Tweede Kamer der Staten

Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 1994-1995
Bodemverzakking en aardbevingen in het
noorden van Nederland
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
's-Gravenhage, 23 november 1994
Per brief van 22 december 19931 heeft mijn ambtsvoorganger mede
namens de Minister van Verkeer en Waterstaat het eindrapport van de
«Begeleidingscommissie Onderzoek Aardbevingen» over het multidiscipli–
naire onderzoek naar de relatie tussen gaswinning en aardbevingen aan
de Tweede Kamer gezonden. Dit rapport bevatte een aanbeveling om een
seismisch detectie-netwerk te plaatsen in Noord-Nederland. Het rapport is
besproken in de vaste Commissie voor Economische Zaken op 25 januari
1994. Besloten werd de uitwerking van bedoelde aanbeveling af te
wachten. Door middel van deze brief geef ik u, mede namens mijn
ambtgenoot van Verkeer en Waterstaat, de stand van zaken aangaande de
inrichting van het seismisch netwerk.
Op verzoek van mijn ambtsvoorganger, mede de Minister van Verkeer
en Waterstaat, hebben deskundigen van de Nederlandse Aardolie
Maatschappij (NAM) en het KNMI een seismisch detectie-netwerk
ontworpen voor de provincies Drenthe en Groningen. Dat heeft geleid tot
een plan voor de inrichting van zeven seismische stations. Eén station is
reeds in bedrijf, namelijk in Finsterwolde. De overige zes stations worden
in de maanden november en december 1994 gerealiseerd. De registraties
kunnen dan beginnen in het eerste kwartaal van 1995.
Op elk seismisch station wordt in een boorgat een kabel met seismo–
meters aangebracht. Het boorgat reikt tot 200 meter beneden het
maaiveld. Het proefstation Finsterwolde vormt hierop een uitzondering.
Daar is een boorgat van 300 meter diepte gerealiseerd. De ervaringen in
Flinsterwolde hebben uitgewezen, dat seismometers in een boorgat
aanzienlijk nauwkeuriger registraties opleveren dan seismometers aan de
oppervlakte. Dat hangt samen met de snelle afname van bodemruis met
de diepte. Daardoor zijn boorgatseismometers in staat zeer kleine
aardbevingen te meten (vanaf circa 1,5 op de schaal van Richter).
1
Zie «Lijst van ingekomen stukken» van 25
januari 1994 (Handeiingen II, nr. 15).
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 21 108, nr. 5
Op de volgende lokaties wordt een nieuw seismisch station ingericht:
1 Jipsingboertange (Gr.)
2 Eenrum (Gr.)
3 Oud-Annerveen (Dr.)
4 Een (Dr.)
5 Elp (Dr.)
6 Woudbloem (Gr.)
De registratie-apparatuur op deze stations staat - tezamen met de
apparatuur van Finsterwolde– in verbinding met het KNMI in De Bilt.
De NAM realiseert de aanleg en de inrichting van de stations. Het KNMI
draagt zorg voor de registratie en de analyse van de gegevens. Tevens zal
het KNMI de resultaten van het netwerk regelmatig openbaar maken.
Naar aanleididng van de aardbevingen in augustus en september
jongstleden in Noord-Holland zal ook daar een seismisch netwerk worden
ingericht. Dit netwerk zal bestaan uit drie stations in de omgeving van
Bergen en Alkmaar. Deze stations zullen gerealiseerd worden door Amoco
Netherlands Petroleum Company. Het netwerk zal naar verwachting in het
eerste kwartaal van 1995 in bedrijf worden genomen. Ook voor dit
netwerk draagt het KNMI zorg voor de registratie, de interpretatie en de
publicatie van de resultaten.
Met deze brief heb ik aangegeven, dat de uitwerking van de aanbeveling
van de «Begeleidingscommissie Onderzoek Aardbevingen» door de
Ministeries van Economische Zaken en Van Verkeer en Waterstaat
voortvarend ter hand is genomen. Naar mijn mening is hiermee voldaan
aan de eerdergenoemde wens van de vaste Commissie voor Economische
Zaken.
Minister van Economische Zaken,
G. J. Wijers
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 21 108, nr. 5