Omzetgroei supermarkt loopt terug

Sectorvisie Supermarkten
ING Economisch Bureau
Omzetgroei supermarkten
loopt terug
De omzet van supermarkten groeit met 1,5% in 2014.
De verschillen tussen de prestaties van winkels en
formules onderling zijn echter groot. Doordat de
prijzen in 2014 minder sterk stijgen, valt de
omzetgroei lager uit dan in 2013. De ontwikkeling van
het volume is echter positiever. Het succes van
supermarkten is mede afhankelijk van de mate waarin
ze inspringen op veranderende consumptiepatronen.
Thema’s als gezondheid en transparantie zijn voor
verschillende doelgroepen leidend in hun
aankoopgedrag. Jongeren hebben daarin een ander
afwegingskader dan oudere generaties.
Consumptieherstel doet zijn intrede
Het verbeterde consumentenvertrouwen en de stijging van
de koopbereidheid zorgen ervoor dat consumenten tijdens
2014 weer iets makkelijker geld uitgeven. Het is positief dat
de koopkracht verbetert. Dit komt in 2014 door lage inflatie,
lagere zorgpremie, verlaging van de eerste belastingschijf
en lagere stookkosten en in 2015 door de verwachte daling
van pensioenpremie en hogere arbeids- en heffingskorting.
De portemonnee van consumenten is wat voller en dat geld
wordt gebruikt om te besteden, te sparen en schulden af te
lossen. Een gemiddeld huishouden geeft in 2014 per maand
echter nog 160 euro minder uit dan voor de kredietcrisis.
Figuur 1 Omzetgroei supermarkten
in mld €
40
5,0%
35
2,5%
30
2,9%
2,1%
2,1%
1,5%
1,8%
0,0%
25
20
2011
2012
Omzetgroei
2013
2014*
2015*
Omzet (r-as, in mld €)
Bron: CBS en GfK, *2014-2015 raming ING Economisch Bureau
Omzetgroei supermarkten zwakt af
Het groeitempo van de supermarktomzet doet in 2014 een
stapje terug ten opzichte van een jaar eerder. Het CBS
rapporteert over het eerste halfjaar een omzetgroei van
1,2%. Marktonderzoeker GfK signaleert een lichte krimp van
0,3% in die periode en ziet ook in juli en augustus stabilisatie.
Op basis van beide bronnen is de conclusie dat de groei van
de supermarktomzet afzwakt. De gemiddelde weekomzet in
supermarkten lag in de periode januari-juli op ruim € 641
miljoen tegenover € 643 miljoen in 2013.
Verkoopvolume iets hoger, prijsstijging beperkt
Naar verwachting neemt de totale omzet van supermarkten in
2014 met 1,5% toe en in 2015 met 1,8% (figuur 1). Voor het
eerst in drie jaar komt de omzetgroei vooral uit de toename
van de hoeveelheid verkochte producten. In 2014 blijft de
prijsstijging in het schap relatief beperkt. De prijzen van veel
verse producten waren in de eerste helft van 2014 lager dan
een jaar eerder en ook koffie, thee en frisdrank daalden in
prijs. In de tweede helft van 2014 zorgen onder andere
aanhoudend lage prijzen voor AGF, in verband met het ruime
aanbod, en daling van verschillende voedselgrondstofprijzen
voor een dempend effect op het prijspeil in de winkel.
Trends en ontwikkelingen in de supermarktbranche
 De omzet van supermarkten (inclusief non-food) stijgt naar
€ 33,8 miljard in 2014 en € 34,4 miljard in 2015.
 De food-gerelateerde omzet van supermarkten kwam in
2013 uit op € 29,5 miljard.
 Omzetgroei komt door lichte toename verkoopvolume. De
prijsstijging in de supermarkt is beperkt door
concurrentiedruk en prijsdaling van voedselgrondstoffen.
 Consumenten zijn gemiddeld positiever; het vertrouwen is
verbeterd en het vooruitzicht over de eigen financiële
situatie is minder negatief dan in 2013.
 Concurrentie op meerdere fronten; minder formules met
meer supermarkten in een marktgebied. Meer online
spelers en overlap in online werkgebieden.
 Leegstand in winkelgebieden; succesvolle supermarkt kan
op wijkniveau het verschil maken. Ondernemer kan
aanjager zijn voor kwaliteitsslag in en om de winkel.
Toegenomen prijsconcurrentie met non-foodretailers
De promotiedruk in de supermarkt ligt volgens GfK in 2014
op 18,2% (2013 - 19,3%). Niet alle supermarktklanten hebben
even veel oog voor aanbiedingen. Vooral gepensioneerden
kopen meer in promotie terwijl jongeren naar verhouding
iets minder gevoelig zijn voor aanbiedingen. Daarnaast
verschilt het promotie-aandeel en de ontwikkeling daarvan
sterk per assortimentsgroep (figuur 2). Onder andere de
producten die bij drogisten of discounters als Action worden
verkocht, zijn ook bij supermarkten vaker in de aanbieding.
De continue prijsdruk in de sector is een van de verklaringen
voor de focus op schaalgrootte en efficiency.
Figuur 2 Ontwikkeling promotiedruk (index
2012=100) en promo-aandeel per assortimentsgroep
Promo-aandeel
20,7%
Wijn/aperitieven
Schoonmaak
Verse maaltijden/ pizza's
Warme dranken
Persoonlijke verzorging
Verse AGF
Frisdrank/sap
Brood & banket
Vers vlees / vis
38,6%
26,9%
26,1%
31,0%
14,5%
19,5%
15,7%
24,5%
90
100
110
Bron: GfK
Concentratie in het midden van de markt….
Sinds 2003 positioneert marktleider Albert Heijn zich qua
prijzen nadrukkelijker in het midden van de markt.
Tegelijkertijd bewegen LIDL en Aldi zich vanuit de onderkant
van de markt omhoog, met grotere winkels en een breder en
luxer assortiment. Hiermee winnen ze primaire klanten. Het
gevolg is dat het midden van de markt steeds voller is
geworden. Andere supermarktformules passen hun prijzen
neerwaarts aan om te voorkomen dat ze duurder zijn dan AH.
De prijsdruk die dit met zich meebrengt, betekent onderaan
de streep een lagere marge voor supermarkten.
… laat ruimte aan de boven- en onderkant
De sterkere concentratie van formules in het midden van de
markt zorgt dat foodretailers die zich specifiek richten op de
doelgroepen aan de boven- en onderkant van de markt zich
kunnen onderscheiden. Die ruimte wordt aan de bovenkant
bijvoorbeeld ingevuld door Ekoplaza en een formule als De
Tuinen. Deze formules onderscheiden zich op assortiment
met producten die in de gemiddelde supermarkt niet te koop
zijn en rechtvaardigen daarmee hun hogere prijsniveau. Aan
de onderkant breiden partijen als Mega Food Stunter uit, met
winkels gericht op partijenhandel en een beperkt assortiment
tegen bodemprijzen.
Schaalvergroting zet druk op ondernemerschap
De behoefte aan steeds grotere supermarkten - die ook een
Sectorvisie Supermarkten oktober 2014 2
hoog investeringsniveau vergen - en de opkomst van
discountfilialen beperken de ruimte voor zelfstandige
ondernemers. Wanneer marges onder druk staan is het voor
zelfstandige supermarktondernemers lastiger om een
winstgevende exploitatie te draaien. Daar komt bij dat het
noodzakelijk blijft om na een aantal jaar te kunnen investeren
in formulevernieuwing. Verschillende ondernemers die daar
niet in mee kunnen en/of willen verkopen hun winkel aan de
formule.
Noodzaak voor winkelvernieuwing
Formules die in de ogen van de consument niet dynamisch
genoeg zijn, lopen het risico langzaam uit de gratie te vallen.
Zo blijkt in non-food dat bij formules die (te) lang hebben
gewacht met vernieuwing zoals Hema en Blokker de
resultaten terugliepen. Inmiddels investeren ze fors om
winkels up-to-date te brengen. In de supermarktbranche
brengt vernieuwing flinke investeringen met zich mee. Voor
zelfstandige supermarkten is het daardoor steeds lastiger om
het niveau van de grootste filialen te evenaren. Om bij te
blijven is onderling commitment met de formule nodig. Het
dient daarbij helder te zijn op welke wijze een
toekomstbestendig franchisemodel is gewaarborgd en wat
de rolverdeling tussen franchisegever en –nemer is.
AH, Jumbo en LIDL goed voor ruim helft van de markt
Het groeiende marktaandeel van LIDL zorgt voor
opschudding in de markt. Ook betekent het dat de keten
inmiddels de 4e en, na het wegvallen van C1000, de 3e speler
in de Nederlandse markt is (figuur 3). Onder andere bij
Albert Heijn stond in de 1e helft van 2014 de identieke omzet
onder druk doordat klanten per bezoek minder uitgaven. In
dezelfde periode wist Jumbo de winkelomzet wel te laten
groeien, mede door een geslaagde WK-actie. Bij de ‘nieuwe’
top 3 groeit het aantal winkels door nieuwbouw en de
ombouw van C1000’s naar AH en Jumbo. Die laatste bouwde
in september de 150e C1000 om. Verder openen regionaal
opererende ketens als Vomar, Hoogvliet en Poiesz nieuwe
winkels. Poiesz realiseert dit door in het noorden een aantal
winkels van Jumbo over te nemen.
Figuur 3 Marktaandelen supermarktformules (2013)
1,8%
2,0%
2,1%
2,8%
9,3%
33,8%
5,5%
5,8%
7,4%
9,0%
Bron: Nielsen
9,4%
11,1%
Albert Heijn
Jumbo
C1000
Lidl
Aldi
Plus
Detailresult
Coop
Hoogvliet
Deen
Spar Holding
Overig
Thema: de foodconsument van de toekomst
Het succes van een supermarkt staat of valt bij de
huidige en toekomstige bereidheid van de consument
om zijn geld in die winkel te besteden. De consument
is daarbij kritisch ten aanzien van factoren als prijs,
locatie, assortiment en positionering. Tegelijkertijd
zijn consumenten, en hun vertegenwoordigers,
kritisch op hoe bedrijven in de voedselketen opereren.
De maatschappelijke aandacht spitst zich ondermeer
toe op voedselveiligheid en gezondheid. De invloed
van de Y-generatie in die discussies stijgt, net als hun
belang als doelgroep voor supermarkten.
De onderstaande analyse behandelt drie elementen:
het vertrouwen van de consument, scenario’s voor de
toekomst en aanknopingspunten voor supermarkten
op de thema’s gezondheid en vertrouwen.
Consument kritisch over de voedselveiligheid
Ruim een kwart (26%) van de respondenten op de ING Vraag
van Vandaag1 geeft aan dat ze (heel) weinig vertrouwen
hebben in de voedselveiligheid van producten in de
supermarkt (figuur 4). Aan de andere kant spreekt ruim een
derde (36%) uit dat ze juist (heel) veel vertrouwen koesteren
in de voedselveiligheid. Deze uitkomst maakt inzichtelijk dat
een deel van de potentiële klanten van supermarkten kritisch
is op wat er in het schap ligt. Consumenten beschikken over
steeds meer middelen om zich te informeren over hun
voeding en zijn daarbij al lang niet meer louter aangewezen
op alleen de informatie van winkeliers en producenten.
Websites, tv-programma’s en documentaires bieden een
hoop aanvullende kennis over de werking van de
voedselketen. Hoewel de (fysieke) afstand tussen consument
en producent is gegroeid, zorgt de grotere beschikbaarheid
van informatie dat die afstand ook weer kan worden
overbrugd.
Figuur 4 Vertrouwen in de voedselveiligheid
Supermarkt wordt meest vertrouwd
De supermarkt is voor de meeste consumenten de
belangrijkste plek om boodschappen te doen. In vergelijking
met andere aanbieders in de foodretail blijkt dat de grootste
groep consumenten het meeste vertrouwen toekent aan de
voedselveiligheid in de supermarkt (25%). De verschillen zijn
echter klein. Ruim 1 op de 5 vertrouwt het meest op de
producten van de speciaalzaak of van de boer zelf (figuur 5).
Bij aankopen in de winkel hoeft de grotere afstand tot de bron
(de boer) voor consumenten dus geen barrière te zijn in het
vertrouwen dat ze hebben in die voeding.
Figuur 5 Supermarkt wordt meest vertrouwd
Bron: ING Economisch Bureau
Perceptie van voedselveiligheid onder druk
Vertrouwen is een complex begrip. Het is deels gebaseerd
op eigen ervaringen, maar wordt ook beïnvloed door
ervaringen van anderen, marketinguitingen en berichten in
de media. Vaak wordt gesteld dat vertrouwen te voet komt en
te paard gaat. Het herstel van vertrouwen gebeurt vaak
geleidelijk terwijl incidenten het in korte tijd flink kunnen
schaden. De groep consumenten wiens vertrouwen omtrent
voedselveiligheid het afgelopen jaar daalde is beduidend
groter dan de groep die meer vertrouwen heeft gekregen
(figuur 6). Recente ophef over vlees en visproducten is een
factor die die vertrouwensband heeft geschaad.
Figuur 6 Grote groep ervaart daling in vertrouwen
Bron: ING Economisch Bureau
1
Vragen gesteld in de week van 24-30 september, gemiddeld 64.530
respondenten per dag.
Sectorvisie Supermarkten oktober 2014 3
Bron: ING Economisch Bureau
Food 2030 – scenario’s voor de toekomst
De bovenstaande vertrouwenskwestie is een van de
ontwikkelingen die het bedrijfsmodel in de foodsector
beïnvloedt. Op hoofdlijnen zijn toekomstscenario’s langs twee
lijnen denkbaar. Aan de ene kant staan bedrijfsmodellen
gebaseerd op marktmacht, prijsfocus, productpush en
winstmaximalisatie. Deze zijn sterk gedreven door efficiency,
schaalvergroting en technologie. Onder andere
automatisering en standaardisatie dienen daarbij tot
optimalisatie van de voedselveiligheid te leiden. Aan de
andere kant komen bedrijfsmodellen op waarin
samenwerking, maatschappelijk belang, consument en
continuïteit centraal staan. Deze bedrijven doen veel om de
waarde van voeding te onderstrepen zodat de waardering en
het bewustzijn bij consumenten toeneemt. Dat maakt hen
vervolgens eerder geneigd om, in de vorm van een hogere
prijs, mee te betalen aan een ‘eerlijker’ voedselsysteem.
Generatie Y als graadmeter
Nieuwe generaties consumenten worden in hun gedrag en
keuzes beïnvloed door trends in hun omgeving (figuur 7).
Door economische, demografische, technologische en
sociale trends verschilt de belevingswereld van generatie Y
sterk van voorgaande generaties. In totaal gaat het bij de
Y’ers om ruim 2,6 miljoen consumenten die veelal
woonachtig zijn in steden. De diversiteit wat betreft
achtergrond, inkomen en leefsituatie binnen generatie Y is
groot. Veel meer dan voorgaande generaties betreft het een
mix van autochtone (72%) en allochtone (28%) consumenten.
Lang niet in ieder marktgebied zijn Y’ers even sterk
aanwezig en dat betekent voor ondernemers dat lokale
marktkennis essentieel is. De invloed van generatie Y op het
supermarktlandschap doet zich het sterkst voor in de grotere
steden. Daarbuiten is juist vaak sprake van vergrijzing wat
weer specifieke kansen met zich meebrengt.
Consument van de 21e eeuw is wezenlijk anders
De Nederlandse bevolking ondergaat een continue
verandering in samenstelling van leeftijden en huishoudens.
Nieuwe generaties groeien op, betreden de arbeidsmarkt,
genereren inkomsten en zullen middels bestedingen hun
stempel drukken op de markt. Richting 2020 zal de
protestgeneratie (1941-55) zich verder terugtrekken uit de
arbeidsmarkt. Generatie X (1956-70) en de Pragmatische
generatie (1971-85) schuiven door, terwijl generatie Y (198600) zijn intrede doet en generatie Z langzaam op de deur
klopt. Het zijn de jongere generaties die relatief gezien grote
stappen in hun besteedbaar inkomen maken. Daardoor
groeit hun invloed op winkels in het algemeen en
supermarkten in het bijzonder. Steeds duidelijker blijkt dat
Nederlandse consumenten en jongere generaties nu andere
aankoopkeuzes maken op het gebied van voeding dan
voorgaande generaties.
Verschuiving in mindset
De voedselkeuzes van generatie Y worden mede bepaald
door een vijftal gemeenschappelijke trends:
Figuur 7 Houding en gedrag van consument verandert
Bron: ING Economisch Bureau
Sectorvisie Supermarkten oktober 2014 4
1. Vanuit opvoeding en scholing is er sprake van een
grotere afstand tot de productie van voeding. De
afgelopen jaren leidt dit echter ook tot een tegentrend van
‘foodies’ die juist heel bewust met voedsel bezig zijn.
2. Generatie Y is gewend aan een overvloed aan voeding
tegen een relatief lage prijs. Het voedselaanbod groeit
door globalisering van ons voedselsysteem en
eetpatroon. Dit betekent dat zaken als voedselschaarste
voor jongere generaties ver van hun bed zijn.
3. Er is steeds meer inzicht in de impact die de voeding op
ons bord heeft op mens, dier en milieu. Y’ers zijn
opgegroeid met keurmerken, vinkjes en andere
aanduidingen die meer houvast moeten bieden bij het
maken van een afgewogen keuze.
Figuur 8 Impact trends op voedselkeuzes generatie Y
Bron: ING Economisch Bureau
4. Jongere consumenten zijn gewend aan internationalere
producten en eetgewoonten. Dit komt door een
internationaler restaurantaanbod maar ook door grotere
reismogelijkheden. Het foodaanbod in de foodservice en
op festivals weerspiegelt de trends. Bijvoorbeeld op een
festival als Lowlands staan bezoekers open voor
vernieuwende foodconcepten.
5. Voor Y’ers is de supermarkt de dominante plek voor
foodbestedingen. Onder andere door gemak en prijs
kiezen veel jongeren voor de supermarkt in plaats van
voor de speciaalzaak. Speciaalzaken zien daardoor hun
klantenkring vergrijzen.
Kernthema’s gezondheid en vertrouwen
Gezondheid en vertrouwen zijn bij uitstek onderwerpen
waarop de voedingssector zich richting nieuwe generaties
consumenten kan (en moet) bewijzen om relevant te blijven.
De branche is zich dan ook bewust van het belang van deze
thema’s. Zo scoren ‘gezondheid en voeding’ en ‘voedsel- en
productveiligheid’ hoog in het jaarlijkse Top Topics
onderzoek onder retailers en fabrikanten van GfK. De
vervolgvraag is hoe op die vlakken de aansluiting te maken
bij invloedrijke consumenten uit generatie Y?
Regierol op het gebied van voedselverspilling
Uit onderzoek van het Planbureau van de Leefomgeving blijkt
dat jongeren vaker voedsel weggooien dan oudere
generaties. Producenten en supermarkten kunnen handvatten
bieden om die specifieke voedselverspilling tegen te gaan.
Minder verspillen scheelt consumenten geld en geeft hen een
beter gevoel. Actief beleid vanuit supermarkten verstevigt
het vertrouwen van jongeren en stelt hun klantbelang
centraal. Als supermarkt is het daarvoor noodzakelijk om
inzicht te hebben in welke producten worden verspild. Bij het
Engelse Tesco bleek bijvoorbeeld dat bij 2 voor 1 promoties
van verse producten de verspilling bij mensen thuis zeer
groot was. Die promoties zijn daardoor verminderd. Ook
kunnen supermarkten met betere portionering en bewaar- en
verwerkingssuggesties volledig gebruik stimuleren.
Steunen van strijd tegen overgewicht
Ruim een kwart van de 20-30 jarigen heeft in 2013 last van
enige mate van overgewicht. Dit leidt bij hen in veel gevallen
Sectorvisie Supermarkten oktober 2014 5
nu nog niet tot acute gezondheidsproblemen. Naar de
toekomst toe wordt de kans dat die problemen zich voordoen
groter. Samen met roken, te weinig beweging en ongezonde
voeding behoort overgewicht tot de voornaamste oorzaken
voor ziekte en sterfte. De kennis over het effect van ons
voedingspatroon op de gezondheid groeit gestaag. Maar
naast kennis is er ook vanuit marktpartijen meer nodig om
deze (maatschappelijke) problemen aan te pakken. Daarbij
wordt steeds duidelijker dat niemand de absolute waarheid
in pacht heeft. Bij het maken van aankoopkeuzes zijn
consumenten deels afhankelijk van de informatie die
producenten en retailers communiceren. Zorg dat die
informatie niet alleen juist maar ook begrijpelijk is voor de
consument. Door keurmerken en regelgeving is het maken
van gezonde keuzes vergemakkelijkt. Desondanks liggen in
de schappen veel producten die bewust gezonder ogen dan
dat ze daadwerkelijk zijn.
Gezondheid klanten onderdeel van MVO-beleid
Door alle feiten, claims en onderzoeken over voeding zien
consumenten door de bomen het bos niet meer. Ondertussen
zijn consumenten wel op zoek naar houvast bij het maken van
keuzes. In hoeverre is het een taak of verantwoordelijkheid
van supermarkten om hun klanten gezonde keuzes te laten
maken? De praktijk laat zien dat de meningen daarover sterk
zijn verdeeld. Betrokkenheid bij de gezondheid van klanten
kan de toegevoegde waarde van een formule verhogen. Een
initiatief van verschillende supermarkten is de inzet van
diëtisten op de winkelvloer. Met het structureel vervangen
van zoetwaren bij de kassa door gezondere producten is ook
een duidelijk signaal af te geven. Uiteindelijk kan de
gezondheid van klanten, net als aandacht voor
voedselverspilling, arbeidsvoorwaarden en energieverbruik,
een onderdeel vormen van het MVO-beleid.
Politieke aandacht voor voeding en gezondheid
De politiek zal ook de komende jaren niet stil zitten om
burgers te stimuleren een gezond voedingspatroon te
volgen. Voorbeelden van overheidsbeleid op dit vlak zijn
afspraken over zoutreductie of over het voeren van
gezondheidsclaims. Een verdergaande sturingsmaatregel als
een ‘vettax’ bleek in Denemarken echter nog niet het
gewenste effect te hebben. Verder leiden ook pleidooien
voor een belastingverlaging op ‘gezonde producten’ tot op
heden nog niet tot concreet beleid. De foodbranche kan er
op rekenen dat voeding en gezondheid bij beleidsmakers in
de schijnwerpers blijven staan. Zo adviseerde de
Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR)
onlangs om tot een samenhangend voedselbeleid te komen.
Tevens werd op Prinsjesdag bekend gemaakt dat er vanuit
het Ministerie van VWS de komende jaren meer geld gaat
naar maatregelen ter bevordering van gezonde voeding en
een gezond gewicht.
Meer weten?
Kijk op ING.nl/zakelijk
Of bel met
Dirk Mulder,
Sectormanager Food & Retail
06 1138 0971
Thijs Geijer,
Sectoreconoom Food
06 1337 9743
Volg ons op Twitter:
INGnl_Economie
Disclaimer
De informatie in dit rapport geeft de persoonlijke mening weer van de analist(en) en geen enkel deel van de beloning van
de analist(en) was, is, of zal direct of indirect gerelateerd zijn aan het opnemen van specifieke aanbevelingen of meningen
in dit rapport. De analisten die aan deze publicatie hebben bijgedragen voldoen allen aan de vereisten zoals gesteld door
hun nationale toezichthouders aan de uitoefening van hun vak. Deze publicatie is opgesteld namens ING Bank N.V.,
gevestigd te Amsterdam en slechts bedoeld ter informatie van haar cliënten. ING Bank N.V. is onderdeel van ING Groep
N.V. Deze publicatie is geen beleggingsaanbeveling noch een aanbieding of uitnodiging tot koop of verkoop van enig
financieel instrument. ING Bank N.V. betrekt haar informatie van betrouwbaar geachte bronnen en heeft alle mogelijk zorg
betracht om er voor te zorgen dat ten tijde van de publicatie de informatie waarop zij haar visie in dit rapport heeft
gebaseerd niet onjuist of misleidend is. ING Bank N.V. geeft geen garantie dat de door haar gebruikte informatie accuraat
of compleet is. De informatie in dit rapport kan gewijzigd worden zonder enige vorm van aankondiging. ING Bank N.V.
noch één of meer van haar directeuren of werknemers aanvaardt enige aansprakelijkheid voor enig direct of indirect
verlies of schade voortkomend uit het gebruik van (de inhoud van) deze publicatie alsmede voor druk- en zetfouten in
deze publicatie. Auteursrecht en rechten ter bescherming van gegevensbestanden zijn van toepassing op deze publicatie.
Overneming van gegevens uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron wordt vermeld. In Nederland is ING Bank N.V.
geregistreerd bij en staat onder toezicht van De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten.
De tekst is afgesloten op 6 oktober 2014
Sectorvisie Supermarkten oktober 2014 6