transitie - Radboudumc

Transitie in zorg,
zelfmanagement &
participatie voor jongeren:
wat is de stand van de
wetenschap?
Dr. AnneLoes van Staa, Hogeschool Rotterdam
7 april 2014
transitie van jongeren met
chronische aandoeningen van
kinder- naar volwassenenzorg: één
van de grootste uitdagingen
Viner 2008; Arch Dis Child
steeds meer jeugd met
chronische aandoeningen
• in Nederland hebben ongeveer 500.000 kinderen in de
leeftijd van 6 tot 19 jaar een chronische aandoening, dit is
ongeveer 14% van alle jongeren (Mokkink e.a., 2007)
• prevalentie van veel voorkomende chronische
aandoeningen neemt toe dankzij betere behandeling en
zorg
• incidentie van aantal aandoeningen neemt toe
• 90% van alle kinderen met chronische
aandoeningen bereikt volwassen leeftijd
(American Academy of Pediatrics, 1996)
en de keerzijde…
in vergelijking met gezonde leeftijdgenoten hebben jongeren met
chronische aandoeningen
• te maken met vertraging in de
psychoseksuele ontwikkeling en
het later bereiken van
ontwikkelingsmijlpalen (Calsbeek et
al. 2002; Stam et al. 2006; Wiegerink et al.
2008)
•
zijn vaak levenslang aangewezen
op zorg en hebben grote kans op
lange termijn gevolgen van ziekte
en complicaties
en de keerzijde…
achterblijven van maatschappelijke
participatie en welbevinden:
• meer eenzaamheid, minder
(intieme) sociale relaties
• meer schooluitval, lagere
opleiding, minder diploma’s
• minder vaak betaald werk
(Wiegerink et al. 2008; Heymans &
Rijken 2004; Nieuwenhuijsen et al.
2009; Buffart et al. 2009)
zorgproblemen in de
transitieperiode
• onzelfstandigheid,
afhankelijkheid van ouders
• gebrekkige overdracht en
discontinuïteit van zorg
(uitval = lost-to-follow up uit
specialistische
behandelprogramma’s)
• minder therapietrouw
http://www.youtube.com/watch?v=cjXu
rYrFMZM&feature=player_embedded
Philip (overleden aan een Addisonse crisis; 21 jaar oud)
transitie: geen moment maar
proces
• transitie wordt vaak opgevat als “de overdracht van
kinderarts naar internist” of “van pediatrie naar
volwassenen”: dit is de transfer
• transitie: “een doelbewust, gepland proces waarin
aandacht wordt besteed aan medische, psychosociale en
opleidings- en ontwikkelingsbehoeften van adolescenten
en jongvolwassenen met chronische ziekte en lichamelijke
beperkingen bij de overgang van kinderzorg naar
volwassenenzorg, zodat er sprake is van allesomvattende,
goed gecoördineerde en continue zorgverlening op het
juiste moment in de ontwikkelingsfase”
(Blum e.a. 1993)
opvattingen van
jongeren
• ervaren grote verschillen tussen kinder- en
volwassenenzorg
• te weinig voorbereiding op deze verschillen
• overdracht en overgang is te abrupt
• te weinig toegankelijkheid en acceptatie van de
diabeteszorg bij de interne geneeskunde
• toch geen algemene voorkeur voor de kinderzorg
• jongeren hebben duidelijke opvattingen over zorg en
zorgverlening
uitdagingen voor
zorgverlening
• vertraging in de overdracht of helemaal geen overdracht
naar de gespecialiseerde diabeteszorg
• vertraging in eerste afspraak bij de interne
geneeskunde nadat men bij de kinderzorg afscheid heft
genomen (‘gap between services’)
• toename van de no-show (tot 25%...)
• verslechtering van de bloedsuikerwaarden???
Lotstein et al. 2013; Pediatrics
Lotstein et al. 2013; Pediatrics
evaluatie van
transitie
programma’s
• meeste
transitieprogramma’s
kennen meerdere
componenten
• verschillende
uitkomstmaten
• gemeten op verschillende
manieren
• minimale research
evidence; geen RCT’s
• meer onderzoek nodig
er zijn wel
consensus
richtlijnen
principes voor
goede transfer bij
diabetes
• de overdracht moet gepland worden en de
voorbereiding moet vroeg beginnen
• patiënt, familie en zorgverleners moeten als partners
samenwerken
• voorbereiding op zelfmanagement is cruciaal
• en voorbereiding op de verschillen tussen kinderzorg en
volwasssenenzorg
• tijdens het transitieproces moeten er passende
voorzieningen en ondersteuning geboden worden
• samenwerking tussen teams rond kinderarts en internist
noodzakelijk
maar wat is er zo specifiek
aan diabetes?
onderzoeksprogramma Op Eigen Benen
• 2004 - 2007
• qualitative
research into
preferences and
competencies
On Your Own
Feet I
On Your Own
Feet II
• 2006
• quantitative
research into
preferences and
competencies
• 2008 -2012
• Action Program
innovation of care
On Your Own
Feet Ahead
SPIL
• 2011 - 2014
• self-management
& social
participation
wat jongeren er zelf van
vinden
ik ben net als ieder ander, alleen fysiek ben ik een beetje minder
partner in zorg: willen jongeren
dat wel?
•
•
•
•
•
jongeren willen gezien worden als expert in
het dagelijks leven met de aandoening
hebben sterke wens tot “het gewone leven”
waarin aandoening niet centraal staat
uiteenlopende visies over belang van
therapietrouw (sommigen vinden “lekker
leven nu belangrijker”)
weinig behoefte aan educatie of meer kennis
willen dat de arts / verpleegkundige op hén
gericht is, niet op ouders
(van Staa et al. 2007; 2008)
partner in zorg: kunnen jongeren
dat wel?
•
•
•
•
vinden zichzelf al behoorlijk zelfstandig
meeste jongeren vinden dat ze meer
zelfstandig kunnen dan ze doen
verantwoordelijkheid nemen voor
zelfmanagement gedrag -thuis en op
consult- “hoeft (nog) niet”
“gelukkig zijn mijn ouders er om me overal
aan te herinneren”
(van Staa 2011 PEC; 960 jongeren 12-19 jr.)
ik doe liever zelf het woord, want ik ben de patiënt
en ik zit daar voor mezelf
het is wel makkelijk als mijn vader erbij zit, want die let
wel goed op, ik vind het te moeilijk
kunnen is nog geen doen: het
voorbeeld van het consult
•
jongeren hoeven in de spreekkamer niet actief te
worden zolang hun ouders er zijn
•
jongeren worden actiever als het moet: zonder
ouders, of als zorgverleners ze opdrachten geven /
concrete vragen stellen
•
de aanwezigheid van ouders in de spreekkamer is een
belangrijke steun, maar ook een obstakel voor meer
zelfstandigheid van jongeren
toch:
•
willen álle jongeren graag serieus genomen worden en
actief bij hun eigen zorg betrokken worden
(van Staa 2011 PEC)
jongeren trainen om partner in zorg
te worden
wat betekent dat voor jongeren?
•
•
•
•
•
actievere rol spelen in
zelfmanagement van de
aandoening thuis en in contact
met zorgverleners
nieuwe kennis en
vaardigheden leren
verantwoordelijkheid leren
nemen
meer betrokken worden
van ‘kunnen’ naar doen’
(van Staa 2011 PEC)
jongeren trainen om partner in zorg
te worden
wat betekent dat voor ouders?
•
•
•
•
minder actieve rol spelen in
zelfmanagement van de
aandoening thuis en in
contact met zorgverleners
zelf stapje terug doen en
stapsgewijs de
verantwoordelijkheid aan
jongeren gaan overdragen
WÉL betrokken blijven
van ‘doen’ naar ‘laten’
jongeren trainen om partner in zorg te
worden:
wat betekent dat voor zorgverleners?
•
•
•
•
actievere rol spelen in het
bevorderen van
zelfstandigheid en
zelfmanagement van
jongeren
jongeren en ouders
faciliteren en stimuleren bij
nieuwe rollen
meer betrekken van jongere
/ ouders
van ‘laten’ naar ‘doen’
overbrug de kloof tussen onderzoek en actie
2008-2012:
Actieprogramma Op
Eigen Benen Vooruit!
landelijk verbeterprogramma
volgens de Doorbraakmethode
raamwerk voor goede transitiezorg
wat heeft het Actieprogramma
aan tools en tips opgeleverd?
veel nieuwe interventies!
Interventies om het transitieproces organisatorisch te verbeteren
Structureel patiëntenoverleg tussen kinder- en volwassenenzorg
21 (96%)
(Transitie MDO)
Transitiepoli / Jongerenpoli
18 (82%)
Transitieprotocol
14 (64%)
Transitiecoördinator
10 (45%)
Afstemming & gezamenlijk beleid tussen kinder- en volwassenenzorg
9 (41%)
Groepsconsulten (GMA) / groepseducatie / groepsbehandeling
9 (23%)
Interventies om zelfstandigheid en zelfmanagement jongeren te versterken
Checklist voor professionals voor transitiethema’s / Rotterdams Transitie
20 (91%)
Profiel
Individueel Transitie Plan of Groei-wijzer voor jongeren & ouders
17 (77%)
Jongeren alleen in de spreekkamer
13 (59%)
Informatiefolder over transitie
12 (55%)
Kwaliteit van leven vragenlijsten
12 (55%)
Individueel Transitieplan
Groei-wijzer
Het Individueel Transitieplan (ITP) / Groeiwijzer is een actieplan voor zelfmanagement
en zelfredzaamheid dat door jongeren en
ouders wordt ingevuld.
vaker gesprek over niet-medische
onderwerpen
1=nooit 5 = altijd
Jongeren alleen in de
spreekkamer
‘We zijn ons er veel bewuster van geworden dat het belangrijk is
de jongere alleen te zien in de spreekkamer. We doen het steeds
vaker…het gesprek gaat heel anders als ze alleen komen. aan het
einde roepen we de ouders erbij…de jongere vertelt dan wat er is
besproken.’
Kinderarts, Scheper Ziekenhuis
Jongeren alleen in de
spreekkamer
Het vergroten van (het gevoel van)
zelfredzaamheid door jongeren alleen – zonder
aanwezigheid van ouders – in de spreekkamer te
ontvangen.
Gevoelige onderwerpen bespreken waarbij de
aanwezigheid van ouders een belemmering kan
vormen, zoals roken, drugs- en alcoholgebruik,
seksualiteit, maar die belangrijk zijn in de
puberteit.
jongeren actiever in de spreekkamer
Transitiepoli
‘Het voordeel is dat de transitiepoli een heel duidelijk moment voor
de patiënt is: “nu gaat het echt gebeuren”. Het helpt die overstap wat
makkelijker te maken, wat soepeler, het geeft meer vertrouwen ook
bij ouders. Meer informatie betekent angstreductie. Maar een
transitiepoli is wel heel lastig plannen.’
Kinderarts, CF team Erasmus MC
Transitiepoli
Op de transitiepoli worden jongeren gezamenlijk
behandeld door zorgverleners van zowel de
kinderkant als de volwassenenkant.
Doelen:
de overgang vloeiender laten verlopen
uitval na de transfer te voorkomen
jongeren optimaal te begeleiden tijdens de
transitie (coördinatie en continuïteit van zorg).
Nieuwe gecontroleerde studie:
evaluatie transitiepoli’s
• retrospectieve studie (jongeren die in laatste 5 jaar
zijn overgestapt)
• mixed methods design (kwalitatief en kwantitatief)
• observaties, interviews, vragenlijsten,
dossieronderzoek
• op niveau van jongeren en zorgverlening
• drie transitiepoli’s in Erasmus MC vergeleken met
drie controle-afdelingen in andere UMC’s
• CF, IBD en endocrinologie
Uitkomstmaten evaluatie
transitiepoli’s
Healthcare utilization
Date of transfer
Location
Medical follow-up
Hospitalizations
Emergency department visits
Non-clinical patient-reported outcomes
Psychosocial outcomes
Transition/disease knowledge
Self-management (medical domain)
Self-efficacy
Transition to adulthood, i.e. social
participation, developmental milestones,
independence etc.
Condition-specific outcomes
Adherence to therapeutic regimen
Clinical outcomes
Health care characteristics
Individual Transition Plan
Patient satisfaction with (quality
of) care and/or transition process
Written transfer (patient
summary)
Background characteristics
Age / age at diagnosis / age at transfer
Comorbidity
Treatments
Ethnicity
Gender
Educational level
Family situation
De kloof overbruggen:
hoe nodig is dat nu eigenlijk???
longitudinale cohort studie
Op Eigen Benen
– T0 meting in 2006*
• n=1039
– T1 meting in 2012
• n= 518
• 65% in volwassenen zorg; 10% nog in
kinderzorg; 25% niet meer in
specialistische behandeling
• 315 jongeren hebben ervaringen met
transfer gegeven (OYOF-TES)
• gemiddelde leeftijd: 20,7 (+1,9) jaar;
62.5% vrouw
• 74.9% transfer in Erasmus MC
• gemiddelde leeftijd bij transfer 17,6
jaar (+1,8; range 12-24)
verschillen tussenT0-T1*
T0
mean (+SD)
T1
mean (+SD)
p*
78.7 (14.7)
74.9 (19.1)
.001
General score of independence
during consultations [VAS; 1-10]
7.0 (1.9)
7.7 (1.4)
<.001
Self-efficacy (OYOF-SES); 16
items
52.4 (7.1)
55.7 (6.6)
<.001
HRQoL (DISABKIDS-10)
• kwaliteit van leven gaat achteruit
• self-efficacy & zelfgerapporteerd onafhankelijk
gedrag tijdens consulten neemt toe
* Paired samples t-test
Sub-scale 1 – Alliance% agree
between PC and AC
I have confidence in my adult health care providers
I can manage well on my own during hospital consultations, also without my parents
I am happy with the care I receive in the adult care setting
My new care provider was well informed about me and my condition
I was taken care of very well in the adult care setting
Treatment recommendations in the adult care setting are similar to those I used to
receive in pediatric care
There was good collaboration between pediatric and adult care
The way of working and dealings with patients in adult care are similar to what I was
used to in pediatric care
I don’t really experience many differences between pediatric and adult care
When I first met my adult care provider, I knew exactly what was expected of me and
what I could expect from him / her
Before the transfer I had already met my new health care providers
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
% agree
Sub-scale 2 – Preparation
for transfer
The transfer to adult care was announced timely and did not come as a surprise
My parents were ready to transfer to adult care
I was ready to transfer to adult care
The timing of the transfer was just about right
I was well prepared for the transfer to adult care
I received enough information about the transfer to adult care
I had a say in the timing of the transfer
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
Tevredenheid met transfer (VAS)
• 20% niet tevreden over transfer (onvoldoende)
• mannen meer tevreden dan vrouwen
• degenen die binnen Erasmus MC waren overgestapt waren
meer tevreden
•
Meeste jongvolwassenen vonden dat ze klaar waren voor de
overstap en dat de timing goed was
• Meerderheid heeft niet geparticipeerd in de besluitvorming
rond de overstap en slechts 45% vond zichzelf goed
voorbereid
Adolescenten moeten beter voorbereid worden en
betrokken worden in besluitvorming rond transitie
•
Een positievere houding ten opzichte van transitie en een
hogere self-efficacy dragen bij aan meer positieve ervaringen
 Vergroten van zelf-management vaardigheden kan een
positieve bijdrage leveren aan ervaringen met transfer
• Meest jongvolwassenen zijn positief over volwassenenzorg
en hebben vertrouwen in hun nieuwe zorgverleners
• Patiëntgerichtheid van de zorgverlener in volwassenenzorg is
belangrijkste voorspeller van positieve ervaringen
• Een warm welkom krijgen in volwassenenzorg en het ervaren
van een goede afstemming en samenwerking tussen kinderen volwassenenzorg lijken cruciaal voor een positieve
transitie-ervaring
 Het is de eerste prioriteit om bruggen te bouwen tussen
kinder- en volwassenenzorg
1
Stel een multidisciplinair projectteam samen
2
Bepalen van de huidige en gewenste situatie
3
Werk aan een gemeenschappelijke visie over zorg in de
transitiefase
4
Selecteer passende interventies uit de Transitie Toolkit op
www.opeigenbenen.nu
5
Stel doelen op aan de hand van het raamwerk en maak een plan
van aanpak
6
Maak bewuste keuzes en probeer interventies op kleine schaal uit
7
Maak een meetplan en stel simpele indicatoren vast om de
voortgang te monitoren
8
Evalueer na een periode van ongeveer één tot anderhalf jaar door
de Zelfdiagnose te herhalen
9
Maak een plan voor communicatie over het transitieproject binnen
en buiten de organisatie
10
Maak een plan voor borging om in de organisatie de transitiezorg
te verankeren in de dagelijkse routines
Six core elements of health
care transition 2.0
http://www.gottransition.org
www.opeigenbenen.NU