest sprak Hij, handelde Hij. Op die hulp mogen de discipelen rekenen. Ja, iedere gelovige mag daarop rekenen. Daarom is het goed dat Hij zal heengaan en dat Zijn Geest zal worden uitgestort in de harten van Zijn kinderen. Hij zal de andere Trooster zijn. Wanneer de duivel ook ons aanklaagt of probeert te verleiden, zal Hij daar zijn met Zijn hulp. Hij brengt ook ons de juiste woorden uit Gods woord op het juiste moment. Hij staat ons bij in de geestelijke strijd. De Heilige Geest zet het werk van de Heere Jezus voort als Trooster door te onderwijzen, te adviseren vanuit Gods Woord. Hij blijft bij ons, is in ons en gaat niet meer weg. Hij blijft altijd bij ons. Al de jaren van ons leven. Door de dood heen, voor altijd. En Hij geeft het niet op met ons. Ook niet als wij God teleurstellen. Jezus laat zijn leerlingen dus nooit alleen. De Geest komt Zijn afwezigheid vullen. Door de Geest zal Jezus Zelf, zij het op een andere manier, altijd bij Zijn leerlingen zijn. Nog dieper en intiemer dan in die jaren dat ze met Hem optrokken. Ik zei het al: niet alleen naast hen, maar in hen. Hij zal wonen in hun hart. Ze zullen afscheid moeten nemen, maar geestelijk zijn ze altijd met Hem verbonden. Ten slotte: De kerk leeft tussen twee grote momenten in: het heengaan van Jezus en Zijn wederkomst. Door de Heilige Geest is dat echter geen periode van grote afwezigheid. Jezus wil door Zijn Geest wonen in ons hart. Nu Jezus in de hemel is, bidt Hij daar voor ons. En de Heilige Geest bidt in ons hart met ons mee. Het leven in de tussentijd kan zwaar en moeilijk zijn. Maar wat een rijkdom als je een kind van God bent! Je hebt twee troosters: de ene Trooster in de hemel en de andere op aarde. Jezus aan de rechterhand van Zijn Vader en de Heilige Geest in ons hart. Woont de Heilige Geest in Uw hart? Jezus heeft gezegd: ‘Als u die slecht bent, uw kinderen dus goede gaven weet te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader de Heilige Geest geven aan hen die tot Hem bidden?’ (Lucas 11:13). 44 Ja! de Trooster is gekomen, Jesus ging van de aarde heen! Jesus, van u opgenomen, liet, o Kerk! u niet alléén! De Beloofde werd gezonden, en de Kracht uit God kwam neêr! ’t Past ons juichend, keer op keer, zijn verschijning te verkonden! Heden is het Pinksterfeest! Looft en dankt den Heilgen Geest! 45