REGELGEVEND KADER - Belgacom

Belgacom Jaarverslag 2013
REGELGEVEND KADER
Mobile terminatietarieven (Mobile termination rates - MTR)
In uitvoering van het besluit van het BIPT van 29 juni 2010 werden de mobiele terminatietarieven in België voor de drie
mobiele operatoren op 1 januari 2013 vastgelegd op 1,18 eurocent/min. (incl. inflatie). De laatste stap van dit in 2010
opgelegde ‘glide path’ heeft uiteindelijk een volledige symmetrie van de mobiele terminatietarieven in België tot stand
gebracht.
Besluit van het BIPT van 29 juni 2010 i.v.m. de MTR
€ct
Vroeger*
1 aug. 2010*
1 jan. 2011*
1 jan. 2012*
1 jan. 2013*
Proximus
7,20
4,62
3,94
2,62
1,18
Mobistar
9,02
5,05
4,29
2,79
1,18
Base
11,43
5,81
4,90
3,11
1,18
*inflatie begrepen
MTR-Glidepath (eurocent)
Proximus
Mobistar
Base
11,43
9,02
7,2
Vroeger*
4,62
3,94
2,62
01-aug-10*
01-jan-11*
01-jan-12*
1,18
01-jan-13*
*inflatie begrepen
Het BIPT werkt momenteel aan een nieuw kostenmodel om de MTR-tarieven voor de periode 2014-2017 vast te leggen. Op
21 november 2013 deelde het BIPT de voorbereidende versie van zijn kostenmodel mee aan de mobiele operatoren.
Op 14 juli 2010 tekenden Mobistar en KPN /BASE los van elkaar beroep aan voor het Brusselse Hof van Beroep tegen het
besluit van het BIPT van juni. Na de verwerping van het verzoek om opschorting op 15 februari 2011 verwierp het Hof van
Beroep op 16 mei 2012 ook de substantiële argumenten in de zaak ten gronde. Wel ging het Hof akkoord met het
argument dat het BIPT had nagelaten de regionale regelgevers ter zake te raadplegen. In afwachting van een andere
uitspraak van het Hof van Beroep of een herziening van het besluit door het BIPT blijven de huidige mobiele
terminatietarieven onverkort van toepassing.
Op 16 januari 2014 maakte de Luxemburgse regelgever, het ILR, zijn besluit bekend betreffende zijn herziening van de
MTR-marktanalyse. De drie mobiele operatoren (EPT, Tango en Orange) worden beschouwd als operatoren met
aanmerkelijke marktmacht. Het is de bedoeling van het ILR de MTR's te bepalen op basis van een zuiver bottom-up longrun incremental cost (LRIC) kostenmodel. In afwachting van het definitieve model stelt het ILR de symmetrische MTR’s vanaf
1 februari vast op 0,98 eurocent/min. Voorheen bedroegen de MTR's 8,2 eurocent voor EPT en Tango, en 10,5 eurocent
voor Orange. Tango zal tegen deze beslissing in beroep gaan.
92
Belgacom Jaarverslag 2013
Roaming international
De eerste roamingverordening (Roaming I) van 2007 introduceerde maximumtarieven voor voiceroaming (retail en
wholesale). In juli 2009 keurden de Europese overheden een herziening van de regels goed (Roaming II-verordening) die
leidde tot een verdere daling van de roamingtarieven voor spraak, sms en wholesaledataroaming in 2010 en 2011.
Op 1 juli 2012 werd de Roaming III-verordening van kracht, die twee zogenoemde 'structurele maatregelen' invoert om de
concurrentie aan te wakkeren: (i) wholesaletoegang voor MVNO's vanaf 1 juli 2012 en (ii) loskoppeling, d.w.z. afzonderlijke
verkoop van roamingdiensten en binnenlandse mobiele diensten, vanaf 1 juli 2014. De verordening legt ook regels vast om
de tarieftransparantie en de communicatie in verband met de kosten aan roamingklanten te verbeteren.
In afwachting dat de structurele maatregelen hun volledig effect zullen ressorteren, legt de verordening een verdere daling
op van de bestaande gereguleerde maximumtarieven voor retail en wholesale (voor uitgaande retailoproepen van 35
eurocent op 30 juni 2012 naar 19 eurocent tegen 1 juli 2014, en van 11 eurocent naar 6 eurocent voor retail-sms’en). Vanaf juli
2012 werd deze roamingverordening ook van toepassing op retaildata die van 70 eurocent op 1 juli 2012 zullen dalen tot 20
eurocent vanaf 1 juli 2014.
SMS Roaming (eurocent per sms)
Voiceroaming (eurocent per minuut)
Retail Outgoing
43
39
26
22
19
juli '09
15
juli '10
Retail Incoming
35
18
11
juli '11
Wholesale Outgoing
Retail
11
29
14
8
juli '12
11
11
9
24
8
6
19
4
10
7
juli '13
Wholesale
4
4
3
5
juli '14
juli '09
juli '10
juli '11
juli '12
2
juli '13
2
juli '14
Data Roaming (eurocent per Mb)
Retail
Wholesale
100
80
70
50
45
25
15
20
5
juli '09
juli '10
juli '11
juli '12
juli '13
juli '14
De Roaming III-verordening vervalt in principe op 30 juni 2022. Intussen heeft de Europese Commissie in haar
maatregelenpakket om de fragmentatie van de Europese telecomsector, 'Connected Continent’ genoemd, aan te pakken,
evenwel voorgesteld om bijkomende maatregelen op te leggen om roaming in de komende jaren af te schaffen.
Spectrum
Een wet van 25 maart 2010 verplicht de mobiele operatoren te betalen voor de stilzwijgende verlenging van hun 2Glicenties tot 2015. Het bedrag van 74 miljoen EUR dat Belgacom voor deze verlenging moet betalen komt overeen met de
oorspronkelijke 2G-licentievergoeding, in verhouding tot de spectrumkwantiteit en de duur. De mobiele operatoren
tekenden tegen deze wet beroep aan bij het Grondwettelijk Hof. In juni 2011 legde het Hof een aantal vragen voor aan het
Europees Hof van Justitie om zich er van te vergewissen dat de Belgische wet in overeenstemming was met de Europese
richtlijnen. In een arrest van 21 maart 2013 oordeelde het Europees Hof van Justitie dat het heffen van een vergoeding voor
de hernieuwing van een licentie in overeenstemming is met de Europese richtlijnen. Op basis van deze uitspraak verwierp
het Grondwettelijk Hof op 17 oktober 2013 uiteindelijk de door Belgacom, Mobistar en KPN/BASE aangetekende beroepen.
Deze beslissingen hadden geen impact op Belgacom, dat hoe dan ook had beslist te betalen. Naast deze procedure tot
nietigverklaring spande Belgacom op 7 oktober 2010 een zaak aan tegen de Belgische Staat en het BIPT om de
mogelijkheid open te houden de niet-verschuldigde licentievergoedingen terug te krijgen. Op 22 december 2010 werden
de 2G-licenties ook verlengd tot 15 maart 2021. Ook zal een bijkomende betaling voor de periode 2015-2021 verschuldigd
zijn. De eenmalige vergoeding voor dit spectrum is opgenomen in de telecomwet en is ongewijzigd gebleven.
93
Belgacom Jaarverslag 2013
Met de aankoop van 2100 MHz-spectrum in 2011 verkreeg Telenet Tecteo Bidco rechten op 900/1800 MHz-spectrum.
Daartoe zouden bestaande operatoren tegen november 2015 24 kanalen in de 900 MHz-band en 18 kanalen in de 1800
MHz-band hebben moeten teruggeven. Op 12 december 2013 liet Telenet Tecteo Bidco het BIPT echter weten van haar
rechten op de 900/1800 MHz-band af te zien. Als gevolg daarvan is het vrijgegeven spectrum opnieuw ter beschikking. Het
ontwerp van Koninklijk Besluit dat de modaliteiten voor de herverkoop van dit spectrum bepaalt, werd in februari 2014 in
eerste lezing goedgekeurd door de ministerraad. Het ontwerp bepaalt dat de operatoren zullen kunnen kiezen hoeveel
kanalen ze willen, met een maximum van één derde (elk acht kanalen in de 900 MHz-band). Indien een operator minder
spectrum wil, zal de resterende hoeveelheid worden verdeeld over de twee andere, die dan over meer dan acht kanalen
kunnen beschikken. Op die bijkomende kanalen zullen in overeenstemming met de telecomwet concessierechten moeten
worden betaald. Het Koninklijk Besluit voorziet in de mogelijkheid dat er meer dan drie kandidaten zijn. In dat geval zou
een veiling worden gehouden van drie loten van acht kanalen. Het Koninklijk Besluit erkent echter dat het onwaarschijnlijk
is dat er meer dan drie kandidaten zullen zijn (gezien het beperkte spectrum en de korte duur van de licentie). De
toekenning van het spectrum wordt verwacht tegen eind 2014. Het hertoewijzingsproces zou tegen november 2015
voltooid moeten zijn. Mogelijk wordt na de herverdeling een volledige herinrichting van het spectrum aangevraagd. De
operatoren zullen voor 27 november 2015 de mogelijkheid krijgen hun 1800 MHz-spectrum uit te breiden tot een maximum
van 124 kanalen (Belgacom heeft er momenteel 104). De gebruiksrechten op het volledige spectrum die tegen het einde
van deze procedure zijn verkregen, blijven geldig tot 15 maart 2021.
Op 12 november 2013 heeft het BIPT het 800 MHz-spectrum (voortvloeiend uit het digitale dividend) geveild. Deze veiling
werd na twee rondes afgesloten en de drie blokken werden verkocht voor de minimumprijs van 120 miljoen EUR elk. Elk lot
impliceert verplichtingen betreffende nationaal bereik (met een minimumsnelheid van 3 Mbps): 30% na twee jaar, 70% na
vier jaar en 98% na zes jaar. Belgacom kocht lot 2, dat het voordeel biedt de coördinatie met buitenlandse operatoren aan
de nationale grenzen te vergemakkelijken. Lot 3, dat door Mobistar werd gekocht, omvat bijkomende verplichtingen voor
het bereik in landelijke gebieden (zestig gemeenten, voornamelijk in Wallonië), die binnen drie jaar moeten worden
nagekomen. KPN Group Belgium kocht het derde lot. Op 30 november 2013 werd Belgacom formeel in kennis gesteld van
de goedkeuring. De licentie is geldig tot 29 november 2033. Belgacom heeft besloten de concessierechten in jaarlijkse
schijven te betalen.
De norm voor elektromagnetische velden is in België gewestelijke materie. Deze normen verschillen per gewest. In het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest geldt een norm van 3V/m, die door alle operatoren en technologieën moet worden
gedeeld. Deze norm werd door de mobiele operatoren herhaaldelijk aan de kaak gesteld. Ze is de strengste ter wereld,
verplicht hen bijkomende sites te implementeren en vormt een zware belemmering voor de uitrol van nieuwe mobiele
technologieën in Brussel als 4G LTE, naast 2G en 3G. Eind oktober 2013 werd uiteindelijk een politiek akkoord bereikt om
het bestaande milieukader te herzien. Het akkoord voorziet in een globale norm van 6 V/m (vier keer meer dan de 3 V/m
vandaag) en 25% van de globale norm per operator. Uitzonderlijk zal 33% en zelfs 50% worden toegestaan voor periodes
van achttien maanden. De aanpassing van de ordonnantie werd op 24 januari 2014 goedgekeurd en de goedkeuring van
de uitvoeringsbesluiten volgt normaal in maart.
In december 2013 besliste de Waalse regering vanaf 2014 een belasting op mobiele telecominfrastructuur van 8000 EUR
per site te heffen. Belgacom neemt zich voor deze beslissing aan te vechten.
Netwerken
Het besluit van het BIPT in verband met de marktanalyse van wholesalebreedband van 1 juli 2011 verplicht Belgacom een
multicastfunctie te leveren in het bitstreamaanbod (te gebruiken voor omroep). De multicastfunctie werd geïmplementeerd
in april 2013.
Op 11 september 2013 heeft de Europese Commissie haar Aanbeveling aangenomen inzake 'consistente verplichtingen tot
non-discriminatie en kostenmethodologieën om de concurrentie te bevorderen en investeringen in breedband
aantrekkelijker te maken'. Deze Aanbeveling verstrekt naast guidelines betreffende de kostprijsberekening van
kopertoegang en de omstandigheden waaronder prijsregulering op nieuwe netwerkinvesteringen kan worden
opgeheven, ook guidelines om non-discriminatie te garanderen. De prijzen van Belgacom voor ontbundelde lijnen
bevinden zich in de lagere vork van de nieuwe Europese aanbeveling.
Op 28 februari 2014 bekrachtigden de Europese Raad en het Europese Parlement nieuwe regels om de kostprijs van de
ontplooiing van nieuwe breedbandnetwerken te verminderen. De tekst beoogt hiertoe maatregelen als het bevorderen
van het delen van infrastructuur, gemakkelijkere toegang tot burgerlijke bouwwerken, betere coördinatie, enz. Burgerlijke
bouwwerken zoals wegenwerken om vezel te leggen kunnen tot 80% van de kosten voor de uitrol van
hogesnelheidsnetwerken vertegenwoordigen. De Commissie beweert dat haar maatregelen tot 30% besparingen kunnen
opleveren in de uitrol van een vezelnetwerk. De tekst moet in april nog formeel worden goedgekeurd door het Europese
Parlement en door de Raad in juni. De lidstaten zullen vervolgens de goedgekeurde teksten tegen 1 januari 2016 in
nationale wetgeving moeten omzetten om aan de richtlijn te voldoen en worden geacht de nieuwe maatregelen tegen 1
juli 2016 toe te passen. Aangezien de richtlijn slechts minimumvereisten stelt; mogen de lidstaten bijkomende maatregelen
in dit domein goedkeuren.
In december 2013 publiceerde het BIPT een besluit betreffende operationele aspecten van de ontbundeling en bitstream,
dat onder meer een reeks wijzigingen omvat om de leesbaarheid en transparantie van de referentieaanbiedingen van
Belgacom te verbeteren, en de doelstellingen en vergoedingen van een aantal SLA's (vooral betreffende repair) opnieuw
evalueert en strikter maakt dan voordien.
94
Belgacom Jaarverslag 2013
Met zijn besluit van 19 februari 2014 laat het BIPT Belgacom toe de vectoringtechnologie vanaf februari 2014 te
implementeren in haar VDSL2 netwerk [vectoring is een technologie die toelaat de downloadsnelheid te verhogen door de
interferentie tussen koperlussen in dezelfde bundel te beperken].
De ‘fiber to the home’- en ‘fiber to the building’-technologieën (respectievelijk FTTH en FTTB) zijn op dit ogenblik nog geen
voorwerp van de Belgische regelgeving. Het BIPT zal het vraagstuk in verband met de regulatoire behandeling van FTTH
opnemen in de context van de herziening van de marktanalyse voor breedband, voorzien voor 2014.
Bescherming van de consument
De minister van Telecommunicatie heeft sinds 2012 verschillende aspecten in de Belgische wetgeving ter bescherming van
de consument versterkt.
In 2013 werden diverse besluiten uitgevaardigd met het oog op de uitvoering van de wet van 10 juli 2012, waaronder (i) het
Koninklijk Besluit tot uitvoering van nummeroverdraagbaarheid in één dag, dat op 1 oktober 2013 van kracht werd, (ii) het
Koninklijk Besluit tot bepaling van de modaliteiten voor het gratis verwittigen van de consument bij abnormaal of excessief
verbruik om buitensporige facturen te vermijden, van kracht sinds 1 februari 2014, (iii) het Koninklijk Besluit tot vaststelling van
de inhoud van de gestandaardiseerde informatiefiches die de operatoren voor elk prijsplan zullen moeten opstellen om
een vergelijking tussen de aanbiedingen mogelijk te maken, dat op 1 juli 2014 van kracht wordt.
Daarbij zijn de operatoren sinds 28 oktober 2013 verplicht de nodige informatie voor personen met een handicap ter
beschikking te stellen, en sinds 1 juli 2013 moeten alle vaste breedbandoperatoren nieuwe klanten informeren over de
internetsnelheid (download- en uploadsnelheid) die ze kunnen verwachten.
In december 2013 lanceerde de minister een 'Switch & Save'-campagne om mobiele gebruikers aan te moedigen een
goedkoper tariefplan te zoeken. Van Proximus, Mobistar, KPN/BASE, Telenet en Voo wordt verwacht dat ze tegen 30
september 2014 90% van hun klanten met tariefplannen ouder dan twee jaar, gecontacteerd zullen hebben. Het BIPT zal
controleren of de operatoren dit engagement zijn nagekomen.
Het BIPT ziet erop toe dat de wet door de operatoren wordt uitgevoerd en legde in februari 2013 een boete van 30.000
EUR op aan Telenet en Mobistar, en een boete van 10.000 EUR aan Scarlet voor het verstrekken van onvolledige informatie
op de klantenfacturen.
Universele dienstverlening
Belgacom is sinds 1998 onderworpen aan een brede verplichting tot universele dienstverlening, de meest uitgebreide in
Europa.
De wet van juli 2012 ter implementatie van het Europese kader van 2009 heeft geopteerd voor een nieuwe organisatie van
de verplichting tot universele dienstverlening, door te voorzien dat het BIPT of de regering kan beslissen of adviseren om
bepaalde verplichtingen af te schaffen, afhankelijk van de omstandigheden van het marktaanbod. Het BIPT besliste op 6
mei 2013 de verplichting tot universele dienstverlening voor betaaltelefoons met onmiddellijke ingang af te schaffen voor
Belgacom of eender welke andere leverancier. Ook besliste de regering op advies van het BIPT en bij Koninklijk Besluit van
15 december 2013 dat geen nieuwe verplichtingen mogen worden opgelegd met betrekking tot de inlichtingendienst en de
gedrukte en elektronische telefoongidsen. Het BIPT zal moeten toezien op de kwaliteit en de (financiële) beschikbaarheid
van deze diensten, waarvan de levering zal worden voortgezet op commerciële basis. Indien een negatieve impact op de
bescherming van de consument wordt vastgesteld, kunnen desgevallend nieuwe verplichtingen worden opgelegd.
De notie van functionele internettoegang werd uitgebreid met het aanbieden van breedband en een Koninklijk Besluit zal
moeten bepalen op welke minimumsnelheden de Belgische burger recht heeft. Op 5 december 2013 legde het BIPT een
voorstel voor om deze minimumsnelheid permanent, op hoogstens één uur/dag na, vast te leggen op 1 Mbps (100%
dekking voor redelijke verzoeken). Zodra de minimumsnelheid formeel is vastgelegd, zal de levering van internettoegang
met deze minimumsnelheid voor iedereen moeten gegarandeerd worden. Het BIPT stelt een open procedure voor en zal
ervoor zorgen dat de procedure kan worden toegepast door consortiums van operatoren die verschillende technologieën
gebruiken. Belgacom mag een aanvraag indienen of, indien een succesvolle open procedure uitblijft, mag het BIPT
beslissen Belgacom of gelijk welke andere operator aan te duiden als standaardleverancier van breedband onder de
universele dienstverplichting.
Tot dusver heeft Belgacom voor het verlenen van de universele diensten nooit enige vergoeding ontvangen. Het oude
financieringssysteem van 2005 werd opgedoekt nadat concurrenten beroep aantekenden bij de Belgische en Europese
hoven. De wet van 10 juli 2012 heeft het financieringssysteem van de sociale tarieven gewijzigd en schrijft een berekening
voor van de nettokosten en een potentiële financiering vanaf midden 2005. Belgacom hernieuwde haar aanvraag tot
compensatie onmiddellijk na het in voege treden van deze wet. Mobistar en KPN/BASE dienden voor het Belgisch
Grondwettelijk Hof samen een vordering tot nietigverklaring in van de nieuwe wettelijke maatregelen aangaande de
opname van de sociale tarieven voor mobiele spraak en internetabonnementen in het compensatiesysteem van de
universele dienstverplichting, en de retroactiviteit van het recht om compensatie te vragen voor de nettokosten gelinkt aan
het sociale tariefaanbod. Op 19 december 2013 verwierp het Grondwettelijk Hof het beroep en bekrachtigde het de
mogelijkheid van retroactieve financiering vanaf 2005. Het Hof besliste ook een prejudiciële vraag te stellen aan het
Europees Hof van Justitie betreffende de verenigbaarheid met de Universeledienstrichtlijn van sociale tarieven inzake
internet en mobiele spraak.
95
Belgacom Jaarverslag 2013
Netneutraliteit
“Netneutraliteit”, of het principe dat alle data op internet gelijk moeten worden behandeld, ongeacht hun bron of
bestemming, staat al enige tijd op de Europese en Belgische agenda.
Over netneutraliteit werd gedebatteerd in de context van het pakket dat op 12 september 2013 door de Europese
Commissie werd gepresenteerd om de fragmentatie van de telecomsector in de Europese Unie aan te pakken. De
Europese Commissie heeft voorgesteld om het dossier van de netneutraliteit aan te pakken via een verbod op het
blokkeren of vertragen (‘throttling’) van concurrerende diensten. Daarbovenop zouden operatoren meer transparantie aan
de dag moeten leggen met betrekking tot de werkelijke breedbandsnelheden. Ze zouden echter nog het recht hebben
om tegen een hogere prijs hogere of gegarandeerde snelheden aan te bieden aan klanten die een premiumdienst
verlangen. Het Europese Parlement streeft op zijn beurt naar striktere regels omtrent netneutraliteit. Dit zogenoemde
‘Connected Continent’-pakket zal niet meer tijdens deze termijn van het Europese Parlement worden goedgekeurd, maar
wellicht na de installatie van het nieuwe Europese Parlement na de verkiezingen van mei 2014.
In België bevat de wet van 2005, zoals herzien door de wet van juli 2012, transparantieverplichtingen betreffende het
beheer van de verkeersstroom (‘traffic management’) en de impact op de dienstkwaliteit. De wet geeft het BIPT ook de
mogelijkheid minimumvereisten voor de dienstkwaliteit op te leggen om te vermijden dat de dienstverlening verslechtert en
het verkeer over netwerken wordt gehinderd of vertraagd. In 2011 werden wetsvoorstellen gedaan om een specifieke wet
inzake netneutraliteit te ontwerpen of zelfs om het principe van de netneutraliteit in de Belgische Grondwet op te nemen.
In januari 2014 werd de Belgische wet opgeschort in afwachting van de bepaling van de nieuwe netneutraliteitsregels op
Europees niveau in de context van het voornoemde ‘Connected Continent’-pakket.
Regelgeving inzake de kabel
Op 1 juli 2011 beslisten de Belgische regelgevers (BIPT, VRM, CSA en Medienrat) om de dominante kabelmaatschappijen in
hun respectieve dekkingsgebieden te reguleren en ze te verplichten tot de doorverkoop van analoge televisie en
breedband en tot de openstelling van hun digitale tv-platform. Belgacom kon enkel toegang krijgen tot analoge tv.
In 2013 voltooiden de Belgische regelgevers het kader voor de openstelling van de kabel op basis van hun besluiten van juli
2011. Op 29 oktober publiceerden ze de referentieaanbiedingen van Telenet, Tecteo, Brutélé en Coditel (Numéricable), en
op 12 december hun besluiten inzake de gereguleerde wholesaletarieven die op deze operatoren van toepassing zijn.
Deze tariferingsbesluiten bepalen (i) de niet-weerkerende eenmalige vergoedingen en de vergoedingen per lijn die
moeten worden betaald wanneer een klant van een kabeloperator overstapt naar een alternatieve operator (2 EUR tot 5
EUR) en (ii) de maandelijkse abonnementsgelden op ‘retail minus’-basis (minus 20 tot 30%, afhankelijk van het geval). De
implementatieperiode van zes maanden werd ingezet met de indiening van een aanvraag door Mobistar bij Telenet en
Tecteo op 17 januari 2014. Intussen heeft Belgacom de mogelijkheid om analoge tv door te verkopen naast zich neergelegd
omdat deze technologie voorbijgestreefd is.
96