Zorg rondom embolisatie Protocol Protocol Onderwerp Zorg rondom embolisatie. Omschrijving Embolisatie vindt plaats door middel van angiografie. Dit is een techniek waarbij met een naald de arterie femoralis in de lies wordt aangeprikt. Via deze naald wordt een katheter in het bloedvat geplaatst en onder doorlichting opgeschoven naar de bestemde plaats. Ligt de katheter op zijn plaats dan wordt er contrastvloeistof ingespoten en foto’s gemaakt. Daarna wordt gestart met de embolisatie. Er zijn verschillende middelen. Afhankelijk van de afwijking wordt gebruik gemaakt van: Coils (=coiling): bij aneurysma embolisatie (zie protocol coiling). Al dan niet met behulp van een ballon of stent Lijm: bij fistel embolisatie (bij een Arterio Veneuze Malformatie (AVM) of durale fistel) Ballonnen: voor afsluiting van de carotis interna of de vertebralis (bij EC-IC bypass of een giant aneurysma) Bevoegdheid Geen voorbehouden handeling: verpleegkundige is functioneel zelfstandig bevoegd en bekwaam Doel Adequate zorg voor de patiënt die een embolisatie ondergaat. Indicaties LIJM Fistelbehandeling (intra-cranieel) Deze behandeling wordt toegepast bij patiënten met een arterio-veneuze malformatie (AVM) of een durale fistel en gebeurt onder algehele anesthesie. Dit zijn electieve behandelingen. Fistelbehandeling (extra-cranieel) De behandelend radioloog bepaalt of het onderzoek zonder of onder algehele anesthesie plaats vindt. Vindt het onderzoek plaats zonder narcose, dan geldt hier de gewone angio voorbereiding. Gebeurt de behandeling toch onder anesthesie, dan gelden de daarvoor opgestelde regels. BALLONNEN Ballonafsluiting Deze behandeling wordt toegepast bij patiënten met een giant aneurysma of waarbij een EC-IC bypass wordt aangelegd. Dit onderzoek gebeurt zonder anesthesie, omdat de arts tijdens de afsluiting van het bloedvat moet kunnen zien of de patiënt geen uitvalsverschijnselen krijgt. Indien patiënt te onrustig is, gebeurt deze behandeling wel onder narcose. Dit gebeurt altijd in overleg met de behandelend arts en neuro-interventieradioloog. Indien anesthesie noodzakelijk wordt geacht gelden de regels zoals bij het coilen. Contra-indicaties LIJM Indien er verhoogd risico op een contrastreactie of nefropathie is, moet dienovereenkomstig worden gehandeld (zie bijlage protocol). Bij gebruik orale anticoagulantia moet INR < 2,6 zijn. Patiënten dienen hiertoe 3 - 5 dagen tevoren de medicatie te staken. INR wordt bepaald op de dag van de angio. Acetylsalicylzuur kan worden gecontinueerd. Voor de patiënt naar de angiokamer wordt gebracht, moet de INR bekend zijn. Indien deze hoger is dan 2,6, contact opnemen met de angiokamer. In overleg met de radioloog wordt dan besloten of het onderzoek door kan gaan of dat het onderzoek verzet moet worden. BALLONAFSLUITING Indien er verhoogd risico op een contrastreactie of nefropathie is, moet dienovereenkomstig worden gehandeld (zie Scoop: contrastreactie profylaxe) Bij gebruik orale anticoagulantia moet INR < 2,6 zijn. Patiënten dienen hiertoe 3 5 dagen tevoren de medicatie te staken. INR wordt bepaald op de dag van de angio. Acetylsalicylzuur kan worden gecontinueerd. Voor de patiënt naar de angiokamer wordt gebracht, moet de INR bekend zijn. Indien deze hoger is dan 2,6, contact opnemen met de angiokamer. In overleg met de radioloog wordt dan besloten of het onderzoek door kan gaan of dat het onderzoek verzet moet worden. Complicaties LIJM ischaemie ten gevolge van een trombo- embolie migratie van lijm in de circulatie bloeding dissectie vaatspasme lokale complicaties ter plaatse van de insteekopening (hematoom, infectie,dissectie). BALLONAFSLUITING ischaemie ten gevolge van een trombo- embolie bloeding dissectie vaatspasme lokale complicaties ter plaatse van de insteekopening (hematoom, infectie,dissectie). Voorbereiding LIJM Dag van het onderzoek: Volgende bepalingen prikken: GFR, INR en Hb; Infuus inbrengen tenminste 1L fysiologisch zout laten inlopen in 2 uur voorafgaande aan de procedure, alleen bij verminderde nierfunctie (te laag GFR); Patiënt nuchter houden, tenminste 6 uur voordat behandeling plaats vindt; Patiënt douchen of wassen en OK jasje laten aantrekken; Patiënt polsbandje omdoen; Zonodig 1 uur voor het onderzoek 10 mg valium per os geven; Op afgesproken tijd patiënt naar angiokamer brengen en aanmelden bij wachtruimte 6 van de röntgenafdeling. Angiokamer belt zodra de patiënt kan komen. De overdracht dient plaats te vinden van de verantwoordelijk verpleegkundige aan de anesthesioloog / anesthesie medewerker. Meegeven naar de angiokamer: Spullen voor het inbrengen van een blaaskatheter. Informatie aan de patiënt Patiënt informeren wat de voorbereiding inhoudt; Patiënt moet alle sieraden af en alle waardevolle spullen op de afdeling laten liggen. BALLONAFSLUITING Dag van het onderzoek: Volgende bepalingen prikken: GFR, INR en Hb; Infuus inbrengen en tenminste 1L fysiologisch zout laten inlopen in 2 uur voorafgaande aan de procedure, alleen bij verminderde nierfunctie (te laag GFR); Patiënt nuchter houden, tenminste 6 uur voordat behandeling plaats vindt; Patiënt douchen of wassen en OK jasje laten aantrekken; Patiënt polsbandje omdoen; Zonodig 1 uur voor het onderzoek 10 mg valium per os geven; Op afgesproken tijd patiënt naar angiokamer brengen en aanmelden bij wachtruimte 6 van de röntgenafdeling. Angiokamer belt zodra de patiënt kan komen. De overdracht dient plaats te vinden van de verantwoordelijk verpleegkundige aan de anesthesioloog / anesthesie medewerker. Meegeven naar de angiokamer: Spullen voor het inbrengen van een blaaskatheter. Informatie aan de patiënt Patiënt informeren wat de voorbereiding inhoudt; Patiënt moet alle sieraden af en alle waardevolle spullen op de afdeling laten liggen. Werkwijze LIJM Embolisatie wordt uitgevoerd door de neuro-interventieradioloog. BALLONAFSLUITING Embolisatie wordt uitgevoerd door de neuro-interventieradioloog. Nazorg LIJM Patiënt De patiënt wordt opgehaald van de OK-dagbehandeling door minimaal 1 gediplomeerd verpleegkundige; De patiënt moet 4 uur plat in bed liggen met gestrekt been (aan de kant waar de lies is aangeprikt); De eerste twee uur elk uur controle RR, pols, nabloeden, bewustzijn en focale uitval en doorbloeding van het been (op temperatuur en kleur); Zaalarts waarschuwen zodra de patiënt terugkomt van de recovery. Bij klinische achteruitgang i.o.m. de zaalarts extra vocht toedienen. Bij onvoldoende herstel de patiënt overplaatsen naar de IC of MC; Patiënt, mits niet misselijk, veel laten drinken; Het infuus handhaven totdat de patiënt goed drinkt en niet (meer) misselijk is. Blaaskatheter verwijderen (tenzij de patiënt om nog een andere reden een blaaskatheter heeft) en mictie controleren; Na de embolisatie kan de patiënt wat pijn hebben in het geëmboliseerde gebied; Na de voorgeschreven 4 uur bedrust mag de patiënt weer mobiliseren; Heeft de patiënt een drukverband, dit na 4 uur verwijderen en de insteekopening afplakken met een pleister; Is het bloedvat afgesloten met angioseal® of Mynx dan mag de patiënt de eerste 3 dagen niet onder de douche en of in bad i.v.m. infectiegevaar. De patiënt heeft van de angiokamer een kaartje meegekregen dat hij/ zij de eerste 90 dagen (bij angioseal) /30 dagen (bij Mynx) bij zich moet dragen. Hij/zij moet kunnen laten zien dat er niet zomaar opnieuw in het bloedvat geprikt kan worden BALLONAFSLUITING Patiënt De patiënt wordt opgehaald door minimaal 1 gediplomeerd verpleegkundige; De patiënt moet 4 uur plat in bed liggen met gestrekt been (aan de kant waar de lies is aangeprikt); De eerste twee uur elk uur controle RR, pols en nabloeden; Extra controle van bewustzijn en focale uitva en doorbloeding van het been (op temperatuur en kleur) de eerste twee uur elk half uur en daarna elk uur; Extra aandacht voor de bloeddruk (bij een bloeddrukdaling is er mogelijk sprake van ischemie).Tijdens de nacht bloeddrukcontrole elk uur op automatische bloeddrukmeter (om RRdaling tijdens de slaap te kunnen signaleren). GCS elke twee uur; Vochtbalans elke zes uur opmaken, streven naar + 750cc; Bij klinische achteruitgang i.o.m. de zaalarts extra vocht toedienen. Is de achteruitgang een gevolg van een bloeddrukdaling: de patiënt overplaatsen naar de IC voor toediening van dopamine i.v.; Na de voorgeschreven 4 uur bedrust mag de patiënt weer mobiliseren; Heeft de patiënt een drukverband, dit na 4 uur verwijderen en de insteekopening afplakken met een pleister; Op advies van de zaalarts worden de controles verminderd; Is het bloedvat afgesloten met angioseal® of Mynx dan mag de patiënt de eerste 3 dagen niet onder de douche en of in bad i.v.m. infectiegevaar. De patiënt heeft van de angiokamer een kaartje meegekregen dat hij/ zij de eerste 90 dagen (bij angioseal) / 30 dagen (bij Mynx) bij zich moet dragen. Hij Verslaglegging LIJM De (afwijkende) controles; GCS noteren; Bij achteruitgang rapporteren wat de achteruitgang inhoudt; Noteren of infuus en blaaskatheter in situ blijven of eruit zijn gehaald. Daarbij noteren of patiënt goed drinkt en heeft geplast (na het verwijderen van de verblijfscatheter); Vochtbalans bijhouden; Indien patiënt klachten heeft, dit rapporteren BALLONAFSLUITING De (afwijkende) controles; GCS noteren; Bij achteruitgang rapporteren wat de achteruitgang inhoudt; Noteren of infuus en blaaskatheter in situ blijven of eruit zijn gehaald. Daarbij noteren of patiënt goed drinkt en heeft geplast (na het verwijderen van de verblijfscatheter); Vochtbalans bijhouden; Indien patiënt klachten heeft, dit rapporteren. Bronvermelding 1. http://scoop.umcutrecht.nl/NR/rdonlyres/37FAD4A2-4D5A-47A5-BB80763B4526B92C/62349/Embolisatiem2.pdf 2. https://richtlijn.mijnumc.nl/Beeld/Algemeen/Paginas/Contrast---Protocol-contrastnefropathie-enpréhydratie.aspx Kenmerken Documentkenmerken Totstandkoming en goedkeuring DocID UMCU-161-8 Auteur(s) Bassa-den Besten, J.M. Versie 12.0 Gewijzigd 24-3-2014 12:04 Medebeoordelaars Noyen, G. Pauw, W.M. Veenema, J.M. Lo, T.H. Datum autorisatie 20-10-2010 Eindverantwoordelijke Woudenberg, H.P.M. van Revisiedatum 1-3-2016 Beheerder Kuipers-8-Bos, E. Documententype Divisie specifiek verpleegkundig protocol Organisatiekenmerken Evidence based / consensus / best practice Best practice Trefwoorden embolisatie Verantwoordelijk organisatieonderdeel Hersenen Doelgroep Neurologie en Neurochirurgie Verwijzingen Gerelateerde protocollen Gerelateerde werkinstructies Protocol Werkinstructie Bijlagen Overige Links Beheer Verwijzingen naar dit document vanuit Er zijn geen resultaten gevonden. 22-10-2014 Valid for 24 hours
© Copyright 2024 ExpyDoc