Klik hier - SER Brabant

Jaarrapportage 2013
Mei 2014
1
Over SER Brabant
SER Brabant adviseert het provinciaal bestuur over de hoofdlijnen van het te voeren
sociaal-economisch beleid. De Raad is een onafhankelijk orgaan dat in 2013 werd
gefinancierd door bijdragen van de provincie Noord-Brabant, de landelijke SER en de
Brabantse Kamers van Koophandel.
De provinciale SER is ingesteld op grond van formele besluitvorming door Provinciale
Staten en brengt gevraagd en ongevraagd advies uit over vraagstukken die rechtstreeks
of door hun uitwerking van belang zijn voor de sociaal-economische ontwikkeling in
Brabant. De advieswerkzaamheden worden voor het grootste deel bepaald door de
jaarlijkse Kaderbrief van het College van Gedeputeerde Staten.
In de Brabantse SER hebben zitting vertegenwoordigers van de organisaties van
ondernemers (BZW, MKB Nederland, ZLTO) en werknemers (FNV, CNV, vakbond De
Unie). Voorts waren in 2013 kwaliteitszetels ingesteld voor vertegenwoordigers van de
beide Kamers van Koophandel. De raad laat zich bij het opstellen van adviezen bijstaan
door een viertal themacommissies waarin externe expertise uit ondermeer bedrijven
en kennisinstellingen is gebundeld.
2
INHOUDSOPGAVE
Voorwoord
1. Uitgebrachte adviezen
1.1 SER-adviesagenda
1.2 Overzicht uitgebrachte adviezen
1.3 Adviezen in voorbereiding
2. Overige raadsactiviteiten
2.1 Vraagstukken in de Raad
2.2 Bijzondere bijeenkomsten
3. Algemene zaken
3.1 Vergaderfrequentie
3.2 Organisatie en werkwijze
3.3 Bestuurlijke contacten met provincie
4. Jaarrekening 2013
3
Voorwoord
Dit jaarverslag heeft een positieve toonzetting, vooral ook vanwege de actuele
ontwikkeling van de Brabantse economie. Immers, na een ongewoon lange
recessieperiode van vijf jaar is gedurende 2013 het economisch herstel voorzichtig
e
ingetreden. Vanaf het 3 kwartaal verbeterden in Brabant alle COEN-indicatoren en
belangrijk is dat er aan het eind van het jaar ook zicht kwam op het aantrekken van de
woningmarkt. Daar stond echter tegenover dat er op de arbeidsmarkt nog slechts
sprake was van een lichte kentering. Hoewel het economisch herstel dus nog broos
was, was er voor SER Brabant wel voldoende aanleiding om rond de jaarwisseling een
krachtig signaal af te geven: “het herstel is definitief ingezet in Brabant, stop het
gesomber over de economie en focus op de nieuwe kansen ...”
Afgelopen jaar is wederom productief verlopen. Er is door de SER een 10-tal adviezen
uitgebracht, variërend van Brabant proeftuin arbeidsmarkt tot de
toekomstbestendigheid van de detailhandelsstructuur en het economisch perspectief
van de biobased economy in Zuidwest-Nederland. Het is goed te mogen vaststellen dat
we daarmee grotendeels hebben voldaan aan de met het College van GS gemaakte
afspraken met betrekking tot de adviesagenda, de zgn. Kaderbrief 2013. Naast de
adviesfunctie bood de SER een podium voor ontmoeting en gesprek voor de
vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemersorganisaties en Kamers van
Koophandel.
Het bestuur kwam zes keer plenair bijeen en die momenten zijn ook aangegrepen om
informatie uit te wisselen over actuele zaken. In sommige gevallen was dat aanleiding
voor ongevraagde adviezen.
Graag vraag ik tot slot nog uw aandacht voor enkele bijzondere zaken die in dit
jaarverslag aan de orde komen. In april was er het werkbezoek van SER-voorzitter
Wiebe Draijer aan Brabant, waarbij werd kennisgemaakt met de triple helix-agenda’s in
onze regio. Ook zijn in 2013 de gesprekken gestart over de toekomstige samenwerking
met twee andere adviesraden (POC, PRG) in het kader van de kennis- en
onderzoeksagenda van de provincie. En last but not least is eind 2013, vanwege
de veranderingen bij de Kamer van Koophandel, afscheid genomen van onze vier vaste
KvK/SER-commissies.
Gerrit Jan Swinkels,
voorzitter
4
1. Uitgebrachte adviezen
1.1 SER adviesagenda 2013 (Kaderbrief)
De adviesagenda van SER Brabant is ook in 2013 grotendeels bepaald door gevraagde
adviezen van het College van GS, zoals vastgelegd in de jaarlijkse kaderbrief. In de
kaderbrief 2013 zijn de volgende adviesvragen geformuleerd:
1. Uitwerking Economisch Programma 2020, m.n.:
• Roadmaps Brabantse Clusters
• Arbeidsmarkt
• Internationalisering Public Affairs en Brandings
• Havenstrategie Moerdijk
2. Kennis en Onderzoeksagenda ‘Koersen op Kennis’ op de thema’s:
• Ondersteuningsstructuur Brabant
• Groene verdienmodellen
• Biobased Economie
• Detailhandel
1.2 Overzicht uitgebrachte adviezen
In het kalenderjaar 2013 heeft SER Brabant over de volgende zaken gevraagd en
ongevraagd advies uitgebracht. Er zijn in totaal 10 adviezen uitgebracht.
1.2.1
1.2.2
1.2.3
1.2.4
1.2.5
1.2.6
1.2.7
1.2.8
1.2.9
1.2.10
e
Economie en Natuur, Slim Verbinden (1 rapportage Taskforce), maart
e
Brabantse Fondsen, 2 tranche investeringsagenda (eindoordeel), mei
Brabant Proeftuin Arbeidsmarkt, mei
Doorgroeiperspectief Biobased Economy ZW-Nederland, juni
Crisisaanpak arbeidsmarkt, voorjaarsnota 2013, juni
Naar een toekomstbestendige detailhandelsstructuur, juni
e
Havenstrategie Moerdijk, 1 verkenning, juli
Grensregio Vlaanderen-Nederland, voorlopige OP 2014-2020, juli
MIRT-gebiedsagenda, hoe bedrijfsleven sterker betrekken?, september
Havenstrategie Moerdijk 2030, inclusief sociale paragraaf, november
Onderstaand een beknopte inhoudelijke toelichting per advies.
1.2.1
Economie en Natuur, Slim verbinden
Deze Taskforce is op verzoek van de provincie ingesteld met als doel om concreet
perspectief te ontwikkelen voor nieuwe verdienmodellen (‘samen slimmer
investeren’). In maart jl. werden de eerste resultaten gepresenteerd in de vorm van
een 6-tal concrete initiatieven, steeds verbonden met een economischmaatschappelijk perspectief (industrie, landbouw, gezondheid, leisure, energie e.d.).
Medio mei worden de convenanten ondertekend en gaan partijen concreet met elkaar
aan de slag. Daarna heeft de provincie verzocht de taskforce te verlengen tot begin
e
2014. In deze 2 fase van de taskforce kwam het accent te liggen op het concretiseren
c.q. versnellen van ‘gebiedsontwikkeling 3.0!
5
1.2.2
e
Brabantse Fondsen, 2 tranche investeringsagenda
In een briefadvies aan het provinciebestuur toonde de Raad zich zeer positief over de
voorstellen van de provinciale fondsvorming. Men vond het een complementair en
evenwichtig pakket, dat tevens een goede basis bood voor anticyclisch investeren op
de kortere termijn. Het uitgangspunt van revolverendheid van (3 van de 4) fondsen
werd onderschreven, voor zover het niet verlammend zou gaan werken. Naast
rendement in euro’s is ook het maatschappelijk rendement van belang; door spreiding
van risico’s binnen de fondsen moest er voldoende ruimte blijven voor het
‘maatschappelijke spel’. Het extern plaatsen van de fondsen werd door de SER krachtig
ondersteund, de BOM is daarvoor een goede partij. Het belang om per fonds een
investeringscommissie in te stellen en te werken met heldere kaders vooraf werd
benadrukt. Tot slot werd aangegeven dat het in de visie van de SER van belang is dat de
Provinciale Staten op vernieuwende wijze in staat worden gesteld om hun sturende rol
(op doelen) te spelen.
1.2.3
Brabant Proeftuin Arbeidsmarkt
SER Brabant heeft in verband met de afspraken die de provincie in Den Haag wil maken
over ‘Brabant Proeftuin Arbeidsmarktvernieuwing’ in juni advies uitgebracht. Dit advies
is mede gebaseerd op een expertmeeting waaraan een 70-tal vertegenwoordigers uit
het bedrijfsleven, onderwijs en overheden hebben deelgenomen. De lijn die de SER
aanbeveelt is om het Rijk partnership aan te bieden bij de Brabantse ambitie om voor
te sorteren op de verdere uitwerking van het Sociaal Akkoord. Daarbij neemt de regio
zoveel mogelijk haar eigen verantwoordelijk en op specifieke punten (wet- en
regelgeving) wordt facilitering van de rijksoverheid en de landelijke sociale partners
gevraagd. Als voorbeeld is genoemd een actueel initiatief ‘Winnaars in Techniek’,
gebaseerd op landelijke trajecten als het Techniekpact en het Generatiepact.
1.2.4
Doorgroeiperspectief Biobased Economy ZW-Nederland
Vergroening van de economie levert de regio Zuidwest-Nederland bijna 3.000 nieuwe
banen op, mits rijk en regio’s bereid zijn om stevig meerjarig te investeren in de
biobased economy agenda. Daarnaast kan de inzet op de ‘biobased economy’ ervoor
zorgen dat de economische structuur wordt versterkt en dat werkgelegenheid in de
procesindustrie en de energiesector voor de regio behouden blijft. Dat was de kern van
het advies van SER Brabant en SER Zeeland, gebaseerd op het onderzoek van
adviesbureau CE-Delft, in opdracht van de Sociaal-Economische Raden (SER) Brabant
en Zeeland.
Op 3 oktober jl. is het advies over de sociaal-economische kansen
van de Biobased Economy in Zuidwest-Nederland door de
voorzitters van SER Brabant en SER Zeeland overhandigd aan de
verantwoordelijke gedeputeerden van Noord-Brabant en Zeeland,
en aan Gerard van Harten, voorzitter van het Topteam Chemie.
Dat gebeurde tijdens het werkbezoek van het topteam aan de
Green Chemistry Campus in Bergen op Zoom (bij Sabic Innovative
Plastics). De concrete cijfers over de werkgelegenheid komen uit
het onderzoek van CE-Delft. Het bureau schrijft verder in haar
advies dat de sociaal-economische vooruitzichten van de biobased
economy in Zuidwestelijke Delta goed zijn. Zeker als de olieprijs
stijgt en het klimaatbeleid van de overheid wordt aangescherpt.
6
1.2.5
Crisisaanpak Arbeidsmarkt, voorjaarsnota 2013
In het kader van de Voorjaarsnota 2013 heeft het College van GS Provinciale Staten
voorgesteld om eenmalig € 5,1 mln. uit te trekken voor de uitvoering van de PS-motie
Aanpak Crisisbestrijding Arbeidsmarkt. SER Brabant heeft hierover advies uitgebracht.
Het principebesluit om extra geld uit te trekken voor de arbeidsmarkt werd door de
Raad van harte onderschreven. De toestand op de Brabantse arbeidsmarkt is uitermate
zorgwekkend. De Raad benadrukte dat het van belang is dat deze extra provinciale
middelen zo effectief mogelijk worden ingezet. Het College werd geadviseerd om
daaraan bij de uitvoering extra aandacht te besteden. De Raad sprak zich uit voor
praktische maatregelen, zo dicht mogelijk bij en in bedrijven.
1.2.6
Naar een toekomstbestendige detailhandelsstructuur
Eind juni heeft de SER het advies ‘Toekomst Detailhandelsstructuur’ aan het College
van GS aangeboden. Conform het verzoek van de provincie reflecteerde de Raad op de
provinciale discussienota ‘Detailhandel in Noord-Brabant’ waarmee de provincie een
belangrijke aanzet heeft gegeven voor een toekomstgerichte agenda. Het was zowel
economisch als maatschappelijk een belangrijk en urgent vraagstuk en de Raad was
van oordeel dat de provincie hier de regierol kan en moet nemen. In het advies werd
ingegaan op een aantal specifieke kennisvragen teneinde een zo actueel mogelijk beeld
te schetsen van relevante trends en te verwachten ontwikkelingen. Van daaruit
werden enkele aantal oplossings- en uitvoeringsstrategieën geschetst.
e
1.2.7
Havenstrategie Moerdijk, 1 verkenning
De provincie Noord-Brabant heeft de SER gevraagd te adviseren over de nieuwe
Havenstrategie Moerdijk 2030 die inmiddels ter visie was gelegd. Vooruitlopend op het
e
advies, dat in november werd vastgesteld, is in augustus een 1 verkenning
uitgebracht, opgesteld door een brede expertgroep. Deze verkenning belichtte een
aantal kritische vragen en dilemma’s die - naar het oordeel van de SER - betrokken
zouden moeten worden bij de verdere uitwerking van de Havenstrategie 2030 (zie punt
1.2.10). Aangekondigd werd dat in het nog uit te brengen advies ook een sociale
paragraaf opgenomen werd, in dit ‘verhaal van de Moerdijker’ zou vooral ook ingegaan
worden op de toekomst van het dorp Moerdijk.
1.2.8
Grensregio Vlaanderen-Nederland, voorlopige OP 2014-2020
In een briefadvies aan het Technisch Secretariaat van Interreg Vlaanderen-Nederland
heeft SER Brabant medio 2013 desgevraagd gereageerd op het voorlopig Operationeel
Plan 2014-2020. De Raad heeft zich gezien de korte termijn beperkt tot een reactie op
hoofdlijnen. Ingegaan is op de volgende punten:
Interregprogramma als ‘versnellingsagenda’
Synergie met S3-strategie
Allocatie van de financiële middelen
Werkgelegenheid en arbeidsmobiliteit geen sluitpost.
1.2.9
MIRT-gebiedsagenda, hoe bedrijfsleven sterker betrekken?
Provincie Noord-Brabant heeft het georganiseerd bedrijfsleven uitgenodigd een
grotere rol te spelen in de uitvoering van de MIRT-agenda. Hierop hebben BZW, EVO
en TLN een gezamenlijk briefadvies uitgebracht. Deze reactie is tot stand gekomen na
consultatie van de achterban en op grond van de expertise van SER Brabant.
7
De observaties van het bedrijfsleven zijn als volgt: men stelt een andere aanpak voor
‘operatie slagkracht’ genoemd, waarbij twee sporen worden onderscheiden:
structuurinvesteringen in infra, ruimte, water en energie
oplossen/aanpakken van knelpunten die zich voordoen ten gevolge van
ontwikkelingen die vooraf, vanuit de lange termijnbenadering, niet voorzien zijn.
Thema’s voor het bedrijfsleven zijn:
1. Ontwikkelingen bereikbaarheid en ruimte kennisas A2, logistieke as RotterdamAntwerpen/Frankrijk en logistieke as Rotterdam-Venlo/Duitslang
2. Innovatie op proces (snelheid; regelgeving) en financiering (beschikbaarheid
budgetten –operatie slagkracht).
Daarnaast werden in het advies een aantal belangrijke projecten aangedragen die voor
het bedrijfsleven van strategisch belang zijn.
1.2.10
Havenstrategie Moerdijk 2030, inclusief sociale paragraaf
De Raad heeft op 21 november zijn advies vastgesteld over de concept Havenstrategie
Moerdijk 2030.In het advies wordt ingegaan op de economische keuzes en hoe die
e
verder uitgewerkt moeten worden. De Raad ondersteunde de ambitie om 2 hotspot te
worden in Zuid-Nederland, naast Brainport, maar vroeg wel aandacht voor een aantal
noodzakelijke verdiepingsslagen. Het advies was kritisch over de wijze waarop de Triple
P (people, planet, profit) is uitgewerkt. Ook vroeg het aandacht voor een aantal
belangrijke systeemvoorwaarden waaraan moet worden voldaan om de doelstellingen
van de havenstrategie te realiseren. Specifiek werd ingegaan op het
toekomstperspectief van het dorp Moerdijk. Boodschap is dat snel moest worden
gestart met een open en eerlijke discussie met alle betrokkenen over het
toekomstperspectief. Daarbij moeten alle scenario’s aan de orde komen, dus ook de
mogelijke verplaatsing van het dorp. Dat was voor de Raad een reële optie omdat men
niet inzag hoe de leefbaarheid op langere termijn gegarandeerd zou kunnen worden.
Mocht het zover komen dan vraagt dat om een goede en sociale paragraaf, zodat de
bewoners precies weten waar men aan toe is.
8
2. Overige raadsactiviteiten
2.1 Vraagstukken in de Raad
Naast de in het vorige hoofdstuk beschreven adviesvraagstukken zijn in het verslagjaar
diverse andere actuele vraagstukken en onderwerpen in plenaire raadsvergaderingen
aan de orde geweest zonder dat daar onmiddellijk een advies of publicatie uit
voortvloeide.
We noemen hieronder kort de belangrijkste, op chronologische volgorde:
Verbinding Economie en Natuur.
Op verzoek van de provincie is een Taskforce Economie en Natuur gevormd met als
opdracht concrete initiatieven boven tafel te brengen in de nieuwe verbindingen
tussen natuur & landschappen en bedrijfsleven: het aanboren van kansrijke situaties
waar ondernemers op basis van nieuwe verdienmodellen bereid zijn te investeren in
natuur en landschap. In de Raadsvergadering van februari heeft de heer Van Oosten,
projectleider TF, een korte toelichting gegeven op de concepteindrapportage. De
eindrapportage is in de mei-vergadering aan de orde geweest. De TF heeft op korte
termijn concrete resultaten geboekt, een 6-tal convenanten is ondertekend voor
samenwerkingsprojecten volgens de nieuwe lijn van denken.
Detailonderwerp KvK nieuw
In verschillende Raadsvergaderingen is de KvK nieuwe stijl aan de orde geweest. Een
punt dat hiermee nauw samenhangt, is de financieringsstructuur vanuit de Kamers die,
dat werd allengs duidelijk, geen subsidie en immateriële ondersteuning aan SER
Brabant meer zou gaan bieden.
Toekomstbestendige adviesstructuur
Op verzoek van de Commissaris van de Koning zijn de voorzitters van SER Brabant,
Provinciale Raad Gezondheid en de Provinciale Omgevingscommissie gevraagd met
elkaar na te denken over een toekomstbestendige adviesstructuur. Dit onderwerp is
uiteraard regelmatig aan de orde geweest en in de loop van het jaar is toegewerkt naar
een aantal samenwerkingsscenario’s (voorlopig Plan van Aanpak).
Commissie Toekomst
SER Brabant heeft uit haar midden een Commissie Toekomst opgericht. Deze
commissie heeft gesproken over de actuele ontwikkelingen rond de Kamer van
Koophandel en de voorstellen van de provincie in het kader van BrabantKennis en de
nieuw in te richten provinciale adviesstructuur (zie hierboven).
Financiële jaarrekening 2012 en goedkeurende accountantsverklaring
De Raad heeft in de mei-vergadering de financiële jaarrekening 2012 en goedkeurende
accountantsverklaring vastgesteld.
Begroting 2014
In de Raadsvergadering van december is de conceptbegroting 2014 aan de orde
geweest en vastgesteld, evenals een overzicht van de verwachte exploitatie 2013. De
begroting 2014 staat in het teken van bezuinigingen, uitgangspunt is wederom het
uitgavenniveau 2012-2013 en een sluitende begroting.
9
Voorts zijn de volgende onderwerpen (op chronologische volgorde) aan de orde
geweest, in het kort:
•
•
•
•
•
•
•
•
Het Ruwenberg-beraad over de toekomst van de veehouderij
De Rijksbezuinigingen infrastructuur
Schaliegaswinning in Brabant
De Brabantse fondsen
Meerjarenstrategie Internationalisering
UWV-arbeidsmarktprognoses
Voortgang adviesagenda / kaderbrief
Commissiestructuur (zie ook onder 3.2)
2.2 Bijzondere bijeenkomsten
2.2.1 In het verslagjaar waren de volgende personen te gast in raadsvergaderingen:
De heer ir. G. van Oosten, Taskforce Economie en Natuur (februari)
De heer B. Pauli, gedeputeerde provincie Noord-Brabant (mei)
De heer G. Warringa, onderzoeksbureau CE-Delft (juni)
Mevrouw M. Brink, provincie Noord-Brabant (september)
De heer M. de Jonge Baas, MdjB Teksten & Communicatie (november)
De heer J. Pelle, BOM Holding BV (december)
2.2.2 Overige bijeenkomsten
SER-voorzitter Wiebe Draijer onder de indruk van Brabantse groeiagenda
Op 5 april bracht de landelijk SER-voorzitter een inspirerend werkbezoek aan
Brabant. In de ochtenduren werd hij ontvangen bij Mepavex Logistics BV in
Bergen op Zoom, waar uitvoerig is stilgestaan bij de Strategische Agenda
Zuidwest-Nederland, gepresenteerd door voorzitter Daan van Doorn. Ook
Commissaris van de Koningin Wim van de Donk, gedeputeerde Bert Pauli en
andere Brabantse sleutelfiguren waren daarbij bij aanwezig. Vervolgens werd
doorgereisd naar Tilburg waar het gezelschap werd ontvangen door Peter
Struik, president van Fujifilm Europe. Hier stonden de thema’s duurzaamheid en
arbeidsmarkt centraal en is de SER-voorzitter bijgepraat over de strategische
agenda’s van Noordoost-Brabant en Midden-Brabant, gepresenteerd door de
burgemeesters Wobine Buijs (Oss) en Peter Noordanus (Tilburg). De SERvoorzitter toonde zich aan het eind van het bezoek onder de indruk van de
Brabantse ‘groeiagenda van de toekomst’.
Brabant Proeftuin Arbeidsmarktvernieuwing
Op initiatief van de themacommissie Onderwijs & Arbeidsmarkt is op 23 april van het
verslagjaar in de Spoorzone Tilburg een geslaagde expertmeeting georganiseerd over
‘Brabant Proeftuin Arbeidsmarktvernieuwing’. Er was een 60-tal experts aanwezig uit
bedrijfsleven (bedrijven, branches, bonden), onderwijsinstellingen en overheden. Doel
van de expertmeeting was om concrete input te leveren voor de lobby in Den Haag
door provincie en Brainport.
10
Afscheid SER/KvK commissieleden 6 december 2013
Vanwege de nieuwe structuur bij de Kamer van Koophandel moest eind 2013 een punt
worden gezet achter de KvK/SER-comissiestructuur. Op 6 december is ter gelegenheid
van het afscheid van de commissieleden een bezoek gebracht aan het Aerospace &
Maintenance house, waar de gasten werden ontvangen door de heer Bikker, directeur
Midpoint, en de heer Van Kleef, programmadirecteur Aerospace & Maintenance.
Tijdens de rit naar het Aerospace & Maintenance house gaf de heer Schouwenaar,
gemeente Tilburg, een uitleg over de ruimtelijk-economische ontwikkeling op
Vossenberg. Vervolgens werd een bezoek gebracht aan het Huis van de Logistiek, waar
de heer Van der Meij, lid Topteam Logistiek, een toelichting gaf over
kennisdisseminatie en de Human Capital Agenda. Twee andere sprekers waren de heer
Van Ierland, programmamanager Arbeidsmarkt, en de heer De Ridder, wethouder
gemeente Tilburg. Ter afsluiting werd de gasten een lunch aangeboden.
Bestuurlijk overleg GS – SER Brabant 10 december 2013 (zie ook onder 3.3)
Behalve de economische ontwikkelingen op sociaal-economisch gebied was het
belangrijkste gespreksonderwerp het vaststellen van de Kaderbrief 2014 (gevraagde
adviezen).
11
3. Algemene zaken
3.1 Vergaderfrequentie
Uitgangspunt was om met de plenaire raad tweemaandelijks te vergaderen. Op de
volgende data kwam de raad bijeen:
28 februari
23 mei
20 juni
19 september
21 november
19 december
3.2 Organisatie en werkwijze
SER Brabant beschikt over een klein secretariaat, bestaande uit een secretaris en
managementassistente. De planning van plenaire vergaderingen wordt voorbereid
door de agendacommissie, die in 2013 bestond uit de heren G.J. Swinkels (voorzitter),
J. van Vroenhoven, H. Kocx en H. Walravens.
Voor het voorbereiden en opstellen van adviezen liet SER zich tot eind 2013 bijstaan
door een viertal vaste themacommissies, voorgezeten door SER-bestuurders. In het
secretariaat werd in voorzien door de Kamers van Koophandel:
- commissie Onderwijs & Arbeidsmarkt
- commissie Economie & Innovatie
- commissie Mobiliteit & Infrastructuur
- commissie Ruimte & Milieu
voorzitter dhr. A. Jorna
secretaris mw. M. Rikze
(KvK Brabant)
voorzitter dhr. A. Pot
secretaris M. Voeten (KvK ZuidwestNederland)
voorzitter dhr. C. Hooy
secretaris dhr. A. Verhoeven (KvK
Brabant)
voorzitter dhr. J. van Vroenhoven
secretaris dhr. W. Boon (KvK Brabant)
Naast deze vaste commissiestructuur zijn op ad hoc basis commissies en
expertgroepen ingesteld (zie hieronder).
Externe expertise
In geval bij de SER kennis ontbreekt over specifieke zaken wordt, in overleg met de
provincie, externe expertise ingeschakeld voor kwantitatieve of kwalitatieve analyses.
Zo is in 2012 externe expertise ingehuurd naar aanleiding van het uitgebrachte advies
‘Economie en Natuur, samen slimmer investeren’. In oktober 2012 is een Taskforce
Economie en Natuur ingesteld, bestaande uit twee externe kwartiermakers: de heer G.
van Oosten (Adveast) en mevrouw R. Hilhorst (PSW). Looptijd van het project is in
2013 verlengd tot medio 2014.
12
Voorts heeft SER Brabant samen met SER Zeeland het advies ‘Doorgroeiperspectief
Biobased Economy’ uitgebracht. Hiervoor is externe expertise ingeschakeld: bureau CEDelft. De kosten voor dit project zijn gezamenlijk gedragen.
3.3
Bestuurlijke contacten met provincie
De periodieke bestuurlijke contacten met GS-leden of leden van de Directieraad
verliepen in 2013 veelal via voorzitter en secretaris. De SER-secretaris verzorgde de
“dagelijkse” contacten met de verschillende directies in het Provinciehuis.
Het bureau SEZ (mevrouw M. Klaverdijk / mevrouw T. van den Merkhof) was het vaste
aanspreekpunt voor de SER.
Najaarsoverleg GS-SER
Op 10 december vond het najaarsoverleg plaats met het voltallige College van
Gedeputeerde Staten. Door de SER-delegatie werd zeer positief teruggezien op het
overleg. De juiste onderwerpen waren geagendeerd en het overleg was plezierig en
concreet, met van beide kanten een goede voorbereiding.
Behalve de economische ontwikkelingen op sociaal-economisch gebied was het
belangrijkste gespreksonderwerp het vaststellen van de Kaderbrief 2014 (gevraagde
adviezen).
13
4. Jaarrekening 2013
De netto-omzet bedroeg in 2013 € 365.696. In het jaarbudget is voorzien door
voorschotten van de vaste subsidiënten op basis van de geldende verdeelsleutel
(provincie 50%, SER 25%, KvK’s 25%). In 2013 was dat als volgt opgebouwd:
Provincie Noord-Brabant
Sociaal-Economische Raad (SER)
Kamers van Koophandel
€ 127.936
€ 48.000
€ 62.284
Voor nadere informatie over de Jaarrekening 2013 wordt verwezen naar de separate
stukken.
14