persbericht

Kostenbesparing door ketenintegratie met fabrieken in containers
Van oudsher wordt in de chemische industrie een geografisch gespreid economies of scale-model toegepast
(kostenbesparing door schaalvergroting). Nu er echter ook fabrieken ter grootte van een scheepscontainer bestaan, zijn
er nieuwe bedrijfsmodellen mogelijk. Een van deze nieuwe modellen is het economy of chain-model: kostenbesparing
door ketenintegratie. Hierbij plaatsen partners in de toeleveringsketen hun fabrieken op hetzelfde terrein en werken ze
samen in een lokaal productienetwerk om grondstoffen direct om te zetten in eindproducten. Op deze manier wordt
bespaard op interne transportkosten en operaties die geen waarde toevoegen. Een nadeel is echter dat de voordelen van
schaalvergroting, die traditionele grote fabrieken wel bieden, ten dele wegvallen.
Tijdens 2013 is in het kader van het ISPT-project Economy of Chain onderzocht hoe concurrerend lokale containerproductienetwerken in de chemische industrie zijn. Het project was een samenwerking van DSM, Tebodin, TRIVIZOR, de stichting Dutch Institute World Class Maintenance, de Rotterdam School of Management en de TU Delft.
Met een kosten-batenanalyse is dit nieuwe, complexe en multidisciplinaire concept gekwantificeerd. De uitkomst heeft
onze overtuiging bevestigd: flexibele samenwerking in het toeleveringsnetwerk is de volgende stap in de modularisatie
en heeft de toekomst.
In een kosten-batenanalyse kunnen bepaalde aspecten, zoals marktdynamiek, concurrentie en samenwerking tussen
partners in de toeleveringsketen, niet worden meegewogen. Daarom hebben we een agent-based model ontwikkeld om
de marktdynamiek van een realistische productieketen te kunnen nabootsen. Dit is het eerste agent-based model van een
toeleveringsketen met meerdere niveaus waarin de interactie tussen de verschillende stappen in de keten wordt
weergegeven als een gedecentraliseerde markt. Het model heeft zijn toegevoegde waarde bewezen voor het
onderzoeken van waardefactoren in economies of chain die met andere methoden niet konden worden onderzocht.
Met het project is een nieuw modelleringsparadigma aangeboden aan de industriële partners. Voor hen is dit een nuttige
tool om verschillende soorten concurrerentienetwerken in de toeleveringsketen te onderzoeken, en om na te gaan wat de
voorwaarden zijn voor het ontstaan van dergelijke netwerken. In een vervolg op het Economy of Chain-project werken
de partners opnieuw samen om het agent-based model te verfijnen. Deze uitbreiding bouwt de weergave van de
operaties in het agent-based model verder uit, waarbij meer aspecten van de keten worden meegewogen. Hiermee neemt
de nauwkeurigheid van het model toe. Het doel van de vervolgproject is om meer inzicht te krijgen in de
waardefactoren in economies of chain, en de wijze waarop door ketenintegratie kostenbesparing kan worden
gerealiseerd. Daardoor wordt de overgang mogelijk naar een decentrale en flexibele samenwerking binnen de
toeleveringsketen.
Citaten:
Technische Universiteit Delft, Gerben Bas, onderzoeker: “We hebben de toepassing van agent-based modellen
betreffende toeleveringsketens uitgebreid om de concurrentiepositie van nieuwe fabrieken in een bestaande markt te
verkennen.”
Technische Universiteit Delft, Telli van der Lei, universitair docent Strategic Engineering Asset Management en
projectleider: “Dit is de eerste keer dat een wereldwijde toeleveringsketen bestaande uit meerdere stappen is
gemodelleerd als geïntegreerde decentrale markt.”
Technische Universiteit Delft, Gijsbert Korevaar, universitair docent Industrial Symbiosis: “Deze simulatie van een
waardeketen is voldoende flexibel en valide om een goede uitgangsbasis te vormen voor een grote verscheidenheid aan
complexere modellen.”
Dutch Institute of World Class Maintenance, Eelco Bleeker, Senior Program Manager: “Dit project kan aantonen dat
onderhoud geen kostenpost is maar de uptime van een fabriek significant kan verbeteren.”
DSM, Dorus van der linden, Global Competence Manager Modelling: “Geweldige interactie voor DSM, dit project
heeft de potentie om nieuwe business modellen te creëren en de nieuwe tools om deze kwantitatief te valideren.”
ISPT, Andreas ten Cate, Director International Business Development: “Een van de spannendste dingen van dit project
was om mensen van zeer verschillende achtergronden en disciplines bij elkaar te brengen, wat als mooiste resultaat
geleid heeft tot een proof-of-concept van ‘Economy of Chain’. En nu op naar een succesvol vervolg… ”
Momentive, Maarten Oudshoorn, Project Development Technologist: “De project resultaten zijn duidelijk bewijs voor
het instinctieve gevoel dat fabrieken in containers de chemische industrie gaan veranderen”
Tebodin, Wouter van Gerwen, Director Industrial Projects: “Proces van creatieve chaos met uitstekende resultaten.”
TRI-VIZOR, Sven Verstrepen, Business Development Director: “Fabrieken in een container betekenen een
paradigmaverschuiving in de chemische productie die belangrijke gevolgen heeft voor de organisatie van wereldwijde
toeleveringsketens. Wij vinden het bemoedigend om te zien dat industriële symbiose ook terrein wint in andere sectoren
dan transport en logistiek.”