Hoewel de informatie in dit openbaar verslag en

Hoewel de informatie in dit openbaar verslag en het bijbehorend financieel verslag zo zorgvuldig
mogelijk is samengesteld, staat de curator niet in voor de volledigheid en juistheid daarvan.
Mogelijk is dat bepaalde informatie (nog) niet beschikbaar is, (nog) niet openbaar gemaakt mag
worden of achteraf bijgesteld moet worden. Dit kan ingrijpende gevolgen hebben voor de in dit
verslag en het bijbehorend financieel verslag geschetste perspectieven voor crediteuren en/of
andere belanghebbenden. Aan dit verslag kunnen derhalve geen rechten worden ontleend.
FAILLISSEMENTSVERSLAG
Nummer: 1
Datum: 29 januari 2014
Gegevens onderneming
: Taxi Hop B.V.
Zaaknummer
: C/16/13/1405 F
Datum uitspraak
: 30 december 2013
Bewindvoerder
: mr L.L. de Boef
R-C
: mr M.H.F. van Vugt
Activiteiten onderneming
: Volgens het handelsregister:
“SBI-code: 4932 – Vervoer per taxi
SBI-code: 53202 – Koeriers
Het (doen) exploiteren van een taxibedrijf met
koeriersdiensten,
tevens
groepsvervoer
en
rolstoelvervoer.”
Personeel aantal
: 93,
inclusief
3
zelfstandigen
zonder
personeel
(volgens bestuurder)
Verslagperiode
: 30 december 2013 tot en met 24 januari 2014
Bestede uren in verslagperiode
: 108 uur en 13 minuten (bijlage 1)
Bestede uren totaal
: idem
Saldo faillissementsrekening
: € 109.182,49 ( d.d. 16 januari 2014)
1. Inventarisatie
1.1
Directie en organisatie
:
Volgens het handelsregister is de enige bestuurder en enig aandeelhouder van failliet Juri
Beheer B.V.. De enige bestuurder en aandeelhouder van Juri Beheer B.V. is de heer R.A. Hop.
Failliet heeft een zustermaatschappij: Taxicentrale Baarn B.V. De onderneming van die
vennootschap is niet actief.
1.2
1.3
Resultaat
Balanstotaal
: 2012:
verlies € 179.034,00 (voor belastingen)
2011:
verlies € 14.455,00 (voor belastingen)
: 2012: € 910.042,00
2011: € 959.602,00
1.4
Lopende procedures
: voor zover de curator bekend lopen er geen
procedures.
1.5
Verzekeringen
: alle
benodigde
(bedrijfs)verzekeringen
zijn
tot
1 januari 2014 gecontinueerd en daarna beëindigd. In
een belangrijke polis was opgenomen dat de dekking
bij faillissement direct vervalt. Echter na overleg met
de assurantietussenpersoon is de verzekeraar bereid
gebleken om ondanks het - toen nog komende faillissement
de
dekking
tot
een
week
na
faillissementsdatum te verlengen.
1.6
Huur
: Failliet huurt een bedrijfsruimte. De huurpenningen
zouden zijn betaald tot en met 31 december 2013.
De huur is door de curator ex artikel 39 Fw opgezegd.
De
huur
is met
ingang van 1
januari
2014
“overgenomen” door de doorstartende partij. De
curator heeft de verhuurder de bevestiging daarvan
gevraagd.
1.7
Oorzaak faillissement
Het
faillissement
is
voorafgegaan
aan
een
op
20
december
2013
door
de
Rechtbank Midden-Nederland verleende voorlopige surseance van betaling (C/16/13/68 S).
Volgens het bestuur heeft de insolventie de volgende oorzaken:
Circa twee jaar voor faillissementsdatum is de onderneming verhuisd. De kosten daarvan
bedroegen circa € 300.000,00. De bank bleek slechts € 150.000,00 te willen financieren.
De rest is uit de “cash flow” betaald. Dat heeft geleid tot een forse liquiditeitsdruk.
Daarenboven is over een periode van twee jaar maandelijks ruim € 10.000,00 verlies geleden.
Dit zou zijn veroorzaakt doordat:
- een aantal opdrachtgevers contracten heeft opgezegd;
- een aantal contracten nogal ongelukkig was ingericht; er was sprake van zogenaamde
exclusiviteit voor de cliënten/patiënten van de opdrachtgever; de eventuele overblijvende
zitplaatsen mochten dan niet op een andere wijze worden ingevuld;
- in enige contracten was een beperkte indexeringsregeling overeengekomen.
De financiering van het verlies (en de verhuizing) geschiedde feitelijk door de belastingdienst.
De belastingschuld, in het bijzonder loonheffing, is opgelopen tot ca € 600.000,00.
De Belastingdienst heeft het faillissement van de vennootschap aangevraagd. De behandeling
daarvan zou plaatsvinden op 24 december 2013. Het faillissementsverzoek is beantwoord door
een surseanceverzoek, welk verzoek, zoals gezegd, op 20 december 2013 is gehonoreerd.
Ondanks het bovenstaande leek de onderneming na 1 januari 2014 levensvatbaar te zijn, nu per
die datum nieuwe contracten waren afgesloten. Op basis van door het bestuur opgestelde
cashflowprognose zou de vennootschap geleidelijk uit het dal klimmen. Echter daarbij was geen
rekening gehouden met het risico dat een surseance inherent met zich meedraagt. Ergo dat
partijen overeenkomsten ontbinden, vooruitbetaling eisen e.d.. Belangrijker nog was dat er geen
vooruitzicht was dat aan de schuldeisers (in het bijzonder de belastingdienst) een kansrijk
akkoord zou kunnen worden aangeboden, althans er een separate regeling met de
belastingdienst kon worden getroffen. Hoewel de belastingdienst zich communicatief opstelde
en er overigens een geldschieter bereid was een eventueel akkoord de financieren, bleek, nadat
zulks door het bestuur was doorgerekend, dat dit geen soelaas zou bieden. Dit zou hooguit
hebben geleid tot “uitstel van executie”.
Daarop is met instemming van het bestuur de rechtbank verzocht de surseance in te trekken en
gelijktijdig het faillissement uit te spreken, hetgeen op 30 december 2013 is geschied.
De curator zal de exacte oorzaak nog nader onderzoeken. In dat kader heeft hij een opdracht
verstrekt tot het uitvoeren van een quickscan. De quickscan is inmiddels uitgevoerd. Zie hierna
ook onder rechtmatigheid.
Werkzaamheden
: 12 uur en 00 minuten
2. Personeel
2.1
Aantal ten tijde van faill.
: 93 inclusief 3 ZZP-ers.
2.2
Aantal in jaar voor faill.
: 80 (jaarrapport 2012)
2.3
Datum ontslagaanzegging
: 31 december 2013.
Werkzaamheden
: 11 uur en 18 minuten
3. Activa
Onroerende zaken
3.1
Beschrijving
: n.v.t.
3.2
Verkoopopbrengst
: n.v.t.
3.3
Hoogte hypotheek
: n.v.t.
3.4
Boedelbijdrage
: n.v.t.
Bedrijfsmiddelen
3.5
Beschrijving
:
kantoor/werkplaats inventaris en een wagenpark bestaande uit 51 auto’s.
Van de auto’s zijn:
- eigendom: 17 auto’s
- financial Lease (voorbehouden eigendom): 24 auto’s;
- operational lease: 10 auto’s; van die tien auto’s waren zes auto’s inmiddels “uit de lease
gelopen”. Deze zouden (mogelijk) door failliet als lessee tegen een relatief gering bedrag
kunnen worden verkregen.
3.6
Verkoopopbrengst:
Inventaris:
€ 15.000,00,
Wagenpark:
€ 200.000,00. De opbrengst is als volgt verdeeld:
- auto’s in eigendom: € 135.000,00;
- auto’s financial lease (overwaarde): € 40.000,00;
- zes auto’s in operational lease (overwaarde): € 25.000,00.
Voormelde zaken/rechten vormen een onderdeel van de verkochte onderneming (zie hierna).
Deze transactie is in verband met het bepaalde in artikel 37d OB niet met BTW belast.
3.7
Boedelbijdrage
:
10% over opbrengst van de auto’s in eigendom te weten € 13.500,00. Tussen de bank en
boedel is wel in dispuut in hoeverre de opbrengst van de financial lease ook is verpand. Het
bedrag € 40.000,00 is thans gesepareerd op de derdenrekening van het kantoor van de curator.
3.8
Bodemvoorrecht fiscus
: Ja. Die ziet op de inventaris. Naar verwachting zal
gezien de omvang van de belastingschuld de fiscus niet kunnen worden voldaan uit het vrije
actief.
3.9
Voorraden/onderhanden werk
:
De werkzaamheden die zijn verricht in de maand december 2013 waaronder in de
surseanceperiode en daarna de -korte- faillissementsperiode zijn nagenoeg volledig
gefactureerd.
Aanvankelijk bleek op basis van de aan mij ter hand gestelde overzichten de onderhanden werk
positie € 246.000,00 te bedragen. Achteraf bleek dat bedrag wat lager te zijn als gevolg van de
feestdagen: ca € 210.000,00 inclusief BTW.
Met behulp van de doorstartende partij, zie hierna onder 6.3, worden die bedragen
geïncasseerd. Daartoe is een lijst opgemaakt. Over al hetgeen de boedel op basis van die lijst in
de periode 15 januari-15 maart 2014 ontvangt, krijgt de doorstartende partij 10%. In mindering
strekt daarop een “malus” van 7,5% over al hetgeen de boedel op basis van die lijst in die
periode niet ontvangt.
3.10 Verkoopopbrengst
: n.v.t.
3.11 Boedelbijdrage
: n.v.t.
Andere activa
3.12 Beschrijving
:
De goodwill. Deze is berekend/geschat door drs. L.T.J. Nederpel RA, verbonden aan Nederpel
De Block en Partners.
3.13 Verkoopopbrengst
: € 80.000,00
3.14 Kasgeld
:
Het kasgeld is gestort op de rekening van failliet bij de Rabobank Soest Baarn Eemnes.
Dit is inmiddels overgeboekt naar de derdenrekening van het kantoor van de curator. Daarnaast
is er € 6.870,00 aan kasgeld ontvangen op de derdenrekening. Van dat bedrag komt nog een
deel toe aan de doorstarter nu dat deel ziet op 1 januari 2014.
Werkzaamheden
: 1 uur en 18 minuten
4. Debiteuren
4.1
Omvang debiteuren
Per 22 december 2013 bedroeg de debiteurenpositie ongeveer € 209.000,00. Aan de hand van
de bankafschriften wordt thans nagegaan welke debiteuren inmiddels hebben betaald. Met de
doorstartende partij is de hierboven onder 3.9 genoemde afspraak ook gemaakt ten aanzien van
debiteuren die betalen in de periode 15 januari - 15 maart 2014.
4.2
Opbrengst
: in de komende verslagen zal de curator daarvan
opgave doen.
4.3
Boedelbijdrage
Werkzaamheden
: n.v.t.
: 5 uur en 18 minuten
5. Bank/zekerheden
5.1 Vorderingen van de bank(en)
:
Failliet bankierde bij twee banken: Rabobank Soest Baarn Eemnes en ING Bank N.V.
Aangezien naar verwachting een aantal debiteuren zal betalen op de rekeningen van failliet bij
de betrokken banken (vooral ING), worden deze rekeningen vooralsnog aangehouden.
De rekening bij Rabobank Soest Baarn Eemnes vertoonde op datum faillissement een
creditstand van € 20.068,58. Dit bedrag is overgemaakt naar de boedelrekening. Zie hiervoor
ook 3.14.
ING Bank NV had op datum faillissement een vordering met een hoofdsom € 384.000,00
daarvoor is failliet hoofdelijk aansprakelijk. Deze vordering is gebaseerd op een met Juri Beheer
BV en Taxicentrale Baarn BV gesloten compte joint- en medeaansprakelijkheids-overeenkomst.
5.2. Zekerheden ING Bank N.V.
:
De vordering van ING Bank N.V. is als volgt gesecureerd:
De onroerende zaak van Juri Beheer B.V. is verhypotheceerd. Dat valt (behoudens een
eventueel regres) buiten de scoop van dit faillissement.
Verpand zijn:
- vorderingen die zijn ontstaan voor 13 december 2005. Vorderingen van die ouderdom zijn
niet aangetroffen;
- roerende zaken. Zie hiervoor 3.5 - 3.8.
5.3
Leasecontracten
:
Twee leasemaatschappijen. Zie hiervoor onder bedrijfsmiddelen (3.5). De waarde van alle auto’s
is getaxeerd door FDR & Associés.
5.4
Beschrijving zekerheden:
: Zie hierboven.
5.5
Separatistenpositie
: het eigendom van de geleasede auto’s rust bij de
respectievelijke lessors.
5.6
Boedelbijdrage
:
Zie hiervoor onder 3.7.
5.7
Eigendomsvoorbehoud
:
n.v.t. Indien en voor zover zich partijen melden die
stellen een eigendomsvoorbehoud te hebben op
verkochte activa zal de koper van activa die rechten
eerbiedigen en dit afwikkelen.
5.8
Reclamerechten
:
Hierop is geen beroep gedaan.
5.9
Retentierechten
:
Hierop is geen beroep gedaan.
:
11 uur en 42 minuten
Werkzaamheden
6. Doorstart/voortzetten
6.1
De curator heeft de werkzaamheden van failliet tot en met 31 december 2013 voortgezet.
Daartoe kon hij beschikken over goed gemotiveerd personeel een goed gemotiveerde
bestuurder, een infrastructuur alsmede het wagenpark dat noodzakelijk is om de diensten te
blijven verrichten. De activiteiten van failliet en het wagenpark werden (tot maximaal één week
na faillissementsdatum) gedekt door de verzekering.
Met betrekking tot de werkzaamheden die zijn verricht in de maand december 2013 is er voor
een bedrag van ca € 200.000,00 inclusief BTW uitgefactureerd. Daarenboven betekent een
continuering van de activiteiten van failliet dat de onderneming als één geheel kan worden
verkocht, er een goodwillvergoeding kan worden bedongen en debiteuren kunnen worden
geïncasseerd.
Daar tegenover staan de volgende kosten: salaris curator PM, huur vanaf datum faillissement
heeft failliet vooruitbetaald tot en met 31 december 2013. Loonkosten werknemers (UWV) vanaf
datum faillissement. Deze kosten zouden echter toch gedragen moeten worden ongeacht of de
activiteiten van de onderneming zouden worden voortgezet. De zogenaamde “out of pocket
kosten” zijn/worden voldaan door de doorstartende partij.
6.2
Financiële verslaglegging: zie hierboven.
6.3
De curator heeft drie partijen gevonden die belangstelling hadden om de activiteiten van
failliet voort te zetten. Naast het bestuur waren dat twee externe partijen. Zowel het bestuur van
failliet als de externe partijen dienden eerst een geheimhoudingsverklaring/disclaimer
/integriteitsverklaring te ondertekenen (zowel namens de kandidaat koper als pro se), daarna
mochten deze partijen deelnemen aan het informatie/biedingsproces. Daartoe is een set met
bedrijfsinformatie
aan
hen
verstrekt
waarop
zij
hun
bieding
konden
baseren.
De kandidaat kopers hebben daarna gevraagd of ongevraagd nadere informatie verkregen
zodat zij in staat waren een goed beeld te vormen van de activa.
Op 31 december 2013 is overeenstemming bereikt tussen de curator en de koper (Hop Taxi BV,
een eveneens door de heer R.A. Hop beheerste vennootschap) en is een doorstart gerealiseerd
met ingang van 1 januari 2014. Koper heeft de inventaris, goodwill en (rechten) op het
wagenpark gekocht voor een bedrag van € 295.000,00 (onbelast ex artikel 37 d OB). Daarvan
heeft hij betaald € 275.000,00. Het restant van € 20.000,00 zal hij uiterlijk op 1 april 2014
voldoen
althans
dit
zal
worden
verrekend
middels
zogenaamde
10%-regeling (zie hiervoor onder 3.9). Daarnaast heeft koper aan 70 werknemers een voorstel
gedaan om met ingang van 1 januari 2014
bij hem in dienst te treden. Bepaalde
duurovereenkomsten waaronder de huur heeft hij ook per die datum overgenomen.
6.4
Verantwoording
:
De inventaris alsmede het gehele wagenpark, inclucief leaseauto’s, is getaxeerd door FDR &
Associés.
De heer Nederpel heeft, zoals hiervoor onder 3.12 weergegeven, de goodwill berekend.
6.5 Opbrengst: € 295.000,00 (onbelast ex artikel 37d OB). Daarvan dient nog € 20.000,00 te
worden betaald. Dit bedrag is inclusief de onder 3.6 genoemde roerende zaken.
6.6
Boedelbijdrage
:
Zie hiervoor nr. 3.7: € 13.500,00 in verband met de waarde van de auto’s in eigendom. Dit
bedrag is vermeerderd met het pro rata parte aandeel van de bank in de taxatie en
verzekeringskosten. Zoals gezegd, tussen de bank en de boedel loopt nog een dispuut over een
bedrag van € 40.000,00 in verband met de “overwaarde” van de auto’s die op basis van een
financial lease overeenkomst aan failliet ter beschikking waren gesteld.
Werkzaamheden
:
46 uur en 41 minuten
7. Rechtmatigheid
7.1
Boekhoudplicht
:
De quickscan is uitgevoerd. De resultaten
daarvan worden door de curator bestudeerd.
7.2
Depot jaarrekeningen
:
2010: 2 augustus 2011
2011: 28 juni 2014
2012: 7 mei 2013
7.3
Goedk. verkl. Accountant
:
n.v.t.
7.4
Stortingsverplichting aandelen
:
In onderzoek.
7.5
Onbehoorlijk bestuur
:
In onderzoek.
7.6
Paulianeus handelen
:
In onderzoek.
Werkzaamheden
: 2 uur en 54 minuten
8. Crediteuren
8.1
Boedelvorderingen
: salaris en verschotten curator, UWV: PM
8.2
Pref. vord. van de fiscus
: € 391.630,00 (bijlage 2)
8.3
Pref. vord. van het UWV
: PM
8.4
Andere pref. crediteuren
: PM
8.5
Aantal concurrente crediteuren
: 58 waarvan 12 hun vordering hebben aangemeld
8.6
Bedrag concurrente crediteuren : € 413.395,61 aangemeld inclusief ING Bank NV
(bijlage 3)
8.7
Verwachte wijze van afwikkeling : gezien de grote omvang van de fiscale schuld
verwacht de curator niet dat hij aan de concurrente
schuldeisers enige betaling zal kunnen doen.
Werkzaamheden
: 8 uur en 30 minuten
9.
Procedures
9.1
Naam wederpartij(en)
: n.v.t.
9.2
Aard procedure
: n.v.t.
9.3
Stand procedure
: n.v.t.
Werkzaamheden
10.
: n.v.t.
P.M.
10.1 Beschrijving
: n.v.t.
Werkzaamheden
: n.v.t.
11. Overige/verslagen
11.1 Termijn afwikkeling faill.
: onbekend
11.2 Plan van aanpak
: - standpunt innemen jegens bank inzake € 40.000,00;
- debiteurenincasso
- afrekenen
doorstarter
10%/7,5%
regeling
en
€ 20.000,00
- bestuderen
quick
scan,
alle
gebruikelijke
onderzoeken: stortingplicht, aansprakelijkheden e.d.
11.3 Indiening volgend verslag
: april 2014
11.4 Financieel verslag
: wordt ingediend bij het volgende verslag
Werkzaamheden
: 8 uur en 32 minuten
Veenendaal, 29 januari 2014
L.L. de Boef
-curator-